ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL SV 2.01 APRIL 2012

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL SV 2.01 APRIL 2012"

Marcella Janssens
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL SV 2.01 APRIL 2012 GOMARUS COLLEGE GRONINGEN MAGNOLIASTRAAT ALGEMEEN Inleiding Omdat de Magnolialocatie een kleinschalige locatie is waar de lijnen kort zijn, worden we vaak een zorglocatie genoemd. Enerzijds is dat een compliment, omdat we denken veel aan te kunnen wat de ondersteuning betreft. Anderzijds doet het de locatie niet helemaal recht, omdat we ook aan de aanbodkant zo goed mogelijk onderwijs nastreven voor ALLE niveaus. Wel biedt zo n kleine onderbouwlocatie van zo n 350 leerlingen meer mogelijkheden om de ondersteuning optimaal te houden en is het makkelijker om structuur aan te brengen in de infrastructuur, in het huiswerk en in de begeleiding hier omheen. Het systeem van de weektaken geeft een stuk duidelijkheid, maar ook het vaste team zorgt voor een snelle herkenning bij de leerlingen. Alle ondersteuning heeft zo z n grenzen en die zijn in onderstaand stuk beschreven. Deze grenzen zijn ingegeven door het feit dat we regulier onderwijs zijn en blijven, maar ook door de beperkingen van het gebouw en de capaciteit. Hier komt in 2013 verandering in wanneer het gebouw verbouwd wordt en er aanpassingen worden gedaan. Wat dit aan winst oplevert voor ons ondersteuningsaanbod is nu nog niet te overzien. Ons motto: uw zorg is onze zorg! ONDERWIJSONDERSTEUNINGSAANBOD IN DE HUIDIGE ONDERWIJSSITUATIE Leerlingen worden aangenomen op het VMBO( incl. LWOO), HAVO en VWO. De populatie verandert enigszins in vergelijking met vroeger. Er komen meer leerlingen met diagnoses. Er stroomt een breder publiek binnen; niet alleen meer uit gereformeerde gezinnen, maar ook uit actief christelijke gezinnen. Er zijn meer leerlingen met een speciale onderwijsondersteuningsbehoefte. Een leerling met een speciale onderwijsondersteuningsbehoefte is een leerling die meer ondersteuning nodig heeft dan een vast mentoraat. Het feit dat er meer leerlingen binnenkomen met diagnoses wordt als positief gezien. De diagnose en het bijbehorende, ondersteunende plan is richtinggevend voor het handelen. De ondersteuningsstructuur bestaat uit het mentoraat, een zorgcoördinator, een ondersteuningsgroep (bestaand uit de teamleider, zorgcoördinator, vertrouwenspersoon, psycholoog/pedagoog vanuit Het Steunpunt). Iedere maand wordt er een vergadering belegd waaruit soms handelingsplannen voortvloeien. Er zijn begeleidingsuren: faalangstreductietraining, SOVA training, dyslexiebegeleiding, cursus structuur. Pagina 1

2 De school kent het systeem van weektaken. KENNIS EN KUNDE VOOR HET ONDERWIJSONDERSTEUNINGSAANBOD Deze locatie kenmerkt zich door een sterk bewogen en betrokken team. De betrokkenheid is verbonden met de identiteit. Er zijn hele goede docenten, onderwijsinhoudelijk sterk. De mentoren worden gekozen op grond van hun bekwaamheden. Er wordt gekeken naar de verschillende mentoren en de verschillende klassen. De juiste match wordt gezocht. De taken van de mentor worden als volgt genoemd: Een goede mentor geeft een leerling een goede tijd op school, is aanspreekpunt voor kinderen/ouders, bewaakt de studieresultaten, geeft de leerling tips, is kindgericht bezig en is een opmerkzame docent. De mentor heeft zicht op uitzonderingen. De mentor voert minimaal twee keer per jaar een individueel gesprek met de leerling ( zorg en persoonlijke aandacht ). Het is een kleinschalige school. De onderwijsgevenden en het OOP kennen de meeste kinderen bij naam. De kinderen worden hier letterlijk goed gezien. De leerlingen op deze locatie kennen geen tussenuren. Dit betekent dat docenten en management het voor elkaar waarnemen. De communicatielijnen zijn erg kort tussen collega s onderling, maar ook tussen docenten en ouders. De leerlingen hebben een veilige plek. De leerlingen stappen blij rond en het team werkt leerlinggericht. Bijvoorbeeld tijdens een Open Dag gaat men in eerste instantie in gesprek met de kinderen i.p.v. met de ouders. De conciërge vervult een belangrijke rol in het signaleren van problemen en vangt tevens leerlingen op, is eerste aanspreekpunt voor ze etc... GRENZEN IN DE HUIDIGE ONDERWIJSSITUATIE De grenzen voor toelating van leerlingen liggen bij: 1. Leerlingen afkomstig uit een niet actief christelijk milieu; 2. Leerlingen die agressief zijn naar andere leerlingen. Als de veiligheid van de medeleerlingen in het geding is; 3. Leerlingen met een IQ lager dan 75 zonder LWOO beschikking; 4. Blinde, dove en rolstoelafhankelijke leerlingen; 5. Extreem angstige leerlingen. Pagina 2

3 DE CRITERIA OM LEERLINGEN NIET AAN TE NEMEN OF TE VERWIJDEREN Kinderen met een externaliserende problematiek waarbij de veiligheid van alle partijen niet gewaarborgd is. Kinderen die niet christelijk worden opgevoed (zie ouderverklaring Kinderen met een IQ onder de 75 zonder LWOO, omdat dan de zorg niet waargemaakt kan worden. Er zijn geen extra voorzieningen om blinde kinderen op te vangen. Gebarentaal is de grens voor het toelaten van dove leerlingen. Een rolstoelafhankelijke leerling kan nu niet aangenomen worden i.v.m. de faciliteiten van het huidige gebouw. Bij het opvangen van extreem angstige leerlingen is er op dit moment te weinig expertise. DE POSITIE VAN DE OUDERS Ouders worden gezien als partner en professional. Er bestaan korte lijnen tussen ouders en school. Deze lopen via de mentor. DE AMBITIE Met leerlingen behorend bij cluster 1 (visuele handicap) is geen ervaring. Mocht het om aanpassingen gaan, zoals groot lettertype en vooraan in de klas zitten, dan is het mogelijk. Er is wel ervaring opgedaan met leerlingen uit cluster 2. Deze ervaringen beperkten zich tot het werken met spraakversterker. Voor een leerling met een lichamelijke handicap (cluster 3) is het huidige gebouw niet geschikt. Mochten de faciliteiten zoals lift en toilet aanwezig zijn, dan is het mogelijk. Het team heeft wel ervaring met tijdelijke rolstoelgebruikers. Aangepaste roosters worden hiervoor gemaakt. Voor langdurig zieke leerlingen is er wel begeleiding (docent van REC 3). De ouders zijn erg tevreden over deze begeleiding. Er is veel ervaring met leerlingen uit cluster 4. De leerling moet wel in een reguliere setting passen. De sociale redzaamheid moet ook dusdanig zijn. De docenten bieden de ondersteuning bij deze leerlingen. Hierdoor zijn de lijntjes kort, temeer omdat de docenten ook bij de leerlingenbesprekingen en rapportvergaderingen zitten. Op deze manier creëer je ook je eigen interne experts. Vanuit RENN 4 is er eveneens begeleiding. Pagina 3

4 DE ONTWIKKELAGENDA Als ambitie worden de volgende punten genoemd: het doorontwikkelen van de methodiek in de LWOO-klassen en het borgen van de kunde die er is op het gebied van dyslexie. Tevens wordt er stevig ingestoken op nog meer informatie over de beste manier van handelen t.o.v. zorgleerlingen. Als ambitie wordt ook gezien de kwaliteit die er nu is te kunnen blijven leveren en borgen. Terugkerende patronen of thema s Een thema dat terugkomt, is dat er geen opvang is voor leerlingen met externaliserende problematiek. Ook de Cluster4-voorziening binnen het Gomarus kan deze leerlingen niet opvangen. Er wordt graag gezien dat deze leerlingen binnen de eigen identiteit kunnen worden opgevangen. SAMENVATTEND afhankelijk van PO mentor--> zorggroep (intern en extern ) identiteit + bevlogenheid belangrijk LWOO: kernklas of zorg + begeleider LWOO: ook weektaken LGF: bij verschillende begeleiders o handelingsverlegenheid eerder in beeld krijgen hulp: o.a. Rebound grens: PRO-leerlingen niet in LWOO-gebied team steeds beter ingespeeld op leerlingen met een speciale onderwijsondersteuningsbehoefte toename expertise docenten speciale hulp aparte ondersteuningsgroepen (bijv. dyslexie) ambities: o ontwikkeling LWOO-klassen o verbredingsproject?? PLAN VAN AANPAK EN ONTWIKKELAGENDA OM DE AMBITIE TE REALISERE N WAT OMSCHRIJVING ACTIE LWOO-begeleiding meer inhoud geven Meer knowhow, meer overleg en meer inzet ondersteuningsplannen Twee collega s volgen de MASTER SEN vanaf 2012 Groepshandelingsplannen naast handelingsplannen Pagina 4

5 seizoen Maandelijks LWOO-overleg seizoen Weektaken anders inrichten Weektaken in Magister; een systeem; huiswerk per les Weektaken in Magister; elke dinsdagmorgen A4 tje voor leerlingen met totaaloverzicht in seizoen Toelating Zie onderwijsondersteuningsprofiel Meer gebruik maken van PCLP en multi-disciplinair overleg Verbredingsproject Via evaluatie verbreding meer body geven Brede inzet op verbreding Korte lijnen tussen ouders, docenten en leerlingen Borgen Open en transparant met elkaar communiceren. Pagina 5

Vergelijkbare documenten

ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL SV 2.01 JUNI 2012

ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL SV 2.01 JUNI 2012 GOMARUS COLLEGE GRONINGEN PRAKTIJKONDERWIJS ALGEMEEN Inleiding Het Praktijkonderwijs met ongeveer 70 leerlingen is een afdeling van het Gomarus College