NDW Rekenregels Historische gegevens

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NDW Rekenregels Historische gegevens"

Transcriptie

1 TNO-rapport TNO-6-DTM b Behavioural and Societal Sciences Van Mourik Broekmanweg 6 Postbus AA Delft T F infodesk@tno.nl Datum 14 anuari 213 Auteur(s) Tana Vonk; Taoufik Bakri; Börn Heiligers; Damir Vukovic Exemplaarnummer Oplage Aantal pagina's 41 (incl. bilagen) Aantal bilagen 6 Opdrachtgever Nationale Databank Wegverkeersgegevens Proectnaam Proectnummer

2 2 / 4 Inhoudsopgave 1 Inleiding Leeswizer Definities, uitgangspunten en vriheden bi gebruik van de rekenregels Uitgangspunten bi het gebruik van de rekenregels Definities Indicator Reistid Datapreparatie Uniformeren typen reistidmetingen Datapreparatie Aanvullen ontbrekende data Data aggregatie Aggregeren over de ruimte Data aggregatie Aggregeren in de tid Indicator Snelheid Indicator Reistidbetrouwbaarheid in de spits Datapreparatie Referentieberekening reistidbetrouwbaarheid Data aggregatie Aggregatie van reistidbetrouwbaarheid Indicator Intensiteit Datapreparatie Aanvullen van ontbrekende intensiteit gegevens Indicator Verkeersprestatie Bilage(n) A Bilage: Overwegingen Reistid B Bilage: Overwegingen Reistidbetrouwbaarheid C Bilage: Overwegingen Intensiteiten D Bilage: Alternatieve aggregatie reistiden in de tid E Bilage: Deelnemers werksessies Uniforme Rekenregels... 4 F Ondertekening... 41

3 3 / 4 1 Inleiding De Nationale Databank Wegverkeergegevens (NDW) verzamelt al geruime tid actuele verkeersgegevens van snelwegen, provinciale wegen en doorgaande stedelike wegen. De gegevens die de NDW verzamelt en vervolgens ter beschikking stelt zin: verkeersintensiteit gerealiseerde reistid geschatte reistid puntsnelheden Bi intensiteiten en puntsnelheden kan onderscheid gemaakt zin in voertuigcategorieën. Deze informatie wordt door NDW opgeslagen in een centrale databank en vervolgens verspreid naar wegbeheerders en serviceproviders die verkeersinformatie aanbieden aan de weggebruikers. De informatie in de databank kan niet alleen gebruikt worden om actueel de weggebruikers te informeren, maar ook om informatie te krigen over het functioneren van het wegennet over een bepaalde periode. Aan de hand van beleidsindicatoren zoals reistiden, intensiteiten en verkeersprestatie is het mogelik om het gevoerde beleid te monitoren en evalueren. NDW is een samenwerkingsverband waarin zeventien overheden deelnemen 1 : Rikswaterstaat; de gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht; de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht, Overissel en Noord-Brabant en de stadsregio's Eindhoven, Arnhem-Nimegen, Twente, Utrecht, Haaglanden, Amsterdam en Rotterdam. De NDW uitvoeringsorganisatie beheert de databank en behartigt de belangen van de deelnemende overheden op dit gebied. In de zomer van 21 zin in de NDW uitvoeringsorganisatie twee werkgroepen geformeerd die zich bezig houden met het gebruik van historische NDW gegevens. De ene werkgroep richtte zich op de vraag welke informatie vanuit de NDW gewenst is, de tweede werkgroep op het verwerken van de historische gegevens tot beleidsindicatoren. In het bizonder de verwerking tot (beleids)indicatoren die onderling vergeleken kunnen worden. Deze werkgroep rekenregels historische NDW gegevens heeft zich in eerste instantie gericht op de uitwerking van vier beleidsindicatoren: reistid reistidbetrouwbaarheid in de spits intensiteit (voertuigen per uur) verkeersprestatie (afgelegde kilometers) Later is hier ook de indicator snelheid aan toegevoegd 2. Het doel van de werkgroep is om uniformering tot stand te brengen in het verwerken van de historische (NDW) gegevens, zodat de wegbeheerders op dezelfde manier hun beleidsindicatoren berekenen en zodoende de 1 Bron: website NDW, 2 De eerste versie van deze rapportage is in augustus 211 opgeleverd. Implementatie van de rekenregels in de NDW-tool voor de presentatie van historische gegevens heeft geleid tot aanscherping van de tekst en een aanvulling met de rekenregels voor de snelheid.

4 4 / 4 vergelikbaarheid van beleidsindicatoren wordt verhoogd. Dit rapport met rekenregels is de resultante van deze uniformering. Als basis voor het opstellen van de rekenregels worden de data van de NDW genomen. Indien een andere dataset dezelfde geografische structuur en onderleggers heeft als de NDW data, dan zin de rekenregels ook op deze andere dataset van toepassing. Bi het opstellen van deze rekenregels waren de volgende organisaties nauw betrokken: Stadsgewest Haaglanden Centraal Bureau voor de Statistiek Ministerie van Infrastructuur en Milieu, DG Mobiliteit Stadsregio Rotterdam Stuurgroep Nationale Mobiliteitsmonitor (via IPO vertegenwoordiger) Provincie Utrecht Provincie Noord-Holland Gemeente den Haag Kennis instituut voor Mobiliteitsbeleid Nationale Databank Wegverkeergegevens Rikswaterstaat Dienst Verkeer en Scheepvaart TNO 1.1 Leeswizer Na de inleiding in hoofdstuk 1 worden in hoofdstuk 2 de gehanteerde definities, de uitgangspunten en vriheden bi het gebruik van de rekenregels in dit rapport toegelicht. In de daarop volgende hoofdstukken komen de vif beleidsindicatoren aan de orde. De overwegingen hoe tot deze keuze is gekomen worden in de bilage toegelicht. De rekenregels (formules) behorende bi de keuze worden per indicator aan het eind van het hoofdstuk weergegeven.

5 5 / 4 2 Definities, uitgangspunten en vriheden bi gebruik van de rekenregels De rekenregels in dit rapport bieden de wegbeheerders de mogelikheid om hun beleidsindicatoren op uniforme wize te bepalen en daarmee onderling te vergeliken. Enerzids kunnen hiermee dezelfde grootheden binnen de beheersgrenzen van een wegbeheerder bepaald en zodoende vergeleken worden. Anderzids biedt het ook de mogelikheid om vergelikingen over de beheersgrenzen heen te maken omdat de indicatoren op dezelfde, vergelikbare, wize worden bepaald. De rekenregels gaan, zoals in de inleiding is aangegeven, alleen over de indicatoren: reistid (s) snelheid (km/u) reistidbetrouwbaarheid in de spits intensiteit (voertuigen per uur) verkeersprestatie (afgelegde kilometers) Deze rekenregels zin voor de berekening van de genoemde indicatoren de norm. In het kader van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is een nieuwe indicator geïntroduceerd: bereikbaarheid. Deze indicator neemt de mobiliteit over de weg (auto en vracht) en het openbaar vervoer samen en stelt per gebied vast wat de integrale kwaliteit van de bereikbaarheid is 3. Deze gegevens worden momenteel nog niet in de praktik gemeten en zin daarom op dit moment (Q4 212) ook geen onderdeel van de NDW-historische gegevens. Het staat de gebruikers vri om aangepaste versies van de rekenregels te gebruiken of eigen rekenregels te ontwikkelen. In beide gevallen dient echter expliciet aangegeven te worden op welke methode (of aanpassing daarop) de resultaten gebaseerd zin. Als een alternatieve methode is gebruikt om de resultaten te bepalen, zin de resultaten niet vergelikbaar met uitkomsten die bepaald worden uit de uniforme rekenregels. De resultaten van deze rekenregels zin alleen geldig voor de hierboven genoemde indicatoren. Voor verwerking in afgeleide producten (bivoorbeeld voertuigverliesuren afleiden uit de indicator Reistid) kan het nodig zin een aangepaste rekenwize te gebruiken. In elk geval kunnen deze afgeleide producten niet gekenmerkt worden als product van deze uniforme rekenregels. De definities zin uitgewerkt in paragraaf Uitgangspunten bi het gebruik van de rekenregels In het kader van de uniformiteit die wordt nagestreefd, zin bi het opstellen van de rekenregels verschillende uitgangspunten gehanteerd. Achtereenvolgens komen de 3 Bron: Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte, Ministerie van Infrastructuur en Milieu, maart 212

6 6 / 4 algemene uitgangspunten aan de orde, daarna enkele uitgangspunten die specifiek op de indicatoren betrekking hebben. Algemene uitgangspunten Het doel van deze uniforme rekenregels is reproduceerbaarheid van de uitkomsten en vergelikbaarheid. Wanneer gebruikers parameters aanpassen in de rekenregels is dit voor eigen gebruik toegestaan, maar niet meer uniform en kan geen vergeliking gemaakt worden met resultaten vanuit de toegepaste rekenregels. De rekenregels gaan over de bemeten meetvakken/meetpunten in de NDW. In sommige gevallen worden ruimtelike aggregaten naar traecten gespecificeerd. Het is aan de gebruiker van de rekenregels om te bepalen of gegevens van een reistidmeetvak/locatie representatief zin, de rekenregels doen daar geen uitspraken over. In de NDW data is een vlag (suppliercalculateddataquality) opgenomen die aangeeft of de data betrouwbaar of onbetrouwbaar is. Deze vlag heeft betrekking op een technische interpretatie van de data en doet geen uitspraken over de verkeerskundige betrouwbaarheid/plausibiliteit van de data. Bi alle rekenregels zin algoritmen opgenomen voor het bischatten van ontbrekende data. In de NDW presentatietool wordt dit bischatten bi elke aanvraag opnieuw uitgevoerd. Door naleveringen kunnen resultaten afwiken van eerdere berekening over dezelfde periode en locatie. Indien gebruikers de gegevens bewaren voor later gebruik, moet men zich hiervan bewust zin Afnemers die de geleverde NDW data niet vertrouwen of onwaarschinlik achten kunnen dit melden bi de NDW servicedesk. De NDW onderzoekt dit en neemt zo nodig (en mogelik) maatregelen. Zonder tegenbericht wordt er met de oorspronkelik geleverde dataset doorgerekend. Uitgangspunten Spitsdefinitie De spitsperiode is gedefinieerd als twee tidvakken: van 7 tot 9 uur en van 16 tot 18 uur, gedurende alle werkdagen. De spitsdefinitie is voor alle reistidmeetvakken en regio s gelik. Het tidstip van inriden van een reistidmeetvak of traect is leidend bi de bepaling of een reistid in de spits valt. Het stuk dat na de spitsperiode wordt afgelegd telt hierdoor nog steeds mee voor de bepaling van de gemiddelde reistid. Voor traecten waar aan het einde van de spits de reistid nog steeds vergroot is, werkt dit zwaarder door dan voor traecten waar de reistid aan het einde van spits al genormaliseerd is. Uitgangspunten ten aanzien van de aggregatie van data Reistiden worden op basis van de laagst beschikbare leveringsperiode en de traectoriemethode verwerkt tot traectreistiden. Pas hierna worden de reistiden in de tid geaggregeerd. Voor het bepalen van (periode) gemiddelden (bv maand- of aargemiddelden) moeten gegevens van de laagst beschikbare leveringsperiode als input gebruikt worden. Wel mogen andere aggregaties afgeleid worden met behulp van deze rekenregels (biv. 5 of 15 minuut gemiddelden). Deze mogen echter niet als input voor de langeterminindicatoren worden gebruikt. Bi alle langeterminaggregaties (> 15 minuten) dient het aantal beschikbare gegevens van de kleinst beschikbare leveringsperiode binnen het aggregaat vermeld te worden.

7 7 / 4 Voor meetvakaggregaties zal dit uitgedrukt worden in uren (in de NDW presentatietool wordt dit gepresenteerd als dagen en het % van het totaal). Voor traectaggregaties zal dit uitgedrukt worden in Kilometeruren (en/of % van het totaal aantal kilometeruren). Hiermee wordt inzichtelik wat met elkaar vergeleken wordt en kunnen ook effecten van verschillende tidsperioden en verschillende netwerken inzichtelik gemaakt worden. Bi alle langeterminaggregaties die over spitsen of werkdagen lopen worden de nationale feestdagen uitgesloten van de berekening op werkdagen, evenals Bevridingsdag (5 mei), Goede Vridag en Oudeaarsdag. Vakanties worden gezien als een reguliere situatie en ook als dusdanig behandeld. Wel wordt de mogelik verstorende invloed van vakanties beperkt door de referentieperiode van de reistidbetrouwbaarheid over maximaal een maand te laten lopen. Uitgangspunten bi indicatoren Reistid en Reistidbetrouwbaarheid Er zin meerdere manieren om een referentiereistid te definiëren. Voor de reistidbetrouwbaarheid worden twee referentiereistiden gedefinieerd. Hierin wordt de mediaan van de reistid per kwartier of per spits voor elke maand berekend. Het tidstip van binnenriden van het reistidmeetvak of traect is leidend bi de aggregatie van reistiden. Uitgangspunten bi indicator Verkeersprestatie De Verkeersprestatie kan op twee niveaus uitgerekend worden. Op reistidmeetvakken waar 1 of meer intensiteitspunten beschikbaar zin. In dit geval moet de lengte uit NDW gehaald worden. Op traectniveau waar 1 of meer intensiteitmetingen beschikbaar zin. In dit geval dient de gebruiker de traectlengte op consequente manier uit andere bronnen te koppelen. Als er meer intensiteitspuntmetingen op 1 reistidmeetvak vallen worden deze eerst rekenkundig gemiddeld op traect/meetvakniveau. Uitgangspunten m.b.t. netwerkveranderingen Bi een verandering in het aantal ristroken of voertuigcategorieën wordt niet tussen deze waarden geïnterpoleerd. Er kan wel worden geaggregeerd over de voor en na situatie. Dit wordt gedaan door het gemiddelde apart per wegconfiguratie te berekenen en vervolgens het gewogen gemiddelde over de periode te bepalen (gewogen naar tid, en harmonisch voor snelheid). Voor voertuigcategorieën wordt alleen de aggregatie van 5 naar 3 categorieën door NDW toegepast in de presentatietool voor historische gegevens. 2.2 Definities Begrip Avondspits Beschikbaar datapunt Definitie 16: tot en met 17:59 op werkdagen Datapunt met een geldige waarde, dat wil zeggen in ieder geval: - Intensiteit, Snelheid en reistid> en - geen foutvlag in de NDW-data en

8 8 / 4 Begrip datapunt Intensiteit Intensiteitpunt Intensiteitraai Intensiteitvak Kwaliteitsindicator Definitie - suppliercalculateddataquality>5 Door NDW geleverde waarde voor intensiteit, snelheid of reistid op een locatie Het aantal motorvoertuigen dat gedurende een bepaalde periode een bepaald punt passeert, gerekend in één ririchting. Punt op een ristrook binnen een intensiteitraai waarvoor de dataprovider de intensiteit bepaalt en aan NDW levert. Raai binnen een intensiteitvak waarvoor de dataprovider intensiteit bepaalt (per ristrook of per ribaan) en aan NDW levert. Indien intensiteiten per ristrook bepaald worden, dan dienen de verschillende intensiteitpunten op dezelfde raai te liggen. Gedeelte van een weg, begrensd door een begin- en eindraai, waarover intensiteitgegevens aan NDW geleverd worden. Indicator die per locatie en per leveringsperiode door de dataleverancier wordt toegevoegd aan de aan NDW verkeersgegevens: suppliercalculateddataquality. Deze waarde geeft, op basis van de technische werking van het systeem, een kwaliteitsoormerk, waarvoor bi deze rekenregels een grenswaarde van 5 wordt gehanteerd. Gegevens met een suppliercalculateddataquality < 5 worden als onbetrouwbaar gekenmerkt en vervolgens uit de set verwiderd. Hiervoor gelden verder voor deze leveringsperiode(n) de rekenregels voor ontbrekende data. Leveringsperiode Kleinste tidseenheid waarover aan NDW data worden geleverd. Data kunnen verkregen worden door meting, schatting, voorspelling, etc. Daarom wordt niet de gebruikelike term meetperiode gehanteerd. (meet)locatie De verkeersgegevens zin gerelateerd aan punten en vakken, waarover informatie wordt verstrekt. De locaties waarvoor actuele verkeersgegevens worden geleverd zin beschreven in de zogenaamde Meetlocatietabel (MST/PDL). Niet-plausibele-data Data die, naar de inschatting van de gebruiker, aangemerkt moet worden als onbetrouwbaar, maar niet als dusdanig gekenmerkt is door het veld suppliercalculateddataquality in de NDW data. Ochtendspits 7: tot en met 8:59 op werkdagen Puntmeting NDW data verzameld op een ristrook of binnen een meetraai. Puntsnelheid De harmonisch gemiddelde snelheid van voertuigen die in een tidseenheid een punt of raai passeren, gerekend in één ririchting.

9 9 / 4 Begrip Raai, meetraai 4 Referentiemeting Referentiereistid Reistid Reistid, Actueel Reistid, Gerealiseerd Reistid, Geschat Reistidvak Definitie Denkbeeldige lin dwars over de weg. Meting ter toetsing van de kwaliteit van verkeersgegevens met behulp van een referentiesysteem. Benadering van de verwachtte reistid, bepaald door de mediaan over reistiden in een periode te nemen. Actuele, gerealiseerde en/of geschatte reistid, gerekend in één ririchting. Het rekenkundig gemiddelde van de tid die alle voertuigen, die gedurende 1 minuut het beginpunt van een reistidvak passeren, nodig gaan hebben om vanaf het beginpunt van dat reistidvak het eindpunt van dat reistidvak te bereiken, op het moment dat aan de verplaatsing tussen begin en eindpunt wordt begonnen, gerekend in één ririchting. Het rekenkundig gemiddelde van de tid die alle voertuigen, die gedurende 1 minuut gearriveerd zin op het eindpunt van een reistidvak, nodig hebben gehad om vanaf het beginpunt van dat reistidvak het eindpunt van dat reistidvak te bereiken, gerekend in één ririchting. Benadering van de actuele reistid, bepaald met een schattingsmethode, gerekend in één ririchting. Bivoorbeeld door extrapolatie van puntsnelheden of door het combineren van reistiden op delen van het reistidvak. Gedeelte van een weg, begrensd door een begin- en eindraai waarover in één ririchting reistid aan NDW geleverd wordt. Restdag : tot en met 6:59 + 9: tot en met 15: : tot en met 23:59 op werkdagen Ribaan Ribaan zoals gedefinieerd in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 199. Ristrook Ristrook zoals gedefinieerd in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 199. Ruimtelike aggregatie Een maat die uitgerekend wordt door meetgegevens in de ruimtelike dimensie samen te nemen. Bivoorbeeld de berekening van traectreistid uit de reistiden op de bibehorende reistidvakken. Snelheidspunt Punt op een ristrook binnen een snelheidsraai waarvoor de dataprovider de puntsnelheid bepaalt en aan NDW levert. Snelheidsraai Raai (te kiezen door de dataprovider) binnen een snelheidsvak waarvoor de dataprovider snelheid bepaalt (per ristrook of per ribaan) en aan NDW levert. Indien snelheden per ristrook gevraagd worden, dan dienen de 4 Een raai kan dus bestaan uit meerdere meetpunten (intensiteit, snelheid), over verschillende stroken en/of verschillende ribanen. Bi de datalevering door NDW worden gegevens per (meet)locatie geleverd. Veelal betreft een locatie een ribaan met één ririchting. Het onderscheid naar voertuigcategorie en ristrook is door middel van indexen in de data per locatie aangebracht.

10 1 / 4 Begrip Tidaggregatie Traect Traectoriemethode Traectreistid Verkeersprestatie Reistidmeetvak Definitie verschillende snelheidspunten op dezelfde raai te liggen. Een maat die uitgerekend wordt door metingen in de tidsdimensie te aggregeren. Bivoorbeeld gemiddelde 5- minuutsintensiteit of aargemiddelde reistid. Een verzameling reistidvakken, aaneengesloten, waarvan maximaal 1% onbemeten is en waarbi gaten tussen reistidvakken niet groter zin dan 1 km. Algoritme waarmee traectreistiden worden geschat uit reistidmetingen op reistidvakken. De geschatte reistid op het tidstip van inriden van het eerste reistidvak van een traect, berekend op basis van de traectoriemethode, gebruikmakend van de 1 minuut reistiden van de aaneengesloten reistidvakken waaruit het traect is opgebouwd. De reistid van elk van deze reistidvakken moet betrekking hebben op het berekende tidstip van inriden van een reistidvak. Dat wil zeggen verwachte reistiden of gecorrigeerde gerealiseerde reistiden. Maat voor het aantal voertuigen dat een reistidmeetvak heeft verwerkt, uitgedrukt in voertuigkilometers. De verkeersprestatie wordt bepaald door de intensiteit op een intensiteitvak te vermenigvuldigen met de lengte van het intensiteitvak. Gedeelte van een weg, begrensd door een begin- en eindraai waarover het NDW in één ririchting data levert.

11 11 / 4 3 Indicator Reistid In dit hoofdstuk wordt de indicator Reistid uitgewerkt. De rekenregels rondom reistiden zin het resultaat van een serie overwegingen die door de werkgroep zin gemaakt. Een uitgebreid overzicht van deze overwegingen en de motivaties die daarbi een rol spelen zin opgenomen in bilage A. In dit hoofdstuk staan de vastgestelde rekenregels centraal en de manieren waarop zi gebruikt mogen worden om tot resultaten te komen. De rekenprocedure voor de reistiden bestaat uit twee functionele hoofdonderdelen (zie ook figuur 1): 1. een datapreparatie stap, waarin binnengekomen NDW reistidmetingen worden gecorrigeerd voor ontbrekende gegevens en verschillen in definities; 2. een data-aggregatie stap, waarin individuele meetvakreistidmetingen worden gecombineerd tot traectreistiden en gemiddelde reistiden over tidsperioden. Figuur 1: Workflow voor het rekenen met NDW Reistiden De verschillende functionele bouwblokken in de figuur zin uitgewerkt in de volgende paragrafen. 3.1 Datapreparatie Uniformeren typen reistidmetingen Binnen de NDW data komen twee typen reistiden voor: gerealiseerde reistiden en geschatte reistiden. Gerealiseerde reistiden zin gedefinieerd ten opzichte van het tidstip van uitriden van een reistidmeetvak 5. Geschatte reistiden zin gedefinieerd ten opzichte van het inriden van een reistidmeetvak. Voordat de twee typen 5 In relatie tot de NDW-gegevens moet in plaats van wegvak reistidvak gelezen worden

12 12 / 4 reistiden in een aggregatie gecombineerd kunnen worden moeten ze eerst gecorrigeerd worden. t in t uit TT t Figuur 2: Gerealiseerde reistiden (TT) worden toegekend aan tidstip t uit. Deze gerealiseerde TT s worden eerst omgerekend naar tidstip inriden reistidmeetvak t in De gerealiseerde reistiden worden omgerekend naar het bibehorende tidstip van inriden reistidmeetvak. Vervolgens wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen gerealiseerde en geschatte reistiden en worden ze beiden met de letter Rt aangeduid. Notatieconventie: We zullen in het vervolg refereren naar de gerealiseerde reistid op tidstip i (let op! Tidstip uitriden van het reistidmeetvak) op reistidmeetvak als volgt: R i. Geschatte reistiden op tidstip i (tidstip inriden reistidmeetvak) op reistidmeetvak zullen worden aangeduid als Rt. i Een gegeven gerealiseerde reistid R op tidstip i en reistidmeetvak komt i overeen met een geschatte reistid op tidstip i R i en reistidmeetvak. Dat wil zeggen: Rti R R i i, Met: R de gerealiseerde reistid voor tidstip i en reistidmeetvak i Rt de geschatte reistid voor tidstip i en reistidmeetvak i i R i het gehele gedeelte (floor) van i i R. Ter illustratie: i Mochten er na omrekening van de gerealiseerde reistiden meerdere metingen binnen hetzelfde tidvak vallen, dan wordt het rekenkundige gemiddelde van al deze metingen genomen als reistid voor het betreffende tidvak en reistidmeetvak. Door het verschil in definitie kunnen er echter ook gaten vallen. Deze moeten met behulp van de criteria van ontbrekende data behandeld worden. 3.2 Datapreparatie Aanvullen ontbrekende data Allereerst wordt de betrouwbaarheid van de data getoetst. Deze betrouwbaarheid wordt formeel geschat op basis van het NDW veld suppliercalculateddataquality. Wanneer de waarde van dit veld lager is dan 5, wordt het bibehorende gegeven verwiderd uit de set en gelden verder de rekenregels voor ontbrekende data (volgt). Zo voorkomt men dat reistiden met een

13 13 / 4 slechte kwaliteit meegenomen worden in de middeling. Let op dat wanneer een gegeven door het NDW aangemerkt wordt als betrouwbaar, er nog geen algemeen toepasbare methode is om de plausibiliteit van het gegeven te toetsen. De door de NDW geleverde gegevens kunnen verder gaten bevatten waarbi er voor bepaalde reistidmeetvakken op bepaalde tidstippen geen gegevens beschikbaar zin. Deze gaten kunnen het resultaat zin van de uniformering in stap 3.1, van meetgegevens die aangemerkt zin als onbetrouwbaar of van gegevens die letterlik ontbreken in de dataset. De ontbrekende gegevens worden binnen afgesproken kaders zo veel mogelik uit de beschikbare meetgegevens geschat en aangevuld. De ontbrekende meetwaarde wordt berekend middels lineaire interpolatie in de tid uit de omliggende gegevens. Hierbi dient de timestamp van de samples eerst te worden afgerond (i.e. ::29 wordt minuut 1 en ::3 wordt minuut 2) op hele minuten voordat de duur van het gat wordt bepaald. De keuze op lineaire interpolatie volgt uit unificatieoogpunt en is voor gaten over korte tidvakken op zowel het onderliggend als hoofdwegennet betrouwbaar toe te passen. Het staat de gebruikers vri om op basis van eigen kennis geavanceerdere methoden te gebruiken, maar de resultaten zin dan onvergelikbaar en niet te combineren of vergeliken met de resultaten die volgen uit de rekenregels. Lineaire interpolatiemethoden en formules Gegeven een ontbrekende indicatorwaarde op tidstip i. Bekik de 5 minuten voor en na het missende datapunt. Mocht er 5 minuten voor of na het ontbrekende datapunt geen data beschikbaar zin dan blift dit tidstip ontbreken in de uiteindelike dataset. Neem anders van de 5 minuten voor en na tidstip i de dichtstbizinde tidstippen i 1 en i 2 zodanig dat i1 i i2 waarvoor data beschikbaar is. Als de afstand tussen i 1 en i2 groter dan 5 minuten is, mag dit gat niet gevuld worden en wordt de rest van de procedure voor deze waarde overgeslagen. Is de afstand tussen i 1 en i2 kleiner of gelik aan 5 minuten ga dan als volgt te werk: De interpolatie voor de reistid komt neer op de volgende formule: Rt i Rt i1 ( i i1 ) Rti 2 i 2 Rt i 1 i 1 Met hierin: Rt de geschatte reistid 6 op tidstip i en reistidmeetvak i Rti 1 de geschatte reistid op tidstip i 1 en reistidmeetvak Rt 2 de geschatte reistid op tidstip i2 en reistidmeetvak i Voor de intensiteit betekent dit: I i I i1 ( i i1 ) Ii 2 i 2 I i i Noot: geschatte verwist hier naar het soort reistid

14 14 / 4 Figuur 3: Schematische weergave van lineaire interpolatie. Het ontbrekende datapunt behorend bi tidstip i wordt aangevuld door middel van lineaire interpolatie van de beschikbare datapunten behorend bi de tidstippen i 1 en i 2. De interpolatie wordt uitsluitend uitgevoerd als er 5 minuten of minder dan 5 minuten ligt tussen i 1 en i Data aggregatie Aggregeren over de ruimte Voor traecten bestaande uit aaneengesloten NDW reistidmeetvakken met reistiden kan een traectreistid berekend worden. De traectreistid volgt uit de PCTB (Piecewise Constant Traveltime Based traectoriemethode 7, zonder inachtneming van de intensiteiten. Uitgangspunt van de methode is een traect dat bestaat uit een set aaneengesloten reistidmeetvakken. Er zin twee noodzakelike voorwaarden om traectreistiden te kunnen berekenen: 1. Een traectreistid kan worden berekend indien deze bestaat uit reistidmeetvakken met een onderlinge afstand kleiner dan 1 km. 2. De totale lengte van gaten mag niet meer dan 1% van de traectlengte bedragen. De resulterende traectreistid wordt gecorrigeerd/vermenigvuldigd met de factor traectlengte/bemeten lengte. Na deze ruimtelike aggregatie mag men in het vervolg rekenen met de traectreistid alsof het een meetvakreistid betreft (de rekenregels voor aggregaties van tid zin van toepassing) Rekenregels ruimtelike aggregatie NDW reistiden: Gegeven de NDW reistiden per minuut voor een verzameling van N aaneengesloten reistidmeetvakken, genummerd 1 t/m N, die een traect K samenstellen. Uniformeren type reistidmeting: Vertaal de gerealiseerde reistiden op elk reistidmeetvak behorend tot traect K naar reistiden behorend bi het moment van inriden reistidmeetvak zoals beschreven in paragraaf 3.1. Rt i R i i. 7 J.W.C. van Lint, Reliable Travel Time Prediction for Freeways, Proefschrift, TU Delft 24

15 15 / 4 Mochten er na omrekening van de gerealiseerde reistiden meerdere metingen binnen hetzelfde tidvak vallen, dan wordt het rekenkundige gemiddelde van al deze metingen genomen als reistid voor het betreffende tidvak en reistidmeetvak. Aanvullen missende data: Vul de data aan zoals beschreven in paragraaf 3.2. Bereken voor elk start tidstip t m.b.v. de traectoriemethode de traectreistid Definieer t i als het tidstip van uitriden reistidmeetvak i Bereken, afgerond naar een minuut, het tidstip t N van uitriden reistidmeetvak N met behulp van volgende recurrente betrekking: t t Rt, N 1 1 t 1 t is gegeven. Dat is het tidstip inriden reistidmeetvak 1. Dan geldt voor de traectreistid RT over traect K startend op tidstip t t K de volgende formule: RT t t t K N Opmerking Indien tidens het uitrekenen van de traectreistid voor minuut k op ontbrekende data van een reistidmeetvak wordt gestuit, dan wordt de rekenprocedure afgebroken en dient het betreffende traectreistid (voor minuut k) als ontbrekend te worden beschouwd. 3.4 Data aggregatie Aggregeren in de tid Reistiden over een reistidmeetvak of traect mogen geaggregeerd worden in de tid. Bi de aggregatie van reistiden over een periode (1-minuten, spits, aar) wordt de reistid over de periode gelikgesteld aan de gemiddelde reistid over de individuele leveringsperioden die binnen de aggregatieperiode vallen. Deze methode heeft als voordeel dat er geen bikomende meetgegevens benodigd zin (bivoorbeeld intensiteiten) en geeft een goede weergave van de gemiddelde drukte op de weg binnen de aggregatieperiode; drukke minuten met lange reistiden worden immers even zwaar meegewogen als rustige minuten met lage reistiden. Niet alle reistidvakken bevatten per definitie intensiteitlocaties. Om alle locaties universeel te kunnen behandelen is gekozen om bi de aggregatie van reistiden geen weging naar intensiteit toe te passen Rekenregels tidsaggregatie NDW reistiden: Gegeven de NDW reistiden per minuut voor reistidmeetvak Uniformeren type reistidmeting: Vertaal de gerealiseerde reistiden naar reistiden behorend bi het moment van inriden reistidmeetvak zoals beschreven in paragraaf 3.1. Rt i R i i.

16 16 / 4 Mochten er na omrekening van de gerealiseerde reistiden meerdere metingen binnen hetzelfde tidvak vallen, dan wordt het rekenkundige gemiddelde van al deze metingen genomen als reistid voor het betreffende tidvak en reistidmeetvak. Aanvullen missende data: Vul de data aan zoals beschreven in paragraaf 3.2 Aggregatie in de tid De geaggregeerde reistid Rt op reistidmeetvak over een periode P kt P bestaande uit kt k aaneengesloten minuten, beginnend op tidstip t waarvan slechts minuten beschikbaar zin wordt als volgt berekend: Rt Pkt k 1 1 k P i kt k Pkt Rt ( t i) Met hierin: P een periode bestaande uit k aaneengesloten minuten beginnend op kt tidstip t. Rt Pkt de geaggregeerde reistid op reistidmeetvak over de periode P kt k Pkt het aantal beschikbare minuten binnen periode P voor reistidmeetvak kt Rt de geschatte reistid op tidstip i voor reistidmeetvak i Met andere woorden: er wordt rekenkundig gemiddeld over de beschikbare reistiden binnen de aggregatieperiode P. In het geval k 15 dient conform de uitgangspunten in paragraaf 2.1 het aantal kilometeruren waarover de aggregatie heeft plaats gevonden gemeld te worden. Dit wordt als volgt berekend: kp kt Aantal _ gebruikte _ km_ uren P kt kt l 6 waarbi: Aantal _ gebruikte _ km_ uren Pkt het aantal beschikbare kilometeruren binnen periode k Pkt P voor reistidmeetvak kt waarover gemiddeld is. het aantal beschikbare minuten binnen periode P voor reistidmeetvak kt l de lengte in meters van reistidmeetvak Opmerking m.b.t. ristroken en voertuigcategorieën Bi het aanvullen van de reistiden wordt onderscheid gemaakt naar voertuigcategorie en ristrook indien dit onderscheid te maken is (noot: dit is bi de NDW-data op dit moment, Q4 212, niet te maken, noch voor ristrook, noch voor voertuigcategorie). Bi aggregatie van reistiden hoeft geen onderscheid te worden gemaakt naar ristrook. De rekenkundige gemiddelde reistid over de meetlocatie is het gemiddelde over alle ristroken voor anyvehicle.

17 17 / 4 4 Indicator Snelheid Voor de indicator snelheid gelden in essentie dezelfde rekenregels als voor de indicator Reistid op enkele punten na: Met betrekking tot de paragraaf Datapreparatie Uniformeren typen snelheidmeting: Deze is hier niet van toepassing. De snelheidsmetingen zin immers puntmetingen. Met betrekking tot de paragraaf: Datapreparatie Aanvullen ontbrekende data: Om consistentie redenen met de lineaire interpolatie methode voor ontbrekende reistidgegevens dient men voor het aanvullen van ontbrekende snelheidsgegevens deze lineaire interpolatiemethode toe te passen op de indicator Traagheid [uur/km]. Dat is de indicator 1/snelheid. Waarna de ontbrekende snelheid herleid kan worden uit de traagheid. Met betrekking tot paragraaf Data aggregatie Aggregeren over de ruimte: Aggregatie van snelheden over de ruimte ligt niet voor de hand omdat het puntmetingen zin. Als het wenselik is, dan dient dit te geschieden door de traect lengte te delen door bibehorende reistid over de ruimte/traect geaggregeerd.. Met betrekking tot de paragraaf Rekenregels tidaggregatie: De rekenregels hier zin identiek aan die van de reistid behalve dat men i.p.v. het rekenkundige gemiddelde het harmonische gemiddelde dient te nemen. Opmerking m.b.t. ristroken en voertuigcategorieën Bi het aanvullen van de snelheden wordt onderscheid gemaakt naar voertuigcategorie en ristrook indien dit onderscheid te maken is. Bi aggregatie van snelheden hoeft geen onderscheid te worden gemaakt naar ristrook. De gemiddelde snelheid over de meetlocatie is het harmonische gemiddelde over alle ristroken. De categorie voor anyvehicle is op dit moment, Q4 212, nog niet aanwezig in de NDW-data.

18 18 / 4 5 Indicator Reistidbetrouwbaarheid in de spits In dit hoofdstuk wordt de indicator Reistidbetrouwbaarheid in de spits uitgewerkt. De in dit document gehanteerde definitie van reistidbetrouwbaarheid volgt uit de documentatie over dit onderwerp in de Nota Mobiliteit (NoMo). Daar staat de volgende ambitie omschreven: Betrouwbare reistid op het hoofdwegennet Het kabinet heeft de ambitie om de betrouwbaarheid op het hoofdwegennet zodanig te verbeteren, dat men in 22 bi 95% van alle verplaatsingen in de spits op tid[6] is. Dat wil zeggen op langere afstanden (boven de 5 kilometer) maximaal 2% vroeger of later dan de verwachte reistid en op kortere afstanden maximaal 1 minuten korter of langer dan de verwachte reistid. De hierboven omschreven definitie leent zich voor meerdere goede interpretaties. Ten eerste kan het begrip verwachte reistid op meerdere manieren ingevuld worden. Uit analyse is gebleken dat twee rekenmethoden aansluiten bi de gewenste beleidsdoelstellingen. De eerste methode vertaalt de verwachte reistid als de mediaan van alle reistiden op een traect in de spits. Vooralsnog wordt deze rekenwize toegepast door RWS. De tweede invulling maakt een verdere onderverdeling in de reistiden per blokken van een kwartier in de spits. Deze operationalisering werd door verschillende overheden gehanteerd. Voor beide methoden bestaan er argumenten die het bestaansrecht onderbouwen. Deze zin verder toegelicht in bilage B. De verwachte reistid wordt in alle gevallen uitgerekend voor individuele kalendermaanden. Perioden langer dan een maand zin door seizoensinvloeden niet zonder meer vergelikbaar. Door te kiezen voor een referentieperiode per kalendermaand is ook een uniforme aanpak van vakantieperioden mogelik. Het tweede mogelike verschil in interpretatie ontstaat doordat men in de definitie spreekt over een reistidbetrouwbaarheidsnorm voor alle verplaatsingen in de spits. Een mogelike definitie voor verplaatsing is het berekenen van alle voertuigbewegingen in Nederland. Het bezwaar hiertegen is echter dat voor individuele voertuigen de herkomst of bestemming niet bekend is, en daarmee ook hun verwachte en gerealiseerde reistid niet. De rekenregels zin bigevolg niet opgesteld in termen van verplaatsingen. In plaats daarvan wordt gerekend met de reistidbetrouwbaarheid per traect. Individuele afwegingsperioden (bivoorbeeld minuten) wegen daarbi even zwaar mee in vergelikingen. Aggregaties of vergelikingen waarbi gewogen wordt met het aantal voertuigen dat een verplaatsing maakt vallen buiten deze rekenregels omdat deze niet direct uit de

19 19 / 4 data afleidbaar zin. Wanneer men hiermee wil rekenen zal er een externe schatting van het aantal verplaatsingen moeten worden aangeleverd. Het heeft de voorkeur om deze informatie duidelik aan te merken als schatting en de bron daarbi te vermelden. De rekenprocedure rondom reistidbetrouwbaarheid is geschetst in figuur 4. Implementatie rekenregels reistiden traect reistiden Opdelen In maanden Bereken reistidverwachting per maand Vergelik traectreistid met referentie Referentieberekening Uitvoeren aggregaties onbetrouwbare reistiden betrouwbare reistiden Aggregatie Figuur 4: Stroomschema rekenregels reistidbetrouwbaarheid De functionele hoofdonderdelen in de figuur zin nader uitgewerkt in de volgende paragrafen. 5.1 Datapreparatie Referentieberekening reistidbetrouwbaarheid De verwachtte reistid wordt uitgedrukt in termen van een referentiereistid. Zoals al eerder genoemd is wordt deze referentie altid uitgerekend per individuele, volledige kalendermaand. De invoer van de referentieberekeningen zin reistidmeetvak cq traectreistiden die volgen uit de rekenregels voor reistiden. Deze reistiden worden aangeleverd op het laagst beschikbare reistidaggregatieniveau (in de praktik minuutgegevens). De reistiden behorende bi feestdagen en meetperioden die buiten de spitsdefinitie vallen worden verwiderd uit de referentieset. De referentie kan uitgerekend worden wanneer een volledige kalendermaand aan meetgegevens (uitgezonderd missende data) beschikbaar komt. Voor zowel de ochtendspits als de avondspits wordt de referentiereistid berekend uit de mediaan van de reistidmetingen in een volledige maand binnen een spitsblok.

20 2 / 4 Nadat de referenties zin uitgerekend voor een maand/spits kunnen de reistiden van het kleinst beschikbare aggregaat vergeleken worden met de referentie. Iedere reistid wordt daarbi aangemerkt als zinde betrouwbaar of onbetrouwbaar. De set aangemerkte reistiden vormt het uitgangspunt voor verdere (seizoen/ aar) aggregaties. Dat wil zeggen dat de reistidbetrouwbaarheid voor (seizoen/aar) aggregaties wordt verkregen door het aantal individuele metingen dat als betrouwbaar is bestempeld op basis van maand referenties te delen door het totaal aantal beschikbare metingen in deze aggregatieperiode. 5.2 Data aggregatie Aggregatie van reistidbetrouwbaarheid Nadat alle beschikbare reistiden zin aangemerkt als betrouwbaar/onbetrouwbaar is het eenvoudig om de reistidbetrouwbaarheid uit te rekenen voor willekeurige aggregaties en verzamelingen. Een verzameling kan daarbi gedefinieerd worden als een set reistidmeetvakken/traecten en een set meetperioden. Bivoorbeeld alle traecten vallend in de provincie Groningen en alle meetperioden in het eerste kwartaal 29. Alle reistidmetingen binnen de gedefinieerde aggregatie worden opgehaald. Daarna volgt de reistidbetrouwbaarheid simpelweg uit een deling van het aantal reistiden binnen de aggregatie, dat aangemerkt is als betrouwbaar, op het aantal reistiden dat aangemerkt is als onbetrouwbaar. Het resultaat wordt uitgedrukt als percentage. Daarbi moet ook aanvullend berekend worden wat de beschikbaarheid aan data was voor deze aggregatie periode. Voor een traectreistidbetrouwbaarheid wordt het aantal beschikbare traectreistiden gedeeld door het totaal aantal leveringsperioden om daarmee een beschikbaarheidspercentage aan te geven. Voor meetvakreistidbetrouwbaarheid wordt het aantal meetvakreistiden gebruikt Rekenregels reistidbetrouwbaarheid in de spits Voor de rekenregels is gekozen voor de uitwerking van de reistidbetrouwbaarheid met reistidverwachting over een spits 8. De gekozen vorm van reistidbetrouwbaarheid kikt over alle reistiden heen, zonder verschil te maken naar vertrektidstip. Dit is relevant voor verplaatsingen waar nauwkeurige vertrektidstipplanning niet mogelik is. Spitspatronen kunnen elke dag vergelikbaar zin, met deze methode worden afwikende spitspatronen zichtbaar. Uitgegaan is van het berekenen van de reistidbetrouwbaarheid voor een volledige maand. Indien de reistidbetrouwbaarheid voor een deel van een maand moet worden berekend, dient voor de referentiereistid altid een volledige kalendermaand te worden beschouwd. A. Gegeven de set SKH van reistiden per kleinste beschikbare tidsinterval voor het betreffende traect K voor alle tidsintervallen in een ochtend- of avondspits gedurende maand H. 8 De uitwerking van de reistidbetrouwbaarheid met een reistidverwachting per kwartier is uitgewerkt in bilage B. Deze vorm van is relevant voor mobilisten die regelmatig op hetzelfde tidstip reizen en zo een optimale vertrektidstipkeuze kunnen maken.

21 21 / 4 B. Zi RT de mediaan over S KH KH van alle traectreistiden 9 binnen de (ochtend/avond)spits voor traect K gedurende maand H. C. Definieer Ontime _ RTKH als de verzameling van alle traectreistiden binnen de (ochtend/avond)spits in maand H die minder dan 1 min (in het geval traectlengte kleiner is dan 5 km) of minder dan (.2* RT voor traecten langer dan 5 km.) afwiken van de referentie RT KH D. Zi All _ RTKH de verzameling van alle (beschikbare) traectreistiden binnen de (ochtend/avond)spits in maand H. De traectreistid binnen de (ochtend/avond)spits voor traect K in maand H heet betrouwbaar indien: # Ontime _ RTKH P KH :.95 # All _ RT KH waarbi P De reistidbetrouwbaarheid binnen de (ochtend/avond)spits van traect K voor KH maand H. # Ontime _ RT KH het aantal elementen van de verzameling Ontime _ RTKH. # All _ RT KH het aantal elementen van de verzameling All _ RTKH. ikh 9 De formules zin weergegeven voor traectreistiden, voor meetvakreistiden dient RT vervangen te worden door R

22 22 / 4 6 Indicator Intensiteit In dit hoofdstuk wordt de indicator Intensiteit uitgewerkt. De overwegingen die een rol hebben gespeeld in de totstandkoming van de rekenregels rondom intensiteiten zin samengevat in bilage C. In dit hoofdstuk staan de rekenregels en het gebruik ervan centraal. In het stroomschema van figuur 5 is geïllustreerd welke acties de rekenregels omvatten. In hoofdlinen mogen de beschikbare intensiteitmetingen waar nodig en mogelik worden aangevuld. Daarnaast mogen de intensiteiten worden geaggregeerd in de tidsdimensie. Aggregaties in de ruimte zin, in tegenstelling tot sommige andere indicatoren, geen onderdeel van de rekenregels. Er kunnen verschillende redenen bestaan om intensiteiten te willen aggregeren over een traect. Bivoorbeeld: Interesse in het aantal mensen dat een bepaalde verplaatsing maakt Als indicatie van de verkeersbelasting op dat traect Afhankelik van de toepassing moeten verschillende rekenmethoden toegepast worden. Een planoloog die geïnteresseerd is in het aantal mensen dat een bepaalde verplaatsing maakt kan deze schatten met ingewikkelde herkomstbestemmingsschatters. Anderzids kan een wegbeheerder geïnteresseerd zin in simpelweg het totale aantal voertuigen dat een bepaald traect aarliks verwerkt. Bivoorbeeld om het traect een plaats te geven in een onderhoudsplanning. De toepassingen van geaggregeerde intensiteiten en de bibehorende rekenregels verschillen sterk, echter al deze waarden zin niet direct uit deze verkeersgegevens af te leiden. Om deze reden is ervoor gekozen geen standaardisering of uiteenzetting van de mogelikheden na te streven. De meest geschikte rekenregels zullen per gewenste toepassing apart aandacht moeten krigen. Figuur 5: Stroomschema rekenregels intensiteiten De onderdelen in figuur 5 zin nader uitgewerkt in de volgende paragrafen. 6.1 Datapreparatie Aanvullen van ontbrekende intensiteit gegevens Het aanvullen van ontbrekende intensiteitgegevens gebeurt volgens een procedure die analoog is aan de procedure voor missende reistidmetingen in paragraaf 3.2. Voor iedere meetlocatie mogen missende metingen worden aangevuld middels lineaire interpolatie van nabigelegen metingen in de tidsserie voor die locatie. Voor een uitleg van de gehanteerde procedures wordt verwezen naar par. 3.2.

23 23 / 4 Voor intensiteiten zin er geen rekenregels opgesteld om ontbrekende metingen af te leiden uit meetgegevens in de omgeving van een meetlocatie. Hoewel dit in eerste opzicht mogelik likt is er teveel lokale kennis benodigd om een algemene procedure te formuleren in een overal toepasbare rekenregel Uitwerking rekenregel Intensiteit NDW intensiteiten: Gegeven de NDW intensiteiten per kleinste beschikbare tidsinterval per intensiteitspunt op raai Aanvullen missende data: Vul de data aan zoals beschreven in paragraaf 3.2 Aggregatie over voertuigcategorieën: Voertuigcategorieën worden per intensiteitspunt geaggregeerd door sommatie over de categorieën., waarbi de intensiteit op tidstip, locatie en categorie. is het aantal categorieën waarover geaggregeerd wordt. Aggregatie over ristroken (raai): De geaggregeerde intensiteit Iagg op intensiteitraai voor tidstip t wordt t per tidstip bepaald door sommatie van de intensiteit van alle intensiteitspunten op de raai.,waarbi de intensiteit op tidstip, meetraai en ristrook. is het aantal ristroken waarover geaggregeerd wordt. Aggregatie over tid (intensiteitsraai) De geaggregeerde intensiteit op intensiteitraai over een periode Iagg Pkt P bestaande uit kt k aaneengesloten kleinste beschikbare tidsintervallen, beginnend op tidstip t,waarvan slechts kleinste beschikbare k Pkt tidsintervallen niet ontbreken, wordt als volgt uitgerekend: Iagg Pkt k 1 1 k P i Kt I ( t iagg_ level ) waarbi de sommatie wordt uitgevoerd slechts over de termen waarvoor intensiteitgegevens beschikbaar zin. Met verder P een tidsperiode bestaande uit k aaneengesloten kleinste beschikbare kt tidsintervallen beginnend op tidstip t. Iagg de geaggregeerde intensiteit op intensiteitraai P kt over de tidsperiode k Pkt het aantal niet ontbrekende kleinste beschikbare tidsintervallen binnen periode Pkt voor intensiteitraai I de gemeten intensiteit op tidstip i voor intensiteitraai i agg _ level het aggregatie niveau van de te aggregeren data. M.a.w. de lengte in minuten van het kleinste beschikbare tidsinterval. P kt Kortom, er wordt rekenkundig gemiddeld over de beschikbare intensiteiten binnen de aggregatieperiode P om de geaggregeerde intensiteit uit te rekenen. kt

24 24 / 4 In het geval k 15 dient conform de uitgangspunten in paragraaf 2.1 het aantal uren waarover de aggregatie heeft plaats gevonden gemeld te worden. Deze wordt als volgt berekend: kp kt Aantal _ gebruikte _ uren P kt agg _ level 6 waarbi Aantal _ gebruikte _ uren Pkt het aantal beschikbare uren binnen periode P voor intensiteitraai kt waarover gemiddeld is. het aantal niet ontbrekende kleinste beschikbare tidsintervallen binnen k Pkt periode P voor intensiteitraai kt Aggregatie over tid (puntmeting) De geaggregeerde intensiteit Iagg op intensiteitpunt over een periode Pkt bestaande uit k aaneengesloten kleinste beschikbare tidsintervallen, beginnend op tidstip t,waarvan slechts k Pkt kleinste beschikbare tidsintervallen niet ontbreken, wordt als volgt uitgerekend: Iagg P kt k k 1 1 P i Kt I ( t iagg_ level ) waarbi de sommatie wordt uitgevoerd slechts over de termen waarvoor intensiteitgegevens beschikbaar zin. Met verder P een tidsperiode bestaande uit k aaneengesloten kleinste beschikbare kt tidsintervallen beginnend op tidstip t. Iagg P kt de geaggregeerde intensiteit op intensiteitpunt over de tidsperiode k Pkt het aantal niet ontbrekende kleinste beschikbare tidsintervallen binnen periode Pkt voor intensiteitpunt I de gemeten intensiteit op tidstip i voor intensiteitpunt i agg _ level het aggregatie niveau van de te aggregeren data. M.a.w. de lengte in minuten van het kleinste beschikbare tidsinterval. Kortom, er wordt rekenkundig gemiddeld over de beschikbare intensiteiten binnen de aggregatieperiode P om de geaggregeerde intensiteit uit te rekenen. kt In het geval k 15 dient conform de uitgangspunten in paragraaf 2.1 het aantal uren waarover de aggregatie heeft plaats gevonden gemeld te worden. Deze wordt als volgt berekend: kp kt Aantal _ gebruikte _ uren Pkt agg _ level 6 waarbi Aantal _ gebruikte _ uren Pkt het aantal beschikbare uren binnen periode P voor intensiteitpunt waarover gemiddeld is. kt P kt

25 25 / 4 k Pkt het aantal niet ontbrekende kleinste beschikbare tidsintervallen binnen periode P voor intensiteitpunt kt Opmerking m.b.t. ristroken en voertuigcategorieën Indien op een meetlocatie onderscheid wordt gemaakt naar voertuigcategorie en ristrook, dienen de rekenregels apart toegepast te worden voor elke combinatie van voertuigcategorie en ristrook. De intensiteit voor een raai is de som van de puntintensiteiten van de ristroken op de raai. Deze som kan afwiken van de intensiteit van de categorie any vehicle, omdat any vehicle ook nietgecategoriseerde voertuigen bevat.

26 26 / 4 7 Indicator Verkeersprestatie In dit hoofdstuk wordt de indicator Verkeersprestatie uitgewerkt. Een uitdaging hierbi is dat intensiteitgegevens in beginsel puntmetingen zin en dus geen bibehorende lengte hebben 1. Om uniforme rekenregels mogelik te maken moet daarvoor een standaard reistidmeetvaklengte gekozen worden door de gebruiker, maar omdat dit per gebruiker kan verschillen kan er geen uniforme regel opgesteld worden. Voor deze rekenregels worden daarom alleen de intensiteitpunten beschouwd die vallen binnen een van de door de NDW gedefinieerde reistidmeetvakken voor bivoorbeeld reistiden. Voor het berekenen van de verkeersprestatie worden dientengevolge volledig de rekenregels voor de intensiteitpunten toegepast. Met de bibehorende opmerking dat wanneer meer dan 1 intensiteitpunt in een reistidmeetvak valt, het gemiddelde van deze (eventueel in de tid geaggregeerde) intensiteitpunten moet worden genomen en vervolgens vermenigvuldigd met de reistidmeetvaklengte. Verder wordt binnen deze rekenregels geen aggregatie over reistidmeetvakken heen gedefinieerd, aangezien in die gevallen de onderliggende vraagstelling te veel invloed heeft op het gebruik. Het is aan de wegbeheerder om te bepalen welke reistidmeetvakken gesommeerd worden om een verkeersprestatie voor een gebied te bepalen. 1 Merk op dat bi intensiteiten die door NDW worden geleverd op geen enkele wize een reistidmeetvaklengte is vastgelegd en dat deze bi het bepalen van de verkeersprestatie door de gebruiker zelf aan de data moet worden toegevoegd.

Datum Ons kenmerk Contactpersoon 21 januari 2013 Els Rijnierse Onderwerp. T (direct) Samenvatting rekenregels historische data

Datum Ons kenmerk Contactpersoon 21 januari 2013 Els Rijnierse Onderwerp. T (direct) Samenvatting rekenregels historische data Griffioenlaan 2 Postbus 24016 T 030 280 66 83 I www.ndw.nu 3526 LA Utrecht 3502 MA Utrecht E info@ndw.nu Aan gebruikers historische data NDW Datum Ons kenmerk Contactpersoon 21 januari 2013 Els Rijnierse

Nadere informatie

Voertuigverliesuren Verkeersbeeld provincie Utrecht

Voertuigverliesuren Verkeersbeeld provincie Utrecht Voertuigverliesuren 2017 - Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Provincie Utrecht Voertuigverliesuren 2017 - Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Datum 2 oktober 2018 Kenmerk 002134.20181002.R1.01

Nadere informatie

Voertuigverliesuren Verkeersbeeld provincie Utrecht

Voertuigverliesuren Verkeersbeeld provincie Utrecht Voertuigverliesuren 2016 - Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Provincie Utrecht Voertuigverliesuren 2016 - Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Datum 16 augustus 2017 Kenmerk UTA018/Fok/0054.02

Nadere informatie

De historische databank van NDW. Nationale Databank Wegverkeersgegevens

De historische databank van NDW. Nationale Databank Wegverkeersgegevens De historische databank van NDW Nationale Databank Wegverkeersgegevens Een (groeiende) schat aan data voor verkeerskundige analyses NDW bewaart sinds medio 2009 verkeersgegevens over de belangrijkste Nederlandse

Nadere informatie

Emissieontwikkeling op onderliggend wegennet ten gevolge van realisatie Tweede Coentunnel en Westrandweg

Emissieontwikkeling op onderliggend wegennet ten gevolge van realisatie Tweede Coentunnel en Westrandweg Notitie Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn Aan RWS Noord Holland ir. E. Tenkink Van Ir. P.W.H.G. Coenen Kopie aan www.tno.nl T 055 549 34 93 F 055 541 98 37 Onderwerp Emissie ontwikkeling

Nadere informatie

Methodebeschrijving. Centraal Bureau voor de Statistiek. Nieuwbouwwoningen; outputprijsindex bouwkosten, 2010 = 100

Methodebeschrijving. Centraal Bureau voor de Statistiek. Nieuwbouwwoningen; outputprijsindex bouwkosten, 2010 = 100 Methodebeschrijving Nieuwbouwwoningen; outputprijsindex bouwkosten, 2010 = 100 1. Inleiding Dit is een methodebeschrijving van de statistiek Nieuwbouwwoningen; outputprijsindex bouwkosten (O-PINW). De

Nadere informatie

Aanbod, gebruik en reistijdverlies hoofdwegennet,

Aanbod, gebruik en reistijdverlies hoofdwegennet, Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Tussen 2000 en 2017 is het

Nadere informatie

Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Functionele detailbeschrijving NDW gegevens

Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Functionele detailbeschrijving NDW gegevens Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Functionele detailbeschrijving NDW gegevens 12 december 2008 Inhoudsopgave........................................................................................

Nadere informatie

Bereikbaarheidsindicator: hemelsbrede reissnelheid,

Bereikbaarheidsindicator: hemelsbrede reissnelheid, Bereikbaarheidsindicator: hemelsbrede reissnelheid, 2004-2009 Indicator 20 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Rapportage verkeerscijfers CO2-monitor

Rapportage verkeerscijfers CO2-monitor Rapportage verkeerscijfers CO2-monitor Lisette Moeskops DIVV Inleiding De gemeentelijke doelstelling voor 2025 is om 40% minder CO 2 uit te stoten dan in het referentiejaar 1990. Deze doelstelling kan

Nadere informatie

MEMO. Aan Robert in 't Veld (DVS) Van Paul van Lier (Advin B.V.) Datum 27 januari 2012 Projectnummer Status Definitief Versie 6

MEMO. Aan Robert in 't Veld (DVS) Van Paul van Lier (Advin B.V.) Datum 27 januari 2012 Projectnummer Status Definitief Versie 6 MEMO Aan Robert in 't Veld (DVS) Van Paul van Lier (Advin B.V.) Onderwerp Evaluatie Spoedaanpak - ontwikkeling verkeersprestatie (VP) per project Datum 27 januari 212 Projectnummer 7211112 Status Definitief

Nadere informatie

Visie op Big data voor Strategische Verkeers- en vervoermodellen van IenW

Visie op Big data voor Strategische Verkeers- en vervoermodellen van IenW Visie op Big data voor Strategische Verkeers- en vervoermodellen van IenW NRM North LMS NRM West NRM East Dusica Krstic-Joksimovic, Frank Hofman, NRM South Water, Verkeer en Leefomgeving-WVL, afdeling

Nadere informatie

Rapportage Monitoring OWN A4 Delft-Schiedam

Rapportage Monitoring OWN A4 Delft-Schiedam Rapportage Monitoring OWN A4 Delft-Schiedam De verkeersintensiteiten op het onderliggend wegennet in beeld Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid Versie 1.1, 22 mei 2017 Definitief Vertrouwelijk Royal HaskoningDHV

Nadere informatie

Bruikbaarheid van Floating Car Data voor transportmodellen. PLATOS, 14 maart 2018

Bruikbaarheid van Floating Car Data voor transportmodellen. PLATOS, 14 maart 2018 Bruikbaarheid van Floating Car Data voor transportmodellen PLATOS, 14 maart 2018 Marco Kouwenhoven Rik van Grol, Jasper Willigers (Significance, TU Delft) (Significance) Inleiding Recentelijk heeft NDW

Nadere informatie

Verkeerskundige afspraak

Verkeerskundige afspraak Verkeerskundige afspraak VIA rekenregels 23 september 2011 2011, Rijkswaterstaat Dienst Verkeer en Scheepvaart (DVS). Alle rechten voorbehouden. Geen enkel deel van dit document mag worden vermenigvuldigd

Nadere informatie

Beschikbaarheid hoofdinfrastructuur,

Beschikbaarheid hoofdinfrastructuur, Indicator 10 september 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De beschikbaarheid van het

Nadere informatie

Fietsgebruik,

Fietsgebruik, Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aantal fietskilometers

Nadere informatie

1 Ontwikkeling hoofdwegennet

1 Ontwikkeling hoofdwegennet Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Verheeskade 197 Flight Forum 92-94 7417 BJ Deventer 2521 DD Den Haag 5657 DC Eindhoven T +31 ()57 666 222 F +31 ()57 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36050 27 juni 2017 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 26 juni 2017, nr. IENM/BSK-2017/74109, tot

Nadere informatie

Onderwerp: EXIN-H bijdrage voor Nationale Databank Wegverkeergegevens

Onderwerp: EXIN-H bijdrage voor Nationale Databank Wegverkeergegevens Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 7 Haarlem, 18 december 2007 Onderwerp: EXIN-H bijdrage voor Nationale Databank Wegverkeergegevens Bijlage: Ontwerpbesluit 1. Inleiding. De provincie Noord-Holland

Nadere informatie

Betreft : Nulmeting doorgaand vrachtverkeer Haren - Glimmen

Betreft : Nulmeting doorgaand vrachtverkeer Haren - Glimmen Notitie HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. INFRASTRUCTURE Aan : Gemeente Haren Van : Sjoerd Hoekstra en Rifai Sahebali Datum : 26 maart 2015 Kopie : Archief, dossier Onze referentie : BD4388-INFRA-TRNL-N001-F1.0

Nadere informatie

N237 Provincie Utrecht: MBO Systeem

N237 Provincie Utrecht: MBO Systeem (Bijdragenr. 54) N237 Provincie Utrecht: MBO Systeem ir. Mark Snoek IT&T Samenvatting Het MBO Systeem van IT&T geeft tijdens de uitgebreide werkzaamheden aan de A28 de Provincie Utrecht inzicht in de realtime

Nadere informatie

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit Notitie Vergelijking Plateau- en lagenfurt RWS Limburg juli 2007 1 1. Samenvatting en conclusies Rijkswaterstaat heeft in samenwerking met TNO de effecten in en rond Venlo van Rijksweg 74 op luchtkwaliteit

Nadere informatie

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE Rapport aan isterie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Waterwegen en Zeewezen AFDELING WATERWEGEN KUST VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE

Nadere informatie

NIEUWE MOGELIJKHEDEN IN VERKEERSMANAGEMENT MET FLOATING CAR DATA

NIEUWE MOGELIJKHEDEN IN VERKEERSMANAGEMENT MET FLOATING CAR DATA NIEUWE MOGELIJKHEDEN IN VERKEERSMANAGEMENT MET FLOATING CAR DATA Edoardo Felici, projectmanager bij Nationale Databank Wegverkeersgegevens Thijs Muizelaar, adviseur bij Connecting Mobility en de Innovatiecentrale

Nadere informatie

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 9: Overzichtsgrafieken indicatoren Scenario s zonder exploitatievarianten

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 9: Overzichtsgrafieken indicatoren Scenario s zonder exploitatievarianten Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 9: Overzichtsgrafieken indicatoren Scenario s zonder en Departement Mobiliteit en Openbare Werken Verkeerscentrum Anna Bijnsgebouw

Nadere informatie

Fietsgebruik,

Fietsgebruik, Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Tussen 2000 en 2016 nam het

Nadere informatie

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten Luchtkwaliteitsonderzoek N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten Luchtkwaliteitsonderzoek Rapportnummer: 20155031.R04.V01 Document: 14067 Status: definitief

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

Praktische handreiking voor het opstellen van de representativiteitsopgave bij aanvragen i.h.k.v. de Wet verplichte beroepspensioenregeling (WVB)

Praktische handreiking voor het opstellen van de representativiteitsopgave bij aanvragen i.h.k.v. de Wet verplichte beroepspensioenregeling (WVB) Praktische handreiking voor het opstellen van de representativiteitsopgave bij aanvragen i.h.k.v. de Wet verplichte beroepspensioenregeling (WVB) 1. Inleiding De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Anton Wijbenga. MAPtm. v 1.0

Anton Wijbenga. MAPtm. v 1.0 Anton Wijbenga MAPtm v 1.0 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Methode... 2 2.1. DE METING... 2 2.2. GEGEVENSVERWERKING... 2 Bluetooth... 2 Bluetooth vs. Kentekenonderzoek... 3 Bluetooth vs. Mechanische

Nadere informatie

Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem

Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem Verkeersmeting Houtplein Rapport behorende bij meetresultaten Gemeente Haarlem 25 september 2018 Project Opdrachtgever Verkeersmeting Houtplein Gemeente Haarlem Document Rapport behorende bij meetresultaten

Nadere informatie

Kosteneffectiviteit en het programma Beter Benutten

Kosteneffectiviteit en het programma Beter Benutten Kosteneffectiviteit en het programma Beter Benutten Beter Benutten: kosteneffectieve maatregelen Rijk, regio en bedrijfsleven werken in het programma Beter Benutten samen om de bereikbaarheid in de drukste

Nadere informatie

Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV CONSULT aan Rijkswaterstaat MOGELIJKE VERMINDERING VAN HET BENZINEVERBRUIK DOOR DE INSTELLING VAN SNELHEIDSBEPERKINGEN R-7~-3 Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid

Nadere informatie

Nationale Databank Wegverkeersgegevens. NDW één nationaal loket voor verkeersgegevens

Nationale Databank Wegverkeersgegevens. NDW één nationaal loket voor verkeersgegevens Nationale Databank Wegverkeersgegevens NDW één nationaal loket voor verkeersgegevens Minder files, minder uitstoot, meer veiligheid NDW, de Nationale Databank Wegverkeersgegevens, is het meest bekend

Nadere informatie

Opbrengstberekening Windenergie A16

Opbrengstberekening Windenergie A16 Auteurs Steven Velthuijsen MSc. Opdrachtgever Provincie Noord-Brabant Opbrengstberekening Windenergie A16 Opbrengstberekening Windenergie A16 Datum 1 februari 2018 Versie 0.2 Bosch & Van Rijn Groenmarktstraat

Nadere informatie

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Project: NAUTILUS Werkdocument: RIKZ/OS-98.145X Ministerie van Verkeer en Waterstaat In opdracht van: Directie Noordzee Directie Zuid-Holland

Nadere informatie

Het landelijk verkeersmanagement beraad

Het landelijk verkeersmanagement beraad Het landelijk verkeersmanagement beraad Over de kracht van regionale samenwerking en landelijke afspraken Landelijke WOW dag - Zwolle Terry Albronda - gemeente Groningen Alex Smienk - Rijkswaterstaat VRAAG

Nadere informatie

Alternatieven afsluiting aansluiting Schiedam-centrum

Alternatieven afsluiting aansluiting Schiedam-centrum Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Verheeskade 197 Flight Forum 92-94 7417 BJ Deventer 2521 DD Den Haag 5657 DC Eindhoven T +31 (0)570 666 222 F +31 (0)570 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Datum 16 Juni 2014 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het bericht dat politie particuliere data plundert

Datum 16 Juni 2014 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het bericht dat politie particuliere data plundert 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Berenschot. Evaluatie wet VTH. Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN

Berenschot. Evaluatie wet VTH. Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN Berenschot Evaluatie wet VTH Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN 22 mei 2017 Bijlage 3. Analyse financiële ratio s omgevingsdiensten Inleiding In deze

Nadere informatie

Verklaringsmethodiek KiM bereikbaarheid hoofdwegennet

Verklaringsmethodiek KiM bereikbaarheid hoofdwegennet Verklaringsmethodiek KiM bereikbaarheid hoofdwegennet Han van der Loop, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Workshop KiM en RWS/WVL/NM Den Haag, 4 augustus 2015 Inhoud Vraagstelling Beschikbare gegevens

Nadere informatie

Werken binnen bestaand bebouwd gebied,

Werken binnen bestaand bebouwd gebied, Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Uitbreiding van bedrijfsvestigingen

Nadere informatie

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Aan: Van: Ashna Nakched Evert Pommer en Klarita Sadiraj Inlichtingen bij Evert Pommer e.pommer@scp.nl T 7947 kamer D-0608 Datum 24 januari 2010 Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Het ministerie van

Nadere informatie

Verkeersonderzoek kruispuntvorm aansluiting Leidse Schans - Kanaalweg

Verkeersonderzoek kruispuntvorm aansluiting Leidse Schans - Kanaalweg Verkeersonderzoek kruispuntvorm aansluiting Leidse Schans - Kanaalweg Verkeersonderzoek kruispuntvorm Leidse Schans - Kanaalweg VOF De Leidse Schans Status Definitief Opdrachtgever VOF De Leidse Schans

Nadere informatie

Bijlage I. Behorende bij hoofdstuk 1 Algemeen. Hoofdstuk 1

Bijlage I. Behorende bij hoofdstuk 1 Algemeen. Hoofdstuk 1 Bijlage I Behorende bij hoofdstuk 1 Algemeen Hoofdstuk 1 Het akoestisch rapport dient informatie te bevatten betreffende alle voor het onderzoeksresultaat van belang zijnde aspecten. In het rapport worden

Nadere informatie

Resultaat Toetsing TNO Lean and Green Awards

Resultaat Toetsing TNO Lean and Green Awards ID Naam Koploper Datum toetsing 174 M. Van Happen Transport BV 2-4-2012 Toetsingscriteria 1. Inhoud en breedte besparingen 2. Nulmeting en meetmethode 3. Haalbaarheid minimaal 20% CO2-besparing na 5 jaar

Nadere informatie

De ontwikkeling van filegolven op de A58 tussen Tilburg en Eindhoven

De ontwikkeling van filegolven op de A58 tussen Tilburg en Eindhoven De ontwikkeling van filegolven op de A58 tussen Tilburg en Eindhoven Diana Vonk Noordegraaf TNO en TU Delft Diana.VonkNoordegraaf@tno.nl Jan Kees Hensems Ministerie van Infrastructuur en Milieu Jan.Kees.Hensems@minienm.nl

Nadere informatie

Verkeerseffect aanpassing bestemmingsplan 'De Driehoek', vier scenario s

Verkeerseffect aanpassing bestemmingsplan 'De Driehoek', vier scenario s Notitie / Memo Aan: Gemeente Ermelo Van: Peter Nijhout, Marek Vesely & Jelmer Droogsma Datum: 12 oktober 2017 Kopie: Ons kenmerk: BE3581-105 Classificatie: Projectgerelateerd HaskoningDHV Nederland B.V.

Nadere informatie

Kompas Informatiehuishouding. Handleiding voor het indienen van een informatieverzoek

Kompas Informatiehuishouding. Handleiding voor het indienen van een informatieverzoek Kompas Informatiehuishouding Handleiding voor het indienen van een informatieverzoek kompas voor informatieverzoeken v1.0 april 2019 Inleiding Help! Je wilt bij het loket van de informatiehuishouding bij

Nadere informatie

BEOORDELINGSCRITERIA FIETSOVERSTEEK EIKENLAAN. Algemeen

BEOORDELINGSCRITERIA FIETSOVERSTEEK EIKENLAAN. Algemeen BEOORDELINGSCRITERIA FIETSOVERSTEEK EIKENLAAN Algemeen Met het uitvoeren van het monitoringsplan wordt het functioneren van de fietsoversteek in de verschillende situaties in beeld gebracht, namelijk in

Nadere informatie

Verkeersonderzoek Drontermeerdijk. Intensiteiten en omleidingsroute N306

Verkeersonderzoek Drontermeerdijk. Intensiteiten en omleidingsroute N306 Verkeersonderzoek Drontermeerdijk definitief Inhoudsopgave Blz. 1 Inleiding 1 1.1 Aanleiding 1 1.2 Doel verkeersonderzoek 1 1.3 Onderzoeksopzet 2 1.4 Leeswijzer 2 2 Intensiteiten Drontermeerdijk N306

Nadere informatie

PRAKTISCHE INVULLING VOOR OPTIMALISATIEMODEL PLAATSING GEURSENSOREN. Door: Bertus van der Weijst Stagiair Wageningen Universiteit

PRAKTISCHE INVULLING VOOR OPTIMALISATIEMODEL PLAATSING GEURSENSOREN. Door: Bertus van der Weijst Stagiair Wageningen Universiteit PRAKTISCHE INVULLING VOOR OPTIMALISATIEMODEL PLAATSING GEURSENSOREN Door: Bertus van der Weijst Stagiair Wageningen Universiteit Onder begeleiding van: Angela van der Sanden en Monique van der Gaag Contact:

Nadere informatie

N237: MBO Systeem. Agenda. Aanleiding en gevolgen. Van inzicht naar beslissing: Performance Indicatoren (PI)

N237: MBO Systeem. Agenda. Aanleiding en gevolgen. Van inzicht naar beslissing: Performance Indicatoren (PI) N237 Provincie Utrecht Monitoring en Beslissing Ondersteunend Systeem ir. Mark Snoek Agenda Aanleiding en gevolgen Van inzicht naar beslissing: Performance Indicatoren (PI) Automatische beoordeling op

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN BESCHIKBAARHEID VAN DE TOEGANG TOT HET DISTRIBUTIENET

KWALITEITSINDICATOREN BESCHIKBAARHEID VAN DE TOEGANG TOT HET DISTRIBUTIENET KWALITEITSINDICATREN BESCHIKBAARHEID VAN DE TEGANG TT HET DISTRIBUTIENET De technische reglementen van bepaalde regulatoren bepalen dat de distributienetbeheerder elk aar een rapport moet overmaken waarin

Nadere informatie

De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning

De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning TNO-rapport 060-DTM-2011-02437 De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning Technical Sciences Van Mourik

Nadere informatie

'foto bereikbaarheid 2016' hoe, wat en waarom

'foto bereikbaarheid 2016' hoe, wat en waarom Foto bereikbaarheid 2016 hoe, wat en waarom pagina 1 Foto Bereikbaarheid 2016 Algemeen over aanleiding en aanpak Bronnen Resultaat verder ingezoomd Voorbeelden Hoe verder pagina 2 Algemeen In BB1 stond

Nadere informatie

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2016

Nationaal verkeerskundecongres 2016 Nationaal verkeerskundecongres 2016 Van verkeerskundige functies naar eisen aan C-ITS Discussiepaper Henk Taale (Rijkswaterstaat, TrafficQuest en TU Delft) Isabel Wilmink (TNO en TrafficQuest) Aroen Soekroella

Nadere informatie

Knelpunten en Voertuigverliesuren 2015 Verkeersbeeld provincie Utrecht

Knelpunten en Voertuigverliesuren 2015 Verkeersbeeld provincie Utrecht Knelpunten en Voertuigverliesuren 2015 Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Provincie Utrecht Knelpunten en Voertuigverliesuren 2015 Verkeersbeeld provincie Utrecht Eindrapport Datum 30 januari

Nadere informatie

Rapportage relatieve effectbepaling SALTO 2

Rapportage relatieve effectbepaling SALTO 2 TNO-rapport TNO 2015 R10073 Rapportage relatieve effectbepaling SALTO 2 Earth, Life & Social Sciences Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA Utrecht www.tno.nl T +31 88 866 42 56 Datum 14

Nadere informatie

3. De bereikbaarheidsindicator

3. De bereikbaarheidsindicator 3. De bereikbaarheidsindicator Achtergrond Het begrip bereikbaarheid leidt nogal eens tot verwarring. Dit komt doordat onderzoekers, beleidsambtenaren en politici het begrip vanuit verschillende invalshoeken

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Notitie. blad 1 van 8

Notitie. blad 1 van 8 Notitie datum 14 april 2017 aan Williard van der Sluis Rijkswaterstaat van Hans van Herwijnen Antea Group kopie Marijke Visser Antea Group project Corridor Amsterdam-Hoorn projectnr. 0410260.00 Notitie

Nadere informatie

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV SCHEIDING VAN VERKEERSSOORTEN IN FLEVOLAND Begeleidende notitie bij het rapport van Th. Michels & E. Meijer. Scheiding van verkeerssoorten in Flevoland; criteria en prioriteitsstelling voor scheiding van

Nadere informatie

Vergelijkingsonderzoek. Floating Car Data

Vergelijkingsonderzoek. Floating Car Data Vergelijkingsonderzoek Floating Car Data Deel 1 - Trajecten Nationale Databank Vergelijkingsonderzoek Wegverkeergegevens Floating Car Data Vergelijkingsonderzoek Floating Car Data Deel 1 - Trajecten Nationale

Nadere informatie

1 Aanleiding. Randweg Klaaswaal. Provincie Zuid-Holland. Toelichting modelanalyse. 27 juni 2018 ZHA355/Mes/

1 Aanleiding. Randweg Klaaswaal. Provincie Zuid-Holland. Toelichting modelanalyse. 27 juni 2018 ZHA355/Mes/ Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Casuariestraat 9a Emmasingel 15 7417 BJ Deventer 2511 VB Den Haag 5611 AZ Eindhoven T +31 (0)570 666 222 F +31 (0)570 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Verkeerseffecten stedelijke vernieuwing Jan van Riebeeck

Verkeerseffecten stedelijke vernieuwing Jan van Riebeeck Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Verheeskade 197 Flight Forum 92-94 7417 BJ Deventer 2521 DD Den Haag 5657 DC Eindhoven T +31 (0)570 666 222 F +31 (0)570 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden,

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden, Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting werkgebieden, 1996-2015 Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

AUDIT VERKEERSMODEL RVMK HOLLAND RIJNLAND audit RVMK Holland Rijnland

AUDIT VERKEERSMODEL RVMK HOLLAND RIJNLAND audit RVMK Holland Rijnland AUDIT VERKEERSMODEL RVMK HOLLAND RIJNLAND 1 INHOUD Aanleiding Stap 1 input Check zonedata op gemeenteniveau Check netwerken (oude en nieuwe model) Check wegvakken telgegevens Opdrachtgever Holland Rijnland

Nadere informatie

variantie: achtergronden en berekening

variantie: achtergronden en berekening variantie: achtergronden en berekening Hugo Quené opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht 8 sept 1995 aangepast 8 mei 007 1 berekening variantie Als je de variantie met de hand moet uitrekenen, is

Nadere informatie

Doorrekenen H2 scenario

Doorrekenen H2 scenario Doorrekenen H2 scenario Significant B.V. 28 oktober 2010 Paul van Hooff Scenarioberekeningen Om de gevolgen van veranderingen in de samenstelling van de busvloot in de Stadsregio Arnhem Nijmegen te kunnen

Nadere informatie

Barendrecht. Akoestisch onderzoek. Uitbreiding Vrijenburgschool. 048900.15162.00 02-02-2010 (versie 1.0) drs. R.A.P. Effting.

Barendrecht. Akoestisch onderzoek. Uitbreiding Vrijenburgschool. 048900.15162.00 02-02-2010 (versie 1.0) drs. R.A.P. Effting. Barendrecht Akoestisch onderzoek Uitbreiding Vrijenburgschool projectnummer: datum: 048900.15162.00 02-02-2010 (versie 1.0) opdrachtleider: opdrachtgever: drs. R.A.P. Effting Gemeente Barendrecht auteur(s):

Nadere informatie

Bereikbaarheidsindicator en modellen

Bereikbaarheidsindicator en modellen Bereikbaarheidsindicator en modellen 31 januari 2014 Foto: Marcel Hoogeveen Nieuwe beleidsnota Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) opgesteld (januarijuni 2011) en definitief vastgesteld in maart

Nadere informatie

Vraagspecificatie Deel A: Algemeen

Vraagspecificatie Deel A: Algemeen BRAVISSIMO Vraagspecificatie Deel A: Algemeen Het inwinnen en presenteren van reistijden en intensiteiten op geselecteerde provinciale wegen en Rijkswegen in de provincie Noord-Brabant 18 december 2006

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Ministerie van Infrastructuur en Milieu Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus

Nadere informatie

Carbon footprint BT Nederland NV 2014

Carbon footprint BT Nederland NV 2014 Carbon footprint BT Nederland NV 2014 1 Inleiding Ten behoeve van het behalen van niveau 3 van de CO 2 Prestatieladder heeft BT Nederland N.V. (hierna BT Nederland) haar CO 2-uitstoot (scope 1 & 2 emissies)

Nadere informatie

TEN effecten in Den Haag, Duurzaam Dynamisch Verkeersmanagement door integrale afweging van Traffic, Emissie en Noise (TEN) bij inzet van scenario s

TEN effecten in Den Haag, Duurzaam Dynamisch Verkeersmanagement door integrale afweging van Traffic, Emissie en Noise (TEN) bij inzet van scenario s TEN effecten in Den Haag, Duurzaam Dynamisch Verkeersmanagement door integrale afweging van Traffic, Emissie en Noise (TEN) bij inzet van scenario s Tanja Vonk (TNO) Arjen Reijneveld (Gemeente Den Haag)

Nadere informatie

bevoegd gezag gesloten in de praktijk zeer weinig voorkomt.

bevoegd gezag gesloten in de praktijk zeer weinig voorkomt. telefoon 085-4862450 www.sikb.nl Pagina 1 van 9 OVERZICHT WIJZIGINGEN BUM S EN HUMS S BODEMENERGIE OKTOBER 2015 Voorgenomen wijzigingen in versie 2.4 ten opzichte van versie 2.3 Tabel 1. Wijzigingen BUM

Nadere informatie

Praktijkinstructie Transportmanagementondersteuning

Praktijkinstructie Transportmanagementondersteuning instructie Transportmanagementondersteuning 3 (CLO10.3/CREBO:50197) pi.clo10.3.v2 ECABO, 1 september 2003 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen

Nadere informatie

Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur,

Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur, Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur, 2000-2012 Indicator 10 september 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Wonen binnen bestaand bebouwd gebied,

Wonen binnen bestaand bebouwd gebied, Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel uitbreiding van

Nadere informatie

met dank aan Eef Uiterwijk en Eric Hooijer, Provincie Overijssel en Wout van Twillert, BAM Wegen Oost

met dank aan Eef Uiterwijk en Eric Hooijer, Provincie Overijssel en Wout van Twillert, BAM Wegen Oost Beslismodel bi wegonderhoud Fedde Tolman, KOAC-NPC met dank aan Eef Uiterwik en Eric Hooier, Provincie Overissel en Wout van Twillert, BAM Wegen Oost 1 Casus...1 2 Multi attribuut analyse...3 2.1 Model...4

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Kloosterstraat te Stevensbeek

Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Kloosterstraat te Stevensbeek Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Kloosterstraat te Stevensbeek Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai op basis van de Wet geluidhinder voor de bouw van woon-werkwoningen aan de Kloosterstraat te Stevensbeek.

Nadere informatie

Offerte / Gemeente Breda / Versie 2.0

Offerte / Gemeente Breda / Versie 2.0 Gemeente Breda t.a.v. mevrouw J de Bruijn Postbus 90156 4800 RH BREDA Breda, 9 juli 2007 Betreft : Referentie: Offerte ontwerpfase websites GemeenteBreda002 Geachte mevrouw De Bruijn, Met plezier sturen

Nadere informatie

Aansluiting Westraven Utrecht

Aansluiting Westraven Utrecht 3 Aansluiting Westraven Utrecht Onderzoek naar de doorstroming en veiligheid op de kruispunten ten zuiden van de A12 bij Westraven Datum 06-07-2010 Status Definitief Colofon Uitgegeven door: In opdracht

Nadere informatie

Voorbeelden Verzuimpercentages

Voorbeelden Verzuimpercentages Voorbeelden Verzuimpercentages I Voorbeelden Verzuimpercentages Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Verzuimpercentages 2... 2 1.1 Waarom verzuimpercentages?... 2 1.2 Verzuimpercentages scherm... 3 1.3 De rapporten...

Nadere informatie

Toelichting meetrapporten spanningskwaliteit

Toelichting meetrapporten spanningskwaliteit Toelichting meetrapporten spanningskwaliteit Laagspanning en middenspanning (LS en MS) pag. Hoogspanning en extra hoogspanning (HS en EHS) pag. 6 Meetresultaten spanningskwaliteit LS 1 Gegevens meting

Nadere informatie

Eerste Evaluatie N470 / N471

Eerste Evaluatie N470 / N471 Eerste Evaluatie N470 / N471 Afdeling Verkeer en Vervoer Bureau Beleid & Strategie Ronald de Haan December 2008 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Uitgevoerde metingen 3 2 Resultaten Etmaal

Nadere informatie

Werken met de SCi-547 en SCi-548. Jody Schinkel, Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Jan Tempelman

Werken met de SCi-547 en SCi-548. Jody Schinkel, Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Jan Tempelman Werken met de SCi-547 en SCi-548 Jody Schinkel, Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Jan Tempelman Inhoud presentatie 1. Doel van de protocollen 2. Inhoud protocollen Hoe meten / analyseren? Waarom registreren?

Nadere informatie

V&V. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel. Gemeente Breda. Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1.

V&V. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel. Gemeente Breda. Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel Gemeente Breda Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1 V&V Opgesteld door: Gemeente Breda ONT / Mobiliteit en Milieu Datum: 22-01-2016

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek bij verzoek wijziging geluidproductieplafond

Akoestisch onderzoek bij verzoek wijziging geluidproductieplafond Akoestisch onderzoek bij verzoek wijziging geluidproductieplafond N15 Wet milieubeheer, hoofdstuk 11 Uitvoerder Geluidloket WVL Onderzoek Datum 15 januari 2015 Status Definitief Versienr. 2.0 Kenmerk Inhoudsopgave

Nadere informatie

3. In de toelichting bij de kostenvoet voor vreemd vermogen voor nieuwe investeringen geldt dezelfde opmerking als gemaakt onder 2.

3. In de toelichting bij de kostenvoet voor vreemd vermogen voor nieuwe investeringen geldt dezelfde opmerking als gemaakt onder 2. BIJLAGE 3 BIJLAGE BEHORENDE BIJ REC-N 16-021 PAGINA 1 van 5 Opmerkingen bij de uitwerking van de methode in rekenkundige formules 1. Ontwerpmethodebesluit transporttaak Met betrekking tot Stap 1: Bepalen

Nadere informatie

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden,

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, 2000-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Notitie. Mobiliteit Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus 49 2600 AA Delft. Aan Transport en Logistiek Nederland (TLN) www.tno.

Notitie. Mobiliteit Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus 49 2600 AA Delft. Aan Transport en Logistiek Nederland (TLN) www.tno. Notitie Aan Transport en Logistiek Nederland (TLN) Van Drs. M.A.G. Duijnisveld Onderwerp Economische WegWijzer vrachtverkeer 2010 Mobiliteit Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus 49 2600 AA Delft

Nadere informatie

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies Stichting Duurzame Samenleving www.gdindex.nl info@gdindex.nl 0317-750645 1 De GDI omvat de 3 dimensies van duurzaamheid: Mens & Maatschappij,

Nadere informatie

Aanleg parallelweg N248

Aanleg parallelweg N248 Aanleg parallelweg N248 Onderzoek luchtkwaliteit Definitief Provincie Noord-Holland Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 14 juli 2014 Verantwoording Titel : Aanleg parallelweg N248 Subtitel : Onderzoek luchtkwaliteit

Nadere informatie

HOLLAND OUTLET MALL De verkeersstudies kritisch beschouwd 8 DECEMBER 2016

HOLLAND OUTLET MALL De verkeersstudies kritisch beschouwd 8 DECEMBER 2016 De verkeersstudies kritisch beschouwd 8 DECEMBER 2016 BESTUURLIJKE SAMENVATTING De komst van een Factory Outlet Centre (Holland Outlet Mall) naar Zoetermeer heeft grote gevolgen voor de bereikbaarheid

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

Opbrengstberekening Windturbines A16

Opbrengstberekening Windturbines A16 Auteurs Steven Velthuijsen MSc. Opdrachtgever Provincie Noord-Brabant Opbrengstberekening Windturbines Opbrengstberekening Windturbines Datum 4-7-2017 Versie CONCEPT Bosch & Van Rijn Groenmarktstraat 56

Nadere informatie