Activering van zichtbaarheids- en verlichtingsfuncties op afstand

Transcriptie

1 Functie Functie De volgende zichtbaarheids- en verlichtingsfuncties kunnen op worden geactiveerd: Meer informatie over verlichting vindt u in de documenten Deactivering van rijverlichting en Wisselend knipperen met grootlicht en verstralers. Waarschuwingssignaal Grootlicht Werkverlichting Controle buitenverlichting Claxon Ruitenwissers Gedrag Waarschuwingssignaal Alle richtingaanwijzers knipperen. De functie kan als volgt worden geconfigureerd: De EXT-schakelaar moet ingedrukt zijn vóór de activering. Het waarschuwingssignaal knippert de hele tijd bij activering. Wanneer de functie wordt geactiveerd, wordt het waarschuwingssignaal automatisch uitgeschakeld, wanneer het voertuig in beweging is en automatisch ingeschakeld wanneer het voertuig stilstaat. Grootlicht Het grootlicht gaat branden. De functie kan als volgt worden geconfigureerd: De verstralers gaan samen met het grootlicht branden. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 1 (11)

2 Gedrag De EXT-schakelaar moet ingedrukt zijn vóór de activering. Wanneer de functie wordt geactiveerd, wordt het grootlicht automatisch uitgeschakeld, wanneer het voertuig in beweging is en automatisch ingeschakeld wanneer het voertuig stilstaat. Werkverlichting Activeert de werkverlichting. Activering van de werkverlichting op kan plaatsvinden via BIC (Bodywork Interface configuration) of externe CAN. Wanneer niet langer om activering wordt gevraagd wordt de werkverlichting uitgeschakeld. Indien de werkverlichting wordt geactiveerd via een schakelaar kan het worden gedeactiveerd door een ander signaal via BIC of via externe CAN. Als tegelijkertijd activering en deactivering wordt gevraagd van BIC, gaat de werkverlichting automatisch branden wanneer het voertuig stilstaat en dooft ze automatisch wanneer het voertuig in beweging is. Als de snelheid boven een vooraf ingestelde waarde uitkomt, wordt de functie gedeactiveerd ongeacht wat de BCI-regeleenheid vraagt. De snelheidslimiet kan worden ingesteld met een parameter. Controle buitenverlichting en akoestisch achteruitrijsignaal Schakelt de buitenlichten in volgorde in zodat de bestuurder kan controleren of de lichten en het akoestisch achteruitrijsignaal werken. De functie wordt geactiveerd en gedeactiveerd door een puls van 0,2-5,0 seconden naar de geselecteerde ingang te sturen. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 2 (11)

3 Gedrag Claxon Activeert de claxon. De functie kan als volgt worden geconfigureerd: De EXT-schakelaar moet ingedrukt zijn vóór de activering. Wanneer de functie wordt geactiveerd, wordt de claxon automatisch uitgeschakeld, wanneer het voertuig in beweging is en automatisch ingeschakeld wanneer het voertuig stilstaat. Ruitenwissers Activeert de ruitenwissers. De functie kan als volgt worden geconfigureerd: De ruitenwissers werken met hoge of lage snelheid De EXT-schakelaar moet ingedrukt zijn vóór de activering. Wanneer de functie wordt geactiveerd, worden de ruitenwissers automatisch uitgeschakeld, wanneer het voertuig in beweging is en automatisch ingeschakeld wanneer het voertuig stilstaat. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 3 (11)

4 Gedrag Activering Er moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan voor het activeren van de verschillende functies: Lijst van voorwaarden: 1. Contactsleutel staat in rijstand 2. EXT-schakelaar geactiveerd 3. Stilstaand 4. Parkeerrem ingeschakeld Functie Verplicht Mogelijke voorwaarden Waarschuwingssignaal 1 2 en 3 Grootlicht 1 2 en 3 Werkverlichting 1 Controle buitenverlichting 1 en 4 Claxon 1 2 en 3 Ruitenwissers 1 2 en 3 Wanneer aan deze voorwaarden is voldaan, kunt u de functie activeren via BIC (Bodywork Interface Configuration) en externe CAN. Met of zonder EXT-schakelaar (volgordecontrole) Met EXT-schakelaar: de EXT-schakelaar moet worden geactiveerd nadat de contactsleutel in de rijstand is gezet. Alleen dan kan de geselecteerde functie geactiveerd worden. Zonder EXT-schakelaar: Het activeren van de functie is niet afhankelijk van de EXT-schakelaar. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 4 (11)

5 Chassisvoorwaarden Chassisvoorwaarden Productieperiode voertuig Voorbereidingen af fabriek Productielocatie Chassisserienummer Optie Alternatief Variantcode BCI-functionaliteit Met 5837A Södertälje Zwolle Indien nodig Angers Carrosseriekabelboom van cabine naar frame pens 2411F Carrosseriekabelboom in frame 2 m 3023A São Bernardo do Campo m 3023D 12 m 3023C 22: Uitgave 2.1 nl-nl 5 (11)

6 Chassisvoorwaarden Parameters die met behulp van SDP3 kunnen worden afgesteld Neem contact op met een Scania dealer als u geen toegang hebt tot SDP3. De parameters worden afgesteld onder functies in SDP3. Parameter Verklaring Mogelijke waarde Af fabriek Groep EXT-schakelaar a Regelt of de EXT-schakelaar actief of inactief Zonder Veerbelast Aanpassing car- moet zijn 2 posities rosserie Veerbelast 22: Uitgave 2.1 nl-nl 6 (11)

7 Chassisvoorwaarden Parameter Verklaring Mogelijke waarde Af fabriek Groep Regeling verstralers Verstralers bij activering van grootlicht op Werkverlichting samen met achteruitrijlicht Werkverlichting uitschakelen bij een bepaalde snelheid Ruitenwissers, snelheid bij activering op Rijsnelheidsvoorwaarden voor bediening van functies van zichtbaarheidssysteem op Instelling voor het gaan branden van de verstralers. De verstralers moeten worden geactiveerd bij de activering van het grootlicht op. Instelling om de werkverlichting samen met het achteruitrijlicht te gebruiken. Instelling om de werkverlichting automatisch uit te schakelen wanneer het voertuig over een bepaalde snelheid heen gaat. Selecteer de snelheid van de ruitenwissers bij activering op. Hier kunt u instellen of de bediening van de functies van het zichtbaarheidssysteem op afhankelijk moet zijn van de voertuigsnelheid. a. De parameterinstelling heeft invloed op alle functies die afhankelijk zijn van de EXT-schakelaar. Methode 1: De verstralers kunnen in de zonneklep of in de bumper worden ingeschakeld, maar nooit allebei tegelijk. Methode 2: De verstralers worden zowel in de zonneklep als in de bumper ingeschakeld. Met Zonder Met Zonder Alternatief 1 Zonder Met 8 91 km/u 20 km/u Lage snelheid Hoge snelheid In beweging Stilstaand Lage snelheid Stilstaand Zichtbaarheid Meer informatie over de parameters vindt u onder Afstelbare parameters. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 7 (11)

8 Signaaltype en functie-activering Signaaltype en functie-activering Voorbeeld van functie-activering Type activering BIC (Bodywork Interface Configuration) Extern CAN Activeringsmethode Via pen in C259 of ander signaal in BIC. Bodywork Visibility Control: Hazard Lamp Request Bodywork Visibility Control: Main Beam Request Bodywork Visibility Control: Work Light Control Bodywork Visibility Control: Horn Request Bodywork Visibility Control: Wiper Activation 22: Uitgave 2.1 nl-nl 8 (11)

9 Signaaltype en functie-activering Voorbeeld van aansluiting met behulp van BICT, +24 V en massa V 2 Deze beschrijving toont een aansluiting in de cabine. Informatie over het tot stand brengen van de aansluiting met een verlengkabelboom op het chassis vindt u in het document Kabelboom voor cabine en frame (22:10-080). 3 1 Ga als volgt te werk: 1. Sluit de activeringskabel aan op een willekeurige ingangspen van stekker C Met behulp van BICT (Bodywork Interface Configuration Tool) wordt de functie naar de geselecteerde pen gestuurd. C259 C De functie is klaar voor activering. Onderdeleninformatie en aansluitposities 1 Bijvoorbeeld een schakelaar Aangesloten op een willekeurige pen van C259 Activering door +24 V Zekering 5 A Aangebracht door carrosseriebouwer 3 Kabel Kabeldoorsnede min. 0,75 mm² Aangebracht door carrosseriebouwer 1 De artikelen kunnen worden aangeschaft bij een Scania dealer. C259 C Activering door aarding 22: Uitgave 2.1 nl-nl 9 (11)

10 Signaaltype en functie-activering Signaaltype Pen (BWE) Activeringsmethode +24 V naar geselecteerde pen op C259 BCI master C-pin (1 10), High or low Selected function of Aarding van geselecteerde pen op C In BICT De geselecteerde pen voor het activeren van de functie 2. Functie: Activering van geselecteerde functie op 22: Uitgave 2.1 nl-nl 10 (11)

11 Signaaltype en functie-activering Aansluiting via externe CAN. Deze beschrijving toont een aansluiting in de cabine. Informatie over het tot stand brengen van de aansluiting met een verlengkabelboom op het chassis vindt u in het document Kabelboom voor cabine en frame (22:10-080). Om een aansluiting tot stand te kunnen brengen via externe CAN is het volgende vereist: Het voertuig is uitgerust met BCI-functionaliteit variantcode 5837A De parameter voor externe CAN is geactiveerd C493 C De aansluiting gebeurt direct op stekker C493 (externe CAN-low naar pen 3 en externe CAN-high naar pen 4) Signaaltype Bericht CAN Bodywork Visibility Control: Hazard Lamp Request Bodywork Visibility Control: Main Beam Request Bodywork Visibility Control: Work Light Control Bodywork Visibility Control: Horn Request Bodywork Visibility Control: Wiper Activation Activering via externe CAN. De artikelen kunnen worden aangeschaft bij een Scania dealer. Meer informatie over CAN kunt u vinden in de documenten CAN onder Elektrische systemen. 22: Uitgave 2.1 nl-nl 11 (11)