Plan Werkplekleren 3



Vergelijkbare documenten
POP Martin van der Kevie

Eindreflectie. Taakbekwaam bovenbouw. Anouk Bluemink Vr2B Datum: 21 mei 2014 SLB er: Agnes Hartman

Competenties. De beschrijvingen van de 7 competenties :

Leerwerktaak Bouwen aan grammatica

Startbijeenkomst ptaak jaar 2. Ontwerpen en innoveren

Leerwerktaak Samenwerkend lezen

Leerwerktaak Spreken is goud!

Leerwerktaak Hoor je wat ik zeg?!

Presentatie Vakdidactisch Eindwerkstuk


Leerwerktaak Samenspraak

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Door de stage en de theorie ontwikkel ik mij beroepsmatig. Op mijn stage vraag ik veel aan mijn stagebegeleidster.

EVALUATIEFORMULIER ACADEMIE VOOR BEELDENDE VORMING Voltijd/Deeltijd/Duaal. Docent Beeldende Kunst en Vormgeving Duaal

Zelfevaluatie. Inleiding:

Lesvoorbereidingsmodel

Competentie Werkplan Resultaat Tijd

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Taakbekwaam onderbouw. Anouk Bluemink Vr2B Datum: 16 december 2013 SLB er: Wineke Blom & Agnes Hartman

Weergave van digitaal assessment project Go or no go

Door de stage en de theorie ontwikkel ik mij beroepsmatig. Op mijn stage vraag ik veel aan de docenten.

Cursus werkbegeleiding

User Centered Design. Ontwerpbeslissingen

STUDIEWIJZER. Opleiding tot leraar in de 2 de graad. Onderwijseenheid ORIËNTATIE OP LESGEVEN

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen.

LeerWerkPlan VLO fase 2, Zwolle

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD

Leerwerktaak Schatrijk aan woorden

Interpersoonlijk competent

Projectdefinitie. Plan van aanpak

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen

MBO-HBO DOORSTROOMASSESSMENT

TRAINING WERKBEGELEIDING

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Overzicht curriculum VU

Persoonlijk ontwikkelingsplan

Leerwerktaak Voor alles is een woord

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Opdrachten bij hoofdstuk 1

SLB eindverslag. Rozemarijn van Dinten HDT.1-d

Blok 1 - Introductie

Eindverslag SLB module 12

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Thermometer leerkrachthandelen

Analyse van de 360 graden feedback

Werkplan vakverdieping kunstvakken

Leraar, je wist dat je het was.

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie

Inleiding. Beste student,

Educatieve Hogeschool van Amsterdam, lerarenopleiding vo/bve Beoordelingsformulier voor het werkplekleren (definitieve versie, november 2007)

Juridische medewerker

Reflecties op de icoach-bijeenkomsten:

Lesplanformulier. Les wordt gegeven in een open ruimte met ronde tafels en een computergedeelte. Een les duurt 50 minuten

Vakdidactiek les

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie

student: Luana Di Santo Nynke Bies studentnummer: NHL adres:

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren

Persoonlijk Ontwikkelingsplan Groeien met techniek

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Samenwerkend leren

Handleiding Coaching/stagereflectie

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen

Sita (VWO2) Aaron Sams. Natuurkunde en Flipping the Classroom

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

- Je spreekt leerlingen aan op ongewenst gedrag. Je geeft af en toe positieve feedback.

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Pop- formulier. ( 2 jaar Havo 2 jaar Vmbo ) thuiswonend. Ja, soort van. Werkervaring Bedrijf Functie Taken. Bediening, serveren

STAGE WERKPLAN ACADEMIE VOOR BEELDENDE VORMING

Educatieve film verantwoording Gluten

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Info praktijk 2 BaLO Academiejaar

Doel van deze presentatie is

Dossier opdracht 12. Vakproject 2: Vakdidactiek

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn:

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

ACTIVERENDE DIDACTIEK EN SAMENWERKEND LEREN LERADS01X. Caspar Bontenbal

KPB Activerende didactiek

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid)

21ste-eeuwse vaardigheden:

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

PERSOONLIJK ONTWIKKELPLAN. Pop Martin van der Kevie

Colofon. Uitgeverij: Edu Actief b.v Auteur(s): Lily Benjamin - Merens

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

Beoordelingsinstrument voor het beoordelen van het portfolio en werkplekleren (rubrics)

Pop- formulier. Circa. 30 tot 40 minuten

Hbo tweedegraadslerarenopleiding

Studentbegeleiding: Analyse van en reflectie op het begeleidingsgesprek

KNAG dag Andreas Boonstra

Daarna wil ik een les gaan geven over het formuleren van vragen, zodat kinderen hier inzicht in krijgen hoe ze dit goed kunnen doen.

Secretaresse niveau 3 en management assistent niveau 4

OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG

Plan van aanpak horizon verbreden Zuid-Afrika

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen

Inhoudsopgave: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Transcriptie:

Plan Werkplekleren 3 student: Toon Wijnen studentnummer: 232157 NHL e-mailadres: wijn1103@student.nhl.nl opleiding(en): Leraar aardrijkskunde traject: Voltijd code toetseenheid: begeleider: H.A. van der Woude examinator(en): inleverdatum: 6 november 2014 Door het inleveren van dit product verklaar ik dat het product eigen werk is en dat het vrij is van plagiaat. 1

Persoonlijke gegevens Naam: Wijnen Voornamen: Toon Adres: Aakstraat 1b 8937 BD, Leeuwarden Telefoon: 0613960063 Geboortedatum: 8 juni 1988 Burgerlijke staat: Ongehuwd (samenwonend) E-mail: toon_wijnen@hotmail.com Opleiding: 2000-2007 HAVO (Piter Jelles, Leeuwarden) Vakkenpakket: Nederlands, Engels, Frans, Geschiedenis, Economie, Tekenen, Aardrijkskunde 2008-2011 Vooropleiding en eerste jaar conservatorium, richting jazz & pop, hoofdvak gitaar 2011-heden Docent Aardrijkskunde (NHL, Leeuwarden) Werkervaring: 2004-2009 Vulploegmedewerker supermarkt Super de Boer te Leeuwarden. 2007-2008 Stockhulpkracht Carpet Right te Groningen. 2010 Omrin, bijrijder. 2011-2014 Winkelmedewerker boekhandel de Tille + de Slegte/Polare. 2014-heden Winkelmedewerker/gitarist boekhandel Van der Velde. 2

Beroepsbeeld In het tweede studiejaar moest ik gaan nadenken over mijn beroepsbeeld. Met zo weinig opgedane onderwijservaring vond ik het lastig te bedenken hoe ik mijn ideale onderwijs voor me zag. Wel wist ik dat ik het belangrijk vind me als leraar te blijven ontwikkelen. Door de ontwikkelingen binnen de wetenschap en de rol die aardrijkskunde binnen de actualiteit speelt blijft het vak zich uitbreiden, als docent moet je daarin meegaan. Ook ontwikkelingen binnen onderwijskunde en pedagogiek gaan je als docent aan, daar zal je je als docent aan moeten aanpassen. Volgens het Handboek vakdidactiek aardrijkskunde bepalen ontwikkelingen in samenleving, pedagogiek en wetenschappelijke aardrijkskunde de inhoud van het onderwijs (G. van den Berg (red), 2009). Zo kun je ervan uit gaan dat deze ontwikkelingen vorm geven aan de lesmethoden en visie of aanpak van een school, alleen niet direct. Als docent kun je actuele ontwikkelingen in de bovenstaande gebieden wel direct in je onderwijs opnemen. Je moet ze in de gaten houden, toetsen en uitproberen en eventueel in je onderwijs opnemen. Na het derde jaar is die visie uitgebreid met de idee dat de manier waarop je lesgeeft bij jezelf moet passen. De informatie die beschikbaar is voor het geven van effectief (aardrijkskunde-)onderwijs moet je bestuderen en uitproberen. Zo is effectief en activerend leren op verschillende manieren mogelijk en de handboeken Effectief leren (2009a) en Actief leren (2009b) van Ebbens en Ettekoven geven daarvoor kenmerken en mogelijke toepassingen. Zo worden in Effectief leren sleutelbegrippen gegeven om succesvolle samenwerking tussen leerlingen mogelijk te maken, gevolgd door een aantal mogelijke samenwerkingsvormen (Ebbens & Ettekoven, 2009a). Samenwerkend leren kan dus op verschillende manieren en je zult voor de ene aanpak gewoon meer voorkeur hebben dan de andere. Voorkeuren hebben ook te maken met kernkwaliteiten, persoonlijke eigenschappen die je als docent sterker op bepaalde punten maken. Door te onderzoeken wat die kernkwaliteiten zijn kun je ze leren inzetten om je onderwijs persoonlijk te maken (W. Geerts & R. van Kralingen, 2011). Een goede docent worden kan dus op verschillende manieren. Ik geloof dat je voor de klas jezelf moet zijn, in de rol van docent. Zelf probeer ik dat te doen door uit te gaan van mijn kwaliteiten zoals de manier waarop ik contact heb met leerlingen en te werken aan mijn zwakheden of valkuilen zoals mijn voorbereiding met betrekking tot organisatie. Het doel van mijn aardrijkskundeonderwijs is de leerlingen een aardrijkskundige manier van kijken mee te geven die ze in staat stelt na te denken over wat ze in hun omgeving zien. Die omgeving kan de fysieke omgeving zoals de eigen regio, Nederland of een vakantieadres zijn, maar ook de omgeving waarmee ze via televisie, internet of producten in aanraking komen. De ene reden voor dit streven is het geografisch besef dat G. van den Berg (2009) beschrijft als doel van aardrijkskundeonderwijs. Dit besef bestaat uit het hebben van een wereldbeeld, het hebben van kennis en inzicht in ruimtelijke vraagstukken en het hanteren van een geografische benadering (G. van den Berg, 2009). De andere is mijn eigen ervaring van geografisch besef. Nog regelmatig na de middelbare school deden verschijnselen in het Nederlandse landschap me terugdenken aan de lessen over de Nederlandse landschappen en heb ik gebruik kunnen maken van de aangeleerde atlasvaardigheden. Het lijkt me waardevol om leerlingen zelf al is het maar minimaal iets van dat besef te laten ervaren. Terugblik werkplekleren 2: Het eerste doel dat ik voor werkplekleren 2 stelde was het voorbereiden van voldoende materiaal voor mijn lessen. Tijdens de eerste stage kwam het voor dat leerlingen sneller met opdrachten klaar waren dan ik verwachtte en moest ik ter plekke voor extra werk zorgen. Tijdens mijn tweede stage bereidde ik extra opdrachten voor. Dit werkte goed, wanneer leerlingen snel klaar waren met opdrachten had ik een opdracht achter de hand. Deze waren vaak productiever en betekenisvoller en maakten gebruik van dat wat leerlingen bij de vorige opdrachten moesten leren. De leerlingen gingen daar vrijwel altijd mee aan de slag. Mijn stagecoach benoemde dat het goed was om materiaal achter de hand te hebben maar dat de kans bestaat dat leerlingen rustig gaan werken wanneer ze weten dat er extra werk volgt wanneer ze klaar zijn. Om dat te voorkomen wil ik me bij het differentiëren tijdens stage 3 o.a. richten op leerlingen die snel klaar zijn en ze iets meer dan extra opdrachten bieden. Tijdens stage 3 wil ik meer gebruik gaan maken van de variatie aan werkvormen, dimensies, schalen en bronnen die aardrijkskundeonderwijs kenmerken. Hoewel ik tijdens stage 2 veel gebruik maakte van de atlas en kaarten heb ik te weinig gebruik gemaakt van de verschillende benaderingen die in het Handboek Vakdidactiek Aardrijkskunde staan. Dit bleek onder andere uit mijn tweede assessment. 3

De theorie van effectief en actief leren heb ik tijdens mijn tweede stage uitgevoerd, voornamelijk in de vorm van directe instructie en samenwerkingsvormen. Tijdens stage 3 wil ik meer gaan werken met actief en betekenisvol leren, transfer en leerlinggestuurd onderwijs. Dit kwam ook tijdens mijn tweede assessment ter sprake. Zowel de stagecoach van de NHL als van de stageschool gaf als feedback dat ik bij mijn voorbereiding nog iets meer aandacht zou kunnen besteden aan de vragen die ik stel. Daarbij moet ik gaan letten op het niveau en de voorkennis van de leerlingen. Om die reden wil ik vragen die ik bij bijv. Instructie wil gaan stellen meer uitschrijven. Ook gaf de coach van de NHL aan dat ik bij reflectie en evaluatie de koppeling met theorie meer moest benoemen omdat ik vaak wel bewust ergens voor koos maar dan de koppeling met de theorie miste. Deze koppeling wil ik bij voorbereiding, verantwoording van lessen en evaluatiemomenten meer maken. Ten slotte bleek uit het tweede assessment dat ik te weinig concrete feedback had van leerlingen terwijl ik wel aangaf daar waarde aan te hechten. Feedback die klassikaal mondeling wordt gegeven kan anders zijn dan schriftelijke (anonieme) feedback. Tijdens stage 3 laat ik leerlingen feedback opschrijven. n.b. Voor beoordeling door stagebegeleider en NHL-begeleider zie formulieren aan het eind. Competenties Interpersoonlijk competent Tijdens de eerste twee stages merkte ik dat ik contact met leerlingen leuk vind. Ik vind communicatie een belangrijk middel om onderwijs succesvol te laten zijn. De omgang met leerlingen ging vanaf het begin relatief natuurlijk. Wanneer leerlingen aan het woord zijn en wanneer ik leerlingen corrigeer probeer ik ze op een positieve manier te benaderen. Mijn begeleiders merkten dat in hun feedback op. Een volgende stap zou kunnen zijn dat ik leerlingen medeverantwoordelijk maak voor het werk- en leefklimaat in de klas (indicator 1.3a). Dit kan door leerlingen te laten meedenken en beslissen over afspraken of regels in de klas. Tijdens werkplekleren 3 (WPL 3) wil ik hier tijdens de introductie in een nieuwe klas stil bij staan. Leerdoel: Tijdens de introductie in een nieuwe klas bespreek ik met leerlingen welke regels en afspraken ze al hebben en of die in mijn lessen ook (kunnen) gelden. Voorafgaand bestudeer ik literatuur over het maken van afspraken en het stellen van regels (en wat als dat niet lukt) en spreek ik de docent hierover. Pedagogisch competent Binnen mijn lessen probeer ik een open houding tegenover leerlingen aan te nemen waarbij ik inbreng van leerlingen aanmoedig. Wanneer leerlingen antwoorden geven of met initiatieven komen probeer ik deze altijd positief te benaderen zodat leerlingen met inbreng durven te komen. Daarbij probeer ik balans te vinden tussen de leerlingen zodat leerlingen die terughoudend zijn ook gestimuleerd kunnen worden. Wat betreft mijn taalgebruik heb ik tijdens mijn tweede stage van zowel mijn begeleider van de stageschool als die van de NHL de feedback gekregen bij het voorbereiden goed na te denken over de vragen die ik wil gaan stellen. Soms waren die niet helemaal afgestemd op het niveau van de doelgroep waardoor onnodige verwarring ontstond. Tijdens WPL 1 & 2 heb ik me niet of nauwelijks bezig gehouden met ontwikkelings- of gedragsproblemen bij leerlingen. Voor P-taak 7 ga ik tijdens WPL 3 een praktijkonderzoek doen naar die problemen. Welke problemen dit zijn is afhankelijk van wat het voorkomen van problemen bij leerlingen op de stageschool. Leertaak: Ik doe binnen de stageperiode praktijkonderzoek naar leerlingen met leerproblemen en beschrijf pedagogische en didactische strategieën ter begeleiding van die leerlingen. Vakinhoudelijk & didactisch competent De lessen die ik heb voorbereid en uitgevoerd heb ik gemaakt met behulp van het lesplanformulier, de literatuur van vakdidactiek aardrijkskunde en effectief en actief leren. Tijdens assessments en 4

feedbackgesprekken werd me gevraagd mijn voorbereiding te onderbouwen. Vaak bleek dat ik wel gebruik maakte van de theorie maar dat ik die koppeling bij de onderbouwing en verslaglegging onvoldoende maakte. Bij de verslaglegging ben ik meer gebruik gaan maken van de bronnen bij mijn verantwoording, bij komende gesprekken wil ik elementen uit de literatuur die ik gebruik meer benoemen. Bij mijn lessen heb ik ICT op verschillende manieren ingezet. Aan de ene kant omdat er voor aardrijkskunde interessant digitaal materiaal te vinden is, zoals (interactieve) kaarten, spelletjes en filmpjes. Aan de andere kant was dat noodzakelijk, omdat mijn tweede stageschool gebruik maakt van laptoponderwijs en de nadruk dus meer op het gebruik van de computer ligt dan bij het gebruik van werkboeken. In de voorbereiding heb ik rekening gehouden met leerlingen die eerder klaar waren met zelfstandig werken. Tijdens WPL 3 wil ik de verschillen tussen leerlingen aanpakken door te oefenen met verschillende vormen van differentiëren. In de lessen die ik tot nu toe gaf maakte ik vooral gebruik van de atlas en kaarten als specifiek aardrijkskundig element. Voor het vak vakdidactiek ga ik proefjes en atlasopdrachten uitvoeren. In de rest van de lessen op WPL 3 wil ik meer gebruik maken van de verschillende geografische werkwijzen en dimensies uit het handboek vakdidactiek om de lessen niet alleen inhoudelijk maar ook didactisch aardrijkskundig te maken. Leertaak: Ik voer twee proefjes en twee atlasopdrachten uit. Leertaak: Ik ontwerp een excursie of veldwerk en voer deze indien mogelijk uit. Leertaak: Ik ontwerp een concept voor internationalisering en voer deze indien mogelijk uit. Leerdoel: Ik werk met verschillende geografische werkwijzen, geografische dimensies en schaalniveaus. Bij het voorbereiden en meten hiervan gebruik ik het Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Organisatorisch competent Tijdens voorgaande studiejaren heb ik moeten oefenen met het maken en volgen van planningen. Planningen zijn voor mij niet vanzelfsprekend. Omdat ik voor stages een stageplan moest maken dwong ik mezelf na te denken over wat en wanneer ik wilde gaan doen. Deze planningen zorgden voor overzicht. Voor mijn lessen heb ik ook altijd gebruik gemaakt van lesplanformulieren. Hoewel de vorm tijdens een les kan veranderen heb ik alle lessen een begin en een einde kunnen geven. Het maken van afspraken met leerlingen ging niet altijd goed. Tijdens een project in een Havo 3- klas tijdens mijn tweede stage kwamen leerlingen afspraken die ik met ze maakten niet altijd na. Het nog concreter maken van die afspraken door te checken of die duidelijk was en op het bord of een formulier te schrijven had hierbij kunnen helpen. De organisatie binnen de lessen was vaak wel ingepland, maar onvoldoende voorbereid. Hierdoor verliep bijvoorbeeld het indelen van groepjes net iets langer dan gepland. Voortaan ga ik op mijn lesplanformulier opschrijven hoe ik zo n indeling voor me zie en hoe ik die instrueer. Leerdoel: Ik denk bij de voorbereiding na over te stellen vragen of organisatie (en instructie daarvan) en schrijf deze uit. Hiervoor maak ik gebruik van de boeken Lessen in orde en het Handboek voor leraren. Competent in het samenwerken met collega s Samenwerken is bij verschillende projecten en tijdens stages aan bod gekomen, waarbij er voornamelijk materiaal ontwikkeld moest worden. Ik heb geen problemen ervaren bij samenwerking met medestudenten of collega s op een school. Wanneer ik met een student aan een onderwijsmateriaal werkte vond ik het wel lastig om les te geven met behulp van andermans materiaal, ik maakte er dan een eigen lesformulier voor. Tijdens een veldwerk bij de Mirnster klif en een excursie naar de Ardennen voor beide werd ik door een oude stageschool ter begeleiding meegevraagd heb ik samenwerking tussen collega s intensiever meer gemaakt. Het veldwerk duurde twee dagen, de excursie vijf. Ik merkte dat er een rolverdeling ontstond waar sommige docenten zich prettig en andere minder prettig bij voelden. Zo waren er docenten die het moeilijk vonden de regie los te laten, docenten die dat makkelijk vonden en 5

anderen die daar moeite mee hadden. Ik zou zelf proberen te blijven communiceren over zulke zaken tijdens samenwerking maar ik heb ook gemerkt dat dat lastig is zeker wanneer vermoeidheid en/of heimwee mee kunnen gaan spelen. Competent in het samenwerken met de omgeving Van de vorige stagescholen heb ik me steeds een beeld gevormd van de contacten van de school. Dit deed ik met behulp van docenten of schoolopleiders. Dit ga ik voor WPL 3 ook weer doen. Contact met de ouders van leerlingen heb ik nog niet zelf gehad. Ik heb vergaderingen bijgewoond waar dat ter sprake kwam en van docenten gehoord waar hun contact met ouders uit bestond. Voor WPL 3 wil ik kijken wat mijn mogelijkheden zijn m.b.t. contact met ouders. Misschien zijn er avonden of gesprekken die ik bij kan wonen. Competent in reflectie en ontwikkeling Bij mijn ervaringen zowel binnen als buiten stage maak ik gebruik van mijn eigen beleving, filmmateriaal en feedback voor reflectie op mijn handelen. De combinatie van reflectie en feedback vind ik waardevol. Het komt zelden voor dat mijn beeld erg verschilt van dat van een medestudent of coach. Wel zien anderen vaak gedrag of situaties waar ik zelf niet op was gekomen, of hebben ze een andere invalshoek. Volgens de beoordeling van de begeleider van de NHL van de tweede stage sta ik open voor feedback en wil ik me ontwikkelen. Tijdens WPL 3 wil ik leerlingen hun feedback op laten schrijven. Ik geloof dat die informatie waardevol is maar ik heb leerlingen nog niet de ruimte gegeven hun feedback vrij (anoniem en individueel) te geven. Leerdoel: Ik laat leerlingen de feedback die ze op mijn hebben opschrijven. Elke klas die ik op stage heb minstens een keer. Hiervoor ontwikkel ik met behulp van eerdere ervaringen en literatuur een feedbackformulier voor leerlingen. 6

Leertaken: Ik pas ten minste twee vormen van differentiëren uit de literatuur toe in mijn lessen. Op basis van evaluaties van de uitvoering pas ik de differentiatie aan. (P-taak 6) Ik doe binnen de stageperiode praktijkonderzoek naar leerlingen met leerproblemen en beschrijf pedagogische en didactische strategieën ter begeleiding van die leerlingen. (P-taak 7) Ik voer twee proefjes en twee atlasopdrachten uit. Hierover verzamel ik feedback van coach en leerlingen. (Vakdidactiek) Ik ontwerp een excursie of veldwerk en voer deze indien mogelijk uit. Hierover verzamel ik feedback van coach en leerlingen. (Vakdidactiek) Ik ontwerp een concept voor internationalisering waarbij burgerschap een rol speelt. Hierover verzamel ik feedback van coach en leerlingen. (Vakdidactiek) Ik maak lesmateriaal voor twee lessen waarin gebruik wordt gemaakt van EduGis of GoogleEarth en voer deze lessen uit. Het docenten- en leerlingenmateriaal en het gemaakt werk van een aantal leerlingen lever ik in met feedback en reflectie. (GIS) Leerdoelen Tijdens de introductie in een nieuwe klas bespreek ik met leerlingen welke regels en afspraken ze al hebben en of die in mijn lessen ook (kunnen) gelden. Voorafgaand bestudeer ik literatuur over het maken van afspraken en het stellen van regels (en wat als dat niet lukt) en spreek ik de docent hierover. Ik denk bij de voorbereiding na over te stellen vragen of organisatie (en instructie daarvan) en schrijf deze uit. Hiervoor maak ik gebruik van de boeken Lessen in orde en het Handboek voor leraren. Ik werk met verschillende geografische werkwijzen, geografische dimensies en schaalniveaus. Bij het voorbereiden en meten hiervan gebruik ik het Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Ik laat leerlingen de feedback die ze op mijn hebben opschrijven. Elke klas die ik op stage heb minstens een keer. Hiervoor ontwikkel ik met behulp van eerdere ervaringen en literatuur een feedbackformulier voor leerlingen. Overig: Ik zet de in de literatuur beschreven activerende, leerlinggestuurde werkvormen in (mogelijk in combinatie met p-taak of vakdidactiek?). Ik benoem bij mijn ontwerpen en evaluaties de koppeling met theorie. Overleg met stagecoach Mogelijkheid van beschreven doelen en planning binnen stage. Beoordeling. Hoe/Wanneer/Waarop (stage, p-taak, vakdidactiek, overig) Mogelijkheid tot filmen (2x 60 minuten). Contact met omgeving (ouders, avonden, gesprekken, vergaderingen). 7

Planning Stageweek p-taak 6 p-taak 7 Vakdidactiek+GIS Week 1 Oriënteren in welke klas ik hoe kan differentiëren. Literatuur bestuderen. Week 2 Week 3 Week 4 Week 5 (Tussentijdse beoordeling) Week 6 Les met een vorm van differentiëren ontwikkelen. Daarbij kijken naar klas, vorm van differentiëren, evaluatie en een eventuele combinatie met vakdidactiek, ICT en activerend werkvormen. Les met differentiëren ontwikkelen + ontwikkelde les (vorige week) uitvoeren. Les met differentiëren ontwikkelen + ontwikkelde les (vorige week) uitvoeren. Reflecteren, evaluatie en feedback gebruiken om manieren van differentiëren aan te passen. Aangepaste versie eventueel uitvoeren. De zorgstructuur van de stageschool onderzoeken. Literatuur bestuderen. Deel van gedragsproblematiek kiezen voor verdieping. Leerling(en) kiezen. Hoe ga ik het gedrag en de achtergrond onderzoeken? (Welke onderzoeksmethode gebruik ik?) Onderzoek opzetten. Gegevens verzamelen. Onderzoek uitvoeren. Beschrijvingen van ondervinden en strategieën ter begeleiding. Strategieën ter begeleiding en visie beschrijven. Mogelijkheden voor proefjes/atlasopdrachten /excursie /internationalisering onderzoeken. Kijken naar lesstof, methode, materiaal en ervaring van de leerlingen. Twee onderdelen (proefjes, atlas etc.) ontwerpen en ev. uitvoeren. Bij uitvoering naar feedback vragen. Kijken naar combinatie met andere leerdoelen. Twee onderdelen ontwerpen en uitvoeren + feedback verzamelen. Twee onderdelen ontwikkelen en uitvoeren + feedback verzamelen. Twee onderdelen uitvoeren + feedback verzamelen. Verzamelde feedback gebruiken om te evalueren. Bij het voorbereiden van lessen kijken naar mogelijke combinaties. Bijvoorbeeld bij de lessen van p- taak 6 proefjes of atlasopdrachten voor vakdidactiek gebruiken of de overige leerdoelen of ICT in lessen te verwerken. 8

9

10

11

12

13

14

Literatuur Berg, G. van den (red.) (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Amsterdam: Landelijk Expertisecentrum Mens- en Maatschappijvakken. Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2009a). Effectief leren. Basisboek. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2009b). Actief leren. Bronnenboek. Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers. Geerts, W. & Kralingen, R. van (2011). Handboek voor leraren. Bussum: Uitgeverij Coutinho bv. Teitler, P. (2009). Lessen in orde. Handboek voor de onderwijspraktijk. Bussum: Uitgeverij Coutinho bv. 15