Plan van aanpak horizon verbreden Zuid-Afrika

Transcriptie

1 Plan van aanpak horizon verbreden Zuid-Afrika Welk gebied heb je gekozen? Het gekozen thema voor horizon verbreden is Zuid-Afrika. Ik ben zelf 4 keer in Zuid-Afrika geweest voor vrijwilligerswerk en ga in augustus 2012 weer. Mijn mentor was erg enthousiast over het vrijwilligerswerk. Ze wilde graag dat ik de kinderen hier het één en ander over zou vertellen. Zelf vind ik Zuid-Afrika een heel mooi land. De natuur is prachtig en het land heeft een indrukwekkende geschiedenis. De meeste kinderen kennen Zuid-Afrika van het WK voetbal. Door dit project komen de kinderen meer je weten over het land. Hoe ga je het gebied introduceren? Voor de introductie wordt gebruik gemaakt van voorwerpen uit het land en verhalend ontwerp. Ik heb in de klas 5 voorwerpen. Deze voorwerpen zijn afgedekt, zodat de kinderen ze nog niet kunnen zien. Dit zorgt meteen voor betrokkenheid van de klas. De kinderen zullen benieuwd zijn naar de voorwerpen onder het doek. De voorwerpen zijn: een vliegtuigje van blik, een braai (barbecue), een djembé, het voetbalshirt van bafana bafana en de vlag. Ik laat telkens één voorwerp zien. Ik begin bij het moeilijkste voorwerp (vliegtuigje van blik) en eindig met de makkelijkste (de vlag). De kinderen hebben na het zien van een voorwerp één kans om te raden over welk land het gaat. Na het raden van het land worden de kinderen geprikkeld met behulp van verhalend ontwerp. Ik vertel de kinderen dat ik een aantal keer in Zuid-Afrika ben geweest voor vrijwilligerswerk. Ik vertel ze dat ik in de zomer weer naar Zuid-Afrika ga voor vrijwilligerswerk. Veel mensen weten nog niet veel over Zuid-Afrika. Omdat ik heel druk ben met de voorbereidingen van de reis heb ik geen tijd om posters te maken om de mensen te informeren over het land. Ik vraag de kinderen om mij te helpen posters te maken over het land, maar dat we daarvoor eerst een heleboel moeten leren over het land. Hoe zorg je ervoor dat je eigen vakkennis, didactische kennis en onderwijskundige/pedagogische kennis toereikend is? Vakkennis: Doordat ik zelf al een aantal keer in Zuid-Afrika ben geweest, weet ik al veel over het land. Om mijn kennis over het land te vergroten ga ik me nog beter in lezen over Zuid-Afrika. Ik ga bij de vakgebieden aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, dans/drama en taal kijken wat de belangrijkste kenmerken zijn van Zuid-Afrika. Zo krijg ik voor mezelf een goed beeld over het land en de eventuele deelonderwerpen waar de kinderen uit zouden kunnen kiezen. Didactische kennis: Tijdens horizon verbreden wil ik gebruik maken van verschillende werkvormen. Ik zal mezelf dus moeten verdiepen in verschillende werkvormen. Tijdens de lessen op school komen verschillende werkvormen aan bod, die ik zou kunnen toepassen in mijn stageklas. Onderwijskundige/pedagogische kennis: Ik ga tijdens de stage kijken hoe mijn mentor de lessen geeft. Tijdens de lessen onderwijskunde kan ik ook veel leren over de manier van lesgeven aan de bovenbouw. Ook ga ik zelf veel ervaring op doen, door veel lessen te geven. Ik ga me verdiepen in de interesses en behoeften van mijn stageklas, zodat ik weet hoe ik hen kan motiveren en stimuleren en weet wat hen bezighoud. Hoe ga je samen met de leerlingen de deelonderwerpen in het gebied bepalen (denk aan multiperspectivisch kijken bij aardrijkskunde)? Met de kinderen ga ik een woordweb maken over Zuid-Afrika. De kinderen krijgen allemaal 3

2 memoblaadjes. Zij gaan op ieder blaadje een woord/zin opschrijven waaraan zij denken bij Zuid- Afrika. De kinderen mogen deze blaadjes op een groot vel plakken. Als er al een blaadje hangt met dezelfde tekst erop, plakken de kinderen hun blaadje er niet meer op. Ze mogen een nieuw woord bedenken over het land. Zo voorkom je veel dezelfde woorden. Ik stimuleer de kinderen om goed na te denken en originele woorden te bedenken die gaan over Zuid-Afrika. Samen met de kinderen ga ik de woorden sorteren in deelonderwerpen. De opgeschreven woorden/zinnen worden besproken. Er wordt besproken of het woord ook echt bij Zuid-Afrika hoort en wat het betekent/inhoud. Na het indelen van deelonderwerpen krijgen de kinderen een blaadje. Op dit blaadje schrijven de kinderen hun top 3 van deelonderwerpen die zij het liefst willen. Aan de hand van deze briefjes zal ik de groepjes maken. De kinderen van de MIK-klas (meer intelligente kinderen) worden verdeeld over de groepjes. Ik probeer de kinderen in te delen bij hun eerste of tweede keus. Hoe ga je, samen met de leerlingen, de onderzoeksvragen formuleren? Hoe ga je dat aanpakken? De kinderen krijgen een les over het maken van onderzoeksvragen. De kinderen krijgen een PowerPoint te zien over het maken van onderzoeksvragen. Tijdens deze les vraag ik veel aan de kinderen. Ik probeer uit de kinderen te halen hoe je onderzoeksvragen moet maken. Na een uitleg over onderzoeksvragen maken gaan de kinderen kijken naar een aantal vragen. De kinderen bedenken of deze vragen onderzoeksvragen zijn en hoe je deze kunt verbeteren. Na de uitleg krijgen de kinderen de groepsindeling te horen. De kinderen gaan bij elkaar zitten en krijgen een aantal foto s te zien over hun deelonderwerp. Aan de hand van deze foto s kunnen de kinderen op ideeën komen voor hun onderzoeksvragen. De kinderen vullen de onderzoeksvragen in op werkblad. De volgende les gaan de kinderen deelvragen maken bij hun onderzoeksvragen. Ze gaan hoofdstukken maken bij de onderzoeksvragen. De onderzoeksvragen worden nu nog beter, omdat de kinderen kritischer gaan kijken naar hun eigen onderzoeksvragen. Smalle onderzoeksvragen worden nu bijvoorbeeld een deelvraag van een brede onderzoeksvraag. Wat is je planning/tijdspad? Datum Activiteit 29 Maart -Introductie Zuid-Afrika, maken van woordweb en deelonderwerpen bepalen. -Les onderzoeksvragen maken en aansluitend onderzoeksvragen maken bij deelonderwerp. 5 April -Les over vrijwilligerswerk/townships/ervaringen aan groep 7 en 8. -Deelvragen maken bij onderzoeksvragen. -Uitleg over uiteindelijke opdracht. En beoordelingscriteria bespreken. -Werkvorm over sloppenwijken. -Inrichten hoek Zuid-Afrika 12 April MI kaarten over de apartheid. 19 April -Werken aan onderzoeksvragen. -Papier-maché Zuid-Afrikaanse poppen. 23 April -Werken aan onderzoeksvragen. 21 Mei t/m 25 Mei -Werken aan onderzoeksvragen.

3 -Presentatie maken. -Verven een aankleden van Zuid-Afrikaanse poppen. -Klas inrichten in stijl Zuid-Afrika. -Zuid-Afrikaanse hapjes maken met behulp van recept in het Zuid-Afrikaans. -Presenteren van de posters met behulp van PowerPoint. 28 Mei t/m 1 Juni Afronden website en inleveren project. Wat voor een lessen ben je van plan te gaan geven? Ik ben van plan om lessen te geven over een aantal onderwerpen, waarvan ik vind dat de kinderen sowieso wat over moeten leren, zoals een les over de apartheid en een les over sloppenwijken. Meervoudige intelligentie vind ik er goed. Dit wil ik ook zeker gaan gebruiken. Ik wil de kinderen laten leren over de apartheid met behulp van meervoudige intelligentie kaarten. Ik vind het belangrijk dat de kinderen leren hoe ze onderzoeksvragen moeten maken. De kinderen kunnen dan gericht informatie gaan zoeken over hun deelonderwerp. Tijdens de afsluiting van het project wil ik met de kinderen Zuid-Afrikaanse hapjes gaan maken. Deze hapjes staan geschreven in het Afrikaans. Vakgebied Aardrijkskunde Geschiedenis Handvaardigheid Koken Taal Lesidee Les over ervaringen sloppenwijken en vrijwilligerswerk. Les werkvorm sloppenwijken. MI kaarten apartheid. Zuid-Afrikaanse poppen maken (3 lessen) Les 1: papier-maché om de yogi fles. Les 2: pop verven. Les 3: haren maken voor de pop en de pop aankleden. Hapjes maken met behulp van een Zuid- Afrikaans recept. Lesje Zuid-Afrikaans. Les onderzoeksvragen maken. Mini les deelvragen maken bij onderzoeksvragen. Welke middelen en materialen ga je gebruiken? Tijdens de introductie ga ik gebruik maken van voorwerpen uit Zuid-Afrika (vliegtuigje van blik, braai (barbecue), djembé, voetbalshirt en vlag). Deze voorwerpen blijven terugkomen tijdens de verschillende lessen. Ik maak gebruik van een zelf gemaakt filmpje, eigen foto s en een PowerPoint tijdens de les over eigen ervaringen en sloppenwijken. Tijdens de lessen over onderzoeksvragen en deelvragen maak ik gebruik van een PowerPoint en

4 werkbladen. Voor de inleiding van de les over de apartheid maak ik gebruik van een filmpje van youtube. Voor de kern van de les gebruik ik zelfgemaakte meervoudige intelligentie kaarten. Ik leen boeken uit de bibliotheek en maak een lijst met handige websites voor de kinderen. Deze kunnen ze gebruiken om achter de antwoorden op de onderzoeksvragen te komen. Ze mogen ook zelf boeken meenemen of op andere sites kijken. Hoe richt je het klaslokaal in? De klas houdt dezelfde inrichting als normaal. Op de gang wordt een Zuid-Afrikaanse hoek gemaakt. Hier komen boeken en voorwerpen over Zuid-Afrika te staan. Er komen foto s, zelfgemaakte tekeningen en knutsels te hangen. De hoek wordt steeds verder uitgebreid. Zo komen er ook de resultaten van de meervoudige intelligentie kaarten te hangen. Aan het eind van het project is de hoek helemaal ingericht in Zuid-Afrikaanse sfeer. Er zijn Zuid-Afrikaanse hapjes gemaakt en de posters zijn opgehangen in de klas. Welke (digitale) bronnen ga je gebruiken en hoe ga je Media inzetten? De kinderen mogen het internet gebruiken om informatie te zoeken over hun deelonderwerp. Er gelden dezelfde regels als bij het maken van een spreekbeurt of werkstuk. Via mogen de kinderen informatie zoeken. Ieder groepje krijgt een lijst met handige sites om te gebruiken. Deze lijst is niet verplicht, maar wel handig. Zo blijven de kinderen niet eeuwig zoeken naar een goede site. Tijdens het project wordt er een aantal keer gebruik gemaakt van ICT. Tijdens de les over eigen ervaringen en sloppenwijken maak ik gebruik van een zelf gemaakt filmpje ( en gebruik ik een PowerPoint. In deze PowerPoint staan filmpjes( en foto s van mijn reizen. Tijdens de les over de apartheid wordt er gebruikt gemaakt van een filmpje van youtube( De kinderen maken tijdens de presentaties gebruik van het digibord. Ze kiezen zelf een presentatievorm. Ze kunnen foto s en afbeeldingen laten zien of maken een PowerPoint. Welke afspraken voor samenwerkend leren ga je met de leerlingen maken? Tijdens dit project gelden dezelfde samenwerkingsregels als normaal. Dit zijn: -Je werkt rustig, anderen hebben geen last van jullie. -Je overlegt samen. -Je luistert naar elkaar. -Je komt samen tot een oplossing. -Je helpt elkaar. Zonder meteen het antwoord voor te zeggen. -Blijf bij je taak. Welke werkvormen ga je gebruiken? Ik ga gebruik maken van de volgende werkvormen: -Meervoudige intelligentie -Coöperatief leren

5 -Werkvorm over sloppenwijken -Onderzoekend leren Welke klassenregels ga je bepalen specifiek binnen dit traject? Voor dit project geldt specifiek dat de kinderen een samenwerkingsverslag schrijven en de taakverdeling bijhouden, zoals beschreven in de beoordelingscriteria. Evaluatie en beoordelingscriteria. Ik zal iedere les evalueren met de kinderen. Ik bespreek met de kinderen hoe het ging (leerproces) en wat de resultaten zijn. Ik vraag ook aan de kinderen hoe de samenwerking ging. Zelf kijk ik ook hoe de samenwerking gaat, zodat ik eventueel kan ingerijpen. De kinderen evalueren zelf ook op hun samenwerking. De kinderen schrijven een samenwerkingsverslag en houden de taakverdeling bij. Dit staat beschreven in de beoordelingscriteria die de kinderen hebben gekregen. De kinderen kunnen hier precies in zien aan welke voorwaarden ze moeten voldoen en hoeveel punten ze voor een bepaald onderdeel kunnen krijgen. Beschrijf kort hoe je je eigen horizon en die van de kinderen denkt te kunnen verbreden door jouw opzet (zowel inhoudelijk als didactisch). Horizon van de kinderen De horizon van de kinderen wordt verbreed door de verschillende lessen die ze krijgen over het land Zuid-Afrika. Er worden verschillende werkvormen gebruikt, waardoor de kinderen op verschillende manier in aanraking komen met informatie over Zuid-Afrika. De kinderen komen in aanraking met nieuwe werkvormen, waar ze veel van leren. Ook verbreden de kinderen hun eigen horizon door zelf op onderzoek te gaan naar informatie over hun eigen deelonderwerp. Tijdens de presentaties leren de kinderen ook over de deelonderwerpen van de andere groepjes. Eigen horizon Mijn eigen horizon wordt verbreed doordat ik gebruik maak van meervoudige intelligentie om de kinderen iets te leren. Ik heb nog nooit gebruik gemaakt van meervoudige intelligentie, dus ik kan hier veel van leren. Mijn horizon wordt ook verbreed door het gebruik van andere werkvormen. Door verschillende werkvormen te gebruiken leer je hoe je het onderwijs aantrekkelijk kan maken voor kinderen. Door het voorbereiden en het geven van verschillende lessen wordt mijn kennis over Zuid- Afrika uitgebreid.