tarieven 2005 voor de OZB en de afvalstoffenheffing

Transcriptie

1 Raadsvoorstel 2004/ Onderwerp Portefeuillehouder R.J.H. van der Riet Steller F.D. den Hartog Collegevergadering 30 november 2004 Raadsvergadering 23 december 2004 Samenvatting Door middel van dit voorstel worden aan u de tarieven voor de onroerendezaakbelastingen (OZB) 2005 voorgelegd. U wordt geadviseerd om het tarief voor de woningen vast te stellen op 3,97 en het tarief voor de niet -woningen op 7,80. Tevens wordt u geadviseerd om ter uitvoering van de op 11 november 2004 ingevoerde Raadsnip, de tarieven voor de afvalstoffenheffing te verlagen met een bedrag van 45,38. Inleiding Bij de behandeling van de (aanvullende) belastingvoorstellen 2005 op 11 november 2004 zijn door uw raad een viertal amendementen aangenomen. Onderstaand wordt verder ingegaan op deze amendementen en de daaruit voortvloeiende consequenties voor de belastingtarieven voor Amendement 2 Door middel van dit amendement is besloten dat de belasting- en andere tarieven niet verhoogd worden met een trendmatige verhoging en derhalve gehandhaafd blijven op het niveau zoals in 2003 is besloten voor de belasting- en tariefsvoorstellen In de Programmabegroting is bij de raming van de belastingopbrengsten rekening gehouden met het doorberekenen van de prijscompensatie van 1,25%. Voor de volledigheid treft u onderstaand een overzicht aan waarbij per belastingsoort de bijstelling als gevolg van bovenstaand amendement is opgenomen: OZB hondenbelasting afvalstoffenheffing rioolrechten liggeld voor woonschepen totale bijstelling -/

2 Volgvel 2 Amendement 3 Door middel van dit amendement is besloten dat het volume van de totale opbrengst aan OZB voor de jaren 2005 en volgende gehandhaafd blijft op het niveau van 2004 en dat het college een dusdanig tariefvoorstel doet dat geen meeropbrengst aan OZB van 2,3 miljoen euro ten opzichte van 2004 gegenereerd wordt. In de Programmabegroting is voor de OZB, dit inclusief de doorberekening van de prijscompensatie, een opbrengst begroot van Op basis van voornoemde amendementen is door uw raad besloten om de prijscompensatie niet door te berekenen en daarmee de opbrengst bij te stellen met tot Tariefsvoorstel OZB-2005 Bij de behandeling van de belastingvoorstellen 2005 heeft u ervoor gekozen om ten aanzien van de lokale lastenontwikkeling de burgers zoveel als mogelijk te ontzien. Op basis van de door uw raad vastgestelde amendementen is door u besloten om bij het vaststellen van de belastingt arieven voor 2005, de doorberekening van de prijscompensatie buiten beschouwing te laten. Tevens heeft u besloten om bij de tariefvoorstellen geen meeropbrengst te verkrijgen. Bij de nadere berekening van de tarieven 2005 voor de OZB is met deze besluitvorming rekening gehouden en is verder bij de door u gewenste beperking van de lastenontwikkeling voor de burgers aangesloten. Als gevolg van de waardebepaling 2003 is de waarde van de woningen met rond 51% gestegen en de waarde van de niet-woningen met rond 11%. Met deze waardeontwikkeling van de woningen en de niet -woningen wordt het tijdvakpercentage vastgesteld op 207,29. Dit tijdvakpercentage geeft de grens aan van de maximaal toe te passen mate van differentiatie tussen de tarieven van de woningen en de niet-woningen. Om met voornoemde waardeontwikkeling ervoor te zorgen dat voor alle categorieën woningen het gemiddelde aanslagbedrag in 2005 niet hoger zal uitvallen dan in 2004, wordt voorgesteld om het tarief voor de woningen vast te stellen op 3,97. Het tarief voor de nietwoningen dient vervolgens vastgesteld te worden op 7,80. Met deze tarieven wordt voor de gemiddelde woning een verlaging van het aanslagbedrag gerealiseerd van rond 4% en voor de gemiddelde niet-woning een verlaging van rond 8%. Gelet op het voorstaande stellen wij u voor om de tarieven voor de OZB voor 2005 als volgt vast te stellen. woningen eigenarenbelasting 2,20 4,33 gebruikersbelasting 1,77 3,47 totaal 3,97 7,80 niet-woningen Met het vaststellen van deze tarieven wordt een opbrengst gerealiseerd van De mate van tariefdifferentiatie blijft binnen de gestelde kaders. Amendement 9A en 9B Door middel van amendement 9A heeft u besloten om in de Verordening op de afvalstoffenheffing 2005 een artikel toe te voegen om ter compensatie van de aanstaande afschaffing van de Zalmsnip een eigen lokale lastenverlichting in te voeren, de zogenaamde Raadsnip. In onderdeel 9B zijn de daaraan verbonden financiële consequenties voor de periode vastgelegd.

3 Volgvel 3 De in 1998 geïntroduceerde Zalmsnip is een vanuit het rijk vastgestelde inkomensmaatregel. Met de uitkering van deze Zalmsnip heeft het rijk, gelet op de stijgende lokale lasten als gevolg van het op lokaal niveau doorberekenen van de kosten van diverse overheidsmaatregelen, aan de huishoudens een financiële compensatie van 45,38 (was dfl 100) verstrekt. Het voeren van een inkomenspolitiek is voorbehouden aan de centrale overheid en daardoor heeft de gemeente geen mogelijkheid om, zoals nu bedoeld, binnen de gemeentelijke belastingen en -heffingen enige vorm van inkomenspolitiek te voeren. Het ontbreekt de gemeente daartoe aan de benodigde fiscale mogelijkheden om de hiervoor bedoelde lokale lastenverlichting (i.c. de Raadsnip) in te voeren. Handhaven van het op basis van het aangenomen amendement 9A aan de onderhavige verordening gevoegde artikel 7 en het daarmee gaan uitvoeren van een inkomenspolitiek, kan leiden tot onverbindendheid van de verordening. Om op een fiscaal toegestane wijze uitvoering te geven aan uw wens om de afschaffing van de Zalmsnip (in enige mate) te compenseren, wordt geadviseerd om dit te effectueren door middel van het verlagen van de tarieven van de afvalstoffenheffing. Toepassen van deze mogelijkheid heeft hetzelfde effect, namelijk een verlaging van de lokale lasten in 2005 met 45,38. Niet alle huishoudens die de Zalmsnip uitgekeerd kregen zullen door middel van de nu voorgestelde verlaging van de afvalstoffenheffing, gecompenseerd worden. Dit heeft onder meer betrekking op bewoners van seniorenhuizen. Gelet op het voorgaande kan de gemeente hiertoe geen nadere fiscale maatregel vaststellen. De door u ook voor deze huishoudens gewenste compensatie kan buiten het fiscale regime gezocht worden. Geadvi seerd wordt om voor deze beoogde huishoudens aan te sluiten bij de bestaande werkwijze van de rechtstreekse uitbetaling van de Zalmsnip. De voor 2005 door u gewenste compensatie van 45,38 kan daarmee ook voor deze bewoners gerealiseerd worden. Gelet op het voorgaande wordt voorgesteld om de tarieven voor de afvalstoffenheffing, dit behoudens de tarieven voor extra rolemmers (anders meerdere malen de compensatie), te verlagen met 45,38 en rekening houdend met de mogelijkheid van maandelijkse vermindering/aanslagoplegging voor 2005 als volgt vast te stellen: standaard 141,84 80 liter restafval 141, liter restafval 160, liter restafval 214,68 ondergronds 174,12 extra 120 liter GFT-afval 48,48 extra 80 liter restafval 187,20 extra 120 liter restafval 205,80 extra 240 liter restafval 260,04 De met deze compensatiemaatregel gemoeide kosten 2005 van rond 2,4 miljoen worden ten laste gebracht van de saldi-reserve. De financiële effecten van dit voorstel zullen worden verwerkt in de 1 e wijziging van de begroting Voor zal deze (afbouwende) compensatiemaatregel betrokken worden bij de belastingvoorstellen voor genoemde jaren.

4 Volgvel 4 Verordeningen Bij de behandeling op 11 november 2004 van de (aanvullende) belastingvoorstellen 2005 is de Verordening op de onroerendezaakbelasting 2005 nog niet vastgesteld. In verband met het vaststellen van de nu voorgestelde tarieven is hiertoe een concept -raadsbesluit bijgevoegd. Op 11 november heeft u wel de Verordening op de afvalstoffenheffing 2005 vastgesteld. Op basis van het nu voorliggende voorstel wordt u geadviseerd om het door middel van het amendement toegevoegde artikel 7 weer te laten vervallen en daarmee de huidige artikelen 8 tot en met 10 om te nummeren naar 7 tot en met 9. Tevens wordt u geadviseerd om de tarieven voor de afvalstoffenheffing opnieuw vast te stellen. Hiertoe treft u in concept de 1 e wijziging van de Verordening op de afvalstoffenheffing 2005 aan. Communicatie Teneinde de burgers goed te informeren over de door u genomen maatregelen gericht op het zoveel als mogelijk beperken van de lastenontwikkeling, wordt voorgesteld om gericht informatie in de Gemeentekrant op te nemen. Hierbij zal bijzondere aandacht worden geschonken aan uw compensatiemaatregelen gericht op het afschaffen van de Zalmsnip, de intentie om een Raadsnip in te voeren en de effectuering daarvan door middel van de bijstelling van de tarieven van de afvalstoffenheffing. Voorstel Op grond van het voorgaande besluit het college de raad voor te stellen om: A. in te stemmen met de volgende belastingvoorstellen 2005 en daarmee: 1. voor de onroerendezaakbelastingen de respectievelijke tarieven 2005 per aan vastgestelde waarde voor woningen voor de eigenarenbelasting en de gebruikersbelasting vast te stellen op respectievelijk 2,20 en 1,77 en de respectievelijke tarieven voor niet-woningen voor de eigenarenbelasting en de gebruikersbelasting vast te stellen op respectievelijk 4,33 en 3,47; 2. voor de afvalstoffenheffing voor 2005 het standaardtarief vast te stellen op 141,84, de respectievelijke tarieven voor het beschikbaar stellen van een 120-liter rolemmer voor GFT-afval en/of een 80-liter, een 120-liter of een 240-liter rolemmer voor restafval vast te stellen op respectievelijk 141,84, 160,44 en 214,68, voor ondergronds inzameling op 174,12, het tarief voor het beschikbaar stellen van een volgende 120- liter rolemmer voor restafval vast te stellen op 48,48 en de respectievelijke tarieven voor het beschikbaar stellen van een volgende 80-liter, 120-liter of een 240-liter rolemmer voor restafval vast te stellen op respectievelijk 187,20, 205,80 en 260,04; 3. in verband met voornoemde voorstellen en de redactionele wijziging van de Verordening op de afvalstoffenheffing 2005, de bijbehorende (wijzigings)verordeningen vast te stellen, en B. daartoe in te stemmen met de bijgevoegde raadsbesluiten.

5 Volgvel 5 Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, namens deze, de portefeuillehouder R.J.H. van der Riet Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, de secretaris, de burgemeester, dr. G.P.F. van den Boorn mr. A.Ph. Hertog Bijlage(n) conceptraadsbesluiten A en B