Domeinspecifiek referentiekader Verpleegkunde

Vergelijkbare documenten
Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Verpleegkunde

Leidraad voor het ontwerpen van een domeinspecifiek referentiekader academisch gerichte bachelor <opleiding>

Bij de opmaak van deze leidraad werden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

DOMEINSPECIFIEKE LEERRESULATEN

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

VERANDERINGEN BINNEN HET

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen

Toelichting De kerncompetentie vakinhoudelijk handelen vormt de rode draad van elke leerweg. De andere kerncompetenties zijn daarbij ondersteunend.

Academiejaar Programmagids. Verpleegkunde (PBA) 1eBa verpleegkunde

DOMEINSTAGE Learning outcomes met indicatoren PXL HEALTHCARE PROFESSIONELE BACHELOR IN DE VERPLEEGKUNDE

OVERLEGPLATFORM HOGESCHOLEN EN BEROEPSORGANISATIES INTENSIEVE ZORG SPOEDGEVALLENZORG

EXPLORATIESTAGE Learning outcomes met indicatoren PXL HEALTHCARE PROFESSIONELE BACHELOR IN DE VERPLEEGKUNDE

Nieuw verpleegkundig beroeps- en competentieprofiel

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Tijd Doel Werkvorm Benodigdheden

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

Academiejaar Programmagids. Vroedkunde (PBA) 1eBa Vroedkunde

Gedragsindicatoren HBOV cohort en VMH

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs

LEERZORGCENTRUM WELKOMSTWOORD NIEUW OPLEIDINGSCONCEPT VOOR VERPLEEGKUNDIGEN

Woonzorgnet Dijleland functiebeschrijving kine Blz 1 van 5

Hoger Beroepsonderwijs STUDIEGEBIED GEZONDHEIDSZORG

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

Woonzorgnet Dijleland functiebeschrijving verpleegkundige Blz 1 van 6

EXPLORATIESTAGE Learning outcomes met indicatoren PXL HEALTHCARE PROFESSIONELE BACHELOR IN DE VERPLEEGKUNDE

NL COACH CONGRES 01/12/2017

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen:

Interactieve studiedag over het stageboek verpleegkunde waar studenten werkveld en onderwijs elkaar inspireren

Visie op verpleegkundige professionaliteit

Functieprofiel van de Verpleegkundig consulent

De 6 Friesland College-competenties.

Verpleegkunde. Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Verpleegkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

OPLEIDING SPOEDEISENDE HULP VERPLEEGKUNDIGE

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Thuisverpleegkundige, wat is uw + factor. Competenties en WUG, zin en onzin van blijvend leren Praktische sessie: marketing van uw praktijk

Competentieprofiel kaderhuisarts

Hart voor je patiënt, goed in je vak, trots op je werk

De stem van de patiënt in de ambulante chirurgie

Verzamelen en interpreteren van gegevens

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen.

Verpleegkunde in Nederland. Wilma Jackson Manager Leerhuis in ETZ

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige

1.4. De kinderverpleegkundige organiseert en coördineert de verpleegkundige zorg rond het zieke kind.

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige

A. Verpleegkundige verpleegkundige activiteit

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

ADVIES M.B.T. DE UITOEFENING VAN DE NIEUWE GEZONDHEIDSZORGBEROEPEN

Bijlage Beroepscompetenties Fysiotherapeuten

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60

Competentie-invullingsmatrix

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige

Oncologisch Centrum Strategische doelstellingen ONCOLOGISCH CENTRUM ONCOLOGISCH HANDBOEK DEEL 1

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG

Module/ plaats in opleiding (propedeuse Bloom niveau 1,2 & 3) Module Beroepsoriëntatie

Een dynamische kijk op de ontwikkeling van clinical leadership

Hoger Beroepsonderwijs STUDIEGEBIED GEZONDHEIDSZORG

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

Het kwaliteitshandboek

In de praktijk wat kan, op school wat moet

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Kwalificatie structuur en kwalificatie niveaus binnen het verpleegkundig onderwijs. Mw. Y. Lieuw A Soe

De verhouding tussen de basiscompetenties, de Dublindescriptoren en de domeinspecifieke leerresultaten

6 Kern van de verpleegkundige en verzorgende beroepen

Visie Dimence Groep op VerpleGinG en VerzorGinG

DEFINITIE VAN DE BEGRIPPEN FUNCTIEPROFIEL EN COMPETENTIEPROFIEL

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Verdieping doelgroepen

1. Functionele gehelen

Hoger Beroepsonderwijs STUDIEGEBIED GEZONDHEIDSZORG

De opleiding tot dialyseverpleegkundige. De context

H O G E R O N D E R W I J S in beeld

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Inhoud. Voorwoord 11 DEEL 1 HET BEROEP VAN DE MBO-VERPLEEGKUNDIGE 13

STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT

Vraag nr. 103 van 6 juni 2002 van mevrouw BRIGITTE GROUWELS. Hogescholen Financiering

Manager Medische Hulpmiddelen

Inhoud. Deel I Het verpleegkundig beroep in beeld. Deel II Methodisch werken

Bij de MSF (verwijzers) is het verplicht minimaal 3 verwijzers een vragenlijst te sturen, voor de

Gedragsindicatoren HBOV cohort

Kwaliteitsvol praktijkvoeren OLA Het klinisch consult. Centrum voor Biomedische Ethiek en Recht KU Leuven

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Kansen en uitdagingen van de verpleegkundig specialist: profilering

Factsheet Verpleegkundig Specialisten

Standaard-actieplan stage 4 (PL4)

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Banaba sociale gezondheidszorg OO Verpleegkundige Wetenschappen

De type-functies en de bijbehorende competenties

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

Tot welke nefrologische kennis en kunde leidt de opleiding verpleegkunde? CHRIS VAN LONDERSELE

Stagedoelstelling exploratiestage

Master in de Verpleegkunde. en de vroedkunde.

Medewerker aan kwaliteitszorg. Sociaal communicator. bewaker. schriftelijk rapporteren naar het team of naar

Kwaliteit van opleiding

Intensivecareverpleegkundigen werken op de afdeling Intensive Care, intensivecarekinderverpleegkundigen

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Office management

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

Transcriptie:

Domeinspecifiek referentiekader Verpleegkunde 1. Gehanteerde input referentiekaders van de opleidingen: associaties Associatie K.U.Leuven Associatie Universiteit Gent hogescholen Arteveldehogeschool Erasmus Hogeschool Brussel Europese Hogeschool Brussel Hogeschool Antwerpen Hogeschool Gent Hogeschool West-Vlaanderen Karel de Grote Hogeschool Antwerpen Katholieke Hogeschool Brugge Oostende Katholieke Hogeschool Kempen Katholieke Hogeschool Leuven Katholieke Hogeschool Limburg Katholieke Hogeschool Mechelen Katholieke Hogeschool Sint-Lieven Katholieke Hogeschool Zuid-West Vlaanderen Provinciale Hogeschool Limburg wettelijke bronnen Wettelijke definitie van de verpleegkunde in het KBnr.78 van 10/8/2001: wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen en gewijzigd in augustus 2002 Lijst van de technische verpleegkundige prestaties en de lijst van de handelingen die door de geneesheer aan de verpleegkundigen worden toevertrouwd in het KB 18/6/1990 en de wijzigingen nadien KB van 14/8/87 betreffende de structurering van het verpleegkundig departement in de ziekenhuizen EG-richtlijnen 1977 en 1989 Wet op de patiëntenrechten van 22/8/2002 brondocumenten onderschreven door werkveld: Studie omtrent de registratie van de Minimale Verpleegkundige Gegevens (MVG) Beroepsprofiel Nationale Raad voor Verpleegkunde 1998 Strategisch plan voor toekomstige beroepsuitoefening van de verpleegkunde, Nationale Raad voor Verpleegkunde 16/12/2003 Verpleegkunde en ethiek van Prof. Dr. C. Gastmans Kerninterventies in de thuisverpleging, F.O.D. Volksgezondheid 2002

Belimagestudie, F.O.D. Volksgezondheid : 2003 Onderzoek F.O.D. Volksgezondheid i.v.m. functie differentiëring: 2004 internationale referentiekaders: International Council of Nursing Geneve Royal College of Nursing London Eindtermen HBO-V: gekwalificeerd voor de toekomst (Nl) 2. Domeinspecifieke competenties 2.1 Gemeenschappelijke domeinspecifieke competenties Deze groep bevat de competenties, die door de commissieleden als relevant worden beschouwd in de onder punt 1 opgesomde input. Hun relevantie wordt voornamelijk bepaald vanuit de eisen en de ontwikkelingen in de binnen en buitenlandse beroepspraktijk. Zij laten zich in aansluiting bij even zovele basiscompetenties - onderbrengen in 4+1 subgroepen (o.m. verwijzend naar the big five persoonlijkheidsdimensies inzake probleemaanpak): I qua gedragsplatform ( kennis als in routine te realiseren competentie) bouwt een professionele relatie op met de zorgvrager die gestoeld is op het somatisch, sociaal, psychisch en existentieel welbevinden van de zorgvrager. De professionele relatie uit zich o.a. door te zorgvrager te ondersteunen bij keuzes in verband met gezondheid, autonomie en levenskwaliteit hem te begeleiden en deskundig door te verwijzen. II qua procedurele vaardigheden (van systematische beheersing getuigende extraversie ) beheerst de theoretische achtergrond voor het uitvoeren van de functie op basis van relevante algemene literatuur, vakliteratuur, ervaringen en ontwikkelingen. kan op alle niveaus preventiemaatregelen toepassen. Hij begeleidt veranderingsprocessen op het niveau van de cliënt/cliëntsysteem inzake gezondheidsvoorlichting en opvoeding. legt de juiste prioriteiten tussen de zich aandienende verpleegkundige opdrachten. organiseert en coördineert (programmeren, beheren, uitvoeren en evalueren) de zorg voor de individuele cliënt en een cliëntengroep. bewaakt en bevordert de kwaliteit van de individuele en globale zorgverlening en participeert aan initiatieven van integrale kwaliteitszorg binnen de eigen organisatie. III qua (in creatieve openheid te realiseren) situationele vaardigheden formuleert vanuit een theoretisch kader en opgedane ervaringen een visie op verpleegkunde. onderkent het belang en het nut van verpleegkundig wetenschappelijk onderzoek.

is bereid zich voortdurend bij te scholen, zich professioneel te ontwikkelen en is in staat het eigen verpleegkundig handelen kritisch te analyseren en aan te passen aan vernieuwde inzichten. staat open voor diversiteit in de samenleving en is in staat om antwoord te geven op de effecten van een multiculturele omgeving binnen zijn professioneel handelen. draagt actief bij tot de profilering van het beroep; heeft een brede kijk op het maatschappelijk gebeuren en staat kritisch t.o.v. een economisch, sociaal en ethisch beleid. kan de bruikbaarheid van (vak)literatuur beoordelen, hij is in staat om op een gerichte manier literatuur op te zoeken (basismethodologie evidence based learning), die literatuur naar zijn waarde te beoordelen en een synthese te formuleren. IV qua strategische handelingskennis ( attitude als zorgvuldig te betrachten taaksturing) verleent op een systematische en methodische wijze, cliëntgerichte en gestuurde verpleegkundige zorg op maat, conform de wet op de verpleegkunde met gebruik van klinische expertise en met verantwoordelijkheidszin. is zich bewust van eigen waarden en normen en hoe die het professioneel handelen als verpleegkundige beïnvloeden. handelt in de eigen organisatie op basis van een kritische ingesteldheid tegenover zowel de visie van de verpleegkundige professie als tegenover deze van de organisatie waarvoor hij zich inzet. engageert zich om de beroepsspecifieke attituden (respect, echtheid, zelfreflectie, kritische ingesteldheid, assertiviteit, openheid tav anderen, ethisch en deontologisch reflectievermogen, verantwoordelijkheid, zelfvertrouwen, zelfstandigheid, stressbestendigheid, beslissings-vermogen, nauwkeurigheid, zin voor initiatief, empathie, geduld, doorzettingsvermogen, flexibiliteit, ) verder te ontwikkelen. V uit effectieve integratie o.m. (ook emotioneel stabiel ) resulterende communicatie kan op deskundige wijze communiceren zowel mondeling als schriftelijk over de zorgrelatie, de zorginhoud en het zorgproces met alle betrokkenen in die zorgrelatie. bouwt intra- en interprofessionele relaties op, met verschillende disciplines, en werkt samen in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen. in staat om leiding te geven aan en taken te delegeren naar andere medewerkers in een gestructureerd zorgteam (zorgkundigen, logistieke medewerkers, ). 2.2 Opleidingsgebonden domeinspecifieke competenties Deze groep bevat de competenties die vermeld zijn in de input van de hogescho(o)len en/of associatie(s) en niet door de commissie is opgenomen in de eerste groep competenties (punt 2.1) met name de als relevant beschouwde gemeenschappelijke competenties. analyseert eenvoudige wetenschappelijke literatuur, formuleert de essentie en integreert dit in het eigen verpleegkundig handelen. is in staat om artsen, diëtisten, kinesisten, te coachen.

organiseert en coördineert de implementatie van een project ter bevordering van de gezondheid. verleent medewerking aan (deelaspecten van) wetenschappelijk onderzoek (klinisch of theoretisch), kan de onderzoeksresultaten interpreteren en toepassen. maakt wetenschappelijke ontwikkelingen in de beroepspraktijk bespreekbaar. is in staat een eigen praktijk te managen. 3. Besluit Een aantal bevindingen, accentverschuivingen, trends en internationale vergelijkingen blijken belangrijke door afgestudeerde verpleegkundigen na te streven competenties. Zij geven een verantwoording inzake de uiteindelijke verdeling van de competenties over de beide groepen, nl. gemeenschappelijke competenties en opleidingsgebonden competenties. Trends en internationale ontwikkelingen I een internationale tendens naar verregaande responsabilisering van gezondheidswerkers Deze responsabilisering uit zich op twee niveau s: Er is een verhoogde focus op efficiëntie en kosten/effectiviteit: Hiervoor wordt een grotere verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid gelegd bij de medewerkers. Deze tendens wordt geconcretiseerd in een toenemende performantiemonitoring en performantiemanagement in de gezondheidszorg. Er is een verhoogde focus op Evidence Based Medicine: Deze tendens krijgt vorm in toenemende ontwikkeling van evidence based guidelines, evidence based protocols, evidence based clinical paths en evidence based outcomes. Men legt een grotere verantwoordelijkheid / aansprakelijkheid bij de medewerkers om conform deze evidentie te werken. Ook op dit vlak is er een toenemende monitoring van outcome. II intensifiëring van zorg in het ziekenhuis Patiënten met minimale gezondheidsproblemen zullen in steeds mindere mate in ziekenhuizen worden opgenomen. Er zal een enorme groei zijn van poliklinische activiteit en een toenemende zorgvraag in de eerste lijn. In ziekenhuizen zullen doorgaans erg zieke patiënten, met zeer complexe problematiek worden opgenomen. Ook de toenemende vergrijzing zal de zorgvraag en de complexiteit van zorg verzwaren. Dit betekent dat men in de ziekenhuizen niet alleen meer verpleegkundigen, maar ook goed opgeleide verpleegkundigen die in staat zijn om zich op relatief korte termijn verregaand te specialiseren. Naast de stijging van de zorgvraag, de toenemende specialisatie en complexiteit en korte verblijfsduur, zullen verpleegkundigen bovendien geconfronteerd worden met een zeer mondig publiek. Dit betekent dat informatie en educatie van patiënten (en familie) een zeer belangrijk element van de zorgverlening zullen worden. III oriëntatie op zorgprogramma s

Alle ziekenhuizen kantelen naar een organisatie in functie van de zorgprogramma s. De verantwoordelijkheid voor deze programma s ligt bij een team van gezondheidswerkers die samen die verantwoordelijkheid dragen. Verpleegkundigen zullen in zo n zorgprogramma een essentiële rol spelen. Zij zullen vaak de spilfiguur zijn in de organisatie en coördinatie van het programma. Een verpleegkundige moet bijgevolg een echte teamspeler zijn, naast alle andere disciplines. Gevolgen voor de competentieontwikkeling Het autonoom handelen van de verpleegkundigen zoals vastgelegd in de wettelijke definitie zal in het kader van de maatschappelijke veranderingen en internationale trends voornamelijk dienen bekrachtigd te worden in de ontwikkeling van: probleemgericht denken (belang van transfer, inzicht en integratie); het sturen van de zorg en zo mogelijk het aansturen van andere zorgkundigen; het gestructureerd kunnen informeren en educeren; het continu blijven ontwikkelen zowel op persoonlijk als op professionaal vlak.