Voorwoord. Tot slot wensen wij u en uw kind(eren) een fijn schooljaar toe. Namens het team en medezeggenschapsraad van De Meerbrug



Vergelijkbare documenten
Informatie groep 5 Daltonschool In Balans Schooljaar 2015/2016

toegelaten wordt. Uiteraard zal er in overleg met de ouders altijd naar een oplossing worden gezocht.

Informatie bovenbouw Donderdag 29 september: uur

3 De visie van de Prinses Julianaschool

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen.

2. Waar staat de school voor?

Basisschool De Poolster straalt, vanuit deze gedachte werkt het team samen met de kinderen en ouders aan kwalitatief goed onderwijs op onze school.

Protocol doubleren en versnellen (def. versie 5/1/2015)

Informatieavond groep 3/4 september 2014

JAARPLAN GROEP 7 SCHOOLJAAR

Informatie middenbouw Donderdag 29 september 2016: uur uur

HUISWERKBELEID. Inhoudsopgave Inleiding Het doel van dit huiswerkbeleid Voorwaarden huiswerkbeleid... 2

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Agenda onderwijsavond middenbouw

Samenwerking. Betrokkenheid

Informatie. vakgebieden. Groep 3

Huiswerkbeleid Onderwijsteam 7

Hoe volgt en begeleidt Montessori-Zuid de leerlingen?

Huiswerkbeleid OBS De Westhoek

Plan van aanpak voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong of (hoog)begaafde kinderen

Huiswerkbeleid Onderwijsteam 7

Doorstromen, vertragen en versnellen.

VVE protocol. IKC Juliana. Weth. Rebellaan KA Barneveld

Belangrijk BO naar VO. Leerlingvolgsysteem. Leerling-kenmerken. november april

Werken in het Lab Beleid verrijkingsklassen Stichting KBO Haarlem-Schoten (concept 2 oktober 2015)

Richtlijnen voor de overgang naar de volgende groep. Doubleren of Versnellen; te nemen stappen

Informatieboekje Groep 6

Visie op ouderbetrokkenheid

JAARPROGRAMMA GROEP 7

Agenda onderwijsavond bovenbouw

Talent nl: een uniek kindcentrum!

Informatieboekje Groep 6

COMPACTEN & VERRIJKEN GROEP 9

VERANTWOORDING: ETEN IS LESTIJD

JAARPLAN Samen werken aan de toekomst! Bekkampstraat AH Hengevelde

Rekenen staat vijf keer in de week op het rooster. We werken met de vierde versie van de methode De wereld in getallen.

Wat maakt mijn kind allemaal mee op De Fontein. in groep 3?

Informatieboekje Groep 5

Huiswerkprotocol Mattheusschool

VERANTWOORDING: ETEN IS LESTIJD

JAARPLAN GROEP 7 SCHOOLJAAR

2.BESCHRIJVING VAN HET TAALONDERWIJS VAN DE SCHOOL

De leerkrachten willen de kinderen het gevoel geven van veiligheid en geborgenheid.

Schoolondersteuningsprofiel

Rekenen staat vijf keer in de week op het rooster. We werken met de vierde versie van de methode De wereld in getallen.

Huiswerkbeleid Onderwijsteam 7 it Bynt Winsum

Vakgebieden Methoden Omschrijving Taal Groep 1-2. Schatkist

Inhoudsopgave: Even voorstellen 5. Waar staan we voor 7. Ons onderwijs 7. Boeiend onderwijs: 8. Kwaliteit bewaken 8

Hoofdstuk 3 De zorg voor de leerlingen

Het Baken: Een school van de Vereniging voor Christelijk Primair Onderwijs.

INFORMATIE GROEP 7. De vakken: Taal:

Informatie. vakgebieden. Groep 6

ISE Huiswerk beleid. Huiswerkbeleid ISE Dutch department april 2013 Pagina 1

6. Ondersteuning voor de leerlingen

U kunt hieronder zien in welke periode welke toets wordt afgenomen.

De Vogelveste. speciale school voor basisonderwijs

Informatieboekje groep 5-6 schooljaar

JAARPLAN GROEP 7A SCHOOLJAAR

Informatie. vakgebieden. Groep 4

Protocol aanname- en inschrijving RK BS de Veldhof

Schoolondersteuningsprofiel PCB De Fontein Schooljaar

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter

Hieronder volgt een beknopte uitleg van de begrippen die u in het rapport zult tegenkomen.

Algemene informatieavond groep 5-6

Samen leren jezelf te zijn, kansrijk en uniek Wij maken werk van talent!

Ouderavond 16 november. 7 mei 2007

Informatieboekje GROEP 3

Gemiddelde. Gemiddelde

ontwikkelingsperspectief

Basisschool 't Maxend, Nistelrode, Ouders

Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2)

...paspoort naar grenzeloos onderwijs...

Schoolondersteuningsprofiel (SOP) De Ladder

Hierbij treft u een informatiebrochure aan met de gegevens over de leer- en oefenstof en de manier van werken in groep 6 op de Haafakkers.

Schoolondersteuningsprofiel

Welkom op de informatieavond van groep 7-8!

Dyslexiebeleid van Openbare basisschool voor Daltononderwijs. De Meent

Informatieavond groep september 2016

ZORGGids CBS TOERMALIJN FRANEKER

Huiswerkbeleid. Cluster Itter. Basisschool de Schakel Basisschool Sint Lambertus

Informatieboekje Groep

Binnen deze driehoek geldt een aantal randvoorwaarden:

Onderwijsgemeenschap Titus Brandsma, Hengelo, Ouder vragenlijst oktober 2014 De Akker

Schoolondersteuningsprofiel

Format groepsplan. HOE bied ik dit aan? -instructie -leeromgeving AANPAK METHODIEK. Automatiseren Modelen. Automatiseren Modelen Begeleid inoefenen

Quickscan taal- en leesonderwijs

KINDEREN DIE MEER KUNNEN

Schoolprofiel. Algemene Schoolbeschrijving

7. Hoe werken we op school

Samen Inspireren Ontdekken. Informatiegids. IKC de Plattenburg.

Hierbij treft u een informatiebrochure aan met de gegevens over de leer- en oefenstof en de manier van werken in groep 3 op de Haafakkers.

Schoolondersteuningsprofiel CBS de ster Harkstede

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD'

Informatieboekje Groep 6

De Onderwijsraad heeft in deze zes kerndoelen geformuleerd waar het primair onderwijs aan moet voldoen inzake Actief Burgerschap:

Protocol doubleren en versnellen

Informatie groep 3. Taaktijd

Protocol leesproblemen en dyslexie

Visie op burgerschap en sociale integratie

Transcriptie:

2012-2013 R.K. Basisschool De Meerbrug Kinheim 8 1161 AP Zwanenburg 020-4973970 E-mail: directie.demeerbrug@stichtingdelasalle.nl Website: www.meerbrug.nl Brin nr.: 07RG

Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van De Meerbrug voor het schooljaar 2015-2016. Deze gids is zowel bestemd voor de ouders van de ingeschreven kinderen als voor ouders die op zoek zijn naar een basisschool voor hun kind. Een basisschool kiest u immers met zorg! In deze gids vindt u allerlei informatie. U leest waar de school voor staat, hoe wij ons pedagogisch klimaat realiseren, welke leerstof aan bod komt, hoe de school is georganiseerd, hoe de zorg voor onze kinderen is geregeld en hoe de school omgaat met kinderen die extra zorg nodig hebben. Verder vindt u er veel praktische informatie in over onder andere schooltijden en regels en over de wijze waarop u bij de school betrokken wordt. Naast deze schoolgids krijgt u jaarlijks een informatiegids met voor dat schooljaar actuele informatie. Maar ook welke onderwijsplannen de school heeft, hoe de school deze plannen gaat uitvoeren en wat ervan terecht is gekomen staan erin vermeld. Tussentijdse wijzigingen worden in onze maandelijkse Nieuwsbrief gemeld en staan op onze website. Wanneer u iets mist in deze gids en u denkt dat deze informatie zinvol is voor andere ouders, dan stellen wij het zeer op prijs als u ons dit vertelt. Ook wanneer u anderszins op- of aanmerkingen heeft dan horen wij dat graag van u. Wij hopen dat de gids een goed beeld geeft van De Meerbrug, dat u er met plezier in zult lezen en dat deze u het gevoel geeft mijn kind zit op De Meerbrug op de juiste plek!. Ouders die nog een schoolkeuze moeten maken zijn natuurlijk altijd van harte welkom om zelf te zien en te ervaren wat wij uw kind te bieden hebben. Tot slot wensen wij u en uw kind(eren) een fijn schooljaar toe. Namens het team en medezeggenschapsraad van De Meerbrug Gertie de Bruin Directeur Schoolgids 2015-2016 2

Voorwoord 2 Inhoudsopgave 3 1. DE MEERBRUG 5 1.1. Adresgegevens 5 1.2. Bestuur 5 1.3. De schoolleiding 6 1.4. Het team 6 2. WAAR STAAN WIJ ALS SCHOOL VOOR? 6 2.1. Identiteit 6 2.2. Missie 6 2.3. Kerndoelen 7 3. ONS PROFIEL 7 4. WAT LEREN WE? 8 4.1. Lesuren per jaar 8 4.2. Groep 1 en 2 9 4.3. Groep 3 t/m 8 10 5. DE ZORG VOOR KINDEREN 5.1. Zelfstandig werken 18 5.2. Het volgen van de ontwikkeling van het kind in onze school: Leerlingvolgsystemen 18 5.3. Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften (zorgverbreding) 19 5.4. Begeleiding meer begaafde leerlingen 19 5.5. Begeleiding leerlingen met dyslexie 19 5.6. Begeleiding zieke kinderen 21 5.7. Passend Onderwijs 21 5.8. Aanmelding en plaatsing van leerlingen met een 22 ondersteuningsbehoefte 5.9. Het onderwijsloket 25 5.10. Leerlinggebonden financiering 25 5.11. De begeleiding van de overgang naar het voortgezet onderwijs 25 5.12. GGD Kennemerland 25 5.13. Logopedie 26 Blz. 3

6. DE MEERBRUG en OUDERS 6.1. Informatievoorziening 27 6.2. Inspraak 27 6.2.1. De Ouderraad 28 6.2.2. De Medezeggenschapsraad 28 6.3. Klachtenprocedure 29 7. KWALITEIT VAN HET ONDERWIJS 31 8. PRAKTISCHE PUNTEN VAN A TOT Z 32 Aanmelding, absentenmelding, acties, beleid toelating, 32 Tussentijds vertrek, schorsing en verwijdering van leerlingen 33 Eten en drinken, excursie 34 Fietsen, gevonden voorwerpen, gymnastiek 35 Hoofdluiscontrole, JeugdSportPas, klassendienst, klassenouders, Kunstmenu 36 Mobiele telefoons, onderwijsinspectie, ouderactiviteiten Tussenschoolse Opvang (Lunchen op School) 37 Parkeren, pesten, petjes 39 Peuterspeelzalen, rapportage, rookverbod, schoolfotograaf, schoolkamp, 40 Schoolkamp- schoolkamp- schoolfeest, schoolshirt, schooltijden 41 Speelplaats, sponsoring, sportevenementen, stagiaires, Stichting Leergeld Haarlemmermeer 42 Te laat komen, telefonische bereikbaarheid, veilige school, verantwoordelijkheid, verjaardagen, vervanging van leerkrachten 43 Verlofregeling, vervoersprotocol 44 Verzekering tijdens schooltijd 46 Website 47 Schoolgids 2015-2016 4

1. DE MEERBRUG De Meerbrug staat in het dorp Zwanenburg. Zwanenburg vormt één dubbeldorp met het dorp Halfweg. De ringvaart van de Haarlemmermeerpolder scheidt de beide dorpen, maar door meerdere bruggen worden de dorpen met elkaar verbonden. Rond de 135 kinderen vinden dagelijks hun weg naar deze kleinschalige basisschool. De Meerbrug beschikt over een goed geïsoleerd schoolgebouw. De school heeft een rustige uitstraling. De school beschikt op loopafstand over een gymzaal. Graag willen wij (nieuwe) ouders uitnodigen voor een rondleiding door onze school. Heeft u interesse, dan kunt u telefonisch een afspraak maken. 1.1. Adresgegevens De Meerbrug Kinheim 8 Telefoon: 020-4973970 E-mail: directie.demeerbrug@stichtingdelasalle.nl Website: www.meerburg.nl 1.2. Bestuur De Meerbrug maakt deel uit van stichting De la Salle, bestaande uit 18 scholen. Kinderen van alle gezindten, ongeacht ras, geloof of cultuur zijn op onze school welkom. Naar verwachting zal op 1 januari 2016 een bestuurlijke fusie plaatsvinden van stichting de La Salle met VCPO de Basis. We zijn in afwachting van de goedkeurende verklaring van het ministerie van onderwijs. De dagelijkse leiding van de organisatie is in handen van het College van Bestuur: dhr. J. van Veen en dhr. P. Bronstring. Bij het maken van beleidskeuzes staat het kind centraal. De missie van De la Salle is samen te vatten in de volgende slogan: Onderwijs met hart voor het kind en zorg voor elkaar. Afb.1 Verzorgingsgebied Stichting de La Salle Als u wat meer wilt weten over ons bestuur, bezoek dan de website: www.stichtingdelasalle.nl 5

1.3. De schoolleiding Op De Meerbrug is Gertie de Bruin de schoolleider. Zij is verantwoordelijk voor alle zaken die in en om de school spelen. 1.4. Het team Op De Meerbrug werken er op dit moment 9 leerkrachten. Op onze school hebben leerkrachten naast lesgevende taken, ook ander taken en/of functies. Zo hebben we op school een intern begeleider, een leescoördinator, een onderwijsassistente en twee leerkrachten met ICT- taken. 2. WAAR STAAN WIJ ALS SCHOOL VOOR? 2.1. Identiteit Kinderen van alle gezindten en achtergronden vormen de schoolgemeenschap van De Meerbrug. Vanuit onze katholieke identiteit leveren wij een positieve bijdrage aan de volgende kernwaarden: Respect voor jezelf en voor de ander, vertrouwen, veiligheid, betrokkenheid en gelijkwaardigheid. 2.2.Missie Leren met plezier Leergierig zijn Nieuwsgierig zijn De Meerbrug wil kinderen de kans geven hun eigen mogelijkheden te ontplooien. Voortdurend zijn kinderen bezig om hun kennis, begrip en vaardigheden te vergroten. De Meerbrug komt tegemoet aan de drie basisbehoeften van kinderen om de motivatie, leergierigheid en nieuwsgierigheid te vergroten. Deze drie basisbehoeften staan bij ons centraal Relatie Weten en voelen dat je gewaardeerd wordt. Het kind leert vertrouwen te stellen in de ander, zodat de ander kan bijdragen aan de ontwikkeling van het kind. Competentie Ervaren en geloven in eigen kennen en kunnen, waardoor ontwikkeling mogelijk wordt. Autonomie Het streven naar zelfstandigheid en het realiseren van een eigen aandeel in de ontwikkelingen het leren. Ervaren en weten dat je een uitdaging zelf aan kunt. Het streven naar zelfstandigheid Schoolgids en het realiseren 2015-2016 van een eigen 6 aandeel in de ontwikkeling en het leren. Ervaren en weten dat je een uitdaging zelf aan kunt.

De leerkrachten werken met drie handelingscategorieën om tegemoet te komen aan deze basisbehoeften van het kind: Interactie De manier waarop de leerkracht met de kinderen omgaat en contacten met hen onderhoudt. Instructie De didactisch handelen van de leerkracht is gericht op het activeren van kinderen door verschillende werkvormen toe te passen, het bieden van verschillende vormen an instructie, de doelen die hij stelt en de manier waarop de methode gebruikt wordt. Klassenmanagement De manier waarop de leerkracht het verloop van de lesdag organiseert en de leeromgeving inricht. 2.3. Kerndoelen We willen in ons dagelijks onderwijs de kinderen uitdagen tot leren. Hierbij houden we rekening met de kerndoelen van het basisonderwijs. Ons streven is om kinderen een goede basis te geven voor hun verdere leven en als startkwalificatie voor het voortgezet onderwijs. We werken op De Meerbrug met methoden die voldoen aan de kerndoelen en evalueren ons onderwijs aan de hand van onze opbrengsten. 3. ONS PROFIEL Op de Meerbrug proberen we een goed evenwicht te vinden in het aanleren van kennis, het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling en het aanleren van praktische vaardigheden. De vakken taal, lezen en rekenen vormen de kern van ons onderwijs. Voor onze schoolontwikkeling staan de volgende punten hoog in het vaandel: Een prettige en rustige werkomgeving; Zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en samenwerken als belangrijke pedagogische uitgangsprincipes binnen een duidelijke structuur; Een breed onderwijsleerpakket om een brede algemene ontwikkeling, kinderen talenten en interesses te laten ontdekken en ontwikkelen; Vroegtijdige signalering van mogelijke aanwezigheid van dyslexie. Onderwijsadvies (ONL) biedt kinderen met ernstige dyslexie op De Meerbrug de behandelingen aan. De leescoördinator zorgt voor uitnodigende leesactiviteiten en begeleidt kinderen bij het kiezen van boeken; 7

De school beschikt over een schoolbibliotheek met een uitgebreide collectie; ook hoort daar een uitleensysteem (SchoolWise) bij. Voor leerkrachten en kinderen biedt dit systeem veel mogelijkheden. Modern onderwijs gebruik makend van digitale schoolborden, moderne computers en het aanbod van nieuwe technologische en wetenschappelijke inzichten; Aandacht voor het welzijn van het kind met als belangrijkste doel dat een kind positief over zichzelf en de ander leert denken; De taakgerichtheid van kinderen willen bevorderen door het spelen van het Taakspel. Voortdurende zijn wij bezig met het afstemmen van ons onderwijsaanbod; De focus in het onderwijsaanbod ligt op het behalen van goede leerresultaten (opbrengsten) kijkend naar de mogelijkheden van ieder kind. 4. WAT LEREN WE? 4.1. Lesuren per jaar Het aantal uren dat er lesgegeven wordt, is niet voor iedere groep gelijk. Naarmate de kinderen ouder worden krijgen ze meer les. Vanaf groep 5 zitten zij dan ook langer op school en krijgen minder vrije dagen dan de onderbouwleerlingen. De wet schrijft voor dat de groepen 1 t/m 4 gemiddeld 880 uur en de overige kinderen 1000 uur les krijgen. Schoolgids 2015-2016 8

4.2. Groep 1 en 2 We hebben op onze school gekozen voor een heterogene groep, d.w.z. dat de 4-, 5- en 6- jarigen bij elkaar in een groep zitten. In groep 1-2 werken wij met thema s waarbij de kinderen gestimuleerd worden om actief te leren en met grote betrokkenheid te spelen en te werken. Iedere dag zijn er kring-, speel/werk- en bewegingsactiviteiten. We beginnen de dag in de kring, waarin we samen met de kinderen de dag bespreken aan de hand van de dagritmekaarten die aan de muur hangen. De kinderen kunnen zo zien hoe de dag verloopt. In de kring wordt naar verhalen geluisterd, voorgelezen, gezongen en worden de komende activiteiten uitgelegd. Om de kringactiviteit speels en interactief te maken, waarbij het ontwikkelingsmateriaal uit het leerpakket Onderbouwd wordt aangeboden, wordt gebruik gemaakt van poppenspel. Het zorgt voor een verrassend eenvoudige prikkel tot leren en pedagogische veiligheid. De spannende en grappige gebeurtenissen vanuit het poppenspel zorgen voor een makkelijker opname van leerdoelen. In ons onderwijs richten wij ons bij de kinderen op de volgende ontwikkelingslijnen: Zelfbeeld Relatie met volwassenen Relatie met andere kinderen Spelontwikkeling Taakgerichtheid en zelfstandigheid Grote motoriek Kleine motoriek Tekenontwikkeling Visuele waarneming Auditieve waarneming Mondelinge taalontwikkeling Lichaamsoriëntatie Ruimtelijke oriëntatie Tijdsoriëntatie Ontwikkeling van beginnende geletterdheid Ontwikkeling van beginnende gecijferdheid Ontwikkeling van het logisch denken In groep 1-2 gebruiken wij de methode Onderbouwd voor het onderwijsaanbod. De methode staat voor een dekkend aanbod, dat wil zeggen dat het beantwoordt aan de kerndoelen van groep 1-2. Alle activiteiten zijn gericht op ontluikende geletterdheid en gecijferdheid. Kinderen leren door handelend bezig te zijn met tastbare, kleutereigen materialen hun kennis te vergroten. Het onderwijsaanbod van groep 1-2 wordt in drie stappen aangeboden: Stap 1: De kinderen krijgen de leerstof (met doel) aangeboden in de kring. Stap 2: Tijdens de speelwerkles verwerken de kinderen de aangeboden leerstof op zijn of haar manier. Stap 3: De leerkracht evalueert met het kind het proces en het product refererend aan het doel. 9

4.3. Groep 3 t/m 8 Technisch lezen In groep 3 werken wij de aanvankelijk leesmethode Veilig Leren Lezen. Dat houdt in dat er voor gekozen is om vanuit een geïntegreerd onderwijsaanbod zowel de mondelinge als de schriftelijke taalontwikkeling op systematische wijze te stimuleren. Veilig Leren Lezen sluit aan op de tussendoelen van beginnende geletterdheid. Alle aspecten van beginnende geletterdheid komen vanaf het begin geïntegreerd aan bod. De methode werkt met twaalf kernen. De kernen bevatten een ankerverhaal, dat de introductie van het thema van de betreffende kern is. Aan de taal- en thema activiteiten rondom dit verhaal nemen alle kinderen deel. Na de gezamenlijke start krijgen de kinderen aanbod op eigen niveau. De kinderen die al kunnen lezen worden in de zongroep geplaatst. De basisgroep zit in de maangroep. Kinderen die een begeleide instructie nodig hebben volgen de steraanpak. Elke groep heeft zijn specifieke aanpak en materiaal. De zongroep gaat beginnen met andere activiteiten dan de maangroep. Tijdens de reflectie krijgen alle leerlingen de kans hun gemaakte producten aan de rest van de groep te laten zien of voor te lezen. Het computerprogramma bij Veilig Leren Lezen biedt oefenstof bij alle twaalf kernen en sluit aan bij de thema s van de methode. Binnen de geboden context oefenen de leerlingen technisch lezen, spellen en begrijpend lezen. Ook bij het computerprogramma werken de kinderen met specifieke opdrachten. Voortgezet technisch lezen met de methode Timboektoe. Timboektoe is een methode voor voortgezet technisch lezen voor de groepen 4 t/m 8. In Timboektoe wordt de basis van het lezen zoals aangeboden in groep 3 uitgebreid. De kinderen leren complexere woorden lezen. Bijvoorbeeld woorden gebaseerd op andere talen. Het leestempo gaat omhoog. Er wordt ook aandacht geschonken aan nauwkeurig, vlot en op toon lezen. Om het woordlezen nog meer te stimuleren wordt er ook vanaf groep 3 gewerkt met het computerprogramma: Flits. Daarnaast wordt er expliciet stilgestaan bij leesbegrip en is er bewust tijd voor leespromotie en motivatie door gebruik te maken van de etalagelessen. De leesontwikkeling wordt voor alle leerlingen op maat gestimuleerd middels convergente differentiatie. Er wordt gedifferentieerd binnen de eigen groep. De leerkracht stelt een minimumdoel vast voor alle leerlingen. De groepsinstructie is voor iedereen en vervolgens is er ruimte voor de verschillen. Goede lezers lezen zelfstandig, zwakkere lezers krijgen extra instructie en oefening. Uiteindelijk moet iedereen het minimumdoel kunnen halen. De differentiatie is terug te zien in het verschil in intensiteit van de begeleiding, de leertijd en het tempo. Tijdens de reflectie is er tijd voor de leerlingen om te vertellen over wat ze hebben gelezen, of om zelf voor te lezen. Het computerprogramma bij Timboektoe is een verrijking voor elke les als ondersteuning voor de directe en verlengde instructie. De digibordlessen maken de instructielessen dynamischer, leuker en boeiender. Timboektoe sluit aan op de tussendoelen van de gevorderde geletterdheid zoals geformuleerd door het Expertise Centrum Nederlands. Schoolgids 2015-2016 10

Kinderen leren lezen door veel leeskilometers te maken. Iedere dag wordt er gestart met 15 minuten lezen. Kinderen kunnen hiervoor boeken lenen uit onze goed geoutilleerde bibliotheek. Vanaf februari starten wij met tutorlezen. Met tutorlezen ontwikkelen kinderen meer zelfvertrouwen, leren vloeiender te lezen, maken ze meer gebruik van de context, maken ze meer leeskilometers en vergroten we het leesplezier. Een leerling uit een onderbouwgroep leest samen met een leerling uit de bovenbouw. Beide kinderen lezen stukjes uit het boek. Op deze manier horen de kinderen uit de onderbouwgroep hoe je de stukjes ook kunt lezen (denk aan intonatie en tempo) en beleven ze veel plezier aan het (samen-) lezen. We gebruiken hiervoor samen leesboeken. In deze leesboeken vind je klein gedrukte teksten (voor de bovenbouwleerling) en groot gedrukte teksten (aansluitend op het AVI niveau van de kinderen van de onderbouw). Door deze indeling blijft het voor zowel de leerling uit de onderbouw als bovenbouw leuk om een verhaal te lezen. Begrijpend lezen Naast technisch lezen wordt ook veel aandacht besteed aan de inhoudelijke kant van een verhaal. Het is immers belangrijk dat de kinderen niet alleen de tekst kunnen lezen, maar ook weten wat de schrijver met de tekst bedoelt. Wij werken met de methode Tekstverwerken. De kinderen krijgen negen leesstrategieën aangeboden. In elk volgend leerjaar neemt de moeilijkheidsgraad van de negen leesstrategieën en de leesteksten toe. In groep 7 maken de kinderen de overgang naar studerend lezen. De leestaken en activiteiten zijn dan gericht op het mondeling en schriftelijk reproduceren van de tekst door vragen te beantwoorden, een verslag te maken of een spreekbeurt te houden. Dit schooljaar richt de teamscholing zich op het vergroten van de leerkrachtvaardigheden als het gaat om het didactisch handelen met betrekking tot begrijpend lezen. Dit traject wordt begeleid door een medewerker van Onderwijs Advies, die gespecialiseerd is in dit vakgebied. Het computerprogramma bij Tekstverwerken is ook een verrijking voor elke les als ondersteuning voor de directe en verlengde instructie. De digilessen maken de instructielessen dynamischer, leuker en boeiender. Nederlandse taal Dit schooljaar starten wij met de nieuwste methode Taalactief 4. De leerlijnen taal en spelling in Taalactief zijn volledig op elkaar afgestemd. De ankerverhalen vormen het vertrekpunt voor alle lessen. De verhalen zijn geschreven door bekende kinderboekenauteurs als Sjoerd Kuyper, Jan Paul Schutten en Francine Oomen. 11

Vanaf dag één werken alle kinderen op hun eigen niveau. Direct na de instructie maken ze drie beginopdrachten. Op basis van het resultaat gaan kinderen aan de slag op hun eigen niveau. Ook in de instructie wordt gedifferentieerd. Verlengde instructie is een vast onderdeel van de les. Voor taalbegaafde kinderen heeft Taalactief een plusboek met uitdagende opdrachten. Taalactief besteedt veel aandacht aan woordenschat. De leerlijn woordenschat zit in het basisprogramma, waarbij kinderen door veel en speels woorden en betekenissen vaak te herhalen de woordenschat vergroten. Taalactief doet dit in de lessen woordenschat en met woordspelletjes, maar ook in de overige lessen taal en spelling komen de woorden terug. Taalactief is zo opgebouwd dat de kinderen meerdere keren in aanraking komen met de themawoorden. De leerlijn Spelling besteedt aandacht aan het verdelen van een woord in klanken/ klankgroepen, aan regels, aan inprenting en aan analogieredeneringen (d.w.z. dat er gebruik gemaakt wordt van bestaande woorden om nieuwe woorden te begrijpen). Ook bij Spelling geldt dat goed leren spellen een kwestie van oefenen is. Taalactief laat kinderen veel oefenen vóór het woordendictee. Elke spellingcategorie komt per leerjaar meerdere malen en in alle leerjaren terug, maar dan met steeds moeilijkere woorden. Schrijven In groep 1 en 2 wordt gewerkt aan de voorwaarden om goed te leren schrijven, aan de schrijfhouding en aan de pengreep. Kinderen leren schrijven met de methode Schrijven in de Basisschool. Een voorbeeld van de letterkaart is op school verkrijgbaar. Schrijfonderwijs draagt er toe bij dat leerlingen een duidelijk leesbaar, verzorgd en vlot handschrift krijgen, als middel om met elkaar te communiceren. Rekenen en wiskunde Wij gebruiken de methode Pluspunt. In de rekenles leren we de kinderen, naast het cijferen, praktische problemen uit het dagelijkse leven op te lossen. In het rekenonderwijs wordt vooral veel aandacht geschonken aan het verkrijgen van inzicht en oefenen van vaardigheden. De lesstof wordt in duidelijke, kleine stappen aangeboden en regelmatig herhaald. Tijdens de instructie is er veel interactie door het uitwisselen van ideeën en oplossingsstrategieën. Voor de rekenzwakke kinderen geeft de rekenmethode één duidelijke oplossingsstrategie. Er wordt met Pluspunt in drie niveaus gewerkt. Deze niveaus worden met sterretjes aangeduid, te weten ster 1: minimum, ster 2: basis en ster 3: plus. Na ieder blok volgt een toets. Afhankelijk van de resultaten werkt een kind aan remediërende, herhalings- of verrijkingsstof. In groep 3 kent het rekenonderwijs een korte voorbereidingsperiode van rekenbegrippen. Daarna wordt sterk de nadruk gelegd op het getalbegrip: optellen en aftrekken t/m 10. Vooral het splitsen van de getallen onder de 10 (de basis voor alle rekenonderdelen) krijgt grote aandacht. Dit splitsen gaat op allerlei manieren, onder andere met het rekenrek en blokjes. In groep 4 gaan we cijferend verder met optellen en aftrekken t/m 20 en worden de tafels van 1 t/m 10 aangeleerd. In groep 5 worden de hoofdbewerkingen van rekenen uitgebreid tot 1000 en wordt er gestart met het delen. Uiteraard wordt het automatiseren van de tafels niet vergeten. In groep 6, 7 en 8 wordt het cijferend rekenen uitgebreid met o.a. breuken, staartdelingen, procenten en wordt er aandacht besteed aan vraagstukjes en hoofdrekenen. Schoolgids 2015-2016 12

Elke dag staat er in groep 3 t/m 8 automatiseren op het rooster om de vervolgstappen in het denken te vereenvoudigen. Daarnaast maken we ook gebruik van de rekenkisten van Met Sprongen Vooruit. Onderzoek heeft uitgewezen dat het gebruik van de rekenspellen van Met Sprongen Vooruit de rekenprestaties aanzienlijk verbeteren. De leerkrachten maken bij hun instructie gebruik van de digibordsoftware van de methode. De les die in het boek staat wordt ook op het digibord geprojecteerd. Daarnaast kan de leerkracht gebruikmaken van de hulpmiddelen die nodig zijn om de les optimaal te kunnen geven. Te denken valt aan: rekenrek, timers, digitale klokjes, breukenlijn, het flitsen van tafels e.d. Geschiedenis Wij werken met de methode Bij de tijd. Via boeiende teksten en levendige illustraties krijgen de kinderen inzicht in de geschiedenis van Nederland en de wereld. Ze leren met historische informatie om te gaan. In groep 5 gaan de kinderen steeds verder terug in de tijd (historisch tijdsbesef). Zo leren ze dat er een vroeger was en dat het toen anders was dan nu. In groep 6 komen o.a. de Romeinen, de middeleeuwen, de opstand en gelijke rechten aan de orde. In groep 7 is er volop aandacht voor het Christendom, De Gouden Eeuw, de Industriële revolutie en de Tweede Wereldoorlog. In groep 8 worden onderwerpen als De Wereld van de Islam, Ontdekkingsreizen, Slavernij, Europa s macht in de wereld en de samenwerking in de wereld besproken. Elk leerjaar worden zes tijdvakken behandeld. Eén tijdvak per blok. Aan het einde van het blok wordt de stof getoetst. De leerkrachtgebonden lessen worden afgewisseld met zelfstandig-werklessen. Naast de basisstof biedt de methode herhaling en verdieping. Aardrijkskunde Voor de aardrijkskundelessen werken we met de nieuwste versie van de methode Geobas. Aardrijkskunde is voor leerlingen van groep 5 een nieuw vak, maar in groep 3 en 4 is dit vak geïntegreerd in het vak wereldoriëntatie. De leerstof is thematisch opgebouwd. Ieder leerjaar komen er negen hoofdstukken aan bod. In groep 3, 4 en 5 staat de eigen omgeving centraal. In groep 6 komt Nederland aan bod. In groep 7 ligt het accent op Europa en de wereld en in groep 8 gaan we dieper in op de wereld én Nederland. Vanaf groep 5 komen in elk hoofdstuk kaartvaardigheden aan bod. Het begint met het lezen van een plattegrond van een vakantiehuisje en eindigt in groep 8 met het gebruiken van een wereldkaart in groep 8. Het werken met een atlas speelt een belangrijk rol bij de topografie. Kinderen leren waar provincies, steden, rivieren, zeeën en buurlanden liggen. In groep 8 ligt het accent op de wereld. Zij leren de belangrijkste landen, steden, gebieden en wateren van de wereld. 13

Natuur en techniek Wij werken met de methode Natuurlijk. In deze methode is er aandacht voor de levende en de nietlevende natuur. Gezondheids-, natuur-, milieueducatie en techniek komen aan bod. De methode is opgebouwd rond acht thema's die in alle jaargroepen terugkomen en telkens verder worden uitgewerkt. De acht thema's zijn: voortplanting en ontwikkeling; diversiteit en mobiliteit; energie en kracht; licht, geluid en warmte; waarneming, uitscheiding, transport, afweer en erfelijkheid; vaste stoffen, vloeistoffen en gassen; voeding en voortplanting. De leerkrachtgebonden lessen worden afgewisseld met zelfstandig te verwerken lessen. Aan het einde van een blok wordt de stof getoetst. Voor het onderdeel techniek kan er ook gebruik gemaakt worden van de techniektorens. De Techniek Torens zijn drie opvallende en vrolijk gekleurde kasten in de vorm van Middeleeuwse kasteeltorens, waarin alle materialen, leskisten en lesbeschrijvingen zijn opgeborgen voor ten minste 80 technieklessen voor groep 1 tot en met groep 8. Ook leren de kinderen hiermee tekeningen interpreteren en schema s te lezen. Verkeer In groep 1 en 2 werken wij met de praatplaten van de methode Wijzer door het verkeer. We maken ook gebruik van verkeersprojecten waarbij het schoolplein het oefenterrein wordt. Vanaf groep 3 staat het ontwikkelen van inzicht in verkeerssituaties centraal. Hiervoor gebruiken wij de methode Klaar..over! Kinderen leren hoe zij kunnen reageren op andere weggebruikers en hoe zij verantwoordelijk kunnen zijn voor hun eigen veiligheid en die van anderen. De vijf rollen spelen hierbij een rol: het kind als het speelt, wandelt, fietst, passagier is of als het gebruik maakt van het openbaar vervoer. In techniek en gedrag leren kinderen die rollen goed uit te voeren. N.B. In groep 7 doen de kinderen mee aan het theoretisch en praktisch verkeersexamen. Engels In groep 6, 7 en 8 wordt Engels gegeven met de methode Hello World!. Kinderen leren eenvoudige gesprekjes te voeren over allerlei dagelijkse onderwerpen. Het praten met elkaar is het belangrijkste. Daarom wordt ook veel aandacht aan de opbouw van de woordenschat besteed. Expressievakken Natuurlijk wordt er tekenen, handvaardigheid en muziek gegeven. Wekelijks staan deze op het rooster. Wij vinden het belangrijk dat de kinderen naast het leren hun talenten kunnen laten zien. Schoolgids 2015-2016 14

Bewegingsonderwijs In de gymnastiekles worden diverse sporten verkend en besteedt de leerkracht aandacht aan de mogelijkheden van buitenspelactiviteiten. Daardoor zullen de kinderen over meer spelmogelijkheden beschikken en wint het bewegen aan kwaliteit. Bewegen is van grote betekenis voor de totale ontwikkeling van het kind in motorisch, sociaal, emotioneel en cognitief opzicht. Bewegen is ook van essentieel belang voor een goede gezondheid. Door het onderwijs in bewegen leren kinderen hun bewegingsmogelijkheden te ontdekken. De basisschoolperiode is daarom een gouden leerperiode in het ontwikkelen van motorische vaardigheden. Bewegingsonderwijs moet passen bij elk kind en tegemoet komen aan de natuurlijke bewegings- en exploitatiedrang van het kind. Daarnaast is het belangrijk dat het aansluit bij de kinderlijke belevingswereld. De kinderen uit groep 2 worden aan het begin van het schooljaar motorisch gescreend. De bevindingen worden met de ouders besproken. Er bestaat de mogelijkheid om na school MRT (motorische remedial teaching) te volgen in de gymzaal van de school. Om het bewegingsonderwijs een extra impuls te geven, heeft de school een overeenkomst gesloten met Sportservice Haarlemmermeer. Vier uur per week worden leerkrachten tijdens de gymlessen begeleid door de vakleerkracht en consulent bewegingsonderwijs van Sportservice Haarlemmermeer. Daarnaast nemen wij ook deel aan JeugdSportPas onder schooltijd. De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen onder schooltijd vijf sportclinics aangeboden van ervaren instructeurs met als doel kinderen te bewegen om lid te worden van een sportvereniging. Catechese en sociaal emotioneel leren Wij gebruiken hiervoor de catechesemethode Trefwoord. Deze methode biedt de leerkracht handreikingen om, samen met de kinderen, d.m.v. verhalen, liedjes en gebeden, de Bijbelverhalen en ook de gebeurtenissen van alledag duidelijk te maken. De kerkelijke feestdagen, zoals Kerstmis en Pasen, krijgen binnen ons onderwijs extra aandacht. Er is ruimte om tijdens de catecheselessen aandacht te besteden aan andere godsdiensten en culturen. Dit schooljaar gaan wij naast Trefwoord onze aandacht richten op het sociaal- emotioneel leren. De leerresultaten van kinderen worden immers gestimuleerd door te werken aan een goede sociaal- emotionele ontwikkeling en een veilig groepsklimaat. Daarbij zetten we ook lessen in om kinderen te leren omgaan met conflicten. Met al deze input streven wij naar een veilig groeps- en schoolklimaat. Aan het begin van het schooljaar maakt iedere groep gebruik van de werkwijze omschreven in het boek: Grip op de groep. Dit schooljaar buigt een werkgroep zich over een nieuwe methode voor de sociaal emotionele ontwikkeling. 15

Actief Burgerschap Kinderen groeien op in een democratische samenleving waarin een beroep wordt gedaan op actief burgerschap en sociale integratie. Dit betekent dat wij de sociale competenties, als weerbaarheid en probleemoplossend gedrag bij kinderen ontwikkelen en stimuleren o.a. middels de kanjertraining. Hierdoor ontwikkelen ze een positief kritische kijk op de samenleving. Wij leren kinderen dat mensen tolerant en met respect met elkaar omgaan, ongeacht de verschillen door beperkingen, een andere culturele achtergrond of status. De school heeft als taak de volgende aspecten van actief burgerschap en sociale integratie aan bod te laten komen: Hoofdzaken kennen van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger daarin; Je leren gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen; Hoofdzaken kennen over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen; Respectvol om leren gaan met verschillen in opvattingen van mensen; Zorg leren dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van jezelf en anderen; Jezelf redzaam leren gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument; Met zorg om kunnen gaan met het milieu. Huiswerk Huiswerk moet zinvol zijn. Onderzoek wijst uit dat het nabespreken van het opgegeven huiswerk door de leerkracht van essentieel belang is. Zonder feedback heeft huiswerk geven geen meerwaarde. Leerlingen moeten weten wat het doel van huiswerk is en wat van ze verwacht wordt. Huiswerk helpt leerlingen om behandelde leerstof beter te begrijpen en vaardigheden beter onder de knie te krijgen door thuis nogmaals te oefenen, te herhalen en toe te passen. Daarnaast helpt het als voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Huiswerk voor jonge kinderen moet bijdragen aan de ontwikkeling van goede studiegewoonten, een positieve houding t.a.v. de school en leerlingen het idee geven dat leren niet alleen op school maar ook thuis gebeurt. Kinderen moeten leren plannen, leren omgaan met een agenda, afspraken nakomen en weten hoe en wanneer je het beste thuis kunt leren. Op de huiswerksite (zie website/ groep van uw kind) vindt u informatie over het huiswerk en de groep. Huiswerktips Om het huiswerk goed te kunnen maken heeft uw kind nodig: Een rustige, liefst vaste, plek waar het huiswerk gemaakt kan worden. Aanmoedigen en motiveren is prima, maar het is geen goed idee om samen met uw kind het huiswerk te maken. De bedoeling van huiswerk is dat kinderen oefenen wat op school is behandeld en dit leren toepassen. Als uw kind niet in staat is om zelf het huiswerk te maken, neem dan contact met de leerkracht op. Vraag uw kind bij het oefenen van een vaardigheid aan te geven welke stappen hij/zij eenvoudig vindt en welke moeilijk. Neem ook contact op als uw kind regelmatig niet kan vertellen over de kennis die hij/zij oefent of toepast. Schoolgids 2015-2016 16

De kinderen krijgen vanaf groep 3 huiswerk mee. Elk jaar komt er meer huiswerk bij. Groep 3: leesbladen Veilig Leren Lezen met woordjes die de kinderen (net) geleerd hebben. Groep 4: spellingsopdrachten en tafelsommen; Groep 5: tafelsommen en spellingsopdrachten; Groep 6: spellingsopdrachten en rekenhuiswerk; Groep 7: toets aardrijkskunde, natuur en geschiedenis voorbereiden, spellingsopdrachten, reken- en taalhuiswerk; Groep 8: toets aardrijkskunde, natuur en geschiedenis voorbereiden, spellingsopdrachten, taal- en rekenhuiswerk 17

5. DE ZORG VOOR KINDEREN 5.1. Zelfstandig werken In alle groepen wordt een beroep gedaan op de zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en het kunnen samenwerken. De kinderen leren met het zelfstandig werken om zelf problemen op te lossen. Zij creëren vertrouwen in hun eigen kunnen. Wanneer kinderen goed zelfstandig aan het werk kunnen gaan en elkaar kunnen helpen, kan de leerkracht kinderen die extra aandacht nodig hebben, instrueren. De bestaande schoollijn hebben we dit jaar verder aangescherpt. Niet ieder kind kan een taak goed zelfstandig uitvoeren. Daar is oefening en begeleiding voor nodig. Deze kinderen krijgen extra ondersteuning van de leerkracht. In de groepen 3 t/m 8 worden houten blokjes gebruikt, waarmee de kinderen kunnen aangeven of ze wel of niet hulp nodig hebben en of ze wel of niet gestoord willen worden tijdens hun werk. De kinderen kunnen binnen de gestelde grenzen: - zelfstandig naslagwerken gebruiken; - zelf hun materialen halen en brengen; - zelf beslissen of ze willen samenwerken of niet; - zelf bepalen wie of wat zij nodig hebben bij hun werk d.m.v. het gebruik van blokjes; - zelf oplossingen bedenken bij het werken. Het zelfstandig werken bestaat uit: - het leren onafhankelijk te zijn; - werken met een dag- en/of weektaak in de bovenbouwgroepen, aangepast aan leeftijds- en vaardigheidsniveau; - eigen werk leren plannen; - het leren omgaan met "uitgestelde aandacht" (= wachten tot de leerkracht tijd voor je heeft); - leren omgaan met de regels die bij zelfstandig werken gelden. 5.2. Het volgen van de ontwikkeling van het kind in onze school: Leerlingvolgsystemen De kwaliteit van het onderwijs en de vorderingen van de leerlingen op onze school houden we nauwlettend in de gaten. Hieronder beschrijven we wat we achtereenvolgens doen voor het jonge kind en voor de kinderen vanaf groep 3: Wij volgen de kleuters met behulp van observaties in de groep en het onafhankelijke observatiesysteem ZIEN. Hiermee brengen we de sociale en emotionele ontwikkeling in beeld. Op vaste momenten, gekoppeld aan de leeftijd van het kind, wordt de observatielijst van ZIEN door de groepsleerkracht ingevuld. Het registratiesysteem van de methode Onderbouwd wordt gebruikt om de kinderen op cognitieve gebieden te volgen. Met dit systeem brengen we in kaart welke vaardigheden een kind beheerst op het gebied van motoriek, taal en rekenen. In groep 2 wordt een risicoscreening dyslexie afgenomen. Twee keer per jaar vullen de leerkrachten van groep 1-2 een groepsoverzicht in. In dit overzicht staat van ieder kind de resultaten, de belemmerende en stimulerende factoren en welke onderwijsbehoeften het specifieke kind nodig heeft. De groepsoverzichten dienen als uitgangspunt voor het schrijven van de groepsplannen. Op deze wijze kunnen we inspelen op de onderwijsbehoefte van ieder kind. De bevindingen worden met de ouders in de 10 minuten gesprekken besproken. In groep 1-2 nemen we de Cito-toetsen af op het gebied van taal en rekenen. Schoolgids 2015-2016 18

Voor de leerlingen van groep 3 t/m 8 gebruiken we, naast de toetsen die de verschillende methodes aangeven, een leerlingvolgsysteem met daarin een aantal 'landelijke' Cito-toetsen voor technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, woordenschat en rekenen. Wij nemen in groep 8 de NIO (begin oktober) en de CITO Eindtoets (19, 20 en 21 april 2016) af. Ook in de groepen 3 t/m 8 worden groepsoverzichten gemaakt voor Spelling, Technisch Lezen, Begrijpend Lezen en rekenen. Deze worden gebruikt om groepsplannen op maat te schrijven. De groepsplannen worden op vastgestelde momenten geëvalueerd en bijgesteld. Om de kinderen ook in hun sociaal-emotionele ontwikkeling goed te kunnen begeleiden en te volgen gebruiken wij de observatielijst ZIEN. Dit is een gedragsobservatielijst die de sociale competentie van leerlingen in kaart brengt. De leerkrachten vullen deze lijsten in. Vanaf groep 5 wordt ook aan de kinderen gevraagd om de lijst in te vullen. Op deze manier verzamelen wij informatie om beter in te kunnen spelen op de sociale ontwikkeling van de kinderen. De intern begeleider en de leerkracht kunnen ook een beroep doen op externe deskundigen. 5.3. Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften (zorgverbreding) Zorgverbreding betekent ieder kind zo goed mogelijk begeleiden in zijn of haar ontwikkeling. Om dit te bereiken werken wij op school met een zorgstructuur. In een schooljaar zijn er groepsbesprekingen met de intern begeleider en de groepsleerkracht. In deze besprekingen wordt het functioneren van de groep op diverse leerstofgebieden en op sociaal- emotionele ontwikkeling besproken. In deze bespreking wordt toegewerkt naar een groepsplan. In dit groepsplan wordt per vakgebied omschreven op welke wijze er wordt gedifferentieerd (in niveaugroepen) en welke ambities/doelen er voor de komende periode worden gesteld. In een schooljaar zijn er, op basis van signalen uit de groepsbespreking, een aantal keer per jaar individuele leerling besprekingen, die jaarlijks aan het begin van het schooljaar vastgelegd worden. In deze besprekingen worden de kinderen die problemen met de leerstof hebben, besproken en/of kinderen die meer leerstof aan kunnen dan geboden wordt. Indien een leerkracht uitgebreid over de ontwikkeling van een kind wil praten wordt er een aparte leerlingbespreking gepland. Twee keer per jaar is er ook een bespreking over de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Aan het eind van het schooljaar vinden er overdrachtsgesprekken plaats, zodat de nieuwe leerkracht van de groep de zorg snel op kan pakken. De ouders worden van alle acties rondom hun kind op de hoogte gebracht. De handelingsplannen en evaluaties worden met de ouders besproken. 5.4. Begeleiding meer begaafde leerlingen Ook leerlingen die extra goed kunnen leren, krijgen speciale aandacht op De Meerbrug Binnen de methodes wordt verdiepingsstof aangeboden die deze leerlingen kunnen maken. Daarnaast is het mogelijk om m.b.v. het compacten van de leerstof een individuele leerlijn te volgen, aangevuld met speciale leerstof die aansluit op hun belangstelling en vaardigheden en waaraan ze zelfstandig mogen werken. Ook binnen de instructie wordt er rekening gehouden met de verschillende niveaugroepen. In uitzonderlijke gevallen stromen leerlingen versneld door. 5.5. Begeleiding leerlingen met dyslexie Op onze school hoeven kinderen geen verklaring te hebben om in aanmerking te komen voor eventuele aanpassingen. Dit worden ook wel de compenserende en dispenserende factoren genoemd. De leerkracht en de intern begeleider kijken op welke wijze het kind het beste begeleid kan worden. Kinderen met een dyslexieverklaring kunnen voor bepaalde vakken het programma Kurzweil gebruiken. 19

Het programma biedt de mogelijkheid om teksten te laten voorlezen. Met behulp van de meerkleurige cursor kan het kind de tekst ook meelezen. Daarnaast biedt de school ONL de mogelijkheid om kinderen met een dyslexieverklaring binnen de school te begeleiden. Onderwijsadvies biedt behandelingen voor kinderen met ernstige dyslexie. Eerst wordt er gedurende twee dagdelen een onderzoek gedaan of er een positieve behandelindicatie kan worden afgegeven zodat de kosten door de zorgverzekeraar vergoed worden. Zie voor de procedure onze www.onderwijsadvies.nl Op De Meerbrug is een (door het Kwaliteitsinstituut Dyslexie goedgekeurde) ruimte waar wij deze behandelingen kunnen geven. De Meerbrug stelt deze ruimte beschikbaar. Op deze manier is de afstand klein en gaat er zo min mogelijk onderwijsleertijd verloren. ONL biedt deze zorg aan en is aanspreekpunt voor al uw vragen. ONL hecht zeer aan een goede samenwerking met ouders en scholen. Een behandeling is het meest effectief als ouders, school en behandelaar goed samenwerken. Van de ouders wordt verwacht een deel van de behandeling aanwezig te zijn. Met de leerkracht/ intern begeleider is aan het begin en het eind van de behandeling een face to face contact en indien gewenst tussen door telefonisch contact of via de e-mail. We werken samen met Onderwijszorg Nederland voor (een deel van) de behandelingen van dyslexie en gedrag. Meer informatie over ONL vindt u op de website www.onderwijszorgnederland.nl Hoe ziet een behandeltraject eruit? Het kind krijgt individuele begeleiding, 45 minuten per week. Een behandeltraject kan 1 tot 1,5 jaar duren. De laatste 5 minuten van de behandeling zijn de ouders aanwezig bij de behandeling. Zij krijgen precies instructie over de wijze van oefenen thuis. Vier keer per week oefenen de ouders samen met hun kind. De school wordt over de inhoud van de behandeling geïnformeerd. Uitgangspunten bij de behandeling van dyslexie: Het vergroten van de lees- en spellingsvaardigheid van de leerling met een vaste aanpak. Hierbij ligt grote nadruk op het herkennen van de (klank)structuur van woorden en het bevorderen van het vloeiend lezen. Aandacht voor specifieke problemen van een kind. Vergroten van de lees- en spellingmotivatie en het kind leren omgaan met zijn/haar leesen spellingproblemen. Het is voor kinderen met ernstige dyslexie een enorme opgave om het leerproces op school goed te kunnen blijven volgen. Het is dan ook goed te zien dat kinderen zich erg geholpen voelen door de begeleiding die ze krijgen tijdens de behandelingen. De effecten van onze behandeling op lees- en spellinggebied laten een positief beeld zien. Schoolgids 2015-2016 20