lllllllllllll! IIIII Datum vergadering gemeenteraad 1 Raadsvoorstelnummer Agendapunt 25 februari 2014 RV/14/

Transcriptie

1 Datum vergadering gemeenteraad 1 Raadsvoorstelnummer Agendapunt 25 februari 2014 RV/14/ Voorstel ingebracht door Begrotingsprogramma Portefeuillehouder Onderwerp M.J. van Olderen Lokale Economie G.J. van Ingen Ontwikkeling Organisatie Logistieke Hotspot Rivierenland Geacht raadslid, Voorstel 1. In beginsel in te stemmen met de ontwikkeling van de organisatie van de Logistieke Hotspot Rivierenland (LHR). Dat is nu een project van het Programma Welvarend van de Regio Rivierenland en wordt een zelfstandige Stichting LHR, die als enig aandeelhouder optreedt van een op te richten Programmabureau LHR BV. 2. In te stemmen met de brief met zienswijzen over de op te richten organisatie. Als concept bijgevoegd. 3. In te stemmen met het uitgangspunt dat de gemeente voor ieder bedrijf van buiten de regio dat zich vestigt op grond van de gemeente een vergoeding (fee) op de grondtransactiekosten aan het Programmabureau LHR BV betaalt. Dat wordt gedekt uit de grondexploitatie. Daarmee te starten vanaf het moment dat de stichting is opgericht. Inleiding De Logistieke Hotspot Rivierenland is een project dat onder aansturing van de Stuurgroep LHR (gedelegeerd door de Programmaraad Welvarend) en een Adviesraad vanuit het bedrijfsleven wordt uitgevoerd. De basis van de LHR ligt in het Businessplan Rivierenland logistieke hotspot van juni 2012 en het Masterplan Rivierenland logistieke hotspot van mei Het doel van het Businessplan is een basis te leggen voor de ontwikkeling van Rivierenland tot logistieke hotspot van internationaal formaat. Concreet houdt dat in, dat op basis van de logistieke kwaliteiten van de regio economische ontwikkeling tot stand wordt gebracht, het bruto regionaal product groeit en de werkgelegenheid toeneemt. Daarvoor worden primair drie zaken georganiseerd: 1. Het realiseren van aanbod van bedrijventerreinen waar de bedrijvigheid zich kan vestigen. Bedrijventerreinen die dus voldoen aan de eisen die de aan te trekken bedrijven steilen (multimodaliteiten, terminalcapaciteit, de kwaliteit van de bedrijventerreinen en andere vestigingsfactoren). Zie hiervoor het Masterplan. 2. Een kwalitatief hoogwaardig en hypermodern logistiek voorzieningenniveau met betrokkenheid van logistieke dienstverleners, transporteurs, havenbedrijf, waarbij rekening wordt gehouden met de allerlaatste trends op dit gebied en waarbij we anticiperen op nieuwe trends. 3. Een voorziening / organisatie (projectbureau logistieke hotspot) die bedrijven acquireert en faciliteert in hun vestiging in Rivierenland. Besluit gemeenteraad: Zonder hoofdelijke stemming conform besloten., griffier lllllllllllll! IIIII Voorstel raad nr. RV/14/ ]

2 De Stuurgroep LHR en de Adviesraad stelden vast dat een andere organisatievorm dan de huidige nodig is voor een verdere succesvolle uitrol van de LHR. Binnen de huidige structuur van de gemeenschappelijke regeling Regio Rivierenland is het namelijk niet mogelijk een PPS-constructie aan te gaan. Daarin nemen overheid en bedrijfsleven samen deel. Het deelnemen aan de stichting is ingevolge artikel 160, lid 2 van de Gemeentewet een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland dient op basis van artikel 160, lid 3 van de Gemeentewet goedkeuring te geven. De voorgestelde stichting heeft onder meer betrekking op de acquisitie van bedrijventerreinen. Het heeft daardoor raakvlakken met gemeentelijk grondbeleid. Dit besluit wordt niet genomen nadat uw raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen kenbaar te maken. Daartoe dient dit voorstel. Door het ontbreken van de statuten van de stichting in oprichting is op dit moment nog niet goed bepaald waar de gemeenten uiteindelijk voor instemmen. Ons college neemt in beginsel een positieve grondhouding aan omdat de Logistieke Hotspot een kans is voor de Regio Rivierenland als geheel. U kunt hierbij denken aan werkgelegenheid en versnelling van de uitgifte van bedrijventerreinen. Doel / meetbaar effect Een slagvaardige en dynamische organisatie ontwikkelen met breed draagvlak in de regio. Deze nieuwe organisatie is beter in staat om de doelstellingen van de LHR voortvloeiend uit het businessplan te realiseren. Argumenten Algemeen: de LHR biedt Rivierenland veel kans op economische ontwikkeling. De Rivierenlandse werkgelegenheid bevindt zich in een neerwaartse spiraal, evenals de toegevoegde waarde in Rivierenland. Deze neemt sterker af dan in veel andere regio's. De LHR is een kans om dit tij te keren en economische groei tot stand te brengen voor iedere deelnemende gemeente. Deze kans ontstaat door de combinatie van met name de logistieke kwaliteiten van de regio en de internationale orientatie van de LHR. De LHR startte in 2013 met de voorbereiding van de uitvoering van het Businessplan en het Masterplan. Nu al is extra aandacht van nationale en internationale bedrijven voor de regio voelbaar. Dit vertaalt zich in diverse verkennende aanvragen en informatieverzoeken van bedrijven van buiten de regio. Ook zijn al eerste contacten gelegd tussen Rivierenlandse bedrijven en bedrijven van buiten de regio over opdrachten en samenwerking. Het bestaande regionale bedrijfsleven profiteert van de ontwikkeling van de LHR door diensten en producten te leveren aan nieuwvestigers en door mee te liften op de nationale en internationale acquisities. Door het aantrekken van extra bedrijvigheid (nationaal en internationaal) dankzij de inspanningen van de LHR groeit de werkgelegenheid van de regio Rivierenland en neemt de toegevoegde waarde eveneens toe. Nieuwe bedrijvigheid biedt daarnaast kansen voor de bestaande bedrijven in Rivierenland die aan nieuwe bedrijven producten en diensten leveren. De LHR is daarmee een belangrijke impuls voor de regionale economie van Rivierenland. 1.1 Bedrijven willen graag meedoen. Veel bedrijven geven aan graag te participeren in de LHR omdat zij die ontwikkeling als een kans zien in deze tijden van crisis. Deze betrokkenheid geldt zowel in personele als financiele zin: Bedrijven investeren mee in de LHR. 1.2 Samen is de LHR sterker. De nieuwe organisatievorm biedt veel betere mogelijkheden voor bredere deelname van partijen die belang hebben bij de LHR, met name vanuit het bedrijfsleven. Dat is om diverse redenen zeer belangrijk. Participate van het bedrijfsleven biedt de LHR de mogelijkheid de nationale en internationale netwerken verder uit te breiden (via de deelnemende bedrijven) en leidt daarmee tot meer kansen op nieuwe bedrijfsvestigingen in Rivierenland. Participatie van bedrijven biedt de LHR betere mogelijkheden in te spelen op de opgaven die het bedrijfsleven ziet om de regio als logistieke hotspot sterker te maken. Door als overheid en bedrijfsleven samen projecten te starten wordt de LHR sterker. Zonder participatie van het bedrijfsleven hebben deze projecten aanzienlijk minder slagingskans. 1.3 Lokale overheid realiseert opgave samen met andere partners. Voor de gemeente is deze organisatieontwikkeling belangrijk. Dit omdat daarmee de opgave om het economische tij te keren en een impuls te geven aan werkgelegenheid en de Voorstel raad nr. RV/14/

3 toegevoegde waarde met veel meer partners wordt opgepakt. Dat maakt de kans op succes veel groter. 1.4 Nieuwe organisatie maakt (financieel) participeren beter mogelijk. De huidige vorm van de LHR als een project van het programma Welvarend biedt geen goede mogelijkheden tot duurzame en structurele samenwerking met andere partners die ook willen investeren. Een meer zelfstandige organisatie die de investeringen laat renderen is noodzakelijk. 1.5 Beste organisatiemodel gezien doelstellingen LHR. De Gemeentewet stelt dat het college pas deelneemt aan een stichting indien dat in het bijzonder de aangewezen manier is het daarmee samenhangende openbaar belang te behartigen (artikel 160, lid 2). Hiervan is in dit geval sprake. De voorgestelde vorm is bij uitstek geschikt voor een publiek-private samenwerking (PPS) waarbij partijen niet individueel maar wel gezamenlijk zeggenschap hebben. De individuele belangen overheersen zo niet en gezamenlijke belangen zijn leidend in de aansturing van de LHR. 2.1 Een zienswijze indienen is noodzakelijk. De statuten van de stichting zijn nog niet beschikbaar. De LHR wenst in eerste instantieeen principe-uitspraak van de gemeenteraden over de organisatie in oprichting. Dit voordat er verdere kosten worden gemaakt. Met het indienen van de zienswijzen worden onze wensen kenbaar gemaakt richting de nieuwe organisatie. In de u aangeboden concept-brief zijn zienswijzen opgenomen overde doelstelling van de stichting, zeggenschap en bevoegdheden. 3.1 No cure no pay. Een financieringsmodel met als een van de elementen een 'no cure no pay' regeling is een uitstekend middel voor gemeenten om zonder financiele risico's te investeren in de LHR. De gemeente betaalt de fee immers pas als een bedrijf zich vestigt. 3.2 Fee is lager dan uitgespaarde rente. Vanuit de LHR is gemeld dat de fee is gestaffeld met een maximum van 2% en daarmee lager is dan de jaarrente die de gemeente uitspaart als grond verkocht kan worden (circa 2,9%). De gemeente verdient dus dankzij de LHR en een deel van de opbrengst wordt daarom geinvesteerd in de de LHR. 3.3 Fee is investeren in de regio. Met de fee wordt de LHR verder ontwikkeld doordat deze benut wordt voor de taken van de stichting LHR, namelijk internationale en nationale acquisitie, het initieren van belangrijke projecten en communicatie. De fee komt ten goede aan de ontwikkeling van de regio. De fee wordt vooral benut om regionale projecten mee te financieren die ten goede komen aan de ontwikkeling van de LHR. Kanttekeningen 1.11nvloeddelen met andere partners. Ten opzichte van de huidige situatie verandert de positie van gemeenten in de LHR. Nu treedt de regio Rivierenland namens de gemeenten als opdrachtgever op. In de nieuwe organisatievorm is dat de Stichting LHR, waar naast gemeenten ook andere partijen zoals Oost NV (Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Nederland), het bedrijfsleven en maatschappelijke groeperingen in participeren. Daarmee verandert de sturing en invloed van gemeenten op de stichting, omdat de gemeenten deze gaat delen met andere partijen. Via het ruimtelijk instrumentarium blijft de gemeente sturen op de vestigingsmogelijkheden van bedrijven. Via het regiocontract, waarbinnen gelden gereserveerd zijn voor de LHR, doen de gemeenten de stichting LHR voorstellen over de uitvoering van bepaalde door de gemeente gewenste projecten. 3.1 Aanbrengfee mogelijk niet zomaar onder te brengen in lopende exploitaties. De bedrijventerreinen ten behoeve van de vestiging van bedrijven van buiten de regio kennen meerjaren grondexploitaties waarin tot nu toe geen rekening is gehouden met de aanbrengfee. De LHR zorgt echter voor meer en/of snellere nieuwe bedrijfsvestigingen. Daardoor ontstaat door het ontlopen van rente wel investeringsruimte voor de fee. Financien In de verdere uitwerking van de organisatie LHR wordt een sluitende begroting opgesteld. De begroting bedraagt in het eerste jaar circa ,- tot ,-. De belangrijkste Voorstel raad nr. RV/14/

4 inkomstenbronnen zijn de fee op de grondtransacties, de inzet van uren van de LHR-medewerkers in projecten en de bijdragen van de gemeenten. De belangrijkste uitgaven zijn de kosten voor de nationale en internationale acquisitie, de personele kosten en bureaukosten van de uitvoeringsorganisatie en de bijdragen aan projecten. Gemeenten dragen op drie manieren bij aan de LHR: Via de fee indien een grondtransactie plaatsvindt (voor wat betreft gronden in eigendom van de gemeente). Als grondtransactiekosten is bedoeld het aantal verkochte meters x de gerekende grondprijs zoals vastgelegd is in de transactieovereenkomst. Deze fee is opgebouwd volgens een schijvensysteem: <0,5 ha: 2% 0,5-1 ha: 1,5% 1-2 ha: 1% > 2 ha: 0,5 % Maximum per grondtransactie: (dat betreft kavels vanaf ongeveer 4 ha). Buren verkoopt kavels tot maximaal 0,5 ha. De fee is dan ,-. Via de jaarlijkse bijdrage voor een periode van 4 jaar ter hoogte van 2.250,- per jaar. Via de aankoop van certificates De investering hiervoor is 1.350,-. Deze 1.350,- bestaat voor 200,- uit de aankoop van certificaten ( 1,~ per stuk) en een achtergestelde lening van 1.150,- ( 5,75 per certificaat). Voor de investering a 1,00 per certificaat geldt dat hierop rendement wordt verkregen. Op de achtergestelde lening wordt een rente uitgekeerd van 5% per jaar. Dekking: De fee wordt bekostigd uit de desbetreffende grondexploitatie waar de grond wordt verkocht. Dit is voor Buren de grondexploitatie Doejenburg II. De jaarlijkse bijdrage van 2.250,- per jaar tot en met 2017 en de aanschaf van de certificaten voor 1.350,- wordt betaald uit het budget Initiatieven economische ontwikkeling. Uitvoering Planning. De regionale planning is dit voorstel voor de 15 maart 2014 aan te bieden aan de gemeenteraden binnen de regio. Nadat de gemeenteraden in beginsel positief hebben ingestemd met deze ontwikkeling worden de statuten nader uitgewerkt. Communicatie. De uitvoering van de LHR gebeurt op basis van een door het stichtingsbestuur vastgesteld jaarprogramma. Dit programma gaat in op: De internationale en nationale acquisitie-acties De projecten die uitgevoerd gaan worden De communicatie De uitvoering is in handen van een BV, het Programmabureau LHR. De Stichting LHR is enig aandeelhouder van deze BV en geeft dus de certificaten van aandelen uit. In het Programmabureau is de personele bezetting om de taken van de LHR uit te voeren. In aanvang is deze bezetting circa 3-4 fte (projectleiding, projectmedewerker, communicatie en officemanagement). Evaluatie. Jaarlijks door de Stichting LHR in samenspraak met deelnemers. Burgerparticipatie Niet van toepassing. Het is de ontwikkeling van en deelneming aan een stichting. Deregulering Niet van toepassing. Er worden geen nieuwe verordeningen vastgesteld. Achtergrondinformatie 1. Achtergronddocument organisatieontwikkeling LHR. 2. Masterplan Rivierenland logistieke hotspot. 3. Businessplan logistieke hotspot. Voorstel raad nr. RV/14/

5 Burgemeester en wethouders van Buren, de secretaris, de burgemeester, mr. R.P. van der Starre J.A. de Boer Bijlage(n): Raadsbesluit Brief college aan Regio Rivierenland Voorstel raad nr. RV/14/00406

6 Datum vergadering gemeenteraad Raadsvoorstelnummer Agendapunt 25 februari 2014 RV/14/ Onderwerp Ontwikkeling Organisatie Logistieke Hotspot Rivierenland De Gemeenteraad van Buren; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 28 februari 2013; besluit: 1. in beginsel in te stemmen met de ontwikkeling van de organisatie van de Logistieke Hotspot Rivierenland (LHR). Dat is nu een project van het Programma Welvarend van de Regio Rivierenland en wordt een zelfstandige Stichting LHR, die als enig aandeelhouder optreedt van een op te richten Programmabureau LHR BV. 2. In te stemmen met de brief met zienswijzen over de op te richten organisatie. Als concept bijgevoegd. 3. In te stemmen met het uitgangspunt dat de gemeente voor ieder bedrijf van buiten de regio dat zich vestigt op grond van de gemeente een vergoeding (fee) op de grondtransactiekosten aan het Programmabureau LHR BV betaalt. Dat wordt gedekt uit de grondexploitatie. Daarmee te starten vanaf het moment dat de stichting is opgericht. Vastgesteld in de openbare vergadering van 25 februari 2014 Voorstel raad nr. RV/14/