In het kader van de behandeling van dit voorstel merken wij nog het volgende op:

Transcriptie

1 COLLEGE VAN DIJKGRAAF EN HOOGHEEMRADEN COMMISSIE BMZ ALGEMEEN BESTUUR Agendapunt 9 Onderwerp: Oplegnotitie bij voorstel Wijziging belastingverordeningen 2014 Nummer: In D&H: Steller: P. E. Boersma In Cie: BMZ Telefoonnummer: SKK Afdeling: Belastingen In AB: Portefeuillehouder: Kromwijk Dit onderwerp wordt geagendeerd ter kennisneming ter consultering ter advisering Korte inhoudelijke omschrijving: Bijgaand treft u het ontwerp-voorstel Wijziging belastingverordeningen 2014 aan. In het kader van de behandeling van dit voorstel merken wij nog het volgende op: Tarieven vloeien voort uit de begroting (Vergadering AB 13 november 2013) Ten tijde van het aanbieden van dit voorstel is de begroting nog niet door het algemeen bestuur vastgesteld. Het voorstel is dan ook gebaseerd op de ontwerp begroting. Mochten er naar aanleiding van de begrotingsvergadering van 13 november wijzigingen noodzakelijk zijn, dan zullen deze meegenomen worden in onderliggend voorstel. Onderliggend voorstel is voor de algemeen bestuursvergadering van 18 december geagendeerd. Wijziging kostentoedelingsverordening / invoering wegendifferentiatie (Vergadering AB 13 november 2013) In de vergadering van het algemeen bestuur op 13 november wordt het voorstel tot wijziging van de kostentoedelingsverordening behandeld. Onderhavig voorstel tot aanpassing van de belastingverordeningen is gebaseerd op dit voorstel waarbij tot invoering van wegendifferentiatie wordt overgegaan. Mochten er naar aanleiding van de vergadering van 13 november wijzigingen noodzakelijk zijn, dan zullen deze meegenomen worden in onderliggend voorstel. Onderliggend voorstel is voor de algemeen bestuursvergadering van 18 december geagendeerd. Wijziging omschrijving begrip ingezetene (Wetswijziging 1 december 2013) Hoogstwaarschijnlijk op 1 december a.s. zal de Wet basisregistratie personen in werking treden (Stb. 2013, 315). De inwerkingtreding van deze wet heeft gevolgen voor de omschrijving van het begrip ingezetene in de waterschapswet en de verordening watersysteemheffing. Onderliggend voorstel zal vóór de algemeen bestuursvergadering van 18 december worden aangepast indien de inwerkingtreding niet plaatsvindt

2 VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR AGENDAPUNT Onderwerp: Wijziging Belastingverordeningen voor 2014 Nummer: In D&H: Steller: P. E. Boersma In Cie: BMZ Telefoonnummer: SKK Afdeling: Belastingen In AB: Portefeuillehouder: Kromwijk Geheim: ja nee ONTWERP Voorstel gelet op de begroting 2014 zoals vastgesteld door het algemeen bestuur in zijn vergadering van 13 november 2013; gelet op de artikelen 110, 113 en hoofdstuk XVIIb van de Waterschapswet, hoofdstuk 6, paragraaf 2 van het Waterschapsbesluit en hoofdstuk 7 van de Waterwet; Stelt het college u voor om: 1. De verordening watersysteemheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 aan te passen: 2. De verordening zuiveringsheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 aan te passen: 3. De verordening verontreinigingsheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2010 aan te passen: 4. De datum met ingang waarvan deze bepalingen in aanmerking worden genomen te bepalen op 1 januari Advies commissie BMZ SKK Reactie college op advies commissie

3 INLEIDING Voorliggend voorstel betreft de wijzigingen van de belastingverordeningen voor het belastingjaar Het betreft de volgende wijzigingen en aanpassingen: Wijziging belastingtarieven Dit voorstel strekt tot formalisering van de tarieven waterschapsbelastingen Deze tarieven vloeien voort uit de op 13 november 2013 door uw bestuur vastgestelde begroting Het gaat hierbij uitsluitend om een formele vertaling hiervan, door vaststelling en vastlegging van deze tarieven in de belastingverordeningen. In de toelichting bij het ontwerp-besluit is vermeld hoe één en ander is berekend. Wijziging betaaltermijnen voor automatische incasso In verband met de samenwerking met de gemeenten Utrecht en De Bilt in de Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht (BghU) wordt u voorgesteld het aantal maandelijkse termijnen voor automatische incasso vast te stellen op 10. Nu is dit bij ons waterschap nog afhankelijk van het aantal maanden dat na het opleggen van de aanslag in het belastingjaar overblijft, met een minimum van 2 termijnen en een maximum van 10. Voor een efficiënte bedrijfsvoering van BghU is het van belang dat de betaaltermijnen bij alle deelnemers gelijk zijn. De gemeente Utrecht en de gemeente De Bilt hebben de maandelijkse termijnen voor automatische incasso al op 10 gesteld. Omdat de meeste aanslagen waterschapsbelastingen aan het begin van het belastingjaar verstuurd worden, zijn de meeste van onze belastingbetalers met een automatische incasso al gewend om in 9 of 10 termijnen te betalen. Deze wijziging heeft dan ook alleen gevolgen voor de aanslagen die later in het jaar worden opgelegd. De belastingbetaler met automatische incasso heeft dan meer termijnen dan voorheen om de aanslag te voldoen. Wijziging begripsomschrijving ingezetenen in de verordening watersysteemheffing Begin december is de Wet basisregistratie personen in werking getreden (Stb. 2013, 315). Gelijktijdig is ook de Aanpassingswet basisregistratie personen in werking getreden (Stb. 2013, 316). De Wet basisregistratie personen vervangt de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens. De inwerkingtreding van de Wet basisregistratie personen heeft gevolgen voor de omschrijving van het begrip ingezetene in de Waterschapswet. Het gaat om een technische wijziging, waarbij de huidige verwijzing naar de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens wordt vervangen door een verwijzing naar de basisregistratie personen. Deze wijziging wordt ook in artikel 116, onderdeel a, van de Waterschapswet doorgevoerd Wijziging verordening watersysteemheffing naar aanleiding van tariefsdifferentie wegen Naar aanleiding van het voorstel tot wijziging van de kostentoedelingsverordening wordt u thans voorgesteld de verordening watersysteemheffing aan te passen opdat de wegendifferentiatie met ingang van 1 januari 2014 ook in de verordening watersysteemheffing vastgelegd. Dit is noodzakelijk om de tariefsdifferentiatie in 2014 te kunnen toepassen. Wijziging bijlage I van de verordening zuiveringsheffing en verordening verontreinigingsheffing Bij de zuiveringsheffing en bij de verontreinigingsheffing vindt het vaststellen van de vervuilingswaarde in een aantal gevallen plaats door middel van meting, bemonstering en analyse. De voorschriften daartoe zijn opgenomen in Bijlage I van de respectievelijke verordeningen. Daarin wordt onder andere verwezen naar voorschriften zoals die worden vastgesteld door NEN (Nederlandse Norm). Een aantal van die NEN-voorschriften is inmiddels ingetrokken en vervangen door nieuwe, zodat Bijlage I op die onderdelen aanpassing behoeft. De Werkgroep Waterheffingen van de Unie van Waterschappen heeft dit opgepakt en in samenspraak met onder andere ILOW (Overlegorgaan van de laboratoria van de waterbeheerders) en NEN de voorschriften aangepast aan de actualiteit en aan de praktijk. Daarnaast is nog een enkele andere aanpassing noodzakelijk gebleken. In plaats van Bijlage I op die punten te wijzigen, is gekozen om Bijlage I van de beide modelverordeningen in zijn geheel te vervangen

4 De ingangsdatum van de aangepaste regelgeving is 1 januari De Unie van Waterschappen heeft de betreffende bijlage inmiddels als model vastgesteld. De wijzigingen in Bijlage I: - Onderdeel A. paragraaf 4 onder 4.1 Algemeen Het NEN -voorschrift met betrekking tot de monsterbehandeling is in 2009 geactualiseerd. De verwijzing naar het betreffende voorschrift wordt dienovereenkomstig aangepast. Ten aanzien van de conservering is norm NEN-EN-ISO in de voorschriften opgenomen. Voorts worden enkele nadere voorschriften met betrekking tot het bewaren van de monsters opgenomen. - Onderdeel A, paragraaf 4 onder 4.2 Conservering en maximale bewaartermijn Tabel A wordt in zijn geheel vervangen. - Onderdeel B, paragraaf 2 Analyse De inhoud van deze paragraaf wordt geheel vervangen. - Onderdeel C Analysevoorschriften onder lll Bij de vorige wijziging van de modelverordening is de factor voor de toelaatbare statistische onnauwkeurigheid (tso) aangepast in verband met de wijziging van het zuurstofverbruik per etmaal van 136 gram naar 150 gram. Die wijziging blijkt achteraf ten onrechte te zijn doorgevoerd. Dit wordt hersteld door de oorspronkelijke tso-factor weer op te nemen. De integrale versie van de Bijlage I zoals deze na het doorvoeren van de bovengenoemde wijzigingen luidt, treft u aan als onderdeel van het ontwerp besluit. ARGUMENTEN De formele vastlegging van de tarieven in de genoemde verordeningen is noodzakelijk met het oog op een rechtsgeldige belastingheffing. Hetzelfde geldt voor de aanpassing van de verordening watersysteemheffing naar aanleiding van de invoering van wegendifferentiatie. Aanpassing van de betaaltermijnen is van belang voor een efficiënte bedrijfsvoering van de belastingsamenwerking. Door de wijziging van de begripsomschrijving ingezetenen in de verordening watersysteemheffing wordt afstemming gezocht bij landelijke wetgeving. Met de aanpassing van Bijlage I bij de verordeningen zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing worden de daarin opgenomen voorschriften aangepast aan de actualiteit en praktijk. RELATIE MET ORGANISATIEMISSIE, COLLEGEPROGRAMMA OF ANDERE BELEIDSDOCUMENTEN Het voorstel zoals dat nu wordt voorgelegd hangt direct samen met de besluitvorming van het algemeen bestuur op 13 november 2013 over de begroting FINANCIËLE CONSEQUENTIES (niet van toepassing) KANTTEKENINGEN (niet van toepassing) UITVOERING

5 (niet van toepassing) COMMUNICATIE Dit besluit wordt op de gebruikelijke wijze bekendgemaakt. BIJLAGE(N) nee ja, namelijk ontwerpbesluit. TER INZAGE nee ja, namelijk Dijkgraaf en hoogheemraden, dijkgraaf, P.J.M. Poelmann secretaris-algemeen directeur a.i., drs. J. Miedema

6 BIJLAGE Ontwerp-besluit Het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, gelet op het voorstel van dijkgraaf en hoogheemraden van 5 november 2013 met nr ; gelet op de begroting 2014, vastgesteld in zijn vergadering van 13 november 2013; gelet op de artikelen 110, 113, 117 en hoofdstuk XVIIb van de Waterschapswet, hoofdstuk 6.2 van het Waterschapsbesluit en hoofdstuk 7 van de Waterwet; BESLUIT: 1. De verordening watersysteemheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 als volgt te wijzigen: Artikel I A Artikel 1, onderdeel a, komt te luiden: ingezetene: degene die blijkens de basisregistratie personen bij het begin van het kalenderjaar woonplaats heeft in het gebied van het waterschap en die aldaar gebruik heeft van woonruimte; B Artikel 4 komt te luiden: Met inachtneming van het bepaalde dienaangaande in de Kostentoedelingsverordening, bedraagt het tarief van de watersysteemheffing voor de categorie ingezetenen 66,98 per woonruimte. C Artikel 6 komt te luiden: 1. Met inachtneming van het bepaalde dienaangaande in de Kostentoedelingsverordening, bedraagt het tarief van de heffing voor ongebouwde onroerende zaken 65,91 per hectare. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid en met inachtneming van het bepaalde dienaangaande in artikel 2a van de Kostentoedelingsverordening, bedraagt het tarief voor verharde openbare wegen 131,82 per hectare. D Artikel 8 komt de luiden: Met inachtneming dienaangaande van het bepaalde in de Kostentoedelingsverordening, bedraagt het tarief van de heffing voor natuurterreinen 5,00 per hectare. E Artikel 10 komt te luiden: Met inachtneming dienaangaande van het bepaalde in de Kostentoedelingsverordening, bedraagt het tarief van de heffing voor gebouwde onroerende zaken 0,0235 % van de heffingsmaatstaf als bedoeld in artikel 3, onderdeel c van deze verordening

7 BIJLAGE F Artikel 15, derde lid, komt te luiden In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later. 2. De verordening zuiveringsheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 als volgt te wijzigen: Artikel I A Artikel 18 komt te luiden: Het tarief bedraagt 58,59 per vervuilingseenheid. B Artikel 19, derde lid, komt te luiden In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later. Artikel II Bijlage I: voorschriften voor meting, bemonstering, analyse en berekening, zoals genoemd in artikel 2 van de verordening wordt vervangen door het bij onderhavige besluit behorende stuk. 3. De verordening verontreinigingsheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2010 als volgt te wijzigen: Artikel I A Artikel 21 komt te luiden: Het tarief bedraagt 58,59 per vervuilingseenheid. B Artikel 22, derde lid, komt te luiden In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later. Artikel II Bijlage I: voorschriften voor meting, bemonstering, analyse en berekening, zoals genoemd in artikel 2 van de verordening wordt vervangen door het bij onderhavige besluit behorende stuk. 6

8 BIJLAGE 4. Ten aanzien van de inwerkingtreding van de onder 1, 2 en 3 genoemde besluiten het volgende te bepalen: 1. Deze besluiten treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. 2. De datum met ingang van welke de bepalingen van deze besluiten in aanmerking worden genomen, is 1 januari De bij deze besluiten gewijzigde bepalingen blijven van toepassing op belastbare feiten die zich vóór de in het tweede lid genoemde datum hebben voorgedaan. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur op 18 december 2013 Voorzitter, P.J.M. Poelmann Secretaris-algemeen directeur (a.i.) drs. J. Miedema 7

9 BIJLAGE Nieuwe bijlage I voor de verordeningen zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing m.i.v

10 BIJLAGE Toelichting op de tariefswijzigingen m.i.v Berekening tarief Watersysteemheffing Ingezetenen Volgens de begroting bedragen de kosten van de Watersysteemheffing in Hiervan dienen de belanghebbenden van de categorie Ingezetenen op grond van de Kostentoedelingsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (39,00%) op te brengen. Het aantal woonruimten bedraagt Het kostendekkende tarief Watersysteemheffing Ingezetenen bedraagt derhalve / = 71,41. Bij de vaststelling van de Begroting 2014 tijdens de vergadering van 13 november 2013 is besloten aan de reserves van Watersysteemheffing Ingezetenen te onttrekken. Het voorgestelde tarief bedraagt derhalve ( / ) / = 66,98. Berekening tarief Watersysteemheffing Ongebouwd Volgens de begroting bedragen de kosten van de Watersysteemheffing in Hiervan dienen de belanghebbenden van de categorie Ongebouwd op grond van de Kostentoedelingsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (8,80%) op te brengen. Het aantal hectares, na toepassing van wegendifferentiatie, bedraagt Het kostendekkende tarief Watersysteemheffing Ongebouwd bedraagt derhalve / = 73,39. Bij de vaststelling van de Begroting 2014 tijdens de vergadering van 13 november 2013 is besloten aan de reserves van Watersysteemheffing Ongebouwd te onttrekken. Het voorgestelde tarief bedraagt derhalve ( / ) / = 65,91. Voor verharde openbare wegen wordt een tarief gehanteerd dat 100% hoger is dan het tarief dat geldt voor overige ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen. Het tarief voor verharde openbare wegen bedraagt derhalve 131,82 per hectare. Berekening tarief Watersysteemheffing Natuur Volgens de begroting bedragen de kosten van de Watersysteemheffing in Hiervan dienen de belanghebbenden van de categorie Natuur op grond van de Kostentoedelingsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (0,10%) op te brengen. Het aantal hectares bedraagt Het kostendekkende tarief Watersysteemheffing Natuur bedraagt derhalve / = 5,69. Bij de vaststelling van de Begroting 2014 tijdens de vergadering van 13 november 2013 is besloten aan de reserves van Watersysteemheffing Natuur te onttrekken. Het voorgestelde tarief bedraagt derhalve ( / ) / = 5,00. Berekening tarief Watersysteemheffing Gebouwd Volgens de begroting bedragen de kosten van de Watersysteemheffing in Hiervan dienen de belanghebbenden van de categorie Gebouwd op grond van de Kostentoedelingsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (52,10%) op te brengen. De totale belastbare WOZ-waarde (gecorrigeerd met effecten van bezwaren en niet-invorderbaarverklaringen) is afgerond ( eenheden van 2.500). Het kostendekkende tarief Watersysteemheffing Gebouwd bedraagt derhalve / = 0,67. Bij de vaststelling van de Begroting 2014 tijdens de vergadering van 13 november 2013 is besloten aan de reserves van Watersysteemheffing Gebouwd te onttrekken. Het voorgestelde tarief bedraagt derhalve ( / ) / = 0,59. Als percentage van de WOZ-waarde bedraagt de op te leggen heffing (( / ) / ) x 100% 0,0235% (afgerond). Berekening tarief Zuiveringsheffing Volgens de begroting bedragen de kosten van het Zuiveringsbeheer in Op grond van de Kostentoedelingsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden worden deze volledig opgebracht door de zuiveringsheffing. Het aantal verontreinigings-eenheden bedraagt Het kostendekkende tarief Zuiveringsheffing bedraagt derhalve / = 56,96. Bij de vaststelling van de Begroting 2014 tijdens de vergadering van 13 november 2013 is besloten aan de reserves van Zuiveringsheffing toe te voegen. Het voorgestelde tarief bedraagt derhalve ( ) / = 58,59. Tarief Verontreinigingsheffing Het tarief van de verontreinigingsheffing is op grond van artikel 7.6 lid 3 van de Waterwet gelijk aan het tarief van de zuiveringsheffing. Het tarief voor de verontreinigsheffing bedraagt derhalve 58,59 9