VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR

Transcriptie

1 VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR Aandachtsveldhouder ir. G.W. Broens Vergadering : 5 november 2013 Agendapunt : 9. Bijlagen : 1. Begroting Tarieven Te betalen bedragen per gezin en bedrijf 2014 Onderwerp : Begroting 2014 Informatie bij : H.W.C. Hoefsloot manager Financiën en Facilitaire Zaken Telefoon : (0314) h.hoefsloot@wrij.nl Advies In te stemmen met: 1. de verwerking van de structurele verlaging in de overige lasten uit de Bestuursrapportage in de Begroting 2014; 2. de Begroting 2014, met: a) het financiële kader van 81,271 mln.: 41,718 mln. voor en 39,553 mln. voor, b) een kostendekkenheid in 2014 van 98% van, conform de Perspectievennota , eveneens o.b.v. de perspectievennota, een kostendekkendheid in 2014 van 94% van ; 3. de in de Begroting 2014 voorgestelde tarieven voor 2014 (zie ook bijlage 2) die leiden tot een onttrekking van een bedrag uit de algemene reserves in 2014 van 2,434 mln. voor en 0,808 mln. voor. Inleiding Op 10 september jl. stelde het algemeen bestuur de Perspectievennota vast en werd de ombuigingslijn van vorige jaren uitgebreid met het bijstellen van ambities, waardoor er in 2017 een evenwicht tussen inkomsten en uitgaven ontstaat. Hiertoe werd met de volgende factoren gerekend: a) een aanvullend besparingspakket voortkomend uit de ambitiediscussie tot een gezamenlijk bedrag van in totaal 2 mln. tot en met 2017; b) een jaarlijkse tariefsverhoging voor zuiveringsbeheer van 4% en voor watersysteembeheer een initiële verhoging van 15% en vervolgens een jaarlijkse verhoging van 4%; c) het dekken van jaarlijkse tekorten uit de vrij besteedbare reserves. De Begroting 2014 is met deze kaders opgesteld. Aanvullend is besloten dat ons waterschap in de komende vier jaren taakstellend uitgaat van het voor 50% niet opvullen van personeelsruimte dat door natuurlijk verloop vrijkomt (in die periode geraamd op 50% van 25 FTE). Naast de reductie van 5,6 FTE die al in het formatieplan is opgenomen, verwachten wij voor 2014 door pensionering een verdere reductie van ten minste 2 FTE waarvan 50% (gemiddeld over de planperiode van 4 jaar) niet zal worden opgevuld.

2 Eerder genomen besluiten Het algemeen bestuur heeft in de vergadering van 11 september 2012 het vergaderschema voor 2013 en de kalender voor de planning en controlcyclus 2013 voor kennisgeving aangenomen. Het algemeen bestuur heeft in de vergadering van 2 juli 2013 (over het voorstel Kostentoedeling) besloten: 1. Kennis te nemen van de waardeverhouding ongebouwd onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, gebouwde onroerende zaken en natuurterreinen binnen het watersysteembeheer met als peildatum 1 januari In te stemmen met een percentage van 30% voor de categorie ingezetenen. 3. In te stemmen met het toepassen van 100% tariefdifferentiatie voor verharde openbare wegen. Het algemeen bestuur heeft in de vergadering van 10 september 2013 besloten: 1. De Perspectievennota vast te stellen als kader voor de begroting In de meerjarenraming de ombuigingslijn van vorige jaren uit te breiden met het bijstellen van ambities, waardoor er in 2017 een evenwicht tussen inkomsten en uitgaven ontstaat. Hiertoe wordt met de volgende factoren gerekend: a. een aanvullend besparingspakket voortkomend uit de ambitiediscussie tot een gezamenlijk bedrag van in totaal 2 mln. tot en met 2017; b. een jaarlijkse tariefsverhoging voor zuiveringsbeheer van 4% en voor watersysteembeheer een initiële verhoging van 15% en vervolgens een jaarlijkse verhoging van 4%; c. het dekken van jaarlijkse tekorten uit de vrij besteedbare reserves. Punt 2.a betreft de maatregelen uit de ambitiediscussie die het algemeen bestuur samen met de Perspectievennota op 10 september jl. heeft vastgesteld. Het betreft de volgende maatregelen. De bedrijfsvoering op de installaties af te stemmen op het voldoen aan de nationale doelstelling voor gebiedsrendement van 75 % voor fosfaat. Ons innovatiebeleid slim voort te zetten. Rekening te houden met het inlopen van uitgestelde investeringen niet eerder dan vanaf Uit te gaan van onderhoudsarme inrichting van watergangen. Onze calamiteitenorganisatie op basisniveau te brengen. Beperken waterschapszorg: geen onderhoud kleine watergangen tot in beginsel 20 ha afwaterend oppervlak. Onze ambities voor waterkwaliteit en ecologie te handhaven. De uitvoering van verdrogingsbestrijding te temporiseren voor de locaties waar wij nog geen voorbereiding zijn gestart. Onze dijkaanpassingsprojecten uit te voeren conform de prioritering volgens het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma (nhwbp). Waar mogelijk in rekening brengen aan de initiatiefnemer van door het waterschap te maken kosten bij projectinitiatieven van derden. 2 van 5

3 Onderbouwing 1.1. Een aantal ontwikkelingen in de bedrijfsvoering leidt tot structureel lagere kosten. Het betreft lagere kosten voor de afzet van slib (was al opgenomen in de PPN), lagere bijdrage voor muskusrattenbestrijding en lagere kosten voor bemonstering en analyse. 2a.1. De Begroting 2014 geeft uitvoering aan de kaders die het algemeen bestuur voor 2014 heeft vastgesteld. Het eerste hoofdstuk illustreert de brug tussen de Perspectievennota en de Begroting Dat hoofdstuk geeft ook de mutaties o.b.v. besluitvorming die samen met het gestelde kader leiden tot het exploitatiebudget van de Begroting Hoofdstuk 3 beschrijft welke resultaten we in 2014 neer willen zetten. Dit hoofdstuk beschrijft niet de reguliere werkzaamheden, die ons waterschap uiteraard ook blijft uitvoeren. Met de vaststelling van de Begroting 2014 stelt het algemeen bestuur het budget beschikbaar voor het uitvoeren van deze reguliere werkzaamheden en de te realiseren trajecten in hoofdstuk 3. Met ingang van de Begroting 2013 tracht ons waterschap (meer) concreet te omschrijven wat wij in het komende begrotingsjaar realiseren. 2b.1. De benodigde tariefaanpassingen zijn onderdeel van het pad om, aan het einde van de planperiode van de perspectievennota, in 2017 voor beide taken kostendekkende tarieven te bereiken. De Perspectievennota en het besluit daarover gaan uit van een initiële tariefstijging van 15% voor de Watersysteemheffing. Deze initiële verhoging gaat samen met de nieuwe kostentoedelingsverordening en een aanpassing van de tariefeenheden voor De volgorde van het berekenen van de tarieven 2014 is: a. berekenen van de te behalen belastingopbrengst 2014 via de Watersysteemheffing; dat is 115% van de begrote belastingopbrengst 2013; b. toepassen van de nieuwe kostentoedelingsverordening op de berekende belastingopbrengst 2014; de nieuwe toedelingspercentages bepalen de te behalen belastingopbrengst 2014 per individuele belastingcategorie; c. in de Perspectievennota is in de meerjarenraming rekening gehouden met gewijzigde tariefeenheden in De belangrijkste wijziging is de daling van de WOZ waarde. De laatste stap van de berekening van de tarieven per categorie is het delen van de beoogde belastingopbrengst 2014 per individuele belastingcategorie door het aantal geprognosticeerde tariefeenheden 2014 van de betreffende categorie. Het tarief 2014 per categorie is het resultaat. Deze methode zorgt ervoor dat de tarieven van alle categorieën binnen de Watersysteemheffing in 2014 even kostendekkend zijn; ieder tarief ligt 2% onder het kostendekkende niveau (98% kostendekkendheid). Het tarief 2014 voor de Zuiveringsheffing is berekend door het vastgestelde tarief van 2013 te verhogen met 4%. Met deze tariefstijging resulteert in een kostendekkendheid in 2014 van 94%. 3 van 5

4 3.1. Ons waterschap bereikt in 2014 met de voorgestelde tarieven nog niet het kostendekkende niveau waardoor een toevoeging uit de reserves vereist is om het nadelige resultaat te vereffenen. In 2014 is voor beide taken een onttrekking uit de reserves nodig om het nadelige resultaat te vereffenen. De voorgestelde tarieven voor 2014 zijn ontoereikend om in 2014 kostendekkende tarieven te bereiken en er is in 2014 nog geen sprake van een sluitende begroting. Bijlage 2 toont de voorgestelde tarieven voor De meerjarenraming in de Perspectievennota gaat voor zowel als in de jaren 2015 tot en met 2017 uit van een tariefstijging van 4%. Hiermee zijn beide taken in 2017 kostendekkend. Ontwikkelingen na het vaststellen van de Perspectievennota in uw bestuur leiden tot een afwijkende onttrekking aan de reserves. Voor prognosticeert de perspectievennota een onttrekking van 0,926 mln. De Begroting 2014 gaat uit van een onttrekking van 0,808 mln. Voor toont de Begroting 2014 een onttrekking van 2,434 mln., de perspectievennota raamt 2,438 mln. Onderstaande tabel verklaart de verschillen. Bedragen x Totaal Ontrekking aan de reserve Meerjarenraming PPN Begroting Verschil Toelichting op verschil 1) Verdeling maatregel AD ) Mutaties Begroting ) BURAP ) Lagere opbrengst door afronding ) Hogere opbrengst door afronding 2 2 Totaal toelichtig op verschil Toelichting op verschil 1) De Perspectievennota hanteerde bij de calculatie van de kosteneffecten van de maatregelen uit de ambitiediscussie een grovere verdeling over de taken. Door de meer verfijnde toerekening naar taken in de begroting is het effect voor groter en voor lager. 2) De Begroting 2014 rapporteert een mutatie op het kader van de Perspectievennota. Het betreft een mutatie n.a.v. de begroting van het Gemeenschappelijk Belastingkantoor LococensusTricijn (GBLT). 3) BURAP rapporteert een gewijzigd verwacht jaarresultaat o.b.v. enkele bijsturingen. De Begroting 2014 houdt rekening met deze bijsturingen; ze waren nog niet bekend bij het opstellen van de perspectievennota. 4) Dit zijn afrondingsverschillen doordat de meerjarenraming in de perspectievennota niet uitgaat van afronding van de tarieven. De berekening voor de Begroting 2014 rondt de tarieven af op eurocenten respectievelijk duizendste procenten. 4 van 5

5 Kosten Kanttekeningen Juridische consequentie Communicatie In november volgt externe communicatie in één bericht over de Kostentoedelingsverordening Waterschap Rijn en IJssel 2014, de Begroting 2014 en de tarieven Vóór 1 december geven we de vastgestelde tarieven door aan GBLT. Planning/routing voorstel Algemeen bestuur (besluit) 5 november van 5