COMMENTAAR EN SUGGESTIES BIJ IDP4 EN IDP6 NEDERLANDS TAALBESCHOUWING 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "COMMENTAAR EN SUGGESTIES BIJ IDP4 EN IDP6 NEDERLANDS TAALBESCHOUWING 2015"

Transcriptie

1 Guimardstraat BRUSSEL Curriculum en vorming Team basisonderwijs COMMENTAAR EN SUGGESTIES BIJ IDP4 EN IDP6 NEDERLANDS TAALBESCHOUWING 2015 Jozefien Loman In deze bijdrage bespreek ik de interdiocesane proef Nederlands taalbeschouwing voor het vierde en zesde leerjaar. Je leest eerst enkele algemene commentaren en suggesties. Nadien worden er specifieke vragen besproken. De suggesties in deze bijdrage richten zich niet enkel tot de leerkrachten van het vierde en zesde leerjaar, maar zijn nuttig voor alle leerkrachten. Goed taalonderwijs geven is immers een taak van het ganse team. Nederlands taalbeschouwing vierde leerjaar 73% We vertrekken voor de proef taalbeschouwing van dezelfde tekst al bij lezen. De tekst bestaat uit verschillende korte informatieve teksten over België en Vlaanderen. De vragen die we stellen, peilen naar het nadenken over taalgebruik, spellingvormen, woorden, zinnen en betekenissen. De toets beoogt een deel van de realisatie te meten van de eindtermen taalbeschouwing: 6.3 Met het oog op doeltreffende communicatie kunnen de leerlingen in voor hen relevante en concrete taalgebruikssituaties en op hun niveau bij de eindtermen Nederlands reflecteren op de belangrijkste factoren van een communicatiesituatie: zender, ontvanger, boodschap, bedoeling, situatie. 6.5 Met het oog op doeltreffende communicatie kunnen de leerlingen in voor hen relevante en concrete taalgebruikssituaties en op hun niveau bij de eindtermen Nederlands reflecteren op een aantal aspecten van het taalsysteem met betrekking tot: - woorden - zinnen - spellingvormen - betekenissen Team basisonderwijs 1 van 25

2 6.7 De leerlingen kunnen bij alle eindtermen Nederlands de bijbehorende taalbeschouwelijke begrippen en termen gebruiken. In onderstaande tabel krijg je een overzicht van de scores van de proef. Je vindt er de scores van de juiste antwoorden of bij een meerkeuzevraag de scores van de verschillende antwoorden. GA betekent geen antwoord. De vragen die groen zijn gemarkeerd, worden verder in de bijdrage besproken. Vraag A 3% 76% 14% 10% 3% B 88% 4% 11% 8% 6% C 4% 5% 19% 70% 8% D 4% 13% 54% 11% 81% Goed 90% 77% 71% 64% 59% Fout 10% 23% 29% 36% 41% GA 1% 1% 1% 1% 1% 1% 1% 1% 1% 2% Nederlands taalbeschouwing zesde leerjaar 70% Hoewel de resultaten voor taalbeschouwing helemaal niet slecht zijn, geven kinderen aan dat ze de vragen voor dit onderdeel niet makkelijk vinden. Een leerling verwoordt treffend wat het probleem is: Ik vond het moeilijk. Dat met die talen kon ik niet zo goed. De vragen waren raar, anders dan in de klas. Ook leerkrachten geven gelijkaardige reacties. Maar wat is er zo raar of vreemd aan de opdracht? Dit schooljaar maken we gebruik van een authentieke tekst, namelijk een verpakking van een doos met honingwafels. Op deze doos staat heel wat schriftelijke communicatie die boeiende taalbeschouwelijke vragen oproept. Maar wat deze verpakking vooral interessant maakt, is het feit dat je heel wat woorden en zinnen in meerdere talen kunt vinden. Een perfecte aanleiding dus om na te denken over gelijkenissen en verschillen tussen de Nederlandse taal en andere talen, over het gebruik van verschillende talen in deze communicatieve context en over talige uitingen uit verschillende culturen. De toets beoogt een deel van de realisatie te meten van de eindtermen taalbeschouwing: 6.3 Met het oog op doeltreffende communicatie kunnen de leerlingen in voor hen relevante en concrete taalgebruikssituaties en op hun niveau bij de eindtermen Nederlands reflecteren op de belangrijkste factoren van een communicatiesituatie: zender, ontvanger, boodschap, bedoeling, situatie. 6.5 Met het oog op doeltreffende communicatie kunnen de leerlingen in voor hen relevante en concrete taalgebruikssituaties en op hun niveau bij de eindtermen Nederlands reflecteren op een aantal aspecten van het taalsysteem met betrekking tot: klanken, woorden, zinnen, teksten. 2 van 25 Team basisonderwijs

3 6.7 De leerlingen kunnen bij alle eindtermen Nederlands de bijbehorende taalbeschouwelijke begrippen en termen gebruiken. Die eerste eindterm taalbeschouwing (6.3) die we op zijn minst even belangrijk vinden toetsen we indirect ook tijdens luisteren in de proeven IDP, via doelen over de communicatieve elementen. Zo bevat de luisterproef 4 vragen over het begrijpen en interpreteren en beoordelen van de manier van communiceren, wat overeenkomt met leerplandoel Tb.3.11 en ET.6.3. Door de keuze van de tekst kunnen we dit jaar ook peilen naar doelstellingen uit het deel (Inter)culturele gerichtheid: Ic.3 De leerlingen verwerven enige kennis over de diversiteit in het culturele erfgoed met een talige component en krijgen er waardering voor. - Ic.3.3 Gelijkenissen en verschillen ontdekken tussen de eigen taal en vreemde talen. - Ic.3.4 Een positieve houding aannemen ten aanzien van andere talen of taalvariëteiten. In onderstaande tabel krijg je een overzicht van de scores van de proef. Je vindt er de scores van de juiste antwoorden of bij een meerkeuzevraag de scores van de verschillende antwoorden. GA betekent geen antwoord. De vragen die groen zijn gemarkeerd, worden verder in de bijdrage besproken. De blauwe en gele kleuren wijzen op een vraag die ook in IDP4 voorkomt. vraag A 3% 6% 7% 16% 9% 14% 83% 1% 69% B 74% 11% 14% 7% 7% 71% 3% 3% 6% C 18% 77% 70% 26% 11% 4% 7% 7% 5% D 5% 6% 9% 51% 73% 10% 6% 88% 19% Goed 42% Fout 58% GA 0% 0% 0% 0% 0% 1% 0% 0% 0% 1% Algemene commentaar IDP6: meertalige taalbeschouwing 1. Werken met meertalig en authentiek bronnenmateriaal We kunnen afleiden uit de reacties van kinderen dat zij niet zo vaak te maken krijgen met opdrachten die vertrekken vanuit meertalig, authentiek bronnenmateriaal om te reflecteren over taal. Toch zijn er heel wat redenen voor de leerkracht om dergelijk materiaal in te zetten bij taalbeschouwelijke activiteiten. Hieronder vind je drie voordelen van deze materiaalkeuze Team basisonderwijs 3 van 25

4 Een meertalige leefwereld Taalbeschouwing moet voor kinderen in de basisschool vooral leuk en speels zijn. Met taal bezig zijn is fascinerend en dat gevoel willen we vooral versterken in taalbeschouwelijke activiteiten. Alle taalbeschouwing vertrekt dan ook liefst vanuit echt, levend taalmateriaal (Leerplan taalbeschouwing, p.29). Levend en echt bronnenmateriaal is voor kinderen in de huidige maatschappij vaak meertalig. Bij een heleboel kinderen is dat zo omdat ze opgroeien in een meertalige thuiscontext, maar ook kinderen die in een ééntalige thuiscontext opgroeien komen heel vaak in contact met verschillende talen.. We kunnen dan ook beter optimaal gebruik maken van deze veeltalige leefwereld om taalbeschouwingsonderwijs vorm te geven. De fascinatie van kinderen voor vreemde talen zorgt voor extra motivatie! Voorbeelden van meertalig bronnenmateriaal: - Voedingsverpakkingen - Kledingetiketten - Televisieseries met Nederlandse (en eventueel ook Franse) ondertiteling - Liedjes en hun vertalingen - Prentenboeken in meerdere talen - Aanduidingen in het verkeer in meertalige landsdelen - Woorden die kinderen vaker in een andere taal dan in het Nederlands gebruiken, zoals bodyguard - Meertalig bronnenmateriaal dat kinderen zelf aanbrengen of dat de leerkracht aanbiedt door interesses van kinderen te observeren, zorgt ervoor dat de afstand tussen taal gebruiken en nadenken over taal zo klein mogelijk blijft. De leerkracht stimuleert de kinderen om bij het meertalige bronnenmateriaal hardop na te denken en in interactie te gaan (Van en Branden, 2010). Kinderen gaan zelf op zoek naar regelmatigheden en eigenaardigheden van talen. Dit zelfontdekkend leren schept een ideale context om over abstracte onderwerpen, zoals bijvoorbeeld hoe wordt een woord gevormd?, in schoolse taal van gedachten te wisselen. Meertalige taalbeschouwing, talensensibilisering en vreemde talenonderwijs Taalbeschouwing en talensensibilisering zijn niet hetzelfde. Taalbeschouwing hoeft immers niet over meerdere talen te gaan. Maar wanneer we meertalige gesproken of geschreven bronnen gebruiken om aan taalbeschouwelijke doelen te werken, komen beide natuurlijk heel dicht in elkaars buurt. Je ontwikkelt niet alleen een positieve attitude ten aanzien van talen en culturen (m.a.w. talensensibilisering), maar kijkt ook bewust naar meerdere talen tegelijk. Je streeft zo taalbeschouwelijke doelen na en bevordert de vaardigheden die kinderen in staat stellen om op een abstract niveau te denken over taal (namelijk metalinguïstische en metacognitieve vaardigheden). Deze vaardigheden vergemakkelijken op hun beurt dan weer de verwerving van andere talen (Devlieger e.a., 2012) Team basisonderwijs 4 van 25

5 Voorbeeld metalinguïstische vaardigheden in de IDP-proef Tb.10.3 Nadenken over de meervoudsvorming van zelfstandige naamwoorden GEVULDE HONINGWAFELS GEFÜLLTE HONIGWAFFELN GAUFRES FOURRÉES AU MIEL FILLED HONEY WAFFLES Kijk eens hoe ze in verschillende talen een meervoud vormen. Het enkelvoud is wafel (NL), Waffel (D), waffle (E), gaufre (F). In welke talen wordt dat meervoud op dezelfde wijze gevormd? A. In het Duits en het Engels. B. In het Duits en het Frans. C. In het Nederlands en het Duits. D. In het Nederlands en het Engels. Thuistaal als bron Zoals we hierboven reeds ontdekten, biedt werken aan taalbeschouwing met meertalige bronnenmateriaal voordelen voor alle kinderen. Maar wellicht is het voordeel voor de meertalige kinderen het grootst, zeker wanneer we ook gebruik maken van hun thuistaal. Kinderen voelen zich hierdoor gewaardeerd en erkend. Ze voelen zich trots omdat hun buitenschoolse taalcompetenties worden erkend door klasgenoten en de leerkracht. Dit leidt tot een grotere participatie aan het klasgebeuren en een grotere motivatie om Nederlands te leren (Devlieger e.a., 2012). Voorbeeld incidenteel taalbeschouwingsmomemt a.h.v. thuistaal bij kleuters (uit Loman, J., en Vermeir, K., G-start, 2012) Tb.6 Nadenken over klanken De leerkracht knoopt tijdens het koekmoment een gesprekje aan met Allesandro, Dries en Elke: L.: Allesandro, vertel eens hoe je tafel zegt in het Italiaans. A.: Tavola. D.: Dat lijkt op tafel. E.: Nietes Team basisonderwijs 5 van 25

6 D.: Jawel, het begin is hetzelfde! L.: Dat heb jij goed gehoord, Dries. Het begin van het woord tafel en tavola is hetzelfde. De leerkracht schrijft de twee woorden op een kaartje en laat de kinderen naar de woorden kijken. Daarnaast is het zeer effectief om via contrastieve feedback (waarbij je de Nederlandse taal in contrast zet met de thuistaal) met kinderen te onderhandelen over de juiste vorm. Hardnekkige fouten bij meertalige kinderen doen zich op die manier steeds minder voor en de kinderen krijgen steeds meer inzicht in de nieuwe taal, het Nederlands. 2. Een krachtige leeromgeving voor meertalige taalbeschouwing Belang van een positief en veilig klasklimaat 1 Wanneer kinderen in je klas of op je school nooit gebruik mogen maken van hun thuistaal of streng terecht gewezen worden wanneer ze fouten maken in de Franse les, zal meertalige taalbeschouwing niet zo goed werken. De kinderen moeten dagdagelijks ervaren dat meertaligheid een troef is en dat fouten maken een goede manier is om veel bij te leren. Tips om meertaligheid spontaan een plaats te geven in je klas: - Bekrachtig de eigen taal en de meertaligheid van de kinderen. - Hang in je klas bronnen op in meerdere talen (bijvoorbeeld toeristische folders, welkomstwoorden in meerdere talen). - Gebruik liedjes, gedichten, verhalen in andere talen als tussendoortjes. - Let op onderstaande zaken wanneer je aan de slag gaat met de thuistaal van de kinderen: - Ken geen hogere status toe aan bepaalde talen (zoals Engels of Russisch) dan aan andere (zoals Turks of Berbers). - Geef kinderen voldoende tijd om op zoek te gaan naar een woord in de eigen taal. - Verplicht kinderen nooit om hun thuistaal te gebruiken. - Werken met betekenisvolle taken 2 Alle meertalige taalbeschouwing vertrekt vanuit echt, levend meertalig materiaal, vanuit echt taalgebruik. Dat kom je als leerkracht wellicht vaker tegen buiten de taalles, als tijdens. Gebruik deze momenten wanneer ze zich voordoen. Vele doelen taalbeschouwing worden het best verworven in samenhang met de activiteiten luisteren, spreken, lezen en schrijven. Dan is taalbeschouwing functioneel voor het taalgebruik. Leerlingen kunnen zelf allerlei meertalig taalmateriaal verzamelen en daarin zorgvuldig op zoek gaan naar regelmatigheden en eigenaardigheden. Ze kijken ook kritisch hoe anderen taal gebruiken en hen bijvoorbeeld overtuigen of beïnvloeden. 1 Bron: Gielen, S. & Ayse, I. (2015). Meertaligheid: een troef!, Abimo: Kalmthout 6 van 25 Team basisonderwijs

7 Je kunt ook putten uit bestaande materialen. Er bestaan behoorlijk wat materialen waarin je betekenisvolle taken voor meertalige taalbeschouwing kunt vinden: - De Smedt, H., Leon, H., Schrauwen, W. (2003). Meer dan één taalbeschouwing. Een lessenpakket over talen, meertaligheid en taaldiversiteit. Regionaal Integratiecentrum Foyer. Brussel. - Jonckheer, S, De Doncker, H., De Smedt, H. (2009). Talen op een kier. Talensensibilisering in het basisonderwijs. Regionaal Integratiecentrum Foyer. Brussel. - Gielen, S. & Ayse, I. (2015). Meertaligheid: een troef!, Abimo: Kalmthout - Project Talensensibilisering (Centrum voor Taal en Onderwijs). Je ziet een voorbeeld van een projectfiche hieronder: Team basisonderwijs 7 van 25

8 Naast vreemde talen kunnen ook taalvariëteiten en dialecten aanleiding geven tot interessante taalbeschouwelijke activiteiten. Hieronder zie je een voorbeeld uit Meertaligheid: een troef!. Ondersteuning door en interactie met de leerkracht Lessen taalbeschouwing zijn van een veel hogere kwaliteit als je er zelf plezier aan beleeft. De leerkracht moet zelf verwondering en bewondering kunnen opbrengen voor het taalgebruik in alle talen. Een leerkracht die deze attitudes bezit, zal op een spontane manier met de kinderen overleggen en onderhandelen over hoe een zin waarschijnlijk in elkaar steekt of wat de gelijkenis is tussen een woordvorm in een vreemd taal en in het Nederlands. Dat is de leukste vorm van taal- 8 van 25 Team basisonderwijs

9 beschouwing. Deze leerkracht zal ook samen met de kinderen nagaan hoe een woord of zin in een situatie werd gebruikt en daarbij de belangrijkste factoren van communicatie verhelderen. Kinderen krijgen daarbij veelvuldige kansen om zelf naar oplossingen te zoeken en hun eigen expertise (bijvoorbeeld als moedertaalspreker Turks of Frans) in te zetten. 3. Besluit Taalbeschouwingsonderwijs vertrekt vanuit concrete ervaringen van kinderen met taal. Dat geldt voor Nederlandstalige kinderen in een veeltalige leefwereld, maar ook voor meertalige kinderen die een schat aan ervaringen in verschillende talen hebben. Door gebruik te maken van meertalige ervaringen en bronnenmateriaal, kunnen leerkrachten taalbeschouwingsactiviteiten verrijken en wordt het zelfs makkelijker om bepaalde onderwerpen (zoals bijvoorbeeld woordvolgorde in een zin) in een motiverende context te bespreken. Het beschouwen van meerdere talen wordt als dusdanig een troef voor taalbeschouwing (Van den Branden, 2010). Bespreking specifieke vragen Bespreking vraag 15 IDP4 en vraag 74 IDP6: bijvoeglijk naamwoord Tb.10.1 Woorden herkennen die een zelfstandigheid aanduiden zoals een persoon, een ding, een dier, of een plant en daarbij de taalbeschouwelijke term zelfstandig naamwoord gebruiken. Tb.12.1 Woorden herkennen die een kenmerk van iemand of iets aanduiden en daarbij de term bijvoeglijk naamwoord gebruiken. Vraag 6: Tb.12.2 Nadenken over de plaats van een bijvoeglijk naamwoord in een woordgroep. Ic.3.3 Gelijkenissen en verschillen ontdekken tussen de eigen taal en vreemde talen. IDP4 Welk van de woorden is een bijvoeglijk naamwoord? Antwoord A. Belg. B. België. C. Belgen. D. Belgisch.(*) A. 14 % B. 11 % C. 19 % D. 54 % (X) GA 1 % Team basisonderwijs 9 van 25

10 IDP6 Als je weet dat wafels in het Frans gaufres zijn en dat fourrées gevulde betekent, wat past dan bij deze titels? GEVULDE HONINGWAFELS GEFÜLLTE HONIGWAFFELN GAUFRES FOURRÉES AU MIEL FILLED HONEY WAFFLES Antwoord A. Alleen in het Duits staat het bijvoeglijk naamwoord vóór het zelfstandig naamwoord. B. Alleen in het Engels staat het bijvoeglijk naamwoord vóór het zelfstandig naamwoord. C. Alleen in het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord na het zelfstandig naamwoord. D. Alleen in het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord na het zelfstandig naamwoord. A. 7 % B. 14 % C. 70 % (x) D. 9 % GA 0 % In 2014 wist 71% van de leerlingen in het vierde leerjaar dat rare (in de zin Tovenaars koken vaak in hun toverketel waarbij ze een heleboel rare ingrediënten gebruiken.) een bijvoeglijk naamwoord is. Die leerlingen weten dus dat rare een woord is dat een kenmerk van iemand of iets aanduidt. In 2015 weet 54% van de leerlingen in het vierde leerjaar dat Belgisch een bijvoeglijk naamwoord is. 19% van de leerlingen denkt dat Belgen een bijvoeglijk naamwoord is. Wellicht verwarren ze bijvoeglijk naamwoord met zelfstandig naamwoord. In de opgave staat geen zin waarin het woord wordt gebruikt. De kinderen moeten dus iets weten over de manier waarop een bijvoeglijk naamwoord wordt gevormd, want ze kunnen niets afleidden uit de plaats van het woord in de zin. Dit blijkt niet eenvoudig te zijn voor leerlingen in het vierde leerjaar. In 2015 ontdekt 70% van de leerlingen dat in het Frans het bijvoeglijk naamwoord na het zelfstandig naamwoord staat. Dat is niet zo in het Engels en in het Duits. In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord meestal voor een zelfstandig naamwoord. Voor een Nederlandstalige is het dus meestal evident waar het bijvoeglijk naamwoord staat. Voor een anderstalige kan dit een probleem zijn. Achtergrond, doelen, leerlijnen bij bijvoeglijk naamwoord: denkstof voor het team Wat is een bijvoeglijk naamwoord? Het is een woord dat een eigenschap of een hoedanigheid van een zelfstandigheid aangeeft. Het kan meestal worden verbogen en heeft trappen van vergelijking. Het bijvoeglijk naamwoord kan verschillende functies hebben: Team basisonderwijs 10 van 25

11 - bijvoeglijke bepaling, bijvoorbeeld hoge huizen - naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde, bijvoorbeeld jo is ziek - bepaling van gesteldheid, bijvoorbeeld ik verf de deur groen - bijwoordelijk bepaling, bijvoorbeeld het meisje spreekt hard (bijwoord) Voorbeeld: het bijvoeglijk naamwoord uitgelegd aan kinderen van het derde leerjaar (Tijd voor Taal, Van In) Team basisonderwijs 11 van 25

12 Doelen i.v.m. bijvoeglijk naamwoord 3 Tb.12 Tb.12.1 Tb.12.2 Tb.12.3 De leerlingen kunnen op hun niveau nadenken over bijvoeglijke naamwoorden en daarbij taalbeschouwelijke termen gebruiken. Woorden herkennen die een kenmerk van iemand of iets aanduiden en daarbij de term bijvoeglijk naamwoord gebruiken. Nadenken over de plaats van het bijvoeglijk naamwoord in een woordgroep. Nadenken over het gebruik en de vorming van de trappen van vergelijking. Toelichting We hebben niet enkel woorden nodig om dingen te benoemen, maar we zeggen ook soms hoe ze zijn. In Ik heb een lekker pizza gegeten wil de spreker zeggen waarom hij zich zo goed voelt of wil hij een tip geven voor een vriend: het was geen gewone pizza. Voor een Nederlandstalige is het meestal evident waar het bijvoeglijk naamwoord staat. Voor een anderstalige kan dat een probleem zijn. Als de leerlingen Frans leren, kunnen ze zelf de verschillen ervaren tussen een vriendelijke leraar en un professeur gentil. We vergelijken graag. We doen dat vaak in drie trappen, ook in andere talen. We vinden iets mooi, iets anders mooier en iets anders het mooist. Die trappen maken we door: - Er een uitgang aan toe te voegen: leuk, leuker, leukst; - Er een woord aan toe te voegen: meer, het meest ; - Verschillende woorden te gebruiken: goed, beter, best. 3 Bron: Doel in zicht (materiaal bij nascholing leerplan taalbeschouwing) Team basisonderwijs 12 van 25

13 Voorbeeld: activiteit bij doel Tb12.1 en TB12.2 (Bron: Team basisonderwijs 13 van 25

14 Leerlijn bijvoeglijk naamwoord 4 Voorbeeld: nadenken over de trappen van vergelijking aan de hand van cartoons, verhalen, grapjes (Bron: 4 Bron: leerplan taalbeschouwing 14 van 25 Team basisonderwijs

15 Voorbeeld reflectie na een taalbeschouwelijke activiteit over bijvoeglijke naamwoorden in het vijfde leerjaar (De Taalbende, Pantyn) Andere aandachtspunten: zelfstandige naamwoorden en woordsoorten in concrete contexten Naast moeilijkheden met het bijvoeglijk naamwoord, merken we ook op dat heel wat kinderen in het zesde leerjaar niet weten wat een samenstelling is (11%, zie vraag 73) en onvoldoende kennis hebben van verschillende woordsoorten zoals eigennaam (27%, zie vraag 76). Zeker het toepassen in concrete contexten lijkt moeilijk. Toch zou taalbeschouwing, zoals we al eerder aanhaalden, vooral in concrete contexten een plaats kunnen en moeten krijgen. Suggesties (naar Van de Branden, 2010): - Werk inductief: Geef kinderen volop ruimte om zelf na te denken hoe het taalsysteem in elkaar zit. - Hou het speels en plezierig. - Houd in het achterhoofd dat taalbeschouwing cyclisch is: vaak herhalen in steeds verschillende contexten is de boodschap. - Grijp het moment: Uitgewerkte lessen alleen zijn niet voldoende. Vaak dienen zich in niettaalactiviteiten mooie taalbeschouwingsmomenten aan. Vaak gaat het om een korte halte middenin een activiteit Team basisonderwijs 15 van 25

16 Bespreking vraag 19 IDP4 en vraag 77 IDP6 : onderwerp en persoonsvorm Tb.14.6 Het onderwerp in een zin aanduiden en daarbij de term onderwerp gebruiken. Tb.13.6 Nadenken over de vorm van het werkwoord die bepaald wordt door de overeenkomst in persoon en getal met het onderwerp, die herkennen en daarbij de termen persoonsvorm, enkelvoud en meervoud gebruiken. IDP4 Wat is het onderwerp in deze zin? Antwoord Belgen zijn verzot op mosselen met frieten en biefstuk-frieten met mayonaise. Belgen Goed 59 % Fout 41 % GA 1 % IDP6 Hoe noemen we zijn in de zin: Gevulde honingwafels zijn heerlijk bij de koffie en thee,? Antwoord A. De infinitief. B. De persoonsvorm. C. De stam. D. Het onderwerp. A. 14 % B. 71 % (x) C. 4 % D. 10 % GA 1 % In 2014 konden 68% van de kinderen in het vierde leerjaar de persoonsvorm in een eenvoudige zin herkennen. We gaven toen al aan dat het belangrijk is om tot in het zesde leerjaar te blijven inzetten op het verhelderen van het verschil tussen onderwerp en persoonsvorm. In 2015 kunnen 58% van de kinderen in het vierde leerjaar het onderwerp in een zin herkennen. Dit percentage is lager dan het herkennen van de persoonsvorm in 2014, maar de zin is ook iets complexer Team basisonderwijs 16 van 25

17 In 2015 zien we dat 71% van de leerlingen in het zesde leerjaar in staat is om de persoonsvorm aan te duiden in een vrij eenvoudige zin. 10% van de leerlingen kent nog steeds niet het verschil tussen onderwerp en persoonsvorm. 14% van de kinderen in het zesde leerjaar verwart de persoonsvorm met de infinitief. Dit is niet onlogisch aangezien de vervoegde vorm dezelfde verschijningsvorm heeft als de infinitief. Toch is het belangrijk dat leerlingen weten wat een infinitief is aangezien dit een rol speelt bij werkwoordspelling. Leerkrachten doen er dan ook goed aan dit verschil aan kinderen duidelijk te maken. Suggesties: - Oefen vanaf de kleuterklas in het stellen van goede vragen. - Laat leerlingen vanaf het eerste leerjaar ervaren dat vragende en mededelende zinnen bestaan. - Reflecteer in het derde en vierde leerjaar vaak over onderwerp en persoonsvorm tijdens het schrijven in functie van de juiste schrijfwijze van het werkwoord. - Reviseer schrijfproducten en gebruik zinnen eruit om zinsbouwonderwijs te geven. - Gebruik vanaf eind vierde leerjaar een stappenplan of schema bij het nadenken over zinnen. - Doe vanaf het vierde leerjaar motiverende en relevante oefeningen i.v.m. werkwoorden. Je vindt heel wat voorbeelden bij commentaren en suggesties taalbeschouwing Maak in het vijfde en zesde leerjaar gebruik van de lessen Frans om persoonsvorm en onderwerp te benaderen vanuit de vergelijking tussen beide talen. - Doe aan meertalige taalbeschouwing (zie algemeen commentaar bij IDP6) Team basisonderwijs 17 van 25

18 Voorbeelden bij de suggesties (uit commentaren en suggesties van voorbij jaren) Goede vragen stellen Om vanaf het derde/vierde leerjaar een ja-neevraag te maken, zet je vanaf de kleuterklas in op het stellen van goede vragen. Daarvoor vind je doelen in het leerplan Luisteren & Spreken. Leerlingen moeten vragen leren stellen. - Taalhandelingen ontwikkelen: vragen stellen die de gewenste of ontbrekende informatie leveren (S.1.21), - Taalhandelingen ontwikkelen: vragen kunnen en durven stellen aan de leerkracht (S.1.23), - Taalhandelingen ontwikkelen: vragen stellen bij een behandeld onderwerp, die begrepen en beantwoord kunnen worden door leeftijdgenoten (S.1.24). Kinderen ervaren dat sommige vragen zeer gesloten antwoorden geven. Bv. Om hoe laat komt je mama je halen? Ga je morgen mee zwemmen? Die laatste brengen we onder de aandacht als een vraag waarop het antwoord ja of nee kan zijn. Andere vragen leveren meer informatie op. Bv. Hoe heb je dit aangepakt? Waarom is je vriendje zo boos? Die vragen beginnen vaak met waarom, waardoor, hoe, waarmee, op welke wijze Voorbeeld oefening vragende en mededelende zin Team basisonderwijs 18 van 25

19 Team basisonderwijs 19 van 25

20 Stappenplan nadenken over zinnen 20 van 25 Team basisonderwijs

21 Schema nadenken over zinnen Team basisonderwijs 21 van 25

22 Voorbeeld revisie schrijfproduct Schrijfproduct van een leerling: Nooit meer pesten!!! Zelf ben ik een aantal jaren gepest gepest, de laatste jaren werd ik alleen nog een beetje geplaagd maar dat vond ik niet zo erg. Bij ons in op de basisschool waren er meer kinderen die gepest werden en ik begrijp wel dat die kinderen dat ook niet echt leuk vonden. Maar het nieuwe systeem in een Engelse school vind ik wel goed, Daar pikken ze van een hele school een tiental leerlingen uit om die kinderen op te lijden tot bemiddelaars, die moeten er voor zorgen als er een ruzie is om die op te lossen. Ze leren bijvoorbeeld neutraal te zijn dus geen partij kiezen en hoe ze een misverstand kunnen uitpraten. Of nog beter misverstanden en ruzies te voorkomen. Daar zouden ze meer geld aan moeten uitgeven ook in Nederland, want het pesten kan gevolgen hebben voor later. Ik vind het tof om te zien hoe die Engelse kinderen het pesten willen verminderen door met zowel de pestkop als met het slachtoffer te gaan praten, ze laten dan zien hoe ze een conflict zonder schelden of slaan kunnen oplossen. Als iedereen dat zou doen was de wereld een betere plaats. Maar ja dat is nu eenmaal niet zo. Daarom zou ik het goed vinden om dat project wereldwijd te verspreiden. Maar daar heeft natuurlijk niet elk land geld voor. 22 van 25 Team basisonderwijs

23 Opdrachten bij schrijfproduct Nooit meer pesten Team basisonderwijs 23 van 25

24 24 van 25 Team basisonderwijs

25 Bronnen: De Smedt, H., Leon, H., Schrauwen, W. (2003). Meer dan één taalbeschouwing. Een lessenpakket over talen, meertaligheid en taaldiversiteit. Regionaal Integratiecentrum Foyer. Brussel. Devlieger, M., Frijns, C., Sierens, S., en Van Gorp, K., Is die taal van ver of van hier? Wegwijs in talensensibilisering van kleuters tot adolescenten, 2012 ( Jonckheer, S, De Doncker, H., De Smedt, H. (2009). Talen op een kier. Talensensibilisering in het basisonderwijs. Regionaal Integratiecentrum Foyer. Brussel. Gielen, S. & Ayse, I. (2015). Meertaligheid: een troef!, Abimo: Kalmthout Leerplan taalbeschouwing, DOKO, Brussel, Van den Branden, K., Handboek taalbeleid basisonderwijs, Project Talensensibilisering (Centrum voor Taal en Onderwijs) Team basisonderwijs 25 van 25

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde

Nadere informatie

Eindtermen Nederlands lager onderwijs

Eindtermen Nederlands lager onderwijs Eindtermen Nederlands lager onderwijs Bron: www.ond.vlaanderen.be/dvo 1 Luisteren De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = beschrijven) de informatie achterhalen in: 1.1 een voor hen bestemde mededeling

Nadere informatie

Hoe help je meertalige kinderen bij het leren van een tweede taal? Tips voor leerkrachten

Hoe help je meertalige kinderen bij het leren van een tweede taal? Tips voor leerkrachten Hoe help je meertalige kinderen bij het leren van een tweede taal? Tips voor leerkrachten Enkele tips 1. Goed begonnen is half gewonnen! Zorg van bij het begin voor een zo open en positief mogelijke klassfeer

Nadere informatie

Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties

Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties Ronde 3 Joost Hillewaere Eekhoutcentrum Contact: joost.hillewaere@kuleuven-kulak.be Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties 1. Inleiding Waarom leren kinderen taal op school? Taal heeft

Nadere informatie

3 LEERPLANDOELEN. De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing:

3 LEERPLANDOELEN. De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing: 3 LEERPLANDOELEN De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing: Een kind wil, durft en kan op zijn niveau nadenken over aspecten van het taalgebruik en het taalsysteem door taalverschijnselen

Nadere informatie

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Respecteer de stille periode van kinderen. Geef kinderen die het nodig hebben, meer tijd om een luisteropdracht

Nadere informatie

Overzicht bereikte eindtermen eerste graad met aanvullende leermethode Taalboost 1

Overzicht bereikte eindtermen eerste graad met aanvullende leermethode Taalboost 1 Overzicht bereikte eindtermen eerste graad met aanvullende leermethode Taalboost 1 De geel gemarkeerde eindtermen worden met de methode en mits didactisch ernaar handelen gerealiseerd. 1. Luisteren De

Nadere informatie

Waarom? Doel. Verloop 26/02/2015. Talensensibilisering in de kleuterklas TALENSENSIBILISERING IN DE KLEUTERKLAS

Waarom? Doel. Verloop 26/02/2015. Talensensibilisering in de kleuterklas TALENSENSIBILISERING IN DE KLEUTERKLAS TALENSENSIBILISERING IN DE KLEUTERKLAS Begeleidingsprogramma voor kleuterleerkrachten en ouders van meertalige kinderen Ellen Vandewalle 26-02-2015 http://www.tolkinfo.nl/tolk2.php Waarom? Waarom? Doel

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Leerplan Nederlands Taalbeschouwing

Leerplan Nederlands Taalbeschouwing Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1 1040 BRUSSEL Leerplan Nederlands Taalbeschouwing Ingediend door het Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs (VVKBaO) VSKO. Dit deel

Nadere informatie

Hoe met leerlingen uit de tweede graad (secundair onderwijs) reflecteren op taal?

Hoe met leerlingen uit de tweede graad (secundair onderwijs) reflecteren op taal? Ronde 2 Ulrik De Roover College Paters Jozefieten, Melle Contact: ulrikderoover@gmail.com Hoe met leerlingen uit de tweede graad (secundair onderwijs) reflecteren op taal? 1. Inleiding en situering Even

Nadere informatie

Onderwijskundige doelen

Onderwijskundige doelen Onderwijskundige doelen Het materiaal van Dit Ben Ik in Brussel beoogt vooral het positief omgaan met diversiteit. Daarom is het ook logisch dat heel wat doelen van het Gelijke Onderwijskansenbeleid aan

Nadere informatie

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Geef de leerlingen de kans om spontaan te vertellen over iets dat ze leuk vinden en laat andere kinderen

Nadere informatie

Ik zeg mummi en vaari. Hoe zeg jij oma en opa? Een project rond talensensibilisering in de school Rozenberg

Ik zeg mummi en vaari. Hoe zeg jij oma en opa? Een project rond talensensibilisering in de school Rozenberg Ronde 1 Jo Knaeps & Greet Van Mello VVKBaO Contact: Jo.knaeps@vsko.be greet.vanmello@vsko.be Ik zeg mummi en vaari. Hoe zeg jij oma en opa? Een project rond talensensibilisering in de school Rozenberg

Nadere informatie

EINDTERMENTABEL OVERZICHT. Flos en Bros werkboekjes. x x. x x x x x. x x x. Werkboekje blz e Leerjaar 6 e Leerjaar

EINDTERMENTABEL OVERZICHT. Flos en Bros werkboekjes. x x. x x x x x. x x x. Werkboekje blz e Leerjaar 6 e Leerjaar 5 e Leerjaar 6 e Leerjaar EINDTERMENTABEL OVERZICHT Flos en Bros werkboekjes Tandenmuzeum De mondgazt Dagboek v/e tandenborstel Gezonde start in de mond - Suiker Verzin een supersmoes Tanden de wereld

Nadere informatie

MEERTALIGHEID: EEN TROEF! MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016

MEERTALIGHEID: EEN TROEF! MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016 MEERTALIGHEID: EEN TROEF! { MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016 Oefening: mijn gevoelens over taal! Wat roept een bepaalde taal bij jou op? Welke invloed heeft ze op jou? Hecht je er een emotionele

Nadere informatie

Positief omgaan met meertaligheid in het basisonderwijs en in de buitenschoolse opvang

Positief omgaan met meertaligheid in het basisonderwijs en in de buitenschoolse opvang Ronde 4 Ayse Isçi Onderwijscentrum, Gent Contact: ayse.isci@gent.be Positief omgaan met meertaligheid in het basisonderwijs en in de buitenschoolse opvang Meertaligheid in het onderwijs en in de opvang

Nadere informatie

Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs anno 2010

Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs anno 2010 VIERENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS Ronde 6 Bart Masquillier VVKBaO Contact: bart.masquillier@vsko.be Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs

Nadere informatie

FRANS. Personeelsvergadering 31 mei 2011. mogen moeten. taalregeling. Talenbeleidsnota 3220 FRANS 1

FRANS. Personeelsvergadering 31 mei 2011. mogen moeten. taalregeling. Talenbeleidsnota 3220 FRANS 1 FRANS Personeelsvergadering 31 mei 2011 1 taalregeling 1963 LP 1972 LP 1998 LP 2004 2007 LP 2010 2008 2009 Talenbeleidsnota mogen moeten 3220 FRANS 1 De geschiedenis van het leerplan Frans 1963 : De taalgrens

Nadere informatie

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING BASISONDERWIJS

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING BASISONDERWIJS VEILIG KLASKLIMAAT KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING BASISONDERWIJS Klasinrichting/ klasopstelling 1. Ik zorg ervoor dat de thuiscultuur en de thuistaal zichtbaar aanwezig zijn in de

Nadere informatie

ID bijdrage: Logo talenwebsite: wel niet

ID bijdrage: Logo talenwebsite: wel niet ID bijdrage: 15501 Logo talenwebsite: wel niet Indien je uitgaat van gevoelig maken voor talen en op een positieve manier omgaan met een diversiteit aan talen als invulling van talensensibilisering kan

Nadere informatie

18/09/2013 TALENSENSIBILISERING ZEGT EEN POOLSEKOE OOK BOE? Iris Philips Europese dag van de talen 27 september 2013.

18/09/2013 TALENSENSIBILISERING ZEGT EEN POOLSEKOE OOK BOE? Iris Philips Europese dag van de talen 27 september 2013. TALENSENSIBILISERING ZEGT EEN POOLSEKOE OOK BOE? Iris Philips Europese dag van de talen 27 september 2013 Een half uurtje Coach van een implementatietraject door Centrum voor Taal en Onderwijs (KU Leuven)

Nadere informatie

Taalbeschouwing: spelen om te ontdekken hoe taal in elkaar zit

Taalbeschouwing: spelen om te ontdekken hoe taal in elkaar zit Ronde 3 Hilde Van den Bossche KaHo Sint-Lieven, campus Waas Contact: Hilde.vandenbossche@kahosl.be Taalbeschouwing: spelen om te ontdekken hoe taal in elkaar zit Binnen het onderwijs is de roep om inductief

Nadere informatie

INTERDIOCESANE PROEVEN

INTERDIOCESANE PROEVEN INTERDIOCESANE PROEVEN 25-26 Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1, 14 Brussel Ges. Vrije Basisschool (Gemengd) straat 4 1 Brussel 1 VVKBaO, 26 Deze brochure is een intern document.

Nadere informatie

Wat stelt de doorlichting vast? Enkele voorbeelden:

Wat stelt de doorlichting vast? Enkele voorbeelden: Werken aan leerlijnen De nieuwe leerplannen zijn nu van kracht in het basisonderwijs, in de eerste en de tweede graad. Dit is een geschikt moment om leerlijnen opnieuw te bekijken of uit te werken. Wat

Nadere informatie

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Cor Aarnoutse Wat doe je met kinderen die moeite hebben met begrijpend lezen? In dit artikel zullen we antwoord geven op deze vraag. Voor meer informatie verwijzen

Nadere informatie

Commentaar en suggesties bij IDP6 en IDP4 Nederlands 2012 Taalbeschouwing

Commentaar en suggesties bij IDP6 en IDP4 Nederlands 2012 Taalbeschouwing Commentaar en suggesties bij IDP6 en IDP4 Nederlands 2012 Taalbeschouwing Bart Masquillier pedagogisch begeleider VVKBaO Werkgroep IDP Nederlands Het thema van 2012 was Uitvinders. Bij de taalbeschouwingsproef

Nadere informatie

Actualisering leerplan eerste graad - Deel getallenleer: vraagstukken Bijlage p. 1. Bijlagen

Actualisering leerplan eerste graad - Deel getallenleer: vraagstukken Bijlage p. 1. Bijlagen Bijlage p. 1 Bijlagen Bijlage p. 2 Bijlage 1 Domeinoverschrijdende doelen - Leerplan BaO (p. 83-85) 5.2 Doelen en leerinhouden 5.2.1 Wiskundige problemen leren oplossen DO1 Een algemene strategie voor

Nadere informatie

De plaats van thuistalen

De plaats van thuistalen De plaats van thuistalen en andere taalvarianten in de klas en op onze school Kinderen leren het best in de taal waarmee ze opstaan en gaan slapen. Met andere woorden: in hun thuistaal/moedertaal. Dit

Nadere informatie

INTERDIOCESANE PROEVEN

INTERDIOCESANE PROEVEN Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel INTERDIOCESANE PROEVEN 2012-2013 Ges. Vrije Basisschool (Gemengd) Savaanstraat 118 9000 Gent 6e leerjaar 1 VVKBaO, 2013 Deze

Nadere informatie

EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010

EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010 EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum Derde graad LO A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010 Lichamelijke opvoeding Motorische competenties 1.1 De motorische basisbewegingen

Nadere informatie

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - - Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills 21st Century Skill Jouw talent Vaardigheden Gedragsindicatoren J L Ik weet wat ik wil Ik weet wat ik kan Ik ga na waarom iets mij interesseert

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2. Werkwoordspelling op maat Werkwoordspelling op maat besteedt aandacht aan het hele algoritme van de spelling van regelmatige werkwoorden en ook aan de verleden tijd van onregelmatige werkwoorden. Doelgroepen

Nadere informatie

De kinderen zijn bereid om te reflecteren over taal en over taalgebruik. De kinderen kunnen verschillende vormen van rollen uitvoeren.

De kinderen zijn bereid om te reflecteren over taal en over taalgebruik. De kinderen kunnen verschillende vormen van rollen uitvoeren. Deze workshopfiche geeft begeleiders de kans om meer te halen uit de spelletjes van. We geven enkele tips om talensensibiliserend aan de slag te gaan en thuis- en andere talen maximaal aan te spreken.

Nadere informatie

Krachtig, positief en ontwikkelingsgericht evalueren in het lager onderwijs. Werkinstrumenten. Anders evalueren in wiskunde en Frans

Krachtig, positief en ontwikkelingsgericht evalueren in het lager onderwijs. Werkinstrumenten. Anders evalueren in wiskunde en Frans Krachtig, positief en ontwikkelingsgericht evalueren in het lager onderwijs Werkinstrumenten Anders evalueren in wiskunde en Frans Centrum voor ervaringsgericht onderwijs Schapenstraat 34 3000 Leuven joost.maes@ppw.kuleuven.be

Nadere informatie

Verder gestalte geven aan het taalbeleidsplan

Verder gestalte geven aan het taalbeleidsplan Verder gestalte geven aan het taalbeleidsplan De lat hoog voor talen in iedere school Goed voor de sterken, sterk voor de zwakken Inhoud THEORETISCH KADER Definitie Doelen Bronnen voor het bepalen van

Nadere informatie

Een nieuwkomer onder de toetsen

Een nieuwkomer onder de toetsen Een nieuwkomer onder de toetsen Ricardo is een anderstalige nieuwkomer die in september op school is aangekomen. Hij kwam recht uit Colombia, sprak enkel Spaans, maar bleek al snel een vrij pientere leerling

Nadere informatie

Lesidee: niet stunten op straat

Lesidee: niet stunten op straat Lesidee: niet stunten op straat AFSPRAAK IN HET VERKEER(KLASGESPREK) Je in groep verplaatsen heeft heel wat voordelen. Laat de leerlingen nadenken over verschillende manieren van verplaatsing (te voet,

Nadere informatie

Lokaliseren situeren van plaatsen op een landkaart (in een beperkt of ruim kader).

Lokaliseren situeren van plaatsen op een landkaart (in een beperkt of ruim kader). De volgende vakken komen aan bod Aardrijkskunde Maatschappelijke vorming (MAVO) Nederlands Godsdienst Niet-conventionele zedenleer LEERDOELSTELLINGEN LESFICHE C Door aan de slag te gaan met lesfiche C

Nadere informatie

PAD informatie voor ouders

PAD informatie voor ouders PAD informatie voor ouders De Kiem Roelofarendsveen, januari 2015 Beste ouders/verzorgers, Hierbij willen we u graag informeren over het PAD leerplan, dat bij ons op de Kiem gebruikt wordt om het sociaal

Nadere informatie

Inleiding 8 DEEL Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben.

Inleiding 8 DEEL Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben. INHOUD Inleiding 8 DEEL 1 13 Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben. Les 2 - Wie is het? 19 A1 - Ik kan de persoonsnamen gebruiken.

Nadere informatie

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Taalstimulering voor kinderen en volwassenen Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Enkele stellingen Taalontwikkeling 1. Voortalige fase: van 0 tot 1 jaar 2. Vroegtalige fase: van 1 tot 2,5 jaar Eentalige

Nadere informatie

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL Type 1: De Docent Ik weet perfect waar ik mee bezig ben. Met mijn strakke planning zien we alle vooropgestelde leerstof, met tijd voor een herhalingsles voor elke grote toets. Er zijn duidelijke afspraken

Nadere informatie

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN Mijn muzisch enthousiasme Mijn muzische durf en creativiteit Mijn relatie met en begrip van de kunsttalen Mijn muzische expressie

Nadere informatie

Talenposters. Doel. Tijd. Hoe. Stap 1 MAAK JE SILHOUET

Talenposters. Doel. Tijd. Hoe. Stap 1 MAAK JE SILHOUET Talenposters Leerlingen staan doorgaans niet zo bewust stil bij de talige bagage waarover ze beschikken of dat ze betekenissen geven aan diverse talen. Met deze activiteit zetten we hen aan het denken

Nadere informatie

Help! Mijn cursisten spreken geen Nederlands buiten de klas.

Help! Mijn cursisten spreken geen Nederlands buiten de klas. Help! Mijn cursisten spreken geen Nederlands buiten de klas. De laatste tijd is het buitenschools leren en het buitenschoolse opdrachten geven een beetje uit het zicht geraakt. De focus ligt nu op examentraining,

Nadere informatie

Klasrapport IDP

Klasrapport IDP Dienst Curriculum & vorming Guimardstraat 1-1040 BRUSSEL +32 2 507 06 01 www.katholiekonderwijs.vlaanderen Basisschool Toermalijn Lichtaartseweg 129 2250 Olen klas 6A Katholiek Onderwijs Vlaanderen, 2016

Nadere informatie

Summerschool. Graad 1 Leerjaar 1

Summerschool. Graad 1 Leerjaar 1 Summerschool Graad 1 Leerjaar 1 Een traject afleggen START werkwoord beeld verhaal Routeplanner De Laatste Ronde KNOOPPUNTEN 1. Literatuur en leesstops 2. Taal, taalsysteem en taalgebruik 3. Vaardigheden

Nadere informatie

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 In het leven van alle dag speelt Wetenschap en Techniek (W&T) een grote rol. We staan er vaak maar weinig bij stil, maar zonder de vele uitvindingen in de wereld van

Nadere informatie

Nieuwsbrief 3 De Vreedzame School

Nieuwsbrief 3 De Vreedzame School Nieuwsbrief 3 De Vreedzame School Blok 3 Blok 3: We hebben oor voor elkaar Blok 3: Algemeen: In dit blok stimuleren we de kinderen om oor voor elkaar te hebben. De lessen gaan over communicatie, over praten

Nadere informatie

Het kameleongedicht Spreektechnische oefeningen

Het kameleongedicht Spreektechnische oefeningen Les 3.1 Het kameleongedicht Spreektechnische oefeningen 1 De kinderen kunnen in functie van de spreektaak hun voorkennis activeren. 2 De kinderen kunnen zich in duidelijk herkenbare rollen en situaties

Nadere informatie

Taalbeschouwing: een doorlopende leerlijn basisonderwijs eerste graad secundair onderwijs A-stroom

Taalbeschouwing: een doorlopende leerlijn basisonderwijs eerste graad secundair onderwijs A-stroom Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2011-047 datum : 2011-06-17 gewijzigd : contact : Dienst Leren en Onderwijzen, dlo.vvkso@vsko.be

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

Geef een. Over rapportgesprekken en eigenaarschap

Geef een. Over rapportgesprekken en eigenaarschap Over rapportgesprekken en eigenaarschap Geef een Het is voor een kind heel fijn om te weten waar het staat, hoe het daar gekomen is, waar het naartoe gaat werken én hoe het daar kan komen. Renée van Eijk

Nadere informatie

Deze les voor Saved by the bell (lager onderwijs) voldoet aan meerdere eindtermen. Een aantal eindtermen zijn gebundeld in onderstaande lijst.

Deze les voor Saved by the bell (lager onderwijs) voldoet aan meerdere eindtermen. Een aantal eindtermen zijn gebundeld in onderstaande lijst. Eindtermen Deze les voor Saved by the bell (lager onderwijs) voldoet aan meerdere eindtermen. Een aantal eindtermen zijn gebundeld in onderstaande lijst. Op de volgende bladzijden hebben we ook enkele

Nadere informatie

3 LEERPLANDOELEN. De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding:

3 LEERPLANDOELEN. De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding: 3 LEERPLANDOELEN Algemeen streefdoel De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding: De leerlingen kunnen op een behendige, zelfredzame en kritische manier participeren

Nadere informatie

Leerplan VVKBaO. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

Leerplan VVKBaO. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen 2014 2015 Leerplan VVKBaO Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen THOMAS MORE KEMPEN VORSELAAR INHOUDSOPGAVE 1 Wereldoriëntatie...

Nadere informatie

AABOD VORMING

AABOD VORMING NIEUWE SESSIES muzische vorming frans zorg ict AABOD VORMING 2009-2010 NIEUW AANBOD BASISSCHOOL!! CREATIEVE MUZISCHE VORMING!!! WIJ SPREKEN FRANS!!!! WERKEN MET FRANSE VERTELBOEKEN!! CREATIVITEIT IN FORMEEL!

Nadere informatie

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL Contactgegevens Tseard Veenstra t.veenstra@cps.nl 06 55168626 Is spellingonderwijs nog relevant als we met behulp

Nadere informatie

Reflectieverslag. Materiaal zie Validiv Bagage (Lager: p. 61-98 ; Kleuter: p. 50-87). In bruine kast leraarskamer. Waar te vinden Activiteit

Reflectieverslag. Materiaal zie Validiv Bagage (Lager: p. 61-98 ; Kleuter: p. 50-87). In bruine kast leraarskamer. Waar te vinden Activiteit Reflectieverslag Materiaal zie Validiv Bagage (Lager: p. 61-98 ; Kleuter: p. 50-87). In bruine kast leraarskamer Waar te vinden Activiteit Doel Deze activiteiten eventueel linken met gedichtendag/poëzieweek

Nadere informatie

Schoolrapport IDP

Schoolrapport IDP Dienst Curriculum & vorming Guimardstraat 1-1040 BRUSSEL +32 2 507 06 01 www.katholiekonderwijs.vlaanderen Basisschool Toermalijn Lichtaartseweg 129 2250 Olen 6e leerjaar Katholiek Onderwijs Vlaanderen,

Nadere informatie

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er

Nadere informatie

Voorlezen aan meertalige kinderen

Voorlezen aan meertalige kinderen TIPS Voorlezen aan meertalige kinderen Caroline Boudry, VBJK ONDERWIJSCENTRUM GENT DE VOORDELEN VAN VOORLEZEN In deze folder vind je als voorlezer tips die je kunt gebruiken bij het voorlezen aan (meertalige)

Nadere informatie

Uitwerking kerndoel 10 Nederlandse taal

Uitwerking kerndoel 10 Nederlandse taal Uitwerking kerndoel 10 Nederlandse taal Tussendoelen en leerlijnen Nederlandse taal Primair onderwijs In samenwerking met het expertisecentrum Nederlands Enschede, 1 juni 2006 Nederlands kerndoel 10 Stichting

Nadere informatie

Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid. 1. Tussendoelen lees- en schrijfmotivatie. 2. Tussendoelen technisch lezen

Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid. 1. Tussendoelen lees- en schrijfmotivatie. 2. Tussendoelen technisch lezen Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid Bron: Aarnoutse, C. & Verhoeven, L. (red.), Zandt, R. van het, Biemond, H.(in voorbereiding). Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid. Een leerlijn voor groep 4 tot

Nadere informatie

Zin in goed onderwijs Frans! Doelen. Even kennismaken 27/10/ Visie op goed taalonderwijs Frans kennen

Zin in goed onderwijs Frans! Doelen. Even kennismaken 27/10/ Visie op goed taalonderwijs Frans kennen Zin in goed onderwijs Frans! Talige grondhouding Mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid Frans Mia Vanden Waeyenbergh Pedagogisch begeleider Frans, CLIL en coördinatie MVT 1. Visie op goed taalonderwijs

Nadere informatie

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs kennisnet.nl Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs Op de volgende pagina s treft u het beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs. Het instrument is ingedeeld in acht

Nadere informatie

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Praat in één-woordzinnen ( bal? betekent bijvoorbeeld: ik wil de bal hebben). 2. Kent de betekenis van ongeveer 70 3. Kan woorden

Nadere informatie

Klasrapport IDP

Klasrapport IDP Dienst Curriculum & vorming Guimardstraat 1-1040 BRUSSEL +32 2 507 06 01 www.katholiekonderwijs.vlaanderen Vrije Basisschool klas 6A Katholiek Onderwijs Vlaanderen, 2017 Deze brochure is een intern document.

Nadere informatie

Samengevat door Lieve D Helft ICT-coördinator Scholengemeenschap InterEssen

Samengevat door Lieve D Helft ICT-coördinator Scholengemeenschap InterEssen Samengevat door ICT-coördinator Scholengemeenschap InterEssen Eindtermen ICT Vanaf het schooljaar 2007-2008 zijn er eindtermen voor ICT in het lager onderwijs, dus zal men ICT meer en meer moeten integreren

Nadere informatie

Druk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook.

Druk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook. Praten over boeken Kaartjes van iden hambers Handleiding bij onderstaande kaartjes: llereerst treft u een aantal pagina s aan met kaartjes met vragen. Deze zijn per categorie ingedeeld. -vragen: Eerste

Nadere informatie

Item 1: Ik vind onze school leuk. Item 2: Ik voel me goed in de klas.

Item 1: Ik vind onze school leuk. Item 2: Ik voel me goed in de klas. 3. Leerlingbevraging bij de bovenbouw Aan deze bevraging hebben 36 en 50 van het vierde, vijfde en zesde leerjaar deelgenomen. De leerlingen kregen een lijst met 30 items die ze moesten beoordelen als

Nadere informatie

DOELSTELLINGEN BUURT IN ZICHT

DOELSTELLINGEN BUURT IN ZICHT DOELSTELLINGEN BUURT IN ZICHT GEKOPPELD AAN DE EINDTERMEN 3 DE GRAAD BASISONDERWIJS Voor het bepalen van de doelstellingen hebben we ons gebaseerd op de eindtermen basisonderwijs. De volgende doelstellingen

Nadere informatie

Nederlandse taalbeschouwing als ondersteuning voor het vreemdetalenonderwijs? Elena Lievens workshop studiedag Taal en Tekst, ENW AUGent, 6/11/2013

Nederlandse taalbeschouwing als ondersteuning voor het vreemdetalenonderwijs? Elena Lievens workshop studiedag Taal en Tekst, ENW AUGent, 6/11/2013 Nederlandse taalbeschouwing als ondersteuning voor het vreemdetalenonderwijs? Elena Lievens workshop studiedag Taal en Tekst, ENW AUGent, 6/11/2013 Gewijzigde eindtermen Taalprof Peter-Arno Coppen van

Nadere informatie

Sessie 1.1 Scholing i.v.m. taalinitiatie het vroeg leren van talen

Sessie 1.1 Scholing i.v.m. taalinitiatie het vroeg leren van talen Sessie 1.1 Scholing i.v.m. taalinitiatie het vroeg leren van talen Liesbeth Martens liesbeth.martens@ucll.be Korte kennismaking Op het menu in deze sessie Op het menu Opmerking vooraf Vroeg vreemdetaalonderwijs:

Nadere informatie

Hoe ver is de lat voor taal opgeschoven? Stand van zaken talenbeleid basis- en secundair onderwijs Bijlage bij persbericht 16/12/2008

Hoe ver is de lat voor taal opgeschoven? Stand van zaken talenbeleid basis- en secundair onderwijs Bijlage bij persbericht 16/12/2008 Hoe ver is de lat voor taal opgeschoven? Stand van zaken talenbeleid basis- en secundair onderwijs Bijlage bij persbericht 16/12/28 Met de talenbeleidsnota De lat hoog voor talen. Goed voor de sterken,

Nadere informatie

OVERZICHT TUSSENDOELEN GEVORDERDE GELETTERDHEID. 1. Lees- en schrijfmotivatie

OVERZICHT TUSSENDOELEN GEVORDERDE GELETTERDHEID. 1. Lees- en schrijfmotivatie OVERZICHT TUSSENDOELEN GEVORDERDE GELETTERDHEID 1. Lees- en schrijfmotivatie 1.1 Kinderen zijn intrinsiek gemotiveerd voor lezen en schrijven. 1.2 Ze beschouwen lezen en schrijven als dagelijkse routines.

Nadere informatie

TOETSTIP 9 SEPTEMBER 2005

TOETSTIP 9 SEPTEMBER 2005 TOETSTIP 9 SEPTEMBER 25 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 9: HOE KAN IK DE COMPLEXITEIT VAN EEN (TOETS)TAAK NAGAAN? Bij

Nadere informatie

Resultaten van de interdiocesane proeven. Schooljaar 2005-2006. Ges. Vrije Basisschool (Gemengd) Wezenstraat 8. 9090 Melle

Resultaten van de interdiocesane proeven. Schooljaar 2005-2006. Ges. Vrije Basisschool (Gemengd) Wezenstraat 8. 9090 Melle Resultaten van de interdiocesane proeven Schooljaar 2005-2006 Ges. Vrije Basisschool (Gemengd) Wezenstraat 8 9090 Melle 1 INHOUD Bijlage : vragen Interdiocesane proeven Inleiding 3 4 Schoolresultaten Nederlands

Nadere informatie

Soorten gezinnen. 2. Vakgebied en vakonderdeel: Wereldoriëntatie / Godsdienst. Eerste graad Tweede graad Derde graad 1 2 3 4 5 6

Soorten gezinnen. 2. Vakgebied en vakonderdeel: Wereldoriëntatie / Godsdienst. Eerste graad Tweede graad Derde graad 1 2 3 4 5 6 Soorten gezinnen 1. Thema: Diversiteit 2. Vakgebied en vakonderdeel: Wereldoriëntatie / Godsdienst 3. Doelgroep Eerste graad Tweede graad Derde graad 1 2 3 4 5 6 4. Duur: 50 min. 5. Doelen Eindtermen Wereldoriëntatie:

Nadere informatie

Een fiets voor Bas: luisteroefening

Een fiets voor Bas: luisteroefening Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie BASISONDERWIJS Een fiets voor Bas: luisteroefening Doelgroep Derde kleuterklas Eerste leerjaar Eindtermen Kleuteronderwijs: Mens en maatschappij - verkeer en mobiliteit:

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica

Nadere informatie

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het KLEUTERONDERWIJS

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het KLEUTERONDERWIJS CONFERENTIE STEUNPUNT GOK: De lat hoog voor iedereen!, Leuven 18 september STROOM KRACHTIGE LEEROMGEVINGEN RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen

Nadere informatie

BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING. Doel van de lessenserie

BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING. Doel van de lessenserie BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING Doel van de lessenserie De lessenserie is ontworpen met het oog op inzicht te geven over het schrijfproces. Als de leerlingen nu weten hoe een tekst te schrijven en die kennis

Nadere informatie

De Bonkelaar o p e n b a r e b a s i s s c h o o l v o o r D a l t o n o n d e r w i j s. Rapport. groep 6. Van : Schooljaar : Leerkracht(en) :

De Bonkelaar o p e n b a r e b a s i s s c h o o l v o o r D a l t o n o n d e r w i j s. Rapport. groep 6. Van : Schooljaar : Leerkracht(en) : De Bonkelaar o p e n b a r e b a s i s s c h o o l v o o r D a l t o n o n d e r w i j s Rapport groep 6 Van : Schooljaar : Leerkracht(en) : Toelichting bij het rapport Met dit rapport proberen we u als

Nadere informatie

Taal stimuleren in de vrije tijd: hoe doe je dat? Tips voor monitoren

Taal stimuleren in de vrije tijd: hoe doe je dat? Tips voor monitoren Taal stimuleren in de vrije tijd: hoe doe je dat? Tips voor monitoren Cruciaal voor taalstimulering in de vrije tijd zijn talensensibilisering en een positieve omgang met meertaligheid. Talensensibilisering

Nadere informatie

DO'S EN DON'TS VOOR OUDERS

DO'S EN DON'TS VOOR OUDERS WWW.PESTWEB.NL DO'S EN DON'TS VOOR OUDERS Kinderen en jongeren willen je hulp, als je maar (niet)... Wat kinderen zeggen over pesten Kinderen gaan over het algemeen het liefst met hun probleem naar hun

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Grammatica op maat Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Grammatica op maat Dit programma is

Nadere informatie

3 LEERPLANDOELEN. In de basisschool geldt als streefdoel voor strategieën:

3 LEERPLANDOELEN. In de basisschool geldt als streefdoel voor strategieën: 3 LEERPLANDOELEN In de basisschool geldt als streefdoel voor strategieën: Een leerling wil, durft en kan op zijn niveau nadenken over zijn manier van luisteren, lezen, spreken en schrijven en past zijn

Nadere informatie

Hoe kan je breed en permanent evalueren?

Hoe kan je breed en permanent evalueren? Ronde 2 Martien Berben & Marleen Colpin Centrum voor Taal en Onderwijs - K.U.Leuven Contact: Martien.berben@arts.kuleuven.be Marleen.colpin@arts.kuleuven.be Hoe kan je breed en permanent evalueren? De

Nadere informatie

Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: NADENKEN OVER TEKSTEN

Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: NADENKEN OVER TEKSTEN Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: NADENKEN OVER TEKSTEN Doelen De termen lay-out, cursief en vetjes correct gebruiken De bedoeling van een lay-out inzien De bedoeling van cursieve en vetgedrukte woorden inzien.

Nadere informatie

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN Doelen Verdiepen van de beweeglijkheid van zinnen. Onderscheiden van nodige en bijkomende informatieve delen. Zinnen inkorten en langer maken. Materiaal Werkboek

Nadere informatie

Van 10 juni tot 13 juni Tweede en derde kleuterklas: juf Nele

Van 10 juni tot 13 juni Tweede en derde kleuterklas: juf Nele Van 10 juni tot 13 juni 2014 Wat doen onze kleuters deze week? Instapklas + eerste kleuterklas Na een paar drukke dagen duiken we de zee in en gaan een kijkje nemen onder water. Welke dieren leven er en

Nadere informatie

Naam leerlingen. Groep BBL 1 Nederlands. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment. Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen.

Naam leerlingen. Groep BBL 1 Nederlands. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment. Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. Verdiepend Basisarrange ment Naam leerlingen Groep BBL 1 Nederlands Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. - 5 keer per week 45 minuten basisdoelen toepassen in verdiepende contexten.

Nadere informatie

Wie ik ben, is een verhaal. Bildung en onderwijs

Wie ik ben, is een verhaal. Bildung en onderwijs Bildung en onderwijs Wie ik ben, is een verhaal THEODOOR MEEDENDORP Om onze leer- en vormingsdoelen te bereiken, laten we leerlingen in 4-havo en 4-vwo hun eigen levensverhaal schrijven onder de titel

Nadere informatie

Introductie in effectief en bewust communiceren. Communicatie; wat is dat eigenlijk?

Introductie in effectief en bewust communiceren. Communicatie; wat is dat eigenlijk? Introductie in effectief en bewust communiceren. Communicatie; wat is dat eigenlijk? Zodra er twee of meer mensen in 1 ruimte zijn is er sprake van communicatie, ook al wordt er niet gesproken. Het is

Nadere informatie

TAALBELEID ZAVENTEM. Waarom een taalbeleid? Taalvisie (SC 8/2/2016) Infobundel voor het personeel oktober 2017

TAALBELEID ZAVENTEM. Waarom een taalbeleid? Taalvisie (SC 8/2/2016) Infobundel voor het personeel oktober 2017 TAALBELEID ZAVENTEM Infobundel voor het personeel oktober 2017 Waarom een taalbeleid? - De diensten van de gemeente Zaventem worden dagdagelijks geconfronteerd met mensen die de Nederlandse taal onvoldoende

Nadere informatie

Thermometer leerkrachthandelen

Thermometer leerkrachthandelen Thermometer leerkrachthandelen Leerlijnen en ontwikkelingslijn voor leerkrachten van WSKO 1 Inleiding Leerkracht zijn is een dynamisch en complex vak. Mensen die leerkracht zijn en binnen onze organisatie

Nadere informatie

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen. Bijlage 11 Voorbeeld informatie VHT: Bouwstenen voor geslaagd contact Informatie Video - hometraining Belangrijke begrippen initiatieven herkennen volgen ontvangstbevestiging beurt verdelen leidinggeven

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Persoonlijk leerdoel: Groep: Aantal leerlingen: Tijdens de les zorg ik dat er aanzet gemaakt

Nadere informatie