Determinanten van I-deals

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Determinanten van I-deals"

Transcriptie

1 Determinanten van I-deals Sabina van Griethuijsen Universiteit van Amsterdam Afdeling Psychologie Arbeids- en Organisatie Psychologie Masterthese Sabina (E. M. S.) van Griethuijsen Januari-Augustus2012 Aukje Nauta Tweede beoordelaar: Jessie Koen

2

3 Abstract In deze studie is onderzocht welke factoren het sluiten van twee typen (challenge en comfort) ideosyncratic deals (i-deals) tussen leidinggevenden en medewerkers beïnvloeden. De onderzochte determinanten zijn de sociale waarde oriëntatie van leidinggevenden en medewerkers en hun intentie om i-deals te sluiten. Eerder is gebleken dat het sluiten van i- deals bevorderend kan zijn voor de betrokkenheid van medewerkers in een organisatie (Hornung et al., 2010) en voor het verminderen van conflicten door de werk-thuissituatie zo goed mogelijk in te kunnen delen (Hornung et al., 2008). Daarnaast zorgt het sluiten van i- deals voor vertrouwen tussen leidinggevenden en medewerkers (Rousseau, 2005). In dit onderzoek kwam naar voren dat het hebben van een intentie om een i-deal te sluiten van positieve invloed is op het uiteindelijk sluiten van een i-deal voor zowel leidinggevenden als medewerkers. Er is bijna geen effect van de sociale waarde oriëntatie op het sluiten van i- deals gevonden. Slechts een prosociale attitude van de medewerkers bleek van positieve invloed op het sluiten van comfort i-deals. Aanbevelingen voor vervolgonderzoek zijn onder andere het vergroten van de steekproef met eventueel random selectie van de deelnemers.

4

5 Inhoudsopgave Inleiding p. 7 Hypothese 1a/b: De intentie van de leidinggevende/medewerker om een p. 13 i-deal te sluiten is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker/leidinggevende. Hypothese 2a/b: Een prosociale oriëntatie van de leidinggevende/medewerker p. 14 is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker/leidinggevende. Hypothese 2c: Een pro-zelf oriëntatie van de leidinggevende/medewerker is p. 15 van negatieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker/leidinggevende. Onderzoeksmodel p. 15 Methode p. 17 Proefpersonen p. 17 Materialen p. 18 Procedure p. 20 Resultaten p. 21 Beschrijvende resultaten p. 21 Verklarende resultaten p. 26 Discussie p. 30 Literatuur p. 38 Bijlage A - Trainingsschema codeurs p. 42 Bijlage B - Tabellen p. 47

6

7 7 Inleiding Arbeid en organisaties zijn dynamisch. In de ontwikkeling naar een kenniseconomie is het belang van innovatie binnen organisaties groot om van betekenis te kunnen blijven (Zegveld, 2004). Door deze voortdurende innovatie veranderen ook arbeidsrelaties en werk. Met het vernieuwen of herontwerpen van arbeidsrelaties en werk wordt geprobeerd zowel de organisatie als de werknemer hun voordeel te laten doen (Hackman & Oldham, 1975, 1980). Een verandering in de arbeidsrelaties is bijvoorbeeld het nieuwe werken (HNW). Met deze term wordt een nieuwe vorm van werkindeling aangegeven waarbij men zelf kan bepalen hoe en waar of wanneer men het best kan werken (Bijl, 2007). Vooral bij de verschuiving van handwerk naar hoofdwerk of kenniswerk is sprake van herontwerp van werk en de bijbehorende taken. Bij kenniswerk weten werknemers vaak zelf het best hoe zij hun kennis en vaardigheden het best tot een zo groot mogelijke productiviteit kunnen laten leiden (Boer & Croon, 2006). Om deze reden lijkt het belangrijk dat werknemers de vrijheid hebben om de middelen te kunnen kiezen waarmee ze werken en wanneer ze werken. Voor mensen met kinderen kan het bijvoorbeeld helpen het werk in te kunnen delen rondom het wegbrengen en ophalen van de kinderen van school. Zo kunnen zij hun werk blijven doen en blijven bijdragen aan productiviteit en innovatie van de organisatie. Het bevorderen van het gebruik van kennis en productiviteit kan dus door vrijheid in werkindeling worden bereikt. Wil men meer vrijheid, dan moet men afwijken van de standaard arbeidsovereenkomst. Zodoende maakt men aparte afspraken over het aanpassen van taken en worden steeds meer afspraken tussen organisatie en werknemer geïndividualiseerd (Delsen, 2004). In de organisatiepsychologie is onderzoek gedaan naar het herontwerp van werk indeling en werktaken. Een sinds de laatste jaren veel besproken onderwerp met betrekking tot dit herontwerp van werk zijn de afspraken die leidinggevende en werknemer samen maken over de aanpassingen van het werk. In het Nederlands noemen we deze afspraken maatwerk

8 8 afspraken. In de wetenschappelijke literatuur worden ze idiosyncratic deals genoemd, ook wel afgekort tot i-deals (Rousseau, 2005). I-deals zijn vrijwillige, geïndividualiseerde overeenkomsten, als resultaat van een onderhandeling, tussen werknemer en leidinggevende die afwijken van de standaard arbeidsovereenkomst. Uiteindelijk doen beide partijen hun voordeel met een i-deal - een win-win situatie; zo niet, dan is de afspraak die zij maken per definitie geen i-deal (Rousseau, Ho, & Greenberg, 2006). Een voorbeeld van een i-deal is een regeling waarbij de werknemer de nieuwste boeken en computerprogramma s over zijn of haar werk mag bestellen op kosten van de organisatie, terwijl dit niet in de standaard arbeidsovereenkomst staat. Een ander voorbeeld is een baan aanpassen met flexibele werkuren zodat de werknemer werk en privé optimaal kan combineren (Greenberg, Roberge, Ho, & Rousseau, 2004) en hierdoor wellicht beter presteert (Fried & Ferris, 1987). Er is onderscheid te maken tussen verschillende typen i-deals. De meest gebruikte aanduidingen zijn i-deals die betrekking hebben op flexibiliteit van de werkuren (flexibility i- deals) en i-deals met betrekking tot ontwikkelingsmogelijkheden (developmental i-deals) (Rousseau, 2005; Rousseau & Kim, 2006). Bij de eerstgenoemde gaat het om het aanpassen van de hoeveelheid en/of het schema van het werk, zoals bijvoorbeeld een vermindering in werkuren waardoor een werknemer meer tijd heeft voor familie of juist meer werkuren zodat hij of zij meer kan verdienen (Klein, Bergman, & Dickson, 2000; Lee, MacDermid, & Buck, 2000; Thorntwaite, 2004). Het voordeel hiervan voor de leidinggevende is respectievelijk dat de werknemer beter zal presteren doordat hij of zij tevreden is met zijn of haar werkthuissituatie (Edwards & Rothbard, 2000; Judge Thoresen, Bono, & Patton, 2001) en bij meer werkuren dat de werknemer meer inzetbaar is. Developmental i-deals bevatten speciale mogelijkheden om vaardigheden in te kunnen zetten of te ontwikkelen, en carrièredoelen na te streven (Arthur & Rousseau, 1996; Maurer, Pierce, & Shore, 2002). Voorbeelden zijn een getalenteerde werknemer die hiervoor uitzonderlijk wordt vergoed of een speciale cursus die

9 9 een werknemer mag volgen. Hornung, Rousseau en Glaser (2008) onderzochten bij verschillende afdelingen van de belastingdienst van een Duitse deelstaat de invloed van het type afdeling op de typen i-deals die hierin vooral werden gesloten. De auteurs maakten onderscheid tussen flexibility i-deals en developmental i-deals. Opvallend hierbij was dat werknemers op de afdeling die het werk geheel buiten kantoor uitvoerde en daardoor flexibel waren juist minder flexibility i-deals sloten dan op de andere afdelingen. Een mogelijke verklaring is dat dit soort werk al veel flexibiliteit heeft, omdat men minder gecontroleerd kan worden door de leidinggevende en meer in staat is een eigen flexibel werkschema te creëren. Het zelf kunnen boetseren van de indeling van werk, zonder hier specifieke afspraken over vast te leggen, is een goed voorbeeld van wat in de literatuur wordt beschreven als job crafting (Wrzesniewski & Dutton, 2001; Oldham & Hackman, 2010). Zo lijkt het door job crafting mogelijk dat werknemers met veel flexibiliteit in een baan juist minder i-deals met betrekking tot flexibiliteit sluiten. Volgens Rousseau (2005) is dit bijvoorbeeld vaak het geval bij specialisten die in een grote verscheidenheid aan projecten worden ingezet. Als gevolg van hun bijzondere vaardigheden hebben zij de mogelijkheid om zich flexibel in te zetten, waardoor ze geen afspraken over flexibiliteit hoeven te maken. Eerder sluiten zij i-deals om hun vaardigheden en potentie te kunnen uitbreiden. Naast flexibility en developmental i-deals zijn er in de literatuur diverse andere typen i-deals benoemd. Work-load reduction i-deals (Rousseau & Kim, 2004; Hornung, Rousseau, & Glaser, 2009), task i-deals (Hornung, Rousseau, Glaser, Angerer, & Weigl, 2010), reactive i-deals (Rousseau, 2005), performancebased i-deals (Rousseau, 2005) zijn als voorbeelden te noemen in de verscheidenheid aan typologieën van i-deals. Tot op heden is er nog geen overkoepelend model dat verschillende typen i-deals theoretisch van elkaar onderscheidt. In dit onderzoek veronderstellen we dat, net als bij de tot op heden meest gebruikte typologieën van developmental en flexibility i-deals (zie Hornung et al, 2008; Anand, Vidyarthi, Liden, & Rousseau, 2010; Rousseau, Hornung, &

10 10 Kim, 2010), i-deals grofweg in twee typen te onderscheiden zijn. Ten eerste zijn er i-deals die bedoeld zijn om het werk gemakkelijker ( comfortabeler ) te maken (bijvoorbeeld door de hoeveelheid of indeling van het werk aan te passen), waardoor een werknemer het werk weer wat beter aan kan. Dit type i-deals noemen we comfort i-deals. Voorbeelden hiervan zijn: tijdelijk minder uren werken wat gecompenseerd kan worden door op een later tijdstip meer te werken, taakverlichting, een assistent toegewezen krijgen. We gebruiken deze eigenlijke hernoeming van flexibility i-deals, omdat de nadruk op het 'comfort' in deze nieuwe term net meer lijkt te omvatten waar het om gaat (het werk verlichten, gemakkelijker maken) dan dat de term 'flexibility i-deals' doet. Bij de nadruk op flexibiliteit in die term kan men al snel aan flex-werken gaan denken. Dit duidt dan meer op bijvoorbeeld zzp-ers (zelfstandigen zonder personeel) die in hun hele loopbaanpad flexibel zijn. Het tweede type betreft i-deals waardoor een werknemer zich, met het oog op de toekomst, kan ontwikkelen en daardoor carrière kan (blijven) maken. Dit type noemen we challenge i-deals. Voorbeelden hiervan zijn: een uitdagende taak erbij krijgen, een speciale cursus volgen, een tijdelijk project uitvoeren. Deze vernieuwde term is ingezet, omdat dit begrip meer omvat dan "development", ofwel 'ontwikkeling'. Dit type i-deals is naast ontwikkeling in de carrière, bedoeld om werknemers langer met plezier door te kunnen laten werken in verband met het verhogen van de pensioenleeftijd. Naast ontwikkelmogelijkheden als scholing en cursussen lijkt men met uitdagingen in het werk het werk interessant te kunnen houden. In het Nederlands vertaald lijkt de term 'uitdaging i-deals' daarom meer toereikend voor dit type i-deals dan de term 'ontwikkeling i-deals'. Uit onderzoek is gebleken dat i-deals een positieve invloed hebben op de mate waarin werknemers hun eigen werk waarderen. Werknemers waarderen het vooral wanneer in hun baan intrinsieke motivatie, leermogelijkheden, en persoonlijke groei worden gestimuleerd (Hornung et al., 2010). Dit kan bijvoorbeeld door hen meer taakautonomie (Hackman &

11 11 Oldham, 1975, 1980) of beslissingsautoriteit (Karasek, 1979) toe te kennen. Het ervaren van minder stressoren zorgt ook voor een positievere waardering van het werk. Deze waardering zorgt er vervolgens indirect voor dat de werknemer zich meer betrokken voelt met het werk en meer initiatief toont (Hornung et al., 2010). Daarnaast laat de leidinggevende, wanneer hij een i-deal sluit, blijken dat hij vertrouwen heeft in de capaciteiten van zijn of haar medewerker. Het vertrouwen van de leidinggevende geeft de werknemer het gevoel dat hij op waarde wordt geschat, met als gevolg dat het vertrouwen van de werknemer in de leidinggevende toeneemt (Rousseau, 2005). Hierdoor zal de werknemer een positieve bijdrage leveren waar de leidinggevende profijt van heeft. Deze wisselwerking is ook te verklaren door een gevoel van wederkerigheid dat met dit vertrouwen wordt opgewekt (Gouldner,1960; Blau, 1964). Hornung et al. (2008) stelden in hun onderzoek dat het sluiten van een i-deal positieve emoties oproept, omdat een werknemer zich met een i-deal speciaal voelt. Zij vonden dat deze positieve emoties zorgden voor een verhoogde betrokkenheid bij de organisatie. Opvallend was dat de extra betrokkenheid alleen werd geconstateerd ten gevolge van developmental i-deals. Dat er geen effecten van flexibility i-deals op betrokkenheid waren is te verklaren doordat de organisatie (de belastingdienst) bezig was met een grootschalig project om meer flexibiliteit te creëren, waardoor men gemaakte flexibility i-deals mogelijk niet meer als speciaal zag. Flexibilty i-deals zorgden er wel voor dat er minder conflict in de thuissituatie plaatvond als gevolg van het werk. Ook maakten werknemers met flexibility i- deals minder overuren. Developmental i-deals zorgden daarentegen voor meer conflict in de thuissituatie en dat werknemers meer overwerkten. Deze uiteenlopende resultaten tonen aan dat i-deals diverse effecten hebben. Ze kunnen werk-thuissituaties bevorderen evenals motivatie en ontwikkeling in het werk. Het lijkt erop dat i-deals over het algemeen positieve effecten hebben voor organisaties en hun werknemers. Daarom is het van belang te kijken hoe ze tot stand komen.

12 12 Een i-deal lijkt vrijwel altijd het resultaat van een onderhandeling, of in elke geval van een dialoog, tussen leidinggevende en werknemer. Het doel van deze studie is te onderzoeken wat nu maakt dat leidinggevenden en werknemers in zo'n onderhandeling i-deals sluiten. Een onderhandeling voorbereiden kan van invloed zijn op de uitkomst ervan. Men kan als voorbereiding een doel stellen en de intentie hebben om een bepaalde i-deal sluiten. Hiermee bereiken we de theorie over het stellen van doelen (goal-setting theory, Locke & Latham, 1990) en de theorie van gepland gedrag (theory of planned behavior, Ajzen, 1991). Locke en Latham (1990) vonden dat alleen al het stellen van doelen van positieve invloed is op het bereiken ervan. Met het stellen van een doel weegt degene die het doel stelt namelijk diverse aspecten tegen elkaar af, om de waarschijnlijkheid van het behalen van het doel te vergroten. Tijdens dit proces zijn verschillende cognitieve factoren van invloed op het doel dat gesteld wordt: Degene die het doel stelt bepaalt de haalbaarheid van het doel, dat afhangt van geloof in zichzelf om het doel te behalen en deels van ervaringen uit het verleden; Men moet weten welk gedrag tot het behalen van het doel leidt en zich capabel voelen dit gedrag uit te kunnen voeren. Daarnaast zijn de consequenties die de voltooiing van een doel kan hebben ook bepalend voor het doel dat gesteld wordt. Een vierde factor die in het doelstellingsproces een rol speelt is de beoordeling van geschiktheid van het doel. Als de doelsteller beoordeelt dat het doel geschikt is om te behalen zal dit van positieve invloed zijn op het behalen ervan. Hierbij leiden specifieke en moeilijke doelen tot een hogere prestatie dan niet specifieke en makkelijke doelen (Locke & Latham, 1990). Ajzen (1991) beschrijft als algemene regel dat hoe sterker men een intentie heeft om bepaald gedrag te vertonen, hoe waarschijnlijker het is dat men dit gedrag ook zal vertonen. Hierbij geldt op een zelfde manier als bij de doelstelling theorie dat men zich bekwaam moet voelen om het gedrag ten uitvoer te brengen dat men wil vertonen (Ajzen, 1985). Een i-deal is te vergelijken met een specifiek en moeilijk doel. Het is een specifieke afspraak die de leidinggevende of medewerker wil proberen te maken en hij of

13 13 zij moet daarbij de ander overtuigen van het nut ervan. Als men met de intentie een i-deal te sluiten het gesprek in gaat en daarvoor een proces is doorlopen om een specifieke i-deal op te stellen lijkt dit daarom van positieve invloed te zijn op het sluiten van de i-deal. Met deze theorieën gecombineerd, kunnen we dan de volgende hypothesen stellen: Hypothese 1a: De intentie van de leidinggevende om een i-deal te sluiten is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker. Hypothese 1b: De intentie van de werknemer om een i-deal te sluiten is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de leidinggevende. In verschillende situaties kan men verschillende attitudes hebben om te handelen. Eerdere belevingen met sociale interacties zorgen ervoor dat mensen attitudes ontwikkelen ten overstaande van verscheidene soorten situaties. Wat voor een attitude zich ontwikkelt hangt af van de situatie en de persoon die een rol speelden in de beleving van de situatie (van Lange, Otten, De Bruin, & Joireman, 1997; Grant, 2007). De theorie over sociale waarde oriëntatie beschrijft de attitudes "prosociaal" en "pro-zelf"; Als iemand een pro-zelf oriëntatie heeft zal hij of zij vooral uit eigen belang handelen en zijn of haar uitkomsten proberen te maximaliseren zonder daarbij op uitkomsten van iemand anders te letten, of proberen hogere uitkomsten dan iemand anders te bereiken. Bij een prosociale oriëntatie probeert men naast de eigen uitkomsten, ook de uitkomsten van een ander te maximaliseren, of het verschil tussen eigen uitkomsten en uitkomsten van de ander zo klein mogelijk te houden (van Lange, 1999). De sociale waarde oriëntatie van de leidinggevende en de medewerker kan van invloed zijn op de mate waarin zij i-deals sluiten. Een leidinggevende kan bijvoorbeeld de attitude hebben een deal te sluiten die eerder voor zichzelf van belang is, zoals een deal waardoor de werknemer meer werk gaat leveren. Een werknemer kan bijvoorbeeld de attitude hebben een

14 14 deal te sluiten waar naast hij of zij zelf, de leidinggevende ook veel baat bij heeft. Hij of zij kan zich bijvoorbeeld aanpassen aan een werkschema van de leidinggevende zodat deze bepaalde taken beter kan combineren, maar waarmee hij of zij zelf ook beter de werk-thuis situatie kan combineren. Bij een prosociale oriëntatie doen beide partijen hun voordeel doordat iemand die in een sociale interactie prosociaal handelt, voor zichzelf, maar ook voor de ander de uitkomsten wil maximaliseren. Dit is de voorwaarde waaraan men ook moet voldoen bij bij het sluiten van i-deals, zodat er een win-win situatie onstaat. Hiermee zijn de volgende hypothesen te formuleren: Hypothese 2a: Een prosociale oriëntatie van de leidinggevende is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker. Hypothese 2b: Een prosociale oriëntatie van de werknemer is van positieve invloed op het sluiten van een i-deal met de leidinggevende. Als iemand een pro-zelf attitude aanneemt lijkt het win-win principe van i-deals niet meer op te gaan. Stel, een leidinggevende heeft de intentie een i-deal te gaan sluiten die vooral bevorderlijk is voor hem of haar zelf, dan is het mogelijk dat de werknemer dit niet waardeert en niet wederkerig zal handelen met het bevestigen van deze deal. Het is voor de werknemer in dit geval geen win-situatie meer. Een aanvullende bevinding in onderzoek naar sociale waarde oriëntatie, is dat mensen met een prosociale oriëntatie zich niet prosociaal zullen gaan gedragen als de andere partij zich niet prosociaal zal gedragen (Kuhlman & Marshello, 1975; Mc Clintock & Liebrand, 1988; Sattler & Kerr, 1991). Als slechts één van beide, leidinggevende of werknemer, zich tijdens een onderhandeling niet prosociaal zal gedragen lijkt men daarom de kans op het sluiten van een i-deal te verkleinen. Om deze reden zijn de volgende hypothesen te formuleren:

15 15 Hypothese 2c: Een pro-zelf oriëntatie van de leidinggevende is van negatieve invloed op het sluiten van een i-deal met de medewerker. Hypothese 2d: Een pro-zelf oriëntatie van de medewerker is van negatieve invloed op het sluiten van een i-deal met de leidinggevende. Het onderzoek is voor een groot deel kwalitatief van aard. Zo heb ik exploratief gekeken naar de typen i-deals (comfort of challenge) die men sloot. Hierover had ik nog geen verwachtingen, omdat het onderzoeksgebied naar i-deals nog jong is en er nog niet genoeg onderzoek is verschenen over de determinanten van verschillende typen i-deals. Drie theoretische kaders zijn aan bod gekomen; idiosyncratic deals, de theorie om doelen te stellen (Locke en Latham, 1990) en de theorie van gepland gedrag (Ajzen, 1991), en sociale waarde oriëntatie. Kort samengevat ging ik in dit onderzoek op zoek naar verklaringen voor het sluiten van i-deals en daarvoor heb ik deze determinanten onderzocht en vervolgens beschreven. Figuur 1. De Invloed van de Intentie om een I-deal te sluiten en Sociale Waarde Oriëntatie op het sluiten van een I-deal. Intentie Leidinggevende om een I-deal te sluiten Intentie Werknemer om een I-deal te sluiten I-deal Prosociale Attitude Leidinggevende Prosociale Attitude Werknemer

16 16 Om deze hypothesen te toetsen werden ingeplande jaargesprekken en werkbesprekingen tussen leidinggevenden en werknemers in zeven universitair medische centra en bij een bank onderzocht. Beide soorten organisaties hebben potentieel veel baat bij het maken van i-deals. Op dit moment is er sprake van vergrijzing en dit zal in de nabije toekomst steeds meer een rol gaan spelen. Om deze reden is het belangrijk om jonge mensen met goede kwaliteiten aan te trekken en degenen die aanwezig zijn te behouden. Dit zou mede mogelijk kunnen worden gemaakt door mensen i-deals aan te bieden, zodat het aantrekkelijk wordt om bij een organisatie te gaan werken of te blijven werken. Daarbij is het verschaffen van cursussen voor bijscholing of voor de ontwikkeling van extra vaardigheden voor de wat oudere werknemer een goede mogelijkheid om waardevol voor de organisatie te blijven tot aan de pensioenleeftijd. Zeker nu de pensioenleeftijd wordt verhoogd zou hierbij bijvoorbeeld ook een bepaalde comfort i-deal uitkomst kunnen bieden om gemakkelijk te kunnen blijven werken. Voorafgaand aan het gesprek werd leidinggevende en werknemer gevraagd een vragenlijst in te vullen waarmee de intentie om een i-deal te sluiten en de sociale waarde oriëntatie werden gemeten. Na afloop van het gesprek werd direct een vragenlijst bij leidinggevende en werknemer afgenomen waarmee werd gemeten in welke mate en wat voor een type i-deal was gesloten. Twee wetenschappelijk opgeleide onderzoekers werden getraind om de uitkomsten van de vragenlijsten op een valide en betrouwbare manier te scoren. Deze studie maakte deel uit van het promotieonderzoek van Cristel van de Ven.

17 17 Methode Proefpersonen Leidinggevenden en medewerkers uit zeven universitair medische centra (UMC's) over heel Nederland, en uit verschillende afdelingen van een Nederlandse bank participeerden in het onderzoek. De participanten bestonden uit 73 koppels van leidinggevenden (38 mannen en 35 vrouwen) en medewerkers (21 mannen en 52 vrouwen), waarvan 28 koppels werkzaam bij de bank. Sommige leidinggevenden deden met meerdere medewerkers mee, waardoor de ratio leidinggevenden/medewerkers niet gelijk was (52/73). De gemiddelde leeftijd van de leidinggevenden was 47 jaar (sd = 6.68). Op twee leidinggevenden na waren allen HBO (38.4 %) of WO (56.2 %) gediplomeerd. Zij gaven gemiddeld 2.31 jaar (sd = 1.86) direct leiding aan hun medewerker. De gemiddelde leeftijd van de medewerkers was 42 jaar (sd = 10.07). Van hen was het merendeel HBO gediplomeerd (45.2 %), 31.5 procent was WO gediplomeerd, 11 procent MBO gediplomeerd en 8.2 procent had alleen een middelbare schooldiploma. Bij de bank werd participatie aan het onderzoek vooral gepromoot door coaching van het gesprek ('dialoogcoaching') aan te bieden. Coaching werd mogelijk gemaakt door de gesprekken op video op te nemen. Achteraf besprak een coach enkele fragmenten met de leidinggevende en de medewerker, met het doel ervan te leren. De employability & learning afdeling van de bank vergoedde deze coaching. In de UMC s werd participatie vooral gepromoot door het wetenschappelijk belang te benadrukken, en ook hier werd dialoogcoaching aangeboden. In één van de ziekenhuizen moesten leidinggevenden en medewerkers dit zelf bekostigen, indien zij hier gebruik van wensten te maken. Een ander ziekenhuis heeft een eigen interne afdeling voor coaching. Deze ontving de opnames van de gesprekken en verzorgde de coaching zelf. De overige vijf ziekenhuizen hadden, net als de bank, een contract afgesloten met een organisatie-ontwikkelingsbureau dat de coaching,

18 18 indien gewenst, verzorgde. Van de 73 koppels kozen 54 koppels ervoor gebruik te maken van de mogelijkheid tot coaching. Materialen Sociale waarde oriëntatie. Om te bepalen wat de sociale waarde oriëntatie van de leidinggevenden en de werknemers was vulden zij een week voorafgaand aan het gesprek zes items (ontwikkeld door Nauta, 2006) in. De stelling bij deze items was: "De volgende afspraken gaan over het komende gesprek dat u met uw leidinggevende /medewerker gaat voeren. Wat is uw mening over de volgende stellingen?". 'Prosociaal' (α =.77) en 'pro-zelf' (α =.84) werden elk met drie items gemeten en gescoord op een 5-punts likertschaal, variërend van 1 = sterk mee oneens, tot 5 = sterk mee eens. Een voorbeeld van een item dat een prosociale oriëntatie meet is: "In het gesprek vind ik de doelen van mijn leidinggevende/medewerker heel belangrijk". Een voorbeeld van een item dat een pro-zelf oriëntatie meet is: "Ik heb veel oog voor mijn eigen wensen in het gesprek". Intentie om een i-deal te sluiten en gesloten i-deal. De meetmethoden voor de onafhankelijke variabele "intentie om een i-deal te sluiten" en de afhankelijke variabele "gesloten i-deal" waren bijna gelijk aan elkaar: De mate van uniciteit van de voorgenomen en gemaakte afspraken gaf aan of er sprake was van i-deals. Om dit te meten stelden we voorafgaand aan het gesprek de vraag: "Welke concrete afspraken wilt u met uw leidinggevende/medewerker maken?". Direct na afloop van het gesprek beantwoorden zij de vraag: Welke afspraken hebben u en uw leidinggevende/medewerker tijdens het gesprek gemaakt? Bij beide vragen konden zij respectievelijk maximaal zes voorgenomen en gemaakte afspraken opschrijven. Vervolgens stelden we in de vragenlijst voorafgaand aan het gesprek de vraag: "In hoeverre bent u van plan met uw medewerker/leidinggevende unieke afspraken te maken over de volgende aspecten?" Op deze vraag volgden twee items die, op een 5-punts likertschaal variërend van 1 = 'zeker niet' tot 5 = 'zeker wel', maten of de

19 19 voorgenomen afspraken challenge i-deals bevatten (α =.90). Nog twee items maten of de voorgenomen afspraken comfort i-deals bevatten (α =.88). De vier items zijn afgeleid van Hornung et al. (2008). Een voorbeeld van een item om de mate van uniciteit van challenge afspraken te meten is: "Taken die voor mijn medewerker/mij persoonlijk uitdagend zijn". Een voorbeeld van een item om de mate van uniciteit van comfort afspraken te meten is: "Werktijden die zijn afgestemd op mijn (de) persoonlijke situatie (van mijn medewerker)". Na afloop van het gesprek stelden we de vraag: "In hoeverre heeft u unieke afspraken gemaakt met uw medewerker/leidinggevende over de volgende aspecten?", waarop dezelfde vier challenge en comfort items volgden. Hiermee maten we de gemaakte challenge en comfort i- deals. In de vragenlijst na afloop van het gesprek maten we ook de uniciteit van elke gemaakte afspraak apart. Per gemaakte uitgeschreven afspraak gaven leidinggevenden en medewerkers aan of deze "standaard", "deels standaard/deels uniek", of "uniek" was. Zij gaven hierbij antwoord op de vraag: "Hoe uniek zijn deze afspraken, in de zin dat ze afwijken van de standaardregelingen voor werknemers in vergelijkbare functies?". 'Standaard' en 'deels standaard/deels uniek' betekent hierin: geen i-deal, 'uniek' staat voor een i-deal (α =.84). Type voorgenomen en gemaakte afspraak zoals waargenomen door de codeurs. De methoden om de typen voorgenomen en gemaakte afspraken te kunnen benoemen waren ook gelijk aan elkaar. Om per voorgenomen afspraak, zoals de leidinggevenden en medewerkers ze opgeschreven hadden, te kunnen kijken of het een challenge of comfort afspraak betrof, scoorden twee codeurs op een 5-punts likertschaal, variërend van 1 = zeker niet, tot 5 = zeker wel, in welke mate de afspraak challenge en/of comfort van aard was. Als er uit een afspraak niet op te maken was wat de inhoud van de afspraak betrof gaven zij een score '9'. De codeurs trainden zichzelf en elkaar op het scoren van de afspraken met een trainingsschema (zie bijlage A). Deze was opgesteld aan de hand van de richtlijnen beschreven door Weingart, Olekalns, en Smith (2004) over het coderen van gedrag. Om de

20 20 interbeoordelaarsbetrouwbaarheid te bepalen is Cohen's kappa (Cohen, 1960) berekend. Deze bleek voor de voorgenomen en gemaakte challenge en comfort afspraken van leidinggevenden en medewerkers van redelijk (κ = ) tot voldoende-goed (κ = ) te lopen (zie Tabel 1). Om een ultieme overeenstemming te bereiken over de typen afspraken was er een derde codeur die de ongelijke scores op de typen afspraken ook op de 5- punts likertschaal scoorde. Ongelijke scores op de typen afspraken houden in dat de ene codeur een '1 = zeker niet' of '2 = niet' op de mate van challenge of comfort van de voorgenomen afspraak scoorde, en de andere codeur een '3 = enigszins', een '4 = wel' of een '5 = zeker wel' hierop scoorde. De scores van de derde codeur vervingen de scores van de codeur die van het type afspraak van de derde codeur afweek. Na vervanging van de ongelijke scores was er nog slechts één redelijke kappa over en was de rest voldoende-goed tot bijna perfect (κ = , zie Tabel 1). Om vervolgens naar totalen voorgenomen en gemaakte challenge en comfort afspraken te kunnen kijken kregen de scores '1 = zeker niet' en '2 = niet' een dummy waarde van '1 = geen challenge of comfort afspraak'. De scores '3 = enigszins', '4 = wel' en '5= zeker wel' kregen een dummy waarde van '2 = challenge of comfort afspraak'. Cohen's kappa was hierbij voor bijna alle voorgenomen en gemaakte challenge en comfort afspraken van leidinggevenden en medewerkers uitstekend, κ= 1 (zie Tabel 1). [Tabel 1 ongeveer hier] Procedure Een week voorafgaand aan het gesprek kregen de leidinggevende en de werknemer de vragenlijst toegestuurd, waarbij het verzoek was deze voorafgaand aan het gesprek in te vullen. In de toelichting hierbij stond de uitleg dat het invullen van de vragenlijst bij de voorbereiding voor het gesprek kan helpen. Daarnaast was te lezen dat het van belang voor

21 21 het onderzoek is de vragenlijst in te vullen en dat deze overhandigd moest worden aan degene die het gesprek kwam opnemen op video (de onderzoeker, coach, of onderzoeksassistent). Dit geschiedde in de doorgaans gebruikte overlegruimtes van de onderzochte organisaties. De invultijd bedroeg niet meer dan 5 à 10 minuten. Voorafgaand aan het gesprek leverden leidinggevende en medewerker de vragenlijst in en kregen zij te horen dat de gegevens voor wetenschappelijk onderzoek worden gebruikt en dat nergens namen zullen worden gepubliceerd. Bij de vragenlijst die direct na afloop van het gesprek volgde kregen zij te horen dat deze vragenlijst maximaal vijf minuten invultijd bedroeg. Leidinggevenden en medewerkers zullen na afloop van het onderzoek de resultaten ontvangen. Drie wetenschappelijk opgeleide onderzoekers van dit onderzoek trainden zichzelf en elkaar met een trainingsschema (zie bijlage A) om de typen voorgenomen en gemaakte afspraken in de gesprekken, onafhankelijk van elkaar, te kunnen coderen. Na een aantal trainingsrondes scoorden zij alle data. Om moeheid in het coderen tegen te gaan scoorden de codeurs de data over verschillende dagen. Resultaten Beschrijvende resultaten. Een aantal beschrijvende resultaten betreft onder andere het aantal afspraken dat leidinggevenden en medewerkers zich voornamen te maken en het aantal afspraken dat zij uiteindelijk maakten met bijbehorend wat het percentage unieke afspraken (i-deals) hiervan was. Tabel 2 geeft een overzicht van deze aantallen met bijbehorende percentages en onderscheid in aantallen challenge en comfort afspraken. [Tabel 2 ongeveer hier]

22 22 De 73 leidinggevenden noteerden tezamen 180 voorgenomen afspraken. Gemiddeld was dit 2.47 afspraken per leidinggevende. Medewerkers noteerden tezamen ongeveer een gelijk aantal voorgenomen afspraken: 170, gemiddeld 2.33 afspraken per medewerker. Na afloop van de gesprekken noteerden de leidinggevenden een aanzienlijk groter aantal gemaakte afspraken dan dat zij zich hadden voorgenomen te maken: in totaal 278 afspraken, gemiddeld 3.81 afspraken per leidinggevende. Van het totaal gemaakte afspraken waren er in de ogen van de leidinggevenden 70 afspraken uniek (i-deals: %), gemiddeld is dit.96 unieke voorgenomen afspraken per leidinggevende. Medewerkers noteerden uiteindelijk 249 gemaakte afspraken, gemiddeld 3.41 per medewerker. Ook dit is aanzienlijk meer dan dat zij zich hadden voorgenomen, maar enigszins minder dan het totaal aan afspraken dat er in de ogen van de leidinggevenden was gemaakt. Van deze 249 gemaakte afspraken waren er in de ogen van de medewerkers 77 afspraken uniek (i-deals: %). Dit is gemiddeld 1.05 unieke afspraken per medewerker. Medewerkers vonden dus vaker dan leidinggevenden dat zij unieke afspraken hadden gemaakt. Beschrijvende resultaten met betrekking tot de scores van de codeurs op de voorgenomen en gemaakte afspraken op de typen challenge en comfort, zijn als volgt: Van de totaal 180 voorgenomen afspraken van de leidinggevenden waren er in de ogen van de codeurs gemiddeld 1.29 (52.22 %) voorgenomen afspraken per leidinggevende 'challenge' van aard en bevatten gemiddeld.21 (8.33 %) voorgenomen afspraken per leidinggevende het karakter van een comfort afspraak. Voorbeelden van deze voorgenomen challenge afspraken zijn: -"rol in bedrijfsopleiding irt nieuwe afdeling meehelpen organiseren werkbijeenkomst nieuwe afdeling"; -"volgen ehbo". Voorbeelden van de voorgenomen comfort afspraken door de leidinggevenden zijn:

23 23 -"werktijden (aantal uren, thuiswerken)"; -"ondersteuning nodig bij het bereiken van een stabiele portefeuille team Ingmar". In totaal zeven (3.89 %) voorgenomen afspraken hadden zowel een challenge als comfort karakter. Voorbeelden hiervan zijn: -"hoe zij haar planningen meer expliciet gaat maken, zodat ze beter voor haarzelf en voor mij zijn te volgen"; -"besteding persoonlijk budget aan cursus yoga". Er waren gemiddeld.81 (32.78 %) intenties per leidinggevende om afspraken te maken die in de ogen van de codeurs niet het als zodanig challenge of comfort karakter bevatten (bijvoorbeeld: "wat gaan we verbeteren in de 2e sessie PE FH" en "overdracht werkzaamheden"). Vijf intenties konden de codeurs niet beoordelen, omdat deze afspraken te weinig informatie bevatten om te kunnen beoordelen wat voor een type intentie dit was. Het kwam ook voor dat door de leidinggevenden was aangegeven dat zij zich 'geen concrete afspraken' hadden voorgenomen te maken. Voorbeelden van niet te coderen voorgenomen afspraken zijn respectievelijk "validatie cytostaticabuis" en "geen concrete, hangt af van het gesprek". Van de 170 intenties van de medewerkers om een afspraak te maken hadden er gemiddeld 1.07 (45.88 %) intenties per medewerker een challenge karakter. Bijvoorbeeld: -"EHBO-cursus wel/niet"; -"bespreken situaties voor uitstraling als professional". Gemiddeld.36 intenties per medewerker (15.29 %) hadden een comfort karakter: -"werktijden: aantal uren, thuiswerken"; -" dagdiensten ivm privé". In totaal zeven (4.12 %) intenties waren zowel challenge als comfort van aard. Een voorbeelden hiervan is:

24 24 -"beheer. Beleid: knelpunten signaleren (bijv. werkdruk, werkplekbezoek verpl. Manager) en daarbij bespreken van mogelijkheden". Er waren gemiddeld.67 (28.82 %) intenties per medewerker om afspraken te maken die volgens de codeurs niet het challenge of comfort karakter bevatten (bijvoorbeeld: "inrichting van changedesk afgestemd"). Van totaal tien (5.88 %) intenties van de medewerkers gaven de codeurs aan dat deze "niet scoorbaar" waren (bijvoorbeeld: "Voor de overige afspraken verwijs ik naar reeds gemaakte planning" en "op dit moment geen"). Samenvattend namen leidinggevenden zich, zoals waargenomen door de codeurs, enigszins meer challenge afspraken voor dan medewerkers: gemiddeld 1.29 per leidinggevende tegenover gemiddeld 1.07 per medewerker. Medewerkers namen zich enigszins meer comfort afspraken voor te maken dan leidinggevenden: gemiddeld.36 per medewerker tegenover gemiddeld.21 per leidinggevende. Van de 278 gemaakte afspraken zoals waargenomen door de leidinggevenden plaatsten de codeurs gemiddeld 1.70 (44.60 %) van deze afspraken per leidinggevende onder het type challenge afspraak: Bijvoorbeeld: -"vervolggesprek tav loopbaan"; -"els gaat 1 vd starters coachen: SDP-kennis overdracht, -sharepoint overdracht". Gemiddeld.36 (9.35 %) afspraken per leidinggevende plaatsten de codeurs onder het type comfort afspraak, zoals: -"marijke geeft mij aan wat productief is en contraproductief"; -"reintegratieplan medewerker". Van totaal 11 (3.96 %) afspraken werd aangegeven dat deze zowel een challenge als comfort karakter bevatten. Bijvoorbeeld: -"ik support mirjam in het neerzetten van haar 'brand' "

25 25 Er waren gemiddeld 1.47 (38.49 %) gemaakte afspraken per leidinggevende die noch het challenge, noch het comfort karakter bevatten (bijvoorbeeld: "geinformeerd over stand van zaken en afspraken resultaten voortgang loopt vls afspraak" en "Marco: Carly reactie verslag bosdag vragen"). In totaal 11 (3.96 %) afspraken waren voor de codeurs niet scoorbaar (bijvoorbeeld: "pat. Centraal en van daaruit naar org. Kijken"). Van de 249 gemaakte afspraken zoals waargenomen door de medewerkers vielen er gemiddeld 1.78 (52.21 %) per medewerker onder het challenge type: -"POP maken voor half nov."; -"contact houden over loopbaan + ambities". Gemiddeld.36 (10.44 %) afspraken per medewerker vielen onder het comfort type: -"positief blijven met het team"; -"tijdsbesteding, afsluiten taken, blokkeren agenda". Tien (4.02 %) afspraken vielen onder beide types, waaronder: -"planning van werkzaamheden verbeteren". Gemiddeld 1.04 (30.52 %) gemaakte afspraken per medewerker waren noch challenge, noch comfort van aard (bijvoorbeeld: "marchet: rol coordinatie en implementatie bij mij of eventueel ellen T. Of Fiona"). Zeven (2.81 %) van de afspraken was niet scoorbaar (bijvoorbeeld: "Hulp HR cases andere MMO"). Samenvattend noteerden medewerkers volgens de codeurs enigszins meer gemaakte challenge afspraken dan leidinggevenden: gemiddeld 1.78 per medewerker tegenover 1.70 per leidinggevende. Een vergelijking met de voorgenomen challenge afspraken geeft dat leidinggevenden zich meer challenge afspraken voornamen dan medewerkers, maar uiteindelijk minder gemaakte challenge afspraken rapporteerden dan medewerkers. Leidinggevenden en medewerkers noteerden in de ogen van de codeurs evenveel gemaakte comfort afspraken.

26 26 Tabel 3 geeft een overzicht van de gemiddelden en standaarddeviaties van de predictoren en afhankelijke variabelen die zijn opgenomen in de verderop te rapporteren regressie-analyes. [Tabel 3 ongeveer hier] Met t-toetsen werden significante verschillen gevonden tussen de sociale waarde oriëntaties van leidinggevenden en medewerkers: Leidinggevenden waren minder pro-zelf en meer prosociaal dan de medewerkers (Pro-zelf: t(68) = -3.90, p <.001; Prosociaal: t(67) = 4.63, p <.001). Daarbij waren leidinggevenden meer prosociaal dan dat zij pro-zelf waren (t(70) = , p <.001). Medewerkers waren meer pro-zelf dan dat zij prosociaal waren (t(69) = 3.05, p <.01). In de tabel is ook te zien dat leidinggevenden en medewerkers zich meer unieke challenge afspraken voornamen dan unieke comfort afspraken. Deze verschillen waren significant (leidinggevenden: t(70) = 5.67, p <.001; medewerkers: t(67) = 6.73, p <.001). Daarbij maakten leidinggevenden en medewerkers uiteindelijk significant meer unieke challenge afspraken dan unieke comfort afspraken (leidinggevenden: t(68) = 6.28, p <.001; medewerkers: t(70) = 8.18, p <.001). Verklarende resultaten. Om de hypotheses te toetsen dat de intentie om een i-deal te sluiten (H.1a en b) en het hebben van een prosociale attitude van leidinggevenden en medewerkers van positieve invloed is (H.2a en b), en het hebben van een pro-zelf attitude van leidinggevenden en medewerkers van negatieve invloed is op het sluiten van i-deals (H.2c en d) tussen leidinggevenden en medewerkers, zijn regressieanalyses uitgevoerd met de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Afspraken als afhankelijke variabele (onderverdeeld in de twee typen, challenge en comfort, afspraken). Zo voerde ik vier maal regressieanalyses uit, met als respectievelijke afhankelijke variabelen: Mate van Uniciteit van Gemaakte Challenge

27 27 Afspraken zoals waargenomen door de leidinggevende, Mate van Uniciteit van Gemaakte Challenge Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, Mate van Uniciteit van Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de leidinggevende en Mate van Uniciteit van Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker. In Tabel 4 en 5 staan respectievelijk de correlaties tussen de predictoren en afhankelijke variabelen, en de uitkomsten van de regressie-analyses. [Tabel 4 ongeveer hier] [Tabel 5 ongeveer hier] Mate van uniciteit van de gemaakte afspraken In elk regressie-model nam ik zowel de predictoren voor de uitkomsten van de leidinggevenden als die voor de medewerkers op. Zo komen we op acht predictoren per regressie: de Pro-zelf attitude van de leidinggevende, de Pro-zelf attitude van de medewerker, de Prosociale attitude van de leidinggevende, de Prosociale attitude van de medewerker, de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Challenge Afspraken van de leidinggevende, de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Challenge Afspraken van de medewerker, de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken van de leidinggevende en de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken van de medewerker. Mate van uniciteit gemaakte challenge afspraken leidinggevende. In dit model verklaarden de acht predictoren gezamenlijk 35 procent van de variantie van de scores voor de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken in het perspectief van de leidinggevende (F (8,54) = 3.57 p.01). Alleen de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Challenge Afspraken zoals waargenomen door de leidinggevende hing significant samen met

28 28 de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken zoals waargenomen door de leidinggevende, β =.53, t(54) = 4.28, p.001. Volgens de hypotheses zou het hebben van een pro-zelf (H.2c) en een prosociale attitude (H.2a) van de leidinggevende ook significant voorspellend zijn voor de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken. Dit betekent dat, tegen de verwachting in, het hebben van een prosociale of pro-zelf attitude van de leidinggevende niet van invloed was op het sluiten van challenge i-deals met de medewerker, zoals waargenomen door de leidinggevende. Hypothese 1a krijgt dus steun, hypothese 2a en 2c krijgen geen steun. Mate van uniciteit gemaakte challenge afspraken medewerker. De acht predictoren verklaarden ook hier gezamenlijk 35 procent van de variantie van de scores voor de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken vanuit het perspectief van de medewerker (F(8,55) = 3.77, p.001). De Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Challenge Afspraken van de medewerker had een significant effect op de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, β =.25, t(55) = 2.08, p.05). Dit biedt ondersteuning aan hypothese 1b dat de intentie van de medewerker om een i-deal te sluiten van positieve invloed is op het sluiten van een i-deal. In dit model bleek dat de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken, zoals waargenomen door de medewerker, ook van significant positieve invloed was op De Mate van Uniciteit van de Gemaakte Challenge Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, β =.36, t(55) = 2.85, p.01. Kortom; als medewerkers zich voornemen een comfort i-deal te sluiten, dan vergroot dit ook de kans dat ze uiteindelijk een challenge i-deal sluiten. Dit biedt dus ook steun voor hypothese 1b. Er waren geen effecten voor het hebben van een pro-zelf of prosociale attitude van de medewerker op het maken van unieke challenge afspraken. Hiermee is alleen hypothese 1b ondersteund, en 2b en 2d niet.

29 29 Mate van uniciteit gemaakte comfort afspraken leidinggevende. De acht predictoren verklaarden hier gezamenlijk 67 procent van de variantie van de scores voor de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken van de leidinggevende (F (8,52) = 13.44, p.001). De Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken van de leidinggevende hing significant samen met de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken, β =.70, t(52) = 7.99, p.001. Dit ondersteunt hypothese 1a, dat de intentie van de leidinggevende om een i-deal te sluiten van positieve invloed is op het sluiten van een i-deal. Er bleek nog een significante voorspeller in dit model aanwezig: Een prosociale attitude van de medewerker was van positieve invloed op het maken van unieke comfort afspraken, zoals waargenomen door de leidinggevende, β =.35, t(52) = 3,69, p.001. Oftewel: een prosociale medewerker kreeg volgens de leidinggevenden vaker een comfort i-deal dan een minder prosociale medewerker. Het hebben van een prosociale of pro-zelf attitude van de leidinggevende bleek wederom niet van significante invloed op een hoge Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken van de leidinggevende. Zo krijgt alleen hypothese 1a steun, en hypothesen 2a en 2c niet. Mate van uniciteit gemaakte comfort afspraken medewerker. In dit laatste model zijn de hypotheses dat de intentie van een medewerker om een comfort i-deal te sluiten van positieve invloed is op het sluiten van een comfort i-deal, en dat een prosociale attitude van de medewerker van positieve invloed en een pro-zelf attitude van de medewerker van negatieve invloed is op het sluiten van comfort i-deals, getoetst. De acht predictoren verklaarden gezamenlijk 56 procent van de variantie van de scores voor de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker (F (8,55) = 8.60, p.001). De Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker bleek significant van invloed op de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, β =.45, t(55) = 4.30, p.001.

30 30 Kort gezegd: als medewerkers zich voornemen een comfort i-deal te sluiten dan gebeurt dit vaak ook. In dit model had een prosociale attitude bij de medewerker ook een significante invloed op een hoge Mate van Uniciteit van Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, β =.30, t(55) = 2.72, p.01. Oftewel: als medewerkers een prosociale attitude hadden kregen zij in hun eigen ogen vaker een comfort i-deal. Voor de invloed van een pro-zelf attitude waren er geen significante effecten. Opvallend was dat de Mate van Uniciteit van de Voorgenomen Comfort Afspraken zoals waargenomen door de leidinggevende significant samenhing met de Mate van Uniciteit van de Gemaakte Comfort Afspraken zoals waargenomen door de medewerker, β =.31, t(55) = 3.20, p.01. Anders gezegd: Wanneer een leidinggevende zich voornam een comfort i-deal te sluiten, ervoer een medewerker vaak dat hij of zij uiteindelijk een comfort i-deal had gesloten. Al met al geven deze resultaten ondersteuning voor twee (H.1b en H.2b) van de drie hypotheses (H.2d krijgt geen steun) over het maken van unieke comfort afspraken door de medewerker. Discussie Het doel bij aanvang van dit onderzoek was het zoeken van determinanten voor het sluiten van i-deals tussen leidinggevenden en medewerkers. De invloed van twee mogelijke determinanten is getoetst: De verwachting was dat als leidinggevenden en medewerkers de intentie hebben om een i-deal te sluiten, zij eerder een i-deal zullen sluiten dan leidinggevenden en medewerkers die geen intentie hebben om een i-deal te sluiten (H.1a en b). Ten tweede, dat als leidinggevenden en medewerkers een prosociale attitude hebben zij eerder i-deals sluiten (H.2a en c), terwijl als zij een pro-zelf attitude hebben zij juist minder snel i-deals sluiten (H.2b en d). De verwachtingen bij dit onderzoek zijn deels uitgekomen. Bij het toetsen van de invloed van de intentie om een i-deal te sluiten op het daadwerkelijk sluiten van een i-deal vonden zowel bij de leidinggevenden als de medewerkers

31 31 significante effecten plaats: Leidinggevenden en medewerkers die van plan waren challenge i- deals te sluiten, sloten uiteindelijk meer challenge i-deals dan wanneer zij dit niet van plan waren. Als zij zich hadden voorgenomen comfort i-deals te sluiten, sloten zij over het algemeen ook meer comfort i-deals. Tevens was het zo dat als medewerkers zich comfort i- deals voornamen, zij ook vaak meer challenge i-deals sloten. Deze laatste uitkomst geeft aan dat als een werknemer zich voorneemt een i-deal te sluiten, hij of zij over het algemeen vaker tot het sluiten van een challenge i-deal komt. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat medewerkers die laten blijken dat zij een i-deal willen sluiten tijdens het gesprek, een bepaalde ambitie laten zien. Hieruit zou een leidinggevende op kunnen maken dat deze medewerkers zich ervoor willen inzetten iets te bereiken waardoor ze juist een challenge i- deal toegewezen krijgen. Deze bevindingen opperen dat een goede voorbereiding van een jaargesprek of werkbespreking, door zowel leidinggevenden als medewerkers resulteert in gunstige uitkomsten voor beide partijen. Bij het toetsen van de invloed van het hebben van een prosociale attitude van de medewerker op het sluiten van een i-deal trad er alleen op het sluiten van comfort i-deals een positief significant effect op. Een ander effect was dat wanneer leidinggevenden prosociaal waren ingesteld, medewerkers vaak ervaarden dat zij comfort i-deals hadden gesloten. Prosociale leidinggevenden vonden in tegenstelling tot wat de medewerkers ervaarden, niet dat zij comfort i-deals hadden gesloten. Een mogelijke verklaring voor dit effect is dat een prosociale uitstraling van de leidinggevende de medewerkers het gevoel geeft dat de leidinggevende naast de eigen uitkomsten, daadwerkelijk ook de uitkomsten van de medewerker wil maximaliseren zoals de theorie over sociale waarde oriëntatie beschrijft (van Lange, 1999). Met deze prosociale uitstraling alleen al zou een leidinggevende het gevoel gesuggereerd kunnen hebben dat er zich een win-win situatie voordoet, waardoor medewerkers het gevoel hebben gekregen dat hun verzoek om een bepaalde i-deal is

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Investeren in duurzame inzetbaarheid: facts & figures

Investeren in duurzame inzetbaarheid: facts & figures Investeren in duurzame inzetbaarheid: facts & figures Cristel van de Ven cristel.vandeven@factorvijf.eu, 06 81337133 Duurzame inzetbaarheid op de managementagenda Buzzen, in tweetallen: Bespreek met buurvrouw

Nadere informatie

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen 1 Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen Peter van der Meer Samenvatting In dit onderzoek is geprobeerd antwoord te geven op de vraag in hoeverre het mogelijk is verschillen

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.

Nadere informatie

Effect publieksvoorlichting

Effect publieksvoorlichting Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Betekenis van werk. Slechts 1 op de 7 Nederlanders geniet van het werk

Betekenis van werk. Slechts 1 op de 7 Nederlanders geniet van het werk Betekenis van werk Slechts 1 op de 7 Nederlanders geniet van het werk Het 1e Nationale onderzoek naar betekenis in het werk 2006/2007 Onderzoeksresultaten samengevat Ruim 65% van de Nederlandse beroepsbevolking

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Duurzame inzetbaarheid

Duurzame inzetbaarheid Duurzame inzetbaarheid Nader onderzoek binnen het Project Dialoog dr. Jessie Koen prof. dr. Aukje Nauta prof. dr. Annelies E.M. van Vianen September 2013 Inhoud Samenvatting...2 1. Inleiding...3 1.1. Achtergrond

Nadere informatie

Persoonlijke factoren en Sales succes

Persoonlijke factoren en Sales succes Persoonlijke factoren en Sales succes Welke samenhang is er? Gerard Groenewegen Mei 2009 06-55717189 1 Agenda 1. Inleiding 2. Opzet studie 3. Beoordeling van dit onderzoek 4. Bevindingen 5. Conclusie 6.

Nadere informatie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie ONTWERPRAPPORT Naam auteur Elles Lelieveld Vakgebied Economie Titel De juiste stappen, een onderzoek naar de problemen en oplossingen van opgaven over het boxenstelsel Onderwerp Het aanleren van een stappenplan

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Peiling Flexibel werken in de techniek 2015

Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Inleiding Voor goede bedrijfsresultaten is het voor bedrijven van belang om te kunnen beschikken over voldoende goede,

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving

Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving De relatie tussen leesvaardigheid en de ervaringen die een kind thuis opdoet is in eerder wetenschappelijk onderzoek aangetoond: ouders hebben een grote invloed

Nadere informatie

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijs 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Resultaten Karin Jettinghoff en Jo Scheeren, SBO Januari 2010 2 1. Inleiding Tot voor kort

Nadere informatie

Definitie zelfredzaamheid

Definitie zelfredzaamheid Zelfredzaamheidsscan Definitie zelfredzaamheid Onder zelfredzaamheid verstaan we de sociale, fysieke en cognitieve vaardigheden van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen. Samenredzaamheid

Nadere informatie

Job crafting op basis van een online feedback instrument

Job crafting op basis van een online feedback instrument Job crafting op basis van een online feedback instrument Theoretische achtergrond Toepasbaarheid Resultaten Aan het werk! Groepsopdracht / discussie Theoretische achtergrond (1) Job crafting 1.0: Fysieke

Nadere informatie

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Dit document beschrijft kort de bevindingen uit het onderzoek over biseksualiteit van het AmsterdamPinkPanel.

Nadere informatie

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics 1 Inleiding Veel organisaties hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Ferry Koster, Daan Bloem en Petra van de Goorbergh ICOON#11 November 2017 Het

Nadere informatie

Vertrouwelijk GROEPSRAPPORTAGE EINDMETING Voorbeeldteam Aantal deelnemers: 8 15-11-2015

Vertrouwelijk GROEPSRAPPORTAGE EINDMETING Voorbeeldteam Aantal deelnemers: 8 15-11-2015 Vertrouwelijk GROEPSRAPPORTAGE EINDMETING Voorbeeldteam Aantal deelnemers: 8 15-11-2015 1 Dit rapport geeft een overzicht op groepsniveau van hun bevlogenheid, energie- en stressbronnen en de gemiddelde

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Het onderzoeksproject Innovatief Personeelsbeleid richt zich op de vraag hoe

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Hoe tevreden zijn de medewerkers met en hoe betrokken zijn zij bij de organisatie en welke verbeterpunten ziet men voor de toekomst? Wat is medewerkerstevredenheid

Nadere informatie

WERKBELEVINGSONDERZOEK HOGESCHOOL ZUYD - FACULTEIT ICT

WERKBELEVINGSONDERZOEK HOGESCHOOL ZUYD - FACULTEIT ICT WERKBELEVINGSONDERZOEK HOGESCHOOL ZUYD - FACULTEIT ICT Versie : 0.1 Auteur : Alfred Wagenaar Datum : 14 Februari 2008 Review : Ewout ten Broek Status : Concept 2 1 RESULTATEN In dit rapport zullen allereerst

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

2a. Individueel jaargesprek Format medewerker

2a. Individueel jaargesprek Format medewerker 2a. Individueel jaargesprek Format medewerker 1 Introductie Vraagt u zich ook wel eens af doe ik in mijn werk de dingen waar ik goed in ben en waar ik plezier in heb, heb ik een goede werk/privé balans

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap.

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Master thesis onderzoek van Mandy Ziel, Merel van der Mark & Chrisje Seijkens. Universiteit

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Zaltbommel 30 mei 2016 Leadership Connected! Where Business meets Science 1 Inleiding Onderzoeksrapport Leadership Connected In tijden waarin ontwikkelingen

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Fort van de Democratie

Fort van de Democratie Fort van de Democratie Stichting Vredeseducatie / peace education projects Het Fort van de Democratie WERKT! Samenvatting van een onderzoek door de Universiteit van Amsterdam naar de effecten van de interactieve

Nadere informatie

DE INVLOED VAN GELUK, PECH, BIED- EN SPEELTECHNIEK OP DE SCORE BIJ BRIDGE

DE INVLOED VAN GELUK, PECH, BIED- EN SPEELTECHNIEK OP DE SCORE BIJ BRIDGE DE INVLOED VAN GELUK, PECH, BIED- EN SPEELTECHNIEK OP DE SCORE BIJ BRIDGE Versiedatum: 30-8-2008 Jan Blaas Blz. 1 van 7 Versiedatum: 30-8-08 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 Hoe groot is de invloed van pech

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Respondent: Jill Voorbeeld Email: voorbeeld@testingtalents.nl Geslacht: vrouw Leeftijd: 39 Opleidingsniveau: wo Vergelijkingsgroep: Normgroep marketing

Nadere informatie

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid?

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid? EmployabilityDriver Waarom een strategische discussie over employability beleid? We weten al een tijd dat door vergrijzing en ontgroening de druk op de arbeidsmarkt toeneemt. Het wordt steeds belangrijker

Nadere informatie

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Huidige uitdagingen voor organisaties Veranderd werknemersperspectief

Nadere informatie

Medewerkers en leidinggevenden anno 2020 Denkstof voor strategische keuzes

Medewerkers en leidinggevenden anno 2020 Denkstof voor strategische keuzes Medewerkers en leidinggevenden anno 2020 Denkstof voor strategische keuzes Cristel van de Ven, cristel.vandeven@factorvijf.eu @cristelvandeven, 0681337133 Enkele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt Steeds

Nadere informatie

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening. amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum

Nadere informatie

het minder belangrijk om ergens bij te horen en belangrijker om elkaar te helpen en hulp te ontvangen, terwijl het omgekeerde patroon gevonden werd

het minder belangrijk om ergens bij te horen en belangrijker om elkaar te helpen en hulp te ontvangen, terwijl het omgekeerde patroon gevonden werd Samenvatting Het onderzoek dat in dit proefschrift wordt gepresenteerd is een verkenning van de samenhang tussen de motivatie, gerepresenteerd door persoonlijke doelen, en de kwaliteit van het samenwerkend

Nadere informatie

Jeugdzorg 7 juni 2013. RAPPORTAGE totaalset

Jeugdzorg 7 juni 2013. RAPPORTAGE totaalset Jeugdzorg 7 juni 2013 RAPPORTAGE totaalset Resultaten voordezorg.nl Zes jeugdzorgorganisaties hebben meegedaan aan voordezorg.nl. Medewerkers hebben antwoord gegeven op de vragen: Hoe denkt u over uw werk?

Nadere informatie

Huiswerk, het huis uit!

Huiswerk, het huis uit! Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM HET BELANG VAN ONZE HANDEN Het is wellicht iets waar niemand iedere dag bij stilstaat, maar onze handen zijn erg belangrijk. Zonder handen zouden we dagelijkse klusjes onmogelijk kunnen uitvoeren en zou

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek onder vrijwilligers Gelre ziekenhuizen

Tevredenheidsonderzoek onder vrijwilligers Gelre ziekenhuizen ALGEMENE VRAGEN 1. Op welke locatie doet u vrijwilligerswerk? Gelre ziekenhuizen Apeldoorn Gelre ziekenhuizen Zutphen beide locaties 2. Hoe bent u in aanraking gekomen met vrijwilligerswerk bij Gelre ziekenhuizen?

Nadere informatie

Samenvatting rapportage. Baan je toekomst: werken aan duurzame inzetbaarheid. Contractcatering

Samenvatting rapportage. Baan je toekomst: werken aan duurzame inzetbaarheid. Contractcatering Samenvatting rapportage Baan je toekomst: werken aan duurzame inzetbaarheid Contractcatering In samenwerking met: Rijnland Advies 1 Inleiding Even terugkijken.. De komende jaren verandert de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Onderzoek. Over uw toekomst gesproken. Verslag van de nulmeting 2009 in het kader van het Project Idealoog binnen de acht UMC s

Onderzoek. Over uw toekomst gesproken. Verslag van de nulmeting 2009 in het kader van het Project Idealoog binnen de acht UMC s Onderzoek Over uw toekomst gesproken Verslag van de nulmeting 2009 in het kader van het Project Idealoog binnen de acht UMC s Mei 2010 Onderzoek Over uw toekomst gesproken Verslag van de nulmeting 2009

Nadere informatie

Handleiding bij het invullen

Handleiding bij het invullen O L A 4243 North Sherry Drive Marion, IN 46952 jlaub@indwes.edu (765) 677-2520 Organizational Leadership Assessment Beoordeling van Leiderschap in Organisaties Handleiding bij het invullen Het doel van

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

administratie en ruim

administratie en ruim Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen mett bronvermelding (A.J.E. de Veer, K. de Groot, M. Brinkman, A.L. Francke. Administratieve druk: méér dan kwestie k van tijd. Utrecht: NIVEL,

Nadere informatie

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport Samenvatting Onderzoeksvraag en methodebeschrijving Uit de situatieanalyses is naar voren gekomen dat er een verandering plaats vindt in het leefgedrag

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

Maak je eigen professionaliseringsplan!

Maak je eigen professionaliseringsplan! DAG VAN DE LERAAR 5 OKTOBER 2013 Maak je eigen professionaliseringsplan! Een minicursus Sectorraad Hoger Onderwijs CNV Onderwijs Academie Maak je eigen professionaliseringsplan! 1. Inleiding In de CAO

Nadere informatie

Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap

Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap 10 Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap Kim van der Hoeven 1. Inleiding Ontwikkelingen in maatschappij en samenleving denk met name aan de

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Docenten in het hoger onderwijs zijn experts in wát zij doceren, maar niet noodzakelijk in hóe zij dit zouden moeten doen. Dit komt omdat zij vaak weinig tot geen training hebben gehad in het lesgeven.

Nadere informatie

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D.

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D. M200802 Vrouwen aan de start Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven drs. A. Bruins drs. D. Snel Zoetermeer, juni 2008 2 Vrouwen aan de start Vrouwen vinden het starten

Nadere informatie

Persoonlijk rapport van: Marieke Adesso 29 Mei 2006 1

Persoonlijk rapport van: Marieke Adesso 29 Mei 2006 1 Talenten Aanzien en Erkenning 3 Besluitvaardigheid 8 Confrontatie en Agitatie 4 Doelgerichtheid 4 Talenten Hulpvaardigheid 5 Ontzag 3 Orde en Netheid 4 Pragmatisme 6 Stressbestendigheid 7 Verantwoording

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest

Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest Inhoud Samenvatting 3 1 Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Representativiteit 4 2 Resultaten 5 2.1 Werken tot aan het pensioen 5 2.2 Aandacht

Nadere informatie

Plan van aanpak Coaching 1

Plan van aanpak Coaching 1 Plan van aanpak Coaching 1 Opdrachtgever: ROC Leiden Ter Haarkade 6a Docent-Mentor ROC Leiden M. Wesseling (m.wesseling@rocleiden.nl) 06-83014442 Opdracht: Het begeleiden/coachen van een eerstejaars student

Nadere informatie

De oudere werknemer en MD

De oudere werknemer en MD + De oudere werknemer en MD Matthijs Bal Vrije Universiteit Amsterdam NFMD Congres 15 januari 2013 + Introductie Matthijs Bal Associate Professor Vrije Universiteit Amsterdam Hiervoor Erasmus Universiteit

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps

Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps Dhr. Karel de Groot, Politie Brabant-Noord Drs. Maggie (Machteld) van den Heuvel, UU Prof. dr. Eva Demerouti, Dr. Maria

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Tussenmeting 2015 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, oktober

Nadere informatie

Inventarisatie enquête over het gebruik van videofragmenten bij het onderwijs van Inleiding Staats- en Bestuursrecht

Inventarisatie enquête over het gebruik van videofragmenten bij het onderwijs van Inleiding Staats- en Bestuursrecht Inventarisatie enquête over het gebruik van videofragmenten bij het onderwijs van Inleiding Staats- en Bestuursrecht Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Universiteit Leiden Afdeling ICT&O, Cleveringa Instituut,

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010) worden gebruikt.

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST

VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST Respondent: J. de Vries ( voorbeeld) E- mailadres: jdevries@example.com Geslacht: Man Leef tijd: 32 Opleiding sniveau: HBO Verg elijking sg roep: Normg

Nadere informatie

Omgaan met verschillen in de klas: Onderzoeksresultaten

Omgaan met verschillen in de klas: Onderzoeksresultaten Omgaan met verschillen in de klas: Onderzoeksresultaten Jolien Geerlings PhD Onderzoeker J.Geerlings@uu.nl Overzicht 1) Inleiding 2) Wat hebben we precies onderzocht? 3) Hoe gaan we om met verschillen

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING

Samenvatting SAMENVATTING Samenvatting 147 Samenvatting Bezorgdheid om te vallen is een algemeen probleem onder zelfstandig wonende ouderen en vormt een bedreiging voor hun zelfredzaamheid. Deze bezorgdheid is geassocieerd met

Nadere informatie

het effect van Buro van Dormalen een onderzoek door dr. A. Dupuy

het effect van Buro van Dormalen een onderzoek door dr. A. Dupuy het effect van Buro van Dormalen een onderzoek door dr. A. Dupuy als ons leven en, als onderdeel daarvan, ons werk in harmonie zijn met onszelf dan zijn we gelukkig en leveren we optimale prestaties het

Nadere informatie

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Gepubliceerd in: Maandblad Reïntegratie nr. 9, 2007, p. 6-10 KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Drs. Maikel Groenewoud 2007 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam

Nadere informatie

Het effect van doelstellingen

Het effect van doelstellingen Het effect van doelstellingen Inleiding Goalsetting of het stellen van doelen is een van de meest populaire motivatietechnieken om de prestatie te bevorderen. In eerste instantie werd er vooral onderzoek

Nadere informatie

Scan Werkplekleren BRON. Inleiding

Scan Werkplekleren BRON. Inleiding Inleiding Je wilt aan de slag met werkplekleren binnen jouw organisatie, omdat bijvoorbeeld de markt verandert of omdat er veel medewerkers komen en gaan. Maar in hoeverre is de organisatie er er op ingericht?

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

1 Aanbevolen artikel

1 Aanbevolen artikel Aanbevolen artikel: 25 november 2013 1 Aanbevolen artikel Ik kan het, ik kan het zélf, ik hoor erbij Over de basisingrediënten voor het (psychologisch) welzijn Een klassieke motivatietheorie toegelicht

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING VOORWOORD Content marketing is uitgegroeid tot één van de meest populaire

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Inleiding 2

Hoofdstuk 1 Inleiding 2 Gesprekscyclus Scholengroep Rijk van Nijmegen Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 2 Gesprekscyclus Opbouw De tweejarige scyclus van SGRvN - Het voortgangs - Het beoordelings 4 4 4 5 6 Hoofdstuk

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

Factoren die kunnen en willen doorwerken tot 65 beïnvloeden

Factoren die kunnen en willen doorwerken tot 65 beïnvloeden Het verhogen van duurzame inzetbaarheid van de beroepsbevolking is een van de grootste uitdagingen voor de geïndustrialiseerde landen in de komende decennia. Omdat de beroepsbevolking krimpt en vergrijst

Nadere informatie

Samenvatting afstudeeronderzoek

Samenvatting afstudeeronderzoek Samenvatting afstudeeronderzoek Succesfactoren volgens bedrijfsleven in publiek private samenwerkingen mbo IRENE VAN RIJSEWIJK- MSC STUDENT BEDRIJFSWETENSCHAPPEN (WAGENINGEN UNIVERSITY) IN SAMENWERKING

Nadere informatie

Medewerkersonderzoek

Medewerkersonderzoek Medewerkersonderzoek 2014-2015 Sectorrapportage Inhoudsopgave Duiding...2 Instellingen naast elkaar...11 Scores...17 Scores op de thema s...18 Scores op de vragen...20 Scores naar achtergrondvariabelen...25

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Evaluatierapport. Workshop. Bewust en positief omgaan met ADHD. Universiteit van Tilburg Forensische psychologie. 23 april 2010

Evaluatierapport. Workshop. Bewust en positief omgaan met ADHD. Universiteit van Tilburg Forensische psychologie. 23 april 2010 Evaluatierapport Workshop Bewust en positief omgaan met ADHD Universiteit van Tilburg Forensische psychologie 23 april 2010 Drs. Arno de Poorter (workshopleider) Drs. Anne van Hees (schrijver evaluatierapport)

Nadere informatie

Starters-enquête. 9 september 2014. Een initiatief van AOb-Groene Golf en het NCRV-programma Altijd Wat

Starters-enquête. 9 september 2014. Een initiatief van AOb-Groene Golf en het NCRV-programma Altijd Wat Starters-enquête 9 september 2014 Een initiatief van AOb-Groene Golf en het NCRV-programma Altijd Wat 1 EEN STROEVE START Een fantastische baan, maar heel erg zwaar. De Groene Golf de jongerenafdeling

Nadere informatie

Effectief investeren in mens en organisatie. Collegereeks bedrijfskunde voor HR managers

Effectief investeren in mens en organisatie. Collegereeks bedrijfskunde voor HR managers Effectief investeren in mens en organisatie Collegereeks bedrijfskunde voor HR managers Stellingen van Rob Vinke Stelling 1 De kern van de HRM-opdracht is er voor te zorgen dat de ambitie van de organisatie

Nadere informatie

Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans

Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans Wilmar Schaufeli Senior adviseur, Schouten & Nelissen Inzicht Hoogleraar A&O psychologie, Universiteit Utrecht Agenda 1. Visie op duurzame inzetbaarheid 2. Vitaal

Nadere informatie

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews.

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews. Onderzoek nazorg afdeling gynaecologie UMCG (samenvatting) Jacelyn de Boer, Anniek Dik & Karin Knol Studenten HBO-Verpleegkunde aan de Hanze Hogeschool Groningen Jaar 2011/2012 Resultaten Literatuuronderzoek

Nadere informatie

Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007

Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007 LEVV Landelijk Expertisecentrum Verpleging & Verzorging Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007 De meeste

Nadere informatie

Bevlogen aan het werk!

Bevlogen aan het werk! Bevlogen aan het werk! Werkplezier binnen de zorgsector Scholingsdag CNV Utrecht, 16 november 2010 Mark van de Grift, MSc Ons werk is veranderd Van Naar Fysieke arbeid Mentale en emotionele arbeid Extern

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek naar banenruil in Nederland bij werknemers en werkgevers. Multiscope Banenruil.nl April 2014

Samenvatting onderzoek naar banenruil in Nederland bij werknemers en werkgevers. Multiscope Banenruil.nl April 2014 Samenvatting onderzoek naar banenruil in Nederland bij werknemers en werkgevers Multiscope Banenruil.nl April 2014 Conclusies werknemers» Het is duidelijk dat er veel winst valt te behalen in vermindering

Nadere informatie