stedenbouwkundige voorschriften

Transcriptie

1 stedenbouwkundige voorschriften Algemene bepalingen...37 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving...39

2

3 Artikel 0: Algemene bepalingen 0.1. Ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid Er dient altijd en overal gestreefd te worden naar ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid. Bij elke nieuwe ingreep dient een afweging ten aanzien van de ruimtelijke draagkracht van de omgeving te gebeuren. Bij de beoordeling van elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning blijft ruimtelijke kwaliteit het belangrijkste criterium. Het is aan de desbetreffende vergunnende overheid om hierover te waken. Volgende aandachtspunten zijn belangrijk: beeldkwaliteit, kwalitatief openbaar domein, zuinig en compact ruimtegebruik, inpassing in de landschappelijke context, impact op de verkeerssituatie, kwalitatief materiaalgebruik, privacy en bezonning Constructies en inrichtingen van openbaar nut Binnen alle bestemmingszones worden bovengrondse en ondergrondse constructies en inrichtingen van openbaar nut toegelaten, voor zover ze in hun uitbating en algemeen voorkomen geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone. Enkel omwille van algemeen belang kunnen constructies en inrichtingen van openbaar nut afwijken van de gestelde voorwaarden in de betreffende zone. Voorbeelden van constructies en inrichtingen van openbaar nut: straatverlichting, straatmeubilair, bushaltes, gas- of elektriciteitscabines, waterbufferbekkens, waterinfiltratiezones, regenwaterputten, rioleringen en andere ondergrondse constructies... november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel 37

4 Artikel 0: Algemene bepalingen 0.3. Bestaande bebouwing, functies en inrichtingen Bestaande bebouwing, functies en inrichtingen die vergund (geacht) zijn en afwijken van de stedenbouwkundige voorschriften van dit ruimtelijk uitvoeringsplan, mogen in stand gehouden, verbouwd en gerenoveerd worden op voorwaarde dat de afwijking niet toeneemt. Enkel vergund (geachte) constructies vallen onder deze regeling. De bestaande bebouwing: het gaat hier zowel om het hoofdvolume als om de bijgebouwen Integraal waterbeheer en waterhuishouding Alle ruimtelijke ingrepen binnen het plangebied dienen in overeenstemming te zijn met de principes van het integraal waterbeheer zonder een abnormale belasting van het watersysteem. In het bijzonder wordt gewerkt via het principe van vertraagde afvoer van het hemelwater waarbij de volgende hiërarchie wordt gevolgd: opvangen hemelwater voor herbruik, infiltratie in de grond, buffering van het verzamelde regenwater. Alle handelingen met betrekking tot integraal waterbeheer zijn vergunbaar binnen alle bestemmingszones van het RUP voor zover ze geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone. Elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning, moet beantwoorden aan alle vereisten inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, zoals omschreven in het decreet en de verordening(en) ter zake. In normale afwateringsgebieden geldt een vertraagde afvoer van maximum 10 liter per seconde per hectare verharde oppervlakte met een bijkomende nuttige buffercapaciteit van minimaal 330m³. In kritieke afwateringsgebieden zal er een vertraagde afvoer opgelegd worden van maximum 5 liter/seconde/hectare verharde oppervlakte met een bijkomende buffercapaciteit van 410m³. Bij de ontwikkeling van projecten die een gewijzigde terreintoestand (daken, verhardingen, ophogingen, wateroppervlakken e.a.) veroorzaken van minstens 1000m² dient met dit principe rekening gehouden te worden. 38 november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel

5 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving Categorie van gebiedsaanduiding: categorie overig groen - subcategorie parkgebied 1.1. Bestemming Het gebied is bestemd voor uitbating van een jeugdverblijf en aanhorigheden, in combinatie met de instandhouding, de ontwikkeling en herstel van parkgebied. Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding overig groen - parkgebied. Onder aanhorigheden wordt verstaan: onthaalinfrastructuur, kantoorruimte, sanitaire ruimtes, keuken, technische ruimtes... Een administratieve functie, ter ondersteuning van het jeugdverblijf, is tevens toegelaten. Feestmogelijkheden (kampvuur ed.) zijn enkel toegelaten voor de mensen die er effectief verblijven. De handhavig hiervan is de verantwoordelijkheid van de uitbater en de beheerder Inrichting Algemeen Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de ontwikkeling, de instandhouding en het herstel van de natuur, het natuurlijk milieu, bos en van de landschapswaarden zijn toegelaten. Voor zover de ruimtelijk-ecologische draagkracht van het gebied niet overschreden wordt, zijn de volgende werken, handelingen en wijzigingen eveneens toegelaten: het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur voor het toegankelijk maken van het gebied voor recreatief medegebruik; beperkte terreinophogingen in het kader van natuurlijke spelaanleiding met een maximale hoogte van 1,00 m; de heraanleg van de parking in de op het grafisch plan in overdruk aangeduide zone voor aanhorigheden. De erfgoedkwaliteiten van de site dienen intact te worden gehouden en versterkt. De gebouwen in de zone voor aanhorigheden dienen op gebied van korrel, hoogte, volume ondergeschikt te blijven aan het kasteel. Ze dienen de zichtassen op en vanuit het kasteel te respecteren. Onder kleinschalige infrastructuur wordt verstaan: zitbanken, picknicktafels, vuilnisbakken, knuppelpaden, wandelpaden, natuurlijke spelaanleidingen, onthaalinfrastructuur... Onder beperkte terreinophogingen in het kader van natuurlijke spelaanleiding worden terreinophogingen verstaan zoals speelheuvels e.d. november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel 39

6 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving Categorie van gebiedsaanduiding: categorie overig groen - subcategorie parkgebied Zone voor aanhorigheden (overdruk) Op het grafisch plan is in overdruk een zone voor aanhorigheden aangeduid. - Indien bestaande bijgebouwen D, E en F worden herbouwd op een andere plaats, dan kan dit enkel binnen deze zone voor aanhorigheden. - Indien de bestaande parking heraangelegd wordt, dan dient dit te gebeuren binnen deze overdrukzone Bouwvolumes Hoofdgebouwen De bestaande hoofdgebouwen zijn symbolisch aangeduid op het grafisch plan met de letters A en B. Hoofdgebouw A = het kasteel en het pand Hoofdgebouw B = het koetshuis De bestaande hoofdgebouwen zijn bestemd voor jeugdverblijven, jeugdactiviteiten, educatieve functies of socio-culturele functies verbonden aan het jeugdverblijf. Het is toegelaten bestaande hoofdgebouwen te verbouwen binnen het bestaande bouwvolume. Het uitbreiden van de bestaande gebouwen met maximaal 10% ten opzichte van het referentievolume is vergunbaar, op voorwaarde dat dit noodzakelijk is omwille van: milieuvoorwaarden; Het referentievolume is het bruto bouwvolume aanwezig voor de inwerkingtreding van dit RUP. Het referentievolume wordt gemeten met inbegrip van de buitenmuren en het dak; 40 november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel

7 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving Categorie van gebiedsaanduiding: categorie overig groen - subcategorie parkgebied gezondheids- of veiligheidsredenen; infrastructurele behoeften verbonden aan de werking van een erkend jeugdverblijfscentrum. ondergrondse ruimtes die rechtstreeks verbonden zijn met de buitenruimte. Het is verboden de hoofdgebouwen af te breken en/of te herbouwen, tenzij ze geheel of grotendeels vernield of beschadigd zijn door een plotse ramp buiten de wil van de aanvrager. De hoofdgebouwen A en B werden opgenomen op de inventaris van het bouwkundig erfgoed onder de naam Kasteel Nieuw of Klein Tillegem met kenmerk ID: Om die reden is het afbreken en/of herbouwen van de hoofdgebouwen niet toegelaten Bijgebouwen De bestaande bijgebouwen zijn symbolisch aangeduid op het grafisch plan met de letters C, D, E, F en G. Het bijgebouw C is bestemd voor de periodieke verblijf en overnachting van vrijwilligers die tewerkgesteld worden in functie van het jeugdverblijf. De bijgebouwen D, E en F zijn bestemd voor opslag. Het is toegelaten bestaande bijgebouwen D en E te verbouwen binnen het bestaande bouwvolume. Het is toegelaten het bestaande bijgebouw C uit te breiden met maximaal 10% ten opzichte van het referentievolume, op voorwaarde dat dit noodzakelijk is omwille van: milieuvoorwaarden; gezondheids- of veiligheidsredenen; infrastructurele behoeften verbonden aan de werking van een erkend jeugdverblijfscentrum. Bijgebouw C: het Fritselhuisje, gelegen aan de achterzijde van het kasteel, opp. bijgebouw C zoals vergund op 6 juli 2015 door het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brugge = 197,80 m². Bijgebouw D: voormalig serregebouw, gelegen ten noorden van de site, opp. = 31,90 m². Bijgebouw E: voormalig serregebouw, gelegen ten noorden van de site, opp. = 54,55m². Bijgebouw F: tuinhuisje met opslag van afval en afvalcontainers ter hoogte van de bestaande parking, opp. = 21,50 m². Bestaand bijgebouw G: kippenhokje, opp. = 20 m². Het referentievolume is het bruto bouwvolume aanwezig voor de inwerkingtreding van dit RUP. Het referentievolume wordt gemeten met inbegrip van de buitenmuren en het dak; ondergrondse ruimtes die rechtstreeks verbonden zijn met de buitenruimte. november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel 41

8 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving Categorie van gebiedsaanduiding: categorie overig groen - subcategorie parkgebied Het is toegelaten de bestaande bijgebouwen D, E en F te slopen en te herbouwen als één herbouwd bijgebouw op een gewijzigde plaats, voor zover het herbouwde zich bevindt binnen de op het grafisch plan in overdruk aangeduide zone voor aanhorigheden en voor zover bijgebouw D, E en F gesloopt worden. De zone van achteruitbouw ten opzichte van de geldende rooilijn dient gerespecteerd te worden. In geval van herbouw is de maximale vloeroppervlakte van het te herbouwen bijgebouw gelijk aan de samengetelde vloeroppervlakte van de te slopen bijgebouwen met een maximale oppervlakte van 110m². Bijgebouw D, E en F moeten allen gesloopt worden om tot herbouw van één bijgebouw op een gewijzigde plaats te komen. De rooilijn wordt bepaald in het K.B. 29/07/1964 Provincieweg nr. 1 Brugge - Torhout N32 Grondgebied Sint-Michiels. De zone van achteruitbouw bedraagt 8 m. Opp. bijgebouw D = 31,90 m² Opp. bijgebouw E = 54,55 m² Opp. bijgebouw F = 21,00 m² 31,90 m² (D) + 54,55 m² (E) + 21,00 m² (F) = 107,45 m². Als maximale oppervlakte voor de nieuwe constructie wordt 110 m² als maximale te herbouwen oppervlakte beschouwd. De kroonlijsthoogte van het te herbouwen bijgebouw is gelijk aan maximaal 3,00 m. De dakvorm is vrij. Het te herbouwen bijgebouw dient zich maximaal te integreren in het parkgebied door middel van zijn vormgeving en door middel van doordachte groenaanplantingen ten opzichte van de Torhoutse Steenweg. Het aanplanten van groen, ter integratie van het bijgebouw ten opzichte van de Torhoutse Steenweg, dient om het groene karakter van de omgeving verder te behouden. Bij elke stedenbouwkundige aanvraag tot herbouw dient een inrichtingsplan van het volledige terrein en in het bijzonder een inrichtingsplan van de op het grafisch plan in overdruk aangeduide zone voor aanhorigheden, gevoegd te worden. Het inrichtingsplan maakt deel uit van het dossier betreffende de aanvraag van een vergunning voor de herbouw van de bestaande bijgebouwen binnen de in overdruk aangeduide zone voor aanhorigheden. Het inrichtingsplan is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het 42 november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel

9 Artikel 1: Zone voor jeugdverblijf in parkomgeving Categorie van gebiedsaanduiding: categorie overig groen - subcategorie parkgebied Het nieuwe bijgebouw is bestemd: voor de opslag van goederen; voor de berging van tuinmateriaal, als fietsenstalling kader van de goede ruimtelijke ordening en de voor het gebied. Het inrichtingsplan moet minimaal het behoud van het huidig groenscherm aantonen, aantonen dat de bestaande bijgebouwen gesloopt worden, hoe het herbouwde bijgebouw zich verhoudt ten opzichte van de nabije omgeving, hoe deze gebufferd wordt naar de Torhoutse Steenweg toe, hoe deze zich verhoudt ten opzichte van de bestaande parkeerzone Materialisatie De aanleg van het park en de afwerking van de gebouwen dient op een kwalitatieve en duurzame manier te gebeuren door gepast materiaal- en kleurgebruik, die een meerwaarde geven aan de uitstraling van het gehele plangebied en omgeving Ontsluiting Er mag slechts één ontsluitingspunt voor het plangebied op de Torhoutse Steenweg voorzien worden. Dit ontsluitingspunt heeft een maximale breedte van 7,00 m, exclusief eventuele hoekafschuiningen, en situeert zich binnen de op het grafisch plan in overdruk aangeduide zone voor aanhorigheden. Het dienstorder MOW/AWV/2012/16 Reglementering van de toegangen tot het gewestdomein van AWV stelt dat de maximaal toegelaten breedte van toegangen tot het gewestdomein maximaal 7 m bedraagt. Het huidig ontsluitingspunt is bij benadering 9,25 m breed Afsluitingen Het bestaande groenscherm dient behouden te worden. Als afsluiting zijn uitsluitend haagvormige aanplantingen toegelaten, eventueel versterkt met paaltjes en draad. november 2016 PRUP Zonevreemd jeugdverblijf De Karmel 43

10