BICT:01 BICT. nl-nl. Gebruiksaanwijzing. Uitgave 3.0. Scania CV AB 2015, Sweden

Transcriptie

1 BICT:01 Uitgave 3.0 nl-nl BICT Gebruiksaanwijzing Scania CV AB 2015, Sweden

2 Introductie... 3 Info over BICT... 3 Instellingen... 4 Overzicht... 5 Verklaring van termen... 6 Grafische symbolen die in het programma worden gebruikt... 7 Logicaschema Werken met BICT Een nieuw project aanmaken Werken met logicaschema's Een bestaand BIC-project openen en bewerken Uitbreidingseenheden toevoegen/verwijderen Problemen met een logicaschema oplossen Het BIC-programma wegschrijven naar de regeleenheid Bijlage Voorbeeld van een logicaschema Voorbeeld van een logicaschema voor een vrachtwagen Voorbeeld van een logicaschema voor een bus Scania CV AB 2015

3 Introductie Introductie Info over BICT BICT staat voor Bodywork Interface Configuration Tool en is een softwaretoepassing voor de configuratie van de carrosserie-interface (BIC). Deze toepassing vergemakkelijkt de aansluiting op de carrosserie en gebruikt de functies van het elektrisch systeem van het voertuig. Met de softwaretoepassing kan de carrosseriebouwer of buscarrosseriebouwer de logica tussen informatiesignalen, functieaanvragen, functieobjecten en fysieke ingangen en uitgangen opbouwen. Het programmeren van de logica gebeurt in een BIC-project, dat op zijn beurt meerdere logicaschema's kan bevatten om de logicaprogrammering duidelijker te maken. Het BIC-project kan worden opgeslagen en opnieuw worden gebruikt voor andere voertuigen. BICT kan zowel met als zonder verbinding met het voertuig worden gebruikt. Zonder verbinding met het voertuig is het mogelijk om nieuwe projecten met logicaschema's aan te maken en logicaschema's te simuleren. Het BIC-project kan worden opgeslagen en later worden gebruikt om het BIC-programma weg te schrijven naar de regeleenheid. Wanneer BICT met het voertuig is verbonden, is het mogelijk om een nieuw BIC-programma weg te schrijven naar de regeleenheid of het bestaande BIC-programma in de regeleenheid bij te werken. U kunt ook problemen met het BIC-programma in de regeleenheid oplossen met behulp van gidsen in SDP3. Afhankelijk van de voertuigconfiguratie zijn bepaalde functies in BICT mogelijk niet beschikbaar. Om toegang te krijgen tot deze functies kan een conversie worden uitgevoerd met de conversieservice. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

4 Introductie Instellingen U vindt het dialoogvenster Instellingen in het menu Gereedschappen. De taal van BICT wijzigen In het dialoogvenster Instellingen kunt u de taal voor BICT selecteren. De wijzigingen worden pas van kracht nadat BICT opnieuw is gestart. Dialoogvenster bij het starten van BICT Schakel het selectievakje in het dialoogvenster Instellingen in om het dialoogvenster Selecteren hoe BICT moet worden gestart weer te geven bij het openen van BICT. Dit dialoogvenster geeft de gebruiker de keuze tussen het aanmaken van een nieuw project en het openen van een opgeslagen project. BICT Settings Language for BICT English Show dialogue box Start BICT OK Cancel 4 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

5 Introductie Overzicht Symbolen voor Nieuw logicaschema, Project openen, Project opslaan enz. Zie Grafische symbolen die in BICT worden gebruikt voor meer informatie. 2. Lijst van signalen met fysieke ingangen en uitgangen. 3. Lijst van signalen met functieobjecten, informatieobjecten en functieaanvragen. 4. Vrij tekstveld om het project te omschrijven. 5. Naam van het logicaschema. 6. Gedetailleerde informatie over het geselecteerde object met een koppeling naar een eventuele gerelateerde functiebeschrijving. 7. Tabbladen voor verschillende functies. Operatoren. Zoeken zoeken met vrije tekst in BICT. Valideren geeft aan of de logicaschema's van het project correct zijn. Bibliotheek hier kunt u opgeslagen logicaschema's importeren. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

6 Introductie Verklaring van termen BICT BIC BIC-programma BIC-project Logicaschema Signaal Fysieke ingang Fysieke uitgang Functieaanvraag Informatiesignaal Functieobject Uitbreidingseenhei d Bodywork Interface Configuration Tool. Softwareprogramma met grafische interface voor de configuratie van de carrosserie-interface. Afkorting van gebruikersfunctie 518, Bodywork Interface Configuration. Een programma dat de configuratie van de gebruikersfunctie configuratie carrosserie-interface (BIC) regelt. Hiermee wordt het BIC-programma visueel weergegeven in BICT. Bevat een of meer logicaschema's. Onderdeel van het BIC-programma. Kan signalen, fysieke ingangen en uitgangen, functieaanvragen en functieobjecten bevatten. Het logicaschema definieert wat er in de gebruikersfunctie configuratie carrosserie-interface wordt verkregen. BIC-programma's kunnen één of meer logicaschema's bevatten. Verzamelterm voor fysieke ingang en uitgang, functieaanvraag, informatiesignaal. Fysieke pen in de regeleenheid. Fysieke pen in de regeleenheid. Signaal om een functie te activeren. Signaal dat de status van een CAN-signaal van het intern elektrisch systeem van het voertuig aangeeft. Verzameling van alle signalen die nodig zijn om de activering van een functie aan te vragen. Het functieobject wordt gebruikt wanneer de aansluiting van een functie afhankelijk is van meer dan één signaal, bijvoorbeeld een krachtafnemer. Regeleenheid om het aantal fysieke ingangen en uitgangen van het BWEsysteem te verhogen. 6 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

7 Introductie Grafische symbolen die in het programma worden gebruikt Hieronder vindt u een overzicht van de grafische symbolen die in het programma worden gebruikt. Raadpleeg de verklarende teksten in BICT voor meer informatie over de betekenis van de symbolen. Nieuw logicaschema. Sneltoets, Ctrl+N. Project openen. Sneltoets, Ctrl+O. Project opslaan. Sneltoets, Ctrl+S. Het geselecteerde logicaschema verwijderen. Alle signaalaliassen verbergen. De oorspronkelijke namen van de ingangen en uitgangen worden weergegeven in plaats van hun (eventuele) aliassen. BIC-programma wegschrijven naar de regeleenheid. Afdrukken. Kiezen tussen het afdrukken van alle logicaschema's van het project met een lijst van aansluitingen voor elk logicaschema of de lijsten van aansluitingen voor het volledige project. Sneltoets, Ctrl+P. Canvasgrootte automatisch aanpassen. De canvasgrootte wordt aangepast aan de canvasobjecten. Het logicaschema is ontgrendeld. Klik één keer op het hangslot om het logicaschema te vergrendelen. Het logicaschema is vergrendeld. Het logicaschema moet worden ontgrendeld om wijzigingen te kunnen aanbrengen. Klik één keer om te ontgrendelen. Symbool voor fysieke ingang. Verwijst naar een fysieke pen in de regeleenheid. Symbool voor fysieke uitgang. Verwijst naar een fysieke pen in de regeleenheid. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

8 Introductie Symbool voor functieaanvraag. Symbool voor informatiesignaal. Symbool voor functieobject. Het functieobject verzamelt diverse informatiesignalen en functieaanvragen. Het functieobject kan ook operatoren hebben. Actief hoog. Actief bij aansluiting op spanning. Actief laag. Actief bij aansluiting op massa. Analoog signaal. Digitaal signaal. Uitgang hoog. Spanning bij pen. Uitgang laag. Met massa verbonden via de regeleenheid. De uitgang kan als analoog of digitaal signaal worden gebruikt. 8 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

9 Introductie Operatoren De operatoren worden gebruikt om signalen en functieobjecten te koppelen. Niet. Omgekeerd signaal. Het uitgangssignaal is waar als de ingangsaansluiting onwaar is en omgekeerd. Of. Het uitgangssignaal is waar als minstens één van de ingangssignalen waar is. Door op de operator te klikken kunnen 2 tot 10 ingangsaansluitingen worden ingesteld. De ingangen worden ook toegevoegd als extra signalen naar de operator worden gesleept. En. Het uitgangssignaal is waar als alle ingangssignalen waar zijn. Door op de operator te klikken kunnen 2 tot 10 ingangsaansluitingen worden ingesteld. De ingangen worden ook toegevoegd als extra signalen naar de operator worden gesleept. Aftakking. Splitst het ingangssignaal in meerdere uitgangssignalen. Door op de operator te klikken kunnen 2 tot 10 uitgangsaansluitingen worden ingesteld. De uitgangen worden ook toegevoegd als extra signalen naar de operator worden gesleept. Afhankelijk van de configuratie van het huidige voertuig zijn bepaalde operatoren mogelijk niet beschikbaar. Deze operatoren kunnen niet worden gebruikt. Om toegang te krijgen tot deze operatoren kan een conversie worden uitgevoerd met de conversieservice. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

10 Introductie Functieobject Het functieobject verzamelt alle signalen die nodig zijn om een functie te gebruiken. Klik op het zwarte driehoekje op het functieobject om te zien uit welke signalen het functieobject bestaat. De voorwaarden van de functies kunnen worden gewijzigd met de parameters in SDP3. Voorbeelden van functieobjecten: Functieobject voor voorwaardeafhankelijk uitgangssignaal. Functieobject voor krachtafnemer. Functieobject voor krachtafnemer met bevestiging. 10 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

11 Introductie Logicaschema Met logicaschema's kan de carrosseriebouwer de logica tussen de fysieke ingangen en uitgangen, functieaanvragen, informatiesignalen en functieobjecten opbouwen. Een functieaanvraag en een fysieke uitgang kunnen slechts één keer worden gebruikt in een project. Wanneer u een nieuw BIC-project aanmaakt, wordt automatisch een nieuw logicaschema geopend. Het is raadzaam het aantal functies per logicaschema te beperken om een overzicht te krijgen van het project. Dit vereenvoudigt het storingzoeken voor de monteur. Een project kan meerdere logicaschema's bevatten. De onderstaande afbeelding toont hoe een logicaschema er kan uitzien. Zie Bijlage voor meer voorbeelden. 11 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

12 Werken met BICT Een BIC-project wordt gebruikt om het BICprogramma visueel weer te geven in BICT. Het kan één of meer logicaschema's bevatten. Het logicaschema kan op zijn beurt een aantal informatiesignalen, functieaanvragen, functieobjecten en fysieke ingangen of uitgangen bevatten. Een nieuw project aanmaken 1. BICT starten. Kies tussen het openen van een bestaand BIC-project of een nieuw BIC-project. U kunt ook bestaande projecten openen via menuopties in BICT. 2. Geef aan of het om een BIC-project voor een vrachtwagen of een bus gaat en selecteer de productieperiode. Het is belangrijk de juiste productieperiode te selecteren om validatieproblemen bij het wegschrijven van het BIC-programma naar de regeleenheid te voorkomen. Select job type Production period Truck 1302 Bus Continue 12 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

13 3. Geef de bestandsnaam en de opslaglocatie van het BIC-project op. 4. Gebruik het vrije tekstveld naast Projectbeschrijving om het project te beschrijven. Als het voertuig voor meerdere landen is bestemd, moet de beschrijving in het Engels worden geschreven. De informatie zal immers in werkplaatsen worden gebruikt bij het storingzoeken. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

14 Werken met logicaschema's Een nieuw logicaschema aanmaken/een logicaschema verwijderen U kunt een logicaschema toevoegen aan een project of een geselecteerd logicaschema uit een project verwijderen door op het overeenkomstige symbool te klikken. U kunt de opdracht ook selecteren in het menu Bewerken of met de rechtermuisknop op het canvas klikken en de opdracht selecteren in het menu. U kunt een logicaschema alleen uit een project verwijderen als het is ontgrendeld. Klik op het hangslot om het logicaschema te ontgrendelen. Logicaschema vergrendelen en ontgrendelen U kunt een logicaschema vergrendelen en ontgrendelen door eenmaal op het hangslot naast de naam van het logicaschema te klikken. Alleen het geselecteerde logicaschema wordt vergrendeld/ontgrendeld. 14 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

15 Een logicaschema toevoegen/ naam van een logicaschema wijzigen Het logicaschema krijgt automatisch dezelfde naam als de gebruikte uitgangen, functieobjecten of functieaanvragen. U kunt de naam van een logicaschema wijzigen door op de knop Naam wijzigen te klikken naast het veld voor de naam van het logicaschema. Als het voertuig voor meerdere landen is bestemd, moet de beschrijving in het Engels worden geschreven. De informatie zal immers in werkplaatsen worden gebruikt bij het storingzoeken. Een beschrijving voor een logicaschema toevoegen Onder het veld voor de naam van het logicaschema bevindt zich een vrij tekstveld waarin u een beschrijving van het doel van het logicaschema kunt invoeren. Als het voertuig voor meerdere landen is bestemd, moet de beschrijving in het Engels worden geschreven. De informatie zal immers in werkplaatsen worden gebruikt bij het storingzoeken. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

16 Een object toevoegen U kunt de gewenste signalen, operatoren en functieobjecten toevoegen door erop te dubbelklikken of door ze naar het canvas te slepen. Zie Bijlage voor een voorbeeld van een logicaschema dat verschillende objecten bevat. Een object verwijderen U kunt een individueel object of alle objecten in het geselecteerde logicaschema verwijderen met de menuoptie in het menu Bewerken of via het menu dat wordt weergegeven wanneer u met de rechtermuisknop op het canvas klikt. U kunt ook één of meer objecten verwijderen door op het object/de objecten te klikken en op Delete te drukken. 16 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

17 Objecten koppelen Alle signalen, operatoren en functieobjecten kunnen worden gekoppeld door slepen en neerzetten. Klik op een aansluiting, houd de muisknop ingedrukt en laat de knop pas los wanneer de muisaanwijzer is verplaatst naar de ingangsaansluiting van het object waaraan het moet worden gekoppeld. Aansluiting verwijderen U kunt alle aansluitingen in het logicaschema verwijderen door de menuoptie Alle aansluitingen in het geselecteerde logicaschema verwijderen te selecteren in het menu Bewerken of door met de rechtermuisknop op het canvas te klikken. U kunt aansluitingen ook één voor één verwijderen. Dit doet u door op een aansluiting te klikken en op Delete te drukken. U kunt ook de menuoptie De geselecteerde aansluitingen verwijderen selecteren in het menu Bewerken of met de rechtermuisknop op het canvas klikken. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

18 Een alias toevoegen aan fysieke ingangen en uitgangen De fysieke ingangen hebben een vooraf ingestelde aanduiding, bijv. C259 pen 1, Hoog. U kunt verduidelijken om welke ingang of uitgang het gaat door een alias toe te voegen, bijv. Schakelaar om krachtafnemer EG1 te activeren. Dubbelklik op de ingang of uitgang of sleep hem naar het canvas. Klik met de rechtermuisknop, selecteer Alias toevoegen/wijzigen en voer de gewenste alias in. Als u een bestaande alias wilt verwijderen, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Alias verwijderen. De ingang of uitgang krijgt dan de vooraf ingestelde omschrijving. U kunt ook een alias toevoegen, bewerken of verwijderen door direct in de signaallijst met de rechtermuisknop op de ingang of uitgang te klikken. Tip! Kies een beschrijvende alias. Dit vergemakkelijkt het oplossen van eventuele problemen. Zo is de lijst van aansluitingen ook beter te begrijpen wanneer u hem afdrukt. Als het voertuig voor meerdere landen is bestemd, moet de alias in het Engels worden geschreven. De informatie zal immers in werkplaatsen worden gebruikt bij het storingzoeken. 18 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

19 Fysieke ingangen en uitgangen vervangen Als u een fysieke ingang of uitgang wilt vervangen door een andere, sleept u de ingang of uitgang vanuit de signaallijst naar links en houd u hem boven de oude ingang of uitgang. Controleer of er een groen kader rond de vervangen ingang of uitgang komt en zet vervolgens de nieuwe ingang of uitgang op de oude neer. Als de ingang of uitgang in meerdere logicaschema's wordt gebruikt, wordt hij ook daar vervangen. Een dialoogvenster toont een lijst van logicaschema's waarin de ingang of uitgang is opgenomen. Navigeer naar een logicaschema door op de naam van het logicaschema te klikken in de lijst. Een eventuele alias voor de vervangen ingang of uitgang wordt naar de nieuwe verplaatst. De vervanging van een ingang of uitgang kan niet ongedaan worden gemaakt. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

20 Het geselecteerde logicaschema opslaan U kunt een logicaschema opslaan om het in andere projecten te gebruiken via de menuoptie Geselecteerd logicaschema opslaan in een bibliotheek in het menu Gereedschappen. Er wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u de bibliotheek kunt kiezen waarin het logicaschema moet worden opgeslagen. U kunt het bestand van het opgeslagen logicaschema een andere naam geven dan het logicaschema in BICT. 20 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

21 Het logicaschema simuleren U kunt de simulatie van een logicaschema starten door de menuoptie Het logicaschema simuleren te selecteren in het menu Gereedschappen. Analoge signalen kunnen niet worden gesimuleerd. De simulatie kan op twee manieren worden uitgevoerd: 2. Geef een waarde (1, 0 of?) op in de vervolgkeuzelijst voor de gewenste signalen. Druk op de afspeelknop om mogelijke scenario's te produceren op basis van de opgegeven voorwaarden. Tip! Om alle scenario's te zien die moeten worden geactiveerd: selecteer een waarde waarmee het uitgangssignaal wordt geactiveerd en stel de ingangssignalen/informatiesignalen in op?. 1. Druk op de ingangssignalen of informatiesignalen die u wilt simuleren als het signaal/de signalen is (zijn) geactiveerd. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

22 Navigeren tussen logicaschema's Er zijn twee manieren om te navigeren tussen verschillende logicaschema's. 1. Navigeren tussen verschillende logicaschema's in een project met behulp van de vervolgkeuzelijst. 2. U kunt navigeren tussen verschillende logicaschema's door met de rechtermuisknop op een signaal te klikken dat in meerdere logicaschema's wordt gebruikt en Gebruikt in logicaschema's te selecteren. 22 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

23 Een bestaand BIC-project openen en bewerken U kunt een bestaand BIC-project openen en logicaschema's toevoegen en verwijderen of bestaande projecten en logicaschema's importeren. Selecteer de optie Project openen in het menu Bestand of klik op het pictogram Project openen. U kunt een bestaand logicaschema alleen bewerken als het ontgrendeld is. U kunt het ontgrendelen door op het hangslot naast de naam van het logicaschema te klikken. Archive New project Open project Import project Save project Save project as Close project Edit Ctrl+Shift+N Ctrl+O Ctrl+S Write the project to the control unit Print Ctrl+P Last used project Exit BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

24 Het logicaschema importeren U kunt een logicaschema importeren door erop te dubbelklikken onder het tabblad Bibliotheek. U kunt tussen verschillende bibliotheken navigeren onder het tabblad Bibliotheek. U kunt ook een logicaschema importeren via de menuoptie Een logicaschema importeren in het menu Gereedschappen. Een logicaschema kan alleen in een project worden geïmporteerd als het logicaschema compatibel is met het voertuigtype van het project. Het logicaschema moet ook zijn opgeslagen in een bibliotheek. Als een geïmporteerd logicaschema een fysieke ingang of uitgang bevat die zich niet in het project bevindt, dan wordt de ingang of uitgang vervangen door een tijdelijke aanduiding. De tijdelijke aanduiding moet vervolgens worden vervangen door een ingang of uitgang in het project. Project importeren U kunt alle logicaschema's van een project importeren in het project dat is geopend in BICT via de menuoptie Project importeren in het menu Bestand. Archive New project Open project Import project Edit Ctrl+Shift+N Ctrl+O Save project Save project as Close project Ctrl+S Write the project to the control unit Print Ctrl+P Last used project Exit 24 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

25 Uitbreidingseenheden toevoegen/verwijderen De uitbreidingseenheid wordt gebruikt om het aantal ingangen en uitgangen die beschikbaar zijn voor het BWE-systeem te verhogen. Als u uitbreidingseenheden aan het project wilt toevoegen, selecteert u Uitbreidingseenheid toevoegen/verwijderen in het menu Bewerken. Selecteer de gewenste versie voor elke uitbreidingseenheid en klik op OK. Een nieuwe uitbreidingseenheid wordt toegewezen voor het project en wordt zichtbaar in de signaallijst. Het programmeren van de uitbreidingseenheid gebeurt op dezelfde manier als het programmeren van de BCI-regeleenheid. Voor bussen is er een busspecifieke uitbreidingseenheid. De busspecifieke uitbreidingseenheid heeft minder fysieke ingangen en uitgangen in vergelijking met de algemene uitbreidingseenheden. Andere uitbreidingseenheden zijn algemeen en kunnen zowel voor bussen als vrachtwagens worden gebruikt. Afhankelijk van de configuratie van het huidige voertuig zijn bepaalde versies van uitbreidingseenheden mogelijk niet beschikbaar. Deze versies kunnen niet worden geselecteerd. Om toegang te krijgen tot deze versies kan een conversie worden uitgevoerd met de conversieservice. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

26 Problemen met een logicaschema oplossen SDP3 moet verbonden zijn met het voertuig om problemen met het geselecteerde logicaschema te kunnen oplossen. De communicatie tussen SDP3 en BICT wordt automatisch tot stand gebracht wanneer BICT wordt gestart vanuit SDP3. BICT wordt gestart via verschillende gidsen in SDP3. Gidsen voor probleemoplossing vindt u onder het tabblad Checks (Controles). Gidsen voor het bewerken en vervangen van het BICprogramma vindt u onder het tabblad Calibration (IJking). 26 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

27 Het BIC-programma wegschrijven naar de regeleenheid BICT moet via SDP3 verbonden zijn met het voertuig om het BIC-programma naar de regeleenheid te kunnen wegschrijven. U doet dit door BICT te starten vanuit SDP3 na de verbinding. Het project moet gevalideerd zijn om het BICprogramma naar de regeleenheid te kunnen wegschrijven. Controleer of alle logicaschema's correct zijn onder het tabblad Valideren. Als een logicaschema een fout bevat, wordt deze weergegeven onder het tabblad Validation (Validatie). Wanneer u op de foutkoppeling klikt, navigeert BICT naar het object en het logicaschema dat de fout bevat. Operators Search Validate Library ActivateWorkLight C259 pin 3, High The object has open connections. AND The object has open connections. Een BIC-programma opslaan Door de regeleenheid te programmeren wordt het BIC-programma ook verzonden naar Scania. Andere gebruikers met de juiste bevoegdheid en toegang tot het chassisserienummer van het voertuig kunnen de informatie bekijken. Als er geen internetverbinding is, wordt het BIC-programma lokaal opgeslagen. Zodra de internetverbinding opnieuw tot stand is gebracht, wordt de informatie verzonden naar Scania. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

28 Bijlage Bijlage Voorbeeld van een logicaschema Het voorbeeld toont hoe schakelaars 1 en 2 kunnen worden aangesloten op C259-1 en C259-2 om uitgang C te regelen en een bericht te verzenden naar ICL. In het voorbeeld moet de versnellingsbak van het voertuig in neutraal staan en moet de rijsnelheid lager zijn dan 5 km/u. Hiervoor worden de informatiesignalen Versnellingbak in neutraal en Rijsnelheid hoger dan 5 km/u gebruikt. Om een voorwaarde te verkijgen waarbij de rijsnelheid lager is dan 5 km/u, wordt het informatiesignaal Rijsnelheid hoger dan 5 km/u samen met de Niet-operator gebruikt. De operator keert het informatiesignaal om zodat de interpretatie van het signaal Rijsnelheid hoger dan 5 km/u waar is als de ingangsaansluiting onwaar is. Wanneer aan alle voorwaarden voor de Enoperator is voldaan, activeert het signaal de uitgang op C en wordt tegelijkertijd een bericht weergegeven in de ICL. 28 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0

29 Bijlage Voorbeeld van een logicaschema voor een vrachtwagen Het voorbeeld toont een logicaschema om krachtafnemer EG1 te activeren. Wanneer de krachtafnemer wordt ingeschakeld, wordt de motortoerentalregeling geactiveerd en wordt de activering van Driver information request 1 verzonden naar de instrumentengroep. In dit voorbeeld worden de digitale ingangen C259-1, Hoog en C259-2, Laag gebruikt. Zij hebben nieuwe aliassen gekregen. De ingangen zijn gekoppeld aan een functieobject voor de krachtafnemer EG1, met bevestiging. Hieraan is uitgangssignaal C gekoppeld, dat ook een nieuwe alias heeft gekregen. Het signaal voor ingeschakelde krachtafnemer is gekoppeld aan de instrumentengroep en de motortoerentalregeling. BICT:01 Uitgave 3.0 Scania CV AB (30)

30 Bijlage Voorbeeld van een logicaschema voor een bus Het voorbeeld toont een logicaschema van de functies Indicatie open luik en Motorstart met sleutel voorkomen als het motorluik is geopend. In het voorbeeld worden drie ingangen gebruikt: één voor de motorluiksensor, één voor de sensor voor het rechterzijluik en één voor de sensor voor het linkerzijluik. Wanneer de ingang voor het motorluik het open-signaal afgeeft (= actief hoog), wordt motorstart met de sleutel voorkomen. Tegelijkertijd wordt een luik open-bericht weergegeven in de ICL. Wanneer de ingang voor het rechter- of linkerzijluik het open-signaal afgeeft (= actief hoog), wordt een luik openbericht weergegeven in de ICL. 30 (30) Scania CV AB 2015 BICT:01 Uitgave 3.0