de schouder Hoofdstuk 7 M.J. van der Veen en A.C. de Jongh 76 hoofdstuk 7

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "de schouder Hoofdstuk 7 M.J. van der Veen en A.C. de Jongh 76 hoofdstuk 7"

Transcriptie

1 H07** :30 Pagina 76 Hoofdstuk 7 de schouder M.J. van der Veen en A.C. de Jongh Ω 1 Inleiding Casus 1 De heer Oudgeest, zojuist 50 jaar geworden, klaagt over al maanden bestaande schouderpijn rechts. De klachten zijn zonder duidelijk trauma geleidelijk begonnen. De pijn treedt vooral bij beweging op, maar zeurt ook in rust door. Soms wordt hij wakker van de pijn als hij onverhoeds op de aangedane schouder gaat liggen. Hij heeft geen bewegingsbeperkingen, krachtsverlies of tintelingen opgemerkt. Zijn werk als wiskundeleraar kan hij gewoon doen, maar met klussen heeft hij veel hinder. Bij onderzoek is er een duidelijk contourverschil: ter plaatse van het rechter acromioclaviculaire gewricht is een forse zwelling zichtbaar. Palpatie van het acromioclaviculaire gewricht is pijnlijk. Er is hypertonie van de pars descendens van de m.trapezius en drukgevoeligheid van de m.levator scapulae. Vanaf 120 is zijwaarts heffen (abductie) pijnlijk. De eindstanden van de glenohumerale bewegingen zijn pijnlijk. De horizontale adductietest laat een beperking zien ten opzichte van de andere zijde en is pijnlijk. Casus 2 De heer Hoevenaar, 59 jaar, bezoekt als nieuwe patiënt voor het eerst het spreekuur van zijn huisarts. Hij tobt al zes jaar met zijn linkerschouder. De klachten wisselen sterk. Soms heeft hij helemaal geen last, soms is er pijn zowel in rust als bij beweging. Dan wordt hij ook wakker van de pijn. Vaak heeft hij tintelingen in vingers en handen. Fysiotherapie, pijnstillende medicatie, injecties, een bezoek aan een hoogleraar, het heeft allemaal niet tot een blijvende verbetering van zijn klachten geleid. Hij heeft een kopie van een röntgenverslag meegebracht, waarin vermeld staat dat er sprake is van beginnende artrose van het schoudergewricht, kalkdeposities in het verloop van de supraspinatuspees en artrose van de cervicale wervelkolom. Bij onderzoek ziet u spieratrofie boven de spina scapulae links. U vindt geen bewegingsbeperking in het schoudergewricht. Er is een duidelijke pijnboog en de schouder crepiteert bij bewegen. Er is drukpijn bij palpatie van de spieraanhechtingen op het tuberculum majus links. Schouderklachten komen veel voor in de huisartspraktijk: 5% van alle consulten betreft klachten (pijn en/of bewegingsbeperking) van de schouder. De cumulatieve incidentie wordt geschat op per 1000 patiënten per jaar (nhg-standaard Schouderklachten, 1999). Het grootste deel van de 76 hoofdstuk 7

2 H07** :30 Pagina 77 patiënten kan worden behandeld in de eerste lijn: van de patiënten die de huisarts consulteren voelt de helft zich na zes weken genezen. Toch kunnen de klachten ook erg hardnekkig zijn of recidiveren. Functieverlies in de schouder geeft al snel problemen met het verrichten van de dagelijkse activiteiten. Vooral in de oudere bevolkingsgroep kan dit een aanzienlijke morbiditeit geven. Door de complexe functie en anatomische structuur van het schoudergewricht is het vaak moeilijk om exact de aard van de aandoening vast te stellen. Diagnostiek en behandeling vormen nogal eens een probleem. Ω 2 Functionele anatomie Figuur 7.1 Aanhechtingen van spieren, pezen en ligamenten rondom het schoudergewricht. Clavicula, scapula en humerus vormen het benige skelet van de schoudergordel, die door middel van spieraanhechtingen en het sternoclaviculaire gewricht verbonden is met het axiale skelet (zie figuur 7.1). Bij de bewegingen van de schouder zijn zes gewrichten betrokken: het glenohumerale, suprahumerale, acromioclaviculaire, scapulothoracale, sternoclaviculaire, sternocostale en costovertebrale gewricht (Cailliet, 1991). Het glenohumerale gede schouder 77

3 H07** :30 Pagina 78 wricht is een multiaxiaal gewricht met grotere bewegingsexcursies dan welk ander gewricht ook. Deze beweeglijkheid gaat echter ten koste van de stabiliteit (Dalton, 1994). De benige stabiliteit is beperkt door de discongruentie van de gewrichtsvlakken, namelijk de ondiepe fossa glenoidalis en de grotere humeruskop. Het labrum glenoidale verdiept de fossa, vergroot het contactoppervlak met de humeruskop en daarmee de stabiliteit. Andere statische stabilisatoren van het schoudergewricht zijn het gewrichtskapsel en de glenohumerale en coracohumerale ligamenten. Dynamische stabilisatoren zijn de rotator cuff (m.supraspinatus, m.subscapularis, m.infraspinatus en m.teres minor) en de lange bicepspees, die de diepe laag vormen, en de m.deltoideus, de m.teres major, de m.pectoralis major, de m.latissimus dorsi en de m.trapezius, die de oppervlakkige laag vormen. Bij abductie zou de m.deltoideus de humeruskop omhoogtrekken tegen het acromion als de rotator cuff en de m.biceps deze opwaartse beweging niet zouden antagoneren. Om arm en hand in een functionele positie te brengen moeten humerus en scapula synchroon bewegen. Deze geïntegreerde beweging noemen we het scapulohumerale ritme. Hierbij vindt een proportionele beweging van humerus en scapula plaats, ongeveer in een verhouding van 2:1. De schouder kan maximaal 180 geabduceerd worden. Gedurende de eerste blijft de scapula gefixeerd. Wanneer de arm 90 abductie heeft bereikt, heeft hiervan 60 plaatsgevonden in het glenohumerale gewricht en 30 is totstandgekomen door rotatie van de scapula. De humeruskop maakt hierbij een glijbeweging naar caudaal in de fossa glenoidalis. De clavicula roteert 60 in het sternoclaviculaire gewricht. Als de scapula 60 geroteerd is, wijzen acromion en processus coracoideus verticaal omhoog. De humeruskop is nu vrij van het acromion en het ligamentum coracoacromiale en door exorotatie van de humerus kan de laatste 30 glenohumerale abductie plaatsvinden. De range van rotatie in het schoudergewricht beslaat 180, namelijk 90 naar mediaal (endorotatie) en 90 naar lateraal (exorotatie). Ω 3 Anamnese en onderzoek Als een patiënt met schouderklachten op uw spreekuur komt, vraagt u naar de lokalisatie van de pijn, uitstraling in de arm, invloed van rust of beweging en de duur van de klachten. Is er bewegingsbeperking? Hoe zijn de klachten ontstaan: spontaan, of zijn er luxerende factoren (trauma, surmenage)? Informeer naar beroep, hobby, sport, bijzondere activiteiten. Is er nachtelijke pijn, zijn er beperkingen in het dagelijks functioneren? U informeert naar andere gewrichtsklachten, nekklachten, algemene ziekteverschijnselen, medicijngebruik en vroegere ziekten. Op grond van deze gegevens maakt u een onderscheid tussen intrinsieke en extrinsieke schouderklach- 78 hoofdstuk 7

4 H07** :30 Pagina 79 ten. Bij intrinsieke schouderklachten gaan we ervan uit dat de oorzaak van het probleem gelegen is in de structuren van de schoudergordel. Bij extrinsieke schouderklachten gaat het om pijn veroorzaakt buiten de schoudergordel, bijvoorbeeld om uitstralende pijn vanuit de cervicale of thoracale wervelkolom, of referred pain vanuit thorax (longtoptumor, cardiale klachten) of abdomen (diafragmaprikkeling, galblaasaandoening). Alarmsignalen die op zeldzame oorzaken van schouderklachten kunnen wijzen zijn uitstralende pijn en tintelingen in arm of hand samenhangend met nekbewegingen (cervicaal radiculair syndroom), gegeneraliseerde gewrichtsklachten (reumatoïde artritis), dubbelzijdige schouderklachten in combinatie met stijfheid en pijn van de bekkengordel, malaise (polymyalgia rheumatica), koorts, algemene ziekteverschijnselen (septische artritis, interne aandoening). Deze en de extrinsieke schouderaandoeningen vallen buiten het kader van dit hoofdstuk. Onderzoek van de schouder begint met inspectie. Let erop of de patiënt de arm ontziet en of er een functionele beperking bestaat bij uitkleden. Kijk naar gewrichtszwelling (indien zichtbaar, dan vooral aan de voorzijde), atrofie of juist hypertrofie van de musculatuur in vergelijking met de contralaterale zijde. Let op de stand van het hoofd en de symmetrie van de benige structuren. Zijn er huidafwijkingen? Markeer het gebied waar de meeste pijn gevoeld wordt. Pijn die gegenereerd wordt in de cervicale wervelkolom is maximaal in het supraclaviculaire gebied, met uitstraling in de bovenarm. Pijn vanuit de acromioclaviculaire en sternoclaviculaire gewrichten is meestal ter plaatse van het aangedane gewricht het hevigst. Capsulitis en rotatorcuff-pathologie veroorzaken de meeste pijn aan de laterale zijde van de bovenarm. Hoe heviger de pijn, hoe verder de uitstraling in de arm. Met behulp van palpatie kunt u pijnlijkheid, zwelling, warmte en instabiliteit vaststellen. Zijn er tender points, wijzend op een gegeneraliseerd pijnsyndroom? Vergelijk bij het functieonderzoek altijd de bewegingsexcursies met die van de niet-pijnlijke schouder. Actieve abductie (laat de gestrekte arm zijwaarts heffen tot naast het hoofd), passieve abductie (omvat de arm ter hoogte van de elleboog en til de gestrekte arm zijwaarts op tot naast het hoofd) en passieve exorotatie (omvat de onderarm ter hoogte van de pols, fixeer de elleboog en roteer de in 90 gebogen arm naar buiten) worden getest. Zijn de bewegingen beperkt of pijnlijk, is er een painful arc? Een painful arc of pijnboog is een pijnlijk traject in (actieve of passieve) abductie, dat wil zeggen een traject waarbij pijn ontstaat die na verdergaande heffing vermindert of verdwijnt. Begin- en eindpunt kunnen sterk wisselen. De aanwezigheid van een pijnboog wijst meestal op subacromiale inklemming. Bewegingsonderzoek van de nek omvat actieve (bij beperking ook passieve) anteflexie, retroflexie, rotatie en lateroflexie naar beide kanten. Zijn er beperkingen, is er pijn, uitstraling in de arm? Een indruk omtrent de stabiliteit van de schouder krijgt men door de apprehension-test en het sulcus sign. de schouder 79

5 H07** :30 Pagina 80 De apprehension-test is positief bij anterieure luxatie en wordt als volgt uitgevoerd: de arm wordt passief in 90 geabduceerd en maximaal geëxoroteerd. Van dorsaal wordt druk op de humeruskop uitgeoefend in ventrale richting. Als dit pijn veroorzaakt is de test positief. Het sulcus sign kan worden opgewekt door tractie in de lengteas van de arm. In geval van instabiliteit wordt de humeruskop naar beneden getrokken, waardoor een inkeping kan ontstaan juist onder het acromion. De overige tests, zoals de isometrische weerstandstests (aanspannen van afzonderlijke spiergroepen), de passieve horizontale adductietest (acromioclaviculair gewricht) en de passieve endorotatie (glenohumeraal gewricht) geven de huisarts in eerste instantie geen extra informatie waaraan consequenties voor het beleid verbonden kunnen worden. Volgens de richtlijnen van de nhg-standaard Schouderklachten kunnen deze testen daarom achterwege gelaten worden. Aanvullend onderzoek is bij intrinsieke schouderklachten zelden nodig of nuttig. Röntgenonderzoek, mri, ct en echografie verschaffen initieel geen informatie die het beleid van de huisarts beïnvloedt. In hardnekkige gevallen kan met behulp van röntgenonderzoek het vermoeden op kalkdeposities, artrose en cuff-artropathie bevestigd worden. Uiteraard moet aanvullend onderzoek worden verricht als het beloop van de klachten daartoe aanleiding geeft, ter uitsluiting van andere aandoeningen. Ω 4 Diagnose Er heerst veel verwarring (en consensus ontbreekt) over de classificatie van schouderaandoeningen (De Jongh, 1994). Nietszeggende termen als periarthritis humeroscapularis en frozen shoulder worden gebruikt voor niet goed gedefinieerde klinische beelden. Maar ook voor de betrekkelijk eenduidige aandoeningen als rotator-cuff-tendinitis en bursitis subacromialis variëren de diagnostische criteria. Cyriax, een Londense arts met grote ervaring in de orthopedische geneeskunde introduceerde een zeer gedetailleerde classificatie, gebaseerd op interpretatie van symptomen bij klinisch onderzoek. Enigszins vereenvoudigd komt deze op het volgende neer: er zijn drie mogelijke plaatsen van weefselbeschadiging die verantwoordelijk zijn voor het merendeel van de schouderproblemen in de huisartspraktijk: het glenohumerale gewricht, de structuren in de subacromiale ruimte en de ligamenten, kapsels, musculatuur in en rondom het acromioclaviculaire gewricht. Op grond hiervan kunnen vier veelvoorkomende schoudersyndromen worden onderscheiden: capsulitis, acute bursitis, acromioclaviculair syndroom en subacromiaal syndroom. Capsulitis is een pijnlijke beperking in de actieve én passieve beweeglijkheid van het glenohumerale gewricht, zonder bekende oorzaak en zonder een gewrichtsafwijking als verklaring voor de bewegingsbeperking. Exorota- 80 hoofdstuk 7

6 H07** :30 Pagina 81 tie toont meer beperking dan abductie en endorotatie. Er is een verstoord scapulohumeraal ritme. De pijn is gelokaliseerd in schouder en bovenarm. Er bestaat een onduidelijk verband met diabetes mellitus, schildklierafwijkingen, longziekten (tuberculose, carcinoom) en hartziekten (myocardinfarct, bypass-operatie). Histologisch onderzoek toont geen inflammatoire afwijkingen in het gewrichtskapsel. In het natuurlijke beloop van capsulitis lijken drie fasen onderscheiden te kunnen worden: pijnlijke fase: klachten ontstaan geleidelijk, er is pijn in rust en s nachts; door spierspanning kan verdere bewegingsbeperking ontstaan, de schouder raakt gecontraheerd; aan het einde van deze fase, die 3-8 maanden kan duren, wordt stijfheid de belangrijkste klacht, adhesieve fase: de ergste pijn in rust en s nachts neemt af, maar de pijn bij bewegen blijft hevig en de bewegingsbeperking neemt toe; deze fase duurt 4-6 maanden, herstelfase: niet de pijn, maar de bewegingsbeperking staat op de voorgrond; heel geleidelijk treedt hierin verbetering op, hoewel niet altijd volledig functieherstel bereikt wordt; deze fase kan 1-3 jaar duren. Acute bursitis wordt veroorzaakt door een acute ontsteking van de bursa subacromialis of subdeltoidea, al dan niet in combinatie met een tendinitis van de rotator cuff. Kalkdeposities in de weke delen (ontstaan als gevolg van chronische tendinitis) kunnen een acute bursitis luxeren. Er is vooral beperking in abductie en veel pijn, die gelokaliseerd is in schouder en bovenarm. Het scapulohumerale ritme is niet herkenbaar. Bij het acromioclaviculair syndroom wordt de pijn gegenereerd in het acromioclaviculaire gewricht. Passieve horizontale adductie is beperkt en pijnlijk. De pijn is bij een geïsoleerd beeld gelokaliseerd boven op de schouder of ter plaatse van het gewricht. Het syndroom komt vaak voor in combinatie met het subacromiaal syndroom. Het subacromiaal syndroom wordt veroorzaakt door inklemming van de subacromiale structuren tussen het tuberculum majus en het schouderdak (impingement). Het betreft de rotator cuff, de bursa subacromialis en de bursa subdeltoidea (zie figuur 7.2). Er is geen bewegingsbeperking bij passief onderzoek. De pijn is gelokaliseerd in schouder en bovenarm. Er is een pijnboog bij abductie. Uit wetenschappelijk onderzoek is tot nu toe niet gebleken dat deze schoudersyndromen werkelijk afzonderlijke entiteiten zijn met verschillende onderliggende pathologie en dat uitgebreide classificatie consequenties heeft voor therapie en prognose. Bovendien zijn de therapeutische mogelijkheden voor de huisarts bij schouderklachten beperkt. Een eenvoudiger, pragmatische aanpak lijkt dus gerechtvaardigd te zijn. De Jongh heeft door middel van observationeel onderzoek geprobeerd om systeem te ontdekken in de verwarrende nosologie van de schouder, om diagnostische richtlijnen voor de huisarts te ontwikkelen (De Jongh, 1994). Uit zijn onderzoek bleek dat er de schouder 81

7 H07** :30 Pagina 82 Figuur 7.2 Het mechanisme van inklemming (impingement) van de rotator cuff en de bursa subacromialis tussen de humeruskop en het ligamentum coracoacromiale. op grond van lichamelijk onderzoek twee hoofdgroepen van schouderproblemen kunnen worden onderscheiden: de ene gekarakteriseerd door bewegingsbeperking en de andere door een pijnboog. Dit onderscheid geeft de huisarts een belangrijk hulpmiddel in handen in de eerste fase van de diagnostiek. Bewegingsbeperking in het glenohumerale gewricht wordt gevonden bij een capsulitis (vooral exorotatiebeperking) en bij acute bursitis (vooral abductiebeperking). Een pijnboog wijst op een acromioclaviculair syndroom of een subacromiaal syndroom. Casus 1 (vervolg) Bij de patiënt uit de eerste casus is sprake van een (secundaire) artritis van het acromioclaviculaire gewricht, waarschijnlijk op basis van surmenage en degeneratieve veranderingen (acromioclaviculair syndroom). Reflectoir is spierhypertonie ontstaan. Artrose in het acromioclaviculaire gewricht is vaak het late gevolg van een doorgemaakt trauma, maar kan ook voorkomen in het kader van gegeneraliseerde artrose. In geval van inflammatoire of degeneratieve aandoeningen is een intra-articulaire injectie met corticosteroïden vaak effectief. Bij de heer Oudgeest bleek een dergelijke injectie zeer succesvol te zijn. Na twee weken meldde hij zo n 82 hoofdstuk 7

8 H07** :30 Pagina 83 80% vermindering van de klachten, en het verbeterde nog steeds. Hij ging weer voorzichtig aan het klussen. Casus 2 (vervolg) De patiënt uit onze tweede casus heeft een chronisch probleem aan de linkerschouder. Het ontbreken van bewegingsbeperking en de aanwezigheid van een pijnboog wijzen op subacromiale inklemming, blijkens de kalkdeposities meest waarschijnlijk ten gevolge van een chronische rotator-cuff-tendinitis. Inklemming is vrijwel altijd het gevolg van degeneratie van de rotator cuff. Microtraumata ten gevolge van surmenage en vascularisatiestoornissen bij activiteiten boven horizontaal niveau veroorzaken bloedingen, oedeem, tendinitis en ten slotte verkalkingen en fibrose. Als de insufficiënte rotator cuff het schoudergewricht niet goed stabiliseert, de humeruskop onvoldoende naar caudaal trekt en de werking van de m.deltoideus onvoldoende antagoneert, leidt dit tot cuff-artropathie: de humeruskop migreert naar craniaal, tegen de onderrand van het acromion aan en er ontstaan degeneratieve veranderingen in de acromioclaviculaire en glenohumerale gewrichten. Osteofyten aan de onderrand van het acromioclaviculaire gewricht kunnen op hun beurt weer bijdragen aan het ontstaan van een rotator-cuff-ruptuur. Behandeling in dit stadium is moeizaam door de combinatie van cuff-insufficiëntie en artrose. Ω 5 Behandeling Hoewel er vele algemeen geaccepteerde behandelmethoden zijn voor schouderklachten (medicatie, verschillende vormen van fysiotherapie, corticosteroïdinjecties, operatie) is een gunstig effect van deze behandelingen op het herstel nooit in gerandomiseerde, gecontroleerde studies aangetoond (Van der Windt, 1997; Green et al., 1999). nsaid s lijken het op de korte termijn beter te doen dan een placebo, maar over het nut van corticosteroïdinjecties of fysiotherapie op de langere termijn kan geen wetenschappelijk gefundeerde uitspraak worden gedaan. Adequate interpretatie van studieresultaten wordt onder andere bemoeilijkt door een verschillende en soms zelfs tegenstrijdige definiëring van schouderklachten en door methodologische onvolkomenheden. Men moet zich dus realiseren dat de aanbevelingen omtrent behandeling zoals die in dit leerboek en in de nhg-standaard Schouderklachten worden gedaan, geenszins evidence-based zijn! De beslissing om te behandelen of spontaan herstel af te wachten hangt af van de ernst van de klachten (De Jong, 1991). De beperking in het dagelijks functioneren hangt vooral samen met de ernst van de pijn bij bewegen en met nachtelijke pijn, en niet zozeer met bewegingsbeperking. Nachtelijke pijn moet worden beschouwd als indicatie voor behandeling (bijvoorbeeld corticosteroïdinjectie). Overigens bestaat evenmin consensus over de optimale injectietechniek, de plaats van injectie, de frequentie ervan en de toe te diede schouder 83

9 H07** :30 Pagina 84 nen hoeveelheid corticosteroïden, al dan niet in combinatie met een lokaal werkend anaestheticum. De behandeling van schouderklachten geschiedt stapsgewijs. Begin met het geven van voorlichting en adviezen, zo nodig aangevuld met analgetica. Het is belangrijk de patiënt voor te lichten over het beloop van schouderklachten en de (on)mogelijkheden om invloed uit te oefenen op pijn en herstel. Geef adviezen met een tijdsgebonden aanpak: bewegingen en activiteiten die de pijn verergeren moeten vermeden worden; strikte rust en immobilisatie moeten worden ontraden; onbelaste bewegingen moeten regelmatig worden uitgevoerd. Zodra de klachten afnemen moeten de activiteiten worden uitgebreid. Als medicatie nodig is, wordt als eerste keus paracetamol aanbevolen (4 daags, maximaal 4000 mg per dag) gedurende 2 weken. Tenzij hiervoor contra-indicaties bestaan kunnen bij onvoldoende resultaat nsaid s worden voorgeschreven, bijvoorbeeld ibuprofen (3 daags, maximaal 2400 mg per dag), diclofenac (3 daags, maximaal 150 mg per dag) of naproxen (2 daags, maximaal 1000 mg per dag). Eventueel kan deze behandeling met enkele weken worden verlengd. Als met deze maatregelen de klachten onvoldoende zijn verminderd, kan een lokale corticosteroïdinjectie gegeven worden. Afhankelijk van de bevindingen bij lichamelijk onderzoek kiest u voor een injectie in de subacromiale ruimte, het glenohumerale gewricht of het acromioclaviculaire gewricht. Als er sprake is van een pijnboog zonder bewegingbeperking spuit u in de subacromiale ruimte (subacromiaal syndroom). Wanneer vooral exorotatie beperkt is spuit u in het glenohumerale gewricht (capsulitis). Staat abductiebeperking op de voorgrond dan spuit u in de subacromiale ruimte (bursitis). Bij een mengbeeld kan in één zitting een injectie op beide locaties worden gegeven. De nhg-standaard Schouderklachten beveelt voor beide injecties 1 ml triamcinolonacetonide 40 mg/ml aan, eventueel in combinatie met 2 ml lidocaïne 20 mg/ml. Hierbij moet opgemerkt worden dat interventiestudies vooral zijn uitgevoerd bij patiëntpopulaties uit de tweede lijn. Het is de vraag of de resultaten hiervan generaliseerbaar zijn naar de huisartspraktijk. Onderzoek heeft uitgewezen dat, ook in ervaren handen, minder dan de helft van de injecties accuraat geplaatst wordt (Eustace, 1997). De auteurs menen derhalve de huisarts te moeten adviseren om 20 mg triamcinolonacetonide te gebruiken, in elk geval voor de eerste injectie. Gebruik een lange, dunne naald om er zeker van te zijn dat u voldoende diepte bereikt, ook in geval van compartimentvorming. Het geven van een injectie in het acromioclaviculaire gewricht vereist wel enige ervaring en oefening. Als er sprake is van zwelling is de injectie niet zo moeilijk, maar bij artrose kan het door gewrichtsspleetversmalling en osteofytvorming lastig zijn het gewricht goed te bereiken. De gewrichtsholte is klein en laat slechts een geringe hoeveelheid vloeistof toe (maximaal 1 ml). Gebruik een dun naaldje en spuit 2,5-5 mg triamcinolonacetonide in 1,0 ml lidocaïne 1% of 2%. 84 hoofdstuk 7

10 H07** :30 Pagina 85 De injecties worden als volgt uitgevoerd (zie figuur 7.3): subacromiaal: gebruik een naald van 5 cm (0,8 gauge) en breng deze in 1-2 cm onder het midden van de laterale rand van het acromion; voer op tot ruim onder het acromion, onder een hoek van 30 ; glenohumeraal: gebruik een naald van 5 cm (0,8 gauge) en breng deze in circa 1 cm onder de dorsolaterale hoek van het acromion; voer op tot in de richting van de processus coracoideus tot de humeruskop; acromioclaviculair: gebruik een dun naaldje (2,5 cm 0,6 gauge, of 16 cm 0,5 gauge) en richt van bovenaf loodrecht op de gewrichtsspleet; palpatie van de gewrichtsspleet kan gemakkelijker worden gemaakt door het distale einde van de clavicula naar beneden te drukken en de humerus op en neer te bewegen bij afhangende arm. Bij onvoldoende effect kan de injectie na 1-2 weken worden herhaald. Indien na twee injecties geen enkele verbetering is opgetreden is het niet zinvol nogmaals in te spuiten. Injectie met uitsluitend lidocaïne kan eventueel gebruikt worden als diagnosticum: als lokale verdoving inderdaad de klachten doet verdwijnen lijkt de werkhypothese juist te zijn. De werking van een dergelijke injectie houdt vaak veel langer aan dan de farmacologisch verwachte Figuur 7.3 Injecties in het schoudergewricht. a subacromiaal, b acromioclaviculair. B A de schouder 85

11 H07** :30 Pagina 86 vier uur. Informeer de patiënt over de kans op bijwerkingen van de injectie. Deze treden gelukkig zelden op. De meest voorkomende zijn: enkele dagen toename van de pijn, opvliegers en in een enkel geval menstruatiestoornissen, onder andere postmenopauzaal bloedverlies. Bij onvoldoende herstel of bij dreigend disfunctioneren kan na 6 weken ondersteunende fysiotherapie of oefentherapie worden overwogen. Met een activerende, tijdsgebonden aanpak moet de behandeling erop gericht zijn om langdurig disfunctioneren te voorkomen. Soms is het nodig om een actief oefenprogramma op te stellen, om de spierkracht van de rotator cuff zodanig te versterken dat de stabiliserende werking op de humeruskop hersteld wordt. Van fysiotechnische applicaties (ultrageluid, interferentie e.d.) is het nut niet aangetoond. Over het effect van de andere fysiotherapeutische modaliteiten kan geen gefundeerde uitspraak worden gedaan. Als er sprake is van een rotator-cuff-ruptuur is conservatieve behandeling in eerste instantie aangewezen. Operatieve correctie moet overwogen worden bij acute rupturen op jonge leeftijd, of als het niet lukt om de pijn met conservatieve maatregelen voldoende te verlichten. Casus 2 (vervolg) De tintelingen die de heer Hoevenaars ervaart, suggereren druk op de plexus brachialis, bijvoorbeeld door spierhypertonie ten gevolge van de pijn (reflectoir), of door inklemming vanuit de cervicale wervelkolom (artrose). Hij reageerde goed op een subacromiale infiltratie van lidocaïne en triamcinolon. Hiermee werd in elk geval tijdelijk de subacromiale inklemming verminderd. Soms lukt het om met gerichte inspuitingen in de kalkdepositie, eventueel onder röntgendoorlichting, deze (gedeeltelijk) op te lossen. Bij een recidief van de klachten kan bij deze patiënt operatieve verwijdering van de kalkdepositie overwogen worden, al dan niet in combinatie met een acromionresectie om de inklemming meer definitief op te heffen. Ω 6 Prognose 23% van de patiënten toont een volledig herstel van de klachten binnen een maand, 59% binnen een jaar. Patiënten met heftige klachten zijn doorgaans na twee weken in belangrijke mate verbeterd. 41% blijft klachten houden of ervaart recidieven. Opvallend is dat veel mensen zich toch als genezen beschouwen, ondanks aanhouden van de klachten (Van der Windt, 1997). Zij bezoeken hiervoor niet opnieuw de huisarts. Snel herstel blijkt gerelateerd te zijn aan een korte klachtenduur en aan overbelasting door ongewone activiteiten of gering trauma. Zijn de klachten heviger of is er bijkomende nekpijn, dan is het beloop vaak langduriger. Comorbiditeit (met name diabetes mellitus), eerdere klachten, fysieke belasting en psychosociale factoren zijn medebepalend voor de prognose. 86 hoofdstuk 7

12 H07** :30 Pagina 87 Ω Leesadvies Cailliet R. Shoulder pain; 3rd ed. Philadelphia: Davis, Cyriax J. Textbook of orthopaedic medicine; 7th ed. London: Baillière Tindall, Dalton SE. The shoulder. In: Klippel JH, Dieppe PA, eds. Rheumatology. London: Mosby, Eustace JA, Brophy DP, Gibney RP et al. Comparison of the accuracy of steroid placement with clinical outcome in patients with shoulder symptoms. Ann Rheum Dis 1997; 56: Green S, Buchbinder R, Glazer R et al. Interventions for shoulder pain (Cochrane Review). In: The Cochrane Library, Issue 2, Oxford: Update Software. De Jong BA. The painful stiff shoulder. Proefschrift. Universiteit van Amsterdam, De Jongh AC. Schouderaandoeningen in de huisartsenpraktijk. Proefschrift. Erasmus Universiteit Rotterdam, nhg-standaard Schouderklachten (eerste herziening). Huisarts en Wetenschap 1999; 42: Van der Windt DAWM. Shoulder disorders in primary care. Proefschrift. Vrije Universiteit Amsterdam, de schouder 87

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur Schoudersklachten: 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal

Nadere informatie

Schouderpathologie voorde huisarts

Schouderpathologie voorde huisarts Schouderpathologie voorde huisarts Linda Cervenka Ellen de Wit Ron Onstenk April 2012 Schouderklachten?? Nekklachten Radiculaire klachten CTS Infectieus Polymyalgia Schouder/POB klachten Gecombineerd Schouder

Nadere informatie

Diagnostiek aan de schoudergordel. Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel)

Diagnostiek aan de schoudergordel. Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel) Diagnostiek aan de schoudergordel Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel) Doorsnede art. humeri bicepspees, loopt door bovenkant van kapsel en voorkomt inklemming van kapsel in gewrichtsspleet

Nadere informatie

Lichamelijk onderzoek

Lichamelijk onderzoek Hoofdstuk 3 Lichamelijk onderzoek Het lichamelijk onderzoek omvat de volgende onderdelen: -- inspectie in rust -- passief en actief uitgevoerd onderzoek naar de beweeglijkheid van de cervicale wervelkolom,

Nadere informatie

NVAB Richtlijn Klachten aan Arm, Nek of Schouder. Werk en KANS. 11-5-2015 Hoge School Leiden. Dr. Leo. A.M. Elders

NVAB Richtlijn Klachten aan Arm, Nek of Schouder. Werk en KANS. 11-5-2015 Hoge School Leiden. Dr. Leo. A.M. Elders NVAB Richtlijn Klachten aan Arm, Nek of Schouder 1 11-5-2015 Hoge School Leiden Dr. Leo. A.M. Elders Werk en KANS Tel: 06-55741585 E-mail: info@nvka.nl Inhoud presentatie Schouderklachten /SAPS Epidemiologie

Nadere informatie

Verdiepingsmodule. Eerst anatomie kennen, dan injecteren. Eerst anatomie kennen, dan injecteren. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur

Verdiepingsmodule. Eerst anatomie kennen, dan injecteren. Eerst anatomie kennen, dan injecteren. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard M08 Schouderklachten van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal

Nadere informatie

De waarde van echografisch diagnostisch onderzoek. Marc Weyts, huisarts-echografist April 2018

De waarde van echografisch diagnostisch onderzoek. Marc Weyts, huisarts-echografist April 2018 De waarde van echografisch diagnostisch onderzoek Marc Weyts, huisarts-echografist April 2018 Geen Geen Geen Geen NHG standaard schouderklachten (2 e heriene versie 2008) Eenvoudig, pragmatisch en stapsgewijs

Nadere informatie

De schouder. Dirk van Oostveen Orthopaedisch chirurg. Jeroen Bosch Ziekenhuis Orthopedie en Traumatologie s-hertogenbosch

De schouder. Dirk van Oostveen Orthopaedisch chirurg. Jeroen Bosch Ziekenhuis Orthopedie en Traumatologie s-hertogenbosch De schouder Dirk van Oostveen Orthopaedisch chirurg Jeroen Bosch Ziekenhuis Orthopedie en Traumatologie s-hertogenbosch DE Schouder? Aandoeningen Traumatologische afwijkingen fracturen Instabiliteit

Nadere informatie

Skillslab handleiding

Skillslab handleiding Skillslab handleiding Faculteit Geneeskunde & Gezondheidswetenschappen Inleiding tot het orthopedisch onderzoek Academiejaar 2012-2013 Dr. Francis Hugelier - Dr. Jan Reniers Dr. Hans Van den Abbeele Met

Nadere informatie

Hevige pijn ter hoogte van de schoudertop als gevolg van een forse schouderduw, bij een 23-jarige topvoetballer

Hevige pijn ter hoogte van de schoudertop als gevolg van een forse schouderduw, bij een 23-jarige topvoetballer 9 2 Hevige pijn ter hoogte van de schoudertop als gevolg van een forse schouderduw, bij een 23-jarige topvoetballer Dos Winkel en Koos van Nugteren Introductie Het verhaal van een topvoetballer met acute

Nadere informatie

Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek) Inleiding

Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek) Inleiding Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek) Inleiding Uw behandelend arts heeft u geadviseerd om uw schouderklachten operatief te behandelen met behulp van een kijkoperatie

Nadere informatie

Arthroscopische neerplastiek. Orthopedie

Arthroscopische neerplastiek. Orthopedie Arthroscopische neerplastiek Orthopedie Inhoudsopgave Inleiding...4 De schouder...4 Behandeling...6 Diagnose en onderzoek...6 De operatie...7 Mogelijke complicatie...8 Anesthesie (verdoving)...9 De eerste

Nadere informatie

Update schouderpathologie 2013

Update schouderpathologie 2013 Update schouderpathologie 2013 Symposium orthopedie Sint-Truiden 30 november 2013 Echografie: Sherpa van de eerste lijn Stefaan Verhamme Symposium orthopedie: update schouderchirurgie 2013 Anatomie Beenderige

Nadere informatie

Scoringslijst voor de praktijk

Scoringslijst voor de praktijk Stichting Verenigde Universitaire Huisartsopleidingen Domus Medica, Postbus 20072, 3502 LB UTRECHT tel. (030) 280 60 90; fax (030) 280 60 99 internet: www.svuh.nl Scoringslijst voor de praktijk 2. SCHOUDERKLACHTEN

Nadere informatie

Rotator cuff scheur. De meeste scheuren treden op in de supraspinatus maar andere delen van de pees kunnen ook zijn aangedaan.

Rotator cuff scheur. De meeste scheuren treden op in de supraspinatus maar andere delen van de pees kunnen ook zijn aangedaan. Rotator Cuff Scheur Rotator cuff scheur Inleiding Een rotator cuff scheur is een vaak voorkomende oorzaak van pijn en ongemak in de schouder bij een volwassene. De rotator cuff bestaat uit 4 spieren en

Nadere informatie

Leeftijd Prim aire frozen shoulder ~ ~ 0 M ~ ~ N ~ 00 ~ ~ ~ N~~~~M~COOMI.C')~ ~~~'<'"""NNNN. Aantall)a1ienten

Leeftijd Prim aire frozen shoulder ~ ~ 0 M ~ ~ N ~ 00 ~ ~ ~ N~~~~M~COOMI.C')~ ~~~'<'NNNN. Aantall)a1ienten Beeldvormend onderzoek Lippmann Kessel (1981) vond dat de diagnose frozen shoulder gereserveerd dient te worden voor patiënten die spontaan pijn krijgen in de schouder, gepaard gaande met een toenemende

Nadere informatie

Luxaties van schouder elleboog en vingers. Compagnonscursus 2012

Luxaties van schouder elleboog en vingers. Compagnonscursus 2012 Luxaties van schouder elleboog en vingers Compagnonscursus 2012 De schouder - Epidemiologie Meest gedisloceerde gewricht: NL 2000/jaar op SEH 45% van alle luxaties betreffen schouder 44% in de leeftijdsgroep

Nadere informatie

Orthopedie Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek)

Orthopedie Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek) Orthopedie Arthroscopische subacromiale decompressie van de schouder (Neerplastiek) Inleiding Uw orthopedisch chirurg heeft u geadviseerd om uw schouderklachten operatief te behandelen met behulp van een

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,19e jrg 2001, no.6 (pp. 315 322)

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,19e jrg 2001, no.6 (pp. 315 322) Auteur(s): Titel: A. Lagerberg De beperkte schouder. Functie-analyse van het art. humeri met behulp van een röntgenfoto Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 315-322 Deze

Nadere informatie

M08 NHG-Standaard Schouderklachten (versie 4.0) NHG-Werkgroep Schouderklachten 11

M08 NHG-Standaard Schouderklachten (versie 4.0) NHG-Werkgroep Schouderklachten 11 M08 (versie 4.0) NHG-Werkgroep Schouderklachten 11 5 10 15 20 25 BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN De indeling in 3 typen schouderklachten is aangepast om aan te sluiten bij de door orthopeden, fysio- en oefentherapeuten

Nadere informatie

Toetsstation. Injectie schouder

Toetsstation. Injectie schouder Toetsstation Injectie schouder Alg lgeme mene gegevens Classificatiecode(s) L92, L31, L55 Doelstelling Toetsen of de kandidaat in staat is - enkele voor injectie relevante structuren op het schouderfantoom

Nadere informatie

Lieven De Wilde, MD, PhD Alexander Van Tongel, MD Department of Orthopedic Surgery Gent University Hospital

Lieven De Wilde, MD, PhD Alexander Van Tongel, MD Department of Orthopedic Surgery Gent University Hospital Klinisch onderzoek van de schouder Lieven De Wilde, MD, PhD Alexander Van Tongel, MD Department of Orthopedic Surgery Gent University Hospital Klinisch onderzoek van de schouder 12 stappen Stap 1: Anamnese

Nadere informatie

SAMENVATTING. Schouder pijn na een beroerte.

SAMENVATTING. Schouder pijn na een beroerte. SAMENVATTING Schouder pijn na een beroerte. Schouderpijn na een beroerte is een veelvoorkomend bijverschijnsel bij patiënten met een hemiplegie (halfzijdige verlamming) en het voorkomen ervan wordt geschat

Nadere informatie

Toetsstation. Schouderklachten

Toetsstation. Schouderklachten Toetsstation Schouderklachten Algemene gegevens Classificatiecode(s) L08, L92 Doelstelling Toetsen of de kandidaat in staat is de gegevens te verzamelen die nodig zijn voor de diagnostiek bij een patiënt

Nadere informatie

Helder en transparant aan de patiënt en aan de mede- en vervolgbehandelaars, de oorzaak en gevolgen van de aandoening en de keuzemogelijkheden van

Helder en transparant aan de patiënt en aan de mede- en vervolgbehandelaars, de oorzaak en gevolgen van de aandoening en de keuzemogelijkheden van Helder en transparant aan de patiënt en aan de mede- en vervolgbehandelaars, de oorzaak en gevolgen van de aandoening en de keuzemogelijkheden van behandeling uit te leggen. Eenduidige terminologie tussen

Nadere informatie

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE. Schouder impingement. (Inklemming schouder)

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE. Schouder impingement. (Inklemming schouder) PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE Schouder impingement (Inklemming schouder) Algemeen Er is bij u schouder impingement vastgesteld. Aan de hand van deze folder krijgt u informatie over de schouder, de oorzaak,

Nadere informatie

De primaire frozen shoulder Stenvers, Jan Derek

De primaire frozen shoulder Stenvers, Jan Derek De primaire frozen shoulder Stenvers, Jan Derek IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below.

Nadere informatie

Rotator cuff impingement. Beate Dejaco-Lanz Sportfysiotherapeute MSc Orthopedisch manueel therapeute Sport Medisch Centrum Papendal

Rotator cuff impingement. Beate Dejaco-Lanz Sportfysiotherapeute MSc Orthopedisch manueel therapeute Sport Medisch Centrum Papendal Rotator cuff impingement Beate Dejaco-Lanz Sportfysiotherapeute MSc Orthopedisch manueel therapeute Sport Medisch Centrum Papendal introductie definitie impingement classificatie impingement diagnostiek

Nadere informatie

Niet alles is Subacromiaal Pijnsyndroom

Niet alles is Subacromiaal Pijnsyndroom Niet alles is Subacromiaal Pijnsyndroom Diagnose & behandeling van schouderklachten in de 1 e en 2 e lijn Bursitis Disclosuresheet belangen spreker Geen potentiële belangenverstrengeling Voor bijeenkomst

Nadere informatie

Injecties in en rondom grote gewrichten. Bas Knobben Orthopedisch chirurg

Injecties in en rondom grote gewrichten. Bas Knobben Orthopedisch chirurg Injecties in en rondom grote gewrichten Bas Knobben Orthopedisch chirurg Injecties, waarom? Pijnafname Ontstekingsremmend Diagnosticum Waar injecteren? Bursa Peesschede Gewricht Op de pijnlijke plek? Wat

Nadere informatie

Doorbewegen van de schouder onder narcose. afdeling Fysiotherapie

Doorbewegen van de schouder onder narcose. afdeling Fysiotherapie 00 Doorbewegen van de schouder onder narcose afdeling Fysiotherapie 1 Wat is 'doorbewegen van de schouder onder narcose'? Doorbewegen van de schouder wil zeggen dat een gespecialiseerd fysiotherapeut,

Nadere informatie

(potentiële) belangenverstrengeling

(potentiële) belangenverstrengeling Disclosure belangen Leo Elders (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding

Nadere informatie

Schouderdecompressie

Schouderdecompressie Schouderdecompressie Open schouder decompressie. Uw behandelend arts heeft u geadviseerd uw schouderklachten operatief te behandelen. Uw klachten ontstaan door inklemming van een pees (supraspinatuspees)

Nadere informatie

Wat zorgt voor de stabiliteit? Instabiliteit ontstaat wanneer er iets mis met het actieve of passieve systeem.

Wat zorgt voor de stabiliteit? Instabiliteit ontstaat wanneer er iets mis met het actieve of passieve systeem. (In-) Stabiliteit Inleiding Wat is instabiliteit? Instabiliteit van het schoudergewricht houdt in dat de weefsels in en rond de schouder niet in staat zijn de kop van de bovenarm op een juiste manier in

Nadere informatie

SCHOUDERKLACHTEN HUISARTS- OPLEIDING. Versie maart 2001. Docentendeel

SCHOUDERKLACHTEN HUISARTS- OPLEIDING. Versie maart 2001. Docentendeel SCHOUDERKLACHTEN Versie maart 2001 Docentendeel HUISARTS- OPLEIDING Algemene gegevens Dit onderwijsprogramma is ontwikkeld door de staf van de afdeling Huisartsopleiding van de Vrije Universiteit ten behoeve

Nadere informatie

Schouderdecompressie en/of behandeling cuff ruptuur

Schouderdecompressie en/of behandeling cuff ruptuur Schouderdecompressie en/of behandeling cuff ruptuur Uw behandelend arts heeft u geadviseerd uw schouderklachten operatief te behandelen. U hebt klachten in uw schouder en bovenarm die ontstaan door het

Nadere informatie

Klinisch redeneren. Programma 10-6-2010

Klinisch redeneren. Programma 10-6-2010 Klinisch redeneren bij schouderklachten Fysio4deel, 28 mei 2010 dr. A de Gast orthopedisch chirurg Diakonessen Ziekenhuis Utrecht/Zeist Programma Anatomie en biomechanica 15.00 tot 16.1515 uur Koffie/thee

Nadere informatie

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE Artrose in de schouder Algemeen Er is bij u artrose in uw schouder vastgesteld. Aan de hand van deze folder krijgt u informatie over de diagnose artrose, de gevolgen en behandeling

Nadere informatie

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE

PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE PATIËNTENFOLDER ORTHOPEDIE Frozen Shoulder Algemeen Er is bij u een frozen shoulder vastgesteld. Aan de hand van deze folder krijgt u informatie over de schouder, de klachten, de oorzaak, risicofactoren

Nadere informatie

Skillslab handleiding

Skillslab handleiding Skillslab handleiding Faculteit Geneeskunde & Gezondheidswetenschappen Inleiding tot het orthopedisch onderzoek Academiejaar 2011-2012 Skillslabteam : Dr. Francis Hugelier - Dr. Jan Reniers Dr. Hans Van

Nadere informatie

Schouderproblemen te boven Rotator Cuff Laesies. R Corveleijn Orthopedisch Chirurg

Schouderproblemen te boven Rotator Cuff Laesies. R Corveleijn Orthopedisch Chirurg Schouderproblemen te boven Rotator Cuff Laesies R Corveleijn Orthopedisch Chirurg M. Supraspinatus M. Infraspinatus M. Subscapularis M. Teres minor Rotatorcuff Functie rotatorcuff Mobiliteit elevatie rotaties

Nadere informatie

Schouderimpingement. Productplan FNN. FysioNetwerk Nederland, versie

Schouderimpingement. Productplan FNN. FysioNetwerk Nederland, versie Productplan Schouderimpingement FNN. FysioNetwerk Nederland, versie 11-2009 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Doelgroep en doelstellingen 3. Programma 4. Vergoeding FysioNetwerk Nederland, versie 11-2009

Nadere informatie

Orthopedie. Cuff repair

Orthopedie. Cuff repair Orthopedie Cuff repair Inleiding Binnenkort wordt u geopereerd aan uw schouder: de afgescheurde pees in uw schouder wordt hersteld. In deze folder vindt u informatie over het schoudergewricht, de aanleiding

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder

Hoofdstuk 6. De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder Hoofdstuk 6 De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder Bij het ontwikkelen van de therapie voor patiënten met een frozen shoulder is uitgegaan van de hypothese dat bij de primaire

Nadere informatie

Schouderletsels (Dr. W.J. Willems, Orthopedisch chirurg, Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Amsterdam)

Schouderletsels (Dr. W.J. Willems, Orthopedisch chirurg, Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Amsterdam) Schouderletsels (Dr. W.J. Willems, Orthopedisch chirurg, Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Amsterdam) Schouderklachten vormen een steeds groter aandeel van de klachten van het bewegingsapparaat. Deels wordt

Nadere informatie

Sport-Fysiotherapie R. de Vries en Medische Trainings Therapie

Sport-Fysiotherapie R. de Vries en Medische Trainings Therapie Sport-Fysiotherapie R. de Vries en Medische Trainings Therapie Kerkweg 45a 4102 KR Zijderveld Telefoon 0345-642618 Fax 0345-641004 E-mail vriesfysio@planet.nl Internet www.fysiodevries.nl/ Frozen shoulder

Nadere informatie

Schouderklachten. Schouderinstabiliteit

Schouderklachten. Schouderinstabiliteit Schouderklachten Veel schouderproblemen zijn het gevolg van een doorgemaakt trauma of vermoeidheid. Er is dan dus een disbalans tussen belastbaarheid en belasting. Wanneer iemand voor het eerst met schouderklachten

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Instabiliteit van de schouder

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Instabiliteit van de schouder Instabiliteit van de schouder INSTABILITEIT VAN DE SCHOUDER Inleiding De schouder is een zeer beweeglijk gewricht. De kom is klein en vlak en de kop relatief groot, zodat grote bewegingsuitslagen mogelijk

Nadere informatie

Incidentie en prognostische factoren van postoperatieve frozen shoulder na schouderoperaties. Rinco Koorevaar

Incidentie en prognostische factoren van postoperatieve frozen shoulder na schouderoperaties. Rinco Koorevaar Incidentie en prognostische factoren van postoperatieve frozen shoulder na schouderoperaties Rinco Koorevaar Doel van schouderoperaties: afname pijn toename functie goede stabiliteit geen complicaties

Nadere informatie

Cuff Repair. Orthopedie. Operatie aan het schoudergewricht

Cuff Repair. Orthopedie. Operatie aan het schoudergewricht Orthopedie Cuff Repair Operatie aan het schoudergewricht Inleiding In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten tot een operatie aan uw schoudergewricht. Uw behandelend arts en de orthopedie-consulent

Nadere informatie

Orthopedie. Neerplastiek. Operatieve acromionplastiek volgens Neer

Orthopedie. Neerplastiek. Operatieve acromionplastiek volgens Neer Orthopedie Neerplastiek Operatieve acromionplastiek volgens Neer Inleiding Binnenkort wordt u geopereerd aan uw schouder. In deze folder vindt u informatie over het schoudergewricht, de aanleiding voor

Nadere informatie

ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis frozen shoulder

ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis frozen shoulder frozen shoulder 1 Inleiding De term frozen shoulder werd voor het eerst beschreven door de Amerikaanse chirurg Ernest Codman in 1934. De aandoening wordt zeer frequent beschreven in de medische literatuur

Nadere informatie

Een 68-jarige vrouw meldt zich met een recidief van hevige, rechtszijdige kniepijn

Een 68-jarige vrouw meldt zich met een recidief van hevige, rechtszijdige kniepijn 15 2 Een 68-jarige vrouw meldt zich met een recidief van hevige, rechtszijdige kniepijn Koos van Nugteren Samenvatting De knie-endoprothese wordt vrijwel altijd geïmplanteerd bij personen met ernstige

Nadere informatie

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische afdeling

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische afdeling Paramedische afdeling Schouderoperatie oefeningen en richtlijnen Inleiding U heeft van uw behandelend arts te horen gekregen dat u een operatie krijgt aan uw schouder. Het doel van de operatie is het wegnemen

Nadere informatie

Palpatie. De pijnlijke schouder: Klinisch onderzoek en infiltraties. Inspectie v. d. Schouder. Passieve R.O.M. Horizontale Adductie

Palpatie. De pijnlijke schouder: Klinisch onderzoek en infiltraties. Inspectie v. d. Schouder. Passieve R.O.M. Horizontale Adductie Hoe aanpakken als HA? De pijnlijke schouder: Klinisch onderzoek en infiltraties Dr. Carl Dierickx Dienst Orthopedie V.J.Z. Hasselt Klinisch onderzoek : SEE, MOVE, FEEL Infiltratie technieken : Theorie

Nadere informatie

WAT TE DOEN NA DE PRIK? Maurits Sietsma, Oscar Dorrestijn

WAT TE DOEN NA DE PRIK? Maurits Sietsma, Oscar Dorrestijn WAT TE DOEN NA DE PRIK? Maurits Sietsma, Oscar Dorrestijn Overzicht voordracht Inleiding: definities en anatomie Wat te doen voor de prik? Wanneer een prik? Na de prik Verwijzing orthopedie Overige injecties

Nadere informatie

Impingement van de schouder

Impingement van de schouder Impingement van de schouder anatomie pathofysiologie diagnostiek behandeling conclusie Peer Poelmann Anatomie Ossaal Musculair Gewricht Anatomie Ossaal Musculair Gewricht posterieur zij aanzicht Anatomie

Nadere informatie

snijlijn snijlijn Hebt u nog vragen? Artrose in de schouder Maak meer wetenschappelijk onderzoek mogelijk Wat is artrose?

snijlijn snijlijn Hebt u nog vragen? Artrose in de schouder Maak meer wetenschappelijk onderzoek mogelijk Wat is artrose? Schouderartrose Artrose in de schouder Bij schouderartrose is er sprake van slijtage in het schoudergewricht. Pijn in de schouder, voortdurend aanwezig of alleen als u uw arm wilt bewegen, kan wijzen op

Nadere informatie

Eerste bijeenkomst 2014 van het Schouder Netwerk Twente. 3 Juni 2014, Saxion Hogeschool Enschede.

Eerste bijeenkomst 2014 van het Schouder Netwerk Twente. 3 Juni 2014, Saxion Hogeschool Enschede. Eerste bijeenkomst 2014 van het Schouder Netwerk Twente. 3 Juni 2014, Saxion Hogeschool Enschede. AGENDA 03-06-2014; F 1.09. 17:30 18:30 uur: ontvangst, mededelingen bestuur. 18:30 19:15 uur: Inhoud theorie;

Nadere informatie

SNT KLINISCHE TESTS. Dia 1 / 64

SNT KLINISCHE TESTS. Dia 1 / 64 SNT KLINISCHE TESTS Tests letsels rotator cuff (lag tests): dia s 2 9. Tests scapula diskinesie: dia s 10-14. (Klassieke) Tests bij impingement: dia s 15 28. Tests voor lengte dorsale kapsel: dia s 29

Nadere informatie

Schouderexploratie. Orthopedie. Ingreep aan de schouder. Schoudergewricht

Schouderexploratie. Orthopedie. Ingreep aan de schouder. Schoudergewricht Orthopedie Schouderexploratie Ingreep aan de schouder Inleiding U heeft met uw behandelend arts afgesproken dat een schouderoperatie (schouderexploratie) wordt verricht. Tijdens deze ingreep wordt uw schouder

Nadere informatie

Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis)

Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis) Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis) TENNISELLEBOOG (EPICONDYLITIS LATERALIS) WAT IS EEN TENNISELLEBOOG? Een tenniselleboog is een veel voorkomende aandoening. Een tenniselleboog is een degeneratieve

Nadere informatie

Cervicale wervelkolom vs. schouderklachten. Dr. T. De Vroey Fysische geneeskunde en revalidatie 20 oktober 2018

Cervicale wervelkolom vs. schouderklachten. Dr. T. De Vroey Fysische geneeskunde en revalidatie 20 oktober 2018 Cervicale wervelkolom vs. schouderklachten Dr. T. De Vroey Fysische geneeskunde en revalidatie 20 oktober 2018 Stafleden dienst Fysische Geneeskunde UZA WE HAVE A DREAM That today U op 3 minuten een klinisch

Nadere informatie

Inhoudsopgave Titel Schouder, Protocol na bicepstenotomie... 2 Doel... 2 Toepassingsgebied... 2 Werkwijze/ Uitvoering... 2

Inhoudsopgave Titel Schouder, Protocol na bicepstenotomie... 2 Doel... 2 Toepassingsgebied... 2 Werkwijze/ Uitvoering... 2 Inhoudsopgave 1. Titel Schouder, Protocol na bicepstenotomie... 2 2. Doel... 2 3. Toepassingsgebied... 2 4. Werkwijze/ Uitvoering... 2 4.1. Behandeling... 2 4.2. Controle/ Nazorg... 5 1. Titel Schouder,

Nadere informatie

Fase 1: Verwijzing, aanmelding en initiële hypothese. Screening. Hypothese: Er is mogelijk sprake van liespijn als gevolg van rode vlaggen.

Fase 1: Verwijzing, aanmelding en initiële hypothese. Screening. Hypothese: Er is mogelijk sprake van liespijn als gevolg van rode vlaggen. Stroomdiagram Liespijn Onderstaand stroomdiagram kan worden gebruikt voor het diagnostisch proces, bij patiënten met liespijn. Hierbij wordt de nadruk gelegd op artrogene problematiek. Niet atrogene aandoeningen

Nadere informatie

Een 40 jarige man met hevige pijn ter hoogte van het distale deel van de bovenarm bij een worp tijdens honkbal

Een 40 jarige man met hevige pijn ter hoogte van het distale deel van de bovenarm bij een worp tijdens honkbal 3 Een 40 jarige man met hevige pijn ter hoogte van het distale deel van de bovenarm bij een worp tijdens honkbal Dos Winkel Introductie Sporten waarbij men met maximale kracht een bal moet werpen of slaan,

Nadere informatie

Schouderprothese. De schouder

Schouderprothese. De schouder Schouderprothese De schouder De schouder is een van de meest beweeglijke gewrichten in ons lichaam. Het schoudergewricht verbindt de bovenarm met de romp. Het is een kogelgewricht waarbij de bol (humeruskop)

Nadere informatie

Deelnemers oefengroep frozen shoulder

Deelnemers oefengroep frozen shoulder Deelnemers oefengroep frozen shoulder Wat is een frozen shoulder of capsulitis adhaesiva? Dit is een aandoening van het gewrichtskapsel (capsulitis) waarbij dit kapsel gaat verdikken en schrompelen (adhaesiva)

Nadere informatie

Is het wel een carpaal tunnel syndroom? Cathelijne Gorter de Vries Neuroloog 30-03-2016

Is het wel een carpaal tunnel syndroom? Cathelijne Gorter de Vries Neuroloog 30-03-2016 Is het wel een carpaal tunnel syndroom? Cathelijne Gorter de Vries Neuroloog 30-03-2016 Disclosures spreker (potentiële) belangenverstrengeling geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven

Nadere informatie

DUO-dagen Injectie-technieken Orthopedisch chirurgen IJsselland Ziekenhuis

DUO-dagen Injectie-technieken Orthopedisch chirurgen IJsselland Ziekenhuis DUO-dagen 2016 Injectie-technieken Orthopedisch chirurgen IJsselland Ziekenhuis Disclosures Disclosure belangen sprekers orthopedie: Presentatie: injectie technieken Geen potentiële belangenverstrengeling

Nadere informatie

Behandeling kalkafzetting in de schouder

Behandeling kalkafzetting in de schouder Behandeling kalkafzetting in de schouder Barbotage tendinosis calcarea Ziekenhuis Gelderse Vallei In overleg met uw behandelend arts heeft u een verwijzing gekregen voor een behandeling van uw schouderklachten

Nadere informatie

DE SCHOUDER van BINNEN naar BUITEN. Wietske Wind Thom van der Sloot

DE SCHOUDER van BINNEN naar BUITEN. Wietske Wind Thom van der Sloot DE SCHOUDER van BINNEN naar BUITEN Wietske Wind Thom van der Sloot WIE ZIJN WIJ WIETSKE WIND DOCENTE CIOS HEERENVEEN OPLEIDER SPORTMASSAGE/VERZORGING 1997 SPORTMASSEUR SINDS 1995 THOM vd SLOOT Ex DOCENT

Nadere informatie

Orthopedie. Frozen shoulder

Orthopedie. Frozen shoulder Orthopedie Frozen shoulder De schouder De schouder is een kogelgewricht. Het wordt gevormd door de kop van de bovenarm en de kom van het schouderblad. Het schoudergewricht is omgeven door het gewrichtskapsel,

Nadere informatie

Schouder instabiliteit

Schouder instabiliteit Schouder instabiliteit 16 maart 2011 SchouderWerkgroep Groene Hart Ron Onstenk Shoulder stabilizers 1. Statisch 2. Dynamisch Shoulder stabilizers 1. Statisch: - ossaal - capsulair --Labrum --GH ligamenten

Nadere informatie

Scoringslijst voor de praktijk

Scoringslijst voor de praktijk Stichting Verenigde Universitaire Huisartsopleidingen Domus Medica, Postbus 20072, 3502 LB UTRECHT tel. (030) 280 60 90; fax (030) 280 60 99 internet: www.svuh.nl Scoringslijst voor de praktijk 1. INJECTIE

Nadere informatie

Ingeklemde zenuw in de pols. Carpal tunnel syndroom

Ingeklemde zenuw in de pols. Carpal tunnel syndroom Ingeklemde zenuw in de pols Carpal tunnel syndroom Inhoudsopgave Wat is het carpal tunnel syndroom... 1 Waardoor wordt het veroorzaakt... 2 Klachten... 2 Diagnose... 3 Behandeling... 3 Tot slot... 5 Wat

Nadere informatie

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische Ziekenhuiszorg. Het schoudergewricht

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische Ziekenhuiszorg. Het schoudergewricht Paramedische Ziekenhuiszorg Schouderoperatie oefeningen en richtlijnen U heeft met uw behandelend arts besproken dat u een operatie krijgt aan uw schouder. Het doel van de operatie is het wegnemen of het

Nadere informatie

Ziekenhuis Rivierenland Patiënteninformatie. orthopedie DE STIJVE SCHOUDER (FROZEN SHOULDER)

Ziekenhuis Rivierenland Patiënteninformatie. orthopedie DE STIJVE SCHOUDER (FROZEN SHOULDER) Ziekenhuis Rivierenland Patiënteninformatie orthopedie DE STIJVE SCHOUDER (FROZEN SHOULDER) www.zrt.nl GEWRICHTSKAPSEL (A) SLEUTELBEEN SCHOUDERBLAD BOVENARM A De stijve schouder of frozen shoulder (in

Nadere informatie

Schouderprothese. Orthopedie. Oorzaken van de klachten. Artrose. Reuma. Fracturen. Onherstelbare rotator cuff-scheuren. Anatomie van de schouder

Schouderprothese. Orthopedie. Oorzaken van de klachten. Artrose. Reuma. Fracturen. Onherstelbare rotator cuff-scheuren. Anatomie van de schouder Orthopedie Schouderprothese Bij slijtage van de schouder kan het schoudergewricht worden vervangen door een prothese. Wat zijn de oorzaken van de klachten en welke soorten prothesen kunnen worden ingezet.

Nadere informatie

Schouderinstabiliteit

Schouderinstabiliteit Schouderinstabiliteit Dr. Hans Van der Bracht www.orthopedie-web.be Opbouw Anatomie Classificaties Anamnese / KO / beeldvorming Behandeling Anterieure Schouderluxatie Posterieure schouderinstabiliteit

Nadere informatie

Bankart Repair. Orthopedie. Stabilisatie van de schouder. Schoudergewricht

Bankart Repair. Orthopedie. Stabilisatie van de schouder. Schoudergewricht Orthopedie Bankart Repair Stabilisatie van de schouder Inleiding Uw behandelend arts heeft naar aanleiding van uw klachten een schouder stabiliserende operatie (bankart repair) geadviseerd. U wordt hiervoor

Nadere informatie

Behandeling kalkafzetting in de schouder

Behandeling kalkafzetting in de schouder Behandeling kalkafzetting in de schouder Barbotage tendinosis calcarea Ziekenhuis Gelderse Vallei In overleg met uw behandelend arts heeft u een verwijzing gekregen voor een behandeling van uw schouderklachten

Nadere informatie

Netwerkbijeenkomst Masseurs Netwerk Nederland DE FROZEN SHOULDER TJITTE KAMMINGA

Netwerkbijeenkomst Masseurs Netwerk Nederland DE FROZEN SHOULDER TJITTE KAMMINGA Netwerkbijeenkomst Masseurs Netwerk Nederland DE FROZEN SHOULDER TJITTE KAMMINGA TJITTE KAMMINGA Ex-docent fysiotherapie Hogeschool Leiden Fysiotherapeut / manueel therapeut Ex-trainer Haagatletiek en

Nadere informatie

INTERLINE PIJNBEHANDELING DEEL II EN III CASUSSCHETSEN

INTERLINE PIJNBEHANDELING DEEL II EN III CASUSSCHETSEN INTERLINE PIJNBEHANDELING DEEL II EN III Okt 2003 CASUSSCHETSEN Casusschets 1 Jongedame van 19 jaar Bij paardrijden gevallen, een uur geleden. Mank lopend, pijn rechter bil. Het lijkt een contusie, geen

Nadere informatie

Rotator cuff scheur. Orthopedie

Rotator cuff scheur. Orthopedie Rotator cuff scheur Orthopedie Inhoudsopgave Rotator cuff scheur...4 Oorzaken...4 Klachten...5 Diagnose en onderzoek...5 De behandeling...6 De operatie...6 Na de operatie...7 Complicaties...8 Contact...9

Nadere informatie

Inleiding 1 Koos van Nugteren Evolutie 1 Anatomie 1 Bewegingen van de schouder 7 Het schouderdak 8 Pathologie 8 Literatuur 11

Inleiding 1 Koos van Nugteren Evolutie 1 Anatomie 1 Bewegingen van de schouder 7 Het schouderdak 8 Pathologie 8 Literatuur 11 Lijst van auteurs XI Inleiding 1 Evolutie 1 Anatomie 1 Bewegingen van de schouder 7 Het schouderdak 8 Pathologie 8 Literatuur 11 1 Hevige pijn in de rechterschouder bij een 20- jarige vrouw, geleidelijk

Nadere informatie

Gewrichten in beweging 14 maart WDH Breda

Gewrichten in beweging 14 maart WDH Breda Gewrichten in beweging 14 maart WDH Breda Anne van Vegchel SGA West-brabant CV 2000-2006 geneeskunde Utrecht 2007-2011 sportgeneeskunde Utrecht 2008-2012 clubarts eredivisieploeg handbal 2008-heden bondarts

Nadere informatie

IMPINGEMENT VAN DE SCHOUDER

IMPINGEMENT VAN DE SCHOUDER IMPINGEMENT VAN DE SCHOUDER 1. INLEIDING De schouder is een relatief complex gewricht dat een zeer grote mobiliteit jammergenoeg combineert met een relatief gebrek aan stabiliteit.zolang alle componenten

Nadere informatie

Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool?

Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Henk Martens, reumatoloog Sint Maartenskliniek Nijmegen 29-11-2013 inleiding echografie in de reumatologie/door de reumatoloog echogeleide interventies

Nadere informatie

REVALIDATIESCHEMA SCHOUDER

REVALIDATIESCHEMA SCHOUDER REVALIDATIESCHEMA SCHOUDER DECOMPRESSIE CUFF HECHTING BANKART EN LATARJET HECHTING SCHOUDERPROTHESE DOEL Goed functionerende, pijnvrije schouder via een schema volgens fases met vooropgestelde milestones

Nadere informatie

Subacromiaal pijnsyndroom (SAPS)

Subacromiaal pijnsyndroom (SAPS) Subacromiaal pijnsyndroom (SAPS) U heeft schouderklachten, passend bij het subacromiaal pijnsyndroom. Deze folder geeft informatie over de aandoening en behandeling. Aandoening Bij bovenhandse sporters

Nadere informatie

De primaire frozen shoulder

De primaire frozen shoulder Deze informatie is een onderdeel van de CD De primaire frozen shoulder. Informatie over deze CD kunt u vinden op pagina: http://www.nsastenvers.nl/primairefrozenshoulder.html De veel gestelde vragen betreffende

Nadere informatie

Frozen Shoulder. door Albert Dreise, fysiotherapeut

Frozen Shoulder. door Albert Dreise, fysiotherapeut Frozen Shoulder door Albert Dreise, fysiotherapeut Onderwerpen die passeren: inleidende begrippen en definiering het klinische beloop primair versus secundair behandeling primair frozen shoulder fysiotherapeutische

Nadere informatie

Barbotage (needling) behandeling in de schouder

Barbotage (needling) behandeling in de schouder Barbotage (needling) behandeling in de schouder Inleiding en afspraak In samenspraak met uw orthopeed heeft u besloten een barbotage behandeling te ondergaan. Tijdens deze behandeling worden de kalkafzettingen

Nadere informatie

Fysiotherapeutische instructies

Fysiotherapeutische instructies Fysiotherapeutische instructies na een schouderoperatie volgens Neer (Neer plastiek en/of cuff-repair) Afdeling Orthopedie Inleiding Door inklemming, slijtage, overbelasting of een ongeval kunnen peesletsels

Nadere informatie

Artrose in de schouder

Artrose in de schouder Artrose in de schouder Bij schouderartrose is er sprake van slijtage in het schoudergewricht. Pijn in de schouder, voortdurend aanwezig of alleen als u uw arm wilt bewegen, kan wijzen op artrose. Bijkomende

Nadere informatie

Kijkoperatie in de schouder (arthroscopie)

Kijkoperatie in de schouder (arthroscopie) Kijkoperatie in de schouder (arthroscopie) Als u last heeft van uw schouder, kan dat verschillende oorzaken hebben. Met een kijkoperatie kan de arts in het gewricht kijken en zo nodig gelijktijdig een

Nadere informatie

S. van der Veen, arts. 1

S. van der Veen, arts. 1 S. van der Veen, arts. 1 S. van der Veen, arts. 2 S. van der Veen, arts. 3 S. van der Veen, arts. 4 S. van der Veen, arts. 5 S. van der Veen, arts. 6 S. van der Veen, arts. 7 S. van der Veen, arts. 8 S.

Nadere informatie

Patient gegevens. Patiënt gegevens. Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153

Patient gegevens. Patiënt gegevens. Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153 Patient gegevens Patiënt gegevens Naam: Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153 Postcode: 2011CG Haarlem Geboortedatum: 5-6-1996 Leeftijd: 20 Geslacht: V Telefoon: 0616287075 Telefoon mobiel: Telefoon werk: Email:

Nadere informatie

Heup, knie en schouder : wat als alles begint te kraken? Bie Velghe Medische Beeldvorming Zaterdag 21 september 2013

Heup, knie en schouder : wat als alles begint te kraken? Bie Velghe Medische Beeldvorming Zaterdag 21 september 2013 Heup, knie en schouder : wat als alles begint te kraken? Bie Velghe Medische Beeldvorming Zaterdag 21 september 2013 Fysiologische veranderingen MSK BOT OSTEOPOROSE Matrix van vooral type 1 collageen,

Nadere informatie