Projectplan Ontwikkellocatie Atlantis Oldebroek

Transcriptie

1 Projectplan Ontwikkellocatie Atlantis Oldebroek Datum: 30 mei 2016 Projectleider: M.Schuttenbeld Bestuurlijk opdrachtgever: H. Westerbroek Ambtelijk opdrachtgever: J. Kaat Projectnummer: G.20 Startdatum: 1 juli 2016 Einddatum: 1 december 2017 Verseon nummer Besproken met ambt. Opdrachtgever Datum : 24 juni 2016 Besluit : Akkoord Besproken in PMT Datum : 6 juli 2016

2 Eerdere besluiten Datum Besluit Verseon Besluit PMT Gevraagd besluit PMT: Akkoord gaan met geformuleerde projectopdracht zoals omschreven in dit projectplan; Projectleider en projectteam aanstellen (niet alleen voor projectvoorbereiding maar het project voor de gevraagde uren zoals nu voorzien); Akkoord te gaan met het college en de raad voor te stellen een voorbereidingskrediet van ,- beschikbaar te stellen voor de uitvoering van de projectopdracht tot en met de vaststelling van een ontwerp en bijbehorende grondexploitatiebegroting door de raad ten laste van het positief begrotingssaldo En akkoord te gaan het college en de raad voor te stellen een verliesvoorziening in te stellen voor het complex G.20 Atlantis van ,- ( ,- ten laste van de risicoreserve van dit complex en ,- ten laste van de algemene reserve). Besproken in PMT d.d. 29 juni 2016 Beslissing: Akkoord met bovenstaand gevraagd besluit. Kies een item. naar college van B&W (en raad): Ja Nee Acties naar aanleiding van PMT: Besluit College van B&W (en raad) Advies PMT aan het college van B&W (en raad): Akkoord gaan met het projectplan. De raad voorstellen een voorbereidingskrediet van ,- beschikbaar te stellen voor de uitvoering van de projectopdracht. Besproken in B&W-vergadering d.d. Datum Verseon: Beslissing: Besproken in raadsvergadering d.d. Datum Verseon: 2

3 Beslissing: Inhoudsopgave 1. Inleiding Vraagstelling en achtergrond Aanleiding voor de start van het project Doelstelling Op te leveren tussen- en eindresultaat Afbakening Risico s Randvoorwaarden voor de uitvoering van het project Fasering en planning van tussenresultaten (mijlpalen) Projectbeheersing Tijd Geld Kwaliteit Informatie Organisatie Communicatie Gevraagd besluit...14 Bijlagen

4 1. Inleiding Voor de locatie van het voormalig jeugdcentrum Atlantis aan de Zuiderzeestraatweg in Oldebroek is in 2008 een ontwikkelwedstrijd gehouden. De ontwikkelaar WPO te Kampen die deze wedstrijd heeft gewonnen had een plan ingediend voor vijf koop-appartementen in het hogere segment. Er is in 2009 een ontwikkelovereenkomst gesloten met WPO. Voor de locatie is de bestemming wonen opgenomen via het bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 (hierna BP) (gewijzigd vastgesteld in 2011). Op basis van dit vigerende BP zijn vijf appartementen te realiseren. Daarnaast is een wijzigingsbevoegdheid binnen het BP opgenomen voor vier mogelijke extra woningen op de naastgelegen particuliere gronden. Eind 2015 hebben de ontwikkelaar en de gemeente Oldebroek besloten de overeenkomst te ontbinden in verband met de economische omstandigheden. Inmiddels zijn de economische omstandigheden verbeterd en hebben de afgelopen periode een aantal partijen interesse getoond om de locatie te ontwikkelen. Dit betreft: BBG bouw Oldebroek Prins Bouw B.V. t Harde Johan Kamphuis architectuur Kampen NTP Bouw B.V. Hattem Wel Wonen B.V. Zwartsluis 't Noaberhuus 2. Vraagstelling en achtergrond Het project heeft ca. 6 jaar stilgelegen. Dit projectplan geeft weer hoe dit project opgepakt kan worden. Zodat een ontwikkelvisie met grondaanbod wordt verkregen dat aansluit bij het huidige beleid en de huidige visie. Vanuit het college en de raad is de wens geuit een nieuw initiatief te starten/faciliteren voor deze locatie, dan wel de grond met de huidige bestemming aan te bieden aan de markt. Met als doel dat deze ontwikkeling een meerwaarde genereert voor de directe omgeving en de gemeente Oldebroek. Een ontwikkeling die aansluit op het beleid van de gemeente. En die de huidige boekwaarde voor een zo groot mogelijk deel terug verdient. Beschrijving van de huidige situatie De locatie is gesitueerd aan de Zuiderzeestraatweg te Oldebroek. Het perceel heeft een oppervlak van ca m2 en is gelegen achter de lintbebouwing van de Zuiderzee- 4

5 straatweg. Vanaf deze weg betreedt men het perceel via een strook van ca. 10 m. breed. Achter het perceel ligt het open weidegebied van de polder Broeklanden/Oldebroek. Op de locatie is de voormalige school/jeugdcentrum Atlantis met de opstallen nog aanwezig. 3. Aanleiding voor de start van het project De locatie raakt steeds meer in verval en er hebben zich geïnteresseerden voor deze locatie gemeld. Binnen het complex zijn in het verleden kosten gemaakt voor de begeleiding van de planontwikkeling voor de vorige projectontwikkelaar die niet door de verkoop zijn gedekt. Door economische omstandigheden is de verkoop niet doorgegaan en is het contract met de vorige ontwikkelaar ontbonden. Er is per een boekwaarde van ,-. Logisch is nu er geïnteresseerden zijn voor deze locatie dit project op te pakken. 4. Doelstelling De doelstelling van dit project is te zorgen dat er ontwikkeling wordt gerealiseerd die een meerwaarde genereert voor de directe omgeving en de gemeente Oldebroek, aansluit op het beleid van de gemeente en daarnaast dat de huidige boekwaarde en de nog te maken kosten voor een zo groot mogelijk deel worden terugverdiend. 5. Op te leveren tussen- en eindresultaat Private partijen hebben momenteel interesse in het ontwikkelen van de locatie Zuiderzeestraatweg Om ontwikkeling mogelijk te maken wordt voorgesteld dit te doen via een meervoudige onderhandse aanbesteding. Hierin wordt gevraagd een prijsaanbieding te doen voor de locatie met daarbij een ontwikkelvisie en een voorlopig ontwerp. Binnen de aanbieding dient men naast een grondbod de categorie, de doelgroep(en) en het prijsniveau van de woningen aan te geven. De uitvraag van deze aanbesteding bestaat uit een inschrijvingsleidraad met bijlagen Tussenresultaat: inschrijvingsleidraad Tussenresultaat: concept anterieure overeenkomst en concept gronduitgifte contract Tussenresultaat: uitnodiging aan de ontwikkelende partijen Tussenresultaat: contracteren ontwikkelende partij en grondoverdracht Tussenresultaat: omgevingsvergunning / bestemmingsplan Eindresultaat: oplevering woningbouwlocatie 6. Afbakening Dit projectplan behelst de werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden en geeft de benodigde producten weer die opgesteld moet worden om te komen tot een meervoudige onderhandse aanbesteding. Om vervolgens op basis van deze aanbesteding een partij te contracteren. En daarna de woningbouwontwikkeling te begeleiden tot en met de realisatie van de woningen. De werkzaamheden voor de omgevingsvergunning en het bestemmingsplan behoren bij de ontwikkelaar. De gemeente heeft hier een toetsende rol en deze valt onder de reguliere publieksrechtelijke taken van de gemeente. 5

6 In de inschrijvingsleidraad zal als uitgangspunt worden opgenomen dat de ontwikkelaar de huidige bebouwing gaat slopen en het plangebied bouw- en woonrijp maken, of de opstallen gaat verbouwen en het aansluitende gebied inrichten ten behoeve van de functie. 7. Risico s Projectgebied Financieel De gemeente maakt voorbereidingskosten voor ambtelijke inzet en het actualiseren van de onderzoeken. Bij de grondverkoop ontstaan pas opbrengsten om deze voorbereidingskredieten te dekken. Een grondexploitatie berekening moet inzicht gaan geven in de financiële risico s. Het is mogelijk dat nadat een ontwikkelingsovereenkomst is afgesloten door economische omstandigheden of faillissement van de ontwikkelaar de grond niet wordt afgenomen. In de contractvorming moet hierin zo veel mogelijk juridische en financiële dekking worden gezocht. De vorm van het perceel laat op het voorste deel van het perceel geen bebouwing toe, dit is te smal en is alleen te gebruiken als toegangsweg en voor het parkeren. De opbrengstpotentie op dit deel van het perceel (ca. 387 m2) ligt om die reden lager dan de gemeentelijke grondprijzen die van toepassing zijn op het te bebouwen deel van het perceel. De huidige boekwaarde en marktwaarde komen momenteel overeen. Wanneer dit project nog te lang doorloopt dan wel gekozen wordt voor uitgifte in een goedkoper segment, moet worden afgewaardeerd. De voormalige ontwikkelaar zou het risico van planschade op zich nemen. De termijn verloopt in februari 2017, tot die datum kunnen nog verzoeken worden ingediend. Hiervoor is een reservering gemaakt van ,-. Er is een risico voor meer kosten door vertraging vanuit de ontwikkelende partij omdat er nog geen plannen bekend zijn. Het kan zijn dat meer onderzoeken nodig zijn voor de BP of omgevingsvergunningsprocedure dan nu wordt voorzien. 6

7 Er is een risico voor meerkosten en vertraging doordat de aanbesteding mislukt. Doordat de inschrijvende partijen niet voldoen aan het grondprijzenbeleid. Tijd Er is een risico op vertraging door de beperkte ambtelijke inzet. De ambtelijke inzet staat onder druk. Dit kan betekenen dat (deel)resultaten niet op tijd gehaald worden. Op tijd externe capaciteit inschakelen kan dit risico verminderen. Er is een risico op vertraging doordat de ontwikkelende partij niet bijtijds de benodigde stukken aanlevert. Anterieuere overeenkomst, grondaankoopovereenkomst, bestemmingsplan, aanvraag voor de omgevingsvergunning. Er is een risico op vertraging en meer kosten op het moment dat er meer onderzoeken nodig zijn dan nu is voorzien. Dit risico is te verminderen door in de overeenkomst de verantwoording hiervoor bij de ontwikkelende partij te leggen. Informatie Het is van belang dat de informatie voor de meervoudige onderhandse aanbesteding eenduidig en smart is, zodat er een heldere keuze gemaakt kan worden tussen de aanbiedingen. Tevens is van belang dat eenieder op het zelfde moment de juiste informatie krijgt. Dat hierdoor geen aanleiding is voor bezwaren in de aanbestedingsprocedure. Van belang is dat er een realistische uitvraag wordt opgesteld die aansluit bij de mogelijkheden van de markt Kwaliteit De kwaliteit van deze ontwikkeling is vastgelegd in het beeldkwaliteitsplan. Er is een risico dat de gewenste kwaliteit niet kan worden gehaald in verband met een haalbare ontwikkeling. 8. Randvoorwaarden voor de uitvoering van het project De bestuurlijk opdrachtgever voor dit project is de portefeuillehouder ruimtelijke ontwikkeling. De ambtelijk opdrachtgever voor dit project is de teamleider ruimte en concern. Binnen de organisatie is mogelijk niet voor alle disciplines de benodigde ambtelijke inzet aanwezig. Aanbesteding inkoopbeleid Voorgesteld wordt een offerteaanvraag met een voorafgaande selectie uit te zetten. Op deze offerteaanvraag zijn de Europese aanbestedings-richtlijnen (Richtlijnen 2014/23/EU, 2014/24/EU en 2014/25/EU), de Aanbestedingswet 2012 en de herziene Aanbestedingswet niet van toepassing. Voor het op de markt brengen van deze locatie wordt wel aansluiting gezocht bij het inkoopbeleid van de gemeente Oldebroek. Dit is het inkoopbeleid ISNV inkoopsamenwerking Noord Veluwe van 19 mei Voorgesteld wordt de geïnteresseerde partijen uit te nodigen mee te doen aan de aanbesteding voor deze locatie. Dit omdat deze bedrijven bekend zijn bij de gemeente en de gemeente hier goede ervaringen mee heeft opgedaan bij andere projecten. Aan deze bedrijven zal na het B&W besluit per brief worden gevraagd of ze mee willen doen aan deze offerteaanvraag. WPO de voormalige ontwikkelaar zal ook worden gevraagd om mee te doen. Op moment de geïnteresseerden te kennen hebben gegeven mee te willen doen krijgen zij na een positief raadsbesluit in oktober het definitieve offerteverzoek met de inschrijvingsleidraad om een grondbod met schetsplan en ontwikkelvisie in te dienen. Visie op de locatie Het oude plan is ontwikkeld voor de economische crisis. Sinds die periode is er veel veranderd en heeft de gemeente Oldebroek diverse beleidstukken op verschillen 7

8 beleidsterreinen aangepast. In 2006 was de wens van de gemeente hier woningen te realiseren in de dure koopsector, geschikt voor ouderen en kleine gezinnen (1 en 2 persoonshuishoudens). Dit woningbouwprogramma sluit niet meer aan bij de huidige omstandigheden binnen de gemeente. Op dit moment is er behoefte aan het huisvesten van speciale of bijzondere doelgroepen. Deze locatie lijkt voor bijzondere doelgroepen geschikt. Voorgesteld wordt om in de uitvraag de doelgroep niet als randvoorwaarde op te leggen maar in de beoordeling mee te nemen dat als men voor speciale doelgroepen bouwt dit positief wordt beoordeeld. Bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 (vastgesteld op 28 juni 2011) Hieronder is de verbeelding van het vigerende BP opgenomen. Het perceel heeft een bestemming wonen met een bouwvlak van waarbinnen uitsluitend een woongebouw mag worden gebouwd. De op de verbeelding rood omlijnde gronden hebben een wijzigingsbevoegdheid. Dit valt buiten de locatie die wordt aangeboden omdat dit perceel in particuliere handen is. De wijzigingsbevoegdheid ligt bij het college. Verbeelding bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 Stedenbouwkundige eisen en beeldkwaliteit Het voldoen aan het huidige bestemmingsplan en het beeldkwaliteitplan zal in principe als voorwaarde worden opgenomen in de inschrijvingsleidraad. Het bestemmingsplan schrijft een woongebouw voor en daarnaast maximaal 100 m2 aan bijgebouwen, aan- en uitbouwen en overkappingen. Ruimtelijk gezien ontstaat er door één woongebouw een rustig beeld wat hierdoor goed aansluit bij de omgeving. Tevens zal hierdoor een passende inrichting van het erf op deze plek ontstaan. Bij een alternatief ontwerp kan op basis van een goed ontwerp wat aansluit bij de ambities van het bestemmingsplan en het beeldkwaliteitplan op onderdelen worden afgeweken van deze plannen. 8

9 Conclusies onderzoeken In het bestemmingsplan is opgenomen dat er voor een aantal onderdelen nog nader onderzoek moet worden verricht. Dit geldt voor archeologie- en bodemaspecten. De verantwoording hiervoor wordt neergelegd bij toekomstige ontwikkelaar. Woningbouwprogramma- bijzondere doelgroepen Als gemeente willen we het welzijn van onze inwoners verhogen. Dat doen we onder andere door een goed leefklimaat te realiseren. Beschikbaarheid van voldoende en de juiste woningen voor onze inwoners draagt daar essentieel aan bij. We willen voorkomen dat wachtlijsten verder oplopen, we willen onze taakstelling voor huisvesting van vergunninghouders realiseren én onze bijdrage leveren aan het Bestuursakkoord Verhoogde instroom asielzoekers. Om dit te realiseren is de gemeente gestart met het project sociale woningbouw waarin we ons richten op drie verschillende doelgroepen. Het gaat hierbij om de zogenoemde starters, vergunninghouders en kwetsbare groepen. Onder starters verstaan we iedereen die geen legale zelfstandige woning in de gemeente (/regio) achterlaat. Vergunninghouders zijn vluchtelingen met een verblijfsvergunning. Met kwetsbare groepen bedoelen we alle personen die op dit moment in een instelling verblijven of die een dagbesteding volgen, maar willen doorstromen naar een reguliere woning. Personen uit deze doelgroep die elders illegaal verblijven en uiteindelijk ook een beroep doen op een sociale huurwoning is marginaal. Met de enkeling voor wie dit geldt houden we binnen dit project rekening. De verschillende doelgroepen hebben allen een inkomen onder de huurtoeslaggrens. Vanuit de analyse voor de Woonvisie blijkt dat er een overschot is in de gemeente Oldebroek aan woningen in de prijsklasse van tot ,-. De laatste jaren zijn er in de kern Oldebroek zo n 80 appartementen gerealiseerd, waarvan meer dan de helft specifiek voor ouderen geschikt zijn. Deze appartementen en ook de nog te bouwen appartementen zijn voor verschillende doelgroepen geschikt, maar liggen boven de sociale huurgrens. Het blijkt dat er juist behoefte is aan goedkope woningen voor alleenstaanden en er zijn signalen dat in de regio er een tekort is aan opvang van dakloze gezinnen. In de beoordeling van de plannen zal een hogere score worden gegeven als men bereid is (tijdelijk) te bouwen voor de genoemde doelgroepen (starters, vergunninghouders, kwetsbare groepen) met een inkomen onder de huurtoeslaggrens en welke geschikt zijn voor alleenstaanden en/of kleine gezinnen. Het aantal woningen wordt beperkt door bebouwingsvoorwaarden vanuit het BP dit zal voor sociale woningbouw rondom de 10 á 12 wooneenheden liggen. Duurzaamheid De gemeente Oldebroek heeft de ambitie om uiterlijk in 2050 klimaatneutraal te zijn. Deze ambitie is vastgelegd in de Milieuvisie bouwen en bewaren (2015) en sluit onder andere aan bij de ambities zoals vastgelegd in de Regionale route-kaart naar klimaatneutraal van de regio Noord-Veluwe, het Gelders Energieakkoord (welke de gemeente Oldebroek heeft medeondertekent in 2015) en de Omgevingsvisie Gelderland van de provincie Gelderland. In de bestuursovereenkomst van de gemeente is opgenomen dat gemeente een voorbeeldfunctie heeft op het gebied van duurzaamheid en geeft daarmee aan dat zij duurzaamheid belangrijk vindt. 9

10 Om deze ambitie te verwezenlijken is het belangrijk dat zoveel mogelijk energie wordt bespaard en dat alle energie dat binnen de gemeentegrenzen gebruikt wordt, duurzaam binnen de gemeentegrenzen wordt opgewekt. Het energie neutraal bouwen van nieuwbouw woningen draagt bij aan de realisatie van de doelstellingen om de ambitie te verwezenlijken. In de beoordeling van de plannen zal een hogere score worden gegeven als men bereid is duurzaam en zo veel mogelijk richting energieneutraal te bouwen. Duurzaamheid aspecten waarop men punten kan scoren: een lage EPC toepassing van duurzame geproduceerde- of gerecyclede materialen, zoals FSC goedgekeurd hout en het niet toepassen van uitlogende materialen, zoals lood en zink toepassing van duurzame technieken zoals warmte- koude opslag (wko), warmtepomp, douchewarmtewisselaar, zonne-energie etc. De ontwikkelaars dienen zo veel mogelijk met bovenstaande rekening te houden. Meerjaren Programma Grondbedrijf Met besluitvorming over het Meerjaren Programma Grondbedrijf (MPG) 2016 zijn de gronden met opstallen van deze locatie vanuit complex Atlantis overgebracht naar de strategische voorraad. Het gaat om een inbrengwaarde ,- (de huidige boekwaarde). Daarbij is per ten laste van de Algemene Reserve een voorbereidingskrediet van 4.928,- beschikbaar gesteld voor het opstellen van dit projectplan (er rekening mee houdend dat alle kosten die nu gemaakt gaan worden, waarschijnlijk niet meer verhaald kunnen worden via de kavelverkoop) en is 6.000,- beschikbaar gesteld voor beheer en onderhoud van het perceel en de opstallen. Het is logisch nu er geïnteresseerden zijn voor deze locatie dit project op te pakken. Op dit moment is een risicoreserve ingesteld voor deze locatie van ,- voor nog te maken ambtelijke kosten, het opvangen van een mogelijke daling in marktwaarde en planschade. Verkoopprijs locatie Voor deze locatie was in het oude plan sprake van 5 woningen in het dure segment. De opbrengsten met het wedstrijdontwerp waren gebaseerd op een prijs van inschrijving: ,- V.O.N. met een jaarlijkse indexering van 3% (huidige prijs was ,-) waarbij de ontwikkelaar de huidige bebouwing zou slopen en het plangebied bouw- en woonrijp zou maken. In onderstaande tabel is inzichtelijk gemaakt wat de grondwaarde van een bouwrijpe kavel is in de verschillende woningcategorieën (uitgangspunt hiervoor zijn grondgebonden woningen) en zonder de niet te bebouwen strook grond die voor 65,-/m2 kan worden aangekocht (totaal 387 m2 x 65,-/m2 = ,-). 10

11 totaal excl. BTW (incl. niet te bebouwen strook) met aansl. op het riool Grondprijs excl. BTW bij sloop opstal Woningcategorie VON prijzen in Grondprijs in opp. m2 sociale woningbouw middel duur laag middel duur hoog vrije sector Indien een appartementencomplex wordt gerealiseerd, wordt het volledige kavel vermenigvuldigd met de grondprijs geldend voor de betreffende categorie die gerealiseerd wordt en wordt voor de appartementen op de verdiepingen nogmaals de geldende grondprijs toegepast over het brute vloeroppervlak vermenigvuldigd met een factor 0,8. De genoemde grondprijs geldt voor bouwrijpe grond incl. een nog te realiseren aansluiting op het riool en met een actueel bodemonderzoek van de huidige locatie met bebouwing. Wanneer het bestaande gebouw in het bouwplan gesloopt moet worden, kan een bedrag van ,- in mindering worden gebracht (sloopkosten en aanvullen grond á ,- bodemonderzoek en een archeologisch onderzoek á 2.500,- voor het totale perceel). Een grondexploitatieopzet op basis van de ingediende plannen zal het uiteindelijke resultaat weer moeten geven. 9. Fasering en planning van tussenresultaten (mijlpalen) Fase (tussen)resultaten / producten Startdatum Einddatum 1. Initiatieffase Projectplan met uitvraag 1 mei 2016 juni Definitiefase Procedure B&W en info raad Aanbesteding Uitnodigingen Deadline plan indienen Besluitvorming B&W juli 2016 okt nov.2016 dec 2016 sep okt nov dec Ontwerp fase Contracteren en grondoverdracht Schetsontwerp Definitief ontwerp febr maart 2017 april 2017 juni 2017 maart 2017 april 2017 juni 2017 nov Voorbereidingsfase Omgevingsvergunning/ Bestemmingsplan 5. Realisatiefase Gerealiseerde woningbouw eind 2017 begin

12 10. Projectbeheersing Tijd Geld Kwaliteit Informatie Organisatie Communicatie Start project 10.1 Tijd De ambtelijke inzet staat onder druk. Dit kan betekenen dat resultaten niet op tijd gehaald worden of dat er nog externe capaciteit in geschakeld moet worden Geld Het complex is per overgezet naar de strategische voorraad met een inbreng waarde van ,-. Eind 2015 hebben de voormalige ontwikkelaar en gemeente besloten de overeenkomst te ontbinden. Boekwaarde per bedraagt: ,- Genomen verlies tot : ,- Per is de risicoreserve in gesteld ter hoogte van ,- om nog te maken ambtelijke kosten en mogelijke verzoeken om planschade af te dekken en om een daling van de marktwaarde op te kunnen vangen. Binnen het MPG zijn uren geraamd voor dit projectplan. Er is een voorbereidingkrediet van 4.928,- voor het opstellen van dit projectplan en 6000,- voor het beheer en onderhoud van dit complex beschikbaar gesteld. Dit betekent dat voor de uitvoering van het project de ambtelijke en externe inzet en onderzoeks- en advieskosten een voorbereidingskrediet bij de raad aangevraagd moet worden. De voorbereidingskosten mogen na het raadsbesluit voor maximaal vijf jaar worden geactiveerd. Daarnaast zullen in de grondexploitatieberekening bij vaststelling van het definitieve plan uren voor projectleiding, planeconomie, werkvoorbereiding en toezicht benodigd zijn en moet een aansluiting op het riool worden gerealiseerd (ca ,-). Op dat moment moet ook rekening worden gehouden met rente over de boekwaarde en algemene kosten G.99 (gezamenlijk ca ,- per jaar). Bij verkoop van de gronden ontstaan opbrengsten om deze kosten te dekken. In bijlage 1 staat de beoogde ureninzet voor dit projectplan. Daarnaast zijn er nog actualisaties van enkele onderzoeken nodig. De raming van het voorbereidingskrediet is als volgt opgebouwd: Uren ambtelijke inzet ,- Actualisatie asbest onderzoek en bodemonderzoek 5.000,- Rente 1.000,- Onvoorzien 2.500,- Totaal ,- Het voorbereidingskrediet bedraagt ,-. 12

13 Het voorbereidingskrediet en de huidige boekwaarde, de begrote kosten in het MPG en de later nog te maken kosten tijdens de uitvoering maken dat de totale kosten op zullen lopen tot ca ,-. Dit bedrag kan alleen worden afgedekt als een appartementengebouw in het dure segment wordt gerealiseerd. In alle andere gevallen krijgt het complex te maken met een tekort (zie hoofdstuk 8, verkoopprijs locatie), dat in het geval van grondgebonden sociale koopwoningen zelfs op kan lopen tot ,-. De kans op een sociaal bouwprogramma wordt groot geacht (80%). Omdat door de ontwikkelende partij aangetoond zal moeten worden dat voor de markt wordt gebouwd, wordt alleen een voorkeur uitgesproken voor sociale woningbouw, andere mogelijkheden worden ook opengelaten. Het risico van het grote tekort kan zich voordoen, maar wordt pas duidelijk als de inschrijvingen zijn ingediend. Voorgesteld wordt de raad te vragen of zij hier op voorhand mee in kunnen stemmen door een verliesvoorziening in te stellen voor dit complex van ,-. Deze voorziening komt voor ,- ten laste van de bestaande risicoreserve voor dit complex (zie hoofdstuk 8, Meerjaren Programma Grondbedrijf, er moet een risicoreserve van ,- voor planschade gehandhaafd worden) en voor ,- ten laste van de algemene reserve. Op het moment dat de beste inzending bekend is, zal gevraagd worden het bijbehorende verlies te nemen dan wel kennis te nemen van de verwachte opbrengst voor de locatie Kwaliteit Om de kwaliteit te beheersen wordt de inschrijving (grondbod en visie met schetsontwerp) getoetst aan gemeentelijk beleid en van toepassing zijnde wet- en regelgeving. Hierin opgenomen kwaliteitsaspecten zijn onderdeel van het proces. Daarnaast wordt de stedenbouwkundige ingezet om het gewenste kwaliteitsniveau te bewaken Informatie Van belang is in de uitvraag de informatie zo smart mogelijk te maken om zo de verschillende inschrijvingen goed met elkaar te kunnen vergelijken Organisatie Het projectteam zal bestaan uit: Projectleider Planeconoom Jurist Stedenbouwkundige Het projectteam wordt ondersteund door verschillende vakgebieden. Het projectteam wordt aangestuurd door de projectleider en zal bijeenkomen op de momenten dat dit nodig is voor de doorloop van het project. In de beginfase zal dit één maal in de veertien dagen zijn. De projectleider zal één á twee maandelijks met de ambtelijk en bestuurlijk opdrachtgever overleggen. Daar waar er aanleiding voor is, zal er ad-hoc met de opdrachtgevers overlegd worden Er is per medewerker voor de periode 2016 tot en met 2022 een tijdinschatting opgesteld. Het zwaartepunt van de werkzaamheden liggen in 2016, 2017 en Totaal ca. 710 uur, waarvan een deel van beheer en onderhoud reeds beschikbaar is gesteld in het MPG Communicatie Het is belangrijk om op de juiste momenten te communiceren met de omgeving en belanghebbenden. Een adviseur communicatie zal worden aangehaakt om te adviseren over 13

14 de informatieverstrekking en de informatie bijeenkomsten met de omgeving en belanghebbenden. 11. Gevraagd besluit Bijlagen Akkoord gaan met de geformuleerde projectopdracht zoals omschreven in dit projectplan Atlantis Oldebroek ; Projectleider en projectteam aanstellen (niet alleen voor projectvoorbereiding maar het project voor de gevraagde uren zoals nu voorzien); Het college en de raad voorstellen een voorbereidingskrediet van ,- beschikbaar te stellen voor de uitvoering van de projectopdracht tot en met de vaststelling van een ontwerp en bijbehorende grondexploitatiebegroting door de raad ten laste van het positief begrotingssaldo En akkoord te gaan het college en de raad voor te stellen een verliesvoorziening in te stellen voor het complex G.20 Atlantis van ,- ( ,- ten laste van de risicoreserve van dit complex en de toename ,- ten laste van de algemene reserve). 14

15 Bijlagen Bijlage 1: urenraming per discipline: Voorbereidingskrediet GREX 120 projectleider rest (60) naar grondexploitatieopzet 40 stedenbouw 37 planeconomie (beoord.) 28 planeconomie voor P&C 10 milieu 20 volkshuisvesting 5 communicatie 15 financiën 15 financiën 70 juridisch 10 juridisch 5 planeconomie (KCC) 15 planeconomie 30 planeconomie (GREX) 35 planeconomie 90 planschade 5 beleid onderhoud gebouwen 30 werkvoorbereiding 50 toezichthouder 20 landmeter (beheer was al beschikbaar gesteld in MPG) Bijlage 2: concept inschrijvingsleidraad d.d. 14 juli