Uitvoeringsprogramma Baggeren - Rapportage Q (periode 1 juli oktober 2014)

Transcriptie

1 Uitvoeringsprogramma Baggeren - Rapportage Q (periode 1 juli oktober 2014) 1 Samenvatting In 2014 wordt naar verwachting 1,1 miljoen m 3 bagger verwijderd uit watergangen in ons beheersgebied. Het zwaartepunt van de uitvoering ligt in het laatste kwartaal van het jaar. Vrijwel al het werk is aanbesteed. De prijzen liggen over het algemeen rond of onder de raming. Omdat de einddatum van een aantal projecten over de jaargrens heen gaat, kan het resultaat in 2014 afwijken. In deze rapportage is hierop zo realistisch mogelijk geprognotiseerd. De prognose van de netto-uitgaven (uitgaven minus inkomsten) is bijgesteld van 8,2 miljoen naar 7,1 miljoen (zie grafiek 2). In april 2014 is een Taskforce Baggeren ingesteld, die de opdracht heeft om de programmatische aanpak van baggeren versneld in te voeren. In dit traject worden tevens de aanbevelingen van de Rekenkamercommissie meegenomen. De eerste resultaten zijn gepresenteerd in de commissie waterkeringen en wegen van 3 september jl. Ook deze rapportage is een resultaat van het verbetertraject. Specifiek aandachtspunt voor de komende periode is het formuleren van ØØn of meerdere effectgerichte outputindicatoren. 2 Opdracht en doelen Ons watersysteem voldoet aan de legger, is duurzaam en de kwaliteit is ten minste gelijk aan dat van Het Uitvoeringsprogramma Baggeren is ØØn van de maatregelen die bijdraagt aan het behalen van dit resultaat. Het baggerprogramma is het eerste uitvoeringsprogramma waarbij het systeem van effectsturing ge mplementeerd wordt. Bij deze transitie wordt de organisatie en administratie van het de baggerbeheer gemoderniseerd. Dit betekent dat aanpassingen noodzakelijk zijn op het gebied van activiteiten, aansturing en bedrijfsvoering. Deze transitie vraagt tijd en wordt eind 2016 afgerond. HHNK is verantwoordelijk voor het baggerbeheer van ruim km watergangen. Het kader voor het beheer is vastgelegd in het Meerjarenbeleidsplan. Jaarlijks wordt circa 750 km watergangen ge nspecteerd en indien nodig gebaggerd. De kosten per km baggerwerk kunnen, afhankelijk van de locatie (landelijk, stedelijk, boezem) en de kwaliteit van de baggerspecie, sterk uiteenlopen. Om variaties in kosten op te vangen is een baggervoorziening ingericht waaraan in miljoen en vanaf 2015 jaarlijks 7 miljoen wordt gedoteerd. In 2014 worden circa 94 baggerprojecten voorbereid en/of uitgevoerd. 3 Resultaten - stand van zaken & prognose In onderstaande paragrafen wordt gerapporteerd over de prestatie-indicator m 3 bagger en de financiºn ten opzichte van de Q2. De rapportage geeft inzicht in: prognose m 3 bagger 2014; verschil m 3 bagger ten opzichte van vorige rapportage; prognose 2014 inkomsten, bruto- en netto-uitgaven per categorie baggerwerk; verschil in financiºle prognose ten opzicht van de vorige rapportage; overzicht trend financiºn van begroting t/m Q3. 1

2 3.1 Kuubs (M 3 ) bagger Grafiek 1: realisatie en prognose hoeveelheden bagger 2014 (x m 3 ) cumulatief Tot en met augustus is circa m 3 gebaggerd. De uitvoering concentreert zich in het laatste kwartaal. Dit is een jaarlijks terugkomend patroon, dat met name veroorzaakt wordt door operationele beperkingen 1 en de aanbestedingscyclus. In de praktijk kan alleen gebaggerd worden buiten het broed en teeltseizoen, het accent van de uitvoering ligt in het najaar. Omdat bij vorst en extreme neerslag ook niet gewerkt kan worden is de uitvoeringtermijn beperkt. Dit maakt een sturing op de jaargrens lastig. 3.2 Financiºn (inkomsten en uitgaven) Grafiek 2: Realisatie en prognose uitgaven baggervoorziening (bedragen x 1.000) cumulatief 1 De uitvoering vindt voornamelijk buiten het groei- en broedseizoen plaats. 2

3 Grafiek 3: Uitgaven en inkomsten 2014 t.o.v. de vorige prognose(s) en de Begroting Toelichting Uitgaven (bruto) Inkomsten Netto-uitgaven De bruto uitgaven zijn ten opzichte van de vorige rapportage (Q2) met 1,1 miljoen naar beneden bijgesteld. De belangrijkste verklaringen zijn: - bijstellen van de planning van het landelijke baggerwerk 3 ; - minder uitgaven voor aanleg van nieuwe baggerdepots vanwege extra inspanningen in het voortraject (draagvlak en prioriteitstelling bij gemeenten); - doorschuiven van de start van de realisatie van drie boezemprojecten door discussie over het waterbodemonderzoek. De inkomsten blijven ten opzichte van de vorige rapportage nagenoeg gelijk: 3,4 miljoen. De netto uitgaven nemen ten opzichte van de vorige rapportage met 1,1 miljoen af. De betrouwbaarheid van de prognose is toegenomen, omdat vrijwel alle werken zijn aanbesteed. De grootste onzekerheid zit nog in de planning van het landelijke baggerwerk. 2 In de Q1 is een toelichting gegeven op het bijgestelde inzicht ten opzichte van de begroting. 3 Het landelijk baggerwerk wordt voornamelijk uitgevoerd in de periode van september tot maart. De aannemer levert het werk in maart op en stemt de (detail)planning af met de grondeigenaren. HHNK stuurt op de einddatum. 3

4 3.3 Meerjarenperspectief baggervoorziening Onderstaande grafiek geeft (het huidige inzicht in) het verloop van de baggervoorziening vanaf 2014 weer. Doorlopend wordt verder gewerkt aan de aanscherping van de getallen. 20 Voorziening baggeren 15 Dotatie x 1 miljoen Aanwending Saldo voorziening -10 Voorgaande jaren is in de baggervoorziening een reserve opgebouwd van circa 18 miljoen. In het kader van het MJP is besloten om vanaf 2015 de dotatie te verlagen naar netto 7 miljoen per jaar. Vanaf 2015 liggen de uitgaven structureel hoger 4 dan de dotatie. Consequentie daarvan is dat het saldo van de voorziening vanaf 2019 negatief zal zijn. Het vierde kwartaal zal het bestuur worden voorgelegd hoe hiermee om te gaan: 1. Nieuwe werkwijze baggervoorziening en 2. Bijgestelde MJR wordt meegenomen bij het MJP Voortgang aanbevelingen rekenkamercommissie De rekenkamercommissies van de hoogheemraadschappen Hollands Noorderkwartier en Amstel, Gooi en Vecht hebben gezamenlijk een onderzoek laten uitvoeren met als centrale vraag op welke wijze de waterschappen invulling geven aan de taken op het gebied van baggeren. Het onderzoek richtte zich vooral op de effectiviteit van het beleid vanuit het bestuurlijk perspectief. Het onderzoek heeft geresulteerd in zes aanbevelingen; in mei 2014 zijn deze aangenomen door het CHI (registratienummer ). De Taskforce heeft de opdracht gekregen de aanbevelingen mee te nemen in het professionaliseringsproces. Via de kwartaalrapportages wordt over de voortgang gerapporteerd. Aanbeveling 1. Sturen op effect In het derde kwartaal is gestart met de ontwikkeling van indicatoren die de relatie tussen de prestatie baggeren en het effect voldoende water, schoon water en veilige vaarwegen inzichtelijk maken. Gebiedsgericht werken ondersteunt deze sturing. Voor het baggerprogramma ligt de focus op het formuleren van prestatie-indicatoren voor het einde van dit jaar. In september 2014 is een voorstel gedaan aan het bestuur. 4 De pieken in de uitgaven in 2016 en 2020 worden veroorzaakt door baggerwerk in het boezemsysteem. 4

5 Aanbeveling 2. Verbeter de kwaliteit van de verantwoordingsrapportage De programmarapportages worden met de portefeuillehouders besproken en dit jaar toegevoegd aan de concernrapportage. Onderzocht wordt op welke wijze het bestuur vanaf 2015 wordt ge nformeerd over het baggerprogramma. In het derde kwartaal is de nieuwe programma-administratie gereed gekomen. Het gebruik ervan gaat de transparantie vergroten. Aanbeveling 3. Evalueer en maak baggerbeleid onderdeel van P&C Naast het verbeteren van de programma-administratie gericht op de sturing- en managementinformatie is in het derde kwartaal gestart met het proces om te komen tot de aanschaf en inrichting van een waterbodembeheersysteem. Dit systeem moet de nacalculatie en bijstelling van kengetallen in de toekomst mogelijk maken. Er wordt gewerkt aan een voorstel om de financieringsconstructie van het baggerprogramma (de voorziening) vanaf 2015 te integreren in de P&C-cyclus. Aanbeveling 4. Maak bezuinigingsmaatregelen inzichtelijk In het derde kwartaal is op basis van de bestaande informatie inzichtelijk gemaakt wat de bezuiniging op de baggervoorziening betekent voor de baggervoorziening. Gewerkt wordt aan het aanscherpen van prognoses ten behoeve van de meerjarenbegroting Aanbeveling 5. Neem het inkoopbeleid onder de loep In het derde kwartaal is de werkwijze (aanbesteding, contracten, contractmanagement en toezicht) geºvalueerd. Op basis hiervan wordt een nieuwe inkoopstrategie opgesteld. Aanbeveling 6: Overweeg het opstellen van veenweidebeleid Het hoogheemraadschap is goed aangehaakt bij de landelijke discussies over de toekomst van het veenweidegebied. Voor het baggeren in veenweidegebieden zal op basis van een evaluatie van het vigerende waterbodembeleidsplan, de huidige werkwijze en pilots plus onderzoeken worden onderzocht welke bijstellingen/optimalisaties in het baggeren mogelijk zijn. 5 Uitgelicht: samenwerking baggerwerk Beemsterringvaart In de Beemsterringvaart wordt volop gebaggerd. Dit werk is een onderdeel van het meerjarige boezembaggerprogramma dat in 2008 is opgesteld. Het volledige werk betreft het baggeren van een deel van de Where in Purmerend en de Beemster ringvaart vanaf Purmerend tot aan Avenhorn. De baggerspecie die vrijkomt wordt omgezet en gerijpt tot bruikbare grond. Deze grond wordt onder andere toegepast op de voormalige NAM- 5

6 boorlocatie in Middelie en het ophogen van de toekomstige woonwijk Waterrijk in Oosthuizen. In totaal wordt er tot eind 2016 ruim m 3 gebaggerd, verdeeld over drie fasen. De baggerspecie wordt met behulp van een baggerzuiger, via een persleiding, naar de depots gebracht. De koppeling van bagger/grondstromen in dit samenwerkingsproject levert betrokken partijen (efficiency)winst op en vergroot het draagvlak. Het Bouwfonds krijgt op korte afstand ingedroogde bagger beschikbaar voor de nieuwe woonwijk Waterrijk, waardoor nauwelijks meer grondtransport nodig is door zowel de woonkernen Middelie als Oosthuizen. Bij de gemeente en de bevolking heeft dit geleid tot veel draagvlak. De NAM krijgt ingedroogde bagger beschikbaar voor de inrichting van het voormalige gaswinterrein tot natuurgebied. Het hoogheemraadschap heeft profijt omdat de grondafzet geborgd is; de totale besparing wordt geschat op circa (dit is circa 20% op de baggerkosten). Voor het hoogheemraadschap zijn in de optimalisatie van de toepassing van (ingedroogde) bagger structureel besparingen te behalen. 6