Antwoorden Economie Werk en inkomen h2

Vergelijkbare documenten
PEDAGOGISCHE STUDIEDAG LEERKRACHTEN ECONOMIE

V2.1 Eerlijk verdeeld?

Boek 2, hoofdstuk 7, allerlei formules..

Toegankelijke gezondheid voor iedereen!

van brabant

De formule van het opslagpercentage voor alle producten luidt:

Hoe zichtbaar ben jij mobiel? MOBIELpakket. Oplossingen voor ondernemende kappers die kiezen

6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:

Hoofdstuk 8 Beslissen onder risico en onzekerheid

Profijt van de gemeentelijke overheid

Armoedemonitor Sociaal en Cultureel Planbureau Centraal Bureau voor de Statistiek

Deel 2 hoofdstuk 19 BOEKHOUDEN GEBOEKSTAAFD -- DEEL 2 -- HFD 19. Versie aug Aannemersbedrijf 1 / 3. Aannemersbedrijf 2 / 3

Examen VWO. wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Hoofdstuk 0: algebraïsche formules

DOEL: Weten wat de gevolgen en risico s kunnen zijn van het plaatsen van (persoonlijke) informatie op internet.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1:

Verschil zal er zijn hv bovenbouw WERKBLAD

Prijs consument bereid te betalen voor eerlijke banaan. Fairtrade banaan. Stuntbanaan

1 De onderneming in de wereldeconomie

Verschil zal er zijn mvbo bovenbouw WERKBLAD

PROCEDURE SCHADEMELDING - VASTGOED -

Bijlage bij hoofdstuk Bijlage bij hoofdstuk Bijlage bij hoofdstuk Bijlage bij hoofdstuk

Deze les krijgen de leerlingen een introductie over ongelijke breuken. Dit met name gericht op het vergelijken met een bemiddelende grootheid.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1:

3 Snijpunten. Verkennen. Uitleg

MARKETING / PR / COMMUNICATIEMEDEWERKER

Op weg naar een betrouwbare beoordeling a

Vraag 2. a) Geef in een schema weer uit welke onderdelen CCS bestaat. b) Met welke term wordt onderstaande processchema aangeduid.

Correctievoorschrift VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Internetopgaven hoofdstuk 8

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie. Prof. Dr. Jan Bouckaert Prof. Dr. André Van Poeck november 2014

Lineaire formules.

14 Effectevaluatie van de Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV)

Voorbereidende opgaven Herkansingscursus. Rekenregels voor vereenvoudigen

Adiameris. Beleggersprofiel

bezorgerboekje informatie voor

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 25 mei uur

Het bepalen van een evenwichtstoedeling met behulp van het 1 e principe van Wardrop is equivalent aan het oplossen van een minimaliserings-probleem.

Factsheet. 0-meting Zoetermeer. Inleiding

HOEVEEL KEREN WIJ UIT? 5.1 Keren we altijd alles uit? WANNEER KEREN WIJ NIET UIT? WAT DOEN WIJ BIJ FRAUDE? 9.1 Wat zijn de gevolgen van fraude?

Nee heb je, ja kun je krijgen DE EFFECTIVITEIT VAN FONDSENWERVINGS- EN REKRUTERINGSSTRATEGIEËN VAN MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES

Privacyverklaring gwoon Makelaars

Een CVA (beroerte) kan uw leven drastisch veranderen! 2009 Een uitgave van de Nederlandse CVA-vereniging

Z- ß- ßr!2f int tçotg

Noordhoff Uitgevers bv

Inleiding Natuurwetenschappen

Mytylschool De Trappenberg Peter van Sparrentak

Rekenregels van machten

Keuze van het lagertype

Wat maak jij. morgen mee MBO. Loonwerk (Groen, grond en infra)

fonts: achtergrond PostScript Fonts op computers?

HANDLEIDING FOKWAARDEN Informatie & Inspiratie document Met uitleg over het hoe en waarom van de fokwaarden

Inhoudsopgave. Voorwaarden Hypotheek SpaarVerzekering Model Delta Lloyd Levensverzekering NV. 1 Wat bedoelen wij met? 3

Privacyverklaring Koops Makelaardij

Privacyverklaring Nieuwbouw (huur of koop)

svì~lnivo IVIAKELAARDIJLEER

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2004-I

Trendanalyse huurwoningmarkt Verkorten inschrijfduur en leegstandtijd

Op zoek naar talent en ambitie!

2. Gegeven is de driehoek van figuur 10.10a. Gevraagd worden hoek β en de zijden a en c.

Checklist. Aanvulling ondersteuningsplan. integratie LWOO en PrO in passend onderwijs. 11 mei [Typ hier]

De makelaar is gevestigd aan Zoomstede 2, 3431 HL Nieuwegein en te bereiken via en

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 16 mei uur

OP GETAL EN RUIMTE KUN JE REKENEN

Bijlage agendapunt 7: Inhoudelijke planning overlegtafels 2015

Antwoorden Geschiedenis h5 paragraaf 1

Algemeen. Restweefsel voor medischwetenschappelijk onderzoek

Privacyverklaring SPAUWEN VASTGOED

Begroting 2014 en meerjarenbegroting 2015 t/m 2017

Opbouw van het boek: overzicht

Een feestmaal. Naam: -Ken jij nog een ander speciaal feest? Typ of schrijf het hier. a

Begripsvragen: Beweging

Rapportage Enquête ondergrondse afvalinzameling Zaltbommel

4 HET SAMENGAAN VAN DIVERSE INTERESSES

1a Een hoeveelheid stof kan maar op één manier veranderen. Hoe?

Eindexamen economie havo I

REKENEN MACHTEN MET. 5N4p EEBII 2013 GGHM

Tentamen: Kansrekening en Statistiek P0099

Beslissing B&W: datum indiening: 26 januari datum/agendapunt B&Wvergaderi. afdeling. Onderwerp: Wmo klanttevredenheidsonderzoek over 201 4

Gehele getallen: vermenigvuldiging en deling

AFLEIDING. Apparatuur tijdens het rijden

Eindexamen wiskunde A1-2 vwo 2002-I

Economische Topper 4 Evaluatievragen thema 3

Kuiper Agrarische Makelaardij maakt gebruik van de navolgende diensten:

VWO-katern Globalisering - hoofdstuk 1 De economische kijk

ELEKTRICITEIT GELIJKSTROOMMOTOREN Technisch Instituut Sint-Jozef Wijerstraat 28, B-3740 Bilzen Versie:19/10/2005

Een flexibel samenwerkingsverband

HBO-Monitor (ROA/HBO-Raad) en WO-Monitor (ROA/VSNU) Dataverzameling alumnigegevens particuliere instellingen hoger onderwijs

Crossculturele psychologie

9,1. KindereN. GeVen een CijFER. Schilderen5. sarah zegt. Volwassenenpagina6-7

Hoe plan je een grote taak?

Werkblad TI-83: Over de hoofdstelling van de integraalrekening

BIJLAGEN. Inhoud. Bijlage Hoofdstuk Bijlage Hoofdstuk Bijlage Hoofdstuk Bijlage Hoofdstuk Chinese Nederlanders

Belastingvoordelen voor kleinverbuikers op zonne-energie

Eindexamen economie havo I

HANDLEIDING FOKWAARDEN Informatie & Inspiratie document Met uitleg over het hoe en waarom van de fokwaarden

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN SUBFACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN HUB HANDELSWETENSCHAPPEN

Zelfstudie practicum 1

Uitwerkingen oude tentamenvragen WATER (224012)

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I

Transcriptie:

Antwoorden Economie Werk en inkomen h2 Antwoorden door S. 5336 woorden 26 oktober 2015 6 4 keer beoordeeld Vk Economie Hoofdstuk 2 Arbeidsmrkt en inkomen 2.1 Introductie Opdrcht 1 Voorspellingen voor de Europese economie Regionle smenlevingen Er ontstn economische blokken: Brussel heeft hoge triefmuren om Europ opgetrokken tegen de concurrentie uit Amerik en Azië. Europ is vernderd in één groot ommuurd bejrdenhuis en de AOW slokt een groot deel vn het BBP op: De Europese lnden proberen solidriteit in de welvrtsstten te hndhven b Antl rbeiders x rbeidsproductiviteit = totle productie 100 x 100 De totle productie ws -------------- = 100 100 100,7 x rbeidsproductiviteit??? De totle productie wordt -------------------------------------------- = 102,2 100 1,007 x rbeidsproductiviteit??? = 102,2 Arbeidsproductiviteit = 101,4896 Dt is fgerond een stijging vn 1,5%. c De productie en dus ook de werkgelegenheid krijgt een extr impuls door de Europese interne mrkt en minder protectionisme. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 1 vn 23

d Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: Globlisering leidt tot specilistie en interntionle rbeidsverdeling, wrdoor de rbeidsproductiviteit stijgt. De overheden treden terug en bieden ruimte n de mrkt. Als de productie vn niet-commerciële instellingen overgt nr bedrijven die winst proberen te mken, stijgt de rbeidsproductiviteit. e Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: Ambtenren. De overheden treden terug en bieden ruimte n de mrkt. Als de productie bij de overheid fneemt, rken de mbtenren hun bn kwijt. Mensen met een uitkering. De hoge economische groei gt geprd met minder solidriteit. De uitkeringen zullen dlen of minder mkkelijk verkrijgbr zijn. Ntuurliefhebbers. Hoge economische groei gt geprd meer milieuvervuiling. f Regionle smenlevingen, wnt dn stt de economische groei stil dn wordt er niet efficiënt geproduceerd dn zijn de prijzen vn importgoederen veel te hoog dn zijn belstingen veel te hoog dn zijn de nettolonen te lg dn is er weinig koopkrcht 2.2 Is de rbeidsmrkt wel een echte mrkt? Opdrcht 2 Vrg en nbod op een rbeidsmrkt De rbeidsmrkt is in evenwicht ls de gevrgde hoeveelheid personeel gelijk is n de hoeveelheid personeel die zich nbiedt. Q = Qv 12,5L + 3.750 = -100L + 6.000 112,5L = 2.250 L = 20 euro Controle: Q = 12,5 x 20 + 3.750 = 4.000 duizend rbeiders Qv = -100 x 20 + 6.000 = 4.000 duizend rbeiders Q is inderdd gelijk n Qv. b Wees voorzichtig met het gebruik vn je grfische rekenmchine! Dr zit de knop [Y =] op. Bij het vk wiskunde stt de Y op de verticle s. In deze opdrcht heb je een vergelijking [Q =] en bij het vk economie stt de Q op de horizontle s. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 2 vn 23

Je kunt dus niet zo mr de vergelijking in je GR zetten om de grfieken te tekenen... MAAK EEN TABEL MET L, Q en Qv. L Q Qv 0 3.750 6.000 20 4.000 4.000 40 4.250 2.000 60 4.500 0 WAT IS DE MINIMALE WAARDE VAN L, Q en Qv? WAT IS DE MAXIMALE WAARDE VAN L, Q en Qv? Bepl vervolgens de schlverdeling vn je grfiek. c Qv wordt -100L + 6.487,5 Mk een tbel met L en de nieuwe Qv. L Qv nieuw 0 6.487,5 20 4.487,5 40 2.487,5 60 487,5 64,875 0 d In de nbodvergelijking stt de letter Q voor de hoeveelheid rbeid in duizenden personen. Als het nbod op de rbeidsmrkt bij elk loon met 150.000 personen toeneemt, zl Q met 150 blokjes vn 1.000 personen toenemen. Q ws 12,5L + 3.750 Q wordt 12,5L + 3.900 Mk een tbel met L en de nieuwe Q. L Q nieuw 0 3.900 20 4.150 40 4.400 60 4.650 e De rbeidsmrkt is in evenwicht ls Q nieuw gelijk is n Qv nieuw. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 3 vn 23

Q nieuw = Qv nieuw 12,5L + 3.900 = -100L + 6.487,5 112,5L = 2.587,5 L = 23 euro Controle: Q nieuw = 12,5 x 23 + 3.900 = 4.187,5 duizend rbeiders Qv nieuw = -100 x 23 + 6.487,5 = 4.187,5 duizend rbeiders Q nieuw is inderdd gelijk n Qv nieuw. f Het nbod vn rbeid is blijkbr minder gevoelig voor vernderingen in de loonhoogte dn de vrg nr rbeid. Dt is logisch, wnt bedrijven vrgen nr rbeid en voor hen zijn het kosten. Zij moeten rekening houden met de kostprijs en zullen zich dus npssen ls de loonhoogte verndert. Mensen die zich nbieden op de rbeidsmrkt zijn minder gevoelig voor vernderingen in de loonhoogte. Op een beplde leeftijd moet je nou eenml gn werken en voor je zelf gn zorgen. Het is mooi ls de lonen dn hoog zijn. Mr je kunt niet zeggen: ik g niet werken, wnt ik vind het loon te lg. Je moet tenslotte wel geld hebben om vn te kunnen leven. Opdrcht 3 Mrkten Vlut homogeen veel nbieders geen invloed volkomen concurrentie Kleding heterogeen veel nbieders beperkte invloed monopolistische concurrentie Supermrkt heterogeen weinig nbieders beperkte invloed oligopolie Wter homogeen één nbieder veel invloed monopolie Vkkenvuller homogeen veel nbieders geen invloed volkomen concurrentie Topvoetbllers heterogeen weinig nbieders veel invloed monopolistische concurrentie Hrtchirurgen homogeen weinig nbieders beperkte invloed oligopolie Opdrcht 4 Het verbnd tussen lonen en werkgelegenheid De pijl vn loonhoogte nr loon-prijs-verhouding De pijl vn loon-prijs-verhouding nr consumptie De pijl vn consumptie nr totle vrg De pijl vn totle vrg nr werkgelegenheid https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 4 vn 23

b Als de lonen stijgen zl de loon-prijs-verhouding stijgen, wrdoor de consumptie stijgt en de totle vrg nr goederen stijgt, zodt de werkgelegenheid stijgt (fgezien vn de ndere verbnden). c De pijl vn loonhoogte nr loon-prijs-verhouding De pijl vn loon-prijs-verhouding nr investeringen De pijl vn investeringen nr productiecpciteit De pijl vn productiecpciteit nr werkgelegenheid d Als de lonen stijgen zl de loon-prijs-verhouding stijgen, wrdoor de investeringen dlen, zodt de productiecpciteit dlt en de werkgelegenheid dlt. e De pijl vn loonhoogte nr prijzen De pijl vn prijzen nr de export De pijl vn de export nr de totle vrg nr goederen De pijl vn de totle vrg nr goederen nr werkgelegenheid f Dit verbnd is conjunctureel, omdt het invloed heeft op de totle vrg nr producten (de bestedingen). g Voor Nederlnd is de invloed vn de export op korte termijn het sterkste, omdt Nederlnd een open economie heeft met een hoge hndelsquote. h Voor de EU is de invloed vn de consumptie op korte termijn het sterkste. Binnen de EU vllen de import en de export tegen elkr weg, omdt het één grote interne mrkt is. Dus is er in de EU sprke vn binnenlndse consumptie. Opdrcht 5 Loononderhndelingen ls gevngenendilemm https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 5 vn 23

Vkbond Werkgevers Hoge looneisen + niet sneren 4 1 Hoge looneisen + wel sneren 2 3 Lge looneisen + niet sneren 3 2 Lge looneisen + wel sneren 1 4 b Werkgevers wel sneren Werkgevers niet sneren Vkbond hoge looneisen 2,3 4,1 Vkbond lge looneisen 1,4 3,2 c Hoge looneisen; wel sneren. De werkgevers kunnen kiezen uit wel sneren of niet sneren. Voor de werkgevers is sneren belngrijker dn de hoogte vn de lonen. Zij zullen dus ltijd de voorkeur geven n wel sneren. De vkbonden kunnen kiezen uit hoge looneisen of lge looneisen. Ze geven de voorkeur n hoge looneisen. De vkbonden hebben liever een lg loon ls er niet gesneerd wordt, mr de werkgevers kiezen ltijd voor sneren. d De werkgevers hebben een dominnte strtegie, omdt de keuze voor sneren ltijd voordelig is, ongecht de keuze vn de vkbond. De vkbonden hebben geen dominnte strtegie, omdt zij de keuze voor hoge of lge looneisen fhnkelijk mkt vn de keuze vn de werkgevers. Immers, de vkbonden geven de voorkeur n hoge looneisen, mr hebben liever een lg loon ls er niet gesneerd wordt. e Nee. De werkgevers geven ltijd de voorkeur n wel sneren. Vkbond Werkgevers Hoge looneisen + niet sneren 3 1 Hoge looneisen + wel sneren 2 3 Lge looneisen + niet sneren 4 2 Lge looneisen + wel sneren 1 4 Werkgevers wel sneren Werkgevers niet sneren Vkbond hoge looneisen 2,3 3,1 Vkbond lge looneisen 1,4 4,2 https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 6 vn 23

f Nee. De vkbonden geven lleen de voorkeur n lge lonen ls de werkgevers fzien vn sneren. Zij zullen dus niet in ltijd willen smenwerken, ongecht de keus vn de werkgevers. g Beide prtijen overleggen met elkr. Dt ws bij het oorspronkelijke gevngenendilemm niet het gevl. Ook is de totle wrdering in de oorspronkelijke tbel voor elke mogelijkheid 5 punten. Het is niet zo dt beide prtijen een optie lten liggen die in totl een beter resultt oplevert. 2.4 Wie verdient wt? Opdrcht 6 Wie verdient wt? De netto-inkomens zijn fhnkelijk vn persoonlijke omstndigheden, zols de hoogte vn de ftrekposten en het ntl heffingskortingen. b De netto-inkomens zijn meer genivelleerd dn de bruto-inkomens. Dt komt door de progressie in de inkomstenbelsting. Drdoor betlen de hoge inkomens procentueel meer belsting dn de lgere inkomens, wrdoor de inkomens in verhouding dichter bij elkr komen te liggen. c Argument voor een slrisopbouw wrbij ouderen meer verdienen: Ouderen hebben meer ervring. Argument tegen een slrisopbouw wrbij ouderen meer verdienen: Ouderen hebben minder energie. d De werkgever vindt het personeel duur, omdt hij kijkt nr de totle loonkosten. De werknemer vindt zijn slris krig, omdt hij kijkt nr het nettoloon. e Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: Door de vergrijzing zl de AOW-premie hoger zijn, wnt er zijn meer 65-plussers. Door de vergrijzing zl de AOW-premie hoger zijn, wnt de 65-plussers worden ouder. Door de vergrijzing zl de zorgverzekeringspremie hoger zijn, wnt de 65-plussers hebben vk dure medische ingrepen nodig. f Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: De bs heeft voordeel, wnt zijn loonkosten zijn lger. De zwrtwerker heeft voordeel, wnt zijn nettoloon is hoger. De zwrtwerker heeft ndeel, wnt hij heeft geen recht op socile verzekeringen. De normle werknemers hebben ndeel, wnt zij moeten meer socile premies betlen. De normle werkgevers hebben ndeel, wnt zij hebben hogere loonkosten. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 7 vn 23

Opdrcht 7 Afwenteling en de wig De eigenren of de ndeelhouders ondervinden ndeel, omdt het bedrijf minder winst mkt. b Door de fwenteling ontstt er werkloosheid en infltie. De loonkosten stijgen met 5.000. Als de kosten stijgen, terwijl de rbeidsproductiviteit gelijk blijft, dn stijgen de loonkosten per product. De concurrentiepositie verslechtert, wrdoor Nederlndse bedrijven minder exporteren. Dt is slecht voor de werkgelegenheid. De loonkosten stijgen met 5.000. Als de kosten stijgen, zullen bedrijven dit doorberekenen in de verkoopprijzen. Dn stijgt de infltie in Nederlnd en dlt de koopkrcht. c Wnneer er geen sprke is vn fwenteling, komt de premiestijging volledig ten lste vn de werknemers. Het nettoloon dlt met 5000. Dit komt ten goede n de inctieven. De inctieven gn er dn in verhouding op vooruit en de inctieven gn er in verhouding op chteruit. Drom is er sprke vn een ndere inkomensverdeling. d In Nederlnd zl n lngdurig polderoverleg een compromis woren gesloten, wrbij zowel werkgevers ls werknemers een gedeelte vn de hogere socile lsten voor hun rekening nemen. Opdrcht 8 Het berekenen vn de loonruimte Toegevoegde wrde = verkoopwrde inkoopwrde = 8 mln - 2 mln = 6 miljoen. b De winst is 1 miljoen. Dt is 16 2 / 3 % vn de toegevoegde wrde in 2008. c De prijs stijgt vn 40 nr 40,80. Dt is een stijging vn 2%. Het ntl geproduceerde spellen stijgt vn 200.000 nr 202.000. Dt is een stijging vn 1%. De omzet stijgt vn 8.000.000 nr 8.241.600. Dt is een stijging vn 3,02%. d Met loonruimte wordt bedoeld de procentuele loonstijging, wrbij het ndeel vn de winst in de toegevoegde wrde vn het bedrijf constnt blijft. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 8 vn 23

In het jr 2008 ws de winst 16 2 / 3 % vn de toegevoegde wrde. In het jr 2009 moet dt percentge gelijk blijven. Toegevoegde wrde = verkoopwrde inkoopwrde = 8.241.600-2.060.400 = 6.181.200. De winst moet dus 16 2 / 3 % vn 6.181.200 worden. Dt is 1.030.200. De lonen mogen dus stijgen met mximl 8.241.600-2.060.400-1.030.200 = 5.151.000. In het jr 2008 wren de lonen 5.000.000. De loonruimte in het jr 2009 is dus 3,02%. e Met loonruimte wordt bedoeld de procentuele loonstijging, wrbij het ndeel vn de winst in de toegevoegde wrde vn het bedrijf constnt blijft. De toegevoegde wrde verndert door de stijging vn de prijzen en de stijging vn de rbeidsproductiviteit. In het jr 2008 werden 200.000 spellen geproduceerd. In het jr 2009 werden 202.000 spellen geproduceerd door hetzelfde ntl werknemers. Dn is de rbeidsproductiviteit gestegen met 1%. De prijzen zijn gestegen met 2%. Dn stijgt de toegevoegde wrde met 1,01 x 1,02 = 1,0302. Dt is een stijging vn 3,02%. Dn is de loonruimte ook 3,02%. Dt is een complexe berekening. Drom wordt vk de volgende vuistregel gehnteerd: Bereken de loonruimte door de procentuele stijging vn de rbeidsproductiviteit bij het percentge vn de infltie op te tellen. f Nee. Niet ieder lnd heeft dezelfde infltie. Stel dt de prijsstijgingen vn vergelijkbre computerspelen in het buitenlnd lger is dn 2%, dn kn dit bedrijf zijn prijzen in het buitenlnd minder hrd lten stijgen. Dn is de loonruimte ook minder. g In de collectieve sector is de toegevoegde wrde niet te berekenen, omdt er geen verkoopprijzen zijn voor collectieve goederen. Deze zijn immers niet te splitsen in individuele eenheden. Opdrcht 9 Arbeidsmrkt voor jopngeren Uit bron 17 blijkt dt er bij een minimumloon vn 1.089 per mnd 30.000 rbeidsjren worden gevrgd en 80.000 rbeidsjren worden ngeboden. Dn is er een nbodoverschot vn 50.000 rbeidsjren. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 9 vn 23

Het is niet bekend hoeveel uur een jongere gemiddeld per jr werkt. Dus is het ntl werkloze jongeren niet te berekenen. b Als het verlgen vn het jeugdminimumloon geen effect hd, omdt de nbodlijn verschoof, dn wil dt zeggen dt de nbodlijn nr rechts is verschoven. De nbodlijn schuift nr rechts ls meer jongeren zich nbieden op de rbeidsmrkt. Blijkbr kwmen er in die periode meer jongeren vn school. c De rbeidsmrkt werkt volgens het systeem vn vrg en nbod. Blijkbr is er veel vrg nr vkkenvullers en is het moeilijk om mensen te vinden die dit werk willen doen. d Mensen die werken vi een uitzendbureu, oproepkrchten en mensen met een nul-uren contrct. e Dt hngt vn zijn rbeidsovereenkomst f. Als een vkkenvuller in vste dienst is, is hij geen flexibele werknemer. f Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: De hoogte vn het loon. De opzegtermijn. Het uitzicht op een vste nstelling. En enzovoorts. g Als de conjunctuur verbetert en er weer wt meer vrg nr producten is, dn heeft een bedrijf meer personeel nodig. Mr omdt je niet zeker weet, of de toenme vn de economische bedrijvigheid zl doorzetten of weer zl inzkken, is het beter om eerst wt extr personeel n te nemen dt je weer eenvoudig kn ontsln. Flexibel personeel dus. Als de economische groei l twee jr nhoudt, is de productie l weer zo sterk toegenomen dt je weer gebruik gt mken vn vst personeel. 2.5 Wt krijgt diegene die niet werkt? Opdrcht 10 De hoogte vn de premie https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 10 vn 23

De uitkering is 70% vn 52.000 per jr. Dt is 36.400 per jr. Gemiddeld blijft 20% vn 270.000 verzekerden één week per jr ziek thuis. De uitkering bedrgt per verzekerde 36.400 : 52 = 700. De uitkering voor deze groep bedrgt 700 x 54.000 = 37.800.000. Gemiddeld blijft 1% vn 270.000 verzekerden vier weken per jr ziek thuis, wegen een medische ingreep. De uitkering bedrgt per verzekerde 36.400 : 52 x 4 = 2.800. De uitkering voor deze groep bedrgt 2.800 x 2.700 = 7.560.000. Gemiddeld blijft 0,1% vn 270.000 verzekerden het hele jr ziek thuis n een ongeluk. De uitkering bedrgt per verzekerde 36.400. De uitkering voor deze groep bedrgt 36.400 x 270 = 9.828.000. Het bedrg dt dit socile fonds per jr moet uitkeren is 37.800.000 + 7.560.000 + 9.828.000 = 55.188.000. b De premies worden vstgesteld op bsis vn kostendekking. Er is 55.188.000.nodig voor de uitkeringen. De kosten vn personeel en kntoor bedrgen 2,6 miljoen euro. Totl nodig: 57.788.000. Dit bedrg wordt opgehld uit de lonen vn de werkenden. Dus niet bij de uitkeringen vn de zieken. Gemiddeld blijft 54.000 verzekerden één week per jr ziek thuis. Dt zijn 54.000 weken. Gemiddeld blijft 2.700 verzekerden vier weken per jr ziek thuis. Dt zijn 2.700 x 4 = 10.800 weken. Gemiddeld blijft 270 verzekerden het hele jr ziek thuis. Dt zijn 270 x 52 = 14.040 weken. Totl ntl weken ziek thuis: 78.840. Dt zijn 78.840 : 52 = 1.516,15 rbeidsjren die uitvllen. Het ntl gewerkte rbeidsjren is 270.000-1.516,15 = 268.483,85 Drmee wordt verdiend 52.000 per jr. Totl wordt er 13.961.160.000,00 door de werkenden verdiend. Geld dt nodig is voor de uitkeringen vn de zieken https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 11 vn 23

-------------------------------------------------------------------------- x100% = premiedruk Inkomen vn de ctieven 57.788.000 ------------------------- x100% = 0,41%. 13.961.160.000 Opdrcht 11 Uitkeringenquiz J. Een 65-plusser kn diverse soorten inkomen nst zijn AOW-uitkering ontvngen: pensioenuitkering, rente uit sprgeld, dividend uit ndelen, winst uit een eigen onderneming, roylty uit uteursrechten en hij kn ntuurlijk ook gewoon betld werk blijven doen ls 65-plusser. b Iemnd die zwrtwerkt betlt geen socile premies en heeft geen recht op socile uitkeringen. De ZW is weliswr geen socile verzekering meer. De werkgever is verplicht om zelf 70% vn het ltst betlde loon door te betlen. Mr een werkgever die zich niet n de belstingwetten houdt, zl zich ook niet n de Ziektewet houden. c Nee. De WW is een werknemersverzekering. Die is lleen voor mensen die betld werk hebben gedn en onvrijwillig ontslg hebben gekregen. d J. Als je loon te lg is heb je recht op een nvulling uit de bijstndswet (Wet Werk en Bijstnd). Of: mensen die gedeeltelijk fgekeurd zijn, zullen deels zelf hun inkomen verdienen en deels een WIA-uitkering ontvngen. e Nee. Je moet beschikbr zijn voor de rbeidsmrkt. Ps ls duidelijk wordt dt je met jouw diplom s en ervring geen kns mkt op een bn, mg je met behoud vn uitkering worden omgeschoold. f Vrouwen die thuis blijven om voor de kinderen te zorgen en n een scheiding in de bijstnd zijn gekomen. g Nee. De mn heeft socile premies betld en heeft recht op een WIA-uitkering. Die uitkering is onfhnkelijk vn het inkomen vn de prtner vn de rbiedsongeschikte. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 12 vn 23

h De AOW. Er zijn veel 65-plussers, dus zl deze wet het meeste geld kosten. De AOW is een verzekering. Bij bezuinigingen gt het verzekeringskrkter verloren. Opdrcht 12 Averechtse selectie en moreel risico Leeftijd Mn in % vn totl Antl mnnenmn kns op ziekte Antl zieke mnnengemiddelde ziekteduur in mndenantl ziekte-mnden vn mnnen 20 30 10 20.000 15% 3.000 1 3.000 30 40 13 26.000 22% 5.720 2 11.440 40 50 26 52.000 35% 18.200 3 54.600 50 65 10 20.000 47% 9.400 3 28.200 --------- + --------- + Totl mn 118.000 97.240 Leeftijd Vrouw in % vn totlantl vrouwen Vrouw Kns op ziekteantl zieke vrouwen Gemiddelde ziekteduur in mnden Antl ziekte-mnden vn vrouwen 20 30 7 14.000 17% 2.380 1 2.380 30 40 11 22.000 38% 8.360 2 16.720 40 50 17 34.000 25% 8.500 3 25.500 50 65 6 12.000 18% 2.160 3 6.480 --------- + --------- + Totl vrouw 82.000 51.080 Totl ntl ziekte-mnden vn mnnen en vrouwen smen is 148.320. Dt zijn 148.320 : 12 = 12.360 rbeidsjren. De uitkering is 100% vn 28.800 per jr. Het bedrg dt deze verzekering per jr moet uitkeren is 12.360 x 28.800 = 355.968.000. De premies worden vstgesteld op bsis vn kostendekking. Er is 355.968.000 nodig voor de uitkeringen. De kosten vn personeel en kntoor bedrgen 0,5 miljoen euro. Totl nodig: 356.468.000. Dit bedrg wordt opgehld uit de gehele popultie, ngezien de uitkering 100% vn het loon bedrgt. 356.468.000 : 200.000 personen = 1.782,34 per persoon. Dt is 6,2% vn 28.800. b De groep die de hoogste kosten met zich meebrengt. Dt is de groep die het hoogste risico loopt om ziek te worden. Dt zijn in deze opdrcht de groepen mnnen vn 40 tot 50 en vn 50 tot 65 jr. En de groep vrouwen vn 30 tot 40 jr. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 13 vn 23

c Zelfstndigen met weinig personeel zijn minder vk ziek dn werknemers, omdt het voor hen moeilijker is weg te blijven vn hun werk. De kns dt ze permnent klnten verliezen, vinden ze te groot. d De groep mnnen vn 50 tot 65 jr wordt uitgesloten. De popultie dlt nr 180.000 personen. De verzekeringspremie blijft 6,2%. De verzekeringsmtschppij ontvngt 180.000 x 0,062 x 28.800 = 321.408.000. Totl ntl ziekte-mnden vn mnnen en vrouwen smen is 120.120. Dt zijn 120.120 : 12 = 10.010 rbeidsjren. De uitkering is 100% vn 28.800 per jr. Het bedrg dt deze verzekering per jr moet uitkeren is 10.010 x 28.800 = 288.288.000. De kosten vn personeel en kntoor bedrgen 0,5 miljoen euro. Totl nodig: 288.788.000. Wt er overblijft is winst. Dt is 321.408.000-288.788.000 = 32.620.000 e De winst ws 32.620.000. Om die winst te lten verdwijnen moeten er extr uitkeringen worden gedn met een omvng vn 32.620.000. De uitkering is 28.800 : 12 = 2.400 per mnd. Dus moeten er 32.620.000 : 2.400 = 13.592 extr ziekte-mnden bijkomen. Het ntl ziekte-mnden vn mnnen in de leeftijdsgroep 20 tot 30 ws tot nu toe 3.000. Het totl ntl ziekte-mnden wordt dus 16.592. Uit een popultie vn 20.000 mnnen is de kns op ziekte dn 83%. 2.6 4 De ctegorile inkomensverdeling Opdrcht 13 Loon en werken Als 2.000 rbeiders 50.000 loon ontvngen, dn is dt smen 100.000.000. Als 2.000 rbeiders 60.000 loon ontvngen, dn is dt smen 120.000.000. Totl bedrg n loon = 220.000.000. Dt is gemiddeld per rbeider 55.000. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 14 vn 23

Het TLZ is dus ook 55.000. Als 100 ondernemers 55.000 TLZ berekenen, dn is dt smen 5.500.000. Totl bedrg n loon en TLZ = 225.500.000. Loon + TLZ --------------------------------------- x100% = rbeidsinkomensquote Netto toegevoegde wrde 225.500.000 ------------------------- x100% = 75,17%. 300.000.000 b De netto toegevoegde wrde wordt gebruikt voor de beloning vn de productiefctoren. Arbeid ontvngt 225,5 miljoen. Grond, kpitl en ondernemersctiviteit ontvngen smen voor rente, huur en winst 74,5 miljoen. Toegevoegde wrde 300 miljoen Arbeid 225,5 miljoen De rest 74,5 miljoen Rente, huur en winst --------------------------------------- x100% = restinkomensquote Netto toegevoegde wrde 74.500.000 ------------------------- x100% = 24,83%. 300.000.000 De rbeidsinkomensquote en de restinkomensquote zijn smen ntuurlijk 100%. c De rbeidsproductiviteit stijgt met 5%. Als de prijzen gelijk blijven, zl de toegevoegde wrde stijgen met 5% nr 315.000.000. Werknemers in deze bedrijfstk dwingen een loonsverhoging vn 10% f. Het gemiddelde loon per rbeider wordt 60.500. Dus wordt hettlz dus ook 60.500. Totl bedrg n loon en TLZ = 248.050.000. Loon + TLZ --------------------------------------- x100% = rbeidsinkomensquote https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 15 vn 23

Netto toegevoegde wrde 248.050.000 ------------------------- x100% = 78,75%. 315.000.000 d De netto toegevoegde wrde wordt gebruikt voor de beloning vn de productiefctoren. Arbeid ontvngt 78,75% vn de netto toegevoegde wrde. Grond, kpitl en ondernemersctiviteit ontvngen smen voor rente, huur en winst 21,25%. Als rente en huur gelijk zijn gebleven, moet de winst wel zijn gedld. e Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: De restinkomensquote is te lg om rente en huur vn te betlen. Dn leidt het bedrijf verlies. De winstquote is de beloning voor het risico dt een ondernemer loopt. Als de winstquote te lg wordt, wil niemnd meer een eigen bedrijf beginnen. Als er geen bedrijven meer over zijn, wr gn de rbeiders dn eigenlijk werken? f De rbeidsinkomensquote kn toch stijgen ls de lonen meer stijgen dn de loonruimte. g De loonquote zl dlen. Er zijn minder werknemers (en meer zelfstndigen). h De rbeidsinkomensquote blijft gelijk. Dn zl de rbeidsinkomensquote ook stijgen. Herhling en exmentrining Opdrcht 14 Zie Index-online. Opdrcht 15 Loononderhndelingen De loonstijging vn 2,5 procent is de nominle loonstijging. Bij die loonstijging zl het bruto reële loon gelijk blijven. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 16 vn 23

b De loonkosten stijgen met 2,5%. Als de kosten stijgen, terwijl de rbeidsproductiviteit gelijk blijft, dn stijgen de loonkosten per product. Drom wil het bedrijf de prijzen verhogen. Mr door de keihrde buitenlndse concurrentie kn het bedrijf de verkoopprijzen niet verhogen, omdt het dn klnten verliest n buitenlndse bedrijven. c De loonkosten stijgen met 2,5%. Als de kosten stijgen, terwijl de rbeidsproductiviteit gelijk blijft, dn stijgen de loonkosten per product. Drom wil het bedrijf de prijzen verhogen. Door de tegenvllende interntionle conjunctuur is er weinig vrg nr producten. Bedrijven blijven met voorrden zitten en zullen hun prijzen verlgen. De Vlm kn de verkoopprijzen drom niet verhogen, omdt het dn klnten verliest n bedrijven die lgere prijzen vrgen. d De woordvoerder vn De Vlm gt er bij zijn stelling vnuit dt de rbeidsproductiviteit in het bedrijf toeneemt met minder dn 2,5 procent. Hij zegt: Angezien een prijsverhoging niet tot de mogelijkheden behoort en de niet-loonkosten per product gelijk blijven, tst een loonstijging vn 2,5% onze winst per eenheid product n.. Bij een loonstijging vn 2,5% en een stijging vn de rbeidsproductiviteit met 2,5% blijven de rbeidskosten per product gelijk en blijft de winst per eenheid product gelijk. Bij een loonstijging vn 2,5% en een stijging vn de rbeidsproductiviteit met meer dn 2,5% dlen de rbeidskosten per product en stijgt de winst per eenheid product ngetst. Opdrcht 16 Loononderhndelingen ls gevngenendilemm (4,8) In de tbel stt de puntenwrdering vn de voorkeuren vn werkgevers en vkbonden. De vkbonden geven de voorkeur n hoge looneisen en niet sneren(8). Hoge looneisen met sneren en lge looneisen zonder sneren zijn voor de vkbonden indifferent (4 en 4). Lge looneisen met sneren zijn voor de vkbonden onbespreekbr (2). De werkgevers geven de voorkeur n lge looneisen en niet sneren(8). Drn geven de werkgevers de voorkeur n lge looneisen en wel sneren(6). Drn geven de werkgevers de voorkeur n hoge looneisen en wel sneren(4). Hoge looneisen zonder sneren zijn voor de werkgevers onbespreekbr (2). Angezien beide prtijen tijdens de onderhndelingen niet kkoord zullen gn met de uitkomsten die voor hen onbespreekbr zijn, vllen de uitkomsten (8,2) en (2,6) f. Drn mkt het voor de vkbonden niet uit. Zij wrderen hoge looneisen met sneren en lge looneisen zonder sneren llebei met een 4. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 17 vn 23

Dn zullen de werkgevers de onderhndelingen in de richting vn lge looneisen en niet sneren sturen (8), omdt zij dt meer wrderen dn lge looneisen en wel sneren(6). b (4,4) Angezien beide prtijen tijdens de onderhndelingen niet kkoord zullen gn met de uitkomsten die voor hen onbespreekbr zijn, vllen de uitkomsten (8,2) en (2,6) f. Drn mkt het voor de vkbonden niet uit. Zij wrderen hoge looneisen met sneren en lge looneisen zonder sneren llebei met een 4. Dn zullen de werkgevers de onderhndelingen in de richting vn lge looneisen en niet sneren sturen (8), omdt zij dt meer wrderen dn lge looneisen en wel sneren(6). Mr de vkbond wil geen gezichtsverlies lijden. Als ze kkoord gn met (4,8) dn hebben de werkgevers precies wt ze willen hebben. Dus zullen de vkbonden de onderhndelingen in de richting vn hoge looneisen en sneren sturen, omdt zij niet kkoord kunnen gn met de hoogste wrdering vn de werkgevers. Omdt de vkbonden het hoogst hlbre niet bereiken, zullen ze proberen om de werkgevers ook f te houden vn het hoogst hlbre. c Vkbonden Werkgevers Niet sneren Wel sneren Hoge looneis 8, 2 4, 4 Lge looneis 6, 8 2, 6 Opdrcht 17 De republiek Terschelling Inctieven zijn mensen vn een uitkering leven. Op Terschelling zijn dt: 1.750 AOW-ers 250 rbeidsongeschikten 125 werklozen Totl 2.125 inctieven. Actieven zijn mensen die betld werk doen. Op Terschelling zijn dt: 1.335 werknemers bij de bedrijven 340 mbtenren Totl 1.675 ctieven. ntl inctieven ----------------------- = i/-rtio ntl ctieven https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 18 vn 23

Op Terschelling is de i/-rtio 2.125 ---------- = 1,269 of 126,9%. 1.675 b De uitgven vn de overheid bedrgen 20,4 miljoen euro n slrissen en 10,6 miljoen euro n overige bestedingen. Dt is totl 31 miljoen euro. Er zijn 1.335 werknemers bij de bedrijven. Dt is 31 miljoen : 1.335 = 23.220,97 per werknemer. c De ctieven verdienen een loon vn 60.000. Er zijn 1.675 ctieven. Dt is totl 1.675 x 60.000 = 100.500.000. De inctieven ontvngen een uitkering vn 15.000. Er zijn 2.125 inctieven. Dt is totl 2.125 x 15.000 = 31.875.000. Op Terschelling wordt er door de inwoners totl 132.375.000 ontvngen. De belstingdruk is 23%. De overheid ontvngt 0,23 x 132.375.000 = 30.446.250. Dt is onvoldoende om de begroting vn de overheid sluitend te krijgen, wnt de uitgven bedrgen 31 miljoen euro. Er blijft een tekort over vn 553.750. d De inctieven ontvngen een uitkering vn 15.000. Er zijn 2.125 inctieven. Dt is totl 2.125 x 15.000 = 31.875.000. Er zijn 1.675 ctieven. Iedere ctieve eilndbewoner moet gemiddeld 19.030 per jr in het Socil Fonds Terschelling storten om lle uitkeringen te kunnen betlen. e Het bruto-inkomen is 60.000. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 19 vn 23

Iedere werknemer moet 19.030 fstn n het Socil Fonds. Dt is 31,7%. f Het bruto-inkomen is 60.000. Iedere ctieve en inctieve eilndbewoner betlt 23% belsting. Dt is 13.800. Iedere werknemer moet 19.030 fstn n het Socil Fonds. Het netto inkomen is 27.170. g De i/-rtio verbetert, wnt het ntl werklozen dlt met vijf. Deze vijf vinden werk in het toerisme. Dus de uitkeringen stijgen met hetzelfde percentge ls de lonen. Inctieven zijn mensen vn een uitkering leven. Op Terschelling zijn dt: 1.750 AOW-ers 250 rbeidsongeschikten 120 werklozen Totl 2.120 inctieven. Actieven zijn mensen die betld werk doen. Op Terschelling zijn dt: 1.340 werknemers bij de bedrijven 340 mbtenren Totl 1.680 ctieven. ntl inctieven ----------------------- = i/-rtio ntl ctieven Op Terschelling is de i/-rtio 2.120 ---------- = 1,262 of 126,2%. 1.680 De lonen stijgen met 8 1 / 3 % vn 60.000 nr 65.000. De uitkeringen stijgen met hetzelfde percentge ls de lonen. De inctieven ontvngen nu een uitkering vn 16.250. Er zijn nu 2.120 inctieven. Dt is totl 2.120 x 16.250 = 34.450.000. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 20 vn 23

Er zijn nu 1.680 ctieven. Iedere ctieve eilndbewoner moet nu gemiddeld 20.506 per jr in het Socil Fonds Terschelling storten om lle uitkeringen te kunnen betlen. Vorig jr betlden ze 19.030. Nu betlen ze 1.476 meer. Vorig jr betlden ze 31,7%. Nu betlen ze 31,5%. De koppeling is dus hlbr. h De ctieven verdienen een loon vn 65.000. Er zijn 1.680 ctieven. Dt is totl 1.680 x 65.000 = 109.200.000. De inctieven ontvngen een uitkering vn 16.250. Er zijn 2.120 inctieven. Dt is totl 2.120 x 16.250 = 34.450.000. Op Terschelling wordt er door de inwoners totl 143.650.000 ontvngen. De belstingdruk is 23%. De overheid ontvngt 0,23 x 143.650.000 = 33.039.500. De uitgven vn de overheid bedrgen: An mbtenrenslrissen 340 x 65.000 = 22,1 miljoen euro An overige bestedingen 10,6 miljoen euro. Dt is totl 32,7 miljoen euro. Er is nu bij de overheid sprke vn een overschot. Koppeling is dus mogelijk. Opdrcht 18 Arbeidsongeschiktheidsregelingen verder ngescherpt Voor ltijd en voor 100% niet meer kunnen werken. b Iemnd die 60% rbeidsongeschikt is hoort bij de groep gedeeltelijk rbeidsongeschikten. (35% tot 80% rbeidsongeschikt) Gedeeltelijk rbeidsongeschikten krijgen een uitkering vn 70% vn het minimumloon vermenigvuldigt met het rbeidsongeschiktheidspercentge. 70% vn 1.264,80 = 885,36. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 21 vn 23

WGA-uitkering = 60% vn 885,36 = 531,22. c Als je nog kunt werken in een ndere bn dn verdien je dr ltijd meer, omdt de uitkeringen zo lg zijn voor gedeeltelijk rbeidsongeschikten. Wnt de WGA-uitkering is mr een heel klein deel vn het minimumloon. d Nee. Omdt volgens de nieuwe wet mensen die minder dn de 35% rbeidsongeschikt zijn geen recht hebben op een uitkering. Zij blijven in dienst vn hun werkgever en mken fsprken over npssing vn het werk dt ze doen. e 1. Andere werkzmheden (dministrtie, receptie) 2. Minder uren werken Opdrcht 19 Loonkosten, werkgelegenheid en socile zekerheid Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: Door een stijging vn de loonkosten verslechtert de interntionle concurrentiepositie wrdoor de export dlt en de werkgelegenheid terugloopt. Door een stijging vn de loonkosten wordt de productiefctor rbeid reltief duur ten opzichte vn de productiefctor kpitl. Mensen zullen vervngen worden door mchines, wrdoor de werkgelegenheid terugloopt. Door een stijging vn de loonkosten dlt de winst, wrdoor het voor bedrijven niet ntrekkelijk is om te investeren. Als de investeringen dlen en is er minder werkgelegenheid bij de producenten vn duurzme productiemiddelen. b Hier zijn verschillende ntwoorden mogelijk. Denk bijvoorbeeld n: bij pijl 2: de lengte vn de uitkeringen worden korter. bij pijl 2: de hoogte vn de uitkeringen worden lger. bij pijl 3: de overheid gt op ndere uitgven bezuinigen. bij pijl 3: de overheid lt het begrotingstekort lt oplopen. c Het gt om een pijl tussen werkgelegenheid en loonkosten. De pijl begint bij de werkgelegenheid en loopt nr de loonkosten. Het gt om een positief verbnd, omdt een dling vn de werkgelegenheid vi loonmtiging tot dling vn de loonkosten leidt. Er moet dus een + bij deze pijl stn. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 22 vn 23

Opdrcht 20 De rmoedevl De uitkering ws 77,5% vn het bruto wettelijk minimum loon. Dt is 860,87 per mnd. Het loon wordt 130% vn het bruto wettelijk minimum loon. Dt is 1.444,04 per mnd. De toenme vn het bruto inkomen is 583,17. Uit het cirkeldigrm blijkt dt er vn dt bruto 12% beschikbr overblijft. Dt is 69,98. b Uit bron 29 blijkt dt de toenme vn het beschikbr inkomen 150 per mnd moet bedrgen om 35.000 mensen met een uitkering n het werk te krijgen. Uit vrg blijkt dt die toenme slechts 69,98 per mnd is. Dus moet dit bedrg per mnd met 80,02 worden verhoogd. Dt kn door de heffingskortingen te verhoging. De rbeidskorting wordt dn op jrbsis 12 x 80,02 = 960,24. c Als iemnd met een uitkering gt werken, stijgt zijn inkomen, wrdoor hij geen recht meer heeft op huursubsidie. Uit het cirkeldigrm blijkt dt 29% vn de inkomensstijging wordt opgegeten door de dling vn de huursubsidie. Verlging vn de huursubsidie betekent dt mensen met een uitkering een kleiner bedrg n huursubsidie ontvngen. Bij werknvrding komt er dn minder huursubsidie te vervllen, zodt het beschikbr inkomen hrder stijgt. https://www.scholieren.com/verslg/ntwoorden-economie-werk-en-inkomen-h2 Pgin 23 vn 23