STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Floriszlaan MJ BAARN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Floriszlaan 9 3742 MJ BAARN"

Transcriptie

1 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 1 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Floriszlaan MJ BAARN Baarn, 28 april 2003 AAN de kerkenraden en de commissies van beheer/penningmeesters van de Nederlands Gereformeerde Kerken. Geachte broeders en zusters, In vervolg op de vooraankondiging die wij u in januari stuurden, nodigen wij u uit tot het (doen) bijwonen van de voorjaarsvergadering van het bestuur met de aangesloten kerken, die DV zal worden gehouden op zaterdag 24 mei 2003 om uur in de Jeruzalemkerk, Troosterlaan 65 te Utrecht De agenda voor deze vergadering is aan de achterzijde van deze brief afgedrukt. Evenals bij de najaarsvergadering is in verband met de agenda voor een afwijkend vergadertijdstip gekozen. Naast de voor een voorjaarsvergadering gebruikelijke onderwerpen staat namelijk ook de afronding van het onderwerp De S.E.V. in de toekomst op het programma. Het behoeft geen betoog dat het bestuur, juist ook vanwege het belang van dit onderwerp, gaarne op uw komst rekent! Uitgangspunt is, dat de vergadering in de eerste helft van de middag zal zijn afgerond. Voor een eenvoudige lunch zal worden gezorgd. Met het oog hierop verzoeken wij u om u schriftelijk voor de vergadering aan te melden, zodat wij weten op hoeveel personen wij kunnen rekenen. U kunt daarvoor gebruik maken van bijgevoegd antwoordformulier, dat wij graag uiterlijk maandag 19 mei in ons bezit hebben. Ook wanneer u niet in de gelegenheid bent de vergadering bij te wonen, stellen wij het op prijs schriftelijk bericht van verhindering van u te ontvangen. Als u dat wilt, kunt u ook daarvoor gebruik maken van het antwoordformulier. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van de stukken verzoeken wij u deze, zo mogelijk voorafgaande aan de vergadering, toe te zenden aan de administrateur. Inmiddels verblijven wij met christelijke groet en hoogachting, namens het bestuur, J. Janssens-Boer administrateur NB: De stukken zijn verzonden overeenkomstig uw opgave op het informatieformulier Indien u in deze enveloppe twee sets hebt aangetroffen, is op het door u toegezonden informatieformulier het adres van de kerkenraad tevens aangemerkt als het postadres van de Commissie van Beheer en/of de penningmeester. U wordt in dat geval verzocht één set zo spoedig mogelijk aan de Commissie van Beheer te overhandigen.

2 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 2 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. AGENDA voor de voorjaarsvergadering 2003 te houden op zaterdag 24 mei 2003 vanaf uur 1. Opening 2. Ingekomen stukken en/of mededelingen 3. Notulen najaarsvergadering d.d. 23 november 2002 (eerder verspreid) 4. Bestuurssamenstelling (voorstel bijgevoegd) 5. Jaarverslag 2002 (bijgevoegd) 6. Afronding discussie de S.E.V.-regeling in de toekomst (voorstel bijgevoegd) 7. Rondvraag 8. Sluiting

3 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 3 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V." administrateur: mr J. Janssens-Boer Floriszlaan MJ Baarn tel NOTULEN van de najaarsvergadering 2002 met de bij de Stichting Emeritaatsvoorziening aangesloten kerken, gehouden zaterdag 23 november 2002 om uur in de Jeruzalemkerk te Utrecht. Van het bestuur zijn aanwezig de leden: H.G. Bronsveld-Taute, J.G. van Dalen, F.W.Meijer, J. Nugteren, H. van Rees, C. Smit, H. Strating en A. Wattèl, alsmede zr J. Janssens-Boer, administrateur. Br J.K.L. Koning is met kennisgeving afwezig. De volgende 37 kerken zijn door afgevaardigden vertegenwoordigd: Alkmaar Dalfsen Haarlemmermeer Rotterdam Amersfoort-zuid Doetinchem-Velp oostzijde Alexanderpolder Amstelveen Doorn Heerde Rotterdam-Overschie Amsterdam-centrum Dronten Katwijk Rijswijk Apeldoorn Ede Krommenie Schiedam Arnhem Eindhoven Langerak Utrecht Assen Ermefo-Harderwijk Leerdam Voorthuizen-Bameveld Barendrecht Putten Loosdrecht Wapenveld Bilthoven Groningen Nunspeet Wezep Bunschoten-Spakenburg Zaanstreek-centrum De volgende 26 kerken hebben bericht van verhindering gezonden: Almkerk-Werkendam Haren Marknesse Sliedrecht Breukelen Heemstede-Haarlem Neede Urk Deventer Den Helder Nieuwegein Vlaardingen Dordrecht Hengelo Nijverdal Wageningen Emmeioord Houten Oegstgeest IJsselmuiden Enschedé-noord Maassluis Oostzaan Zoetermeer Enschedé-zuid Maastricht Rijsbergen Zwartsluis 1. Opening De voorzitter, br Wattèl, opent de vergadering en laat zingen Psalm 37, vers 2. Vervolgens leest hij Exodus 16: Spreker vindt dit één van de mooiste verhalen over de praktische zorg van God voor Zijn volk Israël. Ondanks al hun gemopper en gemor houdt de Heer zich aan zijn woord en geeft Hij hun datgene wat ze nodig hebben voor hun bestaan hier en nu: eten en drinken. Want zonder dat kunnen wij mensen niet. God geeft brood voor het volk als geheel én voor de individuele Israëliet en zorgt ervoor dat ieder precies genoeg heeft: "Hij die meer had genomen, had niet te veel en hij die minder had genomen, had niet te weinig". Vele eeuwen later grijpt de apostel Paulus naar deze geschiedenis terug, als hij de gemeente in Korinthe oproept om vrijgevig te zijn ten behoeve van de gemeente in Jeruzalem. In 2 Kor. 8:7 vraagt hij de gemeente niet karig te zijn: "Laat zien dat u ook overvloedig weet te geven bij dit liefdewerk". "Maar", zo zegt hij iets verder: "Het is niet de bedoeling dat u, door anderen uitkomst te bieden, zelf in moeilijkheden raakt. C...) Zo ontstaat er evenwicht in overeenstemming met het woord uit de Schrift: Hij die meer had genomen, had niet te veel en hij die minder had genomen, had niet te weinig". Het opvallende in deze aanhaling vindt spreker dat Paulus zijn lezers oproept dezelfde zorg voor de medechristenen te hebben als God voor Israël had. Zij (en wij) moeten voor evenwicht zorgen, zodat niemand baadt in overvloed ten koste van de ander. De zorg van God voor het dagelijks brood van iedereen wordt in feite onze verantwoordelijkheid, onze financiële verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid voor elkaar, als broeders en zuster in de Heer, legt br Wattèl deze ochtend graag in het midden van de vergadering neer. Spreker beoogt daarmee allerminst de kerken via dit woord van Paulus onder druk te zetten om de bijdrage voor de S.EV te verhogen. Dat zou te S.E.v. najaarsvergadering 23 november

4 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 4 gemakkelijk zijn. Wel wil hij aandacht vragen voor de gezamenlijke verantwoordelijkheid die wij als broeders en zusters voor elkaar hebben. Een verantwoordelijkheid die God in onze handen legt. Die verantwoordelijkheid gaat overigens ook verder dan deze kring. We hebben als welvarende christenen ook een verantwoordelijkheid jegens onze arme broeders en zusters en onze arme medeschepselen om ons heen en elders in deze wereld. Het gevaar bestaat dat wij ons met elkaar zo druk maken over onze eigen financiële besognes, dat wij aan de ander niet meer toekomen. Enige relativering van wat ons vandaag bezig houdt, kan volgens spreker geen kwaad. Hij wil dan ook zichzelf en alle andere aanwezigen oproepen tot enerzijds verantwoordelijkheidsbesef en anderzijds relativeringsvermogen en gaat de aanwezigen voor in gezamenlijk gebed hierom. 2. Ingekomen stukken en mededelingen a. Volgens de presentielijst zijn verhindering ontvangen. 37 kerken vertegenwoordigd. Van 26 kerken is bericht van b. Br Wattèl meldt de ontvangst van drie brieven, van resp. de NGK van Leerdam, Nieuwegein en Urk, met betrekking tot de geagendeerde onderwerpen. De inhoud van de brieven wordt verweven in de te houden presentaties. c. d. Sr. Wattèl deelt mede dat dit keer nog geen datum kan worden bepaald voor de volgende (voorjaars)vergadering. Die datum hangt nl. mede af van de uitkomst van de vergadering van vanochtend en het vervolg daarop. Het bestuur is voornemens na de discussie van vandaag in de loop van het vroege voorjaar tot besluitvorming te komen. Het kan zijn dat daarvoor een ingelaste voorjaarsvergadering wordt bijeengeroepen; het kan ook zjjn dat het onderwerp voor de normale voorjaarsvergadering wordt geagendeerd. De kerken zullen hierover tijdig worden geïnformeerd. Het bestuur is voornemens om in de vergadering van december te spreken over de positie van pastorale werkers. Alweer enige tijd geleden heeft het bestuur besloten dat deze geen deelnemer kunnen zijn zoals predikanten dat zijn; wel wordt het risico van arbeidsongeschiktheid en overlijden gedekt. Het is goed om na te gaan of er aanleiding is dat besluit te herzien. De indruk bestaat dat niet alle pastoraal werkers zijn aangemeld. De afgevaardigden wordt dan ook verzocht om (1) na te gaan of er in hun respectieve kerken pastoraal werkers werkzaam zijn die niet zijn aangemeld en (2) deze in voorkomend geval op korte termijn alsnog aan te melden. 3. Notulen voorjaarsvergadering d.d. 23 mei 2002 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van bladzijde 3 informeert br De Jong (Leerdam) in welk opzicht de emeritaatsvoorziening van de GKV afwijkt van de S.E.V.-regeling. Br Wattèl antwoordt dat het GKV-systeem inmiddels ook groeit naar een kapitaaldekkingsstelsel; het principiële verschil is echter dat men in die kring zijn rechten verliest zodra men het verband van de GKV verlaat. Eigenlijk mag je al niet van "rechten" spreken. Naar aanleiding van punt 5 (Jaarverslag 2001) plaatst br De Jong een vraagteken bij de volgende opmerking van de penningmeester: "De betaalde uitkeringen zijn momenteel bijna twee keer zo hoog als de ontvangen uitkeringen". Sr De Jong meent dat dat een pessimistische inschatting is: voor 2002 is het 60% en in de begroting %. Sr Wattèl antwoordt dat in de bewuste jaarrekening en in dat verband werd de opmerking immers geplaatst - de bijdragen op EUR kwamen en de betaalde uitkeringen op EUR (beide afgerond). Dat is dus bijna tweemaal zoveel. Hoe die verhouding nu, volgens de concept-begroting 2003, zou komen te liggen is een punt van later orde. 4. Bestuurssamenstelling Br Wattèl meldt dat volgens rooster de brs Nugteren en Van Rees dit jaar aftreden. Sr Van Rees is beschikbaar voor een nieuwe zittingstermijn en is door het bestuur herkiesbaar gesteld. Van de gelegenheid om tegenkandidaten voor te dragen is geen gebruik gemaakt, zodat wordt geconstateerd dat br Van Rees het vertrouwen geniet om nog een zittingsperiode als bestuurslid te kunnen S.EV najaarsvergadering 23 november

5 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 5 functioneren. Het bestuur is br Van Rees bijzonder erkentelijk voor zijn bereidheid, ook al omdat een groot deel van de berekeningen die vandaag worden gepresenteerd, uit zijn koker komt Er zou een groot probleem ontstaan indien br Van Rees niet bereid of in staat zou zijn geweest nog een termijn als bestuurslid aan te blijven. Sr Wattèl spreekt namens de aanwezigen de hoop uit dat br Van Rees de gezondheid zal worden gegeven om nog een periode op de ingeslagen weg voort te gaan. Sr Nugteren is niet herkiesbaar op grond van een destijds binnen het bestuur vastgesteld rooster van aftreden, met als doel bij de samenstelling van het bestuur een evenwicht te creëren tussen enerzijds continuïteit en anderzijds een gezonde doorstroming. Stilstaand bij het afscheid van br Nugteren kenschetst br Wattèl hem als de laatste werker van het eerste uur binnen het huidige bestuur. Sr Wattèl memoreert dat br Nugteren bij de oprichting van de S.EV (voorjaar 1970) aantrad als secretaris. In 1972 nam hij het voorzitterschap op zich en die functie heeft hij vervuld tot Dat is buitengewoon lang. Het voordeel daarvan is, dat je werk dat je in gang zet, ook kunt afmaken. Sr Nugteren is daarmee ook gezichtsbepalend geweest voor het bestuur. Het hudige bestuur en de kerken kunnen in hoge mate dankbaar zijn voor de wijsheid en het inzicht dat de oprichters in 1970 hebben gehad om na het rumoer van de jaren '60 de S. EV op te richten. De hoogleraren die destijds buiten het verband van de kerken kwamen te staan waren immers ook daarmee hun pensioenrechten kwijt Het getuigt van wijsheid van de oprichters om onder het motto "dat nooit weer" de pensioenrechten voortaan in een stichting onder te brengen. Voor de moed, het doorzettingsvermogen en de inzet van de bestuursleden van toen (en van de kerken) om door de jaren heen dat voornemen in daden om te zetten, kunnen wij hen en ook God niet genoeg dankbaar zijn. Sr Nugteren had oog voor de positie van de predikanten én van de kerken. Zijn inzet en betrokkenheid zullen zeer worden gemist Sr Wattèl meldt in dat verband dat br Nugteren is gevraagd om tot uiterlijk de voorjaarsvergadering 2003 als adviseur van het bestuur te fungeren: er is nog geen opvolger voor hem én de S..EV bevindt zich midden in een proces van beleidsvorming over allerlei ingrijpende maatregelen. Het zou jammer zijn als br Nugteren de afronding daarvan zou missen. Sr Nugteren dankt de voorzitter voor zijn vriendelijke woorden. Ook de kerken wil hij danken. De S.E.V. periode lijkt inderdaad lang, maar het is toch snel gegaan. Er zijn spannende tijden geweest, evenals nu, maar het is tot nu toe allemaal goed terecht gekomen en dat beschouwt spreker als een zegen van God. Die zegen kwam ook tot uiting in de betrokkenheid van de kerken zelf. Het bestuur moet zich gedragen weten door de kerken en dat is altijd zo geweest Daarvoor wil spreker hen hartelijk danken. Ook God past daarvoor dank. Spreker wenst het bestuur en de kerken wijsheid en inzet toe om dit werk voort te zetten. Het gaat tenslotte om de dienaren van het Woord, mensen die niet te zwaar belast moeten worden door de zorg voor hun ouderdomsvoorziening. Met betrekking tot de vervulling van de vacature memoreert br Wattèl dat het bestuur zoekt naar een persoon die is geëquipeerd op het terrein van beleggingen. Opvulling is op dit moment niet mogelijk. Sr Wattèl herhaalt het beroep op de kerken om (zo mogelijk) kandidaten met dat profiel voor te dragen en hij spreekt de hoop uit dat de vacature in de voorjaarsvergadering kan worden opgevuld. 5. Bespreking financiële positie en toekomst van het fonds "Je zult in deze tijd maar bestuurder zijn van een pensioenfonds", zo citeert br Wattèl een recent krantenbericht "De deelnemers verwijten je, dat je te zwaar in aandelen hebt belegd. De gepensioneerden vinden hun compensatie voor de geldontwaarding een verworven recht De vakbonden vinden dat er sowieso van geen enkele verslechtering van de pensioenen sprake mag zijn. En de Pensioen- en Verzekeringskamer eist directe maatregelen om de dekkingsgraad weer op peil te brengen". Dat geeft aan waar ook het S.EV-bestuur tot op zekere hoogte mee te maken heeft, aldus spreker. Dus heeft het S.E.V.-bestuur een ingewikkeld stuk geproduceerd over pensioenen en de afgevaardigden opgeroepen hun vrije zaterdag op te offeren voor een discussie over dit onderwerp. Dat zou bijna aanleiding geven om te denken dat er paniek in de tent is. Spreker benadrukt echter dat er geen reden is voor paniek. Wel heeft de huidige economische situatie er toe bijgedragen dat het bestuur een bezinning over de toekomst van de S.EV gewenst en nodig vindt Die bezinning is dan ook niet direct opgeroepen door de economische situatie, maar de economische situatie is wel van invloed op de maatregelen die binnen het bestuur zijn opgekomen. Geen reden tot paniek dus. Wel reden tot bezinning en zorgvuldigheid. Sij de vergaderstukken is een notitie van het bestuur gevoegd. Het bestuur heeft daaraan geen voorstel toegevoegd. Niet alleen omdat het bestuur nog niet zo ver is - ondanks alle tijd en energie die in de materie is gestoken - maar ook en vooral vanuit een streven naar zorgvuldigheid. En dat laatste omdat het uiteindelijk niet gaat over geld, maar over mensen. Deelnemers, uitkeringsgerechtigden, kerkleden. S.EV. najaarsvergadering 23 november

6 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 6 Het is de bedoeling om, aan de hand van korte inleidingen, op de belangrijkste onderdelen van de notitie nader in te gaan en daarover in discussie te raken. Uitdrukkelijk nfet om besluiten te nemen; dat is in deze vergadering niet aan de orde. Waar gaat het wél om: discussie, onderlinge uitwisseling van argumenten; niet alleen met het bestuur, maar vooral ook onderling, tussen de afgevaardigden. Gezien de qua inhoud uiteenlopende schriftelijke reacties die het bestuur vanuit de kerken heeft ontvangen (zie punt 2b) mag worden verwacht dat die onderlinge discussie er zal zijn. Uit de notitie spreekt een zekere zorg voor de toekomst. Zal de S.EV wel in staat zijn om ook in de toekomst aan haar verplichtingen te voldoen? Eén van de kerken heeft het bestuur geschreven: "Ons kerkelijk doen en laten moet toch een weergave zijn van het vertrouwen, dat wij op grond van Gods Woord moeten en mogen hebben voor onze zorg voor onze predikanten, weduwen en wezen. Moet dit meer dan 100% zijn?". Spreker merkt op dat het goed is deze vraag in alle openheid bij het bestuur neer te leggen: "Mankeert het ons als bestuur inderdaad aan Godsvertrouwen?" Het is niet goed om voor die vraag weg te lopen. Als bestuursleden moeten we ook op dat punt kritisch zijn naar onszelf en naar elkaar. Toch denkt spreker (en hij meent voor het bestuur als geheel te kunnen spreken) dat de zorgen en plannen niet voortkomen uit een gebrek aan vertrouwen dat God voor de predikanten en hun nabestaanden zal zorgen. Het gaat het bestuur om de opdracht om in Gods koninkrijk verantwoord bezig te zijn en zo invulling te geven aan de taak die God ons allen heeft opgelegd om voor de predikanten en hun nabestaanden te zorgen. In vertrouwen op God. En tegelijk het verstand gebruikend. Spreker refereert tenslotte aan zijn inleiding tijdens de najaarsvergadering 1994: zijn eerste vergadering met de kerken in de hoedanigheid van voorzitter. Hij sprak toen over Jacob, die terugkeert naar Kanaän en doodsbenauwd is voor de ontmoeting met Ezau (zie Genesis 32). Jacob doet dan twee dingen. Uit het oogpunt van voorzichtigheid verdeelt hij zijn mensen en zijn bezit in twee delen en vervolgens bidt hij tot God om een beroep te doen op Gods beloften en hem te redden uit de hand van Ezau. Spreker heeft toen gezegd - en zegt vandaag opnieuw - dat deze handelwijze van Jacob een voorbeeldfunctie voor de S.EV kan vervullen: verantwoord handelen binnen het besef van afhankelijkheid van God. Natuurlijk moeten wij daarin naar een evenwicht zoeken, aldus spreker. En natuurlijk kun je zo ver gaan in je "verstandig" handelen dat je Gods zorg uit het oog verliest. Het omgekeerde is echter ook niet uitgesloten: zover gaan in je vertrouwen dat Hij het wel zal redden, dat je vervolgens gaat zitten afwachten. Beide uitersten zijn wellicht wat gechargeerd neergezet, maar het is naar sprekers mening te gemakkelijk om te zeggen dat Godsvertrouwen ophoudt bij 100%. We mogen niet verantwoordelijkheid en Godsvertrouwen tegen elkaar uitspelen. Spreker geeft vervolgens, voorafgaand aan de verdere behandeling van dit punt, de gelegenheid om informatieve vragen te stellen over de inhoud van de notitie. Br Van der Zee (Rotterdam) stelt dat, gezien de ontwikkeling van de traktementen en de daaruit voortvloeiende pensioenen, van een inhaalslag sprake is. Voor paniek is zijn inziens inderdaad geen reden. Br Martens (Ede) spreekt zijn waardering uit voor de notitie. Wel vindt hij het verwarrend dat soms andere cijfers worden genoemd dan in de financiële stukken; in de notitie is op sommige onderdelen uitgegaan van de fictie dat bepaalde maatregelen al in 2001/2002 zouden zijn genomen en vervolgens is het geheel naar de toekomst doorgerekend. Br Wattèl erkent dat notitie en begroting ook vanwege de tijd niet geheel synchroon konden lopen maar benadrukt dat het gaat om de tendens die is geconstateerd en niet om de cijfers achter de komma. Op een vraag van br De Haas (Amersfoort-zuid) antwoordt br Van Rees dat in de berekening is uitgegaan van de fictie dat aan een externe verzekeraar een arbeidsongeschiktheidspremie wordt betaald. IVlet die lasten is dus op die manier rekening gehouden. Inleiding beleggingspolitiek SE V. Br Meijer geeft aan dat de primaire vraag is: waarom beleggen wij in aandelen resp. obligaties. Welnu, de beleggingsfilosofie moet gebaseerd zijn op de samenstelling van de pensioenverplichtingen. Spreker zet in dat verband de "cohortenbenadering" als volgt uiteen. De deelnemers zouden in een aantal groepen kunnen worden ingedeeld: resp. predikanten tot 35 jaar, van jaar, van jaar etc. én de emeriti. De pensioenkapitalen van laatstgenoemden moeten allemaal zonder enig risico aanwezig zijn, m.a.w. die moeten zijn belegd in uitsluitend obligaties. De eerste groep daarentegen heeft nog 30 jaar te gaan; voor die groep kun je wat meer risico nemen en aldus hun toekomstig pensioenkapitaal geheel in aandelen beleggen. Voor de tweede groep kom je tot belegging van een gedeelte in obligaties en een gedeelte in aandelen en zo verder voor de volgende groepen. Op die manier kom je tot een bepaalde mix van obligaties en aandelen. Sommige pensioenfondsen zijn daarin zo ver gegaan dat ze 55% in aandelen hebben belegd. Echter: niet alleen de opbouw is belangrijk, maar ook het weerstandsvermogen - en het weerstandsvermogen van de S.EV is (historisch verklaarbaar) nu eenmaal gering, ca. 10%. S.EV najaarsvergadering 23 november

7 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 7 In de tijd van de Staatsleningen met een rente van 12,75% kon van een beleggingsbeleid niet worden gesproken. Het was zaak zoveel mogelijk van deze leningen te kopen; rekening houdend met een rekenrente resteerde dan een rendement van 8,75%. De tijden zijn echter veranderd en obligaties van 4,5 à 5% leveren te weinig op als je moet uitgaan van 4% rekenrente én de uitkeringen wilt indexeren. Dan is het minimum 6%. Daarom is meer risico geïntroduceerd en een gedeelte in aandelen belegd. Spreker grijpt terug op de discussie in de vorige vergadering over het fenomeen risico-profiel. Hij refereert in dit verband aan de bepalingen van de Wet Toezicht Effecten- en kredietinstellingen. Er is jurisprudentie gegroeid over de zorgplicht van de banken in die zin dat ze kijken naar het risico-profiel van de particuliere cliënten. Ze stellen dat allemaal op andere wijze vast, maar het gaat erom dat ze op basis van gegevens als de leeftijd, financiële verwachtingen en beleggingshorizon vaststellen wat verantwoord is. Zo zal de bank bijvoorbeeld een gepensioneerde eerder afraden om teveel stukken met een hoog risico aan te schaffen. Geldt dit onverkort voor zakelijke relaties? Als een zakelijke relatie als hoofddoelstelling heeft het beleggen van gelden, dan geldt het gestelde omtrent risico-profiel niet. Er zijn echter stichtingen die gelden beheren met het oog op het bereiken van een andere, onderliggende doelstelling. Zij worden, onder bepaalde omstandigheden, voor wat betreft de relevantie van een risico-profiel gelijkgesteld met een particulier. Bij de structuur van de S.EV, met een beleggingscommissie, een beleggingsstatuut, en deskundig advies van de bank, dan ligt dat anders. Dat neemt niet weg dat intern, in de beleggingscommissie, maar ook in het contact met de bank, het begrip risico een belangrijk punt is. NB: met "risico" doelt spreker alleen op afwijkingen van de historisch gemiddelde koers, niet over risico in de zin van het omvallen van een onderneming, want dat soort fondsen hoor je niet in portefeuille te hebben, aldus spreker. Destijds, toen de rentestand zo hoog was, werd alleen in obligaties belegd. Overigens loop je daarmee ook risico, gezien de wisselingen in de rentestand. Vervolgens is besloten om in aandelen te gaan beleggen, doch dat principieel te doen in beleggingsfondsen. Als je rechtstreeks in aandelen belegt, zit daar altijd een element in van verwachting dat de koers stijgt en dat zou je een speculatief element kunnen noemen. Dat odium wilde het bestuur niet op zich laden, tegelijkertijd wetend dat de opbrengst (vanwege de hogere kosten) lager zou zijn dan wanneer rechtstreeks in aandelen zou worden belegd. Voor een klein fonds als de S.E.V. is ook van belang dat bij belegging in beleggingsfondsen de spreiding vele malen groter is, waardoor het risico wordt beperkt. Ingaand op de discussie in de vorige vergadering over het fenomeen benchmark: dit is in feite niets anders dan een maatstaf waaraan je iets afmeet. Als maatstaf kan bijvoorbeeld een index dienen; zie de AEX. Je kunt ook uitrekenen wat je strategische portefeuille (de theoretische portefeuille zoals je die zou willen hebben) heeft opgebracht en daarnaast de opbrengst leggen van de portefeuille zoals die werkelijk was. Het is een ingewikkelde materie, vol wiskundige formules. Het onderwerp is eigenlijk meer van belang voor grote pensioenfondsen die het beheer van delen van hun portefeuille uitbesteden aan vaak - buitenlandse vermogensbeheerders. Voldoet de portefeuille na verloop van tijd niet aan de benchmark, dan wordt de vermogensbeheerder aan de kant gezet. Voor de S.EV ligt dat anders, omdat die zelf zijn vermogen beheert. De beleggingsfondsen waarin wij beleggen, hebben ook een benchmark en wij volgen uiteraard ook de prestaties van dat fonds ten opzichte van de benchmark. Nadeel van de benchmark is, dat het een beoordeling is op de korte termijn. Gezien de bedragen die er in het vermogensbeheer omgaan, zullen de vermogensbeheerders alles doen om in korte tijd in ieder geval een "outperformance" te hebben ten aanzien van de benchmark. De portefeuille is nu verdeeld in 70% obligaties, 20% aandelenfondsen en 10% aandelen in onroerendgoedfondsen; de opbrengst van die laatste categorie is hoger dan die van obligaties, lager dan die van aandelen, maar ze hebben een stabieler koersverloop. Moeten we deze verdeling handhaven? Welnu, de AEX staat op dit moment laag. We zouden dus aandelen moeten bijkopen om later behoorlijke winsten te kunnen genereren. Helaas laat onze vermogenspositie dat niet toe. We zouden ook aandelen kunnen verkopen en obligaties aanschaffen. Dat is echter niet zinvol vanwege de lage obligatierente van 4,5%; we mogen niet verwachten dat die rente in de huidige "recessie-achtige" economie zal stijgen en bovendien is de inflatie weggevallen en dat was de motor achter de hele hoge rentes van voorheen. We zouden aandelen kunnen ruilen voor onroerendgoedfondsen, doch de verwachting is dat de "gewone" aandelen op de lange termijn qua opbrengst beter presteren dan de onroerendgoedfondsen. Wel zijn er in de marge wat veranderingen; zo is er een klein belang in niet ter beurze genoteerde fondsen, die over het algemeen een wat hoger rendement uitkeren dan de beursgenoteerde. De conclusie van het bestuur is dat de huidige beleggingsmix zal worden gehandhaafd. Verondersteld mag worden dat de koersen wel weer zullen stijgen; dat is tot nu toe altijd nog gebeurd. Spreker illustreert die verwachting aan de hand van een grafiek met het koersverloop van de afgelopen 30 jaar. S.EV. najaarsvergadering 23 november

8 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 8 Doordat de S.E.V. een klein eigen vermogen heeft, is het fonds niet zo zwaar vertegenwoordigd in de aandelensector; we hebben nog een zeer behoorlijk deel in onroerendgoedfondsen, Dat betekent dat we een sterke cashflow hebben - een belangrijke graadmeter. De opbrengst aan rente en dividenden is bijna voldoende om de emeritaatsverplichtingen te voldoen; we hebben het dan nog niet over de premies. Dat betekent dat we in elk geval kunnen voldoen aan onze verplichtingen op de korte en middellange termijn. Br Martens (Ede) constateert dat sprake is van een defensief beleggingsbeleid. Grote pensioenfondsen gebruiken de benchmark met name om hun prestaties af te meten aan het gemiddelde voor pensioenfondsen. Je zou je opbrengsten over de afgelopen periode, bijv. 5 à 10 jaar, kunnen vergelijken met het gemiddelde in de markt. Hoe presteert de S. EV dan? De penningmeester, br Strating, geeft aan dat die cijfers over het verleden er niet zijn, doch dat dit punt wel onderwerp van studie is binnen de beleggingscommissie. Br Meijer geeft aan dat er veel onderliggende factoren zjjn die een dergelijke vergelijking kunnen beïnvloeden: de samenstelling van de portefeuille (volgens het beleggingsstatuut van de S.E.V. is het bijv. verboden om in opties te handelen). Uitgaande van een verwacht rendement van -40% op aandelen, presteert de S.EV minder dan de bekende indices omdat zij uitsluitend in aandelenfondsen belegt en daarmee genoegen neemt met een lager rendement. Naar aanleiding van de brief van de kerk van Leerdam merkt br Meijer nog op dat het bestuur zich bij zijn berekeningen heeft gebaseerd op het koersniveau van eind september, het moment dat de begroting 2003 werd opgesteld. Dat was inderdaad zeer laag, maar op dat moment wél actueel. Inmiddels is de AEX weer enigszins gestegen en dat scheelt 1% in de dekkingsgraad. Aan de hand van de grafiek met betrekking tot het koersverloop van de afgelopen 30 jaar illustreert spreker dat de algemene opinie is dat het hoge koersniveau in het recente verleden ooit wel weer zal worden gehaald, doch dat dat zeer lang kan duren. Br Scholten (Rijswijk) vraagt zich af of de kerken geen behoefte hebben aan meer dan de conclusie dat de doelstellingen zijn gerealiseerd. Br Van Helden (Barendrecht) merkt op dat het de vraag is of een echte benchmark haalbaar is: hoe vind je een portefeuille met een vergelijkbare beleggingspolitiek, waarvan de resultaten bovendien openbaar zijn? Br Wattèl zegt toe dat het bestuur zal nagaan of het mogelijk is om aan cijfers van vergelijkbare fondsen te komen - met alle betrekkelijkheid van dien. Naar aanleiding van de inbreng van een tweetal broeders dat zijn bezwaren van destijds in herinnering brengt tegen de beslissing om in aandelen te gaan, herhaalt br Meijer dat de opbrengst van obligaties (4%) onvoldoende is, uitgaande van een rekenrente van 4% en een inflatievergoeding van 1%. De S.E.V. dient zich inderdaad niet bezig te houden met speculatief beleggen; daarom juist wordt gewerkt met beleggingsfondsen. De geraamde opbrengst van aandelen (8%) stoelt op allerlei verschillende (externe) berekeningen en kan als realistisch worden beschouwd. Sr Strating vult aan dat dit percentage is gebaseerd op de historische relatie tussen het rendement dat je op obligaties resp. aandelen kunt behalen; het koersstijgende effect van de internethype is daar al uit gehaald. Historisch gezien blijkt dan dat het rendement op aandelen ca. 3% hoger is dan op obligaties. De marktrente staat momenteel op 4,5 à 5%. Aldus beschouwd is 8% een realistische inschatting. De werkelijkheid zal hier uiteraard van afwijken; in zijn algemeenheid gesteld is de kans dat het rendement hoger uitkomt dan 8%, even groot als de kans dat het lager uitkomt. Br Van Veen (Haarl'meer) tekent nog aan dat ook de obligatierente zal stijgen als de aandelenkoersen stijgen; voorts raadt hij af om veel te beleggen in niet-beursgenoteerde fondsen, vanwege de beperkte verhandelbaarheid en de invloed van leegstand op het rendement. Br Meijer realiseert zich dat de liquiditeit geringer is, doch geeft aan dat de S.EV slechts marginaal in dergelijke fondsen belegt. Spreker sluit zijn bijdrage af met de waarschuwing dat de S. EV zijn aan-fverkoopbeleid niet moet baseren op de waan van de dag. Inleiding dekkingsgraad Br Strating zet uiteen dat de dekkingsgraad de graadmeter is van de financiële positie van de S.E.V.. Deze laat zien in hoeverre de S.EV op lange termijn in staat is om de pensioentoezeggingen aan onze predikanten en hun nabestaanden ook daadwerkelijk te kunnen betalen. Het gaat dus niet over de korte termijn: er is geen risico dat de uitkeringen aan de emeriti de komende jaren niet betaald kunnen worden. Spreker tekent overigens aan dat de dekkingsgraad altijd een momentopname is. De dekkingsgraad wordt berekend door de beleggingsportefeuille en de pensioenverplichtingen op elkaar te delen. Is de waarde van toegezegde pensioenaanspraken 100 en is de beleggingsportefeuille 110 dan is de dekkingsgraad 110% (110/1 OO), is de beleggingsportefeuille in dit geval 90 dan is de dekkingsgraad 90% (90f100). Voor wat betreft de ontwikkeling van de dekkingsgraad gaat br Strating in op de periode vanaf Vanaf dat moment is er sprake van vergelijkbaarheid. Ultimo 1995 was de dekkingsgraad precies 100%, berekend op basis van de huidige grondslagen. Van loopt de dekkingsgraad op naar 114%, S.EV najaarsvergadering 23 november

9 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 9 profiterend van de hoogrentende obligatieportefeuille bij een sterk dalende rente op de kapitaalmarkt. Vanaf 1999 gaat de dekkingsgraad weer even snel naar beneden. Dit heeft te maken met een aantal structurele oorzaken, waarvan de relatief hoge stijging van de traktementen (in de afgelopen 10 jaar gemiddeld 5 % per jaar) en de lage rente op de kapitaalmarkt (tot ca. 4,5% op staatsleningen) de belangrijkste zijn. De lage rentestand had tot gevolg dat de indexering van de uitkeringen niet meer uit de overrente gefinancierd kon worden en daardoor ten laste kwam van de reserves van het fonds. Daarnaast was er op de aandelenmarkten de ene schrik na de andere te verwerken. Het basisscenario laat zien dat de dekkingsgraad bij ongewijzigd beleid zal dalen met gemiddeld 2% per jaar tot onder de 80% over 10 jaar. Ingaand op de vraag naar de gewenste dekkingsgraad voor de S.EV merkt spreker op dat men op het eerste gezicht zou kunnen zeggen dat een dekkingsgraad van 100% precies voldoende is om de uitkeringen in de toekomst te kunnen garanderen en daarmee de predikanten en nabestaanden zekerheid te bieden. Van deze zekerheid moet men zich echter niet teveel voorstellen. Een dekkingsgraad van 100% geeft een garantie voor onze predikanten dat de tot heden opgebouwde pensioenaanspraken ook nagekomen kunnen worden, maar wel in euro's van nu. En wat is de waarde van een pensioen dat over 20 jaar wordt uitgekeerd zonder dat dit bedrag jaarlijks is geïndexeerd? Een dekkingsgraad van 100% is dus niet meer dan een minimale garantie tegenover onze predikanten en nabestaanden. Het zal daarom duidelijk zijn dat een dekkingsgraad onder de 100% in principe niet aanvaardbaar is (dit in reactie op geluiden dat de financiële positie van het fonds best wat minder mag en een dekkingsgraad van bijvoorbeeld 90% ook nog acceptabel is). Dit zou ook in strijd zijn met de Pensioen- en Spaarfondsenwet (PSW). Die beschermt de belangen van de pensioengerechtigden en bepaalt dat een financieringsachterstand niet is toegestaan. En hoewel de S.EV formeel niet onder de PSW valt, zal toch voor iedereen duidelijk zijn dat het principe "wat we beloven moeten we ook waarmaken" hoog in het vaandel moet staan. Juist ook in deze tijd van afnemend kerkbezoek en onzekerheid over de financiële draagkracht van onze kerken in de toekomst is het voor ons uitschuiven van lasten onaanvaardbaar. De Pensioen- en Verzekeringskamer (PVK) is de waakhond die namens de overheid de naleving van de PSW waarborgt. De PVK stelt dat pensioenfondsen reserves moeten aanhouden. De omvang van de benodigde reserves is afhankelijk van het risicoprofiel van het pensioenfonds. Met alle kritiek op de PVK voor wat betreft de snelheid waarop pensioenfondsen orde op zaken moeten hebben gesteld, onderschrijft het bestuur de achtergrond daarvan van harte: onze predikanten en hun nabestaanden moeten kunnen rekenen op het aan hen toegezegde pensioen. De risico's die de S.EV loopt zijn onder te verdelen in verzekeringstechnische risico's en beleggingsrisico's. De verzekeringstechnische risico's hebben voor een belangrijk deel betrekking op het risico dat wij in de toekomst langer blijven leven dan nu op basis van sterftestatistieken kan worden ingeschat. Ook lopen we het risico op arbeidsongeschiktheid van predikanten, een risico dat op dit moment nog onvoldoende kan worden ingeschat. De PVK stelt dat een voorziening voor deze risico's ter grootte van 5% van de Voorziening pensioenverplichtingen voldoende is. Omdat de S.EV al rekening houdt met de overgang naar zwaardere sterftetafels, acht het bestuur een buffer van 2% acceptabel. Daarnaast loopt de S.E.V. beleggingsrisico's. Deze nemen in omvang toe naarmate de rentestand daalt en de S.EV dus minder rente ontvangt. Als de S.EV uitsluitend zou beleggen in staatsleningen zou zij geen enkel kredietrisico lopen, maar wel genoegen moeten nemen met een rente van 4,5%. Dit rendement is te mager om de uitkeringen te kunnen indexeren. Als de inflatieverwachting 2,5% is, moet de S.EV nl. een rendement realiseren van 6,5%, om behalve de inflatie ook de rekenrente goed te maken. De consequentie zou zijn dat de bijdrage omhoog schiet. Daarom is vanaf 1999 voorzichtig begonnen met het beleggen in aandelen. Hierbij mag gemiddeld uitgegaan worden van een meeropbrengst van ca. 3%. Alleen is het natuurlijk niet zo dat we zonder risico dit extra rendement kunnen incasseren. Er hangt ook een prijskaartje aan in de vorm van een hoger risico op waardedaling. Als gevolg van deze risico's is een weerstandsvermogen nodig om deze risico's in slechte tijden te kunnen opvangen. De omvang van die buffers is niet eenvoudig vast te stellen en houdt verband met de situatie op de beurzen. Zo heeft de PVK onlangs bepaald dat een fonds een waardedaling in aandelen moet kunnen opvangen van tenminste 40% ten opzichte van het hoogste koersniveau en van 10% ten opzichte van het laagste koersniveau. Voor beleggingen in obligaties dient een fonds bij een marktrente van 4% over een buffer van tenminste 10% van de waarde van die beleggingen te beschikken, aldus de PVK. Bij een marktrente van 5% is de buffer minimaal 5%, terwijl bij een marktrente van 6% of hoger geen buffer aanwezig hoeft te zijn. Bij de stand van de beurzen per 30 september 2002 zou voor de S.E.V. deze buffer ca. 11 % bedragen, gebaseerd op het lage prijsniveau van aandelen en het hoge prijsniveau van vastgoed. S.EV najaarsvergadering 23 november

10 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 10 Het bestuur heeft gekozen voor een benodigde dekkingsgraad variërend van 110% in slechte tijden tot 115% in goede tijden. Een gezonde buffer is een wezenlijk element van een goed functionerend pensioenstelsel, omdat dit ertoe bijdraagt dat ook in een periode van mindere beleggingsresultaten toch een stabiel beleid kan worden gevoerd. Spreker merkt op dat dit streven niet anders is dan een moderne uitwerking van de Bijbelse opdracht om graanschuren te bouwen in de zeven vette jaren om te kunnen overleven in de zeven magere jaren. Bij de opmerking van br Strating over de toekomstige draagkracht van de kerken tekent br Geerse (Bilthoven) aan dat financiële draagkracht iets anders is dan financiële bereidheid. De draagkracht is er volgens hem wel. Ook solidariteit tussen grote en kleine kerken is volgens hem van belang. Br Van Helden (Barendrecht) beluistert dat de hoge traktementen van invloed zijn op het voorliggende probleem. Br Van Rees geeft aan dat is gerekend met een gemiddelde traktementsstijging van 4,8%, gebaseerd op de gemiddelde verhogingen in de afgelopen jaren. Als dit zo blijft, wordt het effect van de traktementen op de kosten van de pensioenregeling inderdaad vrij fors. Naar aanleiding van een opmerking van ds Smit verduidelijkt br Van Helden dat hij niet bedoelde een waarde-oordeel te geven over de predikantstraktementen; hij beoogde slechts uit te spreken dat de kerken, als zij zich in de afgelopen jaren om welke reden dan ook genoodzaakt zagen om de predikanten meer te betalen, niet verbaasd moeten zijn dat dan ook de bijdrage aan de S.EV stijgt. Br Wattèl bevestigt dat sinds 1997 de traktementen wel fors zijn gestegen, terwijl de bijdrage niet is verhoogd. Over dat laatste besluit kan achteraf genuanceerd worden gedacht, maar het is wél een gegeven. Br Van Willigen (Amsterdam-centrum) grijpt terug naar 1983, toen de bijdrage f 42,= per lid bedroeg. Ondanks alle schommelingen is de bijdrage in de 17 jaar daarna niet verhoogd. Zijn kerk vindt dan ook dat de bijdrage fors omhoog mag én fors omhoog moet. fnfeiding pensioensystemen Br Van Dalen zet uiteen dat er pensioensystemen zijn met vastliggend eindresultaat (eindloonregeling en middelloonregeling) en met vastliggende premie. De laatste categorie laat hij verder buiten beschouwing. Bij de eindloonregeling is het laatstverdiende loon van belang en bij de middelloonregeling het gemiddeld verdiende loon. De eindloonregeling komt nog het meeste voor, maar door een streven naar kostenbeheersing komt de middelloonregeling meer in zwang. Afgezien daarvan is de middelloonregeling flexibeler. Bij een eindloonregeling vindt, in geval van een loonstijging, ook een verhoging van de in het verleden opgebouwde rechten plaats; een loondaling op een ongeschikt moment leidt tot een lager pensioen. Onder dezelfde condities is de eindloonregeling duurder dan de middelloonregeling. In de zuiverste vorm is de eindloonregeling bovendien niet flexibel; vaak zijn er aanpassingen. De S.EV-regeling is een gematigde eindloonregeling in die zin dat het traktement op SS-jarige leeftijd bepalend is voor het pensioen; bovendien kennen wij een minimum- resp. maximumgrondslag. Bij een middelloonregeling is het resultaat veel minder voorspelbaar, maar het weerspiegelt wel beter de doorlopen carrière; onder dezelfde condities leidt de middelloonregeling wel tot een lager eindresultaat. In hoeverre dat het geval is, is afhankelijk van het opbouwpercentage, de hoogte van de franchise, de grondslag (alleen loon, of loon plus vergoedingen/toeslagen). Knelpunt in relatie tot de middelloonregeling is dat de S.EV wordt geconfronteerd met grote afwijkingen van de gemiddelde traktementen. De traktementswisselingen vinden op uiteenlopende leeftijden plaats en de traktementen worden bovendien gebaseerd op verschillende systemen: GMV, SOW, en eigen regelingen als onderwijs-cao. Br De Haas (Amersfoort-zuid) informeert dan ook of het niet zinvol is om de kerken te adviseren in de keuze voor een bepaalde traktementsregeling. Dit punt komt later terug. Verde!Îng van de pijn/mogelijke maatregelen Br Van Rees memoreert dat 9 van de notitie een beeld geeft van mogelijke maatregelen ter verbetering van de dekkingsgraad en licht deze kort toe. De maatregelen betreffen zowel de actieve predikanten als de emeriti als de kerken. Ten aanzien van de.~l.çjjg.'(~..p.f.~.çi.i.l5. D!~D is bij de opzet uitgegaan van de volgende veranderingen in de pensioenregel ing: (1) een voor de deelnemers gunstige verlaging van de franchise van EUR naar EUR ; (2) de kostenvergoedingen worden niet langer in de pensioengrondslag opgenomen; (3) overgang van een eindloonsysteem met 2% jaarlijkse opbouw naar een geïndexeerd middelloonsysteem met 2,25% jaarlijkse opbouw. Bij de vergelijking van de bestaande en de nieuwe situatie is uitgegaan van stijging van de franchise met 3% (de loonindex) en stijging van de maximumgrondslag met 4%. S.E.v. najaarsvergadering 23 november

11 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 11 De gevolgen voor de predikanten hangen sterk af van de persoonlijke omstandigheden én van de traktementsontwikkeling. Spreker brengt één en ander in beeld voor zeven voorbeelden, aan de hand van de emeritaatstoezegging naar de situatie van Het huidige systeem leidt bij een volledige opbouw (35 dienstjaren) tot een toezegging inclusief de AOW-uitkering voor gehuwden van circa 70% van het traktement, maar als het traktement hoog is kan resultaat onder invloed van de maximumgrondslag tot 60% dalen. De overgang naar het middelloonsysteem heeft vrijwel geen invloed bij twee voorbeelden met een dalend traktementsniveau of een stabiel hoog niveau. Bij een sterk stijgend traktement kan de toezegging echter met ruim 10% van het traktement dalen. Voor de ~m~fhj is uitgegaan van 1,6% indexatie, wat 0,9% minder is dan de prijsindex. In 2012 scheelt het bij het getoonde voorbeeld EUR De p.ü.çj!.?g~.x?ij_~~ ~~L~~n zou met EUR 4,50 per ziel verhoogd moeten worden. Inclusief 5% jaarlijkse stijging zou de bijdrage in 2012 zijn opgelopen tot EUR 38,28 per ziel per jaar. De getoonde maatregelen zouden uiteindelijk leiden tot een verbetering van de dekkingsgraad in 2012 van 84% tot 109%. De bijdrage daaraan van de predikanten is 25%, de bijdrage van de emeriti eveneens 25% en de bijdrage van de kerken 50%. Het geheel gehoord hebbend is de conclusie voor br Martens (Ede) op het eerste gezicht: overgaan op de middelloonregeling en verhoging van de bijdrage naar EUR 23,50. Br Wattèl werpt tegen dat een combinatie van alternatieven mogelijk is. Ingrijpen aan de ene kant heeft gevolgen voor de andere kant. Het gaat er niet om te kiezen voor een bepaald scenario, maar om de grenzen aan te geven van wat acceptabel wordt geacht. Br Van Helden kiest een andere invalshoek: een groot deel van de kerken hanteert de GMV-normen voor de vaststelling van het traktement. Die voorzien in een eigen "bijdrage emeritering" van de predikanten. Waarom de predikanten niet gevraagd om een hogere bijdrage (in de vorm van een hogere inhouding)? Br Van Willigen (Amsterdam-centrum) oppert de gedachte om de gemiddelde traktementsverhoging als uitgangspunt te hanteren voor verhoging van de premie. Ds Van Dijk (Wezep) pleit ervoor de uitkeringen te indexeren met de volle 2,5%, alleen al omdat deze zijn gebaseerd op indertijd niet bijzonder hoge traktementen. Br Wattèl tekent aan dat de minimumgrondslag schrijnende gevallen voorkomt. Voor het overige respecteert hij de keuze van ds Van Dijk, doch vraagt hem waar de dekking in zijn visie vandaan moet komen: de predikanten of de kerken. Br 5trating merkt op dat destijds met de kerken is afgesproken dat de indexering zou moeten worden gefinancierd uit de overrente; het eventueel meerdere zou uit de premies moeten komen. Die afspraak geldt nog steeds. Br Van Pijkeren (Zaik) brengt in herinnering dat de S.E.V. in 1970 is opgericht om goed te zorgen voor de emeriti en predikanten. Als nu in % van de predikanten boven de maximumgrondslag zou zitten, zijn we niet goed bezig. Br Van Rees licht toe dat dit laatste effect alleen optreedt als het maximum de looninflatie volgt; bij een stijging met 4% zou in % van de predikanten boven het maximum zitten. Br Van Pijkeren vervolgt dat de predikanten niet de dupe mogen worden, doch dat een eigen bijdrage van de predikanten wel alleszins redelijk is. De dekkingsgraad dient volgens spreker minimaal 100% te bedragen en wellicht verder te worden verhoogd. Br Wattèl geeft desgevraagd aan dat het mogelijk is om de maximumgrondslag te bevriezen; de individuele predikanten kunnen dan, in overleg met hun gemeenten, desgewenst bijverzekeren. Tegelijkertijd wordt daarmee een stukje solidariteit losgelaten én de mobiliteit van die predikanten wordt wellicht beperkt. Het is immers de vraag of een volgende gemeente hieraan ook wil meewerken. Mede reagerend op een daartoe strekkende vraag van de kerk van Urk meldt spreker dat het scheppen van de mogelijkheid tot bijverzekeren bij de S.EV niet aan de orde is. Het is niet de taak noch de bedoeling van de S.E.V. om te concurreren met pensioenverzekeringsmaatschappijen. Voorts is het voor de predikanten onaantrekkelijk, omdat de premie voor dit soort verzekeringen niet fiscaal aftrekbaar is. Een predikant zou dit dus in voorkomend geval via een pensioenverzekeraar moeten regelen. De vraag die in dit verband ook opkomt is: moeten wij als S. E.V. simpelweg volgen wat de lokale kerken doen? Formeel is het antwoord op die vraag bevestigend, want de S.EV is slechts uitvoerder van een pensioenregeling en voert geen inkomenspolitiek (en daar gaat het in feite om, als je het maximum aftopt). Dat wil niet zeggen dat er niet over nagedacht mag worden. Br Til (Zeist) verwoordt dat zijn gemeente van oordeel is dat gedane toezeggingen moeten worden nagekomen, zowel voor emeriti als actieve predikanten. Een eventuele overgang naar een middelloonregeling mag in die visie slechts gelden voor nieuwe predikanten. Spreker vraagt zich af of het niet mogelijk is om de dekkingsgraad op een hoger peil te brengen door de bijdrage eenmalig met EUR 10 te verhogen en vervolgens jaarlijks een indexering van 5% toe te passen. Br Wattèl meldt dat uit de concept-begroting blijkt dat het bestuur een incidentele verhoging voorstaat, doch de vraag is, wat S.EV najaarsvergadering 23 november

12 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 12 voor de kerken acceptabel is. Eén van de kerken die het bestuur schriftelijk heeft benaderd, heeft gemeld dat de voorgestelde premie-verhoging niet zal kunnen worden betaald. Br Strating vult aan dat een eenmalige extra bijdrage van EUR 18 per lid nodig is om de dekkingsgraad op 100% te brengen. Br Martens (Ede) stelt vast dat het tekort over 2002 ca. EUR 9 per lid bedraagt (tegenover een benodigde premie van EUR 28 staat een feitelijke premie van EUR 19); dat zou kunnen worden aangevuld waarna kan worden uitgegaan van een premie van EUR 23,50. Br Strating vindt dit een goede suggestie. Br Scholten (Rijswijk) oppert een vorm van premie-differentiatie, afhankelijk van de hoogte van het predikantssaiaris: een gemeente die zich een dure predikant kan veroorloven betaalt daarmee een hogere bijdrage. Br Wattèl vermoedt dat dit voorstel de vacante gemeenten kan aanspreken. Een broeder uit Dronten werpt tegen dat dan de verhouding tussen premie en hoogte van het traktement volledig scheeftrekt. Ook de keuze voor het al dan niet aantrekken van een tweede predikant komt zo in een ander daglicht te staan. Spreker concludeert dat we, nu de premie al 5 à 6 jaar gelijk is en de traktementen tegelijkertijd fors zijn gestegen, de afgelopen jaren boven onze stand hebben geleefd. Dat kan zo niet langer. Ook zijn gemeente krijgt de exploitatie dit jaar niet rond, maar is gezien het voorgaande van mening dat de premie omhoog moet. Spreker noemt een bedrag van EUR 22 à EUR 23, waarbij vervolgens na 2 à 3 jaar wordt bezien hoe de ontwikkelingen zijn. De genoemde stijging van de minimum- en maximumgrondslag met 4% vindt hij fors. De gepresenteerde verdeling van de pijn vindt spreker op zich redelijk maar hij pleit ervoor de huidige emeriti zoveel mogelijk te ontzien, omdat zij niets meer zelf kunnen aanvullen. Br Geerse (Bilthoven) ziet niet dat een gemaximaliseerde uitkering afdoet aan de solidariteit. Er is nu een uniforme afdracht per lid en daar hoort een uniforme uitkering bij; in die zin is maximalisering dus alleszins aanvaardbaar. De stichting heeft te zorgen voor een redelijke oudedagsvoorziening en wie behoefte heeft aan een luxer uitkering, moet dat zelf regelen. Hoewel br Wattèl met deze suggestie op zich geen moeite heeft, wijst hij erop dat de S.E.V. dan aan inkomenspolitiek zou doen. Ds Smit plaatst een kanttekening bij de eerder genoemde "eerlijkheid" van de middelloonregeling ten opzichte van de eindloonregeling; de mate van eerlijkheid van een pensioensysteem hangt naar zijn mening samen met de eerlijkheid en billijkheid van het beloningssysteem. Predikanten beginnen in de regel op een laag traktement; spreker vindt het billijk dat men daar dan in het eindloonregeling uiteindelijk niet overdreven veel last van heeft, zeker gezien het feit dat ook de eindsalarissen van predikanten maatschappelijk gezien niet bepaald hoog zijn. Een keuze voor de middelloonregeling (waarbij de per jaar opgebouwde rechten worden getotaliseerd) veronderstelt een onderliggend evenwichtig honoreringssysteem. Spreker is er lang niet van overtuigd dat daar sprake van is. Hoewel regelmatig is gesproken over de GMV-normen (wat daarvan ook zij) is hij door de spreiding van de traktementen nog niet echt overtuigd dat deze breed ingang hebben gevonden. Br Van Helden is het met dit laatste eens. Naar aanleiding van de vraag of de eenmalige beurskrach zo'n impact moet hebben op het beleid, licht br Van Rees toe dat het niet alleen een eenmalig effect is; bij onveranderd beleid en een rendement van 8% leidt de structurele ontwikkeling tot een verlaging van de dekkingsgraad. Br Wattèl benadrukt nog eens dat de discussie niet wordt ingegeven door de beurssituatie. Duidelijk is uiteraard wel, dat daardoor het probleem wordt vergroot. Als het rendement structureel hoger wordt, zijn de problemen minder groot. Mag je daarop wachten? Het bestuur vindt dat niet verantwoord. Voor het geval te zijner tijd mocht blijken dat die beslissing niet juist is geweest, hoopt spreker dat de regeling dan zo flexibel is, dat op die veranderde situatie kan worden ingespeeld. Br Van der Hart (Voorthuizen) constateert dat de flexibiliteit bepalend zou moeten zijn voor de keuze met betrekking tot de prioritering van de maatregelen: geen maatregelen nemen die in een veranderde situatie niet terug te draaien zijn. Sr Wattèl beaamt dat dat een zorg kan zijn indien de stap wordt genomen om voor een middelloonregeling te kiezen. In voorkomend geval moet dus worden gepoogd de zaak zo in te richten, dat er maximale flexibiliteit is. Br Van der Zee (Rotterdam) stelt vast dat het m.n. gaat om het inhalen van een achterstand: de bijdrage is jarenlang gelijk gebleven; ook als je kijkt naar het traktementsverloop in relatie tot het maximaal verzekerde bedrag is te zien dat er een achterstand is ontstaan die moet worden ingehaald. Br Wattèl legt de afgevaardigden ter afronding van de discussie een aantal vragen voor en vraagt hen bij handopsteken te reageren - niet om de afgevaardigden c.q. kerken later op hun mening af te rekenen, maar wel om het bestuur bagage mee te geven voor de verdere uitwerking: 1. Moeten de uitkeringsgerechtigden worden ontzien als we komen tot het treffen van maatregelen? Resultaat: de meerderheid van de afgevaardigden vindt van wel. 2. Bent u van oordeel dat er eerder een bevriezing van het maximum moet komen dan een procentueel meestijgen zoals nu het geval is (moeten wij meer dan nu gáan aftoppen)? Resultaat: de minderheid van de afgevaardigden stemt daar mee in. S.EV. najaarsvergadering 23 november

13 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz Er is nu een gematigde eindloonregeling. Vindt u het bespreekbaar om over te gaan naar een middelloonregeling (eveneens met aanpassingen)? Resultaat: de helft tot de meerderheid van de afgevaardigden vindt van wel. 4. Vindt u dat er binnen onze kerken een stringenter beleid moet worden gevoerd ten aanzien van de vaststelling (en opbouw) van de traktementen (m.a.w.: moet er voor wat betreft de traktementsvaststelling minder aan de vrijheid van de plaatselijke kerk worden overgelaten)? Resultaat: de meerderheid van de afgevaardigden vindt van wel. 5. Zijn de gemeenten bij machte structureel de S. E.v.-bijdrage te verhogen en te betalen? M.b.t. deze laatste vraag merkt br Martens (Ede) op dat de vraag niet relevant is of de kerk bereid is een hogere bijdrage te betalen; die ruimte is er. Het gaat om het verhaal dat er achter zit en hoe de CvS dat aan de gemeente brengt. Als kan worden uitgelegd dat er nu per lid eenmalig EUR 9 nodig is om een groot probleem bij de emeritaatsvoorziening op te lossen, dan zou het best kunnen zijn dat de gemeente bereid is om dat te betalen. Sr Watlèl tekent aan dat er een brief is ontvangen, van een kerkenraad die stelt niet van plan te zijn de voorgestelde verhoging te betalen. Het bestuur is al lang met deze materie bezig en beweegt zich steeds tussen twee punten: "dit zou eigenlijk nodig zijn, maar kunnen we bij de kerken aankloppen voor een structurele verhoging van de bijdrage". Het bestuur kan die vraag voor zichzelf beantwoorden, maar belangrijker is hoe de kerken er over denken. Het steekt vandaag niet op één of twee euro, maar de tendens in de meningen is van belang. Os Van Dijk stelt dat over datgene wat nu aan de orde is, al afspraken zijn gemaakt: volgens het AKS zijn de kerken verplicht zorg te dragen voor de predikanten en emeriti. Het kan zijn dat een verhoging zoals nu voorgesteld moeilijk op te brengen is, maar als het in de meerjarenvisie gaat om de keuze tussen de verbouwing van het kerkgebouwen de zorg voor de predikant, dan gaat de predikant voor. Sr Watlèl wijst naar de ontvangen brieven: de ene kerkenraad stelt bij voorbaat de verhoging niet te zullen betalen en de andere meent stellig dat de bijdragen juist nog meer moet worden verhoogd. Spreker vraagt de afgevaardigden daarom toch te reageren op de gestelde vraag. De grote meerderheid beantwoordt die vraag bevestigend. Sr Hoencamp (Leerdam) onderstreept het feit dat de kerken goed moeten zorgen voor de predikanten; vandaar dat de traktementen dusdanig moeten zjjn dat zij niet te kort komen. Er ontstaat echter een probleem om de exploitatie rond te krijgen als de bijdrage per lid omhoog moet bij een teruglopende kerkgang. Leerdam heeft zeker niet willen zeggen "wij betalen absoluut niet" en is best bereid om te verhogen, maar wil aangeven dat het steeds moeilijker wordt om die verhoging om te slaan over het aantal mensen dat wél in de kerk komt. Spreker refereert aan randkerkelijken: je moet voor ze betalen, terwijl je ze niet in de kerk ziet. S.E.v. najaarsvergadering 23 november

14 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 14 Br De Jong merkt op dat nu een oordeel gevraagd wordt aan 37 kerken, terwijl er 55 afwezig zijn. Dat is te weinig; eigenlijk zou minstens de helft plus één aanwezig moeten zijn. Br Wattèl werpt tegen dat niet wordt gestemd; het gaat om een peiling en het mag aan het bestuur worden toevertrouwd hier verantwoord mee om te gaan. Br De Haas (Amersfoort) wil de verhoging ondersteunen als daar een objectieve noodzaak voor is en die wat hem betreft door het bestuur aangetoond. Spreker vindt echter dat dit niet los kan worden gezien van wat hij noemt een stukje "geleide loonpolitiek". Als vrijheid/blijheid heerst bij de traktementsvaststelling en tegelijkertijd op het punt van de bijdrage solidariteit wordt gevraagd, dan gaat dat op den duur wringen. Die discussie moet niet op het S.EV-bordje worden gelegd - hier gaat immers de LV over - maar die twee moeten wel met elkaar in overeenstemming worden gebracht. Als je samen afspraken maakt over een structuur in de traktementsvaststelling is het gemakkelijker om dan ook samen voor de verhoging van de S. EV-bijdrage te gaan. Onder verwijzing naar 1 van de notitie (waar het ontbreken van systeem in de vaststelling van traktementen en verhogingen als "lastig" wordt aangemerkt) benadrukt br Wattèl dat het het bestuur zeer welkom zou zijn als de kerken kans zouden zien om op het forum dat daar voor is (de LV), met dit punt verder te komen. Dat hangt echter af van de vraag of één der kerken/regio's het onderwerp aandraagt. Er kunnen nog steeds stukken voor de komende LV worden ingediend en spreker roept de kerken op om - voor zover het in hun vermogen ligt - dit punt op de agenda te plaatsen. Spreker sluit de discussie over de mogelijke maatregelen hiermee af en meldt dat er nog één punt resteert en wel een vraag uit de vorige vergadering: "Is het niet voordeliger de S.EV onder te brengen bij een ander pensioenfonds". Uit het onderzoek is tot nu toe minder uitgekomen dan gewenst, aldus spreker. Br Van Dalen meldt in dat verband dat bij nader inzien is gebleken dat het door hem benaderde pensioenfonds het verzekeringsbedrijf niet mag uitoefenen. Spreker weet echter dat verzekerde regelingen duurder zijn, al was het maar omdat wordt uitgegaan van een rekenrente van 3%, in plaats van de 4% waar de S.EV mee rekent. Er is een offerte uitgebracht voor een aantal ondersteunende taken, zoals ondersteuning bestuur, communicatie deelnemers en emeriti, maar dat levert hogere kosten op dan nu. Ook het vermogensbeheer kan worden ondergebracht; die vraag laat spreker aan de beleggingscommissie over. Belangrijk punt is, dat het S.EV-bestuur altijd verantwoordelijk blijft. Bovendien dient bij overdracht aan een ander fonds de volledige benodigde reserve in huis te zijn en het ontbreken daarvan is nu net ons probleem. Dat betekent dat moet worden bijgestort. Naar aanleiding van een vraag of is nagedacht over een mogelijke fusie met andere fondsen (GKV, CGK) verwijst br Wattèl naar de bij punt 3 gestelde vraag. Spreker vult aan dat de CGK een gelijke premie en gelijke uitkering voor iedereen kent, ongeacht het traktement. Ook het GKV-systeem is anders. Wezenlijk verschil met beiden is echter dat, op basis van de ervaring in de 60-er jaren, onze predikanten rechten opbouwen. Br Wattèl sluit de bespreking van dit agendapunt af en dankt de aanwezigen voor hun actieve bijdrage in de discussie; daarnaast dankt hij in het bijzonder degenen aan de bestuurstafel die met name bij de voorbereiding van de bespreking betrokkenen waren. Voor wat het vervolg op deze bijeenkomst betreft, meldt spreker dat het bestuur zich zal beraden op alles wat vandaag naar voren is gebracht. Het is de bedoeling ook een bijeenkomst met de predikanten te beleggen en vervolgens met voorstellen te komen, hetzij op de voorjaarsvergadering hetzij op een eerdere (ingelaste) vergadering. Het is de bedoeling dat de wijzigingen per 1 januari 2004 ingaan. 6. Begroting 2003 en vaststelling bijdrage 2003 Br Strating verwijst voor een toelichting naar de aanbiedingsbrief bij de begroting. Hij merkt daarbij nog op dat een deel van de verslechtering van de financiële positie al in de begroting 2002 li...as voorzien. Die daling had te maken met de hoge gemiddelde traktementsstijgingen, een hoge begrote indexatie (gerelateerd aan de inflatie) van 4%, de kosten van de verruimde arbeidsongeschiktheidsregeling en een extra reservering in verband met de overgang naar zwaardere sterftetafels. Dit alles in combinatie met een achterblijvende bijdrage. De actuarieel benodigde premie bedroeg voor 2002 EUR 27, terwijl EUR 19 werd gevraagd. Uit de vergelijking van de raming met de begroting valt de tegenvallende beleggingsopbrengst op. Dat wordt gedeeltelijk goedgemaakt doordat de kosten van indexering lager uitvielen. Naar verwachting zal er per einde 2002 sprake zijn van een onderdekking van EUR , dus ca. EUR 18 per lid. Voor wat de begroting 2003 betreft: het verwachte rendement op beleggingen is naar beneden bijgesteld (van 5,5% naar 5% voor obligaties; voor vastgoed van 8% naar 7%; het verwachte rendement op aandelen is gelijk gebleven). S.E.V. najaarsvergadering 23 november

15 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 15 Bij handhaven van de huidige regeling zijn er twee instrumenten om invloed uit te oefenen op de financiële positie: (1) indexering van de uitkeringen en (2) de hoogte van de bijdragen. Voor wat betreft de inzet van deze instrumenten is in de aanbiedingsbrief een aantal uitgangspunten geformuleerd: een onderdekking acht het bestuur niet verantwoord: de dekkingsgraad dient zo spoedig mogelijk op het niveau van ten minste 100% te worden gebracht de indexering van de ingegane uitkeringen wordt conform de afspraken uit de overrente gefinancierd, tenzij een hogere indexering in de bijdragen van de kerken wordt verdisconteerd de bijdragen van de kerken zijn mimimaal gelijk aan de actuariële premie. Het verwachte rendement is 5,8%; rekening houdend met de 4% rekenrente die aan de Voorziening Pensioenverplichtingen moet worden toegevoegd, resteert een indexeringsruimte van 1,8%. Om de dekkingsgraad zo snel mogelijk richting 100% te brengen, wordt voor 2003 voorgesteld de indexering te beperken tot 1,5%, dus aanzienlijk lager dan het inflatiepercentage. Voor wat de bijdrage betreft: de actuarieel benodigde premie is voor 2003 berekend op EUR 24. Ook op dit punt is een bijdrage aan de verhoging van de dekkingsgraad gewenst, zodat de premie minimaal op ca. EUR 25 zou uitkomen. Binnen het bestuur is er uitgebreid over gesproken; het leek moeilijk om die verhoging ineens door te voeren. Daarom stelt het bestuur voor om dat in twee etappes te doen, die uitdrukkelijk wel moeten worden gezien als één pakket: tot EUR 22,75 in 2003 en vervolgens tot een nog te indexeren bijdrage van EUR 25 voor Rekening houdend met de genoemde uitgangspunten zou de dekkingsgraad stijgen van 96,3% tot 96,7%; rekening houdend met de premieverhoging over 2004 zou de dekkingsgraad op 97,2% komen. Naar aanleiding van een vraag van br Sauman (Wezep) meldt br Strating dat de S.EV de afgelopen 7 à 8 jaar in de gelukkige omstandigheid heeft verkeerd dat vrijwel volledige indexering kon plaatsvinden. Br Nugteren brengt in herinnering dat ook in de 80-er jaren is besloten de indexering vijf jaar lang 1% lager te stellen. Br Van Helden doet de suggestie om verschil te maken in de indexering van ingegane resp. niet-ingegane uitkeringen. De achterliggende gedachte is om de emeriti te ontzien. De kosten daarvan zouden te verrekenen zijn met de indexering van de actieve predikanten; die kunnen e.e.a. eventueel in een later stadium inhalen. Br Strating herinnert aan het feit dat het nu uitsluitend om de ingegane uitkeringen gaat. Voor wat betreft de actieve predikanten is het bestuur afhankelijk van de verhoging die door de kerken aan de predikanten worden toegezegd. De vergadering stemt in met de begroting 2003 en met het voorstel tot gefaseerde verhoging van de premie over 2003 (tot EUR 22,75) resp (tot EUR 25). 7. Rondvraag Naar aanleiding van een vraag van br Van der Zee (Rotterdam) meldt br Wattèl dat de notulen zo mogelijk spoedig zullen worden verzonden. Indien interne bespreking van de notulen binnen de kerken leidt tot nadere ideeën of suggesties, dan ziet het bestuur die gaarne tegemoet: het bestuur is voor een belangrijk deel afhankelijk van dat wat de kerken willen en het heeft geen enkele behoefte om voorstellen te doen die door de kerken niet worden gedragen. 8. Sluiting Br Wattèl laat ter afsluiting zingen Psalm 36, vers 3a. Nadat ds Smit de vergadering met dankgebed heeft besloten, sluit br Wattèl de vergadering, dankt de afgevaardigden voor hun aanwezigheid en participatie en wenst ieder een goede thuisreis. S.EV. najaarsvergadering 23 november

16 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 16 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V." Agendapunt 4 - voorjaarsvergadering 2003 BESTUURSSAMENSTELLING In de najaarsvergadering 2002 trad br J. Nugteren op reguliere wijze af als bestuurslid van de stichting "S.E.v.". In functionele zin was al eerder in zijn opvolging voorzien. In de voorjaarsvergadering 2002 deelde het bestuur mede dat voor de vervulling van de vacature in het bestuur werd gezocht naar een persoon die zou passen binnen het profiel "beleggingsdeskundige". Ten tijde van de najaarsvergadering 2002 waren de kerken er nog niet in geslaagd namen te noemen van personen die moesten worden geacht in dat profiel te passen. Om die reden is de vervulling van de vacature uitgesteld en is de kerken nogmaals gevraagd naar geschikte kandidaten om te zien. Inmiddels heeft het bestuur een tweetal voordrachten ontvangen De kerk van Haarlemmermeer-oostzijde heeft br W. van Veen uit Aalsmeer voorgedragen. Br Van Veen, in het dagelijks leven werk~m 11"S--rotfI FJI.~effiB.e.f..bij ABN-Amro en als senior beleggingsadviseur belast met de advisering aan particulieren en kleine pensioenfondsen, is lid van de NGK Haarlemmermeer-Oostzijde. De kerk van Arnhem heeft br H.J. van 't Wout voorgedragen. Br Van 't Wout, in het dagelijks leven werkzaam bij ABI'J-AIVIRO in de functie van directeur private banking (regio Gelderland) is lid van de samenwerkingsgemeente NGKlCGK Arnhem. Het be~tuur stelt u voor om tijdens de voorjaarsvergadering door verkiezing in de vacature te voorzien. Baarn, 29 april 2003

17 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 17 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. Notitie De S.E.V.-REGELING in de toekomst Aan - de bij de S.E.V. aangesloten kerken - de deelnemende predikanten (ter kennisneming) Inhoud 1. Inleiding 2. Uitgangspunten 2.1. De dekkingsgraad als graadmeter voor de financiële positie 2.2. De gewenste dekkingsgraad 3. Mogelijke instrumenten 3.1. Beleggingsbeleid 3.2. Indexeringsbeleid 3.3. Premiebeleid 3.4. Pensioenregeling 4. Het proces tot nu toe 4.1. Overleg met de afgevaardigden van de kerken: de najaarsvergadering van 23 november Overleg met de predikanten op 13 januari Uitwerking 5.1. Bijdragen 5.2. Indexering ingegane uitkeringen 5.3. Pensioenregeling 6. Toetsing van de uitkomsten aan de uitgangspunten 7. Voorstel en vervolg 8. Tenslotte Bijlage: uitgangspunten berekening en analyse gevoeligheden

18 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 18 Stichting Emeritaatsvoorziening De S.E.V.-regeling in de toekomst DE S.E.V.-REGELING IN DE TOEKOMST 1. Inleiding Zoals bekend, heeft het bestuur van de S.E.V. zich het afgelopen jaar intensief beraden op de toekomst van de S.E.V. De noodzaak daartoe werd ingegeven door het feit dat de financiële positie van het fonds de afgelopen jaren door een aantal oorzaken achteruit is gegaan. Bij die oorzaken moet aan de ene kant worden gedacht aan de hoge inflatie van de afgelopen jaren en de relatief hoge traktementsstijgingen en aan de andere kant aan de lage rente en de bijdragen van de kerken die in diezelfde jaren gelijk bleven - en dus niet werden aangepast aan bijvoorbeeld de inflatie of de traktementsstijgingen. Daarnaast zijn ook de economische situatie en de beursmalaise van de afgelopen jaren debet aan het probleem. Het zij nog maar eens benadrukt: reden tot paniek is er niet, want er is geen risico dat de uitkeringen aan de emeriti en hun nabestaanden de komende jaren niet betaald zouden kunnen worden. Wel is er reden tot bezinning op de toekomst. In dat kader heeft het bestuur, gebruik makend van een aantal prognoses, nagegaan hoe de financiële positie zich bij gelijkblijvend beleid gedurende de periode zou ontwikkelen. Dat onderzoek leidde tot de conclusie dat van een forse achteruitgang sprake zou zijn. Vervolgens is aan de hand van een aantal scenario s nagegaan hoe die neergaande trend zou kunnen worden omgebogen en hoe de financiële positie binnen afzienbare termijn zou kunnen worden verbeterd. Het resultaat van die gedachtevorming is tijdens de op 23 november 2002 gehouden najaarsvergadering besproken met de afgevaardigden van de aangesloten kerken. Vervolgens zijn de predikanten uitgenodigd voor toelichting en gedachtewisseling in een bijeenkomst op 13 januari In beide bijeenkomsten stond geen voorstel van het bestuur centraal en was er evenmin sprake van besluitvorming. Niet alleen omdat het bestuur, ondanks alle energie die erin was gestoken, op dat moment nog niet zo ver was, maar vooral vanuit een streven naar zorgvuldigheid. Want het gaat niet alleen over geld, maar ook over mensen: deelnemers, uitkeringsgerechtigden, kerkleden. De uitkomsten van beide bijeenkomsten hebben voor het bestuur mede de richting bepaald bij de verdere bezinning, die langzaam groeide tot een concreet voorstel om de gerezen problematiek ook voor de toekomst het hoofd te bieden. Dat voorstel, voorafgegaan door een korte omschrijving van de achtergronden ervan, treft u hierna aan. Enkele van de gehanteerde begrippen zijn mogelijk niet direct helder voor iedere lezer; waar nodig zijn de in de kantlijn van een verklaring voorzien. 2

19 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 19 Stichting Emeritaatsvoorziening De S.E.V.-regeling in de toekomst 2. Uitgangspunten 2.1. de dekkingsgraad als graadmeter voor de financiële positie De dekkingsgraad van een pensioenfonds is de graadmeter van de financiële positie van dat fonds. Dat geldt dus ook voor een emeritaatsfonds als de S.E.V. De dekkingsgraad kan worden gedefinieerd als de verhouding tussen de pensioenverplichtingen enerzijds en het daarvoor aanwezige vermogen anderzijds 1. Uit de hoogte van de dekkingsgraad blijkt in hoeverre het nu opgebouwde nominale pensioen door beleggingen gedekt is de gewenste dekkingsgraad Op het eerste gezicht lijkt een dekkingsgraad van 100 % precies voldoende om de uitkeringen in de toekomst te kunnen garanderen en daarmee de predikanten en hun nabestaanden zekerheid te bieden. Toch is dat niet het geval, omdat er dan geen buffer aanwezig is om tegenslagen op te vangen. Daarom zal altijd worden gestreefd naar een dekkingsgraad die hoger is dan 100%. Bij de vraag welke dekkingsgraad als verantwoord - en dus als wenselijk voor de S.E.V. moet worden beschouwd, heeft het bestuur rekening gehouden met de normen die de toezichthouder op de pensioenfondsen aanhoudt en met de visie van de externe actuaris. Het bestuur heeft daarom vastgesteld dat een dekkingsgraad van 110% tot 115% benodigd is, te bereiken in de periode tot eind Per 31 december 2002 kwam de dekkingsgraad uit op 99,9%. Dat cijfer is overigens geflatteerd door de rentedaling in de laatste maanden van Berekeningen wijzen uit dat bij ongewijzigd beleid (dus als we niets doen) de dekkingsgraad in de periode tot 2012 zal dalen tot 83,3%. De daling zal bovendien steeds sneller gaan. Genoeg reden tot bezinning dus. 3. Mogelijke instrumenten De neergaande ontwikkeling van de verhouding tussen pensioenverplichtingen en spaarpot kan in principe worden beïnvloed door de hieronder beschreven instrumenten. Aan de algemene beschrijving is per instrument ook relevante informatie betreffende de situatie/ontwikkelingen bij de S.E.V. toegevoegd beleggingsbeleid Allereerst wordt de financiële positie van een fonds beïnvloed door het rendement op de beleggingsportefeuille. De voornaamste reden om in 1998 naast obligaties ook aandelen aan te schaffen, was het te verwachten hogere rendement op langere termijn. Een hoger rendement is absoluut noodzakelijk om alleen al de indexering (inflatiecorrectie) van de ingegane uitkeringen te kunnen betalen. Op de korte termijn ( ) viel het rendement op aandelen flink tegen en dat ging ten koste van de financiële positie van het fonds. Maar: de in de vorige paragraaf aangehaalde berekeningen met betrekking tot de ontwikkeling van de dekkingsgraad voor de toekomst geven aan dat de dekkingsgraad in 2012 nog aanmerkelijk lager zou uitkomen indien alleen in obligaties zou worden belegd indexeringsbeleid In 1998 is met de kerken afgesproken dat de jaarlijkse indexering van de ingegane emeritaatsuitkeringen zou worden betaald uit wat wordt genoemd de overrente. In de afgelopen jaren was het rendement te laag om de indexering uit de overrente te bekostigen. Desondanks zijn de uitkeringen ieder jaar volledig verhoogd met het op dat moment geldende inflatiepercentage. Deze indexering ging ten koste van de reserves. 1 Stel: de waarde van de toegezegde pensioenverplichtingen is 100 en van de beleggingsportefeuille 110, dan is de dekkingsgraad 110%. 3

20 Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 20 Stichting Emeritaatsvoorziening De S.E.V.-regeling in de toekomst In de media komt het instrument van de indexering regelmatig ter sprake als het gaat om de financiële positie van pensioenfondsen, omdat indexering een relatief grote invloed heeft op de dekkingsgraad. Steeds meer fondsen overwegen om de inflatie niet geheel te compenseren premiebeleid In het algemeen kan worden gesteld dat de premies (=bijdragen) van een fonds op zijn minst de ontwikkeling van de lonen (=traktementen) zouden moeten volgen. Immers als de traktementen stijgen, stijgen de pensioenverplichtingen voor de toekomst mee 2. Achteraf blijkt dat de traktementen als totaal in de afgelopen jaren behoorlijk zijn gestegen. De bijdrage per lid is per 1 januari 1997 gesteld op 17,70 (ƒ 39,--) en tot en met het jaar 2001 niet verhoogd. Daardoor is scheefheid ontstaan. Inmiddels is de bijdrage per 1 januari 2002 verhoogd tot 19,-- per lid en per 1 januari 2003 tot 22,75. Voor 2004 is met de kerken een nog te indexeren bedrag van 25,-- per lid afgesproken pensioenregeling De S.E.V.-regeling is een eindloonregeling (hierna: ELR). Bij een dergelijke regeling is het laatstverdiende loon van belang voor de hoogte van het pensioen. De S.E.V.-regeling is een gematigde ELR in die zin dat als laatstverdiend loon wordt aangemerkt het traktement dat men op 55-jarige leeftijd verdient. Dat traktement is bepalend voor het pensioen. Bovendien kent de S.E.V.-regeling een minimum- resp. een maximumpensioengrondslag. Onder een ELR worden bij elke salarisstijging ook de in het verleden opgebouwde pensioenrechten opgehoogd tot het nieuwe salarisniveau (=backservice). Dit maakt dat het systeem duur is en de kosten voor het fonds minder beheersbaar zijn. Bij salarisverhogingen wordt immers voor de berekening van het pensioen uitgegaan van de fictie dat men dat hogere salaris al vanaf het begin van de loopbaan heeft verdiend. De eindloonregelingen zijn in ons land nog in de meerderheid; steeds vaker wordt evenwel gekozen voor een middelloonregeling (MLR). Bij een dergelijke regeling is niet het laatstverdiende maar het gemiddeld verdiende loon bepalend voor de hoogte van het pensioen. Anders gesteld: het uiteindelijke pensioen is gelijk aan de som van de jaarlijks opgebouwde pensioenbedragen. Bij een salarisverhoging worden de in voorgaande jaren opgebouwde pensioenrechten niet mee verhoogd. De in eerdere jaren opgebouwde rechten worden wel geïndexeerd. 3 Onder dezelfde condities is een ELR duurder dan een MLR. Afgezien van de kosten is een middelloonregeling flexibeler en beter beheersbaar, omdat elementen van de pensioengrondslag, anders dan bij een ELR, kunnen worden gewijzigd zonder dat dit gevolgen heeft voor het verleden. Wel zal een MLR in het algemeen een lager pensioen opleveren dan een ELR, met name als gevolg van traktementstijgingen door promotie of periodieken. Daarom is vooral voor een MLR een evenwichtige honorering door de jaren heen van groot belang; anders dan bij een ELR vindt immers bij een MLR geen reparatie plaats van (te) lage traktementen in de actieve periode. 4. Proces tot nu toe Allereerst is een basisscenario opgezet dat de ontwikkeling van de dekkingsgraad over de periode tot en met 2012 aangeeft bij ongewijzigd beleid. Daarnaast een aantal scenario s waarin achtereenvolgens een aantal mogelijke instrumenten ter verbetering van de financiële positie (zie punt 3) werden ingezet. Uiteraard zijn de scenario s noodgedwongen deels gebaseerd op veronderstellingen en aannames. 2 Zie punt vaak wordt tevoren afgesproken welk indexcijfer daarvoor zal worden gehanteerd. 4

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630 Pensioenfonds Productschappen Bezoekadres Laan van Zuid Hoorn 165 2289 DD Rijswijk Postadres Postbus 3042 2280 GA Rijswijk Telefoon 070 4138630 Fax 070 4138650 E-mail info@pbodnl Website wwwpbodnl KvK

Nadere informatie

datum onze referentie uw referentie doorkiesnummer 15-11-2010 0523 288420

datum onze referentie uw referentie doorkiesnummer 15-11-2010 0523 288420 Aan: alle actieve deelnemers alle gewezen deelnemers alle pensioengerechtigden datum onze referentie uw referentie doorkiesnummer 15-11-2010 0523 288420 Betreft: de risico s van het pensioenfonds voor

Nadere informatie

Gelden de kortingen op het pensioen per en voor beide regelingen?

Gelden de kortingen op het pensioen per en voor beide regelingen? Veelgestelde vragen DE KORTINGEN Gelden de kortingen op het pensioen per 1-9-2016 en 1-3-2017 voor beide regelingen? Ja, de kortingen gelden zowel voor de middelloon als de CDC regeling, ongeacht het afgesproken

Nadere informatie

3.4. Verplichtstelling en maximale hoogte van het pensioen

3.4. Verplichtstelling en maximale hoogte van het pensioen Bij een eindloonregeling bouwt u veel meer pensioen op als u gedurende uw werkzame leven behoorlijk carrière maakt (lees salarisstijgingen ontvangt). Want u ontvangt het pensioen over uw laatste en dus

Nadere informatie

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM Aanpassing pensioenregeling een must Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM 1 Aanpassing pensioenregeling een must Inhoud Marcel Brussee: Achtergrond wijzigingen

Nadere informatie

STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT

STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT Stukken voorjaarsvergadering 2003 blz 1 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT Utrecht, 21 oktober 2003 AAN de kerkenraden en de

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017

Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017 Notulen Kernvergadering St Sportfondsen Pensioenfonds 24 november 2017 Agenda 1. Opening 2. Verslag kernvergadering 2016 3. Financiële situatie per 31-12-2016 - Toeslagverlening per 1-1-2017 4. Ontwikkelingen

Nadere informatie

Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur. Beleggingsbeleid

Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur. Beleggingsbeleid Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur Beleggingsbeleid Het Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur (hierna het Genootschap) heeft een deel van haar vermogen ondergebracht

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden. Februari 2012. Ferry Pereboom Angelique Kansouh

Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden. Februari 2012. Ferry Pereboom Angelique Kansouh Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden Ferry Pereboom Angelique Kansouh Februari 2012 De AC Rijksvakbonden zijn een initiatief van NCF, Juvox, VPW en VCPS Inhoudsopgave 0. Voorwoord......... 3 1. Lage dekkingsgraad

Nadere informatie

Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen

Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Randstad heeft medio februari 2014 moeten besluiten tot het doorvoeren van een pijnlijke maatregel. Om de

Nadere informatie

30 september /LJ/AH. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie

30 september /LJ/AH. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie Postadres Postbus 9208, 3506 GE Utrecht Team Pensioenen T 0900 9690 (lokaal tarief) F 030 66 30 000 wwwfnvbondgenotennl Datum 30 september 2015 008/LJ/AH Onderwerp FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomst

Deelnemersbijeenkomst Deelnemersbijeenkomst Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland 18 november 2014 13 oktober 2010 Deelnemersbijeenkomst Agenda Opening 2013 Financiën: Dekkingsgraad en financiële situatie Henk Beleggingsbeleid

Nadere informatie

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen RBS pensioen update Van premie tot pensioen Hoe is uw pensioen opgebouwd? Waarom zitten veel pensioenfondsen nu in de problemen? Hoe ziet de toekomst van pensioen in Nederland eruit? In deze RBS Pensioen

Nadere informatie

Uw pensioen en Flexioen. Flexibel Individueel Pensioen

Uw pensioen en Flexioen. Flexibel Individueel Pensioen Uw pensioen en Flexioen Flexibel Individueel Pensioen Uw pensioen en Flexioen U bouwt een pensioeninkomen op via uw werkgever. Dit pensioeninkomen ontvangt u nadat u gepensioneerd bent, naast uw AOW-uitkering.

Nadere informatie

In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het fonds.

In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het fonds. Van het SPAN bestuur In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het fonds. Voor alle duidelijkheid: deze nieuwsbrief informeert u

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004 Ballast Nedam Pensioenfonds Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden Theo Bruijninckx 1 november 2004 Onderwerpen Agendapunt 1: Jaarverslag 2003 Overzicht 2003 Herstelplan 2002 Agendapunt

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Wat u moet weten over beleggen

Wat u moet weten over beleggen Rabo BedrijvenPensioen Wat u moet weten over beleggen Beleggen voor het Rabo BedrijvenPensioen Uw werkgever betaalt pensioenpremies voor het Rabo BedrijvenPensioen. In deze brochure leest u hoe we deze

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Beleggen voor het Rabo BedrijvenPensioen

Beleggen voor het Rabo BedrijvenPensioen Beleggen voor het Rabo BedrijvenPensioen Wat u moet weten over beleggen Uw werkgever betaalt pensioenpremies voor het Rabo BedrijvenPensioen. In deze brochure leest u hoe we die premies voor u beleggen.

Nadere informatie

De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is bijna elke maand anders. Dat komt vooral door de rentestand en onze beleggingsopbrengsten.

De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is bijna elke maand anders. Dat komt vooral door de rentestand en onze beleggingsopbrengsten. Nieuwsbrief Ballast Nedam Pensioenfonds September 2013 Tijd voor een nieuwsbrief van uw Pensioenfonds. Er gebeurt veel in de Nederlandse pensioenwereld; dat kan u bijna niet zijn ontgaan. In onze vorige

Nadere informatie

EEN DUIDELIJK VERHAAL OVER UW BELEGGINGSVERZEKERING

EEN DUIDELIJK VERHAAL OVER UW BELEGGINGSVERZEKERING EEN DUIDELIJK VERHAAL OVER UW BELEGGINGSVERZEKERING 1 wat kunt u verwachten? 2 beleggingsverzekering 3 De achmearegeling 4 wie komt in aanmerking? 5 hoe nu verder? INHOUDSOPGAVE 1. Wat kunt u van ons verwachten?

Nadere informatie

Verklaring van beleggingsbeginselen

Verklaring van beleggingsbeginselen Verklaring van beleggingsbeginselen Inleiding Stichting Pensioenfonds APF (APF) voert de pensioenregeling uit voor de (voormalige) werknemers van AkzoNobel. Om de pensioenen te kunnen uitkeren, ontvangt

Nadere informatie

Toeslag- verlening Uitgave mei 2015

Toeslag- verlening Uitgave mei 2015 Toeslagverlening Uitgave mei 2015 Disclaimer De in deze brochure verstrekte informatie van Stichting Pensioenfonds DSM Nederland, gevestigd te Heerlen (het pensioenfonds ) is van algemene aard, uitsluitend

Nadere informatie

AAN de kerkenraden en de commissies van beheer/penningmeesters van de Nederlands Gereformeerde Kerken.

AAN de kerkenraden en de commissies van beheer/penningmeesters van de Nederlands Gereformeerde Kerken. STICHTING EMERITAATSVOORZIENING (S.E.V.) mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT 030-27 11 915, b.g.g. 030 27 11 333 e-mail-adres: SEV@RMAIL.NL www.ngk-sev.nl AAN de kerkenraden en de

Nadere informatie

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis Corporate Pensioen 4 Juni 2009 Vragen 1. Hoe zeker is mijn toekomstige pensioenvoorziening bij Nationale-Nederlanden? 3. Hoe weet ik hoeveel pensioen

Nadere informatie

Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen

Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen 1. De kwartaalcijfers van de pensioenfondsen zijn negatief. Hoe komt dat? Het algemene beeld is dat het derde kwartaal, en dan in het bijzonder de maand

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomst

Deelnemersbijeenkomst Deelnemersbijeenkomst Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland 2 juli 2015 1 Agenda Opening 2014 Financiën: Dekkingsgraad en financiële situatie Henk nftk Henk Herstelplan Henk Beleggingsbeleid Bert

Nadere informatie

Direct Ingaand Pensioen

Direct Ingaand Pensioen Direct Ingaand Pensioen Ruime keuzemogelijkheden voor een pensioenuitkering die bij u past Gaat u binnenkort met pensioen? En hebt u pensioen opgebouwd via uw werkgever, waarbij op uw pensioendatum een

Nadere informatie

Uw pensioen in onzekere tijden

Uw pensioen in onzekere tijden Uw pensioen in onzekere tijden Stichting Pensioenfonds 1 Inleiding Dekkingsgraad per 31 december 2011 is 83,7%. Het pensioenfonds loopt (ver) achter op herstelplan. Voorlopig kortingsbesluit is noodzakelijk.

Nadere informatie

Toeslagverlening Uitgave mei 2015

Toeslagverlening Uitgave mei 2015 Toeslagverlening Uitgave mei 2015 Disclaimer De in deze brochure verstrekte informatie van Stichting Pensioenfonds Sabic, gevestigd te Sittard (het pensioenfonds ) is van algemene aard, uitsluitend indicatief

Nadere informatie

Portefeuilleprofielen

Portefeuilleprofielen Portefeuilleprofielen Rood BANDBREEDTE van de portefeuille Laatste update: 1 oktober 2015 ROOD Minimum Maximum Tactisch Aandelen 80,00% 100,00% 95,00% Obligaties 0,00% 15,00% 0,00% Onroerend Goed 0,00%

Nadere informatie

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: Financieel Crisisplan 1. Elementen crisisplan In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: vereist eigen vermogen (ultimo 2011

Nadere informatie

OWASE Pensioenforum 26 juni 2013. 3 juli 2013 OWASE. Welkom. bij

OWASE Pensioenforum 26 juni 2013. 3 juli 2013 OWASE. Welkom. bij Welkom OWASE Pensioenforum 26 juni 2013 OWASE 3 juli 2013 bij Pensioenfonds en solidariteit: één voor allen, allen voor één! www.owase.nl PFO20130626/20130703 2 Programma Pensioenforum De bedoeling van

Nadere informatie

Nieuwsbrief. Herstelplan. In dit nummer. oktober 2015. Waar ging het ook alweer over?

Nieuwsbrief. Herstelplan. In dit nummer. oktober 2015. Waar ging het ook alweer over? Nieuwsbrief oktober 2015 Herstelplan In de nieuwsbrieven van juli (over o.a. het nieuwe Financieel ToetsingsKader nftk ) en augustus 2015 (over beleggen) informeerden we u al eerder over de eisen die De

Nadere informatie

Uw mening over pensioen

Uw mening over pensioen Uw mening over pensioen Onderzoek naar de risicohouding van pensioenopbouwers en pensioenontvangers van Philips Pensioenfonds mei / juni 2013 Philips Pensioenfonds Inhoud Aanleiding onderzoek Opzet onderzoek

Nadere informatie

Wat KUNT U. Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering 5. informatie voor particulieren

Wat KUNT U. Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering 5. informatie voor particulieren 1 Wat KUNT U verwachten? 2 Beleggingsverzekering 3 De achmearegeling 4 Wie komt in aanmerking? Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering 5 Hoe nu verder? informatie voor particulieren INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

7. Bouw ik nu meer/minder op? Bij Coop Pensioenfonds bouwt u 1,64% op (2016). Bij BPFL gaat u 1,875% opbouwen (2016).*

7. Bouw ik nu meer/minder op? Bij Coop Pensioenfonds bouwt u 1,64% op (2016). Bij BPFL gaat u 1,875% opbouwen (2016).* Beste lezer, Dit overzicht met veelgestelde vragen hebben wij opgesteld naar aanleiding van de brief d.d. 10 november 2016 over de liquidatie van Coop Pensioenfonds. Heeft u een vraag die hier niet tussenstaat

Nadere informatie

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Voorzitter: R.J.P. Siebesma AGENDA: 1. Opening 2. Notulen deelnemersvergadering d.d. 20 september 2011 3. Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Delta Lloyd Levensverzekering NV

Delta Lloyd Levensverzekering NV U koopt op uw pensioendatum met uw opgebouwde pensioenkapitaal een pensioen. Dit kan een vast of een variabel pensioen zijn. Met deze informatie kunt u het vaste en variabele pensioen met elkaar vergelijken.

Nadere informatie

Uw pensioen en Flexioen. Flexibel Individueel Pensioen

Uw pensioen en Flexioen. Flexibel Individueel Pensioen Uw pensioen en Flexioen Flexibel Individueel Pensioen Uw pensioen en Flexioen U bouwt een pensioeninkomen op via uw werkgever. Dit pensioeninkomen ontvangt u nadat u gepensioneerd bent, naast uw AOW-uitkering.

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie

Verkort Jaarverslag 2013

Verkort Jaarverslag 2013 Verkort Jaarverslag Han Thoman: Ons bestuur is zich echt goed bewust van de risico s die het pensioenfonds loopt. Voorzitter Han Thoman Onze financiële positie is redelijk maar moet nog beter Een jaar

Nadere informatie

Generali Beleggingsmogelijkheden Pensioen

Generali Beleggingsmogelijkheden Pensioen 1. Algemene informatie over dit document Waarom krijgt u dit document U krijgt deze informatie omdat u via uw werkgever deelneemt aan een pensioenregeling bij Generali. In uw pensioenregeling staat hoe

Nadere informatie

Populair beleggingsplan

Populair beleggingsplan Populair beleggingsplan versie 22 november 2013 1 Inhoudsopgave Wat belegt het pensioenfonds? 4 Wat is het doel van beleggen? 4 Wat levert beleggen op? 4 Er gaan toch ook risico s gepaard met beleggen?

Nadere informatie

Achmea life cycle beleggingen

Achmea life cycle beleggingen Achmea life cycle beleggingen Scheiden. Uw pensioengeld in vertrouwde handen Wat betekent dat voor uw ouderdomspensioen? Interpolis. Glashelder Achmea life cycle beleggingen Als pensioenverzekeraar beleggen

Nadere informatie

Het Garantiepensioen met collectief beleggen en kasstroommatch

Het Garantiepensioen met collectief beleggen en kasstroommatch Het Garantiepensioen met collectief beleggen en kasstroommatch Het Garantiepensioen met collectief beleggen en kasstroommatch Pag. /8 Delta Lloyd garandeert de opgebouwde aanspraken en tarieven. Het Garantiepensioen

Nadere informatie

Ontwikkelingen in 2012

Ontwikkelingen in 2012 1 Jaarbericht 2012 Ontwikkelingen in 2012 2012 was, in alle opzichten, weer een bewogen jaar. We kregen onder meer te maken met hectische ontwikkelingen op de financiële markten, met veranderingen in de

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan Jaarbericht 2011 Ruim 1.600 mensen ontvangen op dit moment een pensioenuitkering via ons pensioenfonds. Nog eens ruim 2.300 (oud) DuPont-medewerkers zullen in de toekomst een pensioenuitkering ontvangen.

Nadere informatie

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl Update! bpfhibin.nl stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de handel in bouwmaterialen December 2014 Kunt u uw werknemers uitleggen wat er per 1 januari 2015 is veranderd aan hun pensioen? WIJZIGINGEN

Nadere informatie

Jaarbericht Terugblikken en vooruitkijken. delta lloyd pensioenfonds

Jaarbericht Terugblikken en vooruitkijken. delta lloyd pensioenfonds delta lloyd pensioenfonds Jaarbericht 2010 Terugblikken en vooruitkijken In dit Jaarbericht leest u wat er in 2010 bij het pensioenfonds gebeurde. We gaan wat dieper in op onze beleggingen en andere financiële

Nadere informatie

AANVULLENDE PENSIOENREGELING

AANVULLENDE PENSIOENREGELING AANVULLENDE PENSIOENREGELING Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Agrarische en Voedselvoorzieningshandel Uw pensioen is onze zorg. Inleiding Voor u ligt de brochure over de aanvullende pensioenregelingen

Nadere informatie

Vragenlijst. - in te vullen door financieel adviseur -

Vragenlijst. - in te vullen door financieel adviseur - Vragenlijst - in te vullen door financieel adviseur - Vaststelling risicoprofiel Voor de bepaling van het risicoprofiel dient uw cliënt de volgende acht vragen naar waarheid te beantwoorden. 1. Met welke

Nadere informatie

POPULAIR JAARVERSLAG 2013

POPULAIR JAARVERSLAG 2013 POPULAIR JAARVERSLAG 2013 2 Het herstel van onze financiële positie blijft absolute topprioriteit. Twee gezichten Het jaar 2013, maar ook 2014 dat nog grotendeels voor ons ligt, kent twee gezichten. Enerzijds

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

blad Ontmoet Paul op www.onsbpfschilders.nl wat vinden blijft gelijk 5 Meer inzicht in je pensioen: met UPO & de Pensioenplanner 2 Premie in 2015:

blad Ontmoet Paul op www.onsbpfschilders.nl wat vinden blijft gelijk 5 Meer inzicht in je pensioen: met UPO & de Pensioenplanner 2 Premie in 2015: Pensioen blad voor ondernemers april 2015 Meer inzicht in je pensioen: met UPO & de Pensioenplanner 2 wat vinden we van ons pensioenfonds 4 Premie in 2015: pensioenpremie blijft gelijk 5 Welk pensioenloon

Nadere informatie

1. Wat is uw voornaamste beleggingsdoel? Punten

1. Wat is uw voornaamste beleggingsdoel? Punten NnL Wat is uw beleggersprofiel? Wat voor belegger bent u? Accepteert u risico's? Of speelt u liever op zeker? Door de onderstaande vragen te beantwoorden, brengt u uw risicoprofiel en uw beleggingshorizon

Nadere informatie

Ballast Nedam Pensioenfonds. Deelnemersvergadering. Theo Bruijninckx 22 september 2004

Ballast Nedam Pensioenfonds. Deelnemersvergadering. Theo Bruijninckx 22 september 2004 Ballast Nedam Pensioenfonds Deelnemersvergadering Theo Bruijninckx 22 september 2004 Onderwerpen Agendapunt 4: Jaarverslag 2003 Overzicht 2003 Herstelplan 2002 Agendapunt 6: Wijziging bijsparen Agendapunt

Nadere informatie

Dinsdag 21 november 2006 om 20.00 uur in de Jeruzalemkerk, Troosterlaan 65 te Utrecht

Dinsdag 21 november 2006 om 20.00 uur in de Jeruzalemkerk, Troosterlaan 65 te Utrecht Stukken najaarsvergadering 21-11-2006 blz 1 STICHTING EMERITAATSVOORZIENING S.E.V. administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT e-mail-adres: sev@rmail.nl www.ngk-sev.nl Utrecht,

Nadere informatie

EEN GOED PENSIOEN BEGINT BIJ EEN GOEDE PENSIOENREGELING

EEN GOED PENSIOEN BEGINT BIJ EEN GOEDE PENSIOENREGELING PRISMA PENSIOEN INFORMATIE VOOR DE WERKNEMER EEN GOED PENSIOEN BEGINT BIJ EEN GOEDE PENSIOENREGELING Misschien staat het nog ver van u af: uw pensioen. Toch is het belangrijk om daar nu al bij stil te

Nadere informatie

Persoonlijk Pensioen Plan

Persoonlijk Pensioen Plan Persoonlijk Pensioen Plan Verstandig beleggen voor een goed pensioen Zorgvuldig uw pensioen opbouwen Natuurlijk denkt u wel eens aan uw financiële situatie na uw pensionering. Misschien wilt u minder werken,

Nadere informatie

AMF een goed geregeld pensioen. Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005

AMF een goed geregeld pensioen. Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005 AMF een goed geregeld pensioen Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005 Het bestuur van het Algemeen Mijnwerkersfonds (AMF) wil haar rechthebbenden van goede en belangrijke informatie voorzien. Leest u

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2018 bedroeg 119,0%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2018 bedroeg -0,6%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

Een nieuw pensioencontract: wat verandert er voor u en voor uw werknemers?

Een nieuw pensioencontract: wat verandert er voor u en voor uw werknemers? Een nieuw pensioencontract: wat verandert er voor u en voor uw werknemers? Nieuwe contractperiode U ontvangt voor de nieuwe contractperiode van de pensioenregeling voor uw werknemers een voorstel voor

Nadere informatie

Beschikbare premieregeling De premie

Beschikbare premieregeling De premie Uw werknemers bouwen op bij bpfbouw in de Pensioenregeling Bouwnijverheid. De regeling kent een maximum salaris. Dit maximum wordt jaarlijks vastgesteld en bedraagt op 1 januari 2013 55.348,13 (inclusief

Nadere informatie

Het jaarverslag 2014 samengevat

Het jaarverslag 2014 samengevat Het jaarverslag 2014 samengevat Uw pensioenfonds blikt terug én vooruit Deelnemers 1.711 In 2014 verdiende het fonds 55,1 miljoen dankzij beleggen. Dat bedrag staat voor een rendement van 20,1%. Het fonds

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering

Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering Een duidelijk verhaal over uw beleggingsverzekering 1 Wat u kunt verwachten 2 Beleggingsverzekering 3 De Achmearegeling 4 Komt u in aanmerking? 5 Hoe nu verder? Voorwoord De laatste tijd is er veel kritiek

Nadere informatie

1. Vragen over het ouderdomspensioen

1. Vragen over het ouderdomspensioen Aegon Uitkerend Beleggingspensioen Veelgestelde vragen 1. Vragen over het ouderdomspensioen Wat heeft invloed op de hoogte van mijn pensioen? De volgende factoren hebben invloed op de hoogte van uw pensioen:

Nadere informatie

De Dynamische Strategie Portefeuille DSP

De Dynamische Strategie Portefeuille DSP De Dynamische Strategie Portefeuille DSP Onderdeel van het beleggingsbeleid van Pensioenfonds UWV 1 Inhoudsopgave Waarom beleggen? 4 Beleggen is niet zonder risico s 4 Strategische beleggingsportefeuille

Nadere informatie

BELEGGINGSSTATUUT. Stichting Fonds Oncologie Holland. April 2015. Beleggingsstatuut SFOH 30 april 2015, pag. 1

BELEGGINGSSTATUUT. Stichting Fonds Oncologie Holland. April 2015. Beleggingsstatuut SFOH 30 april 2015, pag. 1 BELEGGINGSSTATUUT Stichting Fonds Oncologie Holland April 2015 30 april 2015, pag. 1 Inhoudsopgave I Beleid.... 3 Algemeen 4 Hefbomen 4 Restricties....4 II Middelenverdeling......5 Strategische asset allocatie

Nadere informatie

De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij

De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij 3 De beschikbare premieregeling In Nederland bestaan grofweg twee categorieën pensioenregelingen: beschikbare premieregelingen enerzijds en middelloon-

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

stichting jan huysman wz.fonds

stichting jan huysman wz.fonds Koog aan de Zaan, mei 2015 Beste deelnemer van Stichting Jan Huysman Wz. Fonds, In deze brief willen wij uw aandacht voor de volgende drie items: 1 Nieuw mailadres en nieuwe naam voor de uitvoerder van

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Pensioenfonds Cargill 2017 in beeld Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2017 van Pensioenfonds Cargill? U leest het in dit verkort jaarverslag. Financiële

Nadere informatie

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds?

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds? Veelgestelde vragen en antwoorden Ontbinding Stichting Pensioenfonds Bavaria (in liquidatie) Wat gaat er op 1 april 2017 gebeuren? Dan gaan de opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve en gewezen deelnemers

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Delta Lloyd Levensverzekering NV

Delta Lloyd Levensverzekering NV U koopt op uw pensioendatum met uw opgebouwde pensioenkapitaal een pensioen. Dit kan een vast of een variabel pensioen zijn. Met deze informatie kunt u het vaste en variabele pensioen met elkaar vergelijken.

Nadere informatie

Nieuwsbrief februari 2016

Nieuwsbrief februari 2016 Nieuwsbrief februari 2016 In deze nieuwsbrief vindt u de volgende onderwerpen: - De beleggingsresultaten over 2015 - Vragen en antwoorden over de beleggingsresultaten en uw pensioenregeling bij Aegon PPI

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

een goed pensioen begint bij een goede pensioenregeling

een goed pensioen begint bij een goede pensioenregeling prisma pensioen Informatie voor de werknemer een goed pensioen begint bij een goede pensioenregeling Misschien staat het nog ver van u af: uw pensioen. Toch is het belangrijk om daar nu al bij stil te

Nadere informatie

Deutsche Bank Nederland Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Deutsche Bank Nederland Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland In deze nieuwsbrief Voorwoord Wat betekenen de nieuwe pensioenmaatregelen voor u? De informatie in dit document is eigendom van en mag noch in haar geheel noch gedeeltelijk van. Page 2 of 5 Voorwoord In

Nadere informatie

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG Herstelplan Stichting Personeelspensioenfonds APG PPF APG Herstelplan versie: juni 2015 Herstelplan PPF APG 2015 juni 2015 1. Inleiding In dit herstelplan 2015 voor PPF APG leest u eerst welke uitgangspunten

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN 1 GEVOLGEN DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELINGEN 2 REKENRENTE,

Nadere informatie

1. Waarom moet het pensioenfonds ANWB extra maatregelen nemen?

1. Waarom moet het pensioenfonds ANWB extra maatregelen nemen? 1. Waarom moet het pensioenfonds ANWB extra maatregelen nemen? Het pensioenfonds staat er financieel niet goed voor. De twee belangrijkste oorzaken: 1. Nederlanders worden steeds ouder. Met name de laatste

Nadere informatie

Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar.

Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar. STICHTING PENSIOENFONDS GROOTHANDEL VEGRO Verslag deelnemersvergadering 2013, gehouden op dinsdag 10 december 2013 om 19.00 uur in het Golden Tulip Alkmaar, Arcadialaan 6 te Alkmaar. 1. Opening en mededelingen

Nadere informatie

WOORD VOORAF. Beste deelnemers,

WOORD VOORAF. Beste deelnemers, WOORD VOORAF Beste deelnemers, Voor u ligt de pensioenkrant 2015 van Stichting Pensioenfonds B&S ( het Pensioenfonds ). Hiermee willen wij u informeren over de gebeurtenissen en ontwikkelingen van de afgelopen

Nadere informatie

Persoonlijk Pensioen Plan Collectief

Persoonlijk Pensioen Plan Collectief Pag. 1/5 P 01.7.54-1112 Brochure voor u als werkgever U wilt het pensioen voor uw werknemers graag goed regelen. Pensioen is voor hen een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Maar u wilt er zo min mogelijk omkijken

Nadere informatie

Inleiding. Keuzemogelijkheden

Inleiding. Keuzemogelijkheden In dienst Bij indiensttreding bij UWV ga je ook automatisch pensioen opbouwen bij Pensioenfonds UWV. Waar moet je op letten? Welke keuzes kun je maken? N.B. Op dit moment ligt de officiële pensioenleeftijd

Nadere informatie

Via deze brief krijgt u verdere (achtergrond)informatie over de huidige situatie en wat dit voor uw pensioen betekent.

Via deze brief krijgt u verdere (achtergrond)informatie over de huidige situatie en wat dit voor uw pensioen betekent. Naam Adres Postcode + woonplaats Land ONDERWERP: SITUATIE PENSIOENFONDS ROCKWOOL EN MOGELIJKE VERLAGING VAN UW PENSIOEN BIJLAGEN: EVALUATIEMOMENTEN IN HERSTELPLAN, ONTWIKKELING DEKKINGSGRAAD, DEKKINGSGRAAD

Nadere informatie

Risicoverdeling en ambitieniveau in bestaande pensioencontracten

Risicoverdeling en ambitieniveau in bestaande pensioencontracten Risicoverdeling en ambitieniveau in bestaande pensioencontracten artikel Inleiding Reeds geruime tijd wordt een maatschappelijke discussie gevoerd over de toekomst van het Nederlandse pensioenstelsel.

Nadere informatie

Risicoprofiel bepalen

Risicoprofiel bepalen Handleiding voor de adviseur: Met dit formulier heeft u een hulpmiddel om het risicoprofiel van uw cliënt te bepalen. De acht vragen leiden tot een standaard risicoprofiel. De risicobereidheid van uw cliënt

Nadere informatie