Federale Overheidsdienst F 2011/9/1 FINANCIEN _ Algemene administratie van de FISCALITEIT _ BTW _ F 2011/9

Transcriptie

1 Federale Overheidsdienst F 2011/9/1 FINANCIEN _ Algemene administratie van de FISCALITEIT _ BTW _ F 2011/9 FORFAITAIRE REGELING INZAKE BTW VOOR DE CONSUMPTIE-IJSBEREIDERS JAAR 2011 (*) 1. Voorafgaande opmerking. De navolgende bepalingen gelden voor de consumptie-ijsbereiders (fabrikanten van consumptie-ijs met uitzondering van doorverkopers van consumptie-ijs) die onderworpen zijn aan de forfaitaire regeling bedoeld bij artikel 56, 1, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde. Benevens deze bepalingen zijn eveneens de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake BTW en vooral het koninklijk besluit nr. 2, van 7 november 1969, met betrekking tot de vaststelling van forfaitaire grondslagen van aanslag voor de BTW, van toepassing. 2. In de forfaitaire regeling bedoelde handelingen. De omzet wordt forfaitair bepaald voor de levering of het serveren van : a) consumptie-ijs (vanille- en smakenijs); b) specialiteiten op basis van consumptie-ijs; c) wafels en pannekoeken; d) slagroom; e) koopwaren die zonder bewerking of verwerking worden doorverkocht; f) koude en warme dranken. (*) Waar de forfaitaire regeling 2011 afwijkt van die van 2010, wordt dit in de rand door een verticale streep aangeduid.

2 F 2011/9/2 3. Inkoopprijs. Bij de berekening van de forfaitaire omzet wordt uitgegaan van de inkoopprijs van de grondstoffen, produkten en koopwaren. Onder inkoopprijs wordt verstaan het bedrag waarop de BTW bij de aankoop, de intracommunautaire verwerving of bij de invoer werd of moest worden geheven. Per aangifteperiode en per rubriek worden in het boek voor inkomende facturen de totalen gemaakt. Die totalen moeten worden overgedragen op het berekeningsblad dat bij de periodieke aangifte wordt gevoegd (z. nr. 23 hierna). I. Verkoop door een venter, aan de toonbank of bediening in het verbruiksalon. 4. Toe te passen tarief - Onderscheid. De levering van de produkten bedoeld onder de nrs. II tot V hierna is onderworpen aan het tarief van 6 pct., wanneer ze door een venter of aan de toonbank worden verkocht. Het tarief van 12 pct. is evenwel van toepassing wanneer die produkten in een verbruiksalon worden opgediend, behalve voor de dranken waarvoor het tarief van 21 pct. van toepassing is. Wanneer een gedeelte van die produkten langs de straat of aan de toonbank wordt verkocht en een gedeelte wordt opgediend in een verbruiksalon, moet de omzet worden uitgesplitst, volgens een onder de controle van de administratie, door de belastingplichtige jaarlijks te bepalen percentage van de verkopen voor onmiddellijk verbruik in het salon en van de andere verkopen. II. Consumptie-ijs. 5. Omzet. a. Vanille-ijs en basispreparaat voor smakenijs. De forfaitaire omzet wegens de verkoop van vanille- en van smakenijs wordt bekomen door de inkoopprijs van alle produkten die bij de bereiding van het vanille-ijs of van het basispreparaat van smakenijs worden gebruikt, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 10,48. Die coëfficiënt geldt alleen wanneer de forfaitaire verkoopprijs, berekend volgens nr. 6, van één liter ijs, BTW inbegrepen, 23,00 EUR bedraagt. Hij moet in meer of in min worden aangepast, wanneer de verkoopprijs hoger of lager is. Die aanpassing bedraagt 0,10 punt voor ieder prijsverschil van 0,50 EUR; een gedeelte van 0,50 EUR wordt voor volle 0,50 EUR gerekend.

3 F 2011/9/3 Voorbeeld : Verkoopprijs 1 liter : 22,10 EUR, BTW inbegrepen - coefficient 10,28 23,30 EUR, BTW inbegrepen - coefficient 10,58 Als basisprodukten bij de bereiding van vanille- of smakenijs worden o.m. bedoeld : melk, room, suiker, vanille, verbeterende produkten, stabilisators, eieren, enz. Dit is eveneens zo voor de half afgewerkte produkten (Mix's), zelfs indien ze smaak - of kleurstoffen bevatten. b. Aanvullende omzet wegens de verkoop van smakenijs. Wanneer de belastingplichtige aan het basispreparaat produkten toevoegt om aan het ijs een bepaalde smaak of kleur te geven, moet een aanvullende omzet worden berekend. Deze wordt bekomen door de inkoopprijs van de daartoe aangewende produkten, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 2,25. Worden hier bedoeld : aroma's (essences), kleurstoffen, fruit, cacao, sausen, chocolade, mokka, suikeramandel (pralin), compounds, enz., met uitsluiting van vanille. Die produkten moeten worden ingeschreven in de kolom 10 van het boek voor inkomende facturen. Wanneer diezelfde produkten niet bij de bereiding van smakenijs worden aangewend, maar samen met het vanille- of smakenijs worden geleverd of opgediend, worden ze bedoeld onder nr. 7 hierna. 6. Forfaitaire berekening van de verkoopprijs van één liter ijs. Op het berekeningsblad moet de belastingplichtige vermelden : - het formaat van de kleinste tang (hoogste nummer); - de verkoopprijs, hoorntjes en wafeltjes inbegrepen, van drie bollen ijs, inclusief BTW. Met die gegevens wordt de forfaitaire verkoopprijs van één liter ijs bepaald, volgens onderstaande formule, waarbij rekening wordt gehouden met een verlies van 12,5 pct. bij de bediening : Nr. (index) van de Verkoopprijs kleinste ijstang x van 3 bollen x 87,5 (hoogste nummer) 3 100

4 F 2011/9/4 III. Specialiteiten op basis van consumptie-ijs en belegsels. 7. Omzet. Wanneer de ijsbereider de produkten die onder nr. 5, b, worden opgesomd, niet gebruikt bij de bereiding van smakenijs, maar ze achteraf samen met het vanille- of smakenijs levert of opdient, verkoopt hij een specialiteit op basis van consumptie-ijs (bv. dame blanche, brésilienne, pêche melba, enz.). De forfaitaire omzet wegens de verkoop van die specialiteiten wordt bekomen door de totale inkoopprijs van die produkten, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 3,02. Die produkten moeten worden ingeschreven in de kolom 11 van het boek voor inkomende facturen. Wanneer dezelfde produkten zowel bij de bereiding van smakenijs als bij de bereiding van de hier bedoelde specialiteiten worden gebruikt, moet de belastingplichtige, onder de controle van de administratie, de aankopen in zijn boek voor inkomende facturen uitsplitsen in functie van de werkelijke aanwending (kolommen 10 en 11). IV. Wafels en pannekoeken. 8. Omzet. De forfaitaire omzet wegens de verkoop van zelf bereide wafels en pannekoeken wordt bekomen door de totale inkoopprijs van de grondstoffen (bloem, melk, vetstoffen en verbeterende produkten, suiker, eieren, zout, gist...) of van de diepvrieswafels en -pannekoeken, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt vermeld onder nr. 5, a, eventueel aangepast zoals onder dit nummer is uiteengezet. Bijgevolg moeten de hiervoor genoemde produkten worden ingeschreven : 1) in de kolom 8 van het boek voor inkomende facturen; 2) in het vak dat op het berekeningsblad is voorzien voor de inschrijving van de goederen en grondstoffen, gebruikt bij de bereiding van consumptie-ijs. V. Slagroom. 9. Omzet. De forfaitaire omzet wegens de verkoop van slagroom wordt bekomen door de totale inkoopprijs van de room, die bij de bereiding ervan wordt gebruikt, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 5,10.

5 F 2011/9/5 Bij de vaststelling van die coëfficiënt werd er rekening mee gehouden dat de suiker reeds begrepen is in de omzet wegens de verkoop van consumptie-ijs. VI. Koopwaren die zonder bewerking of verwerking worden doorverkocht. 10. Omzet. De forfaitaire omzet wegens de verkoop van koopwaren, die zonder bewerking of verwerking worden doorverkocht, wordt bekomen door de totale inkoopprijs ervan te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 1,40. Worden hier onder meer bedoeld : confiserie, biscuits, toffees, pralines, chocolade, frisco's en dergelijke. Zijn uitgesloten : - de diepvrieswafels en -pannekoeken, die als grondstoffen worden beschouwd (z. nr. IV, hiervoor); - de produkten van de bakkerij en van de banketbakkerij (zie nr. VII); - de koude en de warme dranken (z. nr. VIII hierna). De produkten van de bakkerij en van de banketbakkerij die door de belastingplichtige worden aangekocht, worden geacht te zijn geleverd en verbruikt in het verbruiksalon. De ijsbereider die deze produkten in grote hoeveelheden aan de toonbank zou verkopen, voldoet niet aan de voorwaarden om de forfaitaire regeling te kunnen toepassen. Het totaal wordt belast tegen het tarief van 6 pct. VII. Produkten van de bakkerij en van de banketbakkerij. 11. Omzet. De forfaitaire omzet wegens het serveren van produkten van de bakkerij en van de banketbakkerij in het salon wordt bekomen door de totale inkoopprijs ervan te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 1,80. Dit bedrag moet eventueel nog verhoogd worden met het bedieningsgeld dat in het verbruiksalon wordt aangerekend. Het totaal wordt belast tegen het tarief van 12 pct.

6 F 2011/9/6 VIII. Dranken. 12. Omzet wegens de verkoop van koude dranken door een venter en/of aan de toonbank. a) De forfaitaire omzet wegens de verkoop van koude dranken (andere dan deze bedoeld in b) hierna) wordt bekomen door de totale inkoopprijs ervan, vermenigvuldigd met het jaarlijks percentage van de verkopen langs de straat en/of aan de toonbank (zie I, 4, hiervoor), te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 1,5. Dit bedrag wordt belast tegen het tarief van 6 pct. b) De forfaitaire omzet wegens de verkoop van bieren met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 0,5 % vol. en andere dranken met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2 % vol. wordt bekomen door de totale inkoopprijs ervan, vermenigvuldigd met het jaarlijks percentage van de verkopen langs de straat en/of de toonbank (zie I, 4 hiervoor) te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 1,5. Dit bedrag wordt belast tegen het tarief van 21 pct. 13. (Vervallen). 14. Omzet wegens het serveren in het verbruiksalon van de koude dranken. De forfaitaire omzet wegens het serveren in het salon van koude dranken, wordt bekomen door de totale inkoopprijs van de koude dranken, vermenigvuldigd met het jaarlijks percentage van het verbruik in het salon, te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 3,2. Dit bedrag moet worden verhoogd met de inkoopprijs van de andere dranken (bieren met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 0,5 % vol. en andere dranken met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2 % vol.) te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 3,2. Het totale bedrag moet eventueel nog worden verhoogd met het bedieningsgeld dat in het verbruiksalon wordt aangerekend. Het totaal wordt belast tegen het tarief van 21 pct. 15. Omzet wegens het serveren van warme dranken (koffie, thee, bouillon en vooraf bereide soepen). De forfaitaire omzet wegens het serveren van die warme dranken wordt bekomen door de verkoopprijs, bedieningsgeld en BTW inbegrepen, van één consumptie te vermenigvuldigen met het aantal dat ervan wordt opgediend.

7 F 2011/9/7 Er wordt rekening gehouden met de volgende rendementen : Koffie : - 70 filters per kg; expresso's per kg; koppen per kg; - 1 consumptie per vooraf bereide filter. Thee : 1 consumptie per builtje. Vooraf bereide soepen : 1 consumptie per zakje. Bouillon : 100 consumpties per liter geconcentreerde bouillon. De belastingplichtige moet de aangekochte hoeveelheden koffie, vooraf bereide filters, thee, bouillon en vooraf bereide soepen op het berekeningsblad vermelden. Aangezien de forfaitaire omzet wordt vastgesteld, BTW inbegrepen, moet hij met de breuk 100/121 worden vermenigvuldigd om het belastbaar bedrag te bepalen. Het totaal wordt belast tegen het tarief van 21 pct. IX. Verrichtingen waarvan de omzet niet forfaitair wordt bepaald. A. Leveringen of serveren van produkten. 16. Wanneer de belastingplichtige, in het kader van zijn normale beroepswerkzaamheid ook andere goederen dan die bedoeld onder de nrs. II tot VIII levert of serveert, wordt de omzet ervan niet forfaitair bepaald. Dit is o.m. het geval voor de levering of het serveren van kleine bereide schotels, van belegde sandwiches, van hot-dogs en van andere bereide produkten, en voor de levering van siervoorwerpen en fancy-artikelen gebruikt voor het verpakken van doopsuiker of confiserieartikelen. Die verrichtingen kunnen al naargelang het geval en het beoogde produkt onderworpen zijn aan het tarief van 6, 12 of 21 pct. voor wat de verkopen langs de straat of aan de toonbank betreft, en aan het tarief van 12 pct. wanneer het levensmiddelen geserveerd in een verbruiksalon betreft. Voor de belastingplichtigen die een verbruiksalon uitbaten wordt tevens nog verwezen naar de uitsluitingsclausule opgenomen onder nr. 20 a) hierna. 17. Omzet. a. Indien de omzet van die produkten, BTW inbegrepen, 1.500,00 EUR per kwartaal niet overschrijdt, mag hij globaal door de belastingplichtige op het berekeningsblad worden geraamd.

8 F 2011/9/8 b. Indien die omzet dit bedrag overschrijdt, moet de belastingplichtige, overeenkomstig artikel 14, 2, 3, van het koninklijk besluit nr. 1, van 29 december 1992, de ontvangsten ervan dagelijks inschrijven in een dagboek van ontvangsten. Het totaal wordt overgedragen op het berekeningsblad. In het eerste geval, wordt de omzet tegen 6, 12 en 21 pct. afzonderlijk geschat. In het tweede geval, worden de dagelijkse ontvangsten, in principe, afzonderlijk per tarief ingeschreven. De omzet wegens de levering of het serveren van belegde broodjes, sandwiches, hot-dogs, enz. moet slechts voor drie vierden worden aangegeven. De omzet wordt bepaald, BTW inbegrepen. Om het belastbaar bedrag te bekomen, worden de totalen vermenigvuldigd met een breuk van respectievelijk 100/106, 100/112, 100/121. Het geschatte bedrag of het bedrag ingeschreven in het dagboek van ontvangsten moet het bedieningsgeld begrijpen dat aangerekend wordt voor het serveren in het verbruiksalon. B. Andere verrichtingen. 18. Het bedrag van de andere handelingen (b.v. verkoop van een bedrijfsmiddel, enz.) die in de regel aanleiding geven tot het opmaken van een factuur of van een als zodanig geldend stuk, wordt bepaald aan de hand van het boek voor uitgaande facturen. Deze bedragen worden, samen met de bedragen die voorkomen in het bij de periodieke aangifte gevoegde berekeningsblad, in de roosters 01, 02 of 03 van de periodieke BTW-aangifte ingeschreven. X. Toegestane kortingen of factuur. 19. Wanneer op de verkoopfactuur een korting wordt toegekend aan klanten-belastingplichtigen of aan belangrijke afnemers-verbruikers, zoals kloostergemeenschappen, pensions, scholen en dergelijke, is de aftrek ervan slechts toegelaten, wanneer de korting er duidelijk op vermeld is en ze berekend is op de kleinhandelsprijs, BTW inbegrepen. Een breuk van 100/106 van het totaal der kortingen wordt dan van de belastbare omzet afgetrokken.

9 XI. Toepassingsmodaliteiten. F 2011/9/9 20. Uitsluitingsclausules. a) De ijsbereider die in zijn verbruiksalon andere maaltijden verschaft dan "lichte" maaltijden (welke uitsluitend mogen geserveerd worden met brood) vermeld in navolgende lijst dient een rekening of een ontvangstbewijs uit te reiken voor alle door hem verstrekte maaltijden (en van dranken die bij die maaltijden worden verbruikt), met inbegrip van deze die in navermelde beperkende lijst voorkomen en is derhalve uitgesloten van onderhavige forfaitaire regeling : " - soepen; - croques (monsieur, madame, hawaïaanse,...) en andere toasten van allerlei aard; - kroketten (van garnalen, vlees, gevogelte, kaas,...); - pastei van gevogelte, pensen, satés; - belegde broodjes (inbegrepen hamburgers, hot-dogs, pittas,...); - deegwaren (spaghetti, lasagne,...), pizza, quiche en andere gekruide taarten; - koude salades (van vlees, vis,...); - Engelse schotels; - omeletten, roereieren, spiegeleieren en andere bereide eieren; - pannekoeken, nagerechten en ijs, wafels, gebak, koeken, croissants, yoghurt en milkshakes." De ijsbereider die in zijn verbruiksalon geen maaltijden verschaft of die zich beperkt tot het verschaffen van de "lichte" maaltijden (geserveerd met brood) opgenomen in de bovengenoemde beperkende lijst kan genieten van onderhavige forfaitaire regeling. b) Mogen de forfaitaire regeling voor de bepaling van de omzet wegens de verkoop of het serveren van specialiteiten (z. III) niet volgen, de belastingplichtigen die voor de zeven navermelde specialiteiten, slagroom en BTW inbegrepen, eenheidsverkoopprijzen toepassen, waarvan het totaal hoger ligt dan 40,00 EUR fooien niet inbegrepen. In dit geval kan de belastingplichtige, indien hij het wenst, een individueel coëfficiënt aanvragen bij de eerstaanwezend inspecteur van het controlekantoor, waaronder hij ressorteert. De zeven specialiteiten zijn : ananas (of perzik of banaan) melba, dame blanche, brésilienne, fraises melba, parfait, café glacé en tranche napolitaine. De toepaste verkoopprijzen moeten voor elke specialiteit afzonderlijk op het berekeningsblad worden vermeld. Indien tijdens de aangifteperiode één of meer van die specialiteiten niet worden verkocht of geserveerd, dan wordt het aan te geven bedrag bekomen door de volgende berekening : Totaal der eenheidsprijzen van de verkochte of geserveerde specialiteiten x Aantal van de werkelijk verkochte of geserveerde specialiteiten

10 F 2011/9/ Voorafnemingen voor persoonlijk gebruik en verliezen. Onderhavige forfaitaire regeling houdt rekening met de voorafnemingen voor persoonlijk gebruik en met alle mogelijke verliezen, zoals verlies bij de bereiding, verlies wegens het niet verkopen of de onverkoopbaarheid van produkten, verlies wegens onvoldoende gelijkstrijken van de bollen, enz. XII. Biezondere aard van de forfaitaire regeling. 22. Wegens het biezonder karakter van deze regeling die de omzet forfaitair vaststelt aan de hand van de inkopen (z. kon. besl. nr. 2, van 7 november 1969, art. 9 1 ), zijn de bepalingen van artikel 77, 1, 2 tot 7, van het BTW-Wetboek niet van toepassing. XIII. Periodieke aangiften en kennisgevingen. 23. Een berekeningsblad, waarvan het model door de administratie wordt bepaald, moet worden ingevuld en als boekhoudkundig stuk worden bewaard. Indien de belastingplichtige wijzigingen heeft aangebracht aan de prijzen die hij toepast of in het formaat van de ijstangen die hij gebruikt, dan moet hij dit op het berekeningsblad vermelden, met aanduiding van de datum waarop die wijziging inging. Indien hij, om welke reden ook, niet meer voldoet aan de voorwaarden om de forfaitaire regeling te kunnen toepassen, dan moet hij dit, zo spoedig mogelijk, aan de bevoegde eerstaanwezend inspecteur van de BTW mededelen. XIV. Administratie. 24. De ijsbereider, die aan de forfaitaire regeling onderworpen is, moet houden : 1 een boek voor inkomende facturen, waarvan het model door de administratie wordt bepaald. Dit boek moet oprecht en volledig al de aankopen vermelden, ongeacht of ze in de groot- of kleinhandel worden gedaan; 2 eventueel, een boek voor uitgaande facturen, waarin de leveringen moeten worden ingeschreven, waarvoor een factuur wordt uitgereikt; 3 eventueel een dagboek van ontvangsten, voor de inschrijving van de ontvangsten wegens het leveren van goederen en het verstrekken van diensten aan particulieren, waarvoor geen forfaitaire omzetberekening werd vastgesteld.

11 F 2011/9/11 Indien, tijdens een controle bij de belastingplichtige, tekortkomingen aan deze boekhoudkundige verplichtingen worden vastgesteld, is de administratie niet meer gebonden door onderhavige regeling bij het bepalen van de omzet. Hetzelfde geldt indien zou blijken dat de werkelijke ontvangsten gerealiseerd door de belastingplichtige gevoelig zouden afwijken van de forfaitair berekende ontvangsten. Wanneer de belastingplichtige in het kader van zijn economische activiteit, om welke reden ook, gebruik maakt van een kasregister, dient hij de dubbels van de kasbons en/of de controlebanden te bewaren en deze stukken op ieder verzoek van de ambtenaren die de administratie van de belasting over de toegevoegde waarde onder haar bevoegdheid heeft, zonder verplaatsing, ter inzage voor te leggen. XV. Creditnota's. 25. Overeenkomstig de bestaande wetgeving worden de creditnota's, evengoed als de facturen, ingeschreven in het boek voor inkomende facturen. Ze mogen slechts van de inkoopprijs worden afgetrokken in geval van : 1 terugzending van goederen of van verpakking, waarop bij de levering de BTW werd toegepast; 2 verbetering van een factureringsfout; 3 afslag toegestaan na het toezenden, omdat de hoedanigheid of de staat van bewaring van de verkochte goederen niet aan de gemeenschappelijke bedoeling van de partijen beantwoordt; 4 financiële tegemoetkoming van de fabrikant of groothandelaar in de prijsvermindering die de ijsbereider bij een wel bepaalde reclamecampagne toestaat. De aftrek van de creditnota's gebeurt altijd exclusief BTW. Bedoelde creditnota's moeten in het boek voor inkomende facturen worden uitgesplitst over de verschillende kolommen die voor de inschrijving van de aangekochte produkten worden voorzien. Ze worden ofwel door een minteken voorafgegaan, ofwel met rode inkt ingeschreven.

12 F 2011/9/12 TOELICHTING BIJ HET BEREKENINGSBLAD (1) De toe te passen coëfficiënt aanduiden. Wanneer de forfaitair berekende verkoopprijs (C) van één liter vanille- of smakenijs, inclusief BTW, 23,00 EUR bedraagt, is de coëfficiënt 10,48. Indien deze verkoopprijs echter hoger of lager is dan 23,00 EUR, moet de coëfficiënt 10,48 in meer of min worden aangepast. Die aanpassing bedraagt 0,10 punt voor ieder prijsverschil van 0,50 EUR. Een gedeelte van 0,50 EUR wordt voor volle 0,50 EUR gerekend. Voorbeeld : verkoopprijs : 22,10 EUR; aan te duiden coëfficiënt : 10,28. (2) Indien een gedeelte van de omzet opgediend wordt in een lokaal of in een ruimte die uitgerust is voor het verbruik ter plaatse moet de belastingplichtige, onder de controle van de administratie, het jaarlijks percentage vaststellen enerzijds van de omzet van de verkoop "aan de toonbank" en/of "door een venter", en anderzijds van de omzet van het serveren in het verbruiksalon. (3) Indien tijdens de aangifteperiode één of meer van die specialiteiten niet worden verkocht, dan wordt het aan te geven bedrag bekomen door de volgende berekening : Totaal der eenheidsprijzen van de verkochte specialiteiten x 7 = Aantal van de werkelijk verkochte specialiteiten Voorbeeld : Tijdens de aangifteperiode heeft de ijsbereider geen café glacé noch coupe Amarena verkocht. Het totaal van de eenheidsverkoopprijzen van de andere specialiteiten bedraagt 25,50 EUR. Totaal aan te geven : 25,50 EUR x 7 = 35,70 EUR 5 (4) Het totaal bedrag aanduiden van de aankopen van produkten bestemd voor de bereiding van gewoon consumptieijs, wafels en pannekoeken. (5) Worden hier bedoeld : aroma's (essences), kleurstoffen, fruit, cacao, chocolade, mokka, suikeramandel (pralin), enz., met uitsluiting van vanille. Deze produkten worden beschouwd als smaakstoffen als ze bij de bereiding van smakenijs worden aangewend (kolom 10 van het boek voor inkomende facturen). Worden ze echter samen met het vanille- of smakenijs geleverd of opgediend dan wordt hun inkoopprijs (kolom 11 van het boek voor inkomende facturen) vermenigvuldigd met de coëfficiënt 3,02 om de aanvullende opbrengst wegens de verkoop van specialiteiten te berekenen. (6) Het totaal bedrag aanduiden van de aankopen van room, die bij de bereiding van slagroom wordt gebruikt.

13 F 2011/9/13 (7) Tegenover T 1, T 2 en T 3 de respectievelijke eenheidsverkoopprijzen, bedieningsgeld en BTW inbegrepen, van een filter, een expresso en een kopje inschrijven. Tegenover H 1, H 2 en H 3 het aantal kg koffie, respectievelijk aangekocht voor filters, expresso's en kopjes inschrijven. Tegenover U 1 en U 2 de respectievelijke eenheidsverkoopprijzen, bedieningsgeld en BTW inbegrepen, van een portie thee en een portie vooraf bereide soep inschrijven. V en W vertegenwoordigen de respectievelijke eenheidsverkoopprijzen, bedieningsgeld en BTW inbegrepen, van een tas bouillon en een vooraf bereide filter. (8) Het bedieningsgeld wordt berekend op de totale omzet X. (9) Om de omzet van de niet forfaitair geregelde leveringen globaal te mogen schatten, mag het totaal ervan, inclusief BTW, 1.500,00 EUR per kwartaal niet overschrijden. Worden hier o.m. bedoeld de leveringen van kleine bereide schotels, hot-dogs, sandwiches en andere bereide produkten en de leveringen van siervoorwerpen en fancy-artikelen gebruikt voor het verpakken van doopsuiker of confiserieartikelen. Het geschatte bedrag of het bedrag ingeschreven in het dagboek van ontvangsten moet het bedieningsgeld begrijpen dat aangerekend wordt voor de leveringen in het verbruiksalon. (10) Onder "bedrag van de aankopen" wordt verstaan het bedrag waarop de BTW bij de aankoop, de intracommunautaire verwerving of bij de invoer werd of moest worden voldaan. (11) Wat de niet forfaitair geregelde verrichtingen betreft die aan de BTW zijn onderworpen maar niet aan te geven zijn in vak III (b.v. verkoop van bedrijfsmiddelen), moet de opbrengst ervan, exclusief BTW, toegevoegd worden aan de omzet die in de roosters 01 tot 03 van de periodieke BTWaangifte wordt ingeschreven.

14 F 2011/9/14 BIJLAGE I BOEK VOOR INKOMENDE FACTUREN Ontleding van het document Handelingen (exclusief BTW) waarvoor aangever gehouden is tot betaling van de BTW Algemene aanduidingen van het document (factuur - inkoopborderel - creditnota - invoerdocument,...) Inkoopprijs van grondstoffen Inkoopprijs van produkten bestemd om verkocht te worden zonder bewerking of verwerking Aantal kg koffie, vooraf bereide filters en porties thee; aantal liters geconcentreerde bouillon; aantal zakjes vooraf bereide soepen (3) Andere eventuele aankopen (3) Bieren met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 0,5 % vol. en andere dranken met een effectief alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2 % vol. (3) Dranken andere dan koffie, thee, bouillon, vooraf bereide soep en dranken bedoeld in kolom 15 (3) Produkten van de bakkerij en banketbakkerij (3) Confiserie - chocolade - toffees - pralines - biscuits (3) Produkten (aroma's, kleurstoffen, fruit, cacao, sausen, chocolade, mokka, suikeramandel (pralin), andere smaakstoffen,...) gebruikt :...(3) (4) Room (3) Grondstoffen voor consumptie-ijs en voor wafels en pannekoeken : melk, suiker, puddingroom, vanille, verbeterende produkten, stabilisators, volledig bereide produkten, meel, zout, gist, eieren, vetstoffen, diepvrieswafels en- pannekoeken... (3) Voorschotten m.b.t. intracommunautaire handelingen Andere handelingen Intracommunautaire verwervingen Totaal bedrag Leverancier Datum Volgnummer 10 : voor het smakenijs 11 : voor de belegsels (3) (4) (*) 87 5 (*) 86 Noten (1) Het bedrag van de in die kolom vermelde creditnota's wordt voorafgegaan door het minteken of wordt ingeschreven met rode inkt. (2) Het bedrag dat in rooster 81 van de aangifte moet worden ingeschreven is het totaal van de kolommen 8 tot 17 na aftrek van de creditnota's. (3) In de kolommen 8 tot 17 mogen de creditnota's slechts in de navolgende gevallen worden afgetrokken : terugzending van goederen, verbetering van een misslag in de facturering, afslag wegens niet overeenstemming, terugzending van de reeds belaste verpakking, tegemoetkoming van de leverancier in de door de kleinhandelaar toegestane prijsverminderingen. Het bedrag van de creditnota's wordt in die kolommen ingeschreven met rode inkt of voorafgegaan door het minteken. (4) De inkoopprijs van de produkten die zowel worden gebruikt bij de bereiding van smakenijs als bij de bereiding van de belegsels, moet, onder controle van de administratie, worden uitgesplitst in functie van hun werkelijke aanwending.

15 F 2011/9/15 BOEK VOOR INKOMENDE FACTUREN (vervolg) BTW Ontleding van het document Privé Verschuldigde BTW ingevolge : Ontvangen creditnota's Bedrijfsmiddelen - Diensten, diverse goederen en andere Aftrekbare BTW Ontvangen creditnota's Invoeren uit niet - EEG - lidstaten Handelingen verstrekt door medecontractanten (6) Intracommunautaire verwervingen BTW vermeld op het in kolom 4 ingeschreven document 4 (7) Overige handelingen Intracommunautaire verwervingen Diensten, diverse goederen en andere Kostprijs (zonder BTW) (1) (5) Kostprijs (zonder BTW) van de bedrijfsmiddelen (1) (4) Aard (*) 82 (*) 84 (*) 85 (*) 55 (*) 56 (*) 57 (*) 63 (*) 59 (4) Het totaal van die kolom moet (na aftrek van de creditnota's) in rooster 83 van de aangifte worden ingeschreven. (5) Het totaal van die kolom moet (na aftrek van de creditnota's) in rooster 82 van de aangifte worden ingeschreven. (6) Het betreft hier onder meer leveringen verstrekt door een landbouwondernemer onderworpen aan de bijzondere landbouwregeling van artikel 57 van het Wetboek en handelingen m.b.t. werk in onroerende staat en de daarmee gelijkgestelde handelingen waarvoor de BTW door de medecontractant moet worden voldaan (artikel 20, 1 van het koninklijk besluit nummer 1). (7) Betreft enkel de in België verrichte handelingen. (*) Verwijzing naar het rooster van de aangifte waarin dit totaal dient te worden ingeschreven. Belangrijke opmerking De belastingplichtigen kunnen bijkomende kolommen openen, o.a. om te voldoen aan de verplichtingen opgelegd door de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekeningen van de ondernemingen.