Jaarverslag 2015 JAARVERSLAG 2015

Transcriptie

1 Jaarverslag 2015 JAARVERSLAG 2015

2 2

3 Inhoud Pagina 1. Inleiding 4 2. Algemeen 5 3. Organisatie 6 4. Realisatie netwerkdoelen Regionale en landelijke contacten Financiering 16 Bijlagen 1. Jaarplan Cijfers zorggebruik Palliatieve Zorg NPZZG regio Financiële verantwoording NPZZG activiteiten Netwerk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland (NPZZG) Adres p/a Radboudumc, afd. Anesthesiologie, Expertisecentrum Pijn en Palliatieve geneeskunde Geert Grooteplein-Zuid 10 (route 717) 6525 GA Nijmegen Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen (717) Website Netwerkcoördinator dhr. René Nogarede Telefoon (024) Rene.Nogarede@radboudumc.nl Dit verslag is ten behoeve van de subsidiegever en de leden van het Netwerk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland samengesteld. Het is door derden niet toegestaan de in dit jaarverslag opgenomen gegevens te gebruiken zonder toestemming van het bestuur van het netwerk. 3

4 1. Inleiding De voorpagina is een visualisering van de netwerkvisie waar de netwerkpartners voor willen staan: kwalitatief hoogwaardige, professionele, maar vooral ook warme zorg, die aansluit bij de behoeften van cliënten en hun naasten. Dit is ook waar het netwerk NPZZG voor staat. Door diverse, deels nog niet uitgekristalliseerde, landelijke ontwikkelingen en de regionale effecten daarvan, was 2105 een intensief en boeiend jaar. Landelijke ontwikkelingen met betrekking tot de uitvoering van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg, het vormgeven van de samenwerking in consortiumverband en de gevolgen voor de directe zorgverlening prijkten daarom prominent op de agenda van de verschillende overleggen. Op bestuurlijk niveau hebben er zich in 2015 enkele wijzigingen voorgedaan. Eén organisatie/netwerkpartner is actief toegetreden tot het bestuur en er zijn diverse bestuurlijke vertegenwoordigers gewisseld. Ook is de voorzittershamer tweemaal overgegaan in andere handen. Daar waar 2013 en 2014 inhoudelijk in het teken stonden van het schrijven van de netwerkvisie en het uitbouwen en inrichten van het netwerk nieuwe stijl, is 2015 het jaar geweest van het meer bestendigen van de uitvoering. Naar aanleiding van een evaluatie van de werkwijze van de Programmaraad, het hart van het netwerk, zijn enkele aanpassingen doorgevoerd. Bovendien zijn ook een tweetal inhoudelijke adviezen door de programmaraad uitgewerkt en aan het bestuur ter besluitvorming voorgelegd. Het consequent vanuit de vijf kernwaarden denken en deze waarden ook verwoorden naar de eigen achterban bleek een moeilijke opgave. Bijvoorbeeld omdat de organisatie grenzen nog leidend zijn voor de wijze waarop we de zorg- en dienstverlening organiseren. Om de communicatie en samenwerking te verbeteren zijn afspraken gemaakt en is een communicatieplan geschreven. Inhoudelijk stonden onderwerpen als consultatie, cliënt volgsysteem en cliënten feedbacksysteem centraal. Onderwerpen waarbij de hoop vooral gevestigd was op eenduidige (gekoppelde) digitale systemen. Helaas is de werkelijkheid hardvochtig en de ideeën, die de leden van de programmaraad, in het bijzonder vertegenwoordigers van cliënt en naasten, voor ogen hadden, bleken beperkt haalbaar. De gehoopte oplossing van een digitaal, palliatief zorgdossier, bleek nog een te grote stap. Daarom zijn de knelpunten opnieuw besproken, smart omschreven, geprioriteerd en voor verdere uitvoering in 2016 uitgewerkt. Mw. Toke Piket, voorzitter bestuur NPZZG Dhr. Carel Veldhoven, voorzitter programmaraad NPZZG Dhr. René Nogarede, netwerkcoördinator NPZZG 4

5 2. Algemeen Het in 2013 opgerichte Netwerk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland(NPZZG) is een regionaal samenwerkingsverband van vrijwilligers en professionals. Allen zijn werkzaam in diverse bij het netwerk aangesloten zorg- en onderwijsorganisaties. Een belangrijke rol binnen dit samenwerkingsverband is weggelegd voor de vertegenwoordigers vanuit cliënten en mantelzorgers. De netwerkregio omvat de gemeenten Beuningen, Druten, Berg en Dal, Heumen, Mook Middelaar, Nijmegen, West Maas en Waal en Wijchen en telt ongeveer inwoners. Veertien organisaties zijn bestuurlijk vertegenwoordigd in het netwerk. Het hart van het netwerk, de Programmaraad, wordt gevormd door 17 doelgroepvertegenwoordigers waaronder een cliënten- en een mantelzorgvertegenwoordiger. In het jaarplan van het netwerk worden de inhoudelijke doelen voor het betreffende jaar vastgelegd en in het jaarverslag worden de realisatie en de voortgang van de gestelde doelen, weergegeven. Ondersteuning vanuit het ministerie van VWS. Om de netwerkopdracht te realiseren kunnen de netwerken gebruik maken van de Regeling Palliatieve Terminale Zorg door instellingssubsidie aan te vragen voor netwerkcoördinatie voor het daarop volgende jaar. Het in september 2014 door het bestuur vastgestelde jaarplan is de basis geweest voor de toekenning van subsidie aan het netwerk door VWS. Met dit jaarverslag wil het netwerkbestuur verantwoording afleggen over de gerealiseerde doelen in 2015 aan de netwerkpartners, de leden van de programmaraad en de subsidieverstrekker. 1 Bijlage 1: Jaarplan

6 3. Organisatie Bestuur De bestuurlijke verantwoordelijkheid ligt bij de bestuurders van de bij het netwerk aangesloten organisaties. Alle organisaties, die het NPZZG handvest in 2013 hebben getekend, worden in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan het bestuur. Het dagelijks Bestuur (DB) neemt verantwoordelijkheid over lopende zaken betreffende de opdracht, de afstemming en uitvoering van projecten en de vertegenwoordiging van het netwerk binnen regionale (Consortium Palliatieve Zorg Zuid/Oost) en landelijke overleggen (Fibula). De deelnemende organisaties met bestuurlijke afvaardiging: , Uw welzijns en zorgnetwerk 2. Canisius Wilhelmina Ziekenhuis 3. BTH Maas & Waal 4. Coöperatie voor Integrale Huisartsenzorg Nijmegen 5. Expertisecentrum Pijn en Palliatieve Geneeskunde, Radboudumc 6. HAN/VDO 7. Huisartsenkring Nijmegen e.o 8. Stichting De Waalboog 9. Stichting Kalorama 10. TVN Zorgt 11. Stichting LuciVer 12. Vereniging VPTZ Zuid Gelderland 13. Zorggroep Maas & Waal 14. ZZG zorggroep Het Dagelijks Bestuur bestaat uit 3 bestuurders. Tijdens de vergadering van 10 februari 2015 heeft mevrouw Drs. Emmy Janssen-Sengers, voormalig bestuurder van de Stichting De Waalboog, na 5 jaar afscheid genomen als voorzitter van het netwerk. Mevrouw Mr. Marianne straks, bestuurder Stichting Kalorama heeft de functie overgenomen en tijdens het overleg van 15 september het voorzitterschap overgedragen aan mevrouw Drs. Toke Piket, bestuurder Stichting De Waalboog. De overige leden zijn Prof. Dr. Kris Vissers, Hoogleraar Pijn en Palliatieve Geneeskunde Radboudumc en Dick Herfst, voorzitter Raad van Bestuur ZZGzorggroep. De heer René Nogarede is ambtelijk secretaris. In 2015 heeft het Algemeen Bestuur vier maal vergaderd. Voor organisatorische en inhoudelijke zaken onderhield de coördinator contact met de leden van het dagelijks bestuur. 6

7 Programmaraad Om te sturen op de doelen en inspanningen willen we een programmaraad inrichten. Deze raad bestaat uit betrokken en gerespecteerde professionals. Zij stellen een programma op met (inhoudelijke) SMART doelen en formuleren de inspanningen/taken (wie doet wat). De programmaraad is door middel van vertegenwoordiging rechtstreeks verbonden aan het bestuur van het Netwerk. Zij vormen het inhoudelijke hart voor de helpdesk, coördinator en het bestuur. Uit Visiedocument: NPZZG; Een continuüm van vertrouwen, 2013 De programmaraad is het hart van het netwerk. In de programmaraad worden daarom inhoudelijke onderwerpen, ervaren knelpunten en informatie uitgewisseld en initiatieven tot verbetering van de zorg voor en het welzijn van de patiënt/naasten voorgesteld en of gerealiseerd. Vanuit de programmaraad is de agenda en tevens het jaarplan voor 2015 voorbereid en zijn, voor zover dat in haar vermogen ligt, ontwikkelingen regionaal in gang gezet. Er is geconstateerd dat de inbreng vanuit de doelgroep cliënten en naasten kwetsbaar is. Ondanks enkele gesprekken met beoogde kandidaten is het niet goed gelukt de directe en bredere input van deze doelgroep te bewerkstelligen. Dit blijft een aandachtspunt. De programmaraad kwam zes maal voor overleg bijeen. Een van de bijeenkomsten ging over het thema De impact van ontwikkelingen in de ICT, in het bijzonder het gebruik van social media, op het uitdragen van onze boodschap. Diverse leden van de programmaraad participeerden in werkgroepen of waren beschikbaar voor het inwinnen van informatie aangaande lopende onderwerpen. In de werkgroepen worden taken/opdrachten uitgewerkt, die passen binnen het jaarplan. De deelnemers aan een werkgroep zijn inhoudelijk betrokken doelgroepvertegenwoordigers, waarnodig door derden aangevuld. In de programmaraad zijn de volgende doelgroepen vertegenwoordigd: 1. Cliënten 2. Mantelzorgers 3. VPTZ Zuid Gelderland 4. Psychosociale zorgverleners 5. Geestelijk Verzorgers 6. Huisartsen 7. Wijkverpleegkundigen/ verzorgenden eerste lijn 8. Apothekers 9. Specialisten Ouderengeneeskundigen 10. Verpleegkundigen/verzorgenden in woonzorginstellingen 11. Medisch specialisten 3e lijn/radboudumc 12. Medische specialisten 2e lijn/cwz 13. Verpleegkundig specialisten palliatieve zorg 3e lijn 14. Verpleegkundig specialisten palliatieve zorg 2e lijn 15. Verpleegkundigen algemeen, 2e lijn 16. Medewerkers zorg voor verstandelijk gehandicapten 17. Opleidingsinstituten De netwerkcoördinator is ambtelijk secretaris. 7

8 Coördinatie van het netwerk De komende jaren willen we werken aan een versterking van de palliatieve zorg, onder andere via het Nationaal Programma Palliatieve Zorg. De netwerken palliatieve zorg vervullen een belangrijke rol in dit programma en daarom is verdere professionalisering en harmonisering gewenst. Graag wil ik u in dat kader wijzen op de Handreiking minimale eisen netwerk palliatieve zorg (Fibula, juli 2014), waarin wordt aangegeven over welke instrumenten het netwerk zou moeten beschikken om goed invulling te kunnen geven aan de vier kernfuncties (coördineren, informeren, signaleren en faciliteren). Uit brief VWS: Subsidieverlening Netwerk Terminale en Palliatieve Zorg 2015, De genoemde vier kernfuncties zijn door de netwerkcoördinator uitgevoerd. Wijze van invulling aan de genoemde kernfuncties: a) Coördineren Structurele ondersteuning aan het bestuur, de programmaraad, als ook aan de werkgroepen. Zorg dragen voor een onderlinge uitwisseling en afstemming tussen de genoemde doelgroepen en tussen de professionals van meerdere disciplines werkzaam bij het netwerk aangesloten organisaties. Om richting en invulling te geven aan deze functie in 2015 is gebruik gemaakt van de Ontwikkelagenda , het Visiedocument NPZZG; een continuüm van vertrouwen(2013), het Jaarplan 2015 en het Nationaal Programma Palliatieve zorg en de daaruit voortkomende ontwikkelingen zoals de consortiumvorming. b) Informeren Informatie uitwisseling is een vast agendapunt op de agenda s van de diverse overlegstructuren. Daarnaast zijn de Website en de NPZZG nieuwsbrief belangrijke instrumenten voor het verstrekken van relevante informatie. De gedurende het jaar door o.a. IKNL, AGORA, Consortium Zuid Oost (PalZo) en VWS/ZonMw beschikbaar gestelde informatie werden volgens afspraak verspreid binnen het netwerk. Om de communicatie met de diverse doelgroepen structureel te verbeteren is in 2015 een communicatieplan geschreven. Hierin zijn doelgroepen geformuleerd en de wijze waarop en met hen te gaan communiceren en daarmee ook te informeren. c) Signaleren Door in contact te blijven met de diverse doelgroepen kunnen lokale verbeterpunten m.b.t. van kwaliteit en kwantiteit van de geleverde zorg worden gesignaleerd en gedeeld met de betreffende netwerkpartners. De wens om knelpunten structureel te monitoren draagt bij aan het onderbouwen en bespreken van verbeterpunten. d) Faciliteren Vanuit het netwerk wordt op diverse manieren bijgedragen aan het bevorderen van de gewenste kwaliteit van palliatieve zorg in de regio. Organisaties zijn gevraagd om zowel best practices te melden als ook knelpunten. Voor verbetering van de kwaliteit van de palliatieve zorg worden samenwerking en afstemming tussen netwerkpartners zoveel als mogelijk gefaciliteerd.

9 Het uiteindelijke resultaat van de verwezenlijking van kernfuncties is afhankelijk van vele factoren. Mede door de aanwezigheid van de netwerkcoördinator is structurele ondersteuning geboden aan het bestuur, de programmaraad en werkgroepen om de netwerkdoelen te realiseren. De inbedding van de coördinatorfunctie is als volgt: Voor de uitvoering van de functie is 24 uur beschikbaar gesteld. De coördinator is in dienst van de ZZGzorggroep (penvoerder netwerk). De coördinator is gedetacheerd naar de afdeling Anesthesiologie van het Radboudumc, Expertisecentrum Pijn en Palliatieve Geneeskunde. Het Dagelijks Bestuur van het netwerk, onder leiding van de voorzitter, zorgt voor de functionele aansturing van de coördinator. De Programmaraad geeft richting aan de inhoudelijke taakinvulling. 9

10 4. Realisatie netwerkdoelen 2015 De patiënt en diens naasten zijn het centrum van ons handelen. Wij werken vanuit het adagium regeren is vooruit zien. Wij werken continu aan uitstekende onderlinge verbindingen. Wij organiseren regionaal voor het behoud van de menselijke maat en slagkracht. Wij organiseren deskundigheid houden de balans tussen state of art kennis en pragmatisme. Netwerkwaarden uit visiedocument Netwerk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland; een continuüm van vertrouwen, Samenwerken In netwerkverband zijn de vaste overlegstructuren en overlegmomenten ingepland. Het Algemeen Bestuur is vier keer bijeen geweest en de programmaraad zes keer. Voor de uitvoering van de netwerkprojecten zijn afzonderlijke overleggen gepland waaraan leden van de programmaraad en andere functionarissen uit de regio hebben deelgenomen. Om de informatievoorziening, over en weer, naar de afzonderlijke organisaties te borgen, zijn er verspreid over het jaar twee vaste momenten voor het uitwisselen van informatie gepland met sleutelfunctionarissen uit de organisaties: één gezamenlijk overleg en gespreid over het jaar een bezoek van de coördinator aan de individuele organisaties afzonderlijk. Daarnaast is er altijd de mogelijkheid om buiten de geplande bijeenkomsten contact te leggen. Middels een gezamenlijke bijeenkomst en bezoeken door de coördinator aan de afzonderlijke organisaties zijn de sleutelfunctionarissen met aandachtsgebied palliatieve zorg lopende het jaar minimaal tweemaal door de coördinator geïnformeerd over inhoudelijke en organisatorische ontwikkelingen binnen het netwerk en daarbuiten. De opleidingsfunctionarissen in de regio zijn tweemaal uitgenodigd deel te nemen aan informatie bijeenkomsten. Zij werden geïnformeerd over de ontwikkelingen op het gebied van palliatieve zorg en de ontwikkelingen en wensen t.a.v. de deskundigheidsbevordering binnen het netwerk. De focus voor 2015 was vastgesteld op de volgende onderwerpen: a) Verbeteren van de bestaande overdrachtscultuur (betere onderlinge afstemming, meer uniforme en proactief overdracht als ook voorkomen delay overdracht) onder professionals. Tijdens de diverse contactmomenten van zorgprofessionals tijdens de onderlinge samenwerking is hier vooral impliciet aan gewerkt. Dit thema blijft de aandacht van de doelgroepvertegenwoordigers houden en is voor de komende jaren een speerpunt. b) Digitale dossiervoering (onderwerp regionale Health Deal Palliatieve zorg 2014; Health Valley). c) Digitaal transmuraal MDO (aanvraag ZonMw, Aug.2014). De aanvraag is door ZonMw helaas niet goedgekeurd. De transmurale samenwerking, consultatie en het MDO zijn een continue aandachtspunt, zowel regionaal als landelijk. 10

11 d) Werkgroep Helpdesk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland. In navolging van de ontwikkelingen in eerdere jaren is in november 2014 een nieuwe werkgroep samengesteld met de opdracht een implementatieplan te schrijven waarmee de consultatievoorziening voor huisartsen regionaal kan worden. De opdracht om tezamen met het veld een implementatieplan te schrijven waarmee één regionale consultatie voorziening m.n. voor huisartsen georganiseerd kon worden is uitgevoerd. De nadruk ligt daarbij op de inrichting van de consultatievoorziening, hoe het draagvlak hiervoor te vergroten in alle geledingen en aangeven wat de wensen zijn t.a.v. het registratiesysteem. Het Adviesrapport Consultatie is in mei 2015 voorgelegd aan het netwerkbestuur. Lopende het najaar van 2015 zijn de bij consultatie betrokken bestuurders binnen de eigen organisaties en met collega organisaties in overleg om een voordeur voor consultatie te realiseren. 2. Deskundigheidbevordering Het project Samenwerken aan deskundigheid Om te komen tot een regionaal scholingsprogramma Palliatieve Zorg is er een projectvoorstel deskundigheid geschreven. Doel van dit voorstel is het regionale scholingsaanbod m.b.t. palliatieve zorg te implementeren en te borgen in alle bij het netwerk aangesloten zorgorganisaties. Hierbij zijn ook de regionale opleidingsinstituten en het Expertisecentrum Palliatieve Zorg (EPZ) nadrukkelijk betrokken. Om uitvoering te geven aan het plan om te komen tot een regionaal scholingsprogramma Palliatieve Zorg, dat is geïmplementeerd en geborgd in alle aangesloten zorgorganisaties, is met medewerking van doelgroepvertegenwoordigers, een projectvoorstel omgezet naar het projectplan Samenwerken aan deskundigheid (fase een). In december 2015 is door het bestuur groen licht gegeven voor de uitwerking van fase twee van het project. Inventarisatie scholing palliatieve zorg Eind 2015 is er een onderzoek gestart naar de scholingsbehoeften van gediplomeerde zorgprofessionals, werkzaam binnen het Netwerk Palliatieve Zorg Zuid Gelderland, met betrekking tot palliatieve zorg. De informatie moet mede richting geven aan het toekomstige scholingsaanbod. Het eindrapport is begin januari 2016 opgeleverd. Overzicht gezamenlijk aanbod scholingsactiviteiten Het gezamenlijk actueel houden van een regionaal scholingsoverzicht voor professionals is ten dele gelukt. In de praktijk delen met name de zorgorganisaties om redenen niet structureel het aanbod met elkaar. Consequent scholen vanuit de nieuwe netwerkwaarden en gebruikmaken van o.a. de zorgmodule Palliatieve zorg lijkt meer en meer zijn intrede te doen binnen het aanbod. De hier boven beschreven ontwikkeling moet bijdragen aan een structurele verbetering van de kwaliteit van het aanbod welke binnen zorgorganisaties over het algemeen nog niet zichtbaar zijn. De scholingsmodule Palliatieve zorg: zorg voor en met elkaar De studiedag Palliatieve zorg: zorg voor en met elkaar is op verzoek van het netwerk door de Hoge school Arnhem Nijmegen(HAN) op 24 november georganiseerd. Zorgverleners konden kennismaken met de praktische uitvoering van de netwerkwaarden gericht op de zorg. Ditmaal met als thema: de oudere patiënt. De 28 zorgverleners gaven in de evaluatie o.a. aan dat de meerwaarde van het werken in een netwerk het samenwerken, 11

12 kennisdelen en als professional in de eigen kracht gezet worden belangrijke meerwaarden opleveren. Enkele afzonderlijke organisaties zijn trajecten gestart om intern de deskundigheid m.b.t. Palliatieve zorg te verbeteren door medewerkers te scholen in het gebruik van de landelijk aangeboden instrumenten als het starten van Patz-groepen, palliatief redeneren/invoering signaleringsbox, organiseren van een cursus Stem. Incluis de borging van diverse instrumenten binnen de eigen organisatie. 3. Cliënt volgsysteem en cliënten feedback In 2014 is in de provincies Overijssel, Gelderland en Noord- Brabant door diverse organisaties en Health Valley een Health Deal voor palliatieve zorg afgesloten. Naast het realiseren van beeldzorg (middels domotica) was het realiseren van een persoonsgebonden (transmuraal)digitaal dossier en het realiseren van een netwerkbreed cliënten feedbacksysteem een doel. Gaande het jaar 2014 nam de belangstelling voor de bijeenkomsten af omdat er op strategisch niveau door organisaties geen draagvlak voor samenwerking meer was. Hierdoor zijn de beide dossiers stil komen te liggen. Gezien de weerbarstige praktijk van de gehanteerde digitale zorgdossiers is het niet gelukt het gewenste cliënt volgsysteem te realiseren. De diverse systemen sluiten niet op elkaar aan en een cliëntgebonden volgsysteem blijkt voorlopig een stap te ver. Aandachtspunt is daarom dat er door huisartsen, de huisartsenpost en de ziekenhuizen een goede, digitale overdracht plaatsvindt. De programmaraad heeft het aandachtspunt van een eenduidig overdrachtsinstrument bekrachtigd. De cliëntenfeedback wordt geborgd binnen organisaties zelf. Cliënten worden actief geïnformeerd via de nieuwsbrief. De deelname van vertegenwoordigers vanuit regionale cliënten organisatie: 100, uw welzijn en zorgnetwerk op bestuurlijk niveau en door individuele cliënten en mantelzorger in de Programmaraad blijft continu een punt van aandacht. Zeker ook omdat het een kwetsbare doelgroep betreft. Voor input vanuit het naasten perspectief is in 2015 ook mantelzorgvertegenwoordiging aanwezig binnen de programmaraad. 4. Monitorfunctie a. Evaluatie programmaraad Begin 2015 heeft de programmaraad zichzelf geëvalueerd met als reden de slagvaardigheid van de raad te verbeteren. Pionieren en dat wat er mee samenhangt wordt als moeilijk ervaren. Vele vertegenwoordigers zijn zoekende naar hun eigen rol. De vertegenwoordigers vinden het moeilijk om hun doelgroep te vertegenwoordigen. Het niet ervaren van draagvlak/ondersteuning vanuit hun bestuur/management wordt geduid als een groot struikelblok. Enkelen hebben nauwelijks een concreet beeld over hun bijdrage aan het verbeteren van de zorg anderen juist wel. Die laatste groep werkt vanuit de netwerkvisie en heeft ook meer overzicht doordat ze geïnformeerd zijn over landelijke ontwikkelingen en die informatie ook kunnen vertalen naar regionale/lokale ontwikkelingen. Acties n.a.v. de uitkomsten: - Afgesproken is actief te reageren wanneer er onduidelijkheden zijn of vragen leven. - Het gerealiseerde communicatieplan moet bij gaan dragen aan een meer gebundelde informatievoorziening. 12

13 - Deelname aan de werkgroepen heeft voor leden een meer tastbaar beeld gegeven over de zin van de eigen bijdrage. - Met de bestuurders is afgesproken dat zij de medewerker uit de eigen organisatie en lid van de programmaraad onder hun hoede nemen als ook het management te informeren over en wijzen op hun verantwoordelijkheid binnen de eigen organisatie t.a.v. de regionale ontwikkelingen PZ kunnen verbeteren. b. Regionaal zorggebruik 2 Op 30 januari 2015 heeft de stichting VPTZ Wijchen het Hospice Wijchen geopend. De voorziening is samen met de Wijchense samenleving gerealiseerd en heeft vier bedden. Het aantal Palliatief gelabelde bedden in de regio ligt hiermee voor 2015 op negenentwintig bedden en drie interventie bedden. Het overzicht van het regionale zorggebruik m.b.t. palliatieve zorg is twee maal onder de aandacht van het bestuur gebracht. Er is geen objectief zicht verkregen op de kwaliteit van de door het netwerk geleverde zorg omdat er nog geen geschikte methoden zijn aangewezen om de geleverde zorg te monitoren. c. Knelpuntanalyse In de programmaraad zijn organisatorische, kwalitatieve en kwantitatieve tekortkomingen besproken. Aan de hand van een zestal ingebrachte knelpunten zijn 6 meetbare vragen beschreven en geprioriteerd. In 2016 worden de 3 knelpunten met de hoogste prioriteit verder uitgewerkt en uitgezet. 5. Regionale activiteiten m.b.t. PR en voorlichting a. Informatie uitwisseling met sleutelfunctionarissen van de bij het netwerk aangesloten organisaties Om de informatievoorziening, over en weer, naar de afzonderlijke organisaties te borgen, zijn er verspreid over het jaar twee vaste momenten voor het uitwisselen van informatie gepland met sleutelfunctionarissen uit de organisaties: één gezamenlijk overleg in het voorjaar en een bezoek van de coördinator aan de individuele organisaties afzonderlijk. Daarnaast was de mogelijkheid om buiten de geplande bijeenkomsten over en weer contact te leggen. b. Website: De vanuit het netwerk actief ondersteunde website is in 2015 als spreekbuis van het consortium PalZo gaan functioneren. a. Publieksactiviteiten Dialoogbijeenkomst Op 21 september is een Pilot dialoogbijeenkomst georganiseerd. De vooraf schriftelijk gepeilde belangstelling kwam niet overeen met het aantal uiteindelijke aanmeldingen/deelnemers. De conclusie van de evaluatie van de bijeenkomst was: Mooie methode met een mooi resultaat. Er is veel menskracht nodig, om dit te laten slagen. Keuze is nu om in netwerkverband de methodiek niet verder uit te rollen, omdat het een te grote investering (tijd/geld) is. Regionaal onderbrengen wordt overwogen. 2 Cijfers zorggebruik Palliatieve zorg NPZZG regio

14 Informatiebijeenkomst(en) Op woensdag 11 november 2015 heeft de coördinator een presentatie verzorgd voor cliënten stichting LuciVer in Wijchen. IDPZ 2015 Op zaterdag 10 oktober 2015 vierde de stichting VPTZ Nijmegen haar 30 jarig bestaan en de opening van het nieuwe onderkomen met een open dag. Tijdens de dag werden diverse goed bezochte workshops georganiseerd. Het nieuwe kantoor werd officieel geopend door burgemeester Bruls en Chantal Holtkamp, directeur VPTZ Nederland. Tevens werd de brochure VPTZ Nijmegen. 30 jaar Er Zijn gepresenteerd. Een brochure met als doel het werk van vrijwilligers in de palliatieve zorg thuis meer bekendheid te geven bij zowel het algemeen publiek, als potentiële vrijwilligers. 6. Informatie en communicatie a. Website NPZZG De NPZZG website is ook dit jaar weer zo goed mogelijk actueel gehouden. Het landelijke beheer van de van de site is overgegaan van AGORA naar Fibula. In 2015 hebben 1608 personen de NPZZG-site bezocht. Hiervan zijn 67,7% nieuwe bezoekers en 32,3% terugkerende bezoekers. Het ging om sessies (periode waarop gebruiker actief is op de site) met een gemiddelde sessieduur van 2.42 minuten. b. Landelijk magazine PalvoorU (nr. 5) In de week voorafgaande aan de Internationale Dag van de Palliatieve Zorg (zaterdag 10 oktober) zijn ook dit jaar weer exemplaren van het landelijk uitgebrachte publiekstijdschrift PalvoorU, incl. een regionaal katern, actief verspreid onder o.a. de netwerkpartners, huisartsenpraktijken en apothekers in de regio. c. NPZZG Nieuwsbrief (jaargang 3) In 2015 heeft o.a. de lay-out en de werkwijze bij het tot stand komen van de nieuwsbrief een verandering ondergaan. De NPZZG Nieuwsbrief vier maal breed verspreid binnen het netwerk. d. Informatie voor hulpverleners In 2015 zijn de (inhoudelijke) voorbereidingen getroffen voor het uitbrengen van de 6 e versie van de Verwijsgids Gespecialiseerde Palliatieve Zorg, voor hulpverleners in de regio Zuid Gelderland, jan De gids verschijnt om het jaar en bevat de door de netwerkpartners zelf aangeleverde gegevens, ditmaal voor het eerst alleen uitgebracht als digitale versie. Daarnaast staat een download versie op de netwerksite. De gegevens worden ook gebruikt voor het up to date houden van de gegevens over de netwerkpartners op de website. 14

15 5. Regionale en landelijke contacten a. Regionaal In het kader van het Nationaal Programma heeft het ministerie van VWS de Expertisecentra Palliatieve Zorg (EPZ) in de gelegenheid gesteld om consortia palliatieve zorg op te richten om naast de uitvoering van het landelijk stimuleringsprogramma Palliantie netwerken te ondersteunen in de ontwikkeling van goede zorg. Het netwerk heeft door de bijdrage van individuele bestuurlijk, leden van de Programmaraad en de coördinator actief deelgenomen aan de totstandkoming van en de samenwerking binnen het consortium Palliatieve zorg Zuid Oost (PalZo). Voor meer informatie over de ontwikkelingen zie: Daarnaast onderhield de netwerkcoördinator met regelmaat actief contact met de collega coördinatoren van de aanpalende netwerken. b. Landelijk Door de diverse landelijke ontwikkelingen zijn de landelijke organisaties samen en in overleg met het ministerie van VWS gestart met een herijking van taken was hierdoor een voor het veld onduidelijk en verwarrend jaar. Wie doet nu wat en waar kun je als uitvoerende waar vinden/wat halen. Vanuit de netwerkorganisatie was er in ieder geval contact met de volgende organisaties: Stichting Fibula Het landelijk platform voor de netwerken palliatieve zorg Fibula draagt bij aan het bevorderen van palliatieve netwerkzorg, door o.a. het bevorderen van de communicatie tussen de netwerken, delen van kennis en het zijn van gesprekspartner op landelijkniveau. Door de bestuurlijke omvorming van de stichting Fibula zijn in 2015 de netwerkbestuurders ook consequent betrokken. Jaarlijks worden er meerdere (inhoudelijk) bijeenkomsten voor netwerkcoördinatoren en bestuurders georganiseerd. Daarnaast heeft de netwerkcoördinator actief deelgenomen aan een aantal landelijke werkgroepen. AGORA Het onafhankelijk landelijk ondersteuningspunt palliatieve zorg AGORA biedt de netwerken o.a. landelijke ondersteuning voor de organisatie van de jaarlijkse Dag van de Palliatieve zorg (IDPZ), publieksbulletin PalvoorU en ondersteuning voor de regionale netwerksite: IKNL IKNL verzorgde ook dit jaar de regionale consultatie aan de huisartsen en bood in 2014 o.a. ondersteuning bij de ontwikkelingen m.b.t. het werken naar een regionale consultatievoorziening door een regionale adviseur af te vaardigen in de CIHN werkgroep en later in het jaar aan de stuurgroep. Daarnaast is in toenemende mate gebruik gemaakt van de IKNL-adviseur Palliatieve Zorg voor informatie, advies en ondersteuning. 15

16 6. Financiering NPZZG 3 De jaarlijkse financiering voor de coördinatie van de netwerken palliatieve zorg betreft een instellingssubsidie in het kader van de VWS Regeling Palliatieve Terminale Zorg. De hoogte van het subsidiebedrag is afhankelijk van het inwoneraantal van de gemeenten die vallen onder de netwerkregio. Ook dit jaar wordt de jaarlijks aan te vragen subsidie, achteraf beoordeeld en aan de hand van een meer inhoudelijke verantwoording 2 en het daarbij behorende uitgavenoverzicht wel of niet door VWS goedgekeurd. 3 Bijlage 3: Financiële verantwoording NPZZG activiteiten

17 Bijlage 1 Jaarplan 2015 In het jaarplan 2015 staan de ontwikkelagenda en de visie NPZZG; een continuüm van vertrouwen uit 2013 centraal. De programmaraad heeft de doelen voor 2015 bepaald. Deze raad is samengesteld uit vertegenwoordigers van de betrokken doelgroepen. (patiënten, vrijwilligers en professionals). De programmaraad neemt met dit jaarplan de verantwoordelijk voor de inhoudelijke inbreng. Het uiteindelijke plan is door het netwerkbestuur beoordeeld en akkoord bevonden. De door VWS gestelde eisen hebben betrekking op: Coördineren van een afgestemd en dekkend zorgaanbod, Goede kwaliteit van zorg, Deskundigheidsbevordering, Publieksvoorlichting. In het jaarplan 2015 is de inhoudelijke focus gericht op: 1. Samenwerken Samenwerken blijft de aandacht van het bestuur en de programmaraad houden. Inhoudelijk ligt de focus dit jaar op de volgende onderwerpen: Verbeteren van de bestaande overdrachtscultuur onder professionals. Digitale dossiervoering (onderwerp regionale Health Deal Palliatieve zorg 2014; Health Valley) Digitaal transmuraal MDO (aanvraag ZonMw, Aug.2014) Voortzetting regionale wens: inrichten van één regionale consultatie desk. 2. Scholing In 2014 is een start gemaakt met het samenbrengen van de opleidingsfunctionarissen van de zorgorganisaties uit het netwerk en de HAN (Hogeschool Arnhem Nijmegen), met als doel samenwerken, (kennis)uitwisseling en informatie uitwisseling. In 2015 worden de bijeenkomsten voortgezet. Door bij- en nascholingen beter op elkaar af te stemmen en beschikbaar te stellen voor belangstellenden wordt het continuüm en de kwaliteit van zorg vergroot. Netwerkorganisaties en de HAN werken verder aan een gezamenlijk aanbod van regionale opleidingsactiviteiten die voldoen aan de binnen het netwerk gestelde eisen. De gezamenlijke opdracht voor 2015 omvat het realiseren van de onderwerpen: Raamwerk Zorgmodule 1.0 onder de aandacht brengen van professionals en vrijwilligers Verspreiding netwerkvisie door het aanbieden van bestaande scholing Palliatieve zorg: zorg voor en met elkaar. Bijhouden van een educatieoverzicht voor professionals dat is gebaseerd op de dan geldende standaard (Zorgmodule Palliatieve Zorg 1.0.). Kenmerkend voor het (na)scholingsaanbod: o De generalistische zorg benadering in de driehoek huisartswijkverpleegkundige- patiënt/mantelzorger; o Het specialistisch ondersteuningsaanbod (consultatie aanbod); o De Multidisciplinaire ketenbenadering door professionals en vrijwilligers; o De symptoomgerichte benadering. 17

18 3. Cliënten volgsysteem De netwerkvisie is het uitgangspunt van de kwaliteitscyclus. Een cyclus die uiteindelijk zal moeten leiden tot de implementatie van een kwaliteitssysteem dat past bij een netwerk. Daarbij ligt in 2014 de prioriteit bij de overdrachtsmomenten. Het bestuur neemt een besluit over de wijze waarop de gezamenlijke informatieoverdracht zal worden gerealiseerd. De programmaraad maakt een eenduidig overdrachtsinstrument. 4. Cliëntenfeedback De cliëntenfeedback wordt naast de individuele borging binnen organisaties zelf ook binnen het netwerk geborgd door vertegenwoordiging vanuit regionale cliënten organisatie: 100, uw welzijn en zorgnetwerk op bestuurlijk niveau en door individuele cliënten en mantelzorger in de Programmaraad. 5. Monitoring Om zicht te krijgen op de kwaliteit van de door het netwerk geleverde zorg worden: De bestuurders van de deelnemende netwerkorganisaties leveren twee maal per jaar de data aan voor het monitoren van regionaal zorggebruik in de regio. De programmaraad kiest een actueel thema en instrumenten om de geleverde zorg te monitoren. Het bestuur bepaald welke geselecteerde instrumenten worden voorgedragen voor regionale implementatie. 6. Jaarlijks terugkerend regionale activiteiten m.b.t. PR en voorlichting Het landelijke thema is leidend voor de invulling van de Internationale Dag van de Palliatieve Zorg (IDPZ). Tijdens het filmdebat in oktober 2014 wordt onder het publiek de belangstelling gepeild voor het houden van dialoogbijeenkomsten over palliatieve thema s. De uitkomsten uit de dialooggesprekken vormen basis IDPZ activiteit najaar De regionale verspreiding van het landelijk Magazine PalvoorU, inclusief het regionaal katern. De informatievoorziening borgen d.m.v. het up to date houden van de regionale NPZZG website en verspreiden middels de NPZZG nieuwsbrief. Het actief uitdragen van de visie van het netwerk via regionale communicatiekanalen en het deelnemen aan actuele (publieks)bijeenkomsten. 18

19 Bijlage 2 Cijfers zorggebruik Palliatieve Zorg NPZZG 2015 ZORGGEBRUIK VOORZIENINGEN PALLIATIEVE ZORG 2015 De gegevens zijn door de organisatie zelf aangeleverd. Doel en definitie zijn vooraf niet vastgesteld. 1. Bezetting hospice voorzieningen in de NPZZG-regio Instelling Capaciteit Aantal nieuwe opnames 2015 Hospice de Linde Nijmegen (Waalboog)* Totaal opgenomen personen 2015 Verpleegdagen 2015 (% bed bez.) (113,42%) Gemiddelde opname duur (dagen) 36,08 Hospice Bethlehem Nijmegen(Kalorama) * Verpleeghuis de Veste Nijmegen (Kalorama) Zorghotel Verpleeghuis St Elizabeth Ben. Leeuwen (ZMW) BTH Maas en Waal Druten ** 10 79* (66,25%) 0, (84%) (98%) 4 (5) (72 % ) 30, Hospice Wijchen*** (70,14%) Totaal 25,5(26,5) (79,49%) 46 46,5 Verpleeghuis Waelwick(ZMW)**** * Cijfers afkomstig uit registratieprogramma REPAL ** BTH Druten gaat in het eigen overzicht uit van 4 bedden. 5 bedden wordt gezien als niet reëel i.v.m. beperkte opname mogelijkheid *** Opname cliënten v.a. 4 februari 2015 **** Geen gelabeld palliatiefbed 2. Palliatieve zorg in Radboudumc (Verzorgingsgebied overstijgt de NPZZG-regio) Dienstverlening Aantal *** Aantal 2014 *** Aantal 2013 Aantal Consulten, klinisch 378* 307* nieuw (DOT) Polipatiënten, nieuw (DOT) Dagbehandeling 10 Geen aparte registratie** Opnamen palliatief bed * Exclusief telefonische consulten. Deze worden niet geregistreerd. **Dagbehandelingen zitten bij de klinische opnames in. ***Alle cijfers betreffen eerste contacten zijn zonder telefonische consulten 19

20 3. Palliatieve zorg in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis Dienstverlening Aantal 2015 Aantal 2014 Aantal 2013 Aantal 2012 Consulten, klinisch * nieuw* Polipatiënten, nieuw ** ** 0 * Dagbehandeling * Opnamen palliatief * bed *Geen gegevens beschikbaar ** Maken onderdeel uit van het aantal klinische consulten 4. IKNL consultatieteam Palliatieve Zorg team Nijmegen Dienstverlening Aantal Aantal 2014 Aantal 2013 Aantal Consulten 218* 248* 233* 238* * Uit palliatief consultsysteem Prado 5. Hulpvragen aan VPTZ organisaties in de NPZZG-regio Hulpvragen Aantal 2015 Inzet uren 2015 Aantal 2014 Inzet uren 2014 VPTZ Nijmegen VPTZ Wijchen VPTZ Heumen, Malden, Mook VPTZ* Berg en Dal VPTZ Maas & Waal 65 (waarvan 52 geëffectueerd) 38 (waarvan 32 geëffectueerd) 33 (waarvan 19 geëffectueerd). (waarvan.geëffectueerd) 44 (waarvan 25 geëffectueerd) Totaal NPZZG regio 180 (waarvan 128 geëffectueerd) *Geen gegevens van VPTZ Berg en Dal ontvangen 3464,5 uur 65 (waarvan 48 geëffectueerd) 1357 uur 29 (waarvan 25 geëffectueerd) uur 25 (waarvan 18 geëffectueerd). uur 14 (waarvan 12 geëffectueerd) 903 uur 40 (waarvan 36 geëffectueerd 6892 uur 173 (waarvan 139 geëffectueerd 3296,5 uur 2003,5 uur 1123,5 uur 343 uur 1810 uur 8576,5 uur 6. Buddyzorg (NIM- maatschappelijk werk) Hulpvragen Aantal 2015 Inzet uren 2015 Aantal Totaal 62 cliënten buddyzorg 11 (in palliatief traject waarvan 3 overleden) uur* 10 (PZ traject) * Getal is een schatting; er wordt geen urenregistratie van de inzet vrijwilligers bijgehouden Inzet uren uur * Maart 2016 R. Nogarede 20

21 Bijlage 3 Financiële verantwoording NPZZG activiteiten 2015 Uitgaven NPZZG 2015 Ondersteuning en coördinatie activiteiten NPZZG PERSONELE KOSTEN /Salarissen Netwerkcoördinator ,72 Nabetaling ,07 Meergewerkte uren ,53 Secretariële ondersteuning - Totaal personeel ,32 MATERIELE KOSTEN ICT/werkplek coördinator - Telefoon en abonnementskosten 748,37 Literatuur/lidmaatschappen - Website support AGORA 300,00 Advies en ondersteuning communicatieplan 2.229,43 Totaal bureaukosten 3.277,80 OVERIGE KOSTEN Declaratie clientenvertegenwoordiger 2015 (bestuur/programmaraad) 673,78 Declaratie mantelzorgvertegenwoordiger (programmaraad) 244,35 Totaal Parkeerkaarten bezoekers UMC ,00 Reiskosten NC ,81 Congres EAPC 874,21 Artihove 620,13 Totaal overig 3.137,28 Totaal activiteit A ,40 Activiteit/thema B: Deskundigheid Scholing Palliatieve zorg voor en met elkaar (thema ouderen) 24 nov ,00 Pilot dialoogbijeenkomst NPZZG 1.220,33 Totaal activiteit B 5.120,33 Activiteit/thema C: Samenwerken Bijeenkomst Opleidingsfunctionarissen De haard Nijmegen 222,50 bijeenkomst Opleidingsfunctionarissen Bethlehem Nijmegen 47,70 UMC/vergaderingen bestuur/programmaraad/werkgroepen 509,19 Training Multimedia Programmaraad 2.338,49 Totaal activiteit C 3.117,88 Activiteit/thema D: IDPZ Landelijk Magazine PalvoorU 1.542,30 IDPZ: bijeenkomst VPTZ Nijmegen 1.648,21 Versturen Poststukken (magazine PalvoorU) 743,13 KNMG Patientenfolders 45,85 Envelopes 37,50 Totaal activiteit D 4.016,99 Totaal ,60 21