Gemeente Linter RUP Parkgebied Melkwezer

Transcriptie

1 Gemeente Linter RUP Parkgebied Melkwezer Gemeente Linter Helen-Bosstraat Linter Grontmij Vlaanderen Groot-Bijgaarden, december 2012

2 Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in de vergadering van 27 augustus 2012 Het plan werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 21 september 2012 tot en met 19 november 2012 Gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in de vergadering van 26 december 2012 Op bevel, De Secretaris Ivo Draelants De Voorzitter Marc Wynants Zegel van de gemeente Verantwoordelijk Ruimtelijk Planner Patrick Roothaer

3 Verantwoording Titel : RUP Parkgebied Melkwezer Subtitel : Ontwerp Projectnummer : Referentienummer : Revisie : Datum : December 2012 Auteur(s) : Patrick Roothaer adres : patrick.roothaer@grontmij.be Gecontroleerd door : Jochen Ghyssels Paraaf gecontroleerd : Goedgekeurd door : Jochen Ghyssels Paraaf goedgekeurd : Contact : Gossetlaan 28-28A B-1702 Groot-Bijgaarden T F grootbijgaarden@grontmij.be Pagina 3 van 12

4 Inhoudsopgave 1 Artikel 1: Parkgebied Artikel 2: Zone voor parking (overdruk) Artikel 3: Zone voor carport (overdruk) Artikel 4: Verbindingen voor langzaam verkeer (indicatieve aanduiding) Pagina 4 van 12

5 1 Artikel 1: Parkgebied Artikel 1.1: Gebiedscategorie Overig groen Artikel 1.2: Bestemming Het gebied is bestemd voor de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van parken. Dit gebied heeft ook een sociale functie. Recreatie moet hier verstaan worden in verhouding tot de andere functies van het gebied. Het is een nevengeschikte functie en geen enige functie noch de enige hoofdfunctie. Het behoud van de ruimtelijke samenhang en de landschappelijke en cultuurhistorische waarde van het gebied wordt als randvoorwaarde ingeschreven. Natuurbehoud, landschapszorg en recreatie zijn nevengeschikte functies. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor deze functies zijn toegelaten. De genoemde werken, handelingen en wijzigingen zijn toegelaten voor zover de ruimtelijke samenhang in het gebied, de cultuurhistorische waarden, horticulturele waarden landschapswaarden en natuurwaarden in het gebied bewaard blijven. Pagina 5 van 12

6 Artikel 1: Parkgebied Het parkgebied wordt vrijgehouden als een open fragment binnen het centrum van Melkwezer. Voor bijkomende verduidelijking bij de planopties wordt verwezen naar de toelichtingsnota. Minstens de helft van het niet bebouwde en niet verharde deel van het plangebied bestaat uit een open grasveld. Dit deel wordt intensief beheerd (gemaaid) Het dient voor de recreatieve en sociale functie van het park. Het overige deel wordt extensief beheerd. Dit gedeelte heeft een hogere ecologische waarde doch kan eveneens een recreatieve en/of sociale functie hebben. Ten opzichte van de aangrenzende percelen aan beide zijden achteraan wordt een groenbuffer met gemengde beplanting gerealiseerd. Deze bufferstrook schermt de aangrenzende percelen af, verhoogt de privacy van de aangrenzende (private) percelen en werkt het open fragment in het centrum van Melkwezer visueel en landschappelijk af. Langs beide straatzijden wordt een lage groene begrenzing gerealiseerd. De lage haag schermt het gebied af ten opzichte van de straat. Tegelijk mag de landschappelijke relatie met de omgeving en de waardevolle bebouwing in de omgeving niet verloren gaan. Daarom wordt de hoogte beperkt tot 1,00 meter. Dit betekent dat men zittend op een bank nog over de haag heen kan kijken. De gemiddelde ooghoogte van een volwassen persoon bedraagt 1,15 meter. Deze haag mag doorbroken worden ter hoogte van de toegangen. Op deze plaatsen mag ook toegangsinfrastructuur zoals poortjes of hekkens aangebracht worden. Voorwaarde is dat hun hoogte eveneens beperkt is tot 1,00 meter. Ruimtelijke en landschappelijke versnippering van het plangebied moet vermeden worden. In functie van het afbakenen van deelzones met een meer Artikel 1.3: Inrichting Minstens 50% en maximaal 80% van de niet bebouwde en niet verharde ruimte wordt als een intensief beheerde grasweide ingericht en in stand gehouden. De overige niet bebouwde en niet verharde ruimte wordt als een extensief beheerde grasweide ingericht en in stand gehouden. Ter hoogte van de symbolische aanduiding hoge groene rand op het grafisch plan, wordt vanaf de plangrens een strook beplant met een menging van streekeigen of standplaatsgebonden lage struiken, hoge heesters en hoogstammige bomen. Deze strook is minimum 2,00 en maximum 5,00 meter diep, waarbij de diepte loodrecht op de perceelsgrens gemeten wordt. Op plangrens mogen tevens afsluitingen in paal en draad worden aangebracht van maximaal 2,00 meter hoog. Alle andere vormen van afsluitingen zijn niet toegelaten. Ter hoogte van de symbolische aanduiding lage groene rand op het grafisch plan, wordt op of tegen de plangrens een groene haag aangebracht met een maximale hoogte van 1,00 meter. Alle andere vormen van afsluitingen zijn niet toegelaten. De lage groene rand mag doorbroken worden ten behoeve van de toegang tot paden voor langzaam verkeer. Op deze plaatsen is het toegelaten om kleinschalige infrastructuur voor het al dan niet toegankelijk maken van het gebied aan te brengen. Deze infrastructuur heeft een maximale hoogte van 1,00 meter. In de overdrukzone boomgaard op het grafisch plan is het aanplanten van streekeigen of streekgebonden hoogstammige fruitbomen en het aanbrengen van speeltoestellen toegelaten. Behalve de hiervoor vermelde afsluitingen op de plangrens, zijn binnen het plangebied enkel muurtjes van maximaal 0,80 meter hoog toegelaten Pagina 6 van 12

7 Artikel 1: Parkgebied privaat of semi-publiek karakter, zijn enkel afsluitingen onder de vormen van lage muurtjes toegelaten. als afsluiting. In het plangebied mogen paden voor langzaam verkeer worden aangelegd. Hiervoor mogen open of half-open verhardingen worden gebruikt. Open verhardingen bestaan uit losse materialen zoals grind, dolomiet of boomschors. Ook begroeide verhardingen zoals grasdallen of grindgras worden ingedeeld bij de open verhardingen. Open verhardingen zijn waterdoorlatend. Half-open verhardingen zijn verhardingen met voegen. Kleinere vaste elementen zoals kasseien, tegels of klinkers worden tegen elkaar gelegd. Halfopen verhardingen zijn in principe waterdoorlatend. Dit is echter afhankelijk van de voegvulling, de breedte van de voegen en de doorlaatbaarheid van de fundering. Half-open verhardingen worden enkel toegelaten indien ze waterdoorlatend zijn. Gesloten verhardingen zijn verhardingen zonder voegen (met uitzondering van uitzettingsvoegen) die in één stuk worden aangebracht, bijvoorbeeld beton of asfalt. Een gesloten verharding laat in principe geen water door. De voorschriften voor de bestaande bebouwing hebben betrekking op het bestaande gebouw s Hertogenhof. Paden voor langzaam verkeer wordt aangelegd in open of half-open verharding. Gesloten verhardingen zijn niet toegelaten. Wegenis voor gemotoriseerd verkeer is niet toegelaten. De inrichting van het parkgebied moet steeds de visuele en landschappelijke relaties tussen de bebouwing in het plangebied, het oud gemeentehuis langs de Begijnhofstraat en de kerk van Melkwezer behouden en streven naar eenheid en samenhang tussen het plangebied en het aangrenzende dorpsplein. Onder deze voorwaarden is het aanplanten van hoogstammige bomen buiten de overdrukzone voor boomgaard en de hoge groene rand toegelaten. Artikel 1.4: Bestaande bebouwing In bestaande hoofdzakelijk vergunde gebouwen zijn volgende functies en activiteiten vergunbaar: wonen; horeca; diensten; nuts- en gemeenschapsvoorziening; Pagina 7 van 12

8 Artikel 1: Parkgebied Herbouwen is enkel toegelaten bij vernietiging of beschadiging ten gevolge van overmacht zoals brand, explosie, Een uitbreiding kan enkel vergund worden indien kan worden aangetoond dat voldaan is een minstens één van de 4 voorwaarden. Het toegestane uitbreidingsvolume wordt beoordeeld ten opzichte van het referentievolume. Dat is het bestaande bruto bouwvolume op het moment van de eerste aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning na inwerkingtreding van het RUP. Het referentievolume wordt gemeten met inbegrip van de buitenmuren, het dak en alle vormen van uitbouwen, veranda s, overdekte terrassen of gemakkelijk afsluitbare ruimtes, maar met uitzondering van de ondergrondse bouwvolumes. socioculturele voorzieningen; kantoren; recreatievoorzieningen. Aan bestaande hoofdzakelijk vergunde gebouwen zijn volgende werken en handelingen vergunbaar: Instandhoudingswerken, ook structurele; Verbouwingen binnen het bestaande volume; Herbouwen binnen het bestaande volume en op dezelfde plaats, enkel indien de constructie geheel of gedeeltelijk vernield of beschadigd is door een plotse ramp, buiten de wil van de aanvrager. Het uitbreiden van bestaande gebouwen is vergunbaar, op voorwaarde dat dit nuttig of noodzakelijk is omwille van: Milieuvoorwaarden; Toegankelijkheid; Gezondheids- of veiligheidsredenen; Infrastructurele behoeften verbonden aan de werking van een erkende, gesubsidieerde of gefinancierde educatieve of socio-culturele instelling, van een erkende jeugdvereniging of van een erkend jeugdverblijfscentrum. Uitbreidingen mogen ten hoogste 10% van het referentievolume boven het maaiveld bedragen. Het is verboden een uitbreiding van het bestaande gebouw te realiseren tussen de noordoostelijke gevel en de Begijnhofstraat. Het s Hertogenhof wordt beschouwd als waardevol erfgoed. Daarom worden voorwaarden opgelegd aan het verbouwen of eventueel herbouwen. De voorwaarden moeten er voor zorgen dat bouwwerken steeds resulteren in het Alle bovenstaande werken en handelingen zijn slechts toegelaten in tegelijk aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan: Het karakter en de verschijningsvorm van de oorspronkelijke hoofd- Pagina 8 van 12

9 Artikel 1: Parkgebied behoud of zelfs het versterken van de erfgoedwaarde van het gebouw. Met herstellen in authentieke staat wordt bedoeld dat de nieuwe toestand na verbouwing of herbouw beter overeenstemt met de originele toestand van het gebouw. Dit kan worden aangetoond aan de hand van oude plannen, tekeningen of foto s. gebouwen moeten bewaard blijven of hersteld worden. In het bijzonder moeten de bestaande gevels en gevelindeling, de kroonlijsthoogte, de dakvorm en dakopbouw en de uitwendig zichtbare materialen behouden blijven of in authentieke staat hersteld worden. Werken en handelingen moeten vanuit esthetisch en kunsthistorisch oogpunt verantwoord zijn. Artikel 1.5:Verhardingen Bij het berekenen van de verharde oppervlakte worden paden voor voetgangers en/of fietsers niet meegerekend. Alle andere verharde oppervlaktes zoals parking en terrassen moeten wel meegerekend worden. Parking mag enkel aangelegd worden in de daartoe voorziene overdrukzone op het grafisch plan. Waterdoorlatende verhardingen zijn verhardingen in waterdoorlatende materialen of verhardingen die op een waterdoorlatende wijze worden aangelegd. Maximaal 350 m² mag worden verhard. In dit maximum wordt de oppervlakte aan paden voor langzaam verkeer niet mee gerekend. Verhardingen voor parking zijn enkel toegelaten in de daarvoor bestemde overdrukzone zoals aangeduid op het grafisch plan (zie Artikel 2). Verhardingen zijn waterdoorlatend. Pagina 9 van 12

10 2 Artikel 2: Zone voor parking (overdruk) Enkel in de overdrukzone is de aanleg van parking op het maaiveld toegelaten. De oppervlakte die verhard wordt voor parking wordt verrekend in de maximaal toelaatbare verharde oppervlakte volgens Artikel 1.5. Behalve in de zone voor carport (zie Artikel 3 hierna) zijn enkel niet overdekte parkeerplaatsen toegelaten. Alle vormen van gesloten of half-open parkeervoorzieningen zijn niet toegelaten. De zone voor parking is aangeduid als overdruk. Indien de overdrukzone niet bestemd wordt voor parking, gelden de voorschriften volgens de grondkleur. Op het grafisch plan is in overdruk een zone voor parking aangeduid. In deze overdrukzone is parking met niet-overdekte parkeerplaatsen op het maaiveld toegelaten. Parking wordt aangelegd op een waterdoorlatende wijze. Behalve aan de straatkant wordt de parking afgewerkt met een groenstrook van minstens 1,00 meter breed. Pagina 10 van 12

11 3 Artikel 3: Zone voor carport (overdruk) Een carport wordt gedefinieerd als een open constructie met een plat dak bestemd voor het parkeren 1 of meerdere motorvoertuigen. De zone voor carport is aangeduid als overdruk. Indien de overdrukzone niet bestemd wordt voor een carport, gelden de voorschriften volgens de grondkleur. In deze overdrukzone gelden dezelfde voorschiften als in de overdrukzone Artikel 2. Bijkomend is het toegelaten om de parking te overdekken met een carport. Pagina 11 van 12

12 4 Artikel 4: Verbindingen voor langzaam verkeer (indicatieve aanduiding) De verbinding wordt symbolisch weergegeven op het grafisch plan. De intekening van de pijl is niet bindend en evenmin richtinggevend of indicatief voor het tracé van de verbinding. Ze zijn enkel indicatief voor de plaatsen die met elkaar verbonden worden. Er worden twee verbindingen voorzien: Een verbinding tussen de Begijnhofstraat en de Dorpstraat. Dit is een alternatief voor de bestaande voetpaden. Aan de Begijnhofstraat start de verbinding ter hoogte van de voetgangerszone achter de centrumparking. In de Dorpstraat wordt aangesloten nabij het kruispunt met de Waterhofstraat. Een aftakking van deze verbinding die toegang heeft tot het terras aan het s Hertogenhof. Om functionele relaties te leggen worden verbindingen gerealiseerd voor langzaam verkeer. De pijlen op het grafisch plan duiden symbolisch aan welke plaatsen met elkaar verbonden worden. Naast deze functionele verbindingen kunnen op basis van artikel 1.2 nog andere paden in het parkgebied worden aangelegd. Pagina 12 van 12