GebruikershandleidinG Docent

Vergelijkbare documenten
Computervaardigheden training. Hoofdstuk 4 e-learning. CH4-v1.0. daar gaan we werk van maken! 2007 ITpreneurs Nederland BV. All Rights Reserved

Handleiding Elektronische leeromgeving

Welkom bij de Gastouderacademie! (handleiding voor gastouders)

Basis handleiding CMS

Handleiding Elektronische leeromgeving

Handleiding Elektronische leeromgeving

Handleiding Blink Studio

Handleiding NarrowCasting

Gebruikershandleiding. e-kracht is ontwikkeld door:

Welkom bij E-school Kinderopvang (handleiding voor pedagogisch medewerkers)

Handleiding website SVNL voor evenementenverkeersregelaars

Inhoud. Handleiding Dododent. Beste tandarts of praktijkmanager,

Spottofy.nl. Handleiding deelnemer

Elektronisch factureren

1 Inleiding. 3 Handmatig... invoeren zaken basis 4 Verwerken... zaken 5 Afhandelen... van zaken. 7 Uitgebreidere... zaak opties

TUV Nederland QABV [HANDLEIDING TRAININGSPORTAAL] Auteur: Hans van den Elsen, Elsen Software Design and Solutions

Handleiding Speakap. Deze handleiding bestaat uit drie delen: 1. de quickguide 2. account registeren 3. Speakap gebruiken

Handleiding online Factsheetmodule

Handleiding Mijn Kerk

Handleiding OVM 2.0. Gebruiker. Versie oktober 2012

Onderwijstools 2.0, Kennisnet

EBUILDER HANDLEIDING. De Ebuilder is een product van EXED internet EXED CMS UITLEG

D 451 Versie 1.0 Januari Handleiding FOCUS

Handleiding voor het installeren van en werken met Skype

CMS Made Simple eenvoudig uitgelegd CMS MADE SIMPLE- Eenvoudig uitgelegd

Instructie OASE. Datum:

Stap 0: Voorbereiding

Tetra Portaal Handleiding

1 1: Algemene informatie

* baopass: inlog- en leerlingvolgsysteem van ThiemeMeulenhoff. Alles telt. handleiding. baopass* voor leerkrachten

handleiding 2008/2009

Berichtenbox. Auteur : Rakesh Poeran Datum : 19 mei 2015 Versie : Documentnaam : Berichtenbox

Inschrijven: Hoe kan ik me inschrijven voor het praktijkgedeelte van een cursus?

Inhoud. Handleiding AmbraSoft mijnklas.nl met Basispoort SCHOOL. Handleiding mijnklas.nl. Maart 2015

Na het inloggen met de gegevens die je hebt gekregen, verschijnt het overzichtsscherm zoals hieronder:

Snel van start met Linkedin?

De tekstverwerker. Afb. 1 de tekstverwerker

OZO Handleiding 1. Voor gebruikers/deelnemers

Learning Management Systeem (LMS) Bedrijfsopleidingen

Navigator CMS Beknopte handleiding v1.0

Handleiding Cursisten

Berichtenbox. Auteur : Rakesh Poeran Datum : 16 juli 2015 Versie : Documentnaam : Berichtenbox

Handleiding voor het gebruik van de community website van OBS t Padland

Quick Guide VivianCMS

Central Station. CS website

Learning Management Systeem (LMS) Bedrijfsopleidingen

Handleiding website SVNL voor evenementenverkeersregelaars

Maak een fotoverhaal

Handleiding Fotopagina

Landelijk Indicatie Protocol (LIP)

8.13 Windows Hulp op afstand

Kosten: Moet ik betalen om een online cursus te volgen bij de e-academie voor externe klanten?

Handleiding Cubigo Verenigingen en Organisaties

Internet Veiligheidspakket van KPN Handleiding Windows XP, Vista, 7,8 Versie

Aan de slag met AdminView

Gebruikershandleiding Mijn cliëntportaal

HANDLEIDING VEILIG THUIS CLUSTERBEHEER

SSO handleiding. Inhoudsopgave

Talenten.land Handleiding deelnemer


Handleiding dashboard. 3WA SaaS platform

Facebook pagina maken

Windows Live Mail Windows 8

Inhoud van de website invoeren met de ContentPublisher

Handleiding. Volgsysteem v2.2. Professioneel Account

Handleiding ZorgMail Secure - Webmail

Handleiding Resultaatmeetsysteem en Mezzedo

TeD Tekst en Design. Basisinformatie voor gebruik van het cms Made Simple

LinkedIn - hoe meld ik mij aan?

Handleiding Facebook Pergamano International Augustus 2012

Handleiding Volgsysteem Oefenen.nl versie 3.0

1. Over LEVIY 5. Openen van de activiteit 2. Algemene definities 6. Inloggen op het LEVIY dashboard 3. Inloggen 6.1 Overzichtspagina 3.

Voordat u gebruik kunt maken van ZorgMail in Intramed, zijn een aantal instellingen nodig:

PROXSYS Spamfilter. Gebruikers Handleiding Quarantine Webinterface. Pagina 1 van 1. Auteur: Marcel van Leur. Datum: 31 oktober Versie: 2.

Handleiding Wordpress CMS

Handleiding competitie.nevobo.nl

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

HRM-Reviews Reviews Handleiding voor PZ

Altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.

1. Inloggen en uitloggen

Winkelparade.nl. De krant voor winkelen in Nederland. Handleiding Winkelparade Parade Basis

Handleiding ZKM Online. Versie 2.1

Handleiding website Buurten Met Uitzicht

CCV CARD ONLINE. Gebruikershandleiding v3.0. Computer Centrum C. van de Velden B.V.

Handleiding Basisschoolnet.nl (voor ouders en leerkrachten)

Handleiding OVM 2.0. Beheerder. Versie oktober 2012

Inleiding. 1 Handleiding IRMA

Inloggen. Open Internet Explorer en vul het adres: in de adresbalk in.

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 3) Handicom, 2006, Nederland

Handleiding OVM 2.0. Gebruiker. Versie september 2012

Inrichting Systeem: Locaties & Toegang

Handleiding GlobeTrace Lite CMS V1.0

Ga naar en log in met de gebruikersnaam en wachtwoord verkregen via mail.

Handleiding Volgsysteem Oefenen.nl versie 4.0

Hoe maak ik mijn portfolio?

Handleiding Cursisten

Studentenhandleiding Studentenpagina STUDENTENPAGINA HANDLEIDING VOOR STUDENTEN. Handleiding Studentenpagina 1

Handleiding voor Leden Teampagina aanpassen op

Central Station. Handleiding Algemeen Maatschappelijk Werk

Transcriptie:

GebruikershandleidinG Docent Portal Thuis in Nederlands TiNGHD-V1.1

Inhoudsopgave Inleiding 3 Voortgang bijhouden 3 Hoofdstukindeling 4 Hoofdstuk 1: Overzicht voortgang 5 1.1 Profiel deelnemer 6 1.2 Voortgang e-learning 6 Klaar voor de start 7 Algemene begintoets 7 CP s 7 Examenvoorbereiding 9 1.2 Voortgang praktijkopdrachten 10 1.3 Participatiespel 11 1.4 Netwerkkaart 11 1.5 Participatiemodules 12 Hoofdstuk 2: Componenten opstarten 13 2.1 E-learning 13 E-learningmodules opstarten 13 Module Examenvoorbereiding opstarten 15 2.2 Virtuele Wijk 16 2.3 Participatiespel 17 2.4 Klaar voor de Start 18 Hoofdstuk 3: Documenten 19 Hoofdstuk 4: Aanwezigheid 20 4.1 Aanwezigheid invullen 20 4.2 Aanwezigheid bekijken 21 Hoofdstuk 5: Berichten 23 Hoofdstuk 6: Mijn profiel 25 Hoofdstuk 7: Voortgangsindicator voor de deelnemer 26 Hoofdstuk 8: E-learning voor de deelnemer 27 8.1 Instaptoets 27 8.2 E-learning starten 29 E-learningoverzicht 30 Knoppen in het scherm 32 Voortgang van de deelnemer 33 8.2 Praktijkopdrachten 34 8.3 Module Examenvoorbereiding 35 8.4 Portfolio 38 Hoofdstuk 9: Service Desk 39 9.1 Veel gestelde vragen 40 9.2 Systeemeisencheck 41

Systeemeisen TiN 41 9.3 Support Tickets 42 Bijlage A: items in voortgangsindicator Bijlage B: Oefningen in de e-learning 2

Inleiding In deze handleiding is beschreven uit welke functionaliteiten de Thuis in Nederlands (TiN) portal bestaat en hoe deze functionaliteiten te gebruiken zijn. Het doel van deze handleiding is de functionaliteiten binnen de portal inzichtelijk maken en de docenten ondersteunen in het gebruik van de portal. Deze handleiding is bedoeld voor de docenten die met TiN gaan werken. De handleiding bevat ook een beschrijving van het gedeelte dat de deelnemers te zien krijgen. Docenten kunnen deze beschrijving gebruiken om de deelnemers te instrueren in het gebruik van de functionaliteiten in de portal. Docenten kunnen op de volgende startpagina inloggen in de portal van TiN: http://<naam organisatie>.tinl.nl. Bijvoorbeeld: http://mondriaan.tinl.nl. Voortgang bijhouden Het belangrijkste doel van de portal voor de docent is het tonen en bijhouden van de voortgang van de deelnemers. We hebben de TiN portal zo ingedeeld dat als een docent inlogt, er meteen een overzicht te zien is met de voortgang van de deelnemers uit de groepen van de docent. De voortgang voor de deelnemers wordt weergegeven door middel van een voortgangsindicator. In de vorm van een trein kunnen de deelnemers zien welke onderdelen de deelnemers hebben afgerond. Meer informatie hierover is te vinden in hoofdstuk 7 Voortgangsindicator voor de deelnemer. 3

Hoofdstukindeling De volgende onderwerpen komen in de onderstaande hoofdstukken aan bod: - In hoofdstuk 1 is het belangrijkste onderdeel voor docenten beschreven, de voortgang. - Hoofdstuk 2 gaat over de toegang tot de componenten van TiN voor de docent zelf. - Hoofdstuk 3 beschrijft het documentengedeelte; welke documenten zijn te gebruiken door de docent. - In hoofdstuk 4 is beschreven hoe de docent de aanwezigheid van de groepslessen kan bijhouden. - In de TiN portal is het mogelijk om berichten te sturen naar beheerders, mededocenten en deelnemers. In hoofdstuk 5 is beschreven hoe dit in zijn werk gaat. - Hoofdstuk 6 gaat over het eigen profiel van de docent. - In hoofdstuk 7 is de voortgangsindicator voor de deelnemers in het kort beschreven. - In hoofdstuk 8 kan de docent lezen welke verschillende functionaliteiten er voor deelnemers beschikbaar zijn in de portal. - In hoofdstuk 9 zijn de onderdelen van de Service Desk beschreven. Deze handleiding bevat twee bijlagen: - In bijlage A zijn alle items beschreven die in de voortgangsindicator kunnen voorkomen. - Bijlage B waarin alle soorten oefeningen uit het e-learningmateriaal beschreven zijn. 4

Hoofdstuk 1: Overzicht voortgang Als een docent in de portal inlogt is er meteen een overzicht te zien van de voortgang van de deelnemers. Hieronder is een voorbeeld te zien van het overzicht (afbeelding 1.1). Afbeelding 1.1: overzicht voortgang Per groep is een lijst te zien met de deelnemers en algemene voortgangsgegevens. De groepslijsten kunnen in- en uitgeklapt worden door op de titelbalk te klikken. In de titelbalk staat ook het aantal deelnemers in de groep en de datum wanneer de groep is aangemaakt. Let op: deze datum kan verschillen van de startdatum van de deelnemer. Van elke deelnemer zijn algemene gegevens te zien van de voortgang op de verschillende onderdelen van TiN. De volgende gegevens zijn te zien in het overzicht: - De naam van de deelnemer, met tussen haakjes de loginnaam. - Het aantal modules dat is afgerond van de e-learning (kolom E-learning). - Het aantal praktijkopdrachten dat is afgerond door de deelnemer. - Het aantal keer dat de deelnemer het participatiespel heeft gespeeld. 5

- Of de deelnemer van een zogenaamd Taalmaatje gebruik heeft gemaakt. - Het aantal netwerkkaarten dat is ingevuld. - Welke participatiemodules de deelnemer heeft afgerond. In de volgende paragrafen in dit hoofdstuk wordt er dieper ingegaan op de verschillende voortgangsgegevens. 1.1 Profiel deelnemer In de eerste kolom van de algemene voortgang kan de docent op de naam van een deelnemer klikken om het profiel van de deelnemer te openen. In het profiel van de deelnemer staan alle persoonlijke gegevens die zijn ingevuld door de beheerder van de portal of zijn aangevuld door de deelnemer zelf. De docent heeft de mogelijkheid om de gegevens te wijzigen (afbeelding 1.2). Afbeelding 1.2: profiel deelnemer wijzigen De docent kan ook bij het overzicht van de cursussen de Algemene begintoets (instaptoets) aan- of uitzetten. Zie hoofdstuk 8 voor meer informatie over de instaptoets. 1.2 Voortgang e-learning In de kolom E-learning is het mogelijk om door te klikken naar gedetailleerdere voortgang van vier onderdelen. 6

Klaar voor de start Dit onderdeel is alleen te zien als de deelnemer geregistreerd is voor de cursus Klaar voor de start. Dit onderdeel laat de voortgang zien van de 8 thema s en de algemene eindtoets. De lay-out van de resultaten is hetzelfde als bij de TiN cursus (zie kopje CP s). Algemene begintoets Voorafgaand aan de e-learning CP s kan de deelnemer een algemene begintoets maken. Deze toets bestaan uit vier delen; per domein (Burgerschap, OGO, Werk zoeken en KNS) krijgt de deelnemer één toets. Als de deelnemer 80% van de vragen per toets goed maakt, kan zij verschillende CP s overslaan. De deelnemer heeft ook de mogelijkheid om toch alle CP s te maken. De beheerder van de portal kan de algemene begintoets ook uitzetten in het persoonlijk profiel van de deelnemer, zodat de deelnemer alle CP s moet maken. In het overzicht van de voortgang staat aangegeven hoeveel van de vier toetsen de deelnemer heeft afgerond. Als er op de link geklikt wordt, verschijnt er een scherm met gedetailleerdere informatie over de algemene begintoets. CP s Hier staat het aantal CP s dat is afgerond door de deelnemer. Als er op de link geklikt wordt, verschijnt er gedetailleerdere voortgang van de modules. Er verschijnt een overzicht van de CP s met het voortgangspercentage erachter (afbeelding 1.3). Met behulp van de print-knop kan deze lijst uitgeprint worden. Afbeelding 1.3: overzicht CP s 7

De docent kan de e-learning van de CP opstarten door op de naam van de CP te klikken. Als eerste is het scherm met de onderdelen van de CP te zien met het voortgangspercentage van de deelnemer erachter (afbeelding 1.4). De docent kan ook de onderdelen opstarten en de e-learning bekijken, zonder de voortgangsgegevens van de deelnemer te beïnvloeden. Het onderdeel zal starten vanaf het punt dat de deelnemer is gestopt. Het is ook mogelijk als docent de e-learning CP s te maken waarbij ook de voortgang wordt opgeslagen. Ga naar hoofdstuk 2 voor meer informatie hierover. Afbeelding 1.4: onderdelen van een CP opstarten Als er op het voortgangspercentage in de laatste kolom achter een CP geklikt wordt, verschijnt er een scherm met de voortgangsgegevens van de onderdelen uit die CP (afbeelding 1.5). De volgende gegevens zijn in dit scherm te zien: - Het totale voortgangspercentage van de CP. - De naam van de deelnemer. - De groep van de deelnemer. - De titel van de module. - Wanneer de deelnemer voor het eerst de CP heeft opgestart. - Wanneer de deelnemer voor het laatst de CP heeft opgestart. - De totale tijd doorgebracht in de CP. - De naam van de onderdelen. - Het totaal aantal slides per onderdeel. - Het voortgangspercentage per onderdeel. 8

- De totale tijd doorgebracht per onderdeel. - Het totale aantal vragen per onderdeel. - Het aantal vragen goed per onderdeel. - Het aantal vragen fout per onderdeel. Afbeelding 1.5: voortgang per CP Het is ook mogelijk om de gegevens op dit scherm uit te pinten met behulp van de print knop. Binnenkort is het ook mogelijk om een lijst uit te printen met de gehele gedetailleerde voortgang van alle CP s. Dat wil zeggen de gegevens in afbeelding 1.4, maar dan van alle CP s in één lijst. Examenvoorbereiding Bij de examenvoorbereiding komt de eindscore van het proefexamen te staan. Als er op de link geklikt wordt, verschijnt er een overzicht met de resultaten van het oefenen proefexamen (afbeelding 1.6). 9

Afbeelding 1.6: voortgang proefexamen 1.2 Voortgang praktijkopdrachten In de kolom Praktijkopdrachten staat aangegeven hoeveel praktijkopdrachten van het totale aantal de deelnemer heeft afgerond. Als er op de link geklikt wordt, verschijnt er een overzicht met alle praktijkopdrachten per CP, die door de deelnemer zijn afgerond. Afbeelding 1.7: praktijkopdrachten 10

1.3 Participatiespel Deze informatie is op het moment nog niet beschikbaar. 1.4 Netwerkkaart Met behulp van netwerkkaarten wordt de voortgang weergegeven van verschillende netwerken van de deelnemer. De deelnemer heeft drie soorten netwerken: netwerk van voorzieningen, sociaal netwerk en maatschappelijk netwerk. Binnen de netwerken kan de deelnemer verschillende contacten opdoen en daarmee zijn/haar netwerk uit breiden en dus te participeren in de Nederlandse samenleving. Bijvoorbeeld naar de bibliotheek gaan of kennismaken met de buurvrouw. De docent kan bij verschillende contacten binnen de drie netwerken aangeven of de deelnemer met of zonder hulp de activiteit heeft uitgevoerd. Ook kan de docent exta contacten toevoegen. De docent kan maximaal 4 netwerkkaarten invullen, dat zijn dus vier meetmomenten om te kijken of het netwerk van de deelnemer is uitgebreid. Volg de onderstaande stappen om een netwerkkaart in te vullen: Stap 1. Klik in het voortgangsoverzicht op Nieuwe kaart. Het scherm in afbeelding 1.5 verschijnt als er al eerder een netwerkkaart is ingevuld. Als er nog niet eerder een netwerkkaart is ingevuld verschijnt alleen het bovenste gedeelte waarin een datum gekozen kan worden. Stap 2. Klik op het kalendericoon om een nieuwe datum te selecteren. Er verschijnt een nieuwe tab in het scherm met de datum als titel. Stap 3. Vink de hokjes aan bij de contacten die de deelnemer heeft opgedaan bij de drie soorten netwerken. Geef aan of het met hulp of zonder hulp is gebeurt. Als de deelnemer een contact heeft opgedaan die niet in het lijstje staat, kan er met de knop Categorie toevoegen een nieuw contact toegevoegd worden. Dit nieuwe contact komt dan ook weer terug in de netwerkkaarten die hierna ingevuld worden. Met behulp van de printknop kan de netwerkkaart ook uitgeprint worden. Stap 4. Klik op opslaan om de gegevens op te slaan. Er verschijnt een bevestigingsscherm, klik op OK om door te gaan. 11

Afbeelding 1.8: netwerkkaarten Binnenkort is het ook mogelijk om de voortgang te zien in een afbeelding met drie cirkels. De groei van de cirkels geeft de voortgang aan. 1.5 Participatiemodules Het participatieprogramma van Thuis in Nederlands bestaat uit maximaal 6 onderdelen, dat zijn: - Empowerment - Activiteiten - Project - Stage - Uitstroom - Nazorg De eerste vier onderdelen zijn standaard en kunnen door de docent aangevinkt worden in het voortgangsoverzicht als de deelnemer deze heeft afgerond. Dit resultaat is ook weer terug te zien in de voortgangsindicator van de deelnemer (zie hoofdstuk 7 voor meer informatie). 12

Hoofdstuk 2: Componenten opstarten De docent heeft de mogelijkheid om zelf de verschillende soorten componenten van TiN op te starten. Een aantal TiN componenten zijn afhankelijk van de cursus die de organisatie heeft aangeschaft. Aan de tabs bovenin het scherm is te zien welke componenten er voor de docent beschikbaar zijn (afbeelding 2.1). In de paragrafen hieronder zijn deze componenten beschreven. Afbeelding 2.1: componenten 2.1 E-learning Het e-learningcomponent valt onder het basisprogramma. In principe hebben deelnemer, docenten en beheerders allemaal toegang tot het e-learningmateriaal. In deze paragraaf is beschreven hoe de docent dit component kan opstarten. E-learningmodules opstarten Volg de onderstaande stappen om de e-learning voor de docent te starten: Stap 1. Klik op de tab E-learning bovenin het scherm. Er verschijnt een overzicht met alle beschikbare CP s van Thuis in Nederlands (afbeelding 2.2). 13

Afbeelding 2.2: zelf e-learning bekijken Stap 2. Klik op de naam van een CP om het overzicht met de onderdelen van de CP te openen (afbeelding 2.3). Stap 3. Klik op de Begintoets om met de e-learning te beginnen. Afbeelding 2.3: overzicht met onderdelen 14

Alle voortgangsgegevens worden bijgehouden. Dit is te zien in het overzicht met de onderdelen per CP via een voortgangspercentage. Gedetailleerdere voortgangsgegevens zijn te openen door op het voortgangspercentage achter één van de CP s in het CP overzicht te klikken (zie afbeelding 2.4). In het gedetailleerdere voortgangsoverzicht zijn de volgende gegevens te zien: - Het totale voortgangspercentage van de CP. - De naam van de docent. - De groep van de docent. - De titel van de module. - Wanneer de docent voor het eerst de CP heeft opgestart. - Wanneer de docent voor het laatst de CP heeft opgestart. - De totale tijd doorgebracht in de CP. - De naam van de onderdelen. - Het totaal aantal slides per onderdeel. - Het voortgangspercentage per onderdeel. - De totale tijd doorgebracht per onderdeel. - Het totale aantal vragen per onderdeel. - Het aantal vragen goed per onderdeel. - Het aantal vragen fout per onderdeel. Module Examenvoorbereiding opstarten Het is ook mogelijk om de Module Examenvoorbereiding op te starten en te maken als docent. Volg de volgende stappen om de Module Examenvoorbereiding te starten: Stap 1. Klik op de tab e-learning (zie afbeelding 2.1). Afbeelding 2.4: voortgangsgegevens per CP Stap 2. Kies bij Cursus selecteren voor Module Examenvoorbereiding. Het scherm in afbeelding 2.5 verschijnt. 15

Afbeelding 2.5: Examenvoorbereiding starten Stap 3. Klik op de naam Module Examenvoorbereiding. Het scherm waarin je het oefenexamen en het proefexamen kan maken verschijnt. De voortgang van de examens wordt ook voor de docent opgeslagen. Ga naar hoofdstuk 8, paragraaf 3 voor meer informatie over de werking van de Module Examenvoorbereiding. 2.2 Virtuele Wijk Het component de Virtuele Wijk valt niet onder het basisprogramma. Als de organisatie het gehele programma (TiN Compleet) heeft aangeschaft is de Virtuele Wijk wel beschikbaar. De docent kan via de tab Virtuele Wijk dit component opstarten. De Virtuele Wijk start op in een nieuw scherm (afbeelding 2.6). Afbeelding 2.6: Virtuele Wijk starten 16

In de Virtuele Wijk staat het participeren van de deelnemers centraal. De deelnemers hebben in de virtuele wijk een eigen plek op het internet. De deelnemers kunnen informatie opzoeken over verschillende gebouwen en instanties uit hun eigen buurt, die zij kunnen gebruiken bij hun participatie, bijvoorbeeld de bibliotheek. De deelnemers kunnen oefenen met praktijksituaties die zich voor kunnen doen bij de verschillende gebouwen door middel van scenario s. Ook kunnen deelnemers contact zoeken met andere deelnemers via chat. Ga naar de aparte gebruikershandleiding over de Virtuele Wijk voor meer informatie over de werking van de Virtuele Wijk. 2.3 Participatiespel Het participatiespel valt niet onder het basisprogramma. Als de organisatie het gehele programma (TiN Compleet) heeft aangeschaft is het participatiespel wel beschikbaar. De docent kan via de tab Participatiespel dit component opstarten. Het spel start op in een nieuw scherm (afbeelding 2.7). Met behulp van het participatiespel leren deelnemers op een leuke manier sociale netwerken opbouwen. Ook kunnen deelnemers met elkaar chatten over de vragen en scenario s in het spel. Afbeelding 2.7: Participatiespel starten 17

Ga naar de aparte gebruikershandleiding van het Participatiespel voor meer informatie over de werking van het Participatiespel. 2.4 Klaar voor de Start Klaar voor de Start (KvdS) is geen onderdeel van TiN, maar kan wel vanuit de TiN portal opgestart worden. Dit is om te voorkomen dat deelnemers van portal en website moeten wisselen als Klaar voor de Start is afgerond. Het niveau van TiN en NAHW zijn vaak te hoog voor deelnemers met een niveau lager dan A1. KvdS is een apart inburgeringsprogramma speciaal voor deelnemers met een vaardigheidsniveau van 0 tot A1. KvdS is ter voorbereiding op het werken met TiN en NAHW. De docent kan met de tab Klaar voor de Start de cursus opstarten en maken (afbeelding 2.8). De docent kan van zichzelf geen voortgang bekijken, alleen van de deelnemers. Afbeelding 2.8: Klaar voor de start opstarten Ga naar de algemene docentenhandleiding van Klaar voor de Start voor meer informatie over het programma. 18

Hoofdstuk 3: Documenten In het documentengedeelte worden alle benodigde handleidingen en achtergronddocumenten opgeslagen die te maken hebben met TiN. Het documentengedeelte kan geopend worden door op de knop Documenten in het hoofdmenu te klikken. In het scherm verschijnt een lijst met documenten die voor de docent van toepassing zijn (zie afbeelding 3.1). In de eerste kolom is te zien wanneer het document voor het laatst is vernieuwd. Klik op het icoon in de kolom Bekijken om het document te downloaden en op te slaan. Afbeelding 3.1: documenten bekijken De volgende documenten zijn o.a. voor de docent te downloaden (dit is afhankelijk welke cursus de organisatie heeft aangeschaft): - Algemene docentenhandleiding en de docentenhandleidingen per CP (voor OGO, Burgerschap, Werk zoeken en KNS). - Praktijkopdrachtenhandboeken (per domein 1 handboek). - De docentenhandleidingen voor het participatiegedeelte. - De docentenhandleidingen voor Klaar voor de start. - Capita Selecta/achtergronddocumentatie - Gebruikershandleiding portal 19

Hoofdstuk 4: Aanwezigheid Het is in de TiN portal mogelijk om de aanwezigheid van deelnemers in de groepslessen bij te houden. De aanwezigheidsfunctionaliteit kan geopend worden door op de knop Aanwezigheid in het hoofdmenu te klikken. Het scherm in afbeelding 4.1 verschijnt. Afbeelding 4.1: overzicht aanwezigheid 4.1 Aanwezigheid invullen Volg onderstaande stappen om de aanwezigheid van een groep deelnemers in te vullen: Stap 1. Klik op het icoon in de kolom Aanwezigheid invullen achter één van de groepen. Het Aanwezigheid invullen scherm verschijnt. Stap 2. Klik op het kalendericoontje om een datum te selecteren. Standaard wordt de huidige datum geselecteerd. Stap 3. Vul voor elke deelnemer in of zij aanwezig was geweest of niet. Als de deelnemer aanwezig was, is het mogelijk om aan te geven hoe lang de deelnemer aanwezig was. Als de deelnemer niet aanwezig was, kan de reden daarvoor ingevuld worden. Selecteer Anders om een reden in te vullen die niet in het rijtje staat. Stap 4. Klik op de knop Opslaan om de gegevens op te slaan. 20

Afbeelding 4.2: aanwezigheid invullen 4.2 Aanwezigheid bekijken Volg de onderstaande stappen om de aanwezigheid die eerder is ingevuld te bekijken: Stap 1. Klik op het icoon in de kolom Aanwezigheid per deelnemer achter één van de groepen in het Aanwezigheid bekijken scherm. Er verschijnt een scherm met de lijst van deelnemers uit de groep (afbeelding 4.3). Stap 2. Klik op het icoon in de kolom Details achter één van de deelnemers. Er verschijnt een overzicht van de aanwezigheid die is ingevuld voor deze deelnemer (afbeelding 4.4). Door Bepaalde periode aan te klikken, is het mogelijk om een overzicht weer te geven van de aanwezigheid binnen een bepaalde periode, bijvoorbeeld een maand. 21

Afbeelding 4.2: lijst deelnemers Afbeelding 4.2: aanwezigheid per deelnemer 22

Hoofdstuk 5: Berichten In dit hoofdtuk is beschreven hoe berichten verstuurd kunnen worden naar de beheerder van de portal, mededocenten of deelnemers. Het Berichten bekijken scherm kan geopend worden door op de knop Berichten in het hoofdmenu te klikken. Er verschijnt een scherm met berichten die eerder naar deze beheerder zijn verstuurd (afbeelding 5.1). Klik op een bericht om deze te openen en te lezen. Als er nog geen berichten zijn verstuurd, is dit scherm leeg. Volg de onderstaande stappen om een nieuw bericht te sturen. Afbeelding 5.1: berichten bekijken Stap 1. Klik op de knop Een bericht versturen. Het scherm in afbeelding 5.2 verschijnt. Afbeelding 5.2: berichten bekijken 23

Stap 2. Selecteer de namen naar wie een bericht gestuurd gaat worden. Klik op Alle docenten of Alle deelnemers om een bericht naar alle gebruikers te sturen. Houdt de ctrl-toest ingedrukt op het toetsenbord om meerdere personen tegelijk aan te klikken. Stap 4. Geef bij prioriteit aan hoe belangrijk het bericht is (hoog, gemiddeld of laag). Stap 5. Vul het onderwerp van het bericht in. Stap 6. Typ het bericht in in het grote tekstveld. Stap 7. Klik op de knop Bericht versturen om het bericht naar de personen die geselecteerd zijn te sturen. Het is niet mogelijk om berichten te beantwoorden. Het is alleen bedoeld om een berichten aan iemand door te geven. Het is geen e-mailfunctie waarin heen en weer gemaild kan worden tussen de gebruikers. 24

Hoofdstuk 6: Mijn profiel Bij Mijn profiel staan alle persoonlijke gegevens van het profiel van de docent. Mijn profiel is te openen door op Mijn profiel in het hoofdmenu te klikken (afbeelding 6.1). Afbeelding 6.1: mijn profiel Deze gegevens kan de docent zelf aanpassen door op de knop Wijzigen te klikken. Een aantal gegevens zijn verplicht om in te vullen, namelijk: - Wachtwoord - Voor- en achternaam - Locatie - Postcode Het is mogelijk om het wachtwoord aan te passen. Klik hiervoor op de link Wachtwoord wijzigen en vul het nieuwe wachtwoord in. De postcode is verplicht om in te vullen, omdat deze later gebruikt wordt voor de Virtuele Wijk. De gegevens die in de Virtuele Wijk weergegeven worden, zijn afhankelijk van de postcode. Voor de docent is het aan te raden om de postcode van de uitvoerlocatie in te vullen i.p.v. de postcode van de woonplaats van de docent. De Virtuele Wijk gaat over de buurt van de deelnemer en vaak is dat in de buurt van de uitvoerlocatie. 25

Hoofdstuk 7: Voortgangsindicator voor de deelnemer De voortgang voor de deelnemer wordt op een andere manier weergegeven dan de voortgang van de deelnemer voor de docent. De voortgang van de deelnemer wordt bijgehouden door middel van een voortgangsindicator in de vorm van een trein. Als de deelnemer in de portal inlogt is onmiddelijk de trein te zien (afbeelding 7.1). De trein wordt opgevuld naar mate de deelnemer voortgang boekt met het programma. Deze indicator biedt, op een leuke en ontspannen manier, een perspectief op de voortgang van het programma - op weg naar het inburgeringsexamen, participatie in de Nederlandse samenleving en alles wat daarna komt. Afbeelding 7.1: voortgangsindicator Verschillende onderdelen van Thuis in Nederlands reflecteren in de indicator, waaronder de CP s in de e-learning, het participatiespel, de onderdelen uit het participatieprogramma en de Virtuele Wijk. Echter geen van deze zaken zal een nauwkeurige één-op-één relatie weer kunnen geven op de voortgang van de deelnemer. De trein is een globale indicator en geen voortgangsmeter dat alles in detail van het programma bijhoudt. De deelnemer start altijd met een lege trein, maar langzaam verschijnen er nieuwe dingen in de trein. Als bijvoorbeeld de deelnemer een CP heeft afgerond verschijnt er een item in de trein dat met het onderwerp van de CP te maken heeft. Deelnemers zullen bij elkaar niet altijd dezelfde trein zien. De trein wordt ingevuld naar persoonlijke voortgang en deze kan anders zijn bij verschillende deelnemers. Bepaalde veranderingen binnen de indicator zijn afhankelijk van de acties van de docent, met name op het gebied van participatie, dat niet digitaal gemeten kan worden. De docent kan de voortgang van het participatiegedeelte bijhouden in het voortgangsoverzicht van de docent (zie hoofdstuk 1 voor meer informatie). Het is daarom van belang dat de docent het profiel van de deelnemer goed bijhoudt, anders zal de deelnemer geen veranderingen zien in de trein met betrekking tot het participatiegedeelte. Een overzicht van de items die in de trein verschijnen is te zien in Bijlage A: items in voortgangsindicator. 26

Hoofdstuk 8: E-learning voor de deelnemer De deelnemer is de eindgebruiker van Thuis in Nederlands. De deelnemer is degene die gebruikmaakt van de e-learning (inburgering) en het participatiedeel om zich voor te bereiden op het inburgeringsexamen. In dit hoofdstuk zijn alle onderdelen beschreven van het basisprogramma (alleen inburgeringsgedeelte) die voor de deelnemer beschikbaar zijn. Afbeelding 8.1: startpagina na het inloggen Als de deelnemer inlogt, krijgt zij als eerste de startpagina te zien met de voortgangsindicator (zie hoofdstuk 7 voor meer informatie). De deelnemer kan verder door op de tab E-learning of Instaptoets te klikken. 8.1 Instaptoets De instaptoets is een handige functionaliteit voor snelle deelnemers of deelnemers die al veel kennis hebben van de onderwerpen binnen de CP s. De deelnemers kunnen door deze toets te maken eventueel CP s overslaan. Per domein (OGO, Burgerschap, Werk zoeken en KNS) is een toets te maken die controleert of deelnemers al kennis hebben van bepaalde CP s (afbeelding 8.2). Om een doorsnede te maken van de kennis van de deelnemer bevat elke toets 5 willekeurige oefeningen per CP. De toets van Burgerschap bestaat uit bijvoorbeeld uit 50 oefeningen (10 CP s x 5 oefeningen = 50 oefeningen). 27

Afbeelding 8.2: domeinen van de instaptoets Na elke toets is een overzicht te zien van de oefeningen per CP die goed en fout gedaan zijn (afbeelding 8.3). Het is niet mogelijk om de antwoorden op de oefeningen terug te kijken. Afbeelding 8.3: resultaten instaptoets Als alle toetsen zijn gemaakt verschijnt er een Ga verder knop. Let op: als Internet Explorer 6 is geïnstalleerd is deze knop niet te zien! Advies: Internet Explorer 7 (laten) installeren. 28

Er verschijnt een scherm met een totaaloverzicht van de CP s die overgeslagen kunnen worden, deze oefeningen uit deze CP s zijn dan goed gemaakt. Afbeelding 8.4: eindresultaat instaptoets Onderaan het overzicht zijn twee knoppen te zien: Accepteren en Annuleren. Als de deelnemer op Accepteren klikt, krijgt de deelnemer de CP s die aangevinkt zijn niet aangeboden en hoeft zij deze dus ook niet te maken. De deelnemer kan er toch voor kiezen om deze CP s ook te doen door eerste de desbetreffende CP s uit te vinken. Als de deelnemer op Annuleren klikt, moet de deelnemer alle CP s doen. De beheerder en de docent kunnen bepalen of een deelnemer een instaptoets moet doen, voordat zij met het e-leaningmateriaal aan het werk gaat. De beheerder kan bij het aanmaken van een deelnemerlogin bepalen of de instaptoets toegevoegd moet worden aan de cursus van de deelnemer. Achteraf is het ook mogelijk om deze toets aan of uit te zetten. De docent of beheerder kan dit doen door bij het profiel het hokje Algemene begintoets uit- of aan te vinken (zie hoofdstuk 1 voor meer informatie over het profiel van de deelnemer). 8.2 E-learning starten De rode draad van het inburgeringsgedeelte van TiN is de e-learning. De deelnemer kan met behulp van vragen en oefeningen zich voorbereiden op het inburgeringsexamen. Het e-learningmateriaal is gebaseerd op de Cruciale Praktijksituaties die door de overheid zijn vastgesteld. 29

E-learningoverzicht Het e-learningoverzicht kan opgestart worden door op de tab E-learning te klikken, nadat is ingelogd. Als de instaptoets is ingeschakeld voor de deelnemer, is er een tab Instaptoets in plaats van de tab E-learning. De deelnemer moet dan eerst de instaptoets maken om de e-learningtab tevoorschijn te halen. De docent kan ook de instaptoets uitzetten (zie paragraaf 8.1). Afbeelding 8.5: overzicht domeinen en CP s Het overzicht is verdeeld in de vier domeinen van de e-learning (OGO, Burgerschap, Werk zoeken en KNS). Het overzicht per domein kan geopend worden door op de namen van de domeinen aan de rechterkant te klikken (afbeelding 8.5). De deelnemer kan een E-learningmodule opstarten door op de naam van de CP te klikken. Er verschijnt een nieuw scherm met de onderdelen die de deelnemer kan doen (afbeelding 8.6). 30

Afbeelding 8.6: overzicht onderdelen De onderdelen zijn voor elke CP hetzelfde, namelijk: Aflevering TV-serie Begintoets Het verhaal Oefenen met taal Woorden leren Eindtoets Oefenen met goede zinnen maken (grammatica) Achter elk onderdeel (behalve de TV-serie) staat het voortgangspercentage van het onderdeel. Dit geeft aan hoeveel van het onderdeel door de deelnemer is afgerond. Let op: Bij het totale voortgangspercentage van een CP, worden de onderdelene Aflevering TV-serie en Oefenen met goede zinnen maken, niet meegerekend. Voor het onderdeel Oefenen met goede zinnen maken wordt wel apart de voortgang bijgehouden. De deelnemer begint met de e-learning door op de naam van het onderdeel te klikken. Het volgende scherm verschijnt met een introductiepagina (afbeelding 8.7). 31

Afbeelding 8.7: introductiescherm begintoets Als de deelnemer al eerder het onderdeel heeft opgestart, begint de deelnemer vanaf de pagina waar zij gebleven was. Dit geldt niet voor de begin- en eindtoets; deze dient opnieuw gemaakt te worden als de deelnemer stopt voordat de toets afgerond is. De deelnemer kan nu verschillende soorten oefeningen maken, zoals meerkeuze vragen met eventueel een afbeelding, audiofragment of animatie. Sleepopdrachten, puzzels etc. Er zijn zo n 30 verschillende oefeningen beschikbaar voor de deelnemer. Alle soorten oefeningen en de werking van deze oefeningen zijn beschreven in Bijlage B: oefeningen in de e-learning. Knoppen in het scherm Als er op de knop met het vraagteken geklikt wordt, is er een overzicht te zien dat de verschillende functies in het scherm uitlegt (zie afbeelding 8.8). 32

Afbeelding 8.8: uitleg knoppen in het scherm In het scherm is ook nog een instructieknop te zien. Als er op deze knop geklikt wordt, verschijnt er een instructie over hoe de oefening werkt die op dat moment te zien is. Afbeelding 8.9: instructie van een oefening Voortgang van de deelnemer De voortgang per CP van de deelnemer kan geopend worden door in het scherm met het overzicht van de CP s, op link Voortgang te klikken. De deelnemer krijgt het overzicht in afbeelding 8.10 te zien. 33

Afbeelding 8.10: instructie van een oefening Dit is hetzelfde overzicht dat de docent te zien krijgt bij de individuele voortgang van de deelnemers (hoofdstuk 1, paragraaf 1.1). 8.2 Praktijkopdrachten De deelnemer heeft beschikking tot alle praktijkopdrachten van de CP s binnen één scherm. Dit scherm kan geopend worden door op de knop Praktijkopdrachten in overzicht van de e-learning CP s te klikken (afbeelding 8.11). Afbeelding 8.11: praktijkopdrachten 34

De deelnemer kan door op de naam van de praktijkopdracht te klikken, de praktijkopdracht openen en opslaan. Ook kan de deelnemer meteen in dit overzicht aanvinken of de opdracht uitgevoerd is en welk bewijs de deelnemer er voor heeft verzameld (gesprek of schriftelijk). De praktijkopdrachten in het zwart zijn te gebruiken voor het inburgeringsexamen, dus hiermee kan een bewijs verkregen worden. De praktijkopdrachten in het grijs zijn extra opdrachten om de deelnemer nog meer te laten oefenen met de Cruciale Handelingssituaties. 8.3 Module Examenvoorbereiding In Thuis in Nederlands is voor de deelnemers ook een Module Examenvoorbereiding beschikbaar. In de module examenvoorbereiding kunnen de deelnemers examens maken die veel lijken op het officiële inburgeringsexamen. De module examenvoorbereiding bevat twee verschillende examens: - het oefenexamen: in het oefenexamen kunnen deelnemers nadat ze de CP s hebben afgerond, oefenen voor het inburgeringsexamen. Dit examen bevat 52 vragen en kan meerdere keren gemaakt worden met verschillende vragen. Na het afronden van het oefenexamen is het mogelijk om de antwoorden op de vragen terug te kijken. - het proefexamen: het proefexamen kan één keer gemaakt worden door de cursist. Dit examen bevat 52 standaard vragen en moet binnen 1 uur en 15 minuten gemaakt worden. In het proefexamen is het niet mogelijk om de antwoorden op de vragen terug te kijken. De deelnemer kan de Module Examenvoorbereiding op de volgende manier opstarten: Afbeelding 8.12: Module Examenvoorbereiding 35

Stap 1. Ga eerst naar de tab E-learning. Stap 2. Klik op de onderste knop Examenvoorbereiding aan de linker kant van het scherm. Er verschijnt een overzicht waarin het voortgangspercentage te zien is van de examenvoorbereiding (afbeelding 8.12). Stap 3. Klik op de naam Examenvoorbereiding om deze te starten. Er verschijnt een nieuw scherm met een twee keuzes: het oefen- of het proefexamen (afbeelding 8.13). Afbeelding 8.13: introductiescherm Stap 4. Klik op één van de examens om deze te starten. Er volgt een korte introductie op het examen. Stap 5. Klik op Doorgaan onderin het scherm om met het examen te beginnen. Let op: het gebeurt vaak dat de knop onderin het scherm niet te zien is. Dit heeft te maken met de resolutie en grootte van het beeldscherm. De knop valt als het ware van het scherm af. Met de F11 toets op het toetsenbord, wordt het scherm vergroot en is de knop wel te zien. Druk nogmaals op F11 om het scherm weer te verkleinen. Er start nu een toets op met 52 vragen (afbeelding 8.14). Door op de knop vorige en volgende te klikken of door op de vakjes met de nummers te klikken, kan de deelnemer door de vragen heen gaan. Aan het groene vakje boven in het scherm is te zien waar de deelnemer is gebleven. Als een deelnemer een vraag heeft beantwoord, wordt het vakje met het vraagnummer donkerder van kleur. De vragen die nog niet beantwoord zijn, zijn grijs van kleur Als de deelnemer alle vragen heeft beantwoord, kan zij op de knop Versturen klikken om de eindresultaten te bekijken (8.15). Als de deelnemer 80% van de vragen goed heeft, is zij geslaagd. 36

Afbeelding 8.14: vraag in oefenexamen Afbeelding 8.15: resultaten oefenexamen 37

8.4 Portfolio Deelnemers kunnen hun eigen portfolio bekijken door op de tab Portfolio te klikken (afbeelding 8.16). Afbeelding 8.16: portfolio deelnemer In het portfolio staan verschillende soorten gegevens, namelijk: - Persoonlijke gegevens, zoals naam, wachtwoord, adres. - Een lijst met persoonlijke voorkeuren (te gebruiken in de chatfunctie in de virtuele wijk). - Een overzicht van de cursussen en de docenten die aan de deelnemer toegewezen zijn. Met behulp van de knop Bewerken kan de deelnemer zijn eigen gegevens aanpassen. Ook kan de deelnemer een foto van zichzelf toevoegen en zijn haar persoonlijke voorkeuren invullen, bijvoorbeeld dat de deelnemer van muziek luisteren houdt. 38

Hoofdstuk 9: Service Desk In dit hoofdstuk zijn alle onderdelen van de Service Desk beschreven. De Service Desk kan opgestart worden door op het vraagteken in de rechter bovenhoek te klikken (afbeelding 9.1). Afbeelding 9.1: Service Desk openen De Service Desk bestaat uit drie onderdelen: veel gestelde vragen, systeemeisencheck en support tickets (afbeelding 9.2). In de volgende paragrafen zijn de drie onderdelen beschreven. Afbeelding 9.2: onderdelen Service Desk 39

9.1 Veel gestelde vragen Voor een antwoord op vragen kan de Veel gestelde vragen lijst geraadpleegd worden. De vragen zijn gegroepeerd in verschillende categorieën (afbeelding 9.3). Afbeelding 9.3: categorieën veel gestelde vragen Nadat er op een categorie geklikt is verschijnt er een lijst met mogelijke vragen en stellingen. Klik op de vraag of stelling om het antwoord te zien (afbeelding 9.4). Afbeelding 9.4: veel gestelde vragen Als de vraag niet in deze lijst staat of de vraag is niet voldoende beantwoord, kan er altijd een Support Ticket gestuurd worden. Zie paragraaf 9.3 voor meer informatie. 40

9.2 Systeemeisencheck Met behulp van de Systeemeisen check optie kan gecontroleerd worden of de computer waar op gewerkt wordt alle benodigde programma s heeft om de e- learning goed te laten draaien (afbeelding 9.5). Afbeelding 9.5: handleidingen Als één van de programma s er niet op staat, is in de kolom aanbeveling te zien hoe aan het programma gekomen kan worden. Bijvoorbeeld een gratis programma van internet downloaden. In deze check worden niet alle systeemeisen gecontroleerd, alleen de meest belangrijke. In het volgende overzicht zijn alle systeemeisen opgenomen: Systeemeisen TiN Minimale Hardware 1. Pentium 4, 1.5 GHz of hoger 2. 512 MB RAM interne geheugen 3. Minimaal 512 MB vrije ruimte op harde schijf 4. 16-bit geluidskaart, muis, boxen, koptelefoon Aanbevolen Hardware 1. Pentium 4, 2 GHz of hoger 2. 1 GB RAM interne geheugen 3. Minimaal 1 GB vrije ruimte op harde schijf 4. 128-bit geluidskaart, muis, boxen, koptelefoon Minimale Software 1. Alle Microsoft Windows platforms, behalve Win 9x 2. Internet explorer 7.x of hoger. 3. Flash Player 8.x of hoger. 41

Aanbevolen Software - Microsoft Windows XP - Internet Explorer 7.0 - Adobe Flash Player 9.0 Bandbreedte - Elke deelnemer dient 320 kbps (40 KBps) tot zijn of haar beschikking te hebben. Overige aanbevolen configuratie - Als Service Pack 2 (SP2) is geïnstalleerd, voeg dan de url* (internetadres) van Thuis in Nederlands toe aan de lijst van de pop-up blocker. - Cookies en Active X moeten geactiveerd zijn in de Internet Explorer instellingen. *De url hangt af van welke portal er wordt gebruikt. Aanbevolen netwerk bandbreedte - 100 MBps netwerk - Elke deelnemer dient 320 kbps (40 KBps) tot zijn of haar beschikking te hebben. Deze hoeveelheid bandbreedte moet vemenigvuldigd worden met het aantal cursisten die tegelijk van de computers in het netwerk gebruik maken. Voorbeeld 256 x 10 = 2560 KBps = 320 KBps Indien er in het netwerk een proxy of firewall aanwezig is, voeg dan een regel toe om deze te omzeilen voor tinl.nl. Aangeraden wordt om in een proxy server de cache in te schakelen voor tinl.nl Dit zorgt voor snellere toegang tot Thuis in Nederlands en zal minder capaciteit vergen van de bandbreedte. 9.3 Support Tickets Met behulp van de optie Support Ticket kan een vraag, opmerking of probleem aan het TiN Service Desk Team gemeld worden. Afbeelding 9.6: Support ticket invullen 42

Volg de volgende stappen om een probleem, vraag of opmerking aan TiN door te geven: 1. Klik op de link Support Ticket om een nieuwe melding in te vullen. Het scherm in afbeelding 9.6 verschijnt. 2. Vul bij E-mailadres een geldig e-mailadres in. 3. Vul bij Onderwerp in waar de vraag, opmerking of het probleem over gaat. 4. Eventueel kan er een afbeelding toegevoegd worden om de vraag, opmerking of het probleem duidelijker te maken. Vaak zegt een afbeelding meer dan alleen een beschrijving. Dit doet u door een printscreen te maken (printscreen knop op het toetsenbord), deze te plakken in een Word of Paint bestand en deze toe te voegen aan de support ticket met behulp van de browse (bladeren) knop. 5. Vul bij bericht het probleem, vraag of opmerking zo duidelijk mogelijk in. 6. Klik op de knop Versturen om de melding te versturen. Binnen één werkdag kunt u van de Servive Desk een reactie verwachten op uw melding. 43

Bijlage A: Items in de voortgangsindicator Iedere cursist binnen Thuis in Nederlands ziet op het eerste scherm een voortgangsindicator. Deze indicator kan, vooral aan het begin, leeg overkomen. Wat doet het precies? De trein die in beeld verschijnt, zal zich langzaam opvullen. Iedere keer als een cursist bijvoorbeeld een CP afrondt, of wanneer u de cursist een onderdeel toekent, zal de trein zich uitbreiden. Ieder domein kent een wagon, iedere wagon wordt gevuld met elementen. Hieronder een samenvatting van enkele van de dingen die in de trein kunnen verschijnen. Elementen die verschijnen in de OGO wagon: De Weegschaal Op het consultatiebureau. De Schommel De speelzaal. Juffrouw Kim Naar de basisschool. Telefoneren Contact met de basisschool. De Veiligheidshelm Veiligheid. Boeken Lezen en spelen. Een computerspelletje Vrije tijd. Een Schoolmeisje Naar het voortgezet onderwijs. Dokter van Dijk De huisarts. Het zorg-embleem De tandarts, u heeft het OGO domein doorlopen!

De volgende elementen verschijnen in de wagon Burgerschap: Email Wijzigingen in je persoonsgegevens doorgeven. Archiefmap Documenten en andere zaken aanvragen. Agent Harry Aangifte doen bij de politie. Bankgebouw Bankzaken. Reddingsboei Verzekeringen. En huis Een huis huren en verhuizen. Waterkraan Gas, water, electriciteit. Windmolen Krijtbord Het milieu. Onderwijs. De Werk Zoeken wagon bevat de volgende elementen: Eurobiljet Op zoek gaan naar werk. Mobiele telefoon Overeenkomst icoon Solliciteren. Het arbeidscontract.

Elementen voor de KNS wagon: Wereldbol Geografie en geschiedenis. En huis Een huis huren en verhuizen. Overige elementen: Game personages Verschijnen na het spelen van de game. Er zijn nog enkele elementen, gerelateerd aan de netwerk- en participatiemodule.

Bijlage B: Oefeningen in de e-learning Het e-learningmateriaal van Thuis in Nederlands bestaat uit ongeveer 30 verschillende soorten oefeningen. In deze appendix zijn alle oefeningen en de werking ervan beschreven. De paragrafen in deze appendix geven de verschillende categorieën weer. Meerkeuze-oefeningen Meerkeuzevraag De deelnemer leest de vraag en beantwoordt de vraag door één van de opties aan te klikken. Er zijn maximaal 5 opties mogelijk. Meerkeuzevraag met meerdere antwoorden goed De deelnemer leest de vraag en beantwoordt de vraag door één of meerdere opties aan te klikken. Er zijn maximaal 5 opties mogelijk.

Meerkeuzevraag met afbeelding De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt het plaatje. Aan de hand van het plaatje klikt de deelnemer een optie aan. Er zijn maximaal 3 opties mogelijk. Als het plaatje niet helemaal te zien is, kan de deelnemer op het plaatje klikken om deze helemaal weer te geven. Meerkeuzevraag met één audiofragment De deelnemer leest de vraag of opdracht en luistert naar het audiofragment. Aan de hand het audiofragment klikt de deelnemer een optie aan. Er zijn maximaal 3 opties mogelijk. Meerkeuzevraag met meerdere audiofragmenten De deelnemer leest de vraag of opdracht en luistert naar de audiofragmenten. Aan de hand van de audiofragmenten klikt de deelnemer een optie aan. Er zijn maximaal 3 opties mogelijk. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 2

Meerkeuzevraag met een animatie De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de animatie. Aan de hand van het audiofragment klikt de deelnemer een optie aan. Er zijn maximaal 3 opties mogelijk. Meerkeuzevraag met videofragment De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt het videofragment. Aan de hand van het videofragment klikt de deelnemer een optie aan. Er zijn maximaal 3 opties mogelijk. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 3

Sleepopdrachten Zinnen of woorden bij elkaar slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de zinnen of woorden. De deelnemer sleept de zin of het woord achter de zin of het woord dat erbij hoort. Er kunnen maximaal 5 zinnen of woorden gesleept worden. Een zin of woord naar een plaatje slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de zinnen of woorden. De deelnemer sleept de zin of het woord naar het juiste plaatje. Er kunnen maximaal 4 zinnen of woorden gesleept worden. Een dialoog afmaken met twee plaatjes De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de plaatjes met tekstballonnen. De deelnemer sleept het juiste plaatje naar het witte vlak, zodat er een korte dialoog ontstaat. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 4

Een dialoog afmaken met drie plaatjes De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de plaatjes met tekstballonnen. De deelnemer sleept per plaatje de juiste tekstballon naar de lege ballon, zodat er een dialoog ontstaat. Per plaatjes zijn er drie antwoordopties mogelijk. Het ontbrekende woord naar een zin slepen De deelnemer leest de vraag of opdrachten, luistert naar het audiofragment en leest de tekst. Aan de hand van het audiofragment sleept de deelnemer het juiste ontbrekende woord naar de lege plek in de zin. Er kunnen maximaal 6 woorden gesleept worden. Woorden naar lege plekken in zinnen slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht en leest de gatentekst. De deelnemer sleept de ontbrekende worden naar de juiste plaatsen in de tekst. Er kunnen maximaal 6 woorden gesleept worden. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 5

Woorden naar lege plekken in zinnen slepen met een plaatje als ondersteuning De deelnemer leest de vraag of opdracht, leest de gatentekst en bekijkt het plaatje. De deelnemer sleept de ontbrekende woorden naar de juiste plaatsen in de tekst. Er kunnen maximaal 6 woorden gesleept worden. Woorden of zinnen naar een plek in een plaatje slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht, bekijkt de zinnen of woorden die gesleept kunnen worden en bekijkt het plaatje. De deelnemers sleept de zinnen of woorden bij het juiste nummer in het plaatje. Er kunnen maximaal 5 zinnen of woorden gesleept worden. Als het plaatje niet helemaal te zien is, kan de deelnemer op het plaatje klikken om deze helemaal weer te geven. Woorden of zinnen naar categorieën slepen (met drie categorieën) De deelnemer leest de vraag of opdracht, bekijkt de zinnen of woorden die gesleept kunnen worden en bekijkt de drie categorieën. De deelnemer sleept de woorden naar de juiste categorieën. Bij elke categorie horen vier zinnen of woorden. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 6

Woorden naar categorieën slepen (met twee categorieën De deelnemer leest de vraag of opdracht, bekijkt de zinnen of woorden die gesleept kunnen worden en bekijkt de twee categorieën. De deelnemer sleept de woorden naar de juiste categorieën. Bij elke categorie horen drie zinnen of woorden. Woorden of zinnen naar het plaatjes met audiofragment slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht, bekijkt de plaatjes en luistert naar de audiofragmenten. De deelnemer sleept de zinnen of woorden naar de juiste plaatjes. Audiofragmenten naar plaatjes slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht, luistert naar de audiofragmenten en bekijkt de plaatjes. De deelnemer sleept de audiofragmenten naar de juiste plaatjes. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 7

Woorden of zinnen die niet in het rijtje thuis horen naar de prullenbak slepen De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de zinnen of woorden die gesleept kunnen worden. De deelnemer sleept de woorden die niet in het rijtje thuis horen naar de prullenbak. Er kunnen maximaal 6 zinnen of woorden gesleept worden. Puzzels Woordzoekpuzzel De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de woorden. De deelnemer zoekt de woorden op in het letterveld. De deelnemer sleept met de muis over het woord in het letterveld. De deelnemer heeft 4 extra pogingen dan er woorden zijn. Bijvoorbeeld als er 9 woorden gezocht moeten worden, dan heeft de deelnemer 13 pogingen om deze woorden te vinden. Kruiswoordpuzzel De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de woorden. De deelnemer gaat met de muis over een puzzelrij om de betekenis van één van de woorden te zien. De deelnemer sleept het woord naar de puzzelrij. Als het woord verkeerd gesleept is, klikt de deelnemer op de puzzelrij om het woord weer terug te zetten. Als alle woorden goed zijn ingevuld, verschijnt er een woord in het blauwe, verticale vlak TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 8

In de goede volgorde Zinnen in de goede volgorde zetten De deelnemer leest de vraag of opdracht en de zinnen die gesleept kunnen worden. De deelnemer sleept een zin op een andere zin om deze van plaats te verwisselen. Dit doet de deelnemer totdat er een dialoog ontstaat. Er kunnen maximaal 5 zinnen gesleept worden. Woorden in de goede volgorde zetten De deelnemer leest de vraag of opdracht en de woorden die gesleept kunnen worden. De deelnemer sleept een woord op een ander woord om deze van plaats te verwisselen. Dit doet de deelnemer totdat er een juiste zin ontstaat. Er kunnen maximaal 5 zinnen gemaakt worden. Letters in de goede volgorde zetten De deelnemer leest de vraag of opdracht en de letters die door elkaar zijn gehusseld. De deelnemer luistert naar de audiofragmenten van de woorden. De deelnemer sleept een letter op een andere letter op deze van plaats te verwisselen. Dit doet de deelnemer totdat het woord te zien is. Er zijn maximaal 7 woorden te maken. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 9

Items aanklikken Plaatjes aanklikken De deelnemer leest de vraag of opdracht en bekijkt de plaatjes. De deelnemer klikt het juiste plaatje aan. De deelnemer kan uit maximaal 5 plaatjes kiezen, vaak zijn het er twee of drie. Als de plaatjes niet helemaal te zien zijn, kan de deelnemer op de plaatjes klikken om deze helemaal weer te geven. Tekst binnen een plaatje aanklikken De deelnemer leest de vraag of opdracht, bekijkt het plaatje en luistert naar het audiofragment. De deelnemer klikt op de juiste tekst of het juiste item binnen een plaatje aan de hand van het audiofragment. Deze oefening heeft soms geen audiofragment. Een woord in een zin aanklikken De deelnemer leest de vraag of opdracht, luistert naar de audiofragmenten en bekijkt de zinnen. De deelnemer klikt het juiste woord aan binnen een zin aan de hand van het audiofragment. Er zijn maximaal 7 zinnen aan te klikken. TiNGHD-V1.0 Created on 03/11/2008 5:00:00 PM 10