FOCUS Analyse van de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "FOCUS Analyse van de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers"

Transcriptie

1 FOCUS Analyse van de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat Brussel Tel.: Website:

2 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat Brussel of Bijkomende exemplaren zijn op aanvraag te verkrijgen. De gegevens mogen enkel worden overgenomen met vermelding van de bron. Deze studie is louter informatief en mag niet beschouwd worden als een document waaruit bepaalde rechten afgeleid kunnen worden.

3 INHOUDSOPGAVE Inleiding Evolutie van het aantal kinderen De regeling voor werknemers Aantal Kraamgeld Per leeftijdscategorie De regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag (GGB) Aantal Kraamgeld Per leeftijdscategorie De regeling voor zelfstandigen Aantal Kraamgeld Per leeftijdscategorie De regeling voor de overheidssector Aantal Per leeftijdscategorie Vergelijking van de regelingen Analyse van de toekomstige evolutie van het aantal kinderen per leeftijd...24 en zoeken naar een voorspellend model Methode Evolutie Gegevens Migraties Evolutie van het aantal kinderen Demografische evolutie per leeftijd Overgangsmatrix Voorspellingen...34 Conclusie...37 Bijlagen.. 40

4 Inleiding België heeft verschillende regelingen om kinderbijslag te betalen: de regeling voor werknemers, de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag, de regeling voor zelfstandigen en de regeling voor de overheidssector. Het aantal kinderen is in de verschillende regelingen relatief verschillend geëvolueerd de voorbije decennia. De evolutie van het aantal kinderen onderzoeken is van belang aangezien dat aantal rechtstreeks invloed heeft op de uitgaven voor kinderbijslag. De verdeling per leeftijd maakt het meer bepaald mogelijk om de uitgaven voor de leeftijdstoeslag en de jaarlijkse toeslag te bepalen. In het eerste deel van de studie wordt een historisch overzicht geschetst van de evolutie van het aantal kinderen van 0 tot 24 jaar voor alle regelingen om er de grote demografische tendensen uit af te leiden en om vast te stellen of bepaalde parallellen bestaan tussen die regelingen. Aangezien het oorspronkelijke idee was om het aantal kinderen te bepalen van een volledige generatie kinderen beslaat de analyse de periode 1984 tot In de studie wordt meer specifiek de evolutie per leeftijdscategorie onderzocht. In het tweede deel van de studie wordt een demografisch model voorgesteld waarmee de evolutie van het aantal kinderen van 0 tot 24 jaar en de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd en de onderliggende demografische tendensen zouden voorspeld moeten kunnen worden voor de komende jaren. Met dat model wil men de volgende vraag beantwoorden: "Zal het aantal kinderen in de regeling voor werknemers blijven stijgen de komende jaren?"». Een dergelijk model ontwikkelen vergemakkelijkt de berekening van de begroting, meer bepaald wat betreft de raming van de uitgaven voor de leeftijdstoeslag en de jaarlijkse toeslag. 1

5 1. Evolutie van het aantal kinderen 1.1 De regeling voor werknemers Aantal In de studie wordt de evolutie van het aantal kinderen van 0-24 jaar geanalyseerd. De kinderen ouder dan 25 jaar worden niet opgenomen aangezien het enkel gaat om kinderen met een handicap die kinderbijslag ontvangen zonder leeftijdsbeperking. Sinds 1987 kunnen immers enkel rechtgevende kinderen met een handicap die voor 1 juli 1966 geboren zijn (en die 21 jaar of ouder waren op 1 juli 1987) nog kinderbijslag zonder leeftijdsbeperking ontvangen 1. Die groep rechtgevenden ouder dan 25 jaar wordt jaar na jaar kleiner en heeft geen uitgesproken invloed op de globale evolutie van de rechthebbende kinderen in de regeling voor werknemers. Grafiek 1: Evolutie van het aantal kinderen van 0-24 jaar in de regeling voor werknemers ( ) Terwijl in 1984 de regeling voor werknemers kinderen telde, telde ze kinderen jonger dan 25 in 2011, een stijging van 11,60 %. Het aantal kinderen daalt licht jaar na jaar tussen 1 Focusstudie : De kinderbijslag voor invalide rechthebbenden. 2 Zie bijlage 1 voor het aantal kinderen van 0-24 jaar. 2

6 1984 en Vervolgens blijft het stijgen tot in De evolutie is over het algemeen vrij lineair en gebeurt geleidelijk. Enkel in 1990 kende de regeling een grotere stijging dan in de volgende paar jaren. Zoals te zien in grafiek 2 is die stijging het gevolg van een grote stijging van het aantal geboortes toen. Sinds het begin van de regeling is het aantal kinderen dat verder studeert na de wettelijk verplichte leeftijd blijven stijgen. Bovendien is de studieduur heel wat langer geworden zodat men bijgevolg later op de arbeidsmarkt komt. Die elementen kunnen eveneens de stijging van het aantal kinderen in de laatste 27 jaar verklaren. In 1984 telde de regeling voor werknemers kinderen. In 2011 telde ze er => In 27 jaar is die regeling met 11,60 % gestegen Kraamgeld De leeftijdsstructuur en de evolutie ervan worden bepaald door de migraties tussen regelingen maar ook door de evolutie van het aantal geboortes. Die maken het dus mogelijk om de evolutie per leeftijdscategorie beter te begrijpen. 3

7 Grafiek 2: Evolutie van het kraamgeld in de regeling voor werknemers ( ) Van 1984 tot 2011 steeg globaal gezien het aantal betalingen van kraamgeld in de regeling voor werknemers. Die stijging valt uiteen in drie grote evoluties: tussen 1984 en 1992 een vrij grote stijging van meer dan 21 %, tussen 1992 en 2002 een daling van 10,28 % en sinds 2002 een stijging van 12 %. Zoals te zien is in de volgende grafiek stemmen die tendensen wat vrij logisch is overeen met de evolutie van het aantal geboortes bij de globale bevolking van België. Zoals hierna duidelijk wordt, wordt de invloed van de babyboom van en van de kinderen 4 van de babyboomers geboren in het begin van de jaren 1990 weerspiegeld in de evolutie van de leeftijdsgroepen van de regeling voor werknemers. 3 Zie bijlage 5 voor het aantal betalingen van kraamgeld in die regeling. 4 Volgens de studie Focus : Een vooruitblik naar de toekomst... Op basis van actuele tendensen en prognoses. stelde men in het begin van de jaren 1990 een licht door de babyboomgeneratie veroorzaakt echo-effect vast dat zich uitte in een stijging van het aantal geboortes. De kinderen die geboren zijn tijdens de piek van de babyboomgeneratie waren tussen 25 en 30 jaar oud in het begin van de jaren 1990 en ze begon dus gezinnen te stichten, wat opnieuw een stijging van het aantal geboortes met zich heeft gebracht. 4

8 Grafiek 3: Evolutie van het aantal geboortes in België ( ) In 27 jaar is het aantal betalingen van kraamgeld met 21,63 % gestegen Per leeftijdscategorie Aangezien de gegevens enkel beschikbaar zijn voor bepaalde leeftijdscategorieën in de statistieken en niet voor elke leeftijd wordt in het eerste deel van de studie dus de evolutie per leeftijdscategorie geanalyseerd. De categorieën zijn 0-5 jaar, 6-11 jaar, jaar en jaar. Hoewel sinds 1997 de gegevens beschikbaar zijn voor de categorie jaar, was dat daarvoor immers niet het geval voor alle regelingen. In het tweede deel van de studie wordt het model ontwikkeld voor alle leeftijden: 0 jaar, 1 jaar, 2 jaar etc. 7 5 Bron: ADSEI - Evolutie van het aantal geboorten. 6 Er moet worden opgemerkt dat die categorie kleiner is dan de andere omdat ze maar vier jaar beslaat. 7 Dat model is immers gebaseerd op de cijfers van het Kadaster van de Kinderbijslag, dat het aantal kinderen voor elke leeftijd bevat. 5

9 In de regeling voor werknemers zijn in de periode de categorieën met het grootste aantal kinderen de categorieën 0-5 jaar en 6-11 jaar. De categorie met het minste aantal kinderen is de categorie jaar. Grafiek 4: Evolutie van het aantal kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor werknemers ( ) jaar 6 11 jaar jaar jaar Over het algemeen met uitzondering van de leeftijdscategorie jaar kennen alle categorieën een globale stijging in die 27 jaar. De categorie die de grootste stijging kende is de categorie jaar (+ 27,11 %). De categorie jaar daalde met 5,38 %. In 27 jaar steeg het aantal kinderen van 0-5 jaar met 14,74 %, voornamelijk twee grote stijgingen tussen 1987 en 1993 en tussen 1999 en Zoals al eerder vermeld stemmen die stijgingen overeen met stijgingen van het aantal geboortes in de regeling voor werknemers. Die stijgingen stemmen zelf overeen met de stijgingen van het aantal geboortes in België onder invloed, onder andere, van de kinderen van de babyboomgeneratie. 8 Zie bijlage 1 voor het aantal kinderen per leeftijdscategorie. 6

10 De categorie kinderen van 6-11 jaar kent een andere evolutie. Het aantal kinderen blijft eerder stabiel buiten een duidelijke stijging van 8,41 % tussen 1993 en Die stijging is eveneens een gevolg van de stijging van het aantal geboortes tussen 1987 en De categorie jaar daalt globaal gezien met voornamelijk een grote daling van 14,17 % van het aantal kinderen tussen 1984 en 1989 die gecompenseerd wordt door een stijging van 12,62 % tussen 1998 en De rest van de tijd is de evolutie relatief stabiel. Hoewel het aantal kinderen van jaar ook stijgt, blijft het lager dan het aantal kinderen van 0-5 jaar en 6-11 jaar. Er kan echter worden opgemerkt dat die categorie in 27 jaar de twee andere bijna heeft ingehaald. Dat zou kunnen worden verklaard door het feit dat de leerplicht in 1983 tot 18 jaar is opgetrokken en dat de studieduur van kinderen ouder dan 18 verhoudingsgewijs gestegen is de laatste jaren. De grootste stijging=> jaar: +27,11 %. De grootste daling => jaar: 5,38 %. In 1984 is de categorie 0-5 jaar de categorie met het grootste percentage kinderen (28,52 %), op de voet gevolgd door de categorie 6-11 jaar (27,89 %). De kleinste categorieën zijn de categorieën jaar (22,67 %) en jaar (20,92 %). 7

11 Grafiek 5: Vergelijking van de verdeling van de kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor werknemers (1984 en 2011) 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% ,00% 0,00% 0 5 jaar 6 11 jaar jaar jaar De rangschikking van de categorieën is in 27 jaar niet veranderd. Terwijl de eerste twee categorieën min of meer stabiel blijven is de categorie jaar 3,15 % groter dan in 1984 en is de categorie jaar 3,18 % kleiner. Het verschil tussen die twee laatste wordt dus groter. In 2011 is de leeftijdscategorie met het grootste aantal kinderen => 0 5 jaar: 29,33 %, het kleinste aantal kinderen => jaar: 17,74 %. 1.2 De regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag (GGB) Aantal Kort samengevat werd de residuaire regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag met de wet van 20 juli 1971 opgericht en trad ze op 1 januari 1972 in werking. Ze werd ontwikkeld voor kinderen die geen recht op kinderbijslag hebben in een andere Belgische, buitenlandse of internationale regeling 8

12 en men krijgt er toegang toe op basis van de inkomsten en de woonplaats van de aanvrager en het kind. Grafiek 6: Evolutie van het aantal kinderen van 0-24 jaar in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag ( ) In die regeling evolueert het aantal rechtgevende kinderen van 0-24 jaar spectaculair. In 27 jaar is het aantal kinderen verviervoudigd, van naar kinderen (een stijging met 311,59 %). Het grootste deel van die stijging deed zich voor tussen 1984 en Daarna schommelt de evolutie meer. Die schommelende evolutie zou verklaard kunnen worden door de economische conjunctuur en de immigratie van asielzoekers die hun land ontvluchten. Die vallen onder geen enkele traditionele kinderbijslagregeling bij hun aankomst in België. Zodra ze als vluchteling erkend zijn hebben ze recht op kinderbijslag in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag. 9 Zie bijlage 2 voor het aantal kinderen van 0-24 jaar. 9

13 In 1984 telde de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag kinderen. In 2011 telde ze er => In 27 jaar is die regeling met 311,59 % gestegen Kraamgeld In 2011 zijn er vijf maal zoveel betalingen van kraamgeld dan in Grafiek 7: Evolutie van het kraamgeld in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag ( ) Tussen 1990 en 1998 was er een piek. Die stijging verklaart de stijging van het aantal kinderen van 0-5 jaar in diezelfde periode zoals in de volgende paragraaf wordt uiteengezet. De rest van de tijd schommelen de betalingen van kraamgeld van jaar tot jaar. 10 Zie bijlage 5 voor het aantal betalingen van kraamgeld in die regeling. 10

14 In 27 jaar is het aantal betalingen van kraamgeld met 454,89 % gestegen Per leeftijdscategorie Grafiek 8: Evolutie van het aantal kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag ( ) jaar 6 11 jaar jaar jaar De vier leeftijdscategorieën kennen vrij gelijksoortige evoluties onderling en ten opzichte van de evolutie van het totale aantal kinderen van de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag. Hoewel de evolutie van de categorie jaar globaal gezien ook stijgend is, is de curve ervan minder onregelmatig en is de evolutie minder spectaculair dan die van de andere leeftijdscategorieën. Die evolutie zou verklaard kunnen worden door het feit dat in die regeling minder kinderen ouder dan 18 hun studies verder zetten. 11 Zie bijlage 2 voor het aantal kinderen per leeftijdscategorie. 11

15 De grootste stijging=> jaar: +541,69 %. In 1984 is de grootste categorie de categorie 0-5 jaar, gevolgd door 6-11 jaar, jaar en als laatste de categorie jaar. In 2011 geldt die rangschikking nog, ook al is het verschil tussen de categorieën veel groter geworden. In 1984 behoorde meer dan 40 % van het aantal kinderen tot de categorie 0-5 jaar en meer dan 30 % tot de categorie 6-11 jaar. De kinderen jonger dan 12 jaar maakten dus al 72,89 % van het totaal uit. De categorie jaar blijft daar met 17,31 % duidelijk onder terwijl de categorie duidelijk losstaat van de drie andere met slechts 9,80 %. Grafiek 9: Vergelijking van de verdeling van de kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag (1984 en 2011) 45,00% 40,00% 35,00% 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% 5,00% 0,00% 0 5 jaar 6 11 jaar jaar jaar In 2011 verkleint het verschil tussen de categorieën licht. In vergelijking met 1984 vermindert het deel 0-5 jaar in de regeling met 2,45 % en stijgt het deel jaar met 5,48 %. 12

16 In 2011 is de leeftijdscategorie met het grootste aantal kinderen => 0 5 jaar: 39,65 %, het kleinste aantal kinderen => jaar: 15,28 %. 1.3 De regeling voor zelfstandigen Aantal Het aantal kinderen in de regeling voor zelfstandigen is letterlijk ingezakt sinds 1984, van naar kinderen, een verlies van 39,31 %. Grafiek 10: Evolutie van het aantal kinderen van 0-24 jaar in de regeling voor zelfstandigen ( ) Volgens de bestaande studies 13 is er sinds de jaren 1960 een verschuiving merkbaar van de regeling voor zelfstandigen naar de regeling voor werknemers. 12 Zie bijlage 3 voor het aantal kinderen van 0-24 jaar. 13 Studies: Focus : Het kinderbijslagstelsel van de zelfstandigen en dat van de werknemers - Vergelijkende studie van de wetgeving en de evolutie van de effectieven en Het kinderbijslagstelsel van de zelfstandigen Telling

17 Die verschuiving is gedeeltelijk een gevolg van de voorrangsregels om toegang te krijgen tot de regelingen. In de gezinnen waar de vader zelfstandig is en de moeder minstens halftime werkt, krijgt de moeder immers voorrang op de vader en wordt de gezinsbijslag in de regeling voor werknemers betaalt. In 2011 hadden vrouwelijke rechthebbenden in de regeling voor werknemers (7,38 % van alle rechthebbenden in die regeling) een zelfstandige partner. Er dient ook opgemerkt te worden dat sinds 1 januari 2003 een parttime werknemer beschouwd wordt als werknemer als zijn wekelijkse arbeidsduur als werknemer minstens de helft is van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van zijn fulltime equivalent. In 1984 telde de regeling voor zelfstandigen kinderen. In 2011 telde ze er slechts => In 27 jaar is die regeling met 39,31 % gedaald Kraamgeld De evolutie van de betalingen van kraamgeld in valt uiteen in twee grote stromingen: een stijging van 16,65 % in 1984 tot 1991 en een daling van meer dan 39 % vanaf Over de gehele bestudeerde periode komt dat overeen met een globale daling van 29,33 %. Zoals al eerder werd toegelicht is die daling het gevolg van de verschuiving van de regeling voor zelfstandigen naar de regeling voor werknemers. 14

18 Grafiek 11: Evolutie van het kraamgeld in de regeling voor zelfstandigen ( ) In 27 jaar is het aantal betalingen van kraamgeld met 29,33 % gedaald Per leeftijdscategorie Globaal gezien dalen de vier leeftijdscategorieën. In tegenstelling tot de regeling voor werknemers is de categorie jaar de grootste categorie en is de categorie 0-5 jaar de kleinste categorie. Dat zou verklaard kunnen worden door een kleine toevloed in de regeling voor zelfstandigen via geboortes, wat een groter deel oudere kinderen tot gevolg heeft. Dat zou met andere woorden kunnen betekenen dat de rechthebbenden later in de regeling voor zelfstandigen komen aangezien ze al kinderen hebben en dat die ouder zijn. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat in vergelijking met de regeling voor werknemers een groter deel kinderen van zelfstandigen verder studeert. 14 Zie bijlage 5 voor het aantal betalingen van kraamgeld in die regeling. 15

19 Grafiek 12: Evolutie van het aantal kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor zelfstandigen ( ) jaar 6 11 jaar jaar jaar De categorie jaar daalt het sterkst in 27 jaar (- 47,55 %) en de categorie 0-5 jaar daalt het minst (slechts 32,13 %). De profielen van de categorieën jaar en 6-11 jaar stemmen nagenoeg overeen met de andere categorieën met respectievelijk een globale daling van 36,93 % en 39,90 %. In de evolutie van de categorieën 0-5 jaar en 6-11 jaar is echter een grotere stijging tussen 1990 en 1994 merkbaar. Die stijging is een gevolg van de kinderen van de babyboomgeneratie in het begin van de jaren De grootste daling => jaar: 47,55 %. 15 Zie bijlage 3 voor het aantal kinderen per leeftijdscategorie. 16

20 In 1984 is de categorie jaar de categorie met het grootste percentage kinderen (32,59 %). Daarna volgen de categorieën 6-11 jaar en jaar met respectievelijk 25,75 % en 23, 46 % van het aantal kinderen in de regeling. De categorie 0-5 jaar is de hekkensluiter met slechts 18,20 % van het aantal kinderen. Grafiek 13: Vergelijking van de verdeling van de kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor zelfstandigen (1984 en 2011) 35,00% 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% ,00% 5,00% 0,00% 0 5 jaar 6 11 jaar jaar jaar De verhouding van de categorieën is in 27 jaar veranderd. Het verschil tussen het deel kinderen van jaar en 6-11 jaar is groter en het verschil tussen het deel kinderen van jaar en 0-5 jaar is kleiner. De categorie is met 1,28 % gestegen, de categorie 0-5 jaar met 2,15 %, de categorie 6-11 jaar is min of meer stabiel gebleven en de categorie jaar is 3,19 % gedaald in de volledige regeling. In 2011 is de leeftijdscategorie met het grootste aantal kinderen => jaar: 33,87 %, het kleinste aantal kinderen => jaar: 20,28 %. 17

21 1.4 De regeling voor de overheidssector Aantal In de regeling voor de overheidssector is er geen centrale instelling die de kinderbijslag betaalt. Hij wordt betaald door verschillende instellingen (zie schema 1 16 hieronder) en de bijbehorende statistieken zijn dus verdeeld over die verschillende instellingen. Het is dus vrij moeilijk om tot precieze en betrouwbare historische cijfers te komen om de evolutie van het aantal kinderen in die regeling te bestuderen. Schema 1: De kinderbijslaginstellingen in de overheidssector Overheidssector RKW RSZPPO Autonoom en CDVU Staat, Gemeenschappen en Gewesten Gemeentes, OCMW's, lokale politie CDVU Onderwijzend personeel Autonome instellingen Overheidssector Oorlogsslachtoffers 16 Zie de studie De kinderbijslag in de overheidssector - Tellingen

22 De door de RKW gepubliceerde cijfers van de overheidssector bestonden in het verleden enerzijds uit bestaande cijfers van - de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten (RSZPPO), - de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW), - de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven (CDVU). en anderzijds uit ramingen van de Rijksdienst op basis van verschillende bronnen (meer bepaald door navraag te doen bij verschillende overheidsdiensten): - voor de openbare instellingen die zelf kinderbijslag aan hun werknemers betalen. Aangezien de autonome instellingen verplicht waren zich voor 1 oktober 2008 in het Kadaster 17 van de Kinderbijslag voor Werknemers 18 te integreren, zijn de statistische gegevens van de overheidssector momenteel minder verspreid en is het voortaan mogelijk een beter beeld te krijgen van het aantal dossiers en het aantal rechtgevende kinderen in die sector. Door de problemen bij het correct ramen van het aantal kinderen in de overheidssector in het verleden is de evolutie per jaar van het aantal kinderen in die regeling moeilijker te evalueren. Het volgende deel van de analyse is gedeeltelijk op ramingen gebaseerd en er moet dus omzichtig mee worden omgesprongen. Sinds 1984 is het aantal kinderen relatief stabiel en stijgt het licht met 4,64 %. 17 Zie de inleiding van het tweede deel van deze studie voor de definitie van het Kadaster van de Kinderbijslag. 18 Programmawet van 20 juli 2006, in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd op 28 juli

23 Grafiek 14: Evolutie van het aantal kinderen van 0-24 jaar in de regeling voor de overheidssector ( ) (ramingen) Per leeftijdscategorie In 1984 is de categorie 6-11 jaar de categorie met het grootste aantal kinderen. In 27 jaar was er een globale daling van het aantal kinderen met 7,31 %. In 2011 is ze niet langer de categorie met het grootste aantal kinderen en staat ze op de tweede plaats. 19 Zie bijlage 4 voor het aantal kinderen van 0-24 jaar. 20

24 Grafiek 16: Evolutie van het aantal kinderen per leeftijdscategorie in de regeling voor de overheidssector ( ) jaar 6 11 jaar jaar jaar De categorie 0-5 jaar is de tweede grootste categorie in Van 1984 tot 2011 daalt het globale aantal kinderen met 8,50 %. In 1984 staat de categorie jaar op de derde plaats. Ze stijgt de daaropvolgende 27 jaar met 42,63 % en staat zo op de eerste plaats in De categorie jaar is ten slotte de categorie met het minst aantal kinderen zowel in 1984 als in In 27 jaar daalt die categorie globaal gezien met 5,70 %. De grootste stijging=> jaar: +42,63 %. De grootste daling => 0 5 jaar: 8,50 %. 20 Zie bijlage 4 voor het aantal kinderen per leeftijdscategorie. 21

25 In 1984 zijn de leeftijdscategorieën min of meer gelijk verdeeld. De categorieën met het grootste aantal kinderen zijn de categorieën 6-11 jaar (28,30 %) en 0-5 jaar (26,64 %). De categorieën met het minst aantal kinderen zijn de categorieën jaar (23,88 %) en jaar (21,18 %). Grafiek 17: Vergelijking van de verdeling van de kinderen per leeftijdscategorie (1984 en 2011) 35,00% 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% ,00% 0,00% 0 5 jaar 6 11 jaar jaar jaar In 2011 worden de rollen enigszins omgedraaid en vergroot het verschil tussen de categorieën licht met een stijging van 8,67 % in de categorie jaar en een daling in de drie andere categorieën (- 3,34 % in 0-5 jaar, - 3,23 % in 6-11 jaar en - 2,09 % in jaar). In 2011 is de leeftijdscategorie met het grootste aantal kinderen => jaar: 32,55 %, het kleinste aantal kinderen => jaar: 19,09 %. 22

26 1.5 Vergelijking van de regelingen Zowel in 1984 als in 2011 is de regeling voor werknemers de regeling met het grootste aantal kinderen en is de regeling voor de gewaarborgde gezinsbijslag de regeling met het minst aantal kinderen. In 27 jaar steeg het aantal kinderen in de regeling voor werknemers, de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag en de regeling voor de overheidssector maar daalde het aantal kinderen in de regeling voor zelfstandigen sterk. Tabel 1: Aantal kinderen per regeling en per leeftijdscategorie (1984 en 2011) Jaar Regeling 0-5 jaar 6-11 jaar jaar jaar Totaal 0-24 jaar Werknemers GGB Zelfstandigen Overheidssector TOTAAL Werknemers GGB Zelfstandigen Overheidssector TOTAAL Het aantal kinderen van 0 tot 24 jaar steeg het meest in 27 jaar in de regeling voor gewaarborgde gezinsbijslag en daalde het meest in de regeling voor zelfstandigen (zie volgende tabel). Dat blijkt eveneens zo te zijn voor alle leeftijdscategorieën. Voor alle regelingen samen is de categorie jaar de leeftijdscategorie waarin het aantal kinderen het meest gestegen is en is de categorie jaar de leeftijdscategorie waarin het aantal kinderen het meest gedaald is. De categorie kinderen van 0 tot 5 jaar kende eveneens een grote stijging. 23

27 Tabel 2: Evolutie van het aantal kinderen per regeling en per leeftijdscategorie ( ) Regeling 0-5 jaar 6-11 jaar jaar jaar Totaal aantal kinderen 0-24 jaar Werknemers 14,74% 8,51% -5,38% 27,11% 11,60% GGB 287,62% 288,67% 280,37% 541,69% 311,59% Zelfstandigen -32,13% -39,90% -47,55% -36,93% -39,31% Overheidssector -8,50% -7,31% -5,70% 42,63% 4,64% TOTAAL 7,30% 0,40% -10,97% 19,18% 4,36% 2. Analyse van de toekomstige evolutie van het aantal kinderen per leeftijd en zoeken naar een voorspellend model 2.1 Methode De evolutie van het aantal kinderen in de verschillende kinderbijslagregelingen verschilt sterk per leeftijdscategorie en per regeling. Het is dus niet eenvoudig om er voorspellingen over te doen. Er kan echter een model worden opgesteld dat die evolutie zo goed mogelijk benadert. Dat model is gebaseerd op de wiskundige methode van Andrej Markov: het principe van de overgangskansen en Markovketens. Die methode is interessant omdat het om een eenvoudig demografisch model gaat waarmee men de evolutie van een eindig aantal individuen in model kan brengen en waarvoor men niet over gegevens moet beschikken die tot ver in de tijd teruggaan. Die methode kan dus worden toegepast op het eindig aantal kinderen van 0 tot 25 jaar 21 en op meer recente, dus meer precieze gegevens. De methode van Markov 22 is gebaseerd op overgangskansen die als volgt gedefinieerd worden: 21 Waarom voor die begrenzing gekozen werd, wordt toegelicht in punt Demografische evolutie per leeftijd 22 Zie Wikipedia De vrije encyclopedie Artikel: Markov-keten. 24

28 De overgangskans p i,j is de kans om over te gaan van status i op tijdstip t 0 naar status jop tijdstip t 1 als: p i,j = P(X 1 = j X 0 = i) Op basis van die kansen kan de overgangsmatrix bepaald worden. Het gezin met aantal leden P = ( p i,j) wordt de overgangsmatrix van de Markovketen genoemd. Om het principe van Markov te kunnen toepassen moet die matrix een vierkante matrix 23 zijn en moet ze overgangskansen bevatten zodat de som van elke regel 100 % is. Volgens het principe van Markov is de best mogelijke voorspelling van de toekomst als het verleden en het heden gekend is, identiek aan de best mogelijke voorspelling van de toekomst als enkel het heden gekend is. Als een situatie op tijdstip t 0 gekend is, kan, door de overgangsmatrix erop toe te passen, de situatie op tijdstip t 1 op de volgende manier worden voorspeld: (waarbij (0) x en x (1) = x (0) P (1) x vectoren zijn die de situatie op respectievelijk tijdstippen t 0 en t 1 voorstellen). Op dezelfde manier kan nu met de situatie op tijdstip t 1 de situatie op tijdstip t 2 voorspeld worden door middel van de overgangsmatrix: (2) (1) x = x P = x (0) P 2 (0) (waarbij x, voorstellen). (1) x en (2) x vectoren zijn die de situatie op respectievelijk tijdstippen t 0, t 1 en t 2 23 Ze moet evenveel regels als kolommen bevatten. 25

29 Dat principe kan keer op keer worden toegepast en zo verkrijgt men de kansvector op tijdstip tn op basis van de oorspronkelijke vector op tijdstip t 0 : x ( n) = x ( n 1) P = x (0) P n (0) (waarbij x, voorstellen). ( n 1) x en (n) x vectoren zijn die de situatie op respectievelijk tijdstippen 0 t, t n 1 en t n Concreet wordt met de studie een kansmatrix bepaald die de evolutie van het aantal kinderen voor alle leeftijden tussen 0 en 25 jaar 24 weergeeft. Die matrix kan worden toegepast op een vector met het aantal kinderen op een bepaald moment om het aantal kinderen te bepalen op een later moment voor alle leeftijden tussen 0 en 25 jaar. 2.2 Evolutie De eerste stap bij het opstellen van dat model is de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 analyseren. Die jaren werden gekozen omdat de bijbehorende gegevens recenter en vollediger zijn en dus preciezer en van betere kwaliteit. Bovendien maakt dat het mogelijk te controleren of de raming de werkelijkheid benadert door te kijken naar de gegevens van 31 december Gegevens De gebruikte gegevens komen van het Kadaster van de Kinderbijslag en zijn bewerkt om het model te kunnen opstellen. Door het Kadaster te gebruiken kan de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd, en niet langer zoals in het eerste deel per leeftijdscategorie, bestudeerd worden. Die bron is bovendien de meest volledig beschikbare. Het Kadaster bevat immers de dossiers waarbij gezinsbijslag betaald wordt in de regelingen voor werknemers, voor gewaarborgde gezinsbijslag en voor de overheidssector. Voor die dossiers verzamelt het Kadaster een bepaald aantal identificatiegegevens over de rechthebbenden, de bijslagtrekkenden maar vooral over de rechtgevende kinderen. Bovendien moeten sinds 1 oktober 2008, naast de kinderbijslagfondsen van 24 Waarom voor die begrenzing gekozen werd, wordt toegelicht in punt Demografische evolutie per leeftijd. 26

30 de regeling voor werknemers en bepaalde openbare instellingen (RSZPPO, RKW, derden etc.), alle instellingen van de overheidssector 25 de gegevens van de kinderbijslagdossiers die ze voor hun personeel beheren in het Kadaster invoeren. De gegevens over de kinderen werden op waardedatums 31 december 2009 en 31 december 2010 uit het Kadaster gehaald waardoor twee foto's van de situatie op die datums werden verkregen. Op basis van de geboortedatums en de identificatienummers van de sociale zekerheid kon het aantal kinderen per leeftijd op 31 december 2009 en op 31 december 2010 worden bepaald. Er moet worden benadrukt dat de uit het Kadaster gehaalde gegevens dan wel de kinderbijslagregelingen voor werknemers, voor gewaarborgde gezinsbijslag en voor de overheidssector betreffen, maar dat het niet mogelijk is te bepalen uit welk van de drie regelingen ze afkomstig zijn (dus te bepalen tot welk van de drie regelingen een kind behoort). Het "systeem" omvat alle kinderen voor wie kinderbijslag wordt betaald in de regeling voor werknemers, voor gewaarborgde gezinsbijslag of voor de overheidssector. In het systeem is het niet mogelijk te bepalen uit welk van de drie regelingen een kind komt. De kinderen voor wie kinderbijslag betaald wordt in de regeling voor zelfstandigen maken dus geen deel uit van dat systeem. Dat is eveneens zo voor de kinderen die onder geen enkele andere Belgische kinderbijslagregeling vallen. 25 Inclusief de instellingen waarvan het loon van het personeel door de federale staat wordt betaald en die de betaling van kinderbijslag aan de RKW hebben toevertrouwd en de instellingen die de kinderbijslag voor eigen rekening betalen en die besloten hebben deel uit te maken van het Kadaster (bv.: de NMBS, bpost). 27

31 2.2.2 Migraties Migraties worden gedefinieerd als mogelijke wijzigingen van de status van de kinderen tussen de situatie op 31 december 2009 en de situatie op 31 december Er zijn drie types migraties die intern of extern in het systeem kunnen gebeuren. Tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 kan een kind in het systeem komen (externe migratie), uit het systeem gaan (externe migratie), in het systeem blijven(en intern migreren in het systeem). Voor het vervolg van deze studie en de correcte interpretatie van de resultaten moet worden opgemerkt dat bepaalde dossiers van kinderen niet actief kunnen zijn op 31 december 2009 maar actief op 31 december 2010 en dat ze dus beschouwd worden als in 2010 in het systeem komend. Bijvoorbeeld een student van 19 jaar oud die op 30 juni 2009 het schooljaar beëindigt en die beslist niet verder te studeren in september. Op 31 december 2009 was zijn dossier niet actief en zal zijn identificatienummer van de sociale zekerheid niet in de gegevens met als waardedatum 31 december 2009 zijn opgenomen. Als hij vervolgens beslist om verder te studeren en zich bijvoorbeeld op 1 oktober 2010 opnieuw inschrijft, dan is hij 20 jaar en krijgt hij opnieuw kinderbijslag vanaf november 2010 en zal zijn identificatienummer van de sociale zekerheid in de gegevens met waardedatum 31 december 2010 zijn opgenomen. In de omgekeerde situatie gaat een gelijksoortige redenering op. Een dossier dat op 31 december 2009 als actief beschouwd wordt en dat tijdelijk niet actief zou zijn op 31 december 2010 zal beschouwd worden als in 2010 het systeem verlatend. Die opmerking is belangrijk want ze betreft een groot aantal dossiers, wat de resultaten van het model sterk beïnvloedt. 28

32 Wie in het systeem komt wordt bepaald door: - de geboortes, - de overdrachten van dossiers van de regeling voor zelfstandigen, - de statuten die gewijzigd zijn van dossiers die tijdelijk niet actief waren en die opnieuw actief zijn, - de rechthebbenden die recht op kinderbijslag verkrijgen in België voor kinderen die buiten België werden grootgebracht, - de migraties van kinderen van uit het buitenland die geen recht op kinderbijslag hadden in een van de drie regelingen van het systeem. Wie uit het systeem gaat wordt bepaald door: - de overdrachten van dossiers naar de regeling voor zelfstandigen, - de migraties van kinderen naar het buitenland die geen recht op kinderbijslag meer hebben in een van de drie in het Kadaster opgenomen regelingen, - de van actief naar niet actief gewijzigde dossiers, - het begin van het beroepsleven voor de kinderen ouder dan 18, - de personen die 25 jaar worden, - de overlijdens. De interne migraties in het systeem worden bepaald door: - de leeftijdswijzigingen van de kinderen: per definitie gaan alle kinderen die in het systeem blijven van leeftijd t op 31 december 2009 naar leeftijd t+1 op 31 december 2010, - de wijzigingen van kinderbijslagregeling tussen de regeling voor werknemers, voor gewaarborgde gezinsbijslag en voor de overheidssector. Aangezien niet meer bepaald kan worden tot welk van die drie regelingen een kind behoort, zullen die migraties echter niet in de overgangskansen opgenomen zijn. 29

33 2.2.3 Evolutie van het aantal kinderen In de volgende tabel wordt het verloop van het aantal kinderen (alle leeftijden samen) en de uitwisselingen tussen intern en extern het systeem bestudeerd. Op 31 december 2009 telde het systeem kinderen en op 31 december Tabel 3: Migraties van het aantal kinderen tussen 2009 en 2010 Aantal kinderen Migraties 31/12/ /12/2010 In Uit Onveranderd Tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 hebben kinderen de regeling voor werknemers, voor gewaarborgde gezinsbijslag of voor de overheidssector verlaten omdat ze 25 jaar geworden zijn of omdat ze beginnen te werken zijn of omdat hun dossier naar de regeling voor zelfstandigen of naar het buitenland werden overgedragen of omdat hun dossier niet actief geworden is kinderen zijn daarentegen in het systeem gekomen (door geboorte, migratie vanuit het buitenland of vanuit de regeling voor zelfstandigen, wijziging van actief/niet actief dossier etc.). Tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 zijn kinderen in het systeem gebleven Demografische evolutie per leeftijd Bij deze meer gedetailleerde analyse van de migraties per leeftijd moet worden opgemerkt dat de gegevens enkel kinderen tussen 0 en 25 jaar betreffen. De kinderen van 25 jaar worden in de analyse opgenomen omdat het Kadaster actieve kinderen voor die leeftijd bevat. Het gaat immers om kinderen die in december van het lopende jaar 25 jaar zijn geworden die hun laatste betaling in januari van het daaropvolgende jaar ontvangen. De kinderen ouder dan 25 jaar 26 zijn niet opgenomen in de analyse want hun aantal zal blijven dalen in de toekomst en heeft geen sterke invloed op de demografische evolutie. 26 Het gaat enkel om de kinderen met een handicap die kinderbijslag krijgen zonder leeftijdsbegrenzing. 30

34 Voor alle duidelijkheid, in het systeem zijn de kinderen van bijvoorbeeld 3 jaar in 2009 dus de kinderen die 3 jaar oud waren op 31 december De kinderen van 3 jaar in 2010 zijn de kinderen die 3 jaar waren op 31 december 2010 en dat gaat op voor alle leeftijden. Uit de analyse van het Kadaster blijkt dat het aantal kinderen van 0 jaar in 2009 en 2010 lager is dan het aantal kinderen in een geboortecohort 27 de laatste jaren. Dat is te verklaren doordat de actieve kinderen op 31 december geselecteerd werden. De kinderen die tussen 1 en 31 december geboren zijn hebben nog geen actieve status gekregen in het Kadaster op het moment van de selectie aangezien ze hun recht maar op de 1 ste dag van de volgende maand krijgen (dus op 1 januari). Die kinderen zijn dus niet in de selectie opgenomen. Als voorbeeld nemen we een op 26 december 2009 geboren kind. De eerste keer dat kinderbijslag betaald wordt, is in januari Zijn dossier zal op 31 december 2009 dus nog niet in het Kadaster geactiveerd zijn en zal dus niet opgenomen zijn in de gegevens van die waardedatum. In werkelijkheid is dat kind voor 31 december 2009 geboren en is het dus 0 jaar op die datum. Dat verklaart het lagere aantal kinderen van 0 jaar in de gegevensbank ten opzichte van de geboortecohorten van de laatste jaren. Dezelfde redenering gaat op voor het aantal kinderen van 0 jaar in Aangezien het doel van dit deel een demografisch model ontwikkelen is, moet het de realiteit weerspiegelen. Het aantal kinderen van 0 jaar in 2009 en in 2010 moest dus verhoogd worden om aan een echt geboortecohort te komen. Daartoe werd het gemiddelde van het aantal geboortes van de meest recente cohorten genomen. Na die aanpassing werd het aantal inkomende, uitgaande en naar een hogere leeftijd overgaande kinderen geanalyseerd. Het grootste deel van de inkomende kinderen is 0 jaar in 2010 door de geboortes van Die kinderen kunnen echter op eender welke leeftijd in het systeem gekomen zijn aangezien de kinderen van het systeem voor zelfstandigen of uit het buitenland kunnen komen lang na hun geboorte en aangezien een groot aantal dossiers van kinderen dat niet actief was in 2009 opnieuw actief is in Er blijkt ook dat het aantal kinderen per leeftijd sterk afneemt vanaf 20 jaar (er zijn dus meer uitgaande kinderen) aangezien meer en meer kinderen stoppen met studeren vanaf die leeftijd. 27 Een geboortecohort (of generatie) is een groep personen die in een bepaalde periode geboren is. Doorgaans wordt het kalenderjaar waarin die personen geboren zijn als referentie gebruikt. 31

35 2.2.5 Overgangsmatrix Op basis van de vaststellingen over de evolutie van het aantal kinderen per leeftijd tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 kan een overgangsmatrix worden opgesteld die dan kan worden toegepast op een vector die het aantal kinderen per leeftijd op tijdstip t 0 voorstelt om een vector te verkrijgen die het aantal kinderen op tijdstip t 1, t 2, tn voorstelt. Ter informatie, zie tabel 4 hieronder voor de overgangsmatrix. In die matrix stellen de waarden c1, c2 en c3 de constante waarden voor waarmee de in het systeem komende en uit het systeem gaande kinderen in model kunnen worden gebracht. Met de waarde c1 kunnen de kansen dat kinderen door migratie in het systeem komen in model worden gebracht, dus de kans om opnieuw in het systeem te komen op eender welke leeftijd buiten 0 jaar. Met de waarde c2 kunnen de kansen dat kinderen door geboorte op 0 jaar in het systeem komen in model worden gebracht. Met de waarde c3 kunnen de kansen dat kinderen uit het systeem gaan in model worden gebracht. De diagonaal in het vet stelt de kansen voor om van een leeftijd in 2009 naar de volgende leeftijd in 2010 over te gaan (de regels stellen de leeftijden in 2009 voor en de kolommen stellen de leeftijden in 2010 voor). De overgangsmatrix is gebaseerd op de statuswijzigingen tussen 31 december 2009 en 31 december 2010 en in het model worden de op dat moment geldende geboorte- en migratiehypotheses weergegeven. Het voordeel van de hierboven gedefinieerde constantes is dat het mogelijk is om verschillende mogelijke scenario s in model te brengen door het aantal geboortes of migraties te laten variëren. Het gaat wel degelijk om een vierkante matrix waarbij de som van de regels 100 % is, zoals het principe van Markov vereist. 32

36 Tabel 4: Overgangskansenmatrix per leeftijd tussen 2009 en c1 c2 0 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar 5 jaar 6 jaar 7 jaar 8 jaar 9 jaar 10 jaar 11 jaar 12 jaar 13 jaar 14 jaar 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar 19 jaar 20 jaar 21 jaar 22 jaar 23 jaar 24 jaar 25 jaar c3 c1 c2 0 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar 5 jaar 6 jaar 7 jaar 8 jaar 9 jaar 10 jaar 11 jaar 12 jaar 13 jaar 14 jaar 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar 19 jaar 20 jaar 21 jaar 22 jaar 23 jaar 24 jaar 25 jaar c3 Totaal 0,00% 0,00% 0,00% 8,89% 8,89% 5,88% 4,75% 4,51% 4,54% 4,27% 4,21% 4,13% 3,99% 3,97% 4,21% 3,48% 3,69% 3,21% 3,65% 3,76% 3,42% 4,30% 3,37% 3,03% 2,29% 1,82% 1,40% 0,35% 0,00% 100,00% 0,00% 0,00% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 96,80% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 3,20% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,39% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,61% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 97,81% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 2,19% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,07% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,93% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 97,90% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 2,10% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 97,83% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 2,17% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,03% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,97% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 97,90% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 2,10% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,42% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,58% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,32% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,68% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,29% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,71% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,14% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,86% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,91% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,09% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,38% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,62% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,57% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,43% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,10% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,90% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 98,54% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 1,46% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 92,57% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 7,43% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 83,20% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 16,80% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 82,34% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 17,66% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 77,13% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 22,87% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 73,45% 0,00% 0,00% 0,00% 26,55% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 63,06% 0,00% 0,00% 36,94% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 53,63% 0,00% 46,37% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 7,09% 92,91% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 100,00% 100,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 100,00% 100,00% regel c1 = kansen op in het systeem komende kinderen (buiten 0 jaar) regel c2 = kansen op geboortes (in het systeem komende kinderen op 0 jaar) kolom c3 = kansen op uit het systeem gaande kinderen 33

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 5 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

KINDERBIJSLAG VOOR ZELFSTANDIGEN STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007

KINDERBIJSLAG VOOR ZELFSTANDIGEN STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007 STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor alle inlichtingen

Nadere informatie

DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 -

DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 - RKW KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 - STATISTISCHE REEKSEN 1993-2003 Uitgave 2004 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing. RKW - Studiedag 29 maart 2012

Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing. RKW - Studiedag 29 maart 2012 Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing RKW - Studiedag 29 maart 2012 Splitsing volgens de 6e staatshervorming 2 - Overdracht van de bevoegdheid aan de gemeenschappen Voor Brussel:

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016

STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 3 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor

Nadere informatie

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004 BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN Telling 2004 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 INHOUDSTAFEL DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN

Nadere informatie

DEMOGRAFISCH VERSLAG

DEMOGRAFISCH VERSLAG RKW KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2009 - STATISTISCHE REEKSEN 2008 Tellingen 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Statistiek per kinderbijslagfonds

Statistiek per kinderbijslagfonds Statistiek per kinderbijslagfonds Dienst 2010 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Inlichtingen bij de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW) Departement

Nadere informatie

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.

Nadere informatie

Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening.

Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening. Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening. Focus: 2016 3 Sinds 50 jaar wordt een bijkomende bijslag voorzien voor kinderen met een aandoening. In de loop van de jaren

Nadere informatie

FOCUS "Senioren en het OCMW"

FOCUS Senioren en het OCMW FOCUS "Senioren en het OCMW" Nummer 11 Mei 2015 1. Inleiding In België leeft 15,1% van de bevolking onder de armoededrempel. Dit percentage ligt nog hoger binnen de leeftijdsgroep ouder dan 65 jaar. 18,4

Nadere informatie

STATISTIEK VAN DE OVERHEID

STATISTIEK VAN DE OVERHEID STATISTIEK VAN DE OVERHEID Dienstjaar 2009 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat

Nadere informatie

FOCUS De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010

FOCUS De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010 FOCUS 2011-2 De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor alle inlichtingen richt men zich tot: RKW Departement Ondersteuning - Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel E-mail:

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

Juridisch bulletin. Wetgeving

Juridisch bulletin. Wetgeving Juridisch bulletin Wetgeving 2009 www.rkw.be Inhoud 1 Wetten 3 1.1 Programmawet van 22 december 2008 (Eenoudertoeslag Onmiddellijke uitwerking Kinderen met een aandoening) 3 1.2 Wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» SCSZ/08/002 BERAADSLAGING NR. 08/002 VAN 15 JANUARI 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN BEPAALDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

DE KINDERBIJSLAG IN DE OVERHEIDSSECTOR. Tellingen 2007. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL

DE KINDERBIJSLAG IN DE OVERHEIDSSECTOR. Tellingen 2007. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL DE KINDERBIJSLAG IN DE OVERHEIDSSECTOR Tellingen 2007 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

FOCUS. Instroom en uitstroom voor de leefloners

FOCUS. Instroom en uitstroom voor de leefloners FOCUS Instroom en uitstroom voor de leefloners Nummer 21 - Juli 218 1. Inleiding Het is voortaan mogelijk om de evolutie te analyseren van het aantal begunstigden van steun volgens de instroom en uitstroom.

Nadere informatie

DE STATISTISCHE REEKSEN HET STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG BIJ DE ZELFSTANDIGEN

DE STATISTISCHE REEKSEN HET STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG BIJ DE ZELFSTANDIGEN DE STATISTISCHE REEKSEN HET STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG BIJ DE ZELFSTANDIGEN HET STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG BIJ DE OVERHEID Uitgave 2004 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor

Nadere informatie

Migrerende euromunten

Migrerende euromunten Migrerende euromunten Inleiding Op 1 januari 2002 werden in vijftien Europese landen (twaalf grote en drie heel kleine) euromunten en - biljetten in omloop gebracht. Wat de munten betreft, ging het in

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 7 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

Statistiek per kinderbijslagfonds

Statistiek per kinderbijslagfonds Statistiek per kinderbijslagfonds Telling 2009 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknmers Informatie verkrijgbaar bij de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 Werkgelegenheid stabiel, werkloosheid opnieuw in stijgende lijn Arbeidsmarktcijfers derde kwartaal 2013 Na het licht herstel van de arbeidsmarkt in het tweede kwartaal

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 13 januari 2003;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 13 januari 2003; TC/03/14 BERAADSLAGING NR. 03/10bis VAN 4 FEBRUARI 2003, AANGEPAST OP 19 JULI 2005, M.B.T. EEN AANVRAAG TOT MEDEDELING VAN SOCIALE GEGEVENS VAN DE RIJKSDIENST VOOR KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS (RKW) -

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 2 juni 2005;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 2 juni 2005; SCSZ/05/91 1 BERAADSLAGING NR. 05/032 VAN 19 JULI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE RIJKSDIENST VOOR ARBEIDSVOORZIENING AAN DE RIJKSDIENST VOOR KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS EN DE

Nadere informatie

FOCUS HET STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS HET STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS - 2007-2 HET STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26 48 Fax: 02-237 24 35 E-mail: research@rkw-onafts.fgov.be

Nadere informatie

De statistiek per kinderbijslagfonds

De statistiek per kinderbijslagfonds De statistiek per kinderbijslagfonds Tellingen 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat

Nadere informatie

FOCUS Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS - 2006-3 Het kinderbijslagstelsel van de zelfstandigen en dat van de werknemers - Vergelijkende studie van de wetgeving en de evolutie van de effectieven Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS 2011-1 De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26 48 Fax: 02-237 24 35 E-mail:

Nadere informatie

Juridisch bulletin.

Juridisch bulletin. Juridisch bulletin www.rkw.be Dienstvoorschriften 2009 Inhoud 1 Ministeriële omzendbrieven 3 1.1 Ministeriële omzendbrief nr. 606 van 28 april 2009 (Kinderen met een aandoening - Genetische of chromosoomaandoeningen

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED)

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Voor inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 7 1 BRUSSEL e-mail: research@famifed.be

Nadere informatie

De administrateur-generaal,

De administrateur-generaal, Trierstraat 70 B-1000 Brussel De administrateur-generaal, Afzender RKW Trierstraat 70 B-1000 Brussel datum 26.09.2008 II/A/997/73/agy onze ref. uw ref. contact Annik Garigliany attaché telefoon 02-237

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR KINDERBIJSLAG DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 151 30.06.2015 Verantwoordelijk uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Geografische spreiding van de kinderbijslag 2010 1 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr. 1 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID Directie-generaal Sociaal Beleid Domein Regelgeving Kinderbijslag Ministeriële Omzendbrief nr. 599 Omzendbrief aan de Mevrouwen Ministers, aan de Heren Ministers,

Nadere informatie

Dit document wordt u aangeboden door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid

Dit document wordt u aangeboden door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid Dit document wordt u aangeboden door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid Het kan vrij verspreid worden op voorwaarde dat de bron en het URL vermeld worden Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid Sint-Pieterssteenweg

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 Geen heropleving van de arbeidsmarkt in 2013 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten 4.530.000 in België wonende personen zijn aan het werk in 2013. Hun aantal

Nadere informatie

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Verschillende factoren bepalen het aantal arbeidsongevallen. Sommige van die factoren zijn meetbaar. Denken we daarbij

Nadere informatie

Gezinsbijslag in 15 vragen

Gezinsbijslag in 15 vragen Gezinsbijslag in 15 vragen 1. Wat is gezinsbijslag? Gezinsbijslag omvat: - het kraamgeld dat eenmalig wordt uitbetaald bij de geboorte - de adoptiepremie die eenmaal wordt uitbetaald bij de adoptie - de

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 30 september 2013

PERSBERICHT Brussel, 30 september 2013 PERSBERICHT Brussel, 30 september 2013 Licht herstel van de arbeidsmarkt? Arbeidsmarktcijfers tweede kwartaal 2013 67,5% van de 20- tot 64-jarigen is aan het werk. Dat percentage stijgt met 0,8 procentpunten

Nadere informatie

Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit

Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit Welzijnsbarometer 2014 Samenvatting en besluit De Welzijnsbarometer verzamelt jaarlijks een reeks indicatoren die verschillende aspecten van armoede in het Brussels Gewest belichten. De sociaaleconomische

Nadere informatie

Juridisch bulletin.

Juridisch bulletin. Juridisch bulletin www.rkw.be Dienstvoorschriften 2011 Inhoud 1 Ministeriële omzendbrieven 3 1.1 Ministeriële omzendbrief nr.611 van 12 oktober 2010 (Artikel 76bis, 1, KBW. Barema s van de gezinsbijslag)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

Juridisch bulletin. Wetgeving

Juridisch bulletin. Wetgeving Juridisch bulletin Wetgeving 2008 www.rkw.be Inhoud 1 Wetten 4 1.1 Programmawet (I) van 8 juni 2008, BS van 16 juni 2008 (Jaarlijkse leeftijdsbijslag) 4 1.2 Wet houdende diverse bepalingen (I) (1) van

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 142 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

FAMIFED. Federaal agentschap voor de kinderbijslag GEOGRAFISCHE SPREIDING VAN DE KINDERBIJSLAG

FAMIFED. Federaal agentschap voor de kinderbijslag GEOGRAFISCHE SPREIDING VAN DE KINDERBIJSLAG FAMIFED Federaal agentschap voor de kinderbijslag GEOGRAFISCHE SPREIDING VAN DE KINDERBIJSLAG 2013 Geografische spreiding van de kinderbijslag 2013 Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aantal vooraanmeldingen voor 2 e graads opleiding stijgt, 1 e graads daalt en pabo blijft gelijk juni 2010 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013 Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 24/ 213 Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 METHODOLOGIE 1 3 PROFIEL VAN DE UVW-WZ IN 24 EN IN 213 VOLGENS HET GEWEST 2 3.1 De -5-jarigen die

Nadere informatie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie Lange duur werkfractie / werkfractie Werkfractie Spotlight Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht Deze keer: De evoluties van de overgangen naar werk van de werklozen volgens hun profiel. 1 Inleiding

Nadere informatie

Verschillend patroon in bevolkingsontwikkeling in 2014 in Limburgse regio s

Verschillend patroon in bevolkingsontwikkeling in 2014 in Limburgse regio s DECEMBER Neimed Krimpbericht Verschillend patroon in bevolkingsontwikkeling in in se regio s In nam de bevolkingsgroei in toe. In was een tegengestelde ontwikkeling: de daling nam wat toe. In is de daling

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015 Jeugdwerkloosheid gedaald in het eerste kwartaal van 2015 Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2015 In het eerste kwartaal van 2015 was 67,4% van de 20- tot 64-jarigen

Nadere informatie

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse Studies De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen Beschrijvende analyse van 1995 tot 1999 Inleiding Deze analyse heeft tot doel na 5 jaar een balans op te maken van het stelsel van de Plaatselijke

Nadere informatie

De statistiek per kinderbijslagfonds

De statistiek per kinderbijslagfonds De statistiek per kinderbijslagfonds Tellingen 2007 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers, Rijksdienst

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN N 148 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Statistiek per kinderbijslagfonds

Statistiek per kinderbijslagfonds Statistiek per kinderbijslagfonds Jaar 2012 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Inlichtingen bij de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW) Departement

Nadere informatie

DEMOGRAFISCH VERSLAG

DEMOGRAFISCH VERSLAG RKW KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2002 - STATISTISCHE REEKSEN 1992-2002 Uitgave 2003 Editeur responsable: Office national d'allocations familiales pour

Nadere informatie

De kinderen in België zonder Belgische kinderbijslag

De kinderen in België zonder Belgische kinderbijslag De kinderen in België zonder Belgische kinderbijslag Focus 2017 2 Op 1 mei 2015 waren er 96.231 kinderen jonger dan 18 jaar en gedomicilieerd in België die geen Belgische kinderbijslag ontvingen. Dit komt

Nadere informatie

FOCUS De toeslag voor gehandicapten in het kinderbijslagstelsel voor werknemers - kenmerken en evoluties

FOCUS De toeslag voor gehandicapten in het kinderbijslagstelsel voor werknemers - kenmerken en evoluties FOCUS 2008-3 De toeslag voor gehandicapten in het kinderbijslagstelsel voor werknemers - kenmerken en evoluties Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/182 BERAADSLAGING NR 08/065 VAN 4 NOVEMBER 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 140 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

FOCUS 2009-3. Typegezinnen in de kinderbijslag: kenmerken, evoluties en bedragen. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS 2009-3. Typegezinnen in de kinderbijslag: kenmerken, evoluties en bedragen. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS 2009-3 Typegezinnen in de kinderbijslag: kenmerken, evoluties en bedragen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26 48 Fax: 02-237 24 35 E-mail: research@rkw-onafts.fgov.be

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 145 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 144 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Tellingen 2005 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 Lichte daling werkloosheid Arbeidsmarktcijfers tweede kwartaal 2015 De werkloosheidgraad gemeten volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau daalde

Nadere informatie

MAATSCHAPPELIJKE VERANDERINGEN: DE RIJKE DIVERSITEIT AAN RECHTHEBBENDEN. Telling 2006

MAATSCHAPPELIJKE VERANDERINGEN: DE RIJKE DIVERSITEIT AAN RECHTHEBBENDEN. Telling 2006 MAATSCHAPPELIJKE VERANDERINGEN: DE RIJKE DIVERSITEIT AAN RECHTHEBBENDEN Telling 2006 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor

Nadere informatie

FOCUS. Erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden die zich melden bij het OCMW

FOCUS. Erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden die zich melden bij het OCMW FOCUS Erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden die zich melden bij het OCMW Nummer 18 Juni 2017 1. Inleiding: statuut van vluchteling en subsidiair beschermde Wanneer een vreemdeling een asielaanvraag

Nadere informatie

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D E n 11 Oktober - december Trimester 4 - Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen De familie

Nadere informatie

FOCUS : TOEKENNINGSDUUR

FOCUS : TOEKENNINGSDUUR FOCUS : TOEKENNINGSDUUR 2013.2 1 De toekenningsduur: een nieuwe variabele van de POD Maatschappelijke Integratie 1. INLEIDING Onderzoek naar toekenningsduur binnen de Belgische bijstand werd eerder door

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014 Werkgelegenheid stabiel, werkloosheidgraad blijft hoog Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2014 67% van de 20- tot 64-jarigen was aan het werk. Dat percentage blijft nagenoeg

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers ek se n Het kinderbijslagstelsel van de zelfstandigen 1992-2008 De stati Telling 2009 e r e h c stis Statistische Reeksen - Kinderbijslagstelsel voor de

Nadere informatie

Departement Controle. Betreft: Eenoudergezinnen - Verhoging van de maandelijkse toeslag - Verhoging van de inkomensgrens

Departement Controle. Betreft: Eenoudergezinnen - Verhoging van de maandelijkse toeslag - Verhoging van de inkomensgrens Trierstraat 70 B-1000 Brussel Departement Controle CO 1375 Afzender RKW Trierstraat 70 B-1000 Brussel datum 06.10.2008 II/C/CO1375/BH uw ref. contact Hugo Bogaert attaché telefoon 02-237 23 61 02-237 21

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN

FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Oktober 2011 De arbeidsongevallen in de uitzendarbeidsector in 2010 1 Inleiding De arbeidsongevallen van de uitzendkrachten kunnen worden geanalyseerd op basis van drie selectiecriteria

Nadere informatie

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan Carel Harmsen en Liesbeth Steenhof In dit artikel wordt de levensloop gevolgd van jongeren die in 1995 het ouderlijk huis hebben verlaten. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de verschillen tussen herkomstgroeperingen.

Nadere informatie

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG Barema Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1ste geboorte 2de geboorte en elk der volgende Elk kind uit een meerlingenzwangerschap 1.223,11 920,25

Nadere informatie

«Bestaat er een verband tussen de leeftijd van de werkloze en de werkloosheidsduur?» (2 de deel)

«Bestaat er een verband tussen de leeftijd van de werkloze en de werkloosheidsduur?» (2 de deel) «Bestaat er een verband tussen de leeftijd van de werkloze en de werkloosheidsduur?» (2 de deel) Tweede deel In de vorige Stat info ging de studie globaal (ttz. alle statuten bijeengevoegd) over het verband

Nadere informatie

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB). NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag. Voor inlichtingen:

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag. Voor inlichtingen: Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor inlichtingen: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Departement Ondersteuning - Research en Financiën Trierstraat 70 1000

Nadere informatie

De statistiek per kinderbijslagfonds

De statistiek per kinderbijslagfonds De statistiek per kinderbijslagfonds Jaar 2013 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Voor alle inlichtingen kunt u terecht bij: FAMIFED Departement Ondersteuning

Nadere informatie

De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België Samenvatting en kernboodschappen

De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België Samenvatting en kernboodschappen De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België 2018 Samenvatting en kernboodschappen September 2018 ANNEX 6 : NEDERLANDSTALIGE SAMENVATTING EN KERNBOODSCHAPPEN VAN DE ANALYSE

Nadere informatie

De besparing voor een gemeente als er iemand uit de bijstand stroomt

De besparing voor een gemeente als er iemand uit de bijstand stroomt De besparing voor een gemeente als er iemand uit de bijstand stroomt Als er in een gemeente iemand uit de bijstand stroomt, hoeft de gemeente één bijstandsuitkering minder te betalen. Gemeenten gaan er

Nadere informatie

STATISTIEK VAN BEPAALDE CATEGORIEËN VAN RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG IN HET STELSEL VOOR WERKNEMERS. Tellingen 2004

STATISTIEK VAN BEPAALDE CATEGORIEËN VAN RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG IN HET STELSEL VOOR WERKNEMERS. Tellingen 2004 STATISTIEK VAN BEPAALDE CATEGORIEËN VAN RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG IN HET STELSEL VOOR WERKNEMERS Tellingen 2004 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke

Nadere informatie

Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid

Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid 1 Inleiding Tijdens het laatste kwartaal 21 is het aantal alleenwonenden in de loop van de eerste vergoedingsperiode ( 1 jaar) aanzienlijk

Nadere informatie

Met FONS zit je altijd goed.

Met FONS zit je altijd goed. Met FONS zit je altijd goed. Elk kind geboren vóór 2019 blijft recht hebben op de bedragen van de vroegere kinderbijslag. Elk kind geboren in of na 2019 krijgt de nieuwe bedragen uit het Groeipakket.

Nadere informatie

5.1. Impact van de wijzigingen van het nationaliteitswetboek

5.1. Impact van de wijzigingen van het nationaliteitswetboek 5. Verkrijgen en toekennen van de Belgische nationaliteit 1 5.1. Impact van de wijzigingen van het nationaliteitswetboek Sinds het ontstaan van het Koninkrijk stijgt het aantal vreemdelingen dat Belg wordt

Nadere informatie

Neimed Krimpbericht. Potentiële beroepsbevolking Limburg MEI 2014

Neimed Krimpbericht. Potentiële beroepsbevolking Limburg MEI 2014 MEI 214 Neimed Krimpbericht Potentiële beroepsbevolking Voor de ontwikkeling van het aanbod van arbeidskrachten is de potentiële beroepsbevolking van belang. Deze leeftijdsgroep daalt in al sinds 1995.

Nadere informatie

Departement Controle

Departement Controle Trierstraat 70 B-1000 Brussel Departement Controle CO 1377 Afzender RKW Trierstraat 70 B-1000 Brussel datum 08.12.2008 uw ref. contact Hugo Bogaert attaché telefoon 02-237 23 61 02-237 21 11 Betreft: Herziening

Nadere informatie

TOELICHTING BIJ DE KUBUS "AANTAL MIGRATIES NAAR PLAATS VAN HERKOMST EN PLAATS VAN BESTEMMING PER LEEFTIJD, GESLACHT EN NATIONALITEIT"

TOELICHTING BIJ DE KUBUS AANTAL MIGRATIES NAAR PLAATS VAN HERKOMST EN PLAATS VAN BESTEMMING PER LEEFTIJD, GESLACHT EN NATIONALITEIT TOELICHTING BIJ DE KUBUS "AANTAL MIGRATIES NAAR PLAATS VAN HERKOMST EN PLAATS VAN BESTEMMING PER LEEFTIJD, GESLACHT EN NATIONALITEIT" 1. Algemeen Deze tabellen geven aantallen migraties. In de "Inleiding

Nadere informatie

Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers

Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers HAL FJ AAR L IJ K S E ME DE DE L ING Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2008 HALFJAARLIJKSE MEDEDELING NR 138 Verantwoordelijk uitgever:

Nadere informatie

Bedragen kinderbijslag

Bedragen kinderbijslag Bedragen kinderbijslag 1/06/2016 KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1ste geboorte 2de geboorte en elk der volgende Elk kind uit een meerlingenzwangerschap 1.247,58 938,66 1.247,58

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 5 december 2005;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 5 december 2005; SCSZ/05/148 1 BERAADSLAGING NR. 05/053 VAN 20 DECEMBER 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERZEKERINGSINSTELLINGEN AAN DE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIËN MET HET OOG OP HET VASTSTELLEN

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D RIJK OPGEVOEDE K T E H N INDE E T I REN U B E TELLINGEN 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen:

Nadere informatie

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG Barema Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1 ste geboorte 1.223,11 2 de geboorte en elk der volgende 920,25 Elk kind uit een meerlingenzwangerschap

Nadere informatie

1.1 Aantal levend geborenen dat bij geboorte woont in het Vlaamse Gewest sinds 2001

1.1 Aantal levend geborenen dat bij geboorte woont in het Vlaamse Gewest sinds 2001 Bijlage bij het persbericht dd. 08/06/15: 1 Vrouwen krijgen hun kinderen in toenemende mate na hun dertigste verjaardag 1. Het geboortecijfer volgens Kind en Gezin 67 875 geboorten in 2014, daling van

Nadere informatie