NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag 15 december 2010 om uur. Nr: 11it00019.

Transcriptie

1 NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag december om uur. Nr: 11it A G E N D A : 1. Opening. 2. Vaststelling van de raadsagenda. 3. Ingekomen stukken. AKKOORDSTUKKEN 4. Ontwerpbesluit inzake vaststelling bestemmingsplan Kerkrade-Noord. 5. Ontwerpbesluit inzake ontwerp-bestemmingsplan School Plein. BESPREEKSTUKKEN 6. Ontwerpbesluit inzake de vaststelling van de tarievennota 11: a. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 11 ; b. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 11, inclusief de daarbij behorende tarieventabel; c. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing 11 ; d. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van hondenbelasting 11 ; e. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 11 inclusief de daarbij behorende tarieventabel; f. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting 11 ; g. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van leges 11 inclusief de daarbij behorende tarieventabel; h. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 11 ; i. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 11 inclusief de daarbij behorende tarieventabel; j. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 11 inclusief de daarbij behorende tarieventabel; k. ontwerpbesluit inzake vaststelling Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting 11 inclusief de daarbij behorende tarieventabel. 7. Initiatiefvoorstel inzake voornemen benoemen twee burgercommissieleden op voordracht van Fractie Jacobs. 8. Initiatiefvoorstel inzake benoeming lid van het Algemeen Bestuur van het Openbaar Lichaam Eurode op voordracht van Fractie Jacobs. a. Initiatiefvoorstel inzake benoeming lid van het Algemeen Bestuur van het Openbaar Lichaam Eurode Pagina 1 van 19

2 op voordracht van Lokaal Alternatief. b. Ontwerpbesluit inzake wijziging plv. voorzitterschap van de commissie Algemene Zaken en Middelen. c. Initiatiefvoorstel inzake bemensing van de commissie Grondgebied en Economische Zaken op voordracht van de fractie van de Partij van de Arbeid. 9. Sluiting. Aanwezig de leden: Afwezig m.k.: Voorzitter: Griffier: OPENING J.G. Bok, E.C.C.J. Bremen-Munsters, L.J.M. Crombach, M.M.L. van Drunen, E.H. Gehlen, S.H.G. Gorissen, J.L.P. Hanssen, W.J. Heijltjes, A.M.J.G. Housen-Donners, H.G. Housen, H.J.G.M. Jacobs, P.H.L. Kockelkorn, R.A. Kool, Y.J.F. Lataster, P.G.J. van der Mierden, M.S.A. Ribbink-Pieters, J. Ro land, A. Rossel, J. Rozema, M.P.P. Ruiters, P.D. Schepers, J.H. Schlangen, D.W.J. Schneider, J.A. Severins, J.P.P. Spiertz, R.J.W. Sulmann, C.J.A. Szalata-Thomas en P.J. Wöltgens. de heer J.W.A. Vinders, met kennisgeving. De heer Heijltjes zal mogelijk later nog komen. de heer J.J.M. Som, burgemeester. mw. H.J.W. Jacobs-van Dongen, griffier. PUNT 1 De voorzitter heet de aanwezigen in de raadszaal en de mensen thuis van harte welkom. Hij verzoekt de heer Roland om conform de gemaakte afspraken de overweging voorafgaande aan de raadsvergadering uit te spreken. De heer Roland heet de aanwezigen en de kijkers thuis eveneens welkom. Aan hem de eer om namens de Fractie Jacobs deze maand de overweging uit te mogen spreken. Het ligt natuurlijk voor de hand, dat in deze decembermaand een maand van hollen en stilstaan de zorgen omtrent de voorbereiding voor het feest of de vakantie, het nemen van de juiste beslissing en het overwinnen van obstakels een perfect onderwerp is. Maar een spreker hoopt altijd op een zogenaamde parel; een gebeurtenis, die hij of zij kan gebruiken in zijn of haar rede en hij heeft het geluk, dat de burgemeester vandaag jaar in functie is. Dat is een mijlpaal, die weliswaar niet gevierd wordt als jubileum, maar die beslist een felicitatie waard is. Dat wil zijn fractie dan ook graag doen met een stukje uit Eygelshoven. Om die mijlpaal te bereiken heeft de burgemeester ook obstakels moeten overwinnen; zichzelf moeten inleven om begrip voor anderen te kunnen tonen of om de juiste beslissing te kunnen nemen. Men zal sterk moeten zijn in zijn leven om de juiste dingen te doen of te laten. Graag wil hij de aanwezigen en de kijkers deelgenoot maken van een verhaaltje, dat een goede vriendin hem gestuurd heeft. In dat verhaaltje worden al deze aspecten perfect omschreven. Hij leest voor: De les van de vlinder. Op een dag verscheen er een kleine opening in een cocon. Een man zat uren te kijken hoe de vlinder zijn lijf door de kleine opening probeerde te worstelen. Op een gegeven moment leek het alsof de vlinder geen vooruitgang meer boekte. Het leek alsof hij niet verder kon dan dat hij gekomen was. De man besloot de vlinder te helpen. Hij pakte een schaar en opende de cocon. De vlinder kwam er nu een stuk gemakkelijker uit, maar de vlinder had een verweerd lijf. Hij was klein met verschrompelde vleugels. De man bleef kijken, want hij verwachtte, dat de vleugels zich elk moment zouden openen en groter en steviger zouden worden, zodat zij het lijf konden dragen. Maar er gebeurde niets. Integendeel. De vlinder leefde zijn leven strompelend. Hij kon zich slecht bewegen met zijn verweerde en verschrompelde vleugels. Hij heeft nooit kunnen vliegen. De man was vol liefde en goede bedoelingen, maar begreep niet dat de kleine opening in de cocon en de worsteling van de vlinder om eruit te komen de natuurlijke weg was om vocht vanuit het lijf in de vleugels te persen, zodat hij gereed zou zijn om te vliegen zodra hij de cocon had verlaten. Soms zijn worstelingen precies wat we nodig hebben in ons leven. Als we ons leven zouden leven zonder obstakels zouden we in de kreukels raken. We zouden nooit zo sterk zijn als we zouden moeten zijn. We zouden nooit Pagina 2 van 19

3 kunnen vliegen. Hij wenst de aanwezigen vervolgens vanaf deze plaats een prettig kerstfeest en een zalig nieuwjaar. De voorzitter heet de aanwezigen op de publieke tribune van harte welkom. Hij constateert, dat er oudraadsleden, wethouders en oud-wethouders aanwezig zijn. Hij vindt het geweldig, dat mensen op zo n manier hun betrokkenheid uiten. Hij wil een ieder bedanken voor de warme steun, die hij heeft mogen ondervinden bij het overlijden van zijn moeder. Dat heeft hem heel goed gedaan. Hij is ook blij, dat hij dat samen heeft kunnen delen. En hij wil vanaf deze plek mw. Housen-Donners feliciteren met het feit, dat haar dochter, een Kirchröadsj meëdsje, burgemeester van Beesel is geworden. Hij heet de heer Terpstra welkom, die is uitgenodigd voor agendapunt 6. Verder wil hij ook Michel Goertzen welkom heten; de verslaggever van het Limburgs Dagblad, die de opvolger is van Judith Houben. Hij wenst de heer Goertzen een nuttige tijd hier, waarin hij veel zal mogen schrijven en dan vooral goede dingen. Hij opent vervolgens de vergadering en stelt de agenda aan de orde. VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA PUNT 2 De voorzitter stelt voor om bij agendapunt 8 een initiatiefvoorstel inzake de benoeming van een lid van het Algemeen Bestuur van Openbaar Lichaam Eurode op voordracht van Lokaal Alternatief aan de agenda toe te voegen als agendapunt 8a en de benoeming van de plv. voorzitter van de commissie Algemene Zaken en Middelen aan de agenda toe te voegen als agendapunt 8b. De heer Rossel brengt naar voren, dat vanuit de fractie van GroenLinks de vraag rees waar het verslag van de vorige vergadering is gebleven. De griffier deelt mede, dat het verslag van de begrotingsvergadering nog niet gereed is, aangezien dat veel tijd vergt om uit te werken. Vandaar dat zowel dit verslag als het verslag van de raadsvergadering van 24 november jl. nog niet gereed is. Dat is helaas elk jaar zo. Er wordt in elk geval hard aan gewerkt. Mw. Szalata-Thomas merkt op, dat er vandaag ook een initiatiefvoorstel geagendeerd zou worden inzake de benoeming van het nieuwe burgercommissielid voor de PvdA, de heer Mustapha Skraoui. Z ij wil graag weten of dat vandaag nog aan de orde komt. De voorzitter merkt op, dat het hem geen enkel probleem lijkt om dat nog aan de agenda toe te voegen als agendapunt 8c. De raadsagenda wordt vervolgens conform vastgesteld, met dien verstande, dat er een drietal agendapunten aan de agenda is toegevoegd onder 8a, 8b en 8c. De voorzitter trekt een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nr. 17, hetgeen correspondeert met de heer Kool. Dat betekent, dat de fractie van de SP vandaag het eerste recht van spreken heeft. INGEKOMEN STUKKEN. PUNT 3 1. Schrijven d.d. 8 november van de fractie SP (i ) met vragen ex art. 38 RvO met betrekking tot de mogelijke aanleg van een hospice gelegen bij de Hamboskliniek naar de locatie Lückerheide. Voor beantwoording aan college. 2. Schrijven d.d. 29 november van de fractie Jacobs (i ) met vragen ex art. 38 RvO met betrekking tot verkeersoverzicht Laurastraat Eygelshoven. Voor beantwoording aan college. Pagina 3 van 19

4 3. Schrijven d.d. ongedateerd van de fractie Burgerbelangen (i ) met vragen ex art. 38 RvO met betrekking tot het revitaliseren en plannen van nieuwbouw van gemeenschapshuizen. 5 Voor beantwoording aan college. 4. Schrijven d.d. 3 december van de fractie PvdA met vragen ex art. 38 RvO inzake berovingen in wijk Blijerheide-Nulland. Voor beantwoording aan college. 5. Schrijven d.d. 3 december van de fractie SP met vragen ex art. 38 RvO inzake riolering aan de Spechtstraat in Eygelshoven. Voor beantwoording aan college. 6. Schrijven d.d. 5 december van de fractie GroenLinks (i ) met vragen ex art. 38 RvO inzake continuïteit voortgezet onderwijs in Kerkrade. Voor beantwoording aan college. 7. Raadsinformatiebrief d.d. 5 oktober van wethouder Krewinkel betreffende verkoop aandelen Intratuinen Heerlen en Kerkrade. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van november en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten. 8. Raadsinformatiebrief d.d. november van wethouder Krewinkel betreffende bezuinigingen op de Wsw 11, de pilot subsidiedifferentiatie en het beleidsplan 11. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van november en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten. PUNT 4 ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING BESTEMMINGSPLAN KERKRADE-NOORD. Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 5 ONTWERPBESLUIT INZAKE ONTWERPBESTEMMINGSPLAN SCHOOL PLEIN. De heer Kool merkt op, dat zijn fractie vragen heeft gesteld over het bouwplan voor de betreffende school. Die vragen zijn ook beantwoord, maar zijn fractie blijft toch vrezen voor eventuele verontreiniging in die buurt en dan met name de verontreiniging door Wiso Split. Zoals een ieder bekend, moet Wiso Split zich weliswaar onderwerpen aan wetgeving en verordeningen vanuit de provincie, maar doet Wiso Split dat niet altijd. En de fijnstof die daarbij vrijkomt, gaat toch richting kinderen als de wind in die richting staat. De voorzitter begrijpt wat de heer Kool bedoelt, maar het onderwerp is besproken binnen de commissie en het punt is vervolgens geagendeerd als akkoordstuk. Hij neemt de opmerking van de heer Kool dan ook voor kennisgeving aan, aangezien het onderwerp uitgebreid besproken is in commissieverband. Pagina 4 van 19

5 Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 5 PUNT 6 ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING TARIEVENNOTA 11: A. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN ONROERENDE ZAAKBELASTINGEN 11 ; B. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL; C. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN RIOOLHEFFING 11 ; D. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN HONDENBELASTING 11 ; E. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PARKEERBELASTING 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL; F. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING 11 ; G. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL; H. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN MARKTGELD EN 11 ; I. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LIJKBEZORGINGSRECHTEN 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL; J. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL; K. ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN RECLAMEBELASTING 11, INCLUSIEF DE DAARBIJ BEHORENDE TARIEVENTABEL. De heer Rossel merkt op, dat de tarievennota 11 voorligt. Natuurlijk is budgettair al in de begroting ingekaderd hoe de inkomsten eruit moeten zien en dus ook hoe de tarieven er eigenlijk uit moeten gaan zien. Hij heeft dan ook al behoorlijk wat technische vragen gesteld tijdens de commissievergadering Algemene Zaken en Middelen van een aantal weken geleden en die technische vragen zijn naderhand ook schriftelijk beantwoord. Er ligt nog een amendement voor op de tarievennota en spreker heeft zojuist ook nog een motie ingediend; die hij dadelijk nog even zal toelichten. Hij wil beginnen bij het begin. Hij begint meteen bij het voor GroenLinks belangrijkste onderwerp van de tarievennota en dat zijn de woonlasten voor de eigenaren van woningen. Er zijn namelijk drie lasten, die daar direct aan gekoppeld zijn, te weten de onroerende zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Hij heeft in de commissievergadering gevraagd hoe de ontwikkeling van die lasten er in de toekomst uit gaat zien. De wethouder stelde toen, dat de totale opbrengsten gewoon continu jaarlijks met 1,5% moeten toenemen. Dat was de visie van het college daaromtrent. Hij heeft toen ook aan de orde gesteld, dat de gemeente Kerkrade natuurlijk te maken krijgt met een bevolkingskrimp, waarbij de cijfers er niet al te rooskleurig uitzien, het aantal huishoudens zal gaan afnemen en waarbij zelfs binnen Parkstad Limburg een taakstelling is afgesproken voor de woningverdunning in Kerkrade. Die taakstelling en die heeft hij trouwens ook in de motie opgenomen bevat een afname met 2784 woningen tot. Dat betekent ook, dat de gemeente rekening moet gaan houden met een afname van de inkomsten. De heer Bok interrumpeert de heer Rossel met de mededeling, dat de verhandeling van de heer Rossel zijns inziens thuishoort bij de algemene beschouwingen. Dit is een consequentie van de vaststelling van de begro- Pagina 5 van 19

6 ting. Hij vindt het nogal vreemd, dat de heer Rossel dat nu weer aan de orde stelt. Maar wie is hij, nietwaar? Hij wil dat alleen opgemerkt hebben. De heer Rossel is van mening, dat vanavond de tarievennota aan de orde is en aangezien de onroerende zaak belasting deel uitmaakt van de tarievennota zou hij dit graag vandaag willen bespreken. Anders had dit stuk net zo goed als akkoordstuk geagendeerd kunnen worden. Hij heeft nog meer opmerkingen en die zou hij toch graag naar voren willen brengen. De fractie van GroenLinks heeft een motie opgesteld om de gevolgen van de afname van de bevolking en het aantal huishoudens voor de burgers te beperken. Als hij de voorziene continue groei met 1,5% van de totale opbrengsten van de woonlasten zou extrapoleren in combinatie met de afname van het aantal woningen zou dat betekenen, dat de kosten tot de spuigaten uitlopen. Dat zou namelijk betekenen, dat de totale woonlasten voor burgers ongeveer met 33% gaan toenemen in jaar tijd. Dat is volgens hem een ontwikkeling, die men niet na moet streven en ook niet moet willen nastreven. Maar dat levert natuurlijk wel problemen op. Want als de totale opbrengsten dalen en dus de inkomsten dalen, moeten ook aan de uitgavenkant aanpassingen plaatsvinden. De motie spreekt ook eigenlijk uit het onwenselijk te vinden om bij de totale opbrengsten uit woonlasten uit te gaan van continue groei, terwijl de bevolking krimpt en het aantal woningen afneemt. Daarom wordt in de motie het college verzocht om vóór de aanbieding van de ontwerpbegroting 12 en de daarbij behorende meerjarenbegroting met een toekomstvisie tot te komen omtrent de ontwikkeling van de opbrengsten uit woonlasten in relatie tot de bevolkingskrimp en de afname van het aantal woningen. Dan heeft hij nog een tweede opmerking met betrekking tot de tarievennota. Ook daar is in de commissievergadering het nodige over gezegd. Hij doelt dan op de stijging met 7% van de grafrechten. Daar werd in de commissievergadering van gesteld, dat gestreefd werd naar kostendekkendheid en dat men in de pas wil lopen met een marktpartij als Monuta. Daar zijn wat vragen over gesteld en daar krijgt de raad nu ook schriftelijk de antwoorden van. Hij vindt het op zich geen probleem dat gestreefd wordt naar kostendekkendheid en wellicht is het ook wel vermeldenswaardig, dat men niet uit de pas wil lopen met andere gemeenten, maar als hij de tarievennota goed leest, zijn er slechts twee heffingen kostendekkend en zou dit dus de derde zijn. Dan rijst bij hem de vraag hoe het zit met andere heffingen. Zijn die al kostendekkend of gaan die ook in de toekomst kostendekkend worden? Hoe moet de raad daarmee omgaan? Wellicht dat het college daar nog antwoord op kan geven. Dan wil hij even ingaan op het amendement van het CDA. Natuurlijk heeft GroenLinks er in principe weinig moeite mee, dat in de verordening op de reclamebelasting een uitzondering wordt gemaakt voor medische en paramedische beroepen. Hij vraagt zich echter af wat de consequenties zijn voor de te genereren inkomsten. Dat is op dit moment nog niet financieel inzichtelijk gemaakt. Hij zou dan ook graag van het college vernemen wat de financiële consequenties zijn van de in het amendement van het CDA voorgestelde wijziging. De heer Schneider is het met de heer Bok eens, dat men de tarievennota niet los kan zien van de begrotingsbehandeling. De inhoud van de tarievennota en dus ook wijzigingen daarin heeft natuurlijk consequenties voor de inhoud van de begroting. Zo heeft zijn fractie tijdens de begrotingsbehandeling aangegeven, dat zijn fractie er voor wat betreft de verordening op de heffing en de invordering van de onroerende zaakbelasting 11 graag naar zou streven om de ozb-tarieven te gaan verlagen. Een deel van de argumenten van zijn fractie komen overeen met de zojuist door GroenLinks aangegeven argumenten. Op het moment dat de wozwaarden dalen en dat is in dit geval met 3% wordt de verhoging van de ozb-belasting voor de burgers onevenredig groot en daar gaat de fractie van de VVD niet mee akkoord. De verordening op de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing is natuurlijk een voortvloeisel uit de besluitvorming van deze raad ten aanzien van Diftar en de daarbij behorende tarieven. Daar is zijn fractie in eerste instantie niet mee akkoord gegaan en dus kan zij ook niet akkoord gaan met het betreffende onderdeel in deze tarievennota. Ten aanzien van de verordening op de heffing en de invordering van de parkeerbelasting heeft zijn fractie bij de stimuleringsmaatregelen aangegeven, dat zij ernaar zou willen streven om in de periode vanaf nu of in elk geval zo kort mogelijk vanaf deze datum tot de realisatie van het centrumplan geen parkeertarieven te heffen op koopavonden of koopzondagen. In het kader daarvan kan zijn fractie dus ook niet akkoord gaan met de vaststelling van deze tarieven. Ten aanzien van de verordening op de heffing en de invordering van leges heeft zijn fractie tijdens de begrotingsbehandeling aangegeven, dat zij een voorstander zou zijn van de opheffing van de welstandscommissie. Daarbij ligt er natuurlijk een directe link naar de invordering van leges voor die diensten. Ook dit onderdeel kan zijn fractie dan ook niet accorderen. En tenslotte heeft zijn fractie tijdens de commissievergadering vragen gesteld over de verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten. Daarbij werd door de wethouder aangegeven, dat de tarieven gebaseerd zijn op het Pagina 6 van 19

7 feit, dat de gemeente streeft naar een gelijkschakeling met in dit geval Monuta, omdat Monuta één van de partijen is zo niet dé partij die toonaangevend is voor de tarieven in deze regio. Zijn fractie is echter van mening, dat het niet goed is om gemeentelijke tarieven af te stemmen op een commerciële partij, aangezien men er van uit mag gaan, dat een commerciële partij in zijn tarieven rekening houdt met enerzijds kostendekkendheid hetgeen voor de gemeente nog wel te verdedigen zou zijn en anderzijds een zekere winstmarge. Dat laatste vindt hij n iet wenselijk voor een gemeente. Zijn fractie is van mening, dat de gemeente Kerkrade niet één op één de koppeling met een commerciële organisatie zou moeten leggen. Vandaar dat zijn fractie ook niet akkoord kan gaan met deze tarieven. De heer Bok merkt op, dat hij een handicap heeft; hij is namelijk ook lid van het presidium. Hij heeft zijn fractie laten weten, dat de reden waarom dit agendapunt als bespreekstuk is geagendeerd alleen gelegen is in het feit, dat het CDA een amendement wilde indienen. Hij is dan ook van mening, dat de richtlijnen inzake de wijze van behandeling van een bespreek- dan wel akkoordstuk nog eens goed tegen het licht gehouden moeten worden, want op deze manier weet de wethouder waarschijnlijk ook niet meer waar hij aan toe is. Als de begroting eenmaal vastgesteld is, heeft het volgens hem namelijk weinig zin om nog eens te gaan debatteren over de tarieven, aangezien die al in de reeds vastgestelde begroting verdisconteerd zijn. Maar goed. Aangezien blijkbaar iedereen op de materie ingaat, wil hij hier wel vermelden, dat de wethouder ten aanzien van de parkeerbelasting heeft toegezegd, dat hij die in het komende voorjaar voor wat betreft de inzet van parkeerwachten opnieuw aan de orde zal stellen in de commissievergadering. Naar aanleiding van het amendmeent van de fractie van het CDA wil hij het volgende opmerken. Hij gaat hier uiteraard mee akkoord, alleen vindt hij het een beetje vreemd. Toen spreker de vorige keer bij de vaststelling van de verordening een opmerking maakte over die betreffende verordening was hij volgens de heer Ruiters te laat, terwijl de heer Ruiters dat nu blijkbaar wel gewoon kan doen. Maar spelregels kunnen nogal eens veranderen. De heer Terpstra stelde, dat de reclamebelasting met de middenstand overeen is gekomen. Naar aanleiding van de uitzondering, die nu gemaakt wordt, zou hij het CDA willen vragen hoe dat dan moet met de minima onder de ondernemers. Hij heeft de indruk, dat er dat nogal wat zijn. En hoe moet dat dan met de ondernemers in het centrum, die een gemeentelijke uitkering krijgen? Hij meent, dat er ongeveer 14 ondernemers zijn, die een gemeentelijke uitkering krijgen. Die krijgen normaal via de uitkering ook belastingvrijstelling. Als tandartsen een vrijstelling krijgen, zou men toch zeker mogen verwachten, dat uitkeringsgerechtigden ook zo n vrijstelling krijgen. Zijn fractie blijft van oordeel, dat het toen al een verkeerd tijdstip was. Het gaat niet goed met de middenstand. Er wordt alleen maar gesproken over lastenverlichting en toch blijft de gemeente maar verhogen. Het is wel een belasting, maar het geld vloeit in een pot. De pot wordt niet verder opgehoogd, dus de inkomsten, die wegvallen, hoeven niet te worden aangevuld. En waarom is zijn fractie nog extra gestimuleerd om tegen deze verordening te stemmen? Zijn fractie heeft begin deze week mogen horen, dat men de onderste verdieping van de SNS voor 3 jaar kan huren. Vorige week was dat nog voor 5 tot jaar. Dat geeft aan hoe lang het nog gaat duren voordat begonnen wordt met het centrumplan. Vanuit die optiek vindt zijn fractie, dat ondernemers in het centrum gekoesterd moeten worden; zeker als realisatie van het centrumplan nog minstens 3 jaar gaat duren. En dan moet men niet met dit soort belastingen komen. De voorzitter vraagt even voor de helderheid of hij daaruit mag concluderen, dat de heer Bok in principe het CDA vraagt om dit mee te nemen in het amendement. De heer Bok bevestigt dat. Het is ook niet zijn bedoeling, dat op het centrumplan wordt ingegaan. Dat was puur een mededeling. De voorzitter zal dat laatste ook enkel voor kennisgeving aannemen. De heer Ruiters merkt op, dat het integraal deel uitmaakt van zijn motivatie voor het amendement. Hij kan nu alleen daarop ingaan, maar hij kan het straks ook meenemen bij zijn bijdrage. De voorzitter antwoordt, dat de heer Ruiters heel creatief mag zijn en het mee mag nemen in zijn behandeling. De heer Ruiters wil dan ook maar gelijk met het amendement beginnen. De reden waarom zijn fractie het amendement heeft ingediend in de commissie was dat zij een uitzondering wilde maken met name voor de bordjes weekenddiensten, die in de huidige regelgeving onder de reclamebelasting vallen. En met die weekendbordjes wordt geen reclame gemaakt; sterker nog, men maakt eigenlijk zelfs eerder reclame voor de concurrent, omdat medici en paramedici daar niet hun eigen naam op zetten, maar de naam van de collega, die de weekenddienst waarneemt. Dat is een wettelijke verplichting. Artsen moeten aangeven wie er weekenddienst heeft. Vandaar dat zijn fractie ook een onderscheid heeft gemaakt. Dit zijn geen bordjes, waar op staat dat de betreffende arts de beste tandarts of de beste huisarts is. Dat zou reclame zijn. Maar het is puur Pagina 7 van 19

8 een wettelijk verplichte mededeling. Dat is het uitgangspunt van het amendement. En dan kan de heer Bok wel zeggen, dat het te laat is, maar spreker is van mening, dat zijn fractie de koninklijke weg bewandeld heeft. De raad heeft de tarievennota ontvangen en heeft daar kennis van genomen. Zijn fractie heeft de voorstellen en verordeningen daarin besproken. En vervolgens is dat ook in de commissie besproken waar het volgens hem ook thuis hoort. De hele commissie inclusief de wethouder heeft het voorstel van het CDA unaniem ondersteund en heeft spreker zelfs nog de opdracht gegeven om een amendement of een initiatiefvoorstel daartoe op te stellen, zodat dat zo ook geregeld kan worden. Als een ieder daar zo over denkt, dan moet men dat ook regelen. En dan kan de heer Bok wel de minima en allerlei andere zaken erbij halen en hier uitleggen hoe moeilijk ondernemers het wel niet hebben dat klopt ook allemaal wel maar daar gaat het nu niet om. Er ligt nu een concreet voorstel voor met een amendement daarop. Dat heeft hij ook in de commissie ingediend. Hij had het prettiger gevonden als Lokaal Alternatief de zojuist geventileerde argumenten ook in de commissie te berde had gebracht in plaats van deze hier ter tafel te brengen. Dat brengt hem dan meteen bij de adviezen. Hij heeft het amendement ingediend en dat is ook besproken in de commissievergadering. Heel correct kreeg hij vanuit het college een advies. Hij vond het heel prettig, dat hij enkele dagen later al het advies kreeg, dat daar ambtelijk anders over werd gedacht. Hij vindt deze samenwerking tussen ambtelijk apparaat en raad heel waardevol. Het ambtelijk advies luidde, dat het niet verstandig werd geacht, omdat dit wellicht precedenten zou kunnen scheppen voor notarissen, advocaten etc.. En aangezien artsen het gemakkelijk zouden kunnen betalen, zag men niet in waarom er een uitzondering zou moeten worden gemaakt voor die groep. Hij heeft zijn dank uitgesproken voor het uitbrengen van dat ambtelijk advies en zijn fractie heeft dat advies ook laten meewegen. Maar uiteindelijk is het de politiek, die een besluit neemt. En zijn fractie heeft besloten om het ambtelijk advies niet over te nemen. Waarom neemt zijn fractie dat ambtelijk advies niet over? Notarissen, advocaten en dergelijke hebben geen wettelijke verplichting om via een bordje kenbaar te maken wie er weekenddiens t heeft. En daar gaat het met name om. En er werd ook nog gezegd, dat men ook met bordjes openingstijden en dergelijke zou kunnen werken. Maar ook daar hoeft volgens zijn fractie geen uitzondering voor te worden gemaakt. Want een bordje waarop vermeld wordt wanneer men geopend is, heeft tot doel om klanten te informeren wanneer ze terecht kunnen en kan dus ook gezien worden als reclame. In zoverre heeft zijn fractie het ambtelijk advies wel mee laten wegen, maar is zij tot de slotsom gekomen, dat er geen s prake is van precedentwerking, omdat er alleen een uitzondering wordt gemaakt voor de medische en paramedische beroepen, waarbij het uitgangspunt is, dat men de artsen niet wil laten opdraaien voor iets wat enkel en alleen een wettelijke verplichting is en waar zij zelf geen voordeel van hebben. Bovendien staat het kostenaspect hier los van. Daarmee reageert hij meteen op de vraag van de heer Rossel richting college inzake de financiële consequenties van dit voorstel. Dat vindt hij op dit moment minder relevant. Het gaat met name over het centrum. In het centrum zitten niet veel artsen en paramedische beroepen. Daarnaast vindt hij, dat het kostenaspect geen argument mag zijn bij dit amendement. Het gaat meer om de achterliggende gedachte. Als hij kijkt naar de verordening inzake de reclamebelasting sec, dan kan hij niet anders dan constateren, dat deze na goed overleg van het college met de denktank van ondernemers door alle betrokkenen omarmd is. Het is geen idee geweest van een wethouder. De raad heeft aangegeven, dat dit vooral vanwege de betrokkenheid van de ondernemers een goede regeling is. Daarom wil zijn fractie ook geenszins de regeling en de verordening ter discussie stellen, maar wil zij alleen een amendement hierop indienen om de medici en paramedici in dezen te ontzien, zodat deze niet de dupe worden van het uitvoeren van een wettelijke verplichting. De overige besluiten, die deel uitmaken van de tarievennota, zijn tijdens de commissievergadering uitvoerig behandeld. Het is, zoals de heer Bok terecht opmerkte, een uitvloeisel van de reeds vastgestelde begroting. Hij acht het dan ook niet op zijn plaats om daar hier nog eens uitgebreide vragen over te gaan stellen of opmerkingen over te gaan maken. Die horen hier op deze plek niet thuis. Die hadden ofwel bij de begrotingsbehandeling ofwel bij de commissoriale behandeling aan de orde moeten komen. Zijn fractie kan dus instemmen met de tarievennota met inachtneming van het door haar ingediende amendement. De heer Kool geeft aan, dat bij de begrotingsbehandeling door de wethouder werd gesteld, dat de sterkste schouders ook de zwaarste lasten zouden dragen. Hij merkte dit op naar aanleiding van een vraag van sprekers buurman omtrent de verhoging van de bouwleges. Nu kan spreker daar wel inkomen, maar volgens hem heeft de wethouder een klein foutje gemaakt. Het principe van de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten gaat blijkbaar alleen maar op wanneer alle schouders sterk zijn. Er is namelijk een verhoging met 1,5% gehanteerd. Dat betekent, dat de mensen met een schraal inkomen te maken krijgen met een verhoging met Pagina 8 van 19

9 1,5% en dat ook de mensen met een hoger inkomen te maken krijgen met een verhoging met 1,5%. Waar voor de één een kwartje een kwartje is, is voor de ander een euro een euro. Daar zit dus een behoorlijk verschil in voor wat betreft het bestedingsvermogen van mensen. Lopende de vergadering heeft hij gevraagd om daar eens goed naar te kijken. Het lijkt hem beter om voor mensen met een woning met een woz-waarde tot euro de structurele verhoging van 1,5% te hanteren, maar voor mensen met een woning met een woz-waarde tussen euro en euro een verhoging te hanteren van 2,5% en voor mensen met een woning met een woz-waarde van meer dan euro zelfs een verhoging te hanteren van 4%. Dan kan het zojuist door zijn buurman geschilderde gat ook een beetje gedicht worden. En dan is er volgens hem ook daadwerkelijk sprake van de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. De heer Terpstra (weth.) wil even met de laatste opmerking beginnen. Het is tot zijn spijt zo, dat de gemeente via de gemeentelijke tarieven geen inkomenspolitiek mag bedrijven. Dat is een vaststaand feit en dat is ook wel vaker aan de orde geweest. De verhoging van 1,5% is met de raad afgesproken. Dat gebeurt al jaren zo. Hij is van mening, dat de raad mag concluderen, dat de gemeente Kerkrade de tarieven slechts met 1,5% verhoogt. Dat het verschil tussen de tarieven die de burger in Kerkrade betaalt steeds groter wordt in vergelijking met de gemiddelde tarieven over alle heffingen in andere gemeenten en wel in het voordeel van de burger in Kerkrade. Dus de gemeente Kerkrade is terughoudend in het verhogen van de tarieven. De gemeente Kerkrade is terughoudend in het gebruiken van de tarieven van de gemeentelijke belastingen in het kader van de belastingruimte, die de gemeente als zodanig heeft. Als de gemeente Kerkrade in de toekomst in staat blijkt om de begroting zodanig vorm te geven, dat de tarieven niet verhoogd hoeven te worden, zou dat een goede zaak zijn. Hij acht dat echter in het kader van mogelijke bezuinigingen een hele forse opgave. Hij voert met de raad daarover in die samenhang natuurlijk graag de discussie. Helder is, dat de gemeente Kerkrade relatief en dat is dan altijd relatief en de heer Kool heeft volkomen gelijk, dat elke verhoging er één is en zeker voor mensen, die het financieel al zwaar hebben. Feit is en blijft, dat de tarieven in Kerkrade minder stijgen dan in de omliggende gemeenten. Dat is toch een belangrijke constatering in die samenhang. Op het moment dat deze raad in meerderheid zou besluiten om van die verhoging met 1,5% af te wijken, zal deze raad ook in gezamenlijkheid een oplossing moeten vinden voor het aanpassen van de uitgaven in dezelfde orde van grootte. Hij is van mening, dat men de tarieven niet onnodig hoger moet maken dan nodig. Daar wil hij best nog eens met de raad over van gedachten wisselen. Dan de blik naar de toekomst. Feit is, dat de gemeente Kerkrade gaat krimpen. Dat betekent, dat waarschijnlijk het aantal aansluitingen zal afnemen. Dat heeft hij in de commissievergadering ook al gezegd. Daarnaast kan men ook allerlei andere bewegingen constateren. Zo is het de laatste jaren absoluut een feit, dat het aantal eenpersoonshuishoudens toeneemt. Dat is bijvoorbeeld zo n beweging, die het lastig maakt om via rekenkundige tabellen scenario s voor de toekomst te schilderen. Daarom is het voor wat hem betreft prima, dat de tarieven elk jaar weer opnieuw worden vastgesteld en dat de raad en het college daardoor de mogelijkheden hebben om op ontwikkelingen in te spelen. Hij moet eerlijk zeggen, dat hij het met name in het kader van de financiële opgave, die op de gemeente Kerkrade af komt, niet onwaarschijnlijk acht, dat de overheid iets vindt van de terughoudende manier waarop de gemeente Kerkrade gebruik maakt van het eigen belastinggebied. Dit wordt waarschijnlijk dus nog vervolgd. Gelukkig stelt de gemeente Kerkrade jaarlijks de tarieven vast in deze raad. Dus voor wat dat betreft heeft de raad elk jaar de mogelijkheid tot aanpassingen. De vraag welke financiële gevolgen het amendement van het CDA heeft, moge duidelijk zij. Hij meent, dat de heer Ruiters die vraag ook zelf heeft beantwoord. Die gevolgen zijn slechts marginaal. Het advies wat spreker in de richting van de heer Ruiters heeft laten uitgaan, luidde met name, dat een ondernemer een ondernemer is en dat ook een huisarts of een tandarts uiteindelijk een ondernemer is. Het college wilde alleen maar waarschuwen voor de opvatting, die een andere ondernemer kan hebben over de voorgestelde uitzondering. Hij wil overigens uitdrukkelijk hier toelichten, dat de reclamebelasting is ingevoerd op uitdrukkelijk verzoek van de ondernemers zelf. De achterliggende gedachte was destijds, dat ondernemers de neus behoorlijk vol h adden van allerlei freeriders, die zich niet aansloten bij ondernemersverenigingen, wel vonden dat er allerlei activiteiten en zaken georganiseerd moesten worden, maar daar vervolgens dus niet aan bijdroegen. De reclamebelasting bleek daarvoor een uitstekende oplossing te zijn, want freeriders kent de gemeente in die zin niet meer. Daar komt nog bij, dat het college met de raad heeft afgesproken, dat de reclamebelasting niet alleen volledig terugvloeit naar zaken, waarbij het ondernemersklimaat in het centrum verbeterd wordt, maar er van gemeentezijde bovendien bij elke euro, die de ondernemers in de vorm van reclamebelasting betalen, twee euro wordt bijgevoegd, zodat structureel per betaalde euro drie euro op de plank liggen ten behoeve van het organiseren van evenementen en activiteiten, die nou juist gedacht zijn om het centrum zo levendig mogelijk Pagina 9 van 19

10 te houden in de periode totdat het centrumplan gerealiseerd is. En bovendien moet hij eerlijk zeggen, dat de ondernemers in de gesprekken met spreker zelf eigenlijk steeds aangeven, dat ze blij zijn, dat er structureel geld is waardoor zaken ook structureel georganiseerd kunnen worden en men niet elk jaar weer langs de winkels moet gaan leuren voor de bijdrage van de individuele winkeliers. Mw. Szalata-Thomas interrumpeert de wethouder met de opmerking, dat zij zich best kan voorstellen, dat ondernemers zoals winkeliers baat hebben bij activiteiten, die in het centrum georganiseerd worden. Maar de vraag is wat voor baat medici daarbij hebben. Zien zij daar ook iets van terug? De heer Terpstra (weth.) antwoordt, dat de heffing in de verordening uitgaat van het gelijkheidsbeginsel in een gebied. De reclamebelasting heeft een absolute binding met een gebied en het begrip ondernemer is daarin helder. Natuurlijk zijn er verschillen, maar het is voor de uitvoering van een verordening wel zo gemakkelijk als daarbij eenduidige begrippen gebruikt worden en er dus duidelijkheid is over de vraag voor wie deze vorm van belasting bedoeld is. De gemeente zelf heeft overigens geen concreet bezwaar gekregen van het soort ondernemers, zoals die in het amendement bedoeld zijn. Hij kan de raad echter geruststellen in die zin, dat het aannemen van dit amendement geen noemenswaardige financiële gevolgen heeft. Het principiële aspect is volgens het college veel belangrijker. Het college heeft richting de heer Ruiters aan willen geven, dat het toch wel wat problemen voorziet in die zin, dat andere ondernemers dit als een vorm van precedent zouden kunnen beschouwen. Dan wil hij even ingaan op de rekenexercitie van GroenLinks. De veronderstelling, dat de tarieven in de toekomst met maar liefst 33% zouden toenemen, moet hij natuurlijk tegenspreken. De tarieven worden immers elk jaar opnieuw door de raad vastgesteld. Hij is van mening, dat h ij daar al voldoende over gezegd heeft. Het moge duidelijk zijn, dat een voorstel om de ozb-tarieven te verlagen een heel leuk voorstel voor een wethouder van financiën zou zijn om van college naar raad te brengen. Maar hij kan zich herinneren uit zijn ti jd als raadslid, dat de tarieven in de gemeente Kerkrade zo n 6 tot 7 jaar geleden nog ruimschoots verschilden met de omliggende gemeenten. Omdat de tarieven in de gemeente Kerkrade de laatste jaren echter elk jaar slechts marginaal verhoogd worden, ziet men nu een tendens waarbij die tarieven langzaam naar elkaar toe groeien. Daaruit blijkt dus, dat de gemeente Kerkrade het nog helemaal niet zo slecht doet. Feit blijft echter, dat de gemeente inkomsten nodigheeft om geld uit te kunnen geven. De vraag rondom de krimp heeft hij al beantwoord. Er zijn heel veel zaken, die dat in de toekomst zouden kunnen beïnvloeden en het lijkt hem nagenoeg onmogelijk om daar nu vooraf iets over te zeggen. De raad hoeft er ook vooraf niets over te besluiten, dus voor wat dat betreft is het niet aan de orde. Het komt elk jaar vanzelf langs. De opmerking van de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten heeft spreker gebruikt in de samenhang van de bouwleges. Daarbij heeft het college een voorstel gedaan om daar een staffeling in te maken in die zin, dat de leges bij duurdere huizen hoger worden dan bij goedkopere huizen. Ten aanzien van een aantal andere leges heeft hij ook aangegeven, dat de gemeente daarbij niet de mogelijkheid heeft om inkomenspolitiek te bedrijven. Hij zou zich daar helemaal in kunnen vinden, maar het kan tot zijn spijt niet. De voorzitter neemt aan, dat de wethouder de opmerkingen van de VVD met betrekking tot de voorstellen onder a., b., e., g. en i. voor kennisgeving aanneemt. De heer Terpstra (weth.) is van mening, dat hij de opmerkingen van de VVD daaromtrent niet per se hoeft te becommentariëren. Het college heeft het voorstel gedaan zoals het er ligt. Bij de grafrechten zag het college een mogelijkheid om een aanpassing naar een marktconform tarief d oor te voeren. Dat is dus het voorstel van het college. De heer Kool zou de wethouder graag willen uitnodigen om hem voor te rekenen wat een verhoging van % boven een bouwwaarde van euro ten opzichte van 1,5% wat daaronder ligt. Dat is een verschil van 23,5% en dat noemt de wethouder geen inkomenspolitiek. Als spreker een staffeltje opnoemt met de eventueel daaraan te koppelen verhogingen noemt de wethouder dat wel inkomenspolitiek. Hij ziet het verschil eerlijk gezegd niet. De heer Rossel wil de wethouder toch uit de droom helpen. Het tarief ozb stijgt niet met 1,5% in 11, maar met 4,74%. Dat heeft ermee te maken en dat heeft hij zojuist in zijn eerste termijn ook al proberen duidelijk te maken dat het college altijd voorstelt om de totale opbrengsten jaarlijks met 1,5% te doen toenemen. Aangezien de gemeente Kerkrade nu geconfronteerd wordt met een gemiddelde vermindering van de wozwaarde van ongeveer 3%, neemt het tarief met 4,74% toe. Hij heeft zelfs uitgerekend, dat dat tarief over de jaren 08 tot 11 met 7,63% is toegenomen. En als hij kijkt naar niet-woningen is er sprake van een behoorlijke discrepantie in de toename van de tariefstelling. Want bij de niet-woningen, meestal bedrijven, is de toename veel minder, namelijk 4,81% tot 4,91%, afhankelijk van de vraag of men eigenaar dan wel gebruiker is. Dat is ook een beetje waar hij naar toe wil. De wethouder heeft in de commissievergadering Pagina van 19

11 aangegeven, dat het om de totale opbrengstenpot over deze inkomsten gaat. De wethouder refereert in de tarievennota wel aan de woz-waardering, maar een andere heel belangrijke kwestie waar men in de toekomst altijd rekening mee zal moeten houden, is de vermindering van het aantal huishoudens en daar wordt in de tarievennota niet over gerept. De wethouder kan wel stellen, dat het college geen glazen bol heeft om te kijken wat er over jaar is, maar Parkstad Limburg heeft in ieder geval al een taakstelling afgesproken over de woningverdunning. Hij heeft dat zojuist ook al in zijn betoog in eerste termijn aangegeven. Die taakstelling houdt voor Kerkrade in 2781 woningen minder netto tot. Daar kan het college rekening mee houden. Hij vindt het dus ook eigenlijk betreurenswaardig, dat de wethouder zegt, dat dit gewoon van jaar tot jaar opnieuw wordt bekeken. Hij wil van dit college gewoon een visie hebben over die vermindering met 2781 van het aantal aansluitingen naar de toekomst toe. Daar kan het college rekening mee houden. Dat is vastgesteld beleid. En dat doet het college op dit moment niet. Het enige waar het college op voorhand geen rekening mee kan houden, is de woz-waardering. Die wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld en is deels afhankelijk van de marktontwikkelingen. Vandaar dat GroenLinks een motie heeft opgesteld. Die motie is echter nog niet rondgedeeld. Dat moet nog gebeuren. Hij zou die motie graag hier ter discussie willen stellen. In de motie vraagt GroenLinks het college in ieder geval om vóór de aanbieding van de volgende begroting dat betreft dus de begroting 12 met een visie daaromtrent te komen. Want die visie is er nu nog niet. Hij beschouwt dat als een lacune in het huidige beleid. Verder heeft hij in eerste termijn een vraag gesteld, die nog niet beantwoord is. Hij doelt op zijn vraag inzake de kostendekkendheid van andere h effingen. Hij heeft namelijk gesteld, dat dit college nu voorstelt om de lijkbezorgingsrechten richting kostendekkendheid te brengen. Samen met de rioolheffing en de afvalstoffenheffing zijn dat dan de enige drie heffingen, die straks 0% kostendekkendheid als uitgangspunt hebben. Zijn vraag was hoe dat dan zit met andere heffingen. Hoe moet de raad daarmee omgaan? Hoe zit dat nu? Misschien kan de wethouder daar nog even op antwoorden. De heer Roland merkt op, dat hij in eerste instantie niet heeft aangegeven of de Fractie Jacobs het amendement al dan niet steunt. Hij heeft overigens van meerdere fracties nog niet gehoord of die het amendement wel of niet steunen. Maar de Fractie Jacobs steunt het amendement van het CDA in elk geval wel, omdat zij van mening is, dat het verstrekken van informatie van weekenddiensten niet aan te merken is als reclame. De heer Bok merkt via de voorzitter in de richting van de heer Ruiters op, dat spreker niet gezegd heeft, dat de heer Ruiters te laat was. De heer Ruiters heeft de vorige keer richting spreker opgemerkt, dat deze te laat was. Spreker heeft nu alleen opgemerkt, dat de spelregels blijkbaar veranderen. Wie is hij om de heer Ruiters te zeggen, dat hij toen te laat was. Daar heeft hij geen problemen mee. Voor wat betreft het amendement het volgende. Zijn fractie heeft tijdens de commissievergadering ook ingestemd met het voorgestelde amendement. Alleen heeft zijn fractie nu in de discussie ingebracht, dat zij zich afvraagt hoe te handelen met andere groepen. Hij blijft de beide andere door hem genoemde groepen belangrijk vinden. Zijn fractie heeft van ondernemers in het centrum gehoord, dat die reclamebelasting belachelijk hoog is. Hij heeft echter zojuist ook van de wethouder gehoord, dat er geen bezwaren zijn ingediend. Dat begrijpt zijn fractie niet zo goed. Hij zou het op prijs stellen als men met één mond zou praten. Als ondernemers de belasting te hoog vinden, moeten ze ook bezwaar indienen bij het college of bij de gemeenteraad. Daarom heeft zijn fractie besloten om toch akkoord te gaan met het voorliggende ontwerpbesluit. Zij is uiteraard ook nog steeds voorstander van het amendement. De heer Schneider deelt mede, dat ook zijn fractie nog niet heeft aangegeven of zij voor of tegen het amendement is. Zijn fractie ziet dit amendement inderdaad als een terechte correctie op het bestaand beleid en niet zo zeer als een aanvulling of een verandering. Er is immers voor een arts geen enkel motief om uit eigen gewin een bordje op te hangen, dat patiënten verwijst naar een andere arts. Zijn fractie gaat dan ook zeker akkoord met dit amendement. Mw. Szalata-Thomas kan kort zijn over de tarievennota. De tarievennota laat onder de streep een gunstig resultaat zien voor de burgers van Kerkrade en Kerkrade laat ook hierin zijn sociale gezicht zien. Daarnaast is zij van mening, dat ook opgemerkt moet worden, dat Kerkrade in Parkstad Limburg de goedkoopste gemeente is voor wat betreft de gemeentelijke tarieven en dat de burgers van Kerkrade er op dat gebied goed vanaf komen. Dan over het amendement. Zij moet zeggen, dat haar fractie een beetje op twee gedachten hinkt. Haar fractie heeft het amendement gezien, maar heeft ook de uitleg gehoord van de heer Terpstra. In de commissievergadering was haar fractie positief over hetgeen de he er Ruiters daar naar voren heeft gebracht. Maar wat misleidend is in dit verhaal is de term reclamebelasting. Want als zij de heer Ruiters hoort, zou het eigenlijk ondernemersbelasting moeten heten. Huisartsen maken geen reclame, ook andere medische beroepen maken geen reclame en dan riekt het een beetje naar oneigenlijk gebruik, terwijl het verhaal van de Pagina 11 van 19

12 heer Terpstra leert, dat er een hele andere filosofie achter zit. Vandaar dat het wellicht een andere naam zou moeten hebben. Zij is het met de heer Bok eens, dat als er al uitzonderingen gemaakt worden, men ook zou moeten kijken naar de ondernemers in het centrum van Kerkrade, die het heel moeilijk hebben. Dus op dit moment steunt haar fractie het amendement niet. De heer Ruiters wil daar graag op reageren. Het veranderen van de titel reclamebelasting in ondernemersbelasting doet niets af aan de strekking van de verordening en het amendement daarop. Het gaat hem juist om de wettelijke verplichting, die voor artsen en andere medici geldt, om kenbaar te maken wie er weekenddienst heeft. En blijkbaar heeft het financieel slechts marginale gevolgen; al mag dat natuurlijk niet de afweging zijn. De heer Schneider noemt het in het amendement voorgestelde een terechte correctie. Hij zou dan ook een klemmend beroep willen doen op de Partij van de Arbeid om er nog eens goed naar te kijken. Het gaat hem puur om de wettelijk verplichte verwijzing naar de weekendwaarneming. Dat zijn geen reclameuitingen. En dan maakt het ook niet uit of men het reclamebelasting of ondernemersbelasting noemt. De heer Schlangen deelt mede, dat zijn fractie zich voor wat de tarievennota betreft, volledig aansluit met mw. Szalata. Hij is van mening, dat de tarievennota goed in elkaar zit. De gemeente moet ook gelden binnenkrijgen. Kerkrade doet het voor wat betreft de tarieven goed in Parkstad Limburg en is nou niet bepaald de hoogste eiser. Het amendement van het CDA betreft een hele kleine groep in Kerkrade. De reclamebelasting is gebonden aan een gebied in Kerkrade-Centrum en de groep waar het in het amendement uiteindelijk om gaat is dan ook maar heel klein; de medici en de paramedici. Hij begrijpt ook, dat die groep helemaal niet profiteert van de reclamebelasting. Voor wat dat betreft zou zijn fractie het amendement dan ook wel willen steunen. Er is in de fractie uitgebreid over gediscussieerd en er waren zowel voor- als tegenstanders, maar meer voorstanders dan tegenstanders. Zijn fractie kan dan ook instemmen met het amendement van het CDA. De heer Terpstra (weth.) is van mening, dat de term ondernemersbelasting wellicht meer de lading zou dekken dan de term reclamebelasting. Maar het begrip reclamebelasting is een juridisch begrip. Zo moet men dat ook zien. Hij heeft dat overigens ook toegelicht. Hij moet de heer Bok even corrigeren. Hij heeft niet aangegeven, dat er geen bezwaren zijn binnengekomen. Er komen bezwaren van partijen, die vinden dat ze het eigenlijk helemaal niet kunnen betalen. Maar er is nagenoeg geen belastingvorm waar helemaal geen bezwaren tegen binnenkomen. Er zijn echter niet veel bezwaren binnengekomen. Hij is ook best bereid om de heer Bok daar op een ander moment cijfers over beschikbaar te stellen. Feit is wel, dat de ondernemers bij hun standpunt blijven en dat ook richting gemeente ventileren, dat zij blij zi jn met deze manier van structurele middelen genereren ter verbetering van het ondernemersklimaat. Want elke betaalde euro en dat blijft zo vloeit terug naar de ondernemers zelf. Voor wat betreft de kostendekkendheid het volgende. Kostendekkendheid is een begrip, wat voor sommige tarieven van toepassing is en voor sommige tarieven niet van toepassing hoeft te zijn. De hondenbelasting bijvoorbeeld levert de gemeente geld op. Voor de afvalstoffenheffing geldt daarentegen, dat de gemeente er niet eens aan mág verdienen en dat geldt ook voor het rioolrecht. Hij is van mening, dat de vraag welke heffingen al dan niet kostendekkend zijn het beste aan de orde zou kunnen komen in een commissievergadering en wel met steun van de desbetreffende collega, die eventuele vragen veel beter kan beantwoorden. Kerkrade krijgt inderdaad te maken met een vermindering van het aantal woningen en met een afname van het aantal inwoners. Hij is van mening, dat daar niet aan te ontkomen valt. Daarom is het ook zo n voordeel, dat de gemeente door de jaarlijkse vaststelling van de tarieven kan anticiperen op elke ontwikkeling. Hij is van mening, dat dit voldoende sturingsmiddel is om in te grijpen op het moment dat ergens sprake is van scheefgroei. Maar hoe dan ook; elke vorm van afname van inkomsten moet gepaard gaan met besluiten ten aanzien van het verminderen van uitgaven. En dat wordt nog een behoorlijke klus. Hij denkt ook niet, dat dit de laatste keer is dat daar hier over gesproken is. Er is ook gesteld, dat er met name bij de onroerende zaak belasting sprake is van communicerende vaten. Hij moet eerlijk zeggen, dat hij gesprekken heeft gevoerd met collega s van andere gemeenten waar de bevolking het gevoel had, dat de woningen minder waard werden, terwijl dat in de woz-waarde niet tot uitdrukking kwam. Voor die collega s is het nog moeilijker om uit te leggen, dat er in het kader van die communicerende vaten sprake is van een reële waardedaling. In Kerkrade ziet men nu voor het tweede achtereenvolgende jaar, dat de woz-waarde inderdaad daalt. Maar bij een waardevermindering stijgt het tarief. Die systematiek heeft deze raad zo afgesproken. Daar kan hij helaas niets mooiers van maken. De voorzitter merkt op, dat de wethouder nog één ding vergeten is, namelijk de motie van GroenLinks. Pagina 12 van 19