Advies aan burgemeester en wethouders V gemeente Sim elveld p Datum advies: 18 september 2014 Financiële consequenties: Ten laste van begrotingspost: FCL/ ECL: Omschrijving: Restant budget: Mede-advies Afdeling: IBR Zaakkenmerk: 36940 / Openbare besluitenlijst: ja Portefeuillehouder: M.J.J.M. Gulpen Aanbestedingstoets: nee Behandelend ambtenaar: _ -, - - - - - - I. Co s en-aben 4 Af. - in. :' tnager: l y I l l i r k s, P., iimers Manager Leefomgeving Manager Dienstverlening Manager Bedrijfsvoering nee Paraaf nee Paraaf nee Paraaf Agenderen voor: Presidium: nee Op WMO adviesraad: nee Op Commissie: ja Op 28 oktober 2014 Gehandicaptenplatf.: nee Op Raad: ja Op 13 november 2014 Ondernemingsraad: nee Op Onderwerp: Regionaal Beleidskader Arbeidsmarktbeleid Beslispunt: De bijgaande notitie "Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg: Beleidskaders 2014-2015" en de daarin opgenomen beleidskaders vastgesteld. Deze notitie voorzien van bijgevoegd raadsvoorstel ter vaststelling aangeboden aan de raad. gezien secr besluitvorming burgemee ter wethouder 1 wethouder 2 wethouder 3 akkoord --... " bespreken 2 1 ' behandeld in vergadering van: 3 0 SEP. 2014 besluit: ci \LX(,001,Ld agendanummer: il, _ pagina 1/9
Si ffiliesé lye I d Toelichting: Inleiding In vergelijking met het landelijk gemiddelde kennen wij in onze regio Parkstad Limburg relatief veel mensen met een Wwb en/of Wajong uitkering, namelijk 1,5 maal het landelijk gemiddelde. Het aantal mensen in onze regio met een Wsw-dienstverband is zelfs 3 maal hoger dan het landelijk gemiddelde. Voorts zijn er relatief veel burgers met een laag opleidingsniveau, is er in onze regio weinig werk voor laagopgeleiden en is er bovenden een mismatch tussen opleiding en vraag. Parkstad staat dus voor een inhaalslag op het gebied van opleiding en op het gebied van het realiseren van een juiste match tussen vraag en aanbod. Onze inzet is gericht op het doorbreken van de vicieuze cirkel van armoede, een laag opleidingsniveau, gebrek aan werk voor laagopgeleiden en de afhankelijkheid van gemeentelijke voorzieningen. Dit doen we door het versterken van de kansen van de doelgroep op de arbeidsmarkt. Deze notitie "Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg Beleidskaders 2014-2015" biedt de kaders daarvoor. Dit nadrukkelijk naast en in aanvulling op de lokale/kompas-brede kaders die u eerder heeft vastgesteld in het Beleidskader Werk, Inkomen en Sociale zorg. Aangezien de Participatiewet vanzelfsprekend een belangrijk onderdeel is van het regionale arbeidsmarktbeleid wordt in de notitie ook aandacht besteed aan de regionale samenwerking voor wat betreft de Participatiewet. Bijgaand ontvangt u ter vaststelling de notitie "Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg, beleidskaders 2014-2015". Deze notitie bevat een uitvoeringsagenda en kaders om sturing te geven aan de arbeidsmarkt, alsmede voor de uitvoering van de Participatiewet die per 1-1-2015 ingaat. U wordt voorgesteld in te stemmen met de beleidsnotitie en de daarin opgenomen beleidskaders en deze vervolgens ook ter vaststelling door te leiden naar de raad. Wet- en regelgeving Wet Werk en Bijstand Participatiewet (per 1-1-2015) Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) Strategische visie / beleidsprogramma Dit voorstel behoort toe aan Begrotingsprogramma 8: Werk, Inkomen en sociale zorg en heeft een directe relatie met het speerpunt Participatie uit de Strategische Visie. Relatie met bestaand beleid / eerdere voorstellen Het piramidemodel op pagina 3 van bijgaande notitie geeft de drie schaalniveaus aan waarover wordt gesproken in de notitie, namelijk: 1. het regionale schaalniveau, zijnde Zuid-Limburg. Dit is de arbeidsmarktregio zoals aangeduid door de Rijksoverheid; pagina 2/9
2. het gewestelijke of subregionale schaalniveau, zijnde Parkstad Limburg; en 3. het lokale (gemeentelijke) schaalniveau. De notitie omvat vooral aspecten die zich begeven op de eerste twee schaalniveaus. Het betreft dan ook een notitie die regionaal tot stand is gekomen in opdracht van de portefeuillehouders Arbeidsmarktbeleid (opdrachtgever), onder verantwoordelijkheid van de managers Sociale Zorg (opdrachtnemer), en opgesteld door de beleidsambtenaren Sociale Zorg van de 8 Parkstad-gemeenten. Ten aanzien van het derde niveau (lokaal) worden individuele gemeenten bedoeld, of een lokale samenwerking daarvan, in ons geval een samenwerking binnen de Kompasgemeenten Nuth, Simpelveld en Voerendaal. In maart jl. hebben de gemeenteraden van deze drie gemeenten reeds een aantal beleidsuitgangspunten/-kaders vastgesteld die (vooral) te maken hebben met de lokale uitvoering van de Participatiewet/VVsw/Wwb, namelijk het "Beleidsplan Werk, Inkomen en Sociale Zorg". Kort samengevat heeft de raad daarin het volgende besloten: - Wij behouden het casemanagement in één hand. - Kompas doet het volledige casemanagement Participatiewet, m.u.v. de zittende doelgroep Wsw. - De zittende doelgroep Wsw blijft vooralsnog bij WOZL. - Kompas stelt waar nodig haar bestaande processen en methodieken bij en bouwt expertise op. - Kompas koopt trajecten Beschut Werk in. - Kompas staat open voor aansluiting van andere gemeenten. - Kompas is partner in het netwerk, en geeft met andere partners gezamenlijk uitvoering aan 1 gezinl planl regisseur - Kompas heeft een scenario/stappenplan voor de eventuele negatieve consequenties die de uitvoering van wettelijke regelgeving met zich mee kan brengen. - De specifieke problematiek van de doelgroep "ouderen" wordt door Kompas onderkend en opgepakt binnen de programma's. - Kompas heeft aandacht voor de brede doelgroep Participatiewet en bijzondere aandacht voor de doelgroep jongeren. - Kompas blijft aandacht houden voor het voorkomen van niet-gebruik van voorzieningen Armoedebeleid - Gemeenten voeren samen met Kompas een herijking uit van het minimabeleid met daarbij bijzondere aandacht voor kinderen. Feitelijk hebben wij daarmee een lokaal kader, dat voor ons als leidraad dient voor een aantal regionale aspecten zoals opgenomen in bijgaande notitie. Overwegingen Bijgaande notitie begint met een aantal beschrijvende hoofdstukken (t/m hoofdstuk 2). Hierin wordt o.a. een beschrijving gegeven van de doelgroepen, van het financieel kader (later in dit voorstel ga ik daar nadere op in), de in te zetten instrumenten en wordt een uitleg gegeven over de arbeidsmarktregio's. pagina 3/9
In dit voorstel ga ik in het kort in op de hoofdstukken (3 t/m 8) waarin ook feitelijk wordt ingegaan op de beleidskaders: 1. Toegang, diagnose en loonwaardesystematiek (hoofdstuk 3) 2. Nieuwe doelgroepen (hoofdstuk 4) 3. Toekomst WSW/WOZL (hoofdstuk 5) 4. W erkgeversservice (hoofdstuk 6) 5. Jongerenaanpak (hoofdstuk 7) 6. Verordeningen (hoofdstuk. 8) De notitie geeft aan wat er moet worden geregeld om sturing te geven op de arbeidsmarkt en op de uitvoering van de Participatiewet en geeft daarvoor kaders aan. Dit betekent echter niet dat dit ook allemaal al ingevuld is. In die zin heeft de notitie op onderdelen het karakter van uitvoeringsagenda (planning voor 2014-2015). Ten aanzien van die uitvoering wordt e.a. op dit moment uitgewerkt door een aantal regionale werkgroepen van managers, gemeentelijk beleidsambtenaren en medewerkers van (I)SD-en. In deze werkgroepen participeren wij als gemeente actief. Deze uitwerking is al ingezet vooruitlopend op de vaststelling van de beleidskaders door de gemeenteraden, echter gezien o.a. de datum waarop de Participatiewet wordt ingevoerd, was dat noodzakelijk. Hieronder ga ik nader in op de onderwerpen die in de opsomming hierboven zijn genoemd, waarbij steeds enerzijds de strekking uit de notitie wordt toegelicht (het kader) en vervolgens een korte beschrijving wordt gegeven van de voortgang. Ad 1: Toegang, diagnose en loonwaardesystematiek Wanneer er sprake is van een hulpvraag, dan moet de burger zijn ondersteuningsvraag ergens kunnen neerleggen (toegang). Daar wordt o.a. in beeld gebracht wat de ondersteuningsbehoefte is (diagnose). Hierbij geldt het principe "lgezin-1plan-1regisseur". Dit houdt in dat wanneer sprake is van problemen op meerdere leefgebieden de partners gezamenlijk maar vooral ook samen met de klant) bezien welke ondersteuningsbehoefte op welk leefgebied noodzakelijk is (dit leidt tot een integraal ondersteuningsplan), de regie hierop wordt gevoerd door de zorgcogrdinator. Voor wat betreft het bepalen van de afstand tot de arbeidsmarkt kiezen we in Zuid Limburg voor één methode om de loonwaarde van een burger te bepalen. De vormgeving van de toegang is een lokale aangelegenheid. De eerder door u vastgestelde beleidsnotitie voor de 3 decentralisaties bevat de kaders voor de toegang zoals wij die binnen onze gemeente gaan vormgeven. Op dit moment wordt aan de hand van deze kaders vorm gegeven aan deze gemeentelijke toegang. Op het terrein van werk en inkomen zijn diagnose en loonwaardebepaling zaken die we op Zuid-Limburgse schaal afstemmen. Op dit moment hebben de uitvoerders (SD-en/ISD-en) met elkaar overleg om te bezien waarin de verschillen zitten t.a.v. de manier waarop de diagnose wordt vastgesteld en wordt gezocht naar afstemming. Ten aanzien van de loonwaardebepaling zal een Algemene Maatregel van Bestuur meer duidelijkheid moeten gaan bieden (deze is er op dit moment nog niet). Naar verwachting zal daarin worden bepaald dat gemeenten en partners voor één systeem moeten kiezen, hetgeen vervolgens zal moeten worden aanbesteed. pagina 4/9
Ad 2: Nieuwe doelgroepen Zet de gemeente vooral in op "de bovenkant van het klantenbestand", of juist niet? Ondersteunen we alleen mensen die feitelijk een gemeentelijke uitkering krijgen van de gemeente of ook mensen met beperkingen die geen uitkering krijgen (niet-uitkeringsgerechtigden ofwel NUG-gers)? Willen we als gemeente nog specifieke aandacht richten op bepaalde groepen (bijv. jongeren) of niet? Daarnaast kan ook de vraag worden gesteld of we als gemeente beschut werkplekken gaan aanbieden. Wij kunnen dat wel doen, maar zijn dat niet verplicht. Het is dus ook mogelijk om naar een alternatieve vorm van dagbesteding te zoeken voor mensen die in principe zijn aangewezen op beschut werk. Dit zijn allemaal vragen die we als gemeente kunnen/moeten beantwoorden, waarbij de antwoorden sterk afhankelijk zijn van de "coleur locale" en de financiële mogelijkheden van een gemeente. Dit betekent dan ook dat deze antwoorden lokaal door de individuele gemeente moeten worden gegeven. Wel is het zaak om de keuzes die gemeenten individueel maken onderling af te stemmen, omdat deze gevolgen kunnen hebben voor andere terreinen waarop wij samenwerken c.q. uitvoering geven. Bijvoorbeeld: Wanneer een aantal gemeenten ervoor kiest om geen beschut werk te bieden, kan dat gevolgen hebben voor de GR-WOZL. Kompas en gemeenten werken op dit moment op beleidsniveau samen aan het bepalen van de keuzes. Een voorstel omtrent deze keuzes zal vóór 1-1-2015 aan het college worden voorgelegd. Uw raad zal daarover worden geïnformeerd. Aangezien keuzes voor een belangrijk deel afhankelijk zijn van aantallen en middelen, hebben wij lroko opdracht gegeven onderzoek daarnaar te verrichten. Daaruit blijkt dat er Kompasbreed gezien naar schatting 10 jonggehandicapten per jaar titled instromen. Het aantal nieuwe mensen dat met een indicatie beschut zal instromen, zal Kom pasbreed gezien in 2018 cumulatief zo'n 20 mensen zijn. Ad 3: Toekomst WSW/WOZL In opdracht van gemeenten werkt WOZL sterk aan de beweging "van binnen naar buiten": mensen met een Wsw-indicatie zoveel als mogelijk bij reguliere werkgevers onderbrengen. Ook heeft WOZL de opdracht zich te beperken tot het voorzien in Beschut werk en Detacheringen en dus risicovolle en kapitaalintensieve activiteiten afstoten. De instroom in de Wsw stopt per 1-1-12015, dus de zittende omvang Wsw-ers zal gaan afnemen. Uiteraard hebben deze ontwikkelingen gevolgen voor de GR-WOZL en de WOZL-BV's. Daarnaast kunnen (maar hoeven niet) gemeenten op basis van de Participatiewet beschutte werkplekken aanbieden. Zien zij daarin een rol voor WOZL? We zullen ons dus moeten beraden over de toekomst van GR WOZL en de uitvoeringsbedrijven. Onze in 2012 uitgezette koers is en blijft leidend. Onder begeleiding van een stuurgroep doet onderzoeksbureau Wok onderzoek hiernaar. Een eerste concept van het onderzoeksrapport "Samen verder bouwen" is opgeleverd. Daarin wordt o.a. een viertal scenario's beschreven voor de uitvoering van Beschut werken, en vijf scenario's voor de uitvoering van Detacheringen. Uiteraard zal een keuze gemaakt moeten worden voor de scenario's. Uiterlijk voor het eind van dit jaar kunt u een concreet voorstel daartoe verwachten. pagina 5/9
Ad 4; Werkoeversservice Wij willen enerzijds de werkgevers optimaal bedienen met o.a. hun vraag naar arbeidskrachtem en anderzijds willen wij graag onze burgers aan het werk krijgen zonder elkaar te beconcurreren. Wij kiezen daarom voor een gezamenlijke, centrale werkgeversbenadering op Zuid-Limburgse én gewestelijke schaal. Op Zuid-Limburgse schaal moet aansluiting gezocht worden op de sectorplannen en worden afspraken gemaakt over de invulling van de landelijk 125.000 extra banen voor arbeidsgehandicapten. Een Werkgeverspunt Zuid Limburg (WSP ZL) zorgt voor de matching van vacatures voor grote accounts (bv. DSM, Nedcar). Het Rijk schrijft 35 arbeidsmarktregio's voor (wij behoren tot de regio Zuid Limburg) in iedere regio één Werkbedrijf te vormen. Dit hoeft geen fysiek werkbedrijf te zijn, maar kan ook een samenwerkingsverband van werkgevers- en werknemersorganisaties, gemeenten en UVVV zijn. Dit werkbedrijf moet de regionale vraagstukken op de arbeidsmarkt oppakken voor met name de kwetsbare beroepsbevolking. Het huidige Regionaal Arbeidsmarkt Netwerk zou invulling daarin kunnen geven. Op gewestelijk niveau heeft ook ieder gewest een Werkgever Service Punt (WSP): Parkstad, Westelijke Mijnstreek en Maastricht-Heuvelland. Het WSP-Parkstad Limburg moet zich doorontwikkelen tot één regionaal team van banenmakelaars vanuit gemeenten en WOZL. Voor de lokale werkgevers is er dus sprake van één aanspreekpunt. Op dit moment wordt door een werkgroep en een projectleider geïnventariseerd waar eventuele knelpunten liggen in de benadering van de werkgevers dan wel in de samenwerking binnen het WSP, maar wordt ook geïnventariseerd waar de overeenkomsten liggen. Op Zuid-Limburgse schaal loopt er een onderzoek over de afstemming tussen de vier gewestelijke WSP-en. Ad 5: Jongerenaanpak We willen jeugdwerkloosheid tegengaan, jongeren langer op school houden, hen begeleiden als er herplaatsing binnen het onderwijs nodig is, hen begeleiden naar betaald werk en leerwerkplekken en stages aanbieden. Gemeenten dan wel (I)SD-en doen dat allen vanuit hun eigen aanpak. Zo kent Heerlen bv. een Jongerenloket. Binnen Kompas hebben wij een consulent die specifiek de jongeren tot zijn aandachtsgebied heeft. Voor de regionale jongerenaanpak zal in de toekomst ook "1gezin-1plan-1 regisseur" als uitgangspunt dienen, waarbij alle leefgebieden van de jongere in beeld worden gebracht. Dit doen we vanuit een lokale aanpak, dicht bij de burger/jongere. Binnen het gewest werken we samen aan kennisdeling, deskundigheidsbevordering en opschaling als het ontbreekt aan lokale expertise in specifieke problematieken. De basisaanpak in gemeenten dient uniform te zijn: alle jongeren volgen onderwijs of zijn (op weg naar) werk. Op dit moment brengen de (I)SD-en in kaart hoe zij de jongerenaanpak (op alle leefgebieden) vorm geven. Er blijken weinig verschillen te zijn. Wel zijn er verschillen t.a.v. het bereik: de ene gemeente richt zich op alle jongeren, terwijl een andere gemeente zich richt op de kansrijken ("laaghangend fruit"). Na de inventarisatie zullen afspraken worden gemaakt t.a.v. een uniforme aanpak en de vorming van een regionaal team ter kennisdeling en expertiseontwikkeling. pagina 6/9
Ad 6: Verordeningen Om in januari 2015 met de uitvoering van de Participatiewet van start te kunnen gaan, moeten onder meer de verordeningen gereed te zijn. Hierbij is het uitgangspunt om gewestelijk (Parkstad) tot afstemming te komen van de verordeningen en de beleidsregels. Regionaal is een aantal werkgroepen aan de slag geweest met de verordeningen. Vervolgens zijn de opgestelde verordeningen juridisch ook getoetst. In een separaat voorstel zullen deze verordeningen aan u en aansluitend aan de raad worden voorgelegd. U kunt dit voorstel behandelen aansluitend aan de behandeling van dit voorstel. Concreet dienen de volgende verordeningen te worden vastgesteld: - Verordening Individuele Inkomenstoeslag - Afstemmingsverordening - Verordening Handhavings Inkomensvoorzieningen Participatiewet - Verordening Individuele Studietoeslag - Verordening Verrekening bestuurlijke boete bij recidive - Participatieverordening - Verordening Tegenprestatie Participatiewet - Verordening Loonkostensubsidie Participatiewet - Verordening Beschut werk - Verordening Cliëntparticipatie De verordeningen zijn beleidsarm. Daarom vindt de nadere uitwerking van de verordeningen veelal plaats in beleidsregels. Ook deze worden door de regionale werkgroepen in concept opgesteld, met daarbij de mogelijkheid voor lokale inkleuring. De beleidsregels worden door de colleges vastgesteld. In het proces dat daaraan vooraf gaat worden de raden betrokken (informatiebijeenkomsten). Het streven is dat ook de beleidsregels per 1-1-42015 zijn vastgesteld. Hieronder samengevat de (vast te stellen) beleidskaders: Uitvoeringsagenda Toegang, diagnose en loonwaardesystematiek Keuzes t.a.v. doelgroepen Toekomst WSW/VVOZL Werkgeversservice Kader Toegang lokaal regelen volgens 1gezin- 1plan-1regisseur. Methodiek voor diagnose en voor loonwaardebepaling uniform in Zuid Limbur Lokale invulling, wel regionale afstemming. Financiële middelen zullen veelal kaderstellend zijn. De in 2012 uitgezette koers (uitgangspunten) zijn en blijven kaderstellend voor de toekomst uitvoering VVSW/VVOZL WSP-ZL voor grote accounts. RAN geeft invulling aan regionale Werkbedrijf. WSP- PL wordt één team van banenmakelaars van gemeenten en WOZL, en wordt daarmee één aanspreekpunt voor werkgevers. Pilots SRO' en WSP worden pagina 719
Jongerenaanpak Verordeningen geëvalueerd en structureel ingebed. Aanpak volgens lgezin-1plan-1regisseur. Lokale aanpak, dicht bij de burger. Gewestelijke samenwerking t.a.v. kennisdeling, deskundigheidsbevordering en opschaling voor specifieke expertise. Al le jongeren zijn actief (scholing of (op weg naar) werk). Verordeningen en beleidsregels regionaal afstemmen, met ruimte voor lokale verbijzondering. Verordeningen per 1-1-2015 vaststellen door de raad. Nadere uitwerking in beleidsregels, vast te stellen door colleges. Bij voorkeur ook per 1-1-2015. Opties Personele aspecten Financiële aspecten Aan de vaststelling van de onderliggende notitie zijn geen financiële consequenties verbonden. Echter, voor het kunnen maken van bepaalde keuzes, zoals het bedienen van de doelgroepen en hoe om te gaan met Beschut/Wsw/VVOZL, zullen financiële (on)mogelijkheden mede als kader dienen. Zoals eerder in dit voorstel aangegeven, hebben wij Iroko een financiële doorrekening laten maken waaruit het volgende blijkt: Op dit moment krijgen wij van de rijksoverheid twee budgetten; één Participatiebudget voor het W-deel (kort gezegd is dit budget bedoeld voor re-integratieactiviteiten ten behoeve van de klanten die een Wwb-uitkering ontvangen) en een rijkssubsidie per Arbeidsjaar Wsw. Vanaf 2015 verdwijnen deze schotten en worden deze samengevoegd tot één "ontschot P- budget", maar niet nadat het Rijk hierop een fikse korting (bezuiniging) heeft toegepast. Zo Het Rijk heeft ook besloten dat de zittende Wsw-ers hun rechtspositie behouden; voor hen verandert er feitelijk niets. Gemeenten dienen de kosten voor die zittende Wse-ers te dekken uit dat "ontschot P-budget". Iroko heeft berekend dat de kosten voor de zittende pagina 8/9
WSW-ers 100% van het totale ontschotte budget in beslag zullen nemen'. Met andere woorden: we zijn verplicht om de zittende doelgroep Wsw te blijven bedienen, maar die kosten zijn dusdanig hoog (c.q. het budget dat wij van de rijksoverheid krijgen is dusdanig laag) dat er niets meer over blijft voor andere mensen uit de doelgroep. Dus niets meer voor de zittende Wwb-ers, en ook niet voor de nieuwe instroom Wwb en arbeidsgehandicapten (de voormalige Wajong en Wsw). In de gemeentebegroting hebben we zoals u weet maatregelen genomen om de tekorten op de Wsw op te vangen, zodat het Participatiebudget niet buiten proportioneel wordt aangesproken voor deze doelgroep. De beperkte middelen zullen vanzelfsprekend van invloed zijn op de te maken keuzes, bijvoorbeeld t.a.v. het eventueel verruimen van doelgroepen (bijvoorbeeld niet-uitkeringsgerechtigden). Aanbesteding Communicatie WSW-raden en cliëntenraden worden bij de diverse ontwikkelingen betrokken. Evaluatie Vervolg / planning Planning betreft 2014-2015. Voorstel Op basis van het voorgaande wordt u voorgesteld bijgaande notitie "Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg: Beleidskaders 2014-2015" en de daarin opgenomen beleidskaders vast te stellen. Vervolgens wordt u gevraagd deze notitie voorzien van bijgevoegd raadsvoorstel ter vaststelling aan te bieden aan de raad. 1 Hieruit blijkt dat wij behoren tot de zogenaamde -nadeelregio's", dus waar relatief veel mensen met een Wsw-dienstbetrekking werkzaam zijn. Want landelijk gezien neemt het zittende Wsw-bestand 85% van het ontschotte budget in beslag en is er nog 15% bestedingsruimte voor de andere doelgroepen. pagina 9/9