Begroting 2013 Meerjarenraming

Transcriptie

1 Begroting 2013 Meerjarenraming Versie

2 INHOUDSOPGAVE Voorwoord 3 1.) Begroting in een oogopslag 4 2.) Programmabegroting ) Programma 1 - Waarderen ) Programma 2 - Heffen ) Programma 3 - Innen ) Recapitulatie lasten en baten per programma 8 3.) Bedrijfsvoering ) Kaders ) Instrumentarium Dienstverlening deelnemers ) Ontwikkeling en strategie Intern Extern Toetreding andere deelnemers 11 4.) Financiële paragraaf ) Uitgangspunten en normen Prijscompensatie Grondslagen voor waardering ) Kostentoerekening Bijdragen deelnemers Tarieven ) Incidentele baten en lasten ) Weerstandsvermogen Risicoparagraaf ) Financiering Bankrelatie ) Verbonden partijen 14 5.) Beleidsbegroting ) Overzicht lasten en baten per kostensoort 15 6.) Bijlagen 17 Bijlage 1 Staat van activa 17 Bijlage 2 Meerjarenprognose Bijlage 3 Lijst met afkortingen 17 Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 2

3 Voorwoord Geachte lezer, Voor u ligt de ontwerpbegroting In vergelijking met de eerste begroting van de BSOB is de vormgeving enigzins aangepast. De core business van de BSOB - zijnde de drie programma s - heeft binnen de begroting 2013 een prominentere plaats gekregen. De basis voor deze begroting is nog louter theoretisch en gebaseerd op de begroting De BSOB is per 1 oktober 2011 met haar bedrijfsactiviteiten gestart, waardoor geen ervaringscijfers beschikbaar zijn. In deze begroting is ook de meerjarenraming opgenomen. De voorzitter, de directeur, Dhr. drs. R.P.J.M. Peerenboom Mw. mr. L. Sjouw Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 3

4 1.) Begroting in een oogopslag Productie Figuur 1 geeft de productie van de BSOB per deelnemer weer, verdeeld in objecten, aanslagregels en aanslagbiljetten. Deze cijfers vormen enerzijds de basis voor de bedrijfsvoering en anderzijds voor toerekening van de kosten naar de deelnemers. Aangezien geen andere cijfers beschikbaar zijn, is dezelfde productie gehanteerd als in de begroting Productiecijfers 2013 deelnemers objecten aanslagregels aanslagbiljetten Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Figuur 1: productiecijfers Kostenraming Om deze productie te kunnen realiseren is een staat van baten en lasten opgesteld. In tegenstelling tot voorgaand begrotingsjaar zijn in deze staat ook de zogenoemde Incidentele lasten. Dit betreft een tijdelijk budget voor inhuur personeel derden van Figuur 2 geeft op hoofdkostensoort de geraamde kosten van beide begrotingsjaren weer. Staat van baten en lasten Lasten Kapitaallasten Personeelslasten Goeder/diensten derden Onvoorzien Baten Goeder/diensten derden Bijdragen van derden Figuur 2: staat van Baten en Lasten In vergelijking met de begroting 2012 zijn de geraamde kosten toegenomen met Deze kostentoename kan globaal als volgt worden geanalyseerd: specificatie bedrag begrotingwijzigingen prijscompensatie Figuur 3: analyse Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 4

5 Aandeel per programma Verdeling van de geraamde kosten over de drie programma s resulteert in figuur 4. Staat van baten en lasten 2013 op programmaniveau waarderen heffen innen totaal Lasten Kapitaallasten Personeelslasten Goederen en diensten van derden Onvoorzien Baten Goederen en diensten van derden Bijdragen van derden Figuur 4: aandeel kosten per programma Aandeel per deelnemer De bijdrage per deelnemer is berekend op basis van de productiecijfers (figuur 1). In figuur 5 wordt een vergelijkend overzicht getoond van het aandeel per deelnemer verdeeld over de drie programma s. In figuur 6 worden de aandelen van het waterschap en de gezamenlijke gemeenten grafisch weergegeven. Bijdrage deelnemers 2013 op programmaniveau deelnemers waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Figuur 5: aandeel kosten per deelnemer waterschap gemeenten waterschap gemeenten Figuur 6: verhouding aandeel gemeenten/waterschap Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 5

6 Effecten omzetbelasting In de kosten zoals hiervoor genoemd zit omzetbelasting begrepen. Na onderhandeling met de Inspectie Omzetbelasting is vast komen staan dat de vijf gemeenten de omzetbelasting begrepen in hun bijdrage mogen verrekenen met het BTW-compensatiefonds. Voor het waterschap geldt deze regel niet en vormt de omzetbelasting een extra lastenverzwaring. In figuur 7 is weergegeven hoeveel omzetbelasting in de kostenraming zit begrepen, alsmede het aandeel voor de deelnemers. De vijf gemeenten kunnen genoemde bedragen verrekenen met het BTW-compensatiefonds. Overzicht effect BTW per deelnemer deelnemers totaal BTW netto Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Overzicht effect BTW per programma deelnemers waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Figuur 7: overzicht effecten BTW Budgettaire effecten Door vergelijking van de begroting 2012 en 2013 en daarbij het BTW-voordeel voor de gemeenten te betrekken, wordt per deelnemer zichtbaar wat het uiteindelijke budgettaire effect is. De gemeenten ervaren per saldo een voordeel van circa 2%, terwijl het waterschap vanwege het ontbreken van een BTW-voordeel moet rekenen met een kostenstijging van 3%. deelnemers begroting 2012 begroting 2013 verschil BTWvoordeel effect voor de deelnemers eindresultaat voor de deelnemer Boekel ,21% Deurne ,18% Oss ,58% Uden ,36% Veghel ,06% Aa en Maas * ,98% * de omzetbelasting ad kan niet door het waterschap worden gecompenseerd 0,40% Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 6

7 2.) Programmabegroting De programmabegroting is voor wat betreft de waterschapsbelastingen gebaseerd op de meerjarenprognose , welke als bijlage 2 in deze begrotig is opgenomen. Voor de gemeentelijke belastingen zijn geen prognoses beschikbaar. 2.1.) Programma 1 - Waarderen Kern van het programma De Belastingsamenwerking Oost Brabant heeft voor de gemeentelijke deelnemers de taak uitvoering te geven aan de Wet Waardering Onroerende Zaken (Wet WOZ). Voor de uitvoering van deze taak dienen alle onroerende zaken binnen de gemeentelijke deelnemers jaarlijks gewaardeerd te worden naar een, bij wet vastgestelde, waardepeildatum. De waarde wordt bij beschikking (op de aanslag lokale heffingen) vastgesteld. 2.2.) Programma 2 - Heffen Kern van het programma Het vervaardigen en verzenden van aanslagbiljetten voor de gemeentelijke- en waterschapsbelastingen. Het programma heffen bestaat uit: - bijwerken en optimaliseren van de basisbestanden; - opleggen aanslagen en beschikken van WOZ-waarde; Bijwerken en optimaliseren van de basisbestanden Dit is een continue proces dat er voor zorgt dat alle gegevens die nodig zijn voor het opleggen van een aanslag worden geactualiseerd. Opleggen aanslagen en beschikken WOZ-waarde Dit betreft het plannen van het kohier, het samenstellen van het kohier, het vervaardigen, het opleggen van de aanslagen gemeentelijke- en waterschapsbelastingen en de WOZ-beschikkingen. Verwerken verzoek-, bezwaar- en beroepschriften De belastingplichtige heeft de mogelijkheid om een verzoek tot vermindering van de aanslag in te dienen en/of bezwaar te maken tegen de aanslag. Bij een afgewezen bezwaarschrift kan de belastingplichtige in beroep bij het Gerechtshof. Wanneer het verzoek, bezwaar of beroep wordt toegewezen, zal dit leiden tot een aanpassing van de aanslag. 2.3.) Programma 3 - Innen Kern van het programma Het verwerken van de reacties m.b.t. het invorderingsproces en het invorderen van de opgelegde belastingaanslagen. Het programma Innen bestaat uit de deelprocessen: - verwerken van betalingen en de reacties m.b.t. invorderingsbestanden - invordering van achterstallige betalingen (dwanginvordering) - verwerken verzoek- bezwaar- en beroepschriften. Verwerken van betalingen en de reacties m.b.t. invorderingsbestanden Het bijwerken en optimaliseren van de invorderingsbestanden bestaat uit het registreren van ontvangsten, het behandelen om verzoeken tot kwijtschelding en het behandelen en verwerken van schuldsaneringen en faillisementen. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 7

8 invordering van achterstallige betalingen De invordering kent, afhankelijk van het moment van betaling, de volgende opeenvolgende stappen: - aanmaning - dwangbevel per post - loonvordering - hernieuwd bevel tot betaling - beslaglegging. 2.4.) Recapitulatie lasten en baten per programma Figuur 8 geeft op basis van hoofdkostensoorten per programma de lasten en baten weer. waarderen heffen innen totaal Lasten Kapitaallasten Personeelslasten Goederen en diensten van derden Onvoorzien Baten Goederen en diensten van derden Bijdragen van derden Figuur 8: lasten en baten 2013 per programma Door het saldo van de lasten en baten per programma uit te drukken in een percentage van het totaal kan de onderlinge verhouding worden weergegeven en een grafische vergelijking worden gemaakt met de begroting waarderen heffen innen waarderen heffen innen Figuur 9: aandeel per programma in % 2.5.) Aandeel per deelnemer/per programma Om het verloop weer te geven in het aandeel per deelnemer, onderverdeeld naar de drie programma s zijn in figuur 10 twee tabellen opgenomen; de begroting 2012 en de begroting Bij deze verdeling is geen rekening gehouden met de hierin begrepen omzetbelasting, welke door de vijf gemeenten kan worden gecompenseerd in het BTW-compensatiefonds. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 8

9 2012 deelnemers waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas deelnemers waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Figuur 10: aandeel per deelnemer/per programma Door vergelijking van de kostenraming inclusief BTW met de productiecijfers (figuur 1) kan per programma een tarief per eenheid worden berekend. In figuur 11 worden de tarieven 2012 en 2013 weergeven, alsmede de procentuele mutatie. tarieven verschil Waarderen (per object) 20,82 22,08 1,27 Heffen (per aanslagregel) 1,48 1,57 0,10 Innen (per aanslagbiljet) 3,35 3,33-0,02 Figuur 11: tarief per eenheid Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 9

10 3.) Bedrijfsvoering 3.1.) Kaders Algemeen BelastingSamenwerking Oost-Brabant (BSOB) is opgericht om de kwaliteit, dienstverlening, efficiency en continuïteit van gemeentelijke- en waterschapsbelastingen te verbeteren. Onze missie is dit te doen tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten. De ambitie is zich in 2015 te kunnen meten met organisaties van vergelijkbare aard. Kernwaarden Kernwaarden van de organisatie zijn professionaliteit, klantgerichtheid, betrouwbaarheid en kostenbewustzijn. De burger wordt correct behandeld. Dit betekent dat de organisatie professionele dienstverlening (kwaliteit) levert, werkt conform de vastgelegde doorlooptijden en met servicenormen. De burger wordt niet van kastje naar de muur gestuurd: de gemeente functioneert als 1 e loket van de overheid. De deelnemers mogen rekenen op een zorgvuldige, betrouwbare en doelmatige (kostenefficiënte) uitvoering van taken. Kostenefficiëntie betekent dat gestreefd wordt naar uniformiteit, maar tegelijkertijd maatwerk mogelijk blijft. Deze kernwaarden worden verder uitgewerkt in dienstverleningsovereenkomsten en servicenormen, waarin de omvang en kwaliteit van de dienstverlening is vastgelegd. De servicenormen worden door alle medewerkers nageleefd en jaarlijks herijkt. De kernwaarden komen tot uitdrukking in continue aandacht voor verbetering en vernieuwing in de uitvoering van de kerntaken en de dienstverlening naar onze klanten. Kerntaken Kerntaken van de organisatie zijn waarderen, heffen en invorderen. Vanwege de samenhang met het gegevensbeheer en in het licht van ontzorgen van gemeenten, wordt op termijn gestreefd naar uitbreiding van het aantal deelnemende partijen en verbreding van het takenpakket. 3.2.) Instrumentarium Organisatie De organisatie kan worden gekenschetst als een lijn-staforganisatie. Er zijn twee functionele afdelingen, t.w. de afdeling Gegevensbeheer/WOZ en de afdeling Heffen en Invorderen. Bij inrichting van deze afdelingen was evenwichtigheid in de formatiegrootte uitgangspunt. De formatie bedraagt 57 fulltime equivalenten(fte) en is ten opzichte van de begroting 2012 niet gewijzigd Personeel Personeel is de succesfactor van de organisatie. De organisatie zorgt voor een goede werksfeer door te streven naar een open, eerlijke en tijdige communicatie, zowel intern als extern. BSOB stimuleert goede prestaties door zorg te dragen voor een open en prettige werksfeer en ruimte te bieden voor persoonlijke ontwikkeling van de medewerker. De organisatie is erop ingericht om de kwaliteiten van de medewerkers optimaal te benutten en daardoor de professionaliteit optimaal tot uiting te laten komen. De verantwoordelijkheid ligt laag in de organisatie, medewerkers zijn collegiaal en werken samen aan innovatie om de werkzaamheden soepel en efficiënt te laten verlopen. Kernbegrippen zijn: werkplezier, persoonlijke ontwikkeling en samenwerking. In 2012 wordt ingezet op verder kwaliteitsbevordering op onze medewerkers en verdere professionalisering gerelateerd aan de eisen die onze organisatie aan haar medewerkers stelt. In 2013 zal dit proces voortgang vinden Dienstverlening deelnemers Twee deelnemers - de gemeente Oss en het waterschap - verlenen ondersteunende diensten aan de BSOB en ontvangen hiervoor een vergoeding. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 10

11 De gemeente Oss verleent huisvesting en bijbehorende facilitaire dienstverlening. Daarnaast verzorgt ze de salarisadministratie. Het waterschap voert de financiële administratie, beheert de ICTinfrastructuur en verleent diensten op het gebied van communicatie en juridische zaken (belastingzaken uitgezonderd). Partijen hebben hiertoe een dienstverleningsovereenkomst (DVO) gesloten welke op 31 december 2015 afloopt. 3.3.) Ontwikkeling en strategie Intern - Veranderingen in de bedrijfsvoering, mede op basis van veranderingen in wet- en regelgeving, welke leiden tot andere informatiebehoeften en wijzigingen in de belasting dienstverlening; - Veel meer nadruk op het verplicht eenmalige registreren van gegevens, hetgeen zal leiden tot digitale uitwisseling c.q gebruik maken van elkaar gegevens tussen bv kadaster, gemeente, vastgoedregistratie, waterschappen, waarbij ICT - voorzieningen tussen deze partijen gekoppeld dienen te worden; - Toenemende gemeentelijke samenwerking tussen gemeenten in de regio Oost-Brabant op tal van terreinen; - Optimalisatie en harmonisatie van de bedrijfsprocessen om tot een zo efficiënt mogelijke procesinrichting te komen; Extern - Noodzaak tot zowel kostenbeheersing als kwaliteitsverbetering bij gemeenten en andere overheden in de regio. - Landelijke ontwikkelingen rondom de GBA en vastgoedregistratie, waarbij een van de mogelijke opties ligt bij de vorming van regionale service centra. - Streven van overheid om te komen tot een andere manier van dienstverlening c.q. elektronische dienstverlening (o.a. nota Andere Overheid). - Open Source software en open standaarden. - Business Intelligence (Beslissingen op basis van gegevens, data analyse). - Applicaties geschikt maken voor gebruik via intra-, extra- en internet (web-services) Toetreding andere deelnemers Momenteel worden inventariserende gesprekken gevoerd met sommige (omliggende) gemeenten om te kijken of voor beide partijen meer efficiency kan worden verkregen door toe te treden tot de BSOB. Verdere groei kan immers de efficiency verhogen en de kosten per deelnemer verlagen. De ambitie voor de BSOB zal leiden tot een actieve houding op de markt om daarmee het aantal deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling te kunnen uitbreiden. Verwacht wordt dat in de loop van 2013 de effecten daarvan zichtbaar worden. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 11

12 4.) Financiële paragraaf 4.1.) Uitgangspunten en normen Prijscompensatie De begroting 2013 is ingericht volgens de Nota Financieel Beleid en gebaseerd op de ervaringscijfers van de laatste 3 maanden van het opstartjaar 2011 en de (bijgestelde) begroting Ten aanzien van de prijsontwikkeling voor loongevoelige onderdelen is gerekend met een mutatie van 0%, gebaseerd op het huidige loonklimaat. Voor de niet-loongevoelige onderdelen is een verhoging van 2,75% gecalculeerd. Deze verhoging is conform de prijscorrectie in de begroting 2012, destijds gebaseerd op de MEV-indexering conform de septembercirculaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De meerjarenraming is een extrapolatie van de begroting 2013 (uitgezonderd de incidentele lasten) en wordt niet geïndexeerd Grondslagen voor waardering De activa worden gewaardeerd en afgeschreven - conform de Nota Activerings- en afschrijvingsbeleid - tegen verkrijgingsprijs en lineair afgeschreven o.b.v. de verwachte economische levensduur. Voor berekening van de kapitaallasten is een rentepercentage van 4,5% gehanteerd. De (verwachte) investeringen zowel als de kapitaallasten (rente en afschrijving) zijn opgenomen in de Staat van Activa, welke als Bijlage I is bijgevoegd. Uit de Staat van Activa blijkt dat de belastingapplicatie en de waarderingsapplicatie tot en met 2015 een jaarlijkse investering vergen. 4.2.) Kostentoerekening De lasten van BSOB worden toegerekend aan de drie hoofdprocessen (waarderen heffen innen), een en ander volgens de uitgangspunten en normen uit de Nota Financieel Beleid. Een van de belangrijkste verdeelsleutels is gebaseerd op de procentuele verhouding in de formatie (aantal fte) direct personeel. In de begroting 2012 was deze verhouding berekend op basis van een theoretische bezetting. Voor deze begroting is uitgegaan van het werkelijke formatieplan. Dit heeft een aanzienlijke verschuiving binnen de verdeelsleutel tot gevolg. Onderstaand overzicht maakt dit duidelijk. programma's waarderen 39,59% 32,72% heffen 38,91% 34,14% innen 21,50% 33,14% 100,00% 100,00% Figuur 12: verdeelsleutel directe formatie Doorberekening van de lasten aan de deelnemers vindt plaats op basis van het aantal objecten (waarderen), het aantal aanslagregels (heffen) en het aantal aanslagbiljetten (innen). In eerste instantie wordt op basis van de begroting een voorschot berekend. Na afloop van het boekjaar zal aan de hand van de werkelijke aantallen worden afgerekend. Verantwoording vindt plaats in de jaarrekening Bijdragen deelnemers In onderstaand overzicht zijn voor 2012 en 2013 de gehanteerde aantallen per proces, per deelnemer en de bijdragen per proces, per deelnemer nog eens op een rijtje gezet. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 12

13 Overzicht aantallen en bijdragen 2012 deelnemers aantallen bijdragen objecten regels biljetten waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Totaal Overzicht aantallen en bijdragen 2013 deelnemers aantallen bijdragen objecten regels biljetten waarderen heffen innen totaal Boekel Deurne Oss Uden Veghel Aa en Maas Totaal Figuur 13: aantallen en bijdragen Tarieven Aan de hand van de geraamde kosten en de aantallen per proces zijn tarieven per eenheid berekend. Aangezien voor 2013 geen geraamde aantallen beschikbaar zijn, is gerekend met de aantallen uit de begroting In figuur 14 zijn de tarieven 2012 en 2013 weergegeven, alsmede de procentuele mutatie. tarieven verschil Waarderen (per object) 20,82 22,08 1,27 Heffen (per aanslagregel) 1,48 1,57 0,10 Innen (per aanslagbiljet) 3,35 3,33-0,02 Figuur 14: Tarieven 4.3.) Incidentele baten en lasten Evenals in de begrotingen 2011 en 2012 is ook in deze begroting een budget geraamd voor het tijdelijk inhuren van personeel. In de aanloopfase is gerekend met 3 fte, hetgeen een budgettair beslag van betekent. Van genoemd budget is in 2011 vanwege de verlate start van de organisatie geen gebruik gemaakt en moet worden doorgeschoven. Hierover dient nog bestuurlijke besluitvorming plaats te vinden. Inmiddels zijn twee detacheringsovereenkomsten afgesloten met het waterschap voor invulling van betreffende vacatures. De overeenkomsten eindigen per 31 december Verder is genoemd budget in eerdere begrotingen buiten de Staat van baten en lasten gelaten. Dat is in de begroting 2013 hersteld. Het budget is opgenomen onder Personeelslasten en gelijkelijk over de programma s verdeeld. 4.4.) Weerstandsvermogen Het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten en provincies (Bbv), dat ook van toepassing is voor gemeenschappelijke regelingen, bevat regels voor de (financiële) verslaglegging. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 13

14 Volgens artikel 11 Bbv moet inzicht worden verschaft in het weerstandsvermogen. Het gaat hierbij om het verband tussen de weerstandscapaciteit en de risico s waarvoor geen (beheers)maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie van een organisatie. Aangezien de BSOB een startende organisatie is met weinig bezittingen en geen eigen vermogen en/of stille reserves heeft kunnen opbouwen, is het logisch dat sprake is van een kwetsbare positie qua weerstandsvermogen. Zeker in de komende jaren zullen de samenwerkingspartners in dit licht als (financiële) achtervang fungeren. Om BSOB niet volledig vleugellam en afhankelijk te maken van de samenwerkingspartners is in de begroting een structurele post onvoorzien opgenomen. Voor 2013 bedraagt deze Het weerstandsvermogen van BSOB is daarmee in eerste instantie beperkt tot de hiervoor genoemde post onvoorzien, waarmee niet onderkende en/of afgedekte risico s worden opgevangen Risicoparagraaf De risicoparagraaf bevat een inventarisatie van risico s waarvoor geen maatregelen zijn of kunnen worden getroffen (bijvoorbeeld het afsluiten van een verzekering) en die van betekenis kunnen zijn voor de financiële positie van de BSOB. Aangezien deze onzekerheden niet vooraf te kwantificeren zijn, kan er geen voorziening worden getroffen. Ten tijde van het opstellen van deze begroting zijn nog weinig ervaringsgegevens voorhanden aangezien de organisatie pas sinds 1 oktober 2011 operationeel is. Er is op dit moment slechts een risico bekend dat vanwege aard en omstandigheden onder deze paragraaf moeten worden opgenomen. Griffiekosten Door een beoogde wetswijziging kunnen met ingang van 1 juli 2012 de griffiekosten behoorlijk op gaan lopen. Overheden die een beroepszaak verliezen zullen de griffiekosten moeten betalen. De griffiekosten bedragen minimaal 5.000,- per zaak, maar kunnen in hoger beroep oplopen tot ,- per zaak. 4.5.) Financiering Conform artikel 13 Bbv dient de paragraaf Financiering in ieder geval de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille te bevatten. BSOB conformeert zich in deze aan de Wet Fido en heeft middels een treasurystatuut invulling gegeven en kaders gesteld voor een verantwoorde, prudente en professionele inrichting van de treasuryfunctie. De financieringsrisico s zijn voor BSOB vrij beperkt aangezien de organisatie vooralsnog geen langlopend vreemd vermogen hoeft aan te trekken ter financiering van investeringen. Indien deze situatie ongewijzigd blijft, is het herfinancieringrisico nihil Bankrelatie BSOB heeft in 2011 een overeenkomst tot bancaire dienstverlening en bijbehorende servicedienstverlening gesloten met de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG). De overeengekomen diensten worden verricht in de periode tot 1 juli 2015, met een optie tot verlening van drie keer een periode van twee jaar. In dit kader heeft de BSOB beschikking over een rekening-courantrekening en een zogenoemde inningsrekening. 4.6.) Verbonden partijen BSOB heeft geen verbonden partijen. Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 14

15 5.) Beleidsbegroting 5.1.) Overzicht lasten en baten per kostensoort begroting 2012 wijzigingen bijgestelde begroting 2012 begroting 2013 verschil in % Lasten Kapitaallasten ,87% Personeelslasten ,00% Goed/diensten derden ,58% ,18% Onvoorzien ,68% ,19% Baten Goed/diensten derden ,00% Bijdragen van derden ,26% ,19% wijzigingen 2012 besluit AB nog te wijz in 2012 totaal Kapitaallasten Personeelslasten Goed/diensten derden Figuur 15: Begrotingsopbouw 2013 Analyse. begrotingswijzigingen 2012: specificatie bedrag Bankkosten en -rente Automatiseringskosten Gegevensaanlevering derden Overige dienstverlening (effect Brabant Water c.a.) Formatieuitbreiding (effect Brabant Water c.a.) Sociaal Plan Kapitaallasten Totaal De post gegevensaanlevering derden was bij het opstellen van de begroting 2012 niet inzichtelijk. Dit was ook aan gegeven in de risicoparagraaf. Inmiddels is duidelijk dat de kosten GBA en Kadaster ruim hoger uitvallen. De kosten welke voortkomen uit het Sociaal Plan waren ten tijde van het opstellen van de begroting 2012 nog niet bekend. Dit betekent een verhoging van De kapitaallasten ad betreffen een correctie van de begroting Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 15

16 De overige niet genoemde wijzigingen maken onderdeel uit van het AB-besluit van 30 september verschil begrotingen 2012 en 2013: Zoals aangegeven in hoofdstuk 4 is een prijscorrectie toegepast van 2,75% voor de niet-loongevoelige onderdelen. Deze correctie bedraagt ) Overzicht bijdrage per deelnemer In onderstaande figuren zijn de bijdragen van de deelnemers in absolute en relatieve zin vergeleken met de begroting Daarnaast is de vergelijking tussen de bijdragen van het waterschap en de gezamenlijke gemeenten grafisch weergegeven. Uit de figuren blijkt dat het aandeel van de gemeenten licht is gedaald. Hierbij nog geen rekening is gehouden met het BTW-voordeel. Het aandeel van het waterschap is fors gestegen. Oorzaak van deze ontwikkeling is een wijziging in de kostenverdeelsleutel welke is gebaseerd op het formatieplan. In de begroting 2013 wordt aanzienlijk minder formatie begroot voor het programma Waarderen. De geraamde capaciteit voor het programma Innen is daarentegen fors gestegen. Overzicht bijdrage per deelnemer deelnemers verschil in % Boekel ,11% Deurne ,15% Oss ,92% Uden ,02% Veghel ,27% Aa en Maas ,89% ,95% Figuur 17: vergelijkend overzicht bijdragen deelnemers begroting 2012 begroting 2013 gemeenten (48%) waterschap (52%) gemeenten (49%) waterschap (51%) Figuur 14: Verdeling aandeel waterschap vs gemeenten in % Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 16

17 6.) Bijlagen Bijlage 1 Staat van activa Bijlage 2 Meerjarenprognose Bijlage 3 Lijst met afkortingen Begroting 2013, MJR Belastingsamenwerking Oost Brabant 17