Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad"

Transcriptie

1 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad met 18 benchmarkgemeenten Auteurs Prof. dr. ir. B.C.J. Zoeteman J.L. Slabbekoorn, MSc R.J. Smeets, MSc Tilburg, februari 2015

2 Documentnummer: Warandelaan AB Tilburg Postbus LE Tilburg T F telos@uvt.nl

3 Inhoudsopgave Samenvatting 7 1 De opdrachtverlening 15 2 Benchmarken van de duurzame ontwikkeling van Lelystad Inleiding Onderzoeksmethode Typologieën De historie van Lelystad De typologie van Lelystad 28 3 Duurzaamheids- en kapitaalscores Lelystad in vergelijking met de benchmarkgemeenten 33 4 Scores van de duurzaamheidsvoorraden van Lelystad 37 5 Totaalbeeld van de duurzaamheidsscores op indicatorniveau voor Lelystad Taartdiagrammen voor het ecologisch kapitaal Bodem en grondwater Lucht Hinder en calamiteiten Natuur en landschap Energie en klimaat Grond- en afvalstoffen Taartdiagrammen voor het sociaal-cultureel kapitaal Sociale samenhang Participatie Kunst en cultuur Gezondheid Veiligheid Woonomgeving Onderwijs Taartdiagrammen voor het economisch kapitaal Arbeid 49

4 5.3.2 Ruimtelijke vestigingsvoorwaarden Economische structuur Infrastructuur en bereikbaarheid Kennis Samenvatting zeer ongunstig en zeer gunstig scorende indicatoren Zeer ongunstigscorende indicatoren Zeer gunstig scorende indicatoren 53 6 Benchmarking van de in Lelystad opvallend scorende indicatoren Benchmark zeer ongunstig scorende indicatoren Lelystad Benchmark Emissie CO Benchmark indicator Vluchtige Organische Stoffen Benchmark indicator Chemische toestand oppervlaktewater Benchmark indicator Arme huishoudens Benchmark indicator Vrijwilligers Benchmark indicator Langdurige werkloosheid Benchmark indicator Podiumkunsten Benchmark indicator Rijksmonumenten Benchmark indicator Onvoldoende bewegen Benchmark indicator Chronisch zieken Benchmark indicator Levensverwachting Benchmark indicator Vandalisme Benchmark indicator Geweldsdelicten Benchmark indicator Vermogensdelicten Benchmark indicator Jeugdwerkloosheid Benchmark indicator Voortijdige schoolverlaters Benchmark indicator Werkloosheid Benchmark indicator Arbeidsongeschiktheid Benchmark indicator Netto\bruto verhouding bedrijventerreinen Benchmark indicator Leegstand kantoorruimte Benchmark indicator BRP per hoofd Benchmark indicator Ontsluiting hoofdwegen Benchmark zeer gunstig scorende indicatoren Lelystad Benchmark indicator Bodemsanering Benchmark indicator luchtconcentratie stikstofoxiden Benchmark indicator luchtconcentratie fijn stof Benchmark indicator Kans op ramp Benchmark indicator Afstand tot openbaar groen Benchmark indicator Aandeel recreatief binnenwater Benchmark indicator Stadsverwarming Benchmark indicator Windenergie Benchmark indicator Gasverbruik huishoudens Benchmark indicator Afstand ziekenhuis Benchmark indicator Bevolkingsontwikkeling Benchmark indicator Aanbod basisscholen Benchmark indicator Voorraad bedrijventerreinen Benchmark indicator Aandeel verouderd bedrijventerrein 74 4

5 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Aandeel starters Benchmark indicator High en medium tech werkgelegenheid Resultaat benchmarking 75 7 Conclusies De bevolking in Lelystad heeft gemiddeld een laag inkomen Lelystad is de enige Nederlandse gemeente die tegelijk New Town, groeigemeente en groene gemeente is Lelystad heeft een lage duurzaamheidsscore (368 ste plaats), die vooral door de lage sociaal-culturele kapitaalscore wordt veroorzaakt Voorraad scores wijzen oorzaken voor gunstige en ongunstige scores van de duurzaamheidskapitalen aan Lelystad heeft 22 zeer ongunstig scorende indicatoren, waaronder 13 sociaalculturele Problemen waarbij vooral Lelystad ongunstig scoort Problemen waar alle Flevolandgemeenten mee worstelen Problemen die Lelystad met grote steden gemeen heeft Soms kunnen de oplossingen niet van de gemeente alleen worden verwacht Lelystad heeft 16 zeer gunstig scorende indicatoren Opgave voor de toekomst 81 8 BIJLAGEN 83 5

6 6

7 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Samenvatting Het College Akkoord 2014 van Lelystad benadrukt het uitgangspunt van de eigenheid van de gemeente, die wordt bepaald door de ligging aan de rand van de metropool regio Amsterdam en het streven naar verdere groei op een manier die de duurzaamheid versterkt. Daarbij is duurzaamheid meer dan klimaat- of milieubeleid, maar een integrale toekomstgerichte aanpak die bij elk initiatief economische, sociaal-culturele en milieubelangen op innovatieve wijze weet te combineren. Juist omdat Lelystad forse sociaal-culturele en economische opgaven kent, zoals in deze rapportage nader wordt besproken, is er voor gekozen ook een brede duurzaamheidsbenchmark te maken. Met zo n brede analyse en een daarop gebaseerde aanpak kunnen innovatieve en sector overschrijdende oplossingen voor de opgaven van Lelystad worden losgemaakt. Wat is een duurzaamheidsbenchmark wel en niet De gemeente Lelystad heeft 2 juli 2014 Telos, onderdeel van het Tilburg Sustainability Center van de Tilburg University, opdracht gegeven voor Lelystad een duurzaamheidsbenchmark met 18 andere gemeenten op te stellen. De keuze van de 18 benchmarkgemeenten is door Lelystad gemaakt en omvat Almelo, Almere, Amsterdam, Den Haag, Dronten, Haarlemmermeer, Harderwijk, Heerenveen, Helmond, Hoorn, Houten, Leusden, Purmerend, Rotterdam, Spijkenisse, Utrecht, Zeewolde en Zoetermeer. Het betreft de andere Flevoland gemeenten, de G4 en enkele gemeenten met een enigszins vergelijkbaar sociaaleconomisch profiel. De benchmarkstudie is uitgevoerd op basis van de door Telos uitgebrachte Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid Hierin zijn alle 403 Nederlandse gemeenten gemonitord op duurzaamheid door een 3P-analyse te maken, waarbij de milieu-, sociaal-culturele en economische aspecten van elke gemeente in kaart zijn gebracht. Het voordeel van deze aanpak is dat alle gemeenten op een zelfde basis met elkaar kunnen worden vergeleken. Daar kleeft echter ook een nadeel aan, namelijk dat alleen die indicatoren konden worden gebruikt die voor alle gemeenten beschikbaar zijn. Soms zijn de indicatoren daardoor gebaseerd op een groter gebied (bijvoorbeeld COROP) dan de gemeentelijke grenzen en soms konden daardoor niet de meest recente cijfers voor Lelystad worden gebruikt. De uitkomsten die in deze benchmarkstudie 7

8 worden gepresenteerd moeten dan ook vooral als een foto van de situatie in Lelystad tegen de achtergrond van andere gemeenten in ons land worden gezien. De uitkomst levert een checklist op met aandachtspunten die in een aantal gevallen nog nader onderzoek vragen voordat zij als concreet uitgangspunt voor het gemeentelijke beleid kunnen worden genomen. Dat laatste zou vervolgens in een duurzaamheidsbalans met door Lelystad zelf te kiezen prioriteiten en duurzaamheidsdoelen voor deze Collegeperiode vorm kunnen krijgen. Een gemeente die zich anders moest ontwikkelen dan oorspronkelijk voorzien Per 2014 telt Lelystad ca inwoners, waarvan de leeftijd lager is dan gemiddeld in Nederland. Lelystad is qua oppervlak de grootste gemeente van Nederland, maar bestaat voor een groot deel uit het water van het Markermeer. Lelystad is, afgezien van gemeenten die zijn ontstaan door herverdeling en fusie, een van de jongste gemeenten van Nederland. Oorspronkelijk werd Lelystad gezien als het centrum van rondom de gemeente aan te leggen polders in het IJsselmeer. In september 1967 arriveerden de eerste bewoners. De gemeente Lelystad werd bij wet ingesteld op 1 januari Al snel hierna kreeg Lelystad echter te maken met de komst van Almere. Almere was door haar gunstige ligging ten opzichte van Amsterdam en het Gooi aantrekkelijker dan Lelystad voor forensen en andere nieuwe bewoners. Desalniettemin bleef het aantal inwoners gestaag toenemen. Halverwege de jaren negentig zette Lelystad in op aantrekkelijker woonmilieus en nieuwe economische impulsen, waaronder de ontwikkeling van recreatieve voorzieningen. Wijken werden geherstructureerd. Door de komst van Almere en het open blijven van het Markeermeer heeft Lelystad niet de oorspronkelijk voorziene centrum functie gekregen. Anderzijds heeft de ligging van Lelystad, in de weidse polder en aan het IJssel- en Markermeer, zeker wanneer een voorziene overslaghaven en een serieuze luchthaven worden aangelegd, veel potentie. De realisering van de Hanzelijn in 2012, en de nog aan te brengen aanpassingen aan het rijkswegennet zijn belangrijk voor de economische positionering en profilering van Lelystad. In de begin 2014 vastgestelde Structuurvisie Lelystad 2023 is het accent van groei en doorontwikkeling aangevuld met onderhoud en beheer van de bestaande stad. Daarmee komt er een grotere focus op kwaliteit. Lelystad is de enige Nederlandse gemeente die tegelijk New Town, groeigemeente en groene gemeente is Lelystad kent een sterk van het gemiddelde beeld afwijkende typologie. Het is de enige gemeente in Nederland die zowel New Town is (65% van de woningvoorraad is na 1970 gebouwd), groeigemeente (meer dan 10% verwachte bevolkingsgroei tussen nu en 2040) en groene gemeente (landoppervlak aan bos en open natuur is meer dan 30% van totaal landoppervlak). Tegelijk scoort Lelystad zoals mag worden verwacht in het geheel niet op de typen oude industriegemeente en historische gemeente. Evenmin is Lelystad een echte centrum gemeente geworden, zoals hiervoor kort is toegelicht. Een uitdaging bij deze 8

9 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad typologie van Lelystad is het behoud van de ecologische kwaliteiten bij het doorgroeien van de economie. Lelystad heeft een lage duurzaamheidsscore (368 ste plaats) wat vooral door de lage score van het sociaal-culturele kapitaal komt Lelystad neemt in het duurzaamheidsonderzoek onder de 403 Nederlandse gemeenten de 368ste plaats in. Wanneer Lelystad wordt vergeleken met de benchmarkgemeenten neemt het met een totaal score op duurzaamheid van 45,5% de 14de plaats in onder de in totaal 19 gemeenten. Lelystad scoort daarmee relatief laag op duurzaamheid. De totaal score op duurzaamheid is de resultante van de scores van de drie samenstellende kapitalen (ecologisch, sociaal-cultureel en economisch). Een blik op de kapitaalscores laat zien dat Lelystad met een score van 55,9% op het ecologisch kapitaal, en een 5e plaats bij dit kapitaal onder de benchmarkgemeenten, het goed doet. Daar staat echter tegenover dat de score van 34,5% op het sociaal-cultureel kapitaal het laagste is van de benchmarkgemeenten, en daarmee nog lager is dan deze score in Rotterdam en Spijkenisse. Het economisch kapitaal scoort in Lelystad met 45,9% beter. Maar in dit opzicht moet Lelystad behalve Almere toch ook de buurgemeenten Dronten en Zeewolde voor laten gaan en doet Lelystad het alleen beter dan Spijkenisse en Helmond. Bovenstaand globale beeld geeft aan dat voor de duurzame ontwikkeling van Lelystad vooral het sociaal-cultureel kapitaal maar ook het economisch kapitaal extra aandacht behoeven. 9

10 Voorraad scores wijzen oorzaken voor hoge en lage kapitaalscores aan De kapitaal scores zijn opgebouwd uit duurzaamheidsscores voor thema s, hier voorraden genoemd. De uitkomsten op voorraadniveau tonen dat de relatief goede score van Lelystad voor het ecologisch kapitaal vooral wordt veroorzaakt door gunstige duurzaamheidsscores op hinder en calamiteiten, natuur en landschap, en op energie en klimaat. De erg ongunstige score op het sociaal-cultureel kapitaal wordt veroorzaakt door lage scores op de voorraden sociale samenhang, participatie, kunst en cultuur, veiligheid en onderwijs. De wat betere maar nog steeds ongunstige score voor het economisch kapitaal moet vooral toegeschreven worden aan lage scores voor economische structuur, en infrastructuur en bereikbaarheid. Daarentegen scoren ruimtelijke vestigingsvoorwaarden en kennis wat beter dan het landelijk gemiddelde. Lelystad heeft 22 zeer ongunstig op duurzaamheid scorende indicatoren De voorraden zijn weer opgebouwd uit scores voor een aantal indicatoren. In totaal zijn er 90 indicatoren voor deze studie gebruikt. De uitkomsten laten de volgende zeer ongunstig scorende indicatoren zien ten opzichte van de in deze studie gehanteerde duurzaamheidsdoelen: Ecologisch kapitaal: Emissie CO 2 10

11 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Luchtconcentratie aan Vluchtige Organische Stoffen Chemische toestand oppervlaktewater Sociaal-cultureel kapitaal: Arme huishoudens Vrijwilligers Langdurige werkloosheid Podiumkunsten Rijksmonumenten Onvoldoende bewegen Chronisch zieken Levensverwachting Vandalisme Geweldsdelicten Vermogensdelicten Jeugdwerkloosheid Voortijdig schoolverlaters Economisch kapitaal: Werkloosheid Arbeidsongeschiktheid Netto/bruto verhouding bedrijventerreinen Leegstand kantoorruimte BRP per hoofd Ontsluiting hoofdwegen Het laag scoren van indicatoren is vanuit beleidsoogpunt voor Lelystad vooral relevant wanneer Lelystad zelf aan de verbetering ervan kan bijdragen. In dat verband zijn onderstaande groepen indicatoren en daarmee gelieerde beleidsuitdagingen te onderscheiden. Problemen waarbij Lelystad als een van de weinige gemeenten erg ongunstig scoort Bij erg ongunstig scorende indicatoren is het van belang na te gaan of hier van een specifiek voor Lelystad optredende ongunstige situatie sprake is en of Lelystad zelf mogelijk een verschil kan maken in het aanpakken ervan. Op basis van de vergelijking met de benchmarkgemeenten springen in het oog: de emissie van CO 2, de chemische kwaliteit van het oppervlaktewater, het vandalisme, de arbeidsongeschiktheid en betere ontsluiting van hoofdwegen. De lage duurzaamheidsscore voor de CO2 emissie is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de Maxima (voormalige Flevo-) centrale, die door het stoken van gas energie levert aan een veel groter gebied dan de gemeente Lelystad. Daarnaast heeft Lelystad een houtgestookte centrale die tevens energie voor stadsverwarming levert. Nader onderzoek zal moeten uitwijzen hoe de verschillende CO2 bronnen in Lelystad er voor staan. In ieder geval laten andere energie indicatoren zoals stadverwarming, windenergie en gasverbruik huishoudens gunstige scores zien. 11

12 De lage score op de chemische kwaliteit van het oppervlaktewater lijkt vooral veroorzaakt door vervuiling van de binnenwateren in Lelystad. Op het aanwijzen van mogelijke oorzaken kon in dit onderzoek niet nader worden ingegaan. Een zelfde situatie geldt voor de aansluiting op hoofdwegen waarvoor de andere Flevoland gemeenten duidelijk hogere scores te zien geven (zie ). Plannen om dit te verbeteren zijn in de getoonde cijfers nog niet verdisconteerd. Meerdere indicatoren op sociaal-cultureel gebied scoren in Lelystad ongunstig, waarbij vaak een zelfde beeld is te zien als in de G4 steden. Eruit springt vandalisme, dat alleen in Den Haag en Rotterdam nog ongunstiger scoort (zie ). Verder is de arbeidsongeschiktheidsscore even ongunstig als in Hoorn, Purmerend en Almelo (zie ). Problemen waar alle Flevolandgemeenten mee worstelen Problemen waar alle Flevolandgemeenten mee worstelen zijn de hoge concentratie aan vluchtige organische stoffen (vermoedelijk als gevolg van weg- en luchtvaartverkeer), het lage aanbod aan podiumkunsten (vermoedelijk wegens de nabijheid van bijvoorbeeld Amsterdam; ook is het nieuwe Agora theater mogelijk nog niet in de CBS cijfers van 2011 verdisconteerd), het onvoldoende bewegen, de leegstand van kantoorruimte en het lage BRP/hoofd. Hier is het van belang door nader onderzoek de specifieke situatie in Lelystad te verduidelijken daar in dit benchmarkonderzoek soms gebruik moest worden gemaakt van COROP gegevens, bijvoorbeeld voor het BRP/hoofd. Vervolgens kan Lelystad, al dan niet samen met andere Flevoland gemeenten, besluiten de door deze indicatoren gesignaleerde gemeenschappelijke situaties aan te pakken. Problemen die Lelystad met grote steden gemeen heeft Ook heeft Lelystad problemen gemeen met de grote gemeenten zonder dat hier de voordelen van grote gemeenten zoals economische kansen, kansen op sociale stijging en een groot aanbod van culturele voorzieningen tegenover staan. Het gaat hierbij om het hoge aandeel arme huishoudens, langdurige werkloosheid, de lagere levensverwachting, veel gewelds- en vermogensdelicten, hoge (jeugd)werkloosheid, en veel voortijdige schoolverlaters. Voor Lelystad vraagt dit het ontwikkelen van een eigen analyse en aanpak, waarbij vermoedelijk ook gekeken kan worden naar oplossingen die in gemeenten zoals Almelo, Hoorn, Helmond en Almere worden nagestreefd, Soms kunnen de oplossingen niet van de gemeente zelf worden verwacht Veel van de problemen die Lelystad gemeen heeft met de andere Flevolandgemeenten en de grote steden laten zien dat de beleidsmogelijkheden van het eigen gemeentelijk beleid zijn ingebed in grotere kaders zoals de conjunctuur en het beleid van Provincie, Rijk en EU. Toch, zoals blijkt uit de verschillen tussen de benchmarkgemeenten onderling, kunnen individuele gemeenten vaak een verschil maken, ook bij het bestrijden van criminaliteit, lage opleiding en werkloosheid. 12

13 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Lelystad heeft 16 zeer gunstig op duurzaamheid scorende indicatoren Lelystad heeft ook een aantal zeer gunstig op duurzaamheid scorende indicatoren, vooral op ecologisch gebied. Dit zijn: Ecologisch kapitaal: Bodemsanering Luchtconcentratie stikstofoxiden Luchtconcentratie fijn stof Kans op ramp Afstand tot openbaar groen Aandeel recreatief binnenwater Stadsverwarming Windenergie Gasverbruik huishoudens Sociaal-cultureel kapitaal: Afstand ziekenhuis Bevolkingsontwikkeling Aanbod basisscholen Economisch kapitaal: Voorraad bedrijventerreinen Aandeel verouderd bedrijventerrein Aandeel starters High en medium tech werkgelegenheid Dit laat zien dat de bodem en de lucht in Lelystad nog schoon zijn, er veel openbaar groen en recreatief binnenwater is en nieuwe technologie voor de energietransitie in Lelystad volop is te vinden. Binnen het economisch kapitaal zijn sterke punten de beschikbaarheid van bedrijventerreinen, een hoog aandeel starters en de werkgelegenheid in de high en medium tech sector. Bovenstaande analyse maakt de contouren van de identiteit van Lelystad zichtbaar: een gemeente met een gezond en aantrekkelijk milieu, een doortastende aanpak van de energie- en klimaat problematiek, vol kansen voor nieuwe economische activiteit, waaronder de voorziene uitbreiding van de luchthaven, en de waterrecreatie. En met de uitdaging om de eigen duurzaamheid op basis van de bestaande kwaliteiten en bevolkingssamenstelling verder te profileren. Want in de genoemde ontwikkelingen zijn ook spanningen te onderkennen, zoals 1) verdere economische groei en behoud van de ecologische kwaliteit, en 2) verbeteren van de sociale veiligheid en huisvesten van de bevolking die een relatief laag inkomen heeft. Het oplossen van dergelijke spanningen vraagt om een innovatieve benadering waaruit de pionierspositie van Lelystad spreekt en die kan leiden tot eigen oplossingen die niet uit hoeven te gaan van gebruikelijke grootschaligheidsbenaderingen. 13

14 Is de ontwikkelingsrichting gekozen, dan volgt daaruit welke duurzaamheidsthema s met voorrang om verbetering vragen en via welke deelactiviteiten (en bijpassende indicatoren) dat kan worden nagestreefd. Het geheel kan worden vormgegeven in een duurzaamheidsbalans met niet door Telos maar door Lelystad zelf gekozen prioritaire thema s en duurzaamheidsdoelen voor de lange termijn en voor de in de periode door College en Raad, samen met andere stakeholders in de gemeente, na te streven resultaten. 14

15 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 1 De opdrachtverlening Het College Akkoord 2014 van Lelystad geeft aan uit te gaan van de eigenheid van de gemeente. Lelystad ligt aan de rand van de metropool regio Amsterdam en is gericht op verdere groei, echter op een manier die de eigen duurzaamheid versterkt. Juist omdat Lelystad naast economische ook sociaal-culturele opgaven kent is er voor gekozen door een brede duurzaamheidsbenchmark tot een analyse en aanpak te komen waaruit innovatieve integrale oplossingen voor de bijzondere opgaven van Lelystad kunnen ontstaan. In dit kader heeft de gemeente besloten om als start voor een nader in te vullen duurzaamheidsbeleid voor de periode zichzelf te benchmarken met andere gemeenten. De gemeente Lelystad wil aan de hand hiervan de kernpunten en prioriteiten binnen haar duurzaamheidsbeleid identificeren en op basis hiervan haar beleidsaanpak verder ontwikkelen. De gemeente heeft tijdens een gesprek in Lelystad op 24 juni 2014 Telos verzocht een offerte uit te brengen voor een duurzaamheidsbenchmark Telos heeft daarop 26 juni 2014 een offerte (Telos/14.107) uitgebracht. Snel daarna heeft Lelystad een eigen keuze voor een 18-tal benchmarkgemeenten gemaakt, die het kader vormen voor de vergelijkingen in deze studie. De gemeente Lelystad heeft Telos formeel opdracht voor het uitvoeren van de studie verleend op 2 juli 2014 (opdrachtnummer: ). 15

16 Uitgangspunt bij deze benchmarkstudie is dat de door Telos verzamelde duurzaamheidsgegevens voor de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid worden gebruikt en dat Telos eveneens de normen formuleert waaraan Lelystad en de benchmarkgemeenten in deze studie worden getoetst. De benchmarkstudie van Lelystad heeft tot doel vanuit duurzaamheid een foto van de gemeente als plaats in Nederland te maken en het resultaat te vergelijken met dat van de andere 18 benchmarkgemeenten. Het beeld dat hiermee van de gemeente ontstaat is niet gelijk aan een foto van het gevoerde beleid. Evenmin is deze rapportage te zien als een documentaire over duurzaamheid in Lelystad en de benchmarkgemeenten. Er worden bijvoorbeeld geen betrokkenen geïnterviewd. De bevindingen zijn niet één op één gekoppeld aan beleidsknoppen waaraan het bestuur kan draaien. Veel meer zullen de studieresultaten aanleiding geven tot een checklist om de geregistreerde verschillen tussen Lelystad en de andere gemeenten nader te onderzoeken en vervolgens te beoordelen of er in Lelystad verdere acties om beter op duurzaamheid te scoren mogelijk en wenselijk zijn. Een beschrijving van dergelijke beleidsgevolgen is geen onderdeel van het onderzoek en vormt een opgave die in een vervolgfase aan de orde kan komen. Deze duurzaamheidsbenchmark levert bouwstenen voor de door de gemeente te formuleren duurzaamheid agenda met bij haar ontwikkelingsfase en historie passende prioriteiten. Dit kan leiden tot een zogenaamde duurzaamheidbalans waarin de gemeente de eigen doelen en prioriteiten in samenspraak met stakeholders in de gemeente formuleert en op basis waarvan aan het einde van de College periode de voortgang kan worden zichtbaar gemaakt. De specifiek op Lelystad gerichte werkzaamheden zijn 2 juli 2014 gestart en na een intensieve werkwijze zomer 2014 tot een concept rapportage gebracht. Na de snelle start heeft het wegens interne organisatorische aanpassingen bij de 1 Zoeteman, B C.J., J. Slabbekoorn, R. Smeets, J. Dagevos en J.T. Mommaas, 2014, Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid 2014, Document nr , 16

17 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad gemeente even geduurd voordat het project kon worden afgerond. In februari 2015 heeft een afsluitende ambtelijke bespreking van de rapportage plaatsgevonden. 17

18 18

19 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 2 Benchmarken van de duurzame ontwikkeling van Lelystad 2.1 Inleiding Zoals gezegd is deze benchmarkstudie gebaseerd op de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid 2014 waarin Telos in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu de duurzame ontwikkeling van alle gemeenten in Nederland in kaart heeft gebracht. Het voordeel van deze aanpak is dat alle gemeenten op een zelfde basis met elkaar kunnen worden vergeleken. Daar kleeft echter ook een nadeel aan, namelijk dat alleen die indicatoren konden worden gebruikt die voor alle gemeenten beschikbaar zijn. Soms zijn de indicatoren daardoor gebaseerd op een groter gebied (bijvoorbeeld COROP) dan de gemeentelijke grenzen en soms konden daardoor niet de meest recente cijfers voor Lelystad worden gebruikt. Dit hoofdstuk geeft een korte inleiding op de gehanteerde onderzoeksmethode. Een beschrijving van de gebruikte onderzoeksmethode en algemene gegevens over de indicatoren die voor het onderzoek zijn gebruikt zijn te vinden in de bijlagen 1 en 2. In een aparte nota wordt uitgebreider ingegaan op de details per indicator in de vorm van factsheets waarin onder meer zijn opgenomen gegevens over de definitie, de normering, het aggregatieniveau en het meetjaar. 2.2 Onderzoeksmethode De Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid 2014 benadert de duurzame ontwikkeling van Nederlandse gemeenten op basis van de Telos duurzaamheidbalans methode. Deze methode is verwant aan het in EU verband in ontwikkeling verkerende Reference Framework for Sustainable Cities (RFSC). Voor dit laatste is het ministerie van BZK het nationale aanspreekpunt. Dit voorjaar is de methode door Platform31 en Telos op verzoek van BZK toegepast bij een achttal ambassadeursgemeenten van het RFSC. In de balansmethode worden de drie kapitalen (ecologie, sociaal-cultureel en economie) ontleed in voorraden, eisen, indicatoren en hun normen. In totaal gebruikt de studie 90 indicatoren, gegroepeerd in 19 voorraden. Van de 90 indicatoren hebben er 39 betrekking op het sociaal-cultureel kapitaal, 30 op het ecologisch kapitaal en 21 op het economisch kapitaal. In tabel 2.1 staan de indicatoren die voor deze studie 19

20 gebruikt zijn weergegeven. De Telos methode betrekt in deze analyse niet de governance aspecten (ambitie- en prestatiemetingen van het bestuur). De inspanning die de gemeente pleegt blijft dus buiten beeld en zal apart in kaart gebracht kunnen worden. Een voorbeeld hiervan over de periode heeft Telos voor 35 gemeenten begin 2014 gepubliceerd, maar van deze studie maakte Lelystad geen deel uit. 2 Er is een brede set van 90 indicatoren gebruikt voor de studie, met zowel objectieve als subjectieve waarnemingen. De keuze van de indicatoren is mede bepaald door hun beschikbaarheid of herleidbaarheid voor alle 403 gemeenten van ons land. Op basis van duurzaamheidseisen en daaruit door Telos afgeleide duurzaamheidsdoelen wordt er per indicator een score berekend. Deze score heeft een schaal van 0 tot 100% en kan geïnterpreteerd worden als de afstand tot het duurzaamheidsdoel. Een score van 100% betekent dat het doel volledig is behaald. De score per voorraad wordt bepaald door een gewogen gemiddelde van de scores van de onderliggende indicatoren. In principe hebben indicatoren hetzelfde gewicht maar Telos kan de gewichten aanpassen om recht te doen aan de verhoudingen tussen de indicatoren in een voorraad. Als bijvoorbeeld twee indicatoren verschillende kanten van een zelfde aspect belichten wordt hun gewicht gehalveerd. Hoe met de gewichten is omgegaan is af te lezen aan de breedte van de taartpunten in de taartdiagrammen die in hoofdstuk 5 worden gepresenteerd en vermeld in de factsheets. De score op kapitaalniveau is een gemiddelde van de onderliggende voorraadscores die elk een gelijk gewicht krijgen. Er wordt ook een totale duurzaamheidsscore berekend, als het gemiddelde van de drie kapitaalscores. Zie voor meer details bijlage 1. Tabel 2.1 Overzicht van gemeten indicatoren per voorraad bij de benchmarkstudie Voorraad Gemeten indicatoren Ecologisch kapitaal Bodem en grondwater Bodemsanering, Mesthoeveelheid Lucht Emissie CO 2, Emissie stikstofoxides, Emissie fijn stof, Emissie NMVOS, GCN stikstofoxides, GCN fijn stof, GCN NMVOS Hinder en calamiteiten Overlast geluid, Kans op ramp, Overlast stank-stof-grof vuil Oppervlaktewater Chemische toestand, Ecologische toestand Natuur en landschap Tevredenheid groen in de buurt, Aandeel bos en natuurlijk terrein, Afstand openbaar groen, Aandeel recreatief (binnen) water, Soorten rijkdom Energie en klimaat Stadsverwarming, Windenergie, Gasverbruik huishoudens, Elektriciteitsverbruik huishoudens, Energielabels woningen Grondstoffen Huishoudelijk restafval, GFT-afval, Oud papier en karton, Verpakkingsglas, Plastic 2 Zoeteman, B.C.J., J. Slabbekoorn, J. Dagevos, J. T. Mommaas, 2014,Gemeentelijke duurzaamheid;: hoe organiseer je dat?, document nr , 20

21 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Sociaal-cultureel kapitaal Sociale samenhang Arme huishoudens, Sociale cohesie, Vrijwilligers Participatie Mantelzorg, Opkomst % gemeenteraadsverkiezingen, Opkomst % bij landelijke verkiezingen, Langdurige werkloosheid, Langdurige bijstand Kunst en cultuur Podiumkunsten, Rijksmonumenten, Musea Gezondheid Onvoldoende bewegen, Riskant gedrag, Huisartsen, Kwaliteit ziekenhuizen, Afstand ziekenhuizen, Levensverwachting, Beoordeling van eigen gezondheid, Chronisch zieken Veiligheid Geweldsdelicten, Vermogensdelicten, Vandalisme, Jeugdcriminaliteit, Verkeersonveiligheid, Onveiligheidsgevoel Woonomgeving Woningtekort, Afstand supermarkt, Tevredenheid woonomgeving, Tevredenheid winkels, WOZ-waarde, Verhuissaldo, Bevolkingsontwikkeling Onderwijs Jeugdwerkloosheid, Aanbod basisscholen, Aanbod voortgezet onderwijs, Voortijdige schoolverlaters, Onvertraagd naar diploma, Eindexamencijfer, Opleidingsniveau van de bevolking Economisch kapitaal Arbeid Ruimtelijke vestigingsvoorwaarden Economische structuur Infrastructuur en bereikbaarheid Kennis Werkgelegenheidsfunctie, Benutting arbeidspotentieel, Werkloosheid, Ontgroening en vergrijzing, Arbeidsongeschiktheid Voorraad bedrijventerreinen, Verhouding netto/bruto bedrijventerreinen, Veroudering bedrijventerreinen, Voorraad kantoorruimte, Leegstand kantoorruimte Aandeel starters, Opheffingen, Besteedbaar inkomen, BRP per hoofd van de bevolking, Aandeel topsectoren, Ontsluiting treinstations, Ontsluiting hoofdwegen Aandeel hoog opgeleiden, Capaciteit WO/HBO, High en medium tech werkgelegenheid, Creatieve industrie Deze methodiek biedt de mogelijkheid om de situatie in een gemeente te bestuderen op het globale niveau van de kapitalen, maar ook op de diepere niveaus van de voorraden en indicatoren. Omdat de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid scores voor alle Nederlandse gemeenten heeft berekend met uniforme normen zijn de scores tussen gemeenten onderling te vergelijken. Dat biedt de mogelijkheid voor een gemeente om de specifieke situatie van de gemeente te vergelijken met die in zelf gekozen andere gemeenten. De gegevens voor de indicatoren zijn ontleend aan openbare bronnen zoals het CBS. Voor een deel zijn de data gekocht van dergelijk bronnen, zoals vermeld in de Nationale Monitor en in bijlage 2 van dit rapport. 21

22 2.3 Typologieën Telos is van mening dat de duurzaamheidsscores van gemeenten niet zomaar met elkaar mogen worden vergeleken zonder naar de context te kijken. Gemeenten hebben namelijk verschillende duurzaamheidsopgaven en een rechtstreekse vergelijking doet daar geen recht aan. Een stad met een industrieel verleden draagt waarschijnlijk nog altijd de sporen van zijn verleden met zich mee door bijvoorbeeld vervuiling van de grond en sociale problematiek. Daarom heeft Telos in de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid een voor Nederland geldend tiental typologieën geïdentificeerd die gemeenten met vergelijkbare duurzaamheidsopgaven samenvoegt. Voor een deel volgen de onderscheiden 10 typen gemeenten de historische ontwikkelingen die gemeenten in Nederland hebben doorgemaakt. Zo onderscheiden we historische gemeenten, die het verleden nog steeds zichtbaar met zich meedragen, en agrarische gemeenten, die in sociaal-economische zin nog sterk met het dominante landbouwverleden zijn verbonden. Ook zijn er oude industriesteden waar de grootschalige industrialisatie in havengebieden, de mijnbouw en bijvoorbeeld de textiel de gemeenten tekent, al zijn zij nu op zoek naar een andere identiteit. Verder zijn er, ondanks de kleinschaligheid van Nederland, nog gemeenten die een centrumfunctie vervullen naar de omliggende regio. Tweede helft 20ste eeuw is het onderscheid tussen slaap- en werksteden van belang geworden om de verschillende duurzaamheidsuitdagingen te kunnen duiden. Recent is na de decennia van wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog naast het fenomeen van groeisteden ook dat van krimpsteden zijn intrede gaan doen, door de stabilisatie van de bevolkingsomvang in regio s en de blijvende trek naar de Randstad. In sommige gevallen is echter een stormachtige groei door planning gecreëerd waaruit het ook in het buitenland bekende verschijnsel van de New Towns is voortgekomen. Welke gemeenten zich kwalificeren voor deze typologieën zal onderstaand per type worden uitgewerkt. Er is voor elk type een objectief criterium gehanteerd op basis waarvan kan worden bepaald of een gemeente tot zo n type behoort. In Tabel 2.2 zijn deze criteria, zoals gebruikt in de voorliggende studie, aangegeven. Tabel 2.2 Selectiecriteria voor gemeentetypen en hun aantal onder de 403 gemeenten Gemeentetype Agrarische gemeente Centrum gemeente Groei gemeente Criterium Het aandeel van agrarisch terrein in het landoppervlak van de gemeente is groter dan 80% Meer dan 25% van de inwoners van de bijbehorende COROP-regio is woonachtig in de gemeente De prognose dat de gemeente 10% meer inwoners heeft in 2040 en daarnaast een bevolkingsontwikkeling (vijfjaargemiddelde aantal geboren aantal overledenen per inwoners) van minstens 2 22

23 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Groene gemeente Historische gemeente Krimp gemeente New Town Oude industrie gemeente Slaap gemeente Werk gemeente Het aandeel van bos en open natuur in het landoppervlak van de gemeente is groter dan 30% Het aandeel woningen in de woningvoorraad gebouwd voor 1905 is groter dan 12% De prognose dat de gemeente minder inwoners heeft in 2040 dan nu en daarnaast een negatieve bevolkingsontwikkeling (vijfjaargemiddelde aantal geboren aantal overledenen per inwoners is negatief) Het aandeel woningen in de woningvoorraad gebouwd na 1970 is groter dan 65% Het aandeel van de beroepsbevolking werkzaam in de industrie en mijnbouw in 1930 is groter dan 30% Werkgelegenheidsfunctie (aantal banen relatief tot de werkzame beroepsbevolking) is kleiner dan 70 Werkgelegenheidsfunctie (aantal banen relatief tot de werkzame beroepsbevolking) is groter dan 115 In de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid zijn de verschillen in de duurzaamheidsscores tussen typologieën verder bestudeerd. Zo bleek dat centrum-, oude industrie- en krimpgemeenten aan te wijzen zijn als gemeenten die lager op duurzaamheid scoren dan gemiddeld. Dit is ook op een dieper niveau geanalyseerd, waarbij opviel dat het sociaal-cultureel kapitaal een belangrijke factor is in het verklaren van de lagere duurzaamheidsscores voor bijvoorbeeld centrum- en krimpgemeenten. Agrarische gemeente De agrarische gemeente is een gemeente die gekenmerkt wordt door de relatief grote aanwezigheid van intensieve land- en tuinbouw. Dit type gemeente is gedefinieerd als een gemeente waar meer dan 80% van het oppervlak wordt gebruikt voor landbouw en veeteelt. Deze gemeenten worden gekenmerkt door een rurale ligging in Nederland. Te verwachten is dat dit type gemeente kampt met vervuiling van de bodem door intensieve landbouw. Verder valt ook te verwachten dat het economisch kapitaal zwakker is in dit type gemeente door de rurale ligging. Uit de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid bleek inderdaad dat gemeenten die geïdentificeerd waren als agrarische gemeenten gemiddeld een lagere score behaalden op zowel het ecologisch als economisch kapitaal. Op het niveau van de totale score is geen significant verschil met het gemiddelde beeld gevonden. Centrumgemeente De centrumgemeente is een gemeente met een sterke centrumfunctie voor de omliggende regio. Dit type gemeente is gedefinieerd als een gemeente waar meer dan 25% van de inwoners van de bijbehorende COROP regio woonachtig is. Van een centrumgemeente is te verwachten dat de economie relatief sterk is door de concentratie van economische functies uit de regio in de gemeente. Aan de andere kant is er ook te verwachten dat er relatief veel sociale problemen 23

24 geconcentreerd zijn in centrumgemeenten omdat het relatief grote gemeenten betreft. Uit de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid bleek dat het sociaal kapitaal fors lager is voor centrumgemeenten. Ook het ecologisch kapitaal is gemiddeld lager voor deze gemeenten. Het economisch kapitaal daarentegen is gemiddeld hoger. In totaal scoren centrumgemeenten gemiddeld lager op duurzame ontwikkeling. Groene gemeente De groene gemeente wordt gekenmerkt door de relatieve aanwezigheid van groen en natuur in de omgeving. Een groene gemeente is gedefinieerd als een gemeente waar meer dan 30% van het landoppervlak van een gemeente bestaat en bos en open natuur. Te verwachten is dat de aanwezigheid van groen in de gemeente zorgt voor een hogere score op het ecologisch kapitaal. De Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid vindt inderdaad een gemiddeld hogere score op het ecologisch kapitaal voor groene gemeenten. Ook het sociaal-cultureel kapitaal is gemiddeld hoger. Daardoor is de totale duurzaamheidsscore ook gemiddeld hoger voor groene gemeenten. Historische gemeente De historische gemeente is een gemeente die wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van historische gebouwen. Dit maakt de stad een aantrekkelijke omgeving om in te wonen. De historische gemeente is gedefinieerd als een gemeente waar de woningvoorraad voor meer dan 12% bestaat uit woningen die vóór 1905 gebouwd zijn. De verwachting is dat de historische gemeenten wellicht hoger scoren op het sociaal-cultureel kapitaal door de aantrekkelijke stad en wellicht wat lager op ecologie door hoger energieverbruik van de oude woningen. De Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid vindt echter geen significante verschillen ten opzichte van het gemiddelde beeld voor historische gemeenten. Krimp- en groeigemeenten De krimpgemeente is het tegenovergestelde van de groeigemeente. De krimpgemeente kampt met een krimpende bevolking wat druk zet op de leefbaarheid en het voorzieningenniveau. De krimpgemeente is gedefinieerd als een gemeente waarbij de prognose van het CBS is dat het inwonertal gaat dalen tot De prognose voor groeigemeenten is dat de gemeente minstens 10% meer inwoners heeft in De krimpgemeente is in tegenstelling tot de groeigemeente juist onaantrekkelijk, mensen trekken er weg. Krimpgemeenten zijn vaak te vinden in de periferie van Nederland, maar ook gemeenten dichter bij de Randstad zijn niet immuun voor krimp als het voorzieningenniveau zwak is. Uit de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid blijkt dan ook dat krimpgemeenten gemiddeld lager scoren als het gaat om duurzame ontwikkeling. Het ecologisch kapitaal scoort juist iets hoger, maar het sociaal-cultureel kapitaal scoort flink lager en ook het economisch kapitaal is lager voor dit type gemeenten. 24

25 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad New Towns New Towns zijn gemeenten die in de recente historie stormachtig gegroeid zijn en vanuit de overheden veel aandacht hebben gekregen. Doorgaans is de sterke groei het gevolg van het door de overheid zijn aangewezen als woningbouwlocatie. Deze gemeenten zijn gedefinieerd als gemeenten waarvan meer dan 65% van het bestand van de woningvoorraad na 1970 gebouwd is. Te verwachten is dat dit type gemeenten een hoge score behaalt op het ecologisch kapitaal. Deze gemeenten zijn slechts recentelijk ontwikkeld dus de bodem is nog niet vervuild door activiteiten uit het verleden. Uit de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid bleek dat inderdaad het ecologisch kapitaal hoger scoort in New Towns. Verder zijn er geen significante verschillen te vinden voor New Towns. Oude industrie gemeente Oude industrie gemeenten zijn gemeenten waar vroeger veel intensieve industrie of mijnbouw gevestigd was. Dat hoeft niet per se te betekenen dat er nu nog industriële activiteiten plaatsvinden, maar deze industrie heeft wel zijn sporen in de gemeente achtergelaten, bijvoorbeeld door vervuiling van de bodem. Daarnaast valt ook te verwachten dat er relatief veel sociale problemen aanwezig zijn in oude industrie gemeenten bijvoorbeeld door verlies aan werkgelegenheid. Een oude industrie gemeente is gedefinieerd als een gemeente waar in 1930 meer dan 30% van de beroepsbevolking werkzaam was in de industrie en/of mijnbouw. De Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid vindt inderdaad een lagere score voor oude industrie gemeenten bij het ecologisch en het sociaal-cultureel kapitaal. Het economisch kapitaal heeft geen significant verschil. In totaal scoren oude industrie gemeenten gemiddeld lager. Slaapgemeenten De slaapgemeente is een gemeente waar de inwoners wel wonen, maar waar ze voor hun werk naar andere gemeenten gaan. Kortom, ze slapen alleen in de gemeente. Slaapgemeenten zijn dus forensengemeenten en de inwoners wijken mogelijk ook voor voorzieningen (supermarkten, kunst en cultuur, horeca) uit naar andere gemeenten. Een slaapgemeente is gedefinieerd als een gemeente waar de werkgelegenheidsfunctie (relatieve aantal banen ten opzichte van de beroepsbevolking) lager is dan 70. De verwachting is dat door het mogelijk lagere voorzieningenniveau in slaapgemeenten de score op het sociaal-cultureel kapitaal lager is. Er is echter veel verschil tussen de slaapgemeenten en daardoor bleek uit de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid dat er geen duidelijke verschillen zijn tussen slaapgemeenten en het gemiddelde beeld bij andere gemeenten. Werkgemeenten Een werkgemeente is een gemeente met een relatief overschot aan banen. De werkgemeente is gedefinieerd als een gemeente waar de werkgelegenheidsfunctie (relatieve aantal banen ten opzichte van de beroepsbevolking) hoger is dan 115. De werkgemeente heeft dus meer banen dan de beroepsbevolking van de eigen gemeente nodig heeft en is een netto importeur van arbeidskrachten. De verwachting is dat dit type gemeente wordt gekenmerkt door een relatief sterke economie. Dat blijkt inderdaad ook uit de Nationale Monitor Gemeentelijke 25

26 Duurzaamheid. De hogere score op het economisch kapitaal wordt echter teniet gedaan door gemiddeld lagere scores op het ecologisch en sociaal-cultureel kapitaal waardoor de totale score van werkgemeenten niet afwijkt van het gemiddelde beeld van andere gemeenten. 2.4 De historie van Lelystad Lelystad is de grootste gemeente van Nederland qua oppervlak, maar dat bestaat voor een groot deel uit het water van het Markermeer. Lelystad is, afgezien van gemeenten die zijn ontstaan door herverdeling en fusie, een van de jongste gemeenten van Nederland. In de zomer van 1950 werd een begin gemaakt met de aanleg van de ringdijk van oostelijk Flevoland in het IJsselmeer en in juni 1957 viel de polder door bemaling droog. Oorspronkelijk werd Lelystad gezien als het centrum van rondom de gemeente aan te leggen polders in het IJsselmeer. In september 1967 arriveerden de eerste bewoners. Start op een kale vlakte Eerste woningen in 1967 De gemeente Lelystad werd bij wet ingesteld op 1 januari Al snel hierna kreeg Lelystad echter te maken met de komst van Almere. Almere was door haar gunstige ligging ten opzichte van Amsterdam en het Gooi aantrekkelijker voor forensen en andere nieuwe bewoners dan Lelystad. Een gevolg was dat de jaren daarna de gebouwde woningen in Lelystad langer leeg bleven dan was voorzien. Desalniettemin bleef het aantal inwoners gestaag toenemen. Halverwege de jaren negentig zette Lelystad in op aantrekkelijker woonmilieus en nieuwe economische impulsen waaronder de ontwikkeling van recreatieve voorzieningen. Wijken werden geherstructureerd. Er ontstonden wijken als het Golfresort, een wijk die gebouwd is midden op een golfbaan, en Parkhaven. Per 2014 telt Lelystad ca inwoners, waarvan de leeftijd lager dan gemiddeld in ons land is. Door de komst van Almere en het open blijven van het Markeermeer heeft Lelystad niet de oorspronkelijk voorziene centrum functie gekregen. 26

27 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Anderzijds heeft de ligging van Lelystad in de weidse polder en aan het IJssel- en Markermeer, zeker wanneer een voorziene overslaghaven en een serieuze luchthaven worden aangelegd, veel potentie. Ligging Lelystad in hart van Nederland Centraal station Haven met pleziervaartuigen De realisering van de Hanzelijn in 2012, de goedgekeurde uitbreiding van de luchthaven en de nog aan te brengen aanpassingen aan het rijkswegennet (o.a. 3e afslag A6) zijn belangrijk voor de economische positionering en profilering van Lelystad. In de begin 2014 vastgestelde Structuurvisie Lelystad 2023 is het accent van groei en doorontwikkeling aangevuld met onderhoud en beheer van de bestaande stad en daarmee komt er een grotere focus op kwaliteit. Het recente besluit tot uitbreiding van de luchthaven moet hier nog verder worden ingepast. 27

28 Bestaande Airport Lelystad Genoemde kenmerken sturen de ruimte voor en richting van de verdere duurzame ontwikkeling van de gemeente. Daarbij zullen naar verwachting beleidsinitiatieven en investeringen beogen om kwaliteit verhogende effecten te weeg te brengen en tegelijk perspectief te bieden voor de bestaande eigen bevolking die gemiddeld een bescheiden besteedbaar inkomen heeft. 2.5 De typologie van Lelystad In de korte historie van de gemeente is diverse malen een nieuwe ontwikkeloriëntatie ingebracht van agrarische ontwikkelruimte, naar meedoen in de race binnen een grootstedelijke agglomeratie gericht op de kenniseconomie, naar een kwalitatieve verbeterslag van de woonomgeving en de faciliteiten voor toeristische bezoekers. De resulterende typologie wordt in figuur 2.1 getoond. De spinfiguur geeft aan in hoeverre de gemeente Lelystad voldoet aan de drempelwaarde voor een typologie. De scores in de spin zijn genormaliseerd van waarbij een score van 50 staat voor de drempelwaarde van een typologie. Boven en onder de drempelwaarde is de score lineair doorgetrokken naar het theoretisch maximum/minimum. De drempelwaarde (door Telos bepaald) is statisch en bepaalt of een gemeente wel of niet tot een typologie behoort. Echter, het is goed mogelijk dat een gemeente de drempelwaarde niet haalt maar toch kenmerken van een bepaalde typologie bezit. De spin maakt inzichtelijk in hoeverre een gemeente kenmerken bezit van een bepaalde typologie. 28

29 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Figuur 2.1 De typologische kenmerken van gemeente Lelystad Lelystad heeft een sterk van het gemiddelde beeld afwijkende typologie. Het is de enige gemeente in Nederland die zowel New Town, groeigemeente als groene gemeente is. Lelystad scoort uiteraard in het geheel niet op de typen oude industriegemeente en historische gemeente. Verwacht mag worden dat een enigszins vergelijkbare typologie gevonden zal worden bij benchmarkgemeenten die ook door landwinning in het voormalige Zuiderzeegebied zijn ontstaan. In figuur 2.2. zijn de spinfiguren van enkele buurgemeenten gepresenteerd. 29

30 Figuur 2.2 Typologieën van enkele buurgemeente (Almere, Dronten en Zeewolde) van Lelystad 30

31 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Figuur 2.2 laat zien dat de vier getoonde gemeenten veel overeenkomsten in typologie hebben. Het zijn alle vier uitgesproken New Towns. Maar er zijn ook duidelijke verschillen. Almere heeft een meer ontwikkelde centrumfunctie en er wordt een sterkere groei dan in Lelystad verwacht. Dronten wordt ook verwacht sterker dan Lelystad te groeien (dit is gebaseerd op prognoses van vóór het besluit tot ontwikkeling van de luchthaven Lelystad) maar ontbeert net als Zeewolde een centrumfunctie. De agrarische functie is het minst in Almere ontwikkeld. 31

32 32

33 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 3 Duurzaamheids- en kapitaalscores Lelystad in vergelijking met de benchmarkgemeenten De 18 benchmarkgemeenten waarvoor Lelystad heeft gekozen zijn gekarakteriseerd in tabel 3.1. Tabel 3.1 Kenmerken van de geselecteerde benchmarkgemeenten Gemeente Inwoneraantal Opp. (ex water) km 2 Groen type New Town type Groei type Almelo , Almere , Amsterdam , Den Haag , Dronten , Haarlemmermeer , Harderwijk , Heerenveen , Helmond , Hoorn , Houten , Leusden , Lelystad , Purmerend , Rotterdam , Spijkenisse , Utrecht , Zeewolde , Zoetermeer , De grootste benchmarkgemeente qua inwoneraantal is Amsterdam en de kleinste Zeewolde. In landoppervlak is Lelystad, na Dronten en Zeewolde, de grootste gemeenten en Hoorn de kleinste. 33

34 In tabel 3.2 zijn de verschillen in duurzaamheidsscores van Lelystad en de benchmarkgemeenten samengevat, evenals de scores voor de drie kapitalen, steeds in aflopende volgorde. Tabel 3.2 Duurzaamheids- en kapitaalscores van Lelystad vergeleken met de benchmarkgemeenten No. Totaal score Ecologisch kapitaal Sociaal-cultureel kapitaal Economisch kapitaal 1 Houten 60,00 Zeewolde 61,86 Leusden 61,27 Utrecht 61,25 2 Leusden 56,86 Houten 60,35 Houten 60,73 Houten 58,93 3 Harderwijk 53,46 Almere 59,88 Haarlemmermeer 51,96 Amsterdam 58,81 4 Zeewolde 53,40 Leusden 57,38 Harderwijk 51,45 Rotterdam 56,85 5 Almere 51,32 Lelystad 55,94 Zeewolde 49,25 Haarlemmermeer 55,59 6 Haarlemmermeer 50,21 Dronten 55,04 Purmerend 47,90 Heerenveen 54,00 7 Hoorn 49,70 Harderwijk 54,95 Hoorn 47,11 Harderwijk 53,99 8 Dronten 49,57 Hoorn 51,84 Dronten 47,01 Almere 53,38 9 Purmerend 49,39 Zoetermeer 50,15 Amsterdam 46,85 Leusden 51,92 10 Zoetermeer 49,24 Helmond 50,11 Zoetermeer 46,63 Zoetermeer 50,94 11 Utrecht 48,67 Purmerend 49,50 Heerenveen 46,04 Purmerend 50,78 12 Heerenveen 48,57 Heerenveen 45,67 Utrecht 43,36 Hoorn 50,15 13 Amsterdam 47,94 Den Haag 45,26 Almere 40,69 Den Haag 49,62 14 Lelystad 45,46 Spijkenisse 44,19 Den Haag 40,08 Zeewolde 49,10 15 Den Haag 44,99 Haarlemmermeer 43,09 Helmond 39,07 Almelo 49,05 16 Helmond 44,70 Utrecht 41,39 Almelo 38,70 Dronten 46,67 17 Rotterdam 44,13 Almelo 41,11 Spijkenisse 38,70 Lelystad 45,96 18 Almelo 42,96 Rotterdam 40,29 Rotterdam 35,25 Helmond 44,93 19 Spijkenisse 39,65 Amsterdam 38,16 Lelystad 34,48 Spijkenisse 36,07 Gemiddeld 49,0 49,8 45,6 51,5 Lelystad neemt in het duurzaamheidsonderzoek onder de 403 Nederlandse gemeenten de 368 ste plaats in. Wanneer Lelystad, zoals getoond in tabel 3.2, wordt vergeleken met de benchmarkgemeenten neemt het met een totaal score op duurzaamheid van 45,5% de 14 de plaats in onder de in totaal 19 gemeenten. Lelystad scoort daarmee relatief laag op duurzaamheid. Anderzijds heeft de ligging van Lelystad, met de verwachte komst van een containerhaven en luchthaven en gelegen in de weidse polder aan het IJssel- en Markermeer veel potentie. De realisering van de Hanzelijn in 2012 en de nog aan te brengen aanpassingen aan het rijkswegennet (o.a. 3e afslag A6) zijn belangrijk voor de economische positionering en profilering van Lelystad. In de begin 2014 vastgestelde Structuurvisie Lelystad 2023 is het accent van groei en doorontwikkeling aangevuld met onderhoud en beheer van de bestaande stad en daarmee komt er een grotere focus op kwaliteit. 34

35 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Een blik op de kapitaalscores laat zien dat Lelystad met een score van 55,9% op het ecologisch kapitaal en een 5 e plaats bij dit kapitaal onder de benchmarkgemeenten het goed doet. Daar staat echter tegenover dat de score van 34,5% op het sociaal-cultureel kapitaal het laagste is van de benchmarkgemeenten, en daarmee nog lager is dan deze score in Rotterdam en Spijkenisse. Het economisch kapitaal scoort in Lelystad met 45,9% beter. Maar in dit opzicht moet Lelystad de buurgemeenten Dronten, Zeewolde en Almere voor laten gaan en doet Lelystad het alleen beter dan Spijkenisse en Helmond. Het bovenstaande globale beeld geeft aan dat voor de duurzame ontwikkeling van Lelystad het sociaal-cultureel kapitaal maar ook het economisch kapitaal extra aandacht behoeven. Waaraan dat precies ligt komt in de volgende hoofdstukken aan de orde. 35

36 36

37 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 4 Scores van de duurzaamheidsvoorraden van Lelystad In dit hoofdstuk worden de scores op voorraad(thema)niveau getoond voor de gemeente Lelystad. Voor het overzicht zijn deze uitkomsten samengebundeld in de vorm van een spinfiguur met 19 assen in figuur 4.1. Deze figuur laat de duurzaamheidsscores van de verschillende voorraden in Lelystad zien in vergelijking met de gemiddelde duurzaamheidsscores van alle 403 gemeenten in Nederland. Figuur 4.1 Scores voorraden Lelystad ten opzichte van gemiddelde scores van alle gemeenten De uitkomsten tonen dat de eerder genoemde relatief goede score voor het ecologisch kapitaal vooral wordt veroorzaakt door hoge duurzaamheidsscores op hinder en calamiteiten, natuur en landschap, en op energie en klimaat. De erg lage score op het sociaal-cultureel kapitaal wordt veroorzaakt door lage scores op 37

38 de voorraden sociale samenhang, participatie, kunst en cultuur, veiligheid en onderwijs. De wat betere maar nog steeds lage score voor het economisch kapitaal moet vooral toegeschreven worden aan lage scores voor economische structuur en infrastructuur en bereikbaarheid. Daarentegen scoren ruimtelijke vestigingsvoorwaarden en kennis wat beter dan het landelijke gemiddelde. Figuur 4.2 laat de duurzaamheidsscores op voorraadniveau voor Lelystad zien in vergelijking met de 18 benchmarkgemeenten van deze studie. Figuur 4.2 Scores voorraden Lelystad en gemiddelde voorraadscores voor de benchmarkgemeenten De verschillen tussen Lelystad en de 18 benchmarkgemeenten zijn wat minder uitgesproken dan bij de vergelijking met het landelijke gemiddelde, maar dezelfde tendensen blijven zichtbaar. Dit komt mede omdat de 18 benchmarkgemeenten een flink deel van de Nederlandse bevolking representeren. In de volgende hoofdstukken zal nog meer in detail op de verschillen worden ingegaan. Eerst wordt per voorraad naar de indicatoren waaruit de voorraden zijn samengesteld gekeken. 38

39 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 5 Totaalbeeld van de duurzaamheidsscores op indicatorniveau voor Lelystad In dit hoofdstuk wordt op basis van de data die voor het benchmarken zijn verzameld een beeld gegeven van de duurzaamheid in Lelystad. Daarbij wordt volgens de systematiek die Telos heeft ontwikkeld in taartdiagrammen getoond hoe de indicatoren voor elke voorraad scoren ten opzichte van de door Telos geformuleerde duurzaamheidsdoelen. Voor inzicht in de duurzaamheidsdoelen wordt de lezer verwezen naar de per indicator opgestelde factsheets. Deze factsheets zijn onderdeel van de Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid 3 en als gezegd in een apart rapport bij dit benchmarkrapport beschikbaar. Het benchmarken van de uitkomsten in Lelystad met die in andere steden zal in het volgende hoofdstuk aan de orde komen. Onderstaand zullen per kapitaal de voorraden en hun samenstellende indicatoren worden besproken. In taartdiagrammen is elke indicator een kleur gegeven op basis van een behaalde percentuele score. Een indicator met een score tussen de 0-25% krijgt een rode kleur, tussen 25-50% krijgt oranje, tussen 50-75% groen en tussen % een gouden kleur. Het % drukt in beginsel de mate uit waarin Lelystad het door Telos gedefinieerde duurzaamheidsdoel benadert. Zie bijlage 1 voor meer uitleg over de taartdiagrammen. Per voorraad zal kort worden aangegeven wat het kenmerk van de gebruikte indicatoren is en voor welk meetjaar de gebruikte waarden gelden. Er is altijd enige vertraging in het meetjaar, mede omdat niet alle indicatoren jaarlijks worden gemeten. Voor de bronnen van de gegevens wordt naar bijlage 2 verwezen. 5.1 Taartdiagrammen voor het ecologisch kapitaal In deze paragraaf worden achtereenvolgens de volgende voorraden besproken: bodem en grondwater, lucht, hinder en calamiteiten, oppervlaktewater, natuur en landschap, energie en klimaat, en grond(afval)stoffen. De beelden van elk taart- 3 Verkrijgbaar via 39

40 diagram spreken voor zich. Daarom zal elke voorraad slechts kort worden toegelicht Bodem en grondwater In de voorraad bodem en grondwater worden de indicator Op het land gebrachte hoeveelheid mest (meetjaar 2011) en Aantal humane spoedlocaties bodemsanering (2012) in beeld gebracht. Lelystad kent geen bodemsaneringsproblematiek, maar het deels agrarische karakter van de gemeente leidt wel tot een behoorlijke belasting van de bodem met mest Lucht 40

41 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad De duurzaamheidsscore voor de lucht in Lelystad is gunstig waar het de Concentratie (GCN) met Fijn stof (PM10) (2012) en Stikstofoxiden (2012) betreft. Ook is de score voor de Emissie van Fijn stof (2011) naar de lucht goed. De duurzaamheidscore voor de eigen Emissie aan Stikstofoxiden (2011) en Vluchtige organische stoffen (VOS) (2011) is ongunstig evenals die van kooldioxide (2011). De lage duurzaamheidsscore voor de CO2 emissie is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de Maxima (voormalige Flevo-) centrale, die door het stoken van gas energie levert aan een veel groter gebied dan de gemeente Lelystad. Daarnaast heeft Lelystad een houtgestookte centrale die tevens energie voor stadsverwarming levert. Nader onderzoek zal moeten uitwijzen hoe de verschillende CO2 bronnen in Lelystad er voor staan. De begeleidende andere vervuilende stoffen emitteren deze centrales boven leefniveau in de lucht zodat die niet tot verhoogde concentraties in Lelystad leiden De duurzaamheidsscore voor de Concentratie aan Vluchtige organische stoffen in Lelystad is ongunstig, mogelijk mede door de nabijheid van bronnen in naburige gemeenten en het passerende vliegverkeer van en naar Schiphol Hinder en calamiteiten Binnen de voorraad hinder en calamiteiten scoort de indicator Kans op een ramp (aandeel landoppervlak dat onder een 10-6 risicocontour valt) (meetjaar 2013) goed, evenals Overlast door stank/stof/vuil (2012). De ervaren geluidsoverlast (2012) scoort daarentegen tamelijk ongunstig. 41

42 5.1.4 Oppervlaktewater De Ecologische en de Chemische toestand van het oppervlaktewater (2012/2013) tonen een lage tot zeer lage duurzaamheidsscore. Onder het oppervlaktewater wordt niet het Markermeer verstaan, maar kleinere binnenwateren van de gemeente. Deze lage scores resulteren uit de normen die worden gehanteerd in de Europese Kaderrichtlijn Water Natuur en landschap De indicatoren van de voorraad natuur en landschap laten allen een hoge tot zeer hoge duurzaamheidsscore zien. Het Aandeel recreatief binnenwater (2010) en de geringe afstand tot openbaar groen (2008) springen er als het meest gunstig uit. Soortenrijkdom ( ), Tevredenheid groen in de buurt (2012) en Aandeel bos en natuurlijk terrein (2010) vertonen eveneens een gunstige score. 42

43 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Energie en klimaat Ook de voorraad energie en klimaat toont gunstig scorende indicatoren, waarbij Stadsverwarming (2011), Windenergie vermogen (2013), Gasverbruik huishoudens (2011) en het Energielabel van woningen (2013) het meest in het oog springen. Het hoge aandeel stadsverwarming zal deels een verklaring voor het gunstig scoren op gasverbruik kunnen geven. Het Elektriciteitsverbruik van huishoudens (2011) en de inzet van Zonnestroom (2013) scoren ook gunstig en hebben nog perspectief tot verbetering Grond- en afvalstoffen 43

44 De voorraad grond- en afvalstoffen (meetjaar 2011) vertoont minder gunstige resultaten voor Oud papier en karton, GFT-afval en Plastic afval. Iets beter zijn de resultaten voor Huishoudelijk restafval en Verpakkingsglas. 5.2 Taartdiagrammen voor het sociaal-cultureel kapitaal Achtereenvolgens worden de volgende voorraden van het sociaal-cultureel kapitaal besproken: sociale samenhang, participatie, kunst en cultuur, veiligheid, woonomgeving, en onderwijs Sociale samenhang De voorraad sociale samenhang is een cruciale voorraad voor het begrijpen van de duurzaamheidsscore van een gemeente omdat uit de Nationale Monitor is gebleken dat de score voor deze voorraad sterk correleert met andere sociale voorraden zoals participatie en deels ook met ecologische voorraden, zoals hergebruik van afvalstoffen. Sociale samenhang is een voorraad die in Lelystad erg laag scoort door het relatief grote aantal Arme huishoudens (2011) en het geringe aantal Vrijwilligers ( ). Ook sociale cohesie, zoals door het CBS gemeten, scoort ongunstig (2011). 44

45 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Participatie De indicatoren van de voorraad participatie laten een gemengd beeld zien. Mantelzorg, hier gedefinieerd als het percentage 19 jaar en ouder dat minimaal 8 uur per week en/of langer dan drie maanden mantelzorg verleent (2012) scoort gunstig. Langdurige werkloosheid, dat is het aandeel niet-werkende werkzoekenden op de gehele beroepsbevolking dat langer dan 36 maanden werkzoekend is (2013) scoort erg ongunstig en in iets mindere mate geldt dit ook voor de langdurige bijstand (2012). De opkomst bij landelijke (2012) en gemeenteraadsverkiezingen (2010) is tamelijk laag Kunst en cultuur 45

46 De voorraad kunst en cultuur is samengesteld uit drie indicatoren waarop Lelystad laag tot zeer laag scoort. Uiteraard mag niet verwacht worden dat in een New Town veel Rijksmonumenten (2013) te vinden zijn. Maar ook het aanbod aan podiumkunsten binnen een straal van 20 km (2011), en aan musea, gemeten als de gemiddelde afstand tot het dichtstbijzijnde museum (2009) scoren laag en zouden mogelijk verbeterd kunnen worden. Mogelijk is de komst van het Agora theater nog niet in de bij het CBS verkregen cijfers verdisconteerd Gezondheid De indicatoren voor gezondheid variëren sterk in hun duurzaamheidsscore. De afstand tot het ziekenhuis (2012) en de kwaliteit van het dichtstbijzijnde ziekenhuis (2013) scoren (zeer) gunstig. Iets minder gunstig scoort het aanbod van huisartsenpraktijken (2011) en het riskant gedrag (zware rokers, drinkers en mensen met obesitas) (2012) Zeer ongunstige scores worden aangetroffen bij onvoldoende bewegen (% inwoners tussen 19 en 65 jaar dat niet voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen) (2012), chronisch zieken (% inwoners van 19 jaar en ouder met minstens één door een arts vastgestelde, chronische aandoening) (2012) en levensverwachting ( ). Ook wordt de eigen gezondheid niet vaak als goed of zeer goed beoordeeld (2012). In het algemeen geeft dit beeld aan dat het aanbod van gezondheidsvoorzieningen wel gunstig scoort maar dat de gezondheidskenmerken van de bevolking minder gunstig scoren. Een verband met de eerder genoemde indicator arme huishoudens lijkt waarschijnlijk. 46

47 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Veiligheid De duurzaamheidsscore voor de voorraad veiligheid is niet gunstig, maar dit fluctueert per indicator. De score op Verkeersonveiligheid ( ) is gunstig, maar de scores voor Vandalisme ( ), Geweldsdelicten ( ) en Vermogensdelicten ( ) zijn zeer ongunstig. Deze drie indicatoren vertonen landelijk doorgaans een sterke correlatie met de indicator arme huishoudens. Ook Jeugdcriminaliteit (2010) en Onveiligheidsgevoel (2011), gemeten in de politieregio waarin Lelystad ligt, scoren niet gunstig Woonomgeving De indicatoren voor de woonomgeving in Lelystad scoren over het geheel genomen gunstig. De indicator Bevolkingsontwikkeling, het vijfjaargemiddelde saldo van geborenen en overledenen ( ), scoort het meest positief. Ook zijn er 47

48 gunstige scores voor het Verhuissaldo ( ), de mediane WOZ-waarde van de woningen in de gemeente (2010) en de Tevredenheid van de inwoners met het winkelaanbod in de buurt (2012). Iets minder gunstige scores worden aangetroffen voor het Woningtekort (aantal gereed gekomen woningen per inwoners) ( ), de gemiddelde Afstand tot een grote supermarkt (2012) en het % van de bevolking dat tevreden tot zeer tevreden is over de Woonomgeving (2012) Onderwijs De voorraad onderwijs is uit zeven flink wisselend scorende indicatoren opgebouwd. Het Aanbod aan basisscholen binnen een straal van 3 km (2012) scoort zeer goed. Dat is minder het geval voor het Aanbod aan middelbare scholen binnen een straal van 5 km (2012). Ook is de score voor het Opleidingsniveau van de bevolking (2010), het Eindexamen cijfer ( ) en het Onvertraagd doorstromen naar het behalen van een diploma (2012) matig. Jeugdwerkloosheid (2013) en Voortijdige schoolverlaters (% leerlingen dat zonder op zijn minst een MBO niveau 1 diploma het onderwijs verlaat) (2011) scoren echter zeer laag. Beide laatste indicatoren zijn gecorreleerd en belangrijke oorzaken van langdurige gerelateerde sociale problemen. 48

49 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 5.3 Taartdiagrammen voor het economisch kapitaal Achtereenvolgens komen wat betreft het economisch kapitaal aan de orde de voorraden arbeid, ruimtelijke vestigingsvoorwaarden, economische structuur, infrastructuur en bereikbaarheid, en tenslotte kennis Arbeid Binnen de voorraad arbeid scoort Benutting arbeidspotentieel, dat is het aandeel van de totale werkzame beroepsbevolking in de potentiele beroepsbevolking (2012), goed. Arbeidsongeschiktheid (2012) en Werkloosheid (2013)scoren echter erg ongunstig. Minder ongunstig zijn de scores voor Ontgroening en vergrijzing (aandeel van en jarigen in de beroepsbevolking ten opzichte van het nationale gemiddelde) (2012) en Werkgelegenheidsfunctie (de verhouding tussen het aantal banen en de omvang van de totale beroepsbevolking (2012). Al met al zijn er binnen de voorraad arbeid punten van zorg, die deels met de huidige conjunctuur in verband staan en deels met de samenstelling en het opleidingsniveau van de bevolking te maken hebben. 49

50 5.3.2 Ruimtelijke vestigingsvoorwaarden De ruimtelijk vestigingsvoorwaarden in Lelystad scoren met uitzondering van Leegstand kantoorruimte, die op COROP niveau is gemeten (2012), en de Netto/bruto verhouding bij bedrijventerreinen in Lelystad (2013) goed tot zeer goed. Er is een zeer gunstige score voor de Voorraad bedrijventerreinen (het totale aanbod uitgeefbaar bedrijventerrein in de gemeente) (2013) en het Aandeel verouderd bedrijventerrein (2013), waarin de unieke voorgeschiedenis van Lelystad - en de andere gemeenten in Flevoland - tot gelding komt Economische structuur 50

51 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Binnen de voorraad economische structuur is er een gemengd beeld. Enerzijds valt een zeer gunstige score voor het Aandeel startende bedrijven (2013) op. Maar er zijn ook veel faillissementen gezien de matige score op Opheffingen (2012), een indicator die overigens op COROP niveau is gemeten. Zeer ongunstig scoort het Bruto Regionaal Product per hoofd (2011) dat ook op COROP niveau is gemeten. Besteedbaar inkomen (2011) en Aandeel topsectoren (2012), dat is het aandeel van banen in de zogenaamde topsectoren ten opzichte van het totaal aantal banen, scoren matig in de gemeente. Er is globaal gesproken nog maar weinig hoogwaardige economische activiteit Infrastructuur en bereikbaarheid Lelystad is per Spoor (2012) goed ontsloten, gegeven de gemiddelde afstand van de woningen tot een treinstation. Dat is op dit moment volgens de gegevens van het CBS, die zijn gebaseerd op de gemiddelde afstand van de woningen tot een oprit van een hoofdsnelweg, veel minder het geval voor de Ontsluiting via hoofdwegen (2012). 51

52 5.3.5 Kennis Binnen de voorraad kennis scoort het relatieve aandeel banen in de High en medium tech werkgelegenheid (2012) zeer gunstig. Onder de indicatoren scoort de Capaciteit WO/HBO (2011/2012), dat is het % ingeschreven WO en HBO studenten van de populatie, maar matig. Het Aandeel hoog opgeleiden (2012) van de beroepsbevolking met minimaal een afgeronde HBO of WO opleiding en de Bijdrage van het aantal banen in de creatieve industrie (2012) ten opzichte van het totaal aantal banen zouden eveneens gebaat zijn bij verbetering. 5.4 Samenvatting zeer ongunstig en zeer gunstig scorende indicatoren Zeer ongunstig scorende indicatoren Bovenstaande resultaten geven aan dat er een aantal zeer ongunstig scorende (rood kleurende) indicatoren zijn gevonden. Deze indicatoren zijn respectievelijk: Ecologisch kapitaal: Emissie CO 2 Luchtconcentratie vluchtige organische (koolwater)stoffen Chemische toestand oppervlaktewater Sociaal-cultureel kapitaal: Arme huishoudens Vrijwilligers Langdurige werkloosheid Podiumkunsten Rijksmonumenten Onvoldoende bewegen Chronisch zieken 52

53 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Levensverwachting Vandalisme Geweldsdelicten Vermogensdelicten Jeugdwerkloosheid Voortijdig schoolverlaters Economisch kapitaal: Werkloosheid Arbeidsongeschiktheid Netto/bruto verhouding bedrijventerreinen Leegstand kantoorruimte BRP per hoofd Ontsluiting hoofdwegen De meeste (13 van de in totaal 22) indicatoren in deze ongunstig scorende categorie behoren tot het sociaal-cultureel kapitaal en lijken samen te hangen met de lage inkomens van de bevolking Zeer gunstig scorende indicatoren Aan de andere kant zijn er ook een aantal zeer gunstig scorende (goud gekleurde) indicatoren in de gemeente Lelystad. Dit zijn respectievelijk: Ecologisch kapitaal: Bodemsanering Luchtconcentratie stikstofoxiden Luchtconcentratie fijn stof Kans op ramp Afstand tot openbaar groen Aandeel recreatief binnenwater Stadsverwarming Windenergie Gasverbruik huishoudens Sociaal-cultureel kapitaal: Afstand ziekenhuis Bevolkingsontwikkeling Aanbod basisscholen Economisch kapitaal: Voorraad bedrijventerreinen Aandeel verouderd bedrijventerrein Aandeel starters High en medium tech werkgelegenheid Beide groepen extreem scorende indicatoren zullen in de volgende paragraaf nader worden uitgewerkt tegen de achtergrond van de benchmark gemeenten. Dit 53

54 wil uiteraard niet zeggen dat de overige indicatoren geen enkele aandacht van het bestuur behoeven. Maar voor deze rapportage wordt de focus bij de extremen gelegd. 54

55 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 6 Benchmarking van de in Lelystad opvallend scorende indicatoren In dit hoofdstuk worden de scores van een aantal indicatoren die er positief dan wel negatief uitspringen voor de gemeente Lelystad besproken. De scores van deze indicatoren worden in het perspectief gezet van de benchmarkgemeenten zodat kan worden gekeken of de afwijkende score ook in andere vergelijkbare gemeenten optreedt dan wel dat het een specifieke situatie van de gemeente Lelystad betreft. Daarbij speelt als achtergrond uiteraard de ontstaansgeschiedenis van Lelystad een belangrijke rol. Hoe uniek de in het vorige hoofdstuk beschreven kenmerken van Lelystad zijn zal nu blijken door deze voor de extreem scorende (rode en gouden) indicatoren te vergelijken met die in andere gemeenten. 6.1 Benchmark zeer ongunstig scorende indicatoren Lelystad Benchmark Emissie CO 2 De duurzaamheidsscore voor CO 2 emissie is in Lelystad laag en vergelijkbaar met die in grote gemeenten als Amsterdam en Utrecht. Alleen in Rotterdam is de 55

56 score nog lager. Dit betekent dat Lelystad relatief veel CO 2 uitstoot. Een van de belangrijke oorzaken hiervan is de bijdrage van de energiecentrale. Hoe om te gaan met deze grote emissie zal in de te ontwikkelen aanpak om klimaatneutraal te worden een plek moeten krijgen. Naast de centrale zal ook de uitbreiding van het luchtverkeer hierbij betrokken moeten worden. Lelystad heeft daarmee met een problematiek te maken die qua omvang vergelijkbaar is met die van de G Benchmark indicator Vluchtige Organische Stoffen De lage duurzaamheidsscore voor de concentratie aan vluchtige organische (koolwater)stoffen wijkt niet af van die in de buurgemeenten. De helft van de benchmarkgemeenten vertoont een zelfde beeld als Lelystad. Toch is de situatie in de G4 beduidend gunstiger. Nader onderzoek lijkt gewenst om een duidelijker beeld van de oorzaken voor de ongunstige scores te krijgen Benchmark indicator Chemische toestand oppervlaktewater 56

57 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad De chemische kwaliteit van het oppervlakteater scoort laag in Lelystad terwijl deze score bij geografisch vergelijkbare gemeenten als Dronten, Almere en Zeewolde duidelijk hoger is. Het gaat bij deze oppervlaktewateren niet om het Markermeer maar om lokale binnenwateren. Mogelijk zijn landbouw emissies hieraan debet Benchmark indicator Arme huishoudens De indicator arme huishoudens scoort laag in Lelystad. Lelystad deelt dit kenmerk met grote gemeenten als Rotterdam, Amsterdam, Den Haag en Utrecht. Almere vertoont een hierop gelijkend beeld. Een gunstiger score voor arme huishoudens wordt aangetroffen bij Dronten en Zeewolde. Al is de situatie in Lelystad niet uniek toch lijkt hier een belangrijke uitdaging voor de gemeente te liggen. Enerzijds om voor de bestaande huishoudens perspectief te bieden en anderzijds om met nieuwe initiatieven het aandeel arme huishoudens te proberen verkleinen Benchmark indicator Vrijwilligers 57

58 De lage score voor vrijwilligers komt bij het merendeel van de benchmarkgemeenten voor, al vertonen Zeewolde en Dronten beduidend betere scores Benchmark indicator Langdurige werkloosheid Lelystad kent een ongunstige score voor langdurige werkloosheid zoals meerdere grote gemeenten. Maar de meeste benchmarkgemeenten laten een betere score zien, waaronder ook Dronten, Almere en Zeewolde. Ook deze indicator illustreert de unieke uitdaging voor Lelystad hoe het als middelgrote gemeente problematische kenmerken van de G4 steden van zich af kan schudden. 58

59 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Podiumkunsten De duurzaamheidsscore voor podiumkunsten is in Lelystad erg laag, evenals bij de buurgemeenten. Bij de meeste benchmarkgemeenten is dat anders. Hierbij speelt vermoedelijk een rol dat voor culturele activiteiten al snel naar de relatief nabij gelegen plus gemeenten wordt gekeken. Toch is elke stad erbij gebaat ook een cultureel hart te hebben Benchmark indicator Rijksmonumenten Lelystad behoort tot de groep van gemeenten die door inpoldering of als New Town relatief recent zijn ontstaan. Hierdoor worden er logischerwijs volgens de gebruikte bron nauwelijks tot geen Rijksmonumenten aangetroffen. Maar de gemeente zou kunnen uitkijken naar plaatsvervangende culturele events en objecten. 59

60 6.1.9 Benchmark indicator Onvoldoende bewegen Voor enkele ongunstig scorende gezondheidsindicatoren geldt dat ook hierbij Lelystad kenmerken van grote gemeenten vertoont, die vermoedelijk samenhangen met de grote groep arme huishoudens in de gemeente. Dit doet zich voor bij onvoldoende bewegen, chronisch zieken (6.1.10), en levensverwachting (6.1.11) Benchmark indicator Chronisch zieken Op het punt van chronisch zieken scoort Lelystad als laagste van alle benchmark gemeenten. Een nader verkenning waarom dit zo is en of hierin verandering kan worden gebracht lijkt op zijn plaats. 60

61 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Levensverwachting Ook de levensverwachting vertoond in Lelystad een score die sterk lijkt op die uit de G4 en enkele andere benchmark gemeenten. In de andere Flevoland gemeenten worden echter gunstiger scores aangetroffen. Dit lijkt ook een punt voor nader onderzoek Benchmark indicator Vandalisme Bij vandalisme, geweldsdelicten (6.1.13) en vermogensdelicten (6.1.14) komt eveneens een vergelijkbaar beeld als bij Rotterdam en Den Haag naar voren. Vandalisme is echter in Almere, Amsterdam, Zeewolde en Dronten minder problematisch. 61

62 Benchmark indicator Geweldsdelicten Het zelfde beeld als bij vandalisme wordt bij de indicator geweldsdelicten aangetroffen waarbij een grotere groep gemeenten net als Lelystad ongunstig scoort Benchmark indicator Vermogensdelicten Ook voor vermogensdelicten geldt een zelfde beeld als voor vandalisme en geweldsdelicten is geschetst. 62

63 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Jeugdwerkloosheid Verder blijken de scores van Lelystad voor de indicatoren jeugdwerkloosheid en voortijdige schoolverlaters ook betrokken bij de grote steden problematiek, al weten bijvoorbeeld Amsterdam en Zeewolde het goed te doen op het punt van jeugdwerkloosheid Benchmark indicator Voortijdige schoolverlaters Dronten heeft minder dan Lelystad met voortijdige schoolverlaters te maken. 63

64 Benchmark indicator Werkloosheid De duurzaamheidsscore voor werkloosheid is in Lelystad laag, evenals in de grote gemeenten en Almelo en Almere. Deze situatie geeft de indruk dat Lelystad hier erg van de conjunctuur afhankelijk is Benchmark indicator Arbeidsongeschiktheid Arbeidsongeschiktheid is een specifiek in Lelystad en gemeenten als Hoorn, Purmerend en Almelo optredende problematiek. 64

65 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Netto\bruto verhouding bedrijventerreinen Lelystad scoort het laagst op de indicator netto/bruto verhouding bij bedrijfsterreinen. In Almere en Zeewolde komt een zelfde lage score voor. Vermoedelijk is de oorzaak dat ruimte niet erg schaars is en economische ontwikkeling minder snel verloopt dan bij de aanleg werd verwacht Benchmark indicator Leegstand kantoorruimte Op het punt van leegstand kantoorruimte wordt in Lelystad een zelfde beeld aangetroffen als in de buurgemeenten in Flevoland. 65

66 Benchmark indicator BRP per hoofd Lelystad heeft net als de buurgemeenten te maken met een bevolking met een zeer laag BRP per hoofd. Gezien de vele sociaal-culturele kenmerken die hiermee samen hangen zou deze situatie de buurgemeenten en Lelystad kunnen uitdagen ook een gezamenlijke duurzame aanpak voor deze problematiek te ontwikkelen Benchmark indicator Ontsluiting hoofdwegen De ontsluiting van de hoofdwegen laat een zeer lage score zien in Lelystad, vergelijkbaar met die in Spijkenisse en Den Haag. De buurgemeenten scoren op deze indicator aanzienlijk beter. 66

67 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 6.2 Benchmark zeer gunstig scorende indicatoren Lelystad Onderstaand zijn een aantal zeer gunstig scorende indicatoren in beeld gebracht ten opzichte van de benchmarkgemeenten. Binnen deze groep scoort Lelystad bijvoorbeeld als beste op de onderdelen bodemsanering, kans op een ramp, aandeel recreatief oppervlaktewater, voorraad bedrijventerreinen, en werkgelegenheid in de high en medium tech sector. Er liggen kansen om de hieraan verbonden identiteit van de gemeente verder te versterken en als basis te gebruiken voor de aanpak van hiervoor gesignaleerde duurzaamheiduitdagingen.. Verder scoort Lelystad ook hoog in vergelijking met de benchmarkgemeenten waar het gaat om de afstand tot openbaar groen, de inzet van windenergie, en het aandeel starters. Onderstaand is voor alle hoog scorende indicatoren in staafdiagrammen de vergelijking met de benchmarkgemeenten weergegeven. Daarbij spreken de beelden voor zich Benchmark indicator Bodemsanering 67

68 6.2.2 Benchmark indicator luchtconcentratie stikstofoxiden Benchmark indicator luchtconcentratie fijn stof 68

69 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Kans op ramp Benchmark indicator Afstand tot openbaar groen 69

70 6.2.6 Benchmark indicator Aandeel recreatief binnenwater Benchmark indicator Stadsverwarming 70

71 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Windenergie Benchmark indicator Gasverbruik huishoudens 71

72 Benchmark indicator Afstand ziekenhuis Benchmark indicator Bevolkingsontwikkeling 72

73 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator Aanbod basisscholen Benchmark indicator Voorraad bedrijventerreinen 73

74 Benchmark indicator Aandeel verouderd bedrijventerrein Benchmark indicator Aandeel starters 74

75 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Benchmark indicator High en medium tech werkgelegenheid 6.3 Resultaat benchmarking Per saldo heeft het benchmarken laten zien dat onder de zeer ongunstig scorende indicatoren er enkele uitspringen die vooral in Lelystad worden aangetroffen. De meeste hiervan betreffen het sociaal-cultureel kapitaal. Er komen relatief vaak delicten en vandalisme voor. Ook heeft Lelystad op cultureel gebied weinig te bieden. Verder kent Lelystad veel chronisch zieken en een hoge arbeidsongeschiktheid onder de beroepsbevolking. Bij het economisch kapitaal valt op dat het BRP per hoofd laag is en de aansluiting op het hoofdwegennet laag scoort. Bij het ecologisch kapitaal doet de CO2 emissie niet onder voor die van de G4 steden en het lokale oppervlaktewater is chemisch meer vervuild dan bij andere Flevoland gemeenten. Ook zijn er unieke gunstig scorende indicatoren aangetroffen. De meeste zijn onderdeel van het ecologisch kapitaal. De bodem en de lucht zijn in Lelystad nog schoon, er is veel openbaar groen en recreatief binnenwater en de nieuwe technologie voor de energietransitie is volop in Lelystad te vinden. Binnen het economisch kapitaal zijn sterke punten de beschikbaarheid van bedrijventerreinen, een hoog aandeel starters en de werkgelegenheid in de high en medium tech sector. Met deze opsomming zijn eerste contouren van belangrijke kansen en uitdagingen op duurzaamheid gebied voor Lelystad geschetst. Maar de uitwerking tot een duurzaamheidsstrategie en uitvoeringsplan is sterk afhankelijk van bestuurlijke keuzes over de ontwikkelingsrichting van de gemeente. 75

76 76

77 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 7 Conclusies De hierboven geschilderde benchmarkanalyse van Lelystad leidt tot de volgende conclusies en aanbevelingen. 7.1 De bevolking in Lelystad heeft gemiddeld een laag inkomen De bevolking van Lelystad heeft gemiddeld een relatief laag inkomen. De daarmee gecorreleerde sociale duurzaamheidskenmerken maken dat Lelystad in sociaal opzicht overeenkomstige problemen kent (vandalisme, delicten, etc.) als de grote steden in Nederland. Tegelijk liggen hierin ontwikkelingsrichtingen die van groot belang zijn om in de toekomst Lelystad duurzamer te maken. Lelystad heeft immers niet de gebruikelijke voordelen van de grote stad die kansen tot sociale stijging van bevolkingsgroepen bieden. De duurzaamheidsuitdaging is daarmee om alternatieve ontwikkelingstrajecten te ontwerpen en bevorderen die aansluiten bij de bestaande bevolkingssamenstelling. 7.2 Lelystad is de enige Nederlandse gemeente die tegelijk New Town, groeigemeente en groene gemeente is Lelystad kent een sterk van het gemiddelde beeld afwijkende typologie. Het is de enige gemeente in Nederland die zowel New Town, groeigemeente als groene gemeente is. Lelystad heeft niet zo n uitgesproken centrumfunctie als Almere. Naast de agrarische en logistieke rol, heeft Lelystad ook de ambitie de toeristische sector te ontwikkelen, de woonkwaliteit te verbeteren en, recent, de uitbreiding van luchthaven Schiphol te accommoderen. Daarnaast is de eigen te spelen rol niet los te zien van gemeenten in de omgeving zoals Almere en wat verder weg Amsterdam. Het duurzaamheidsbeleid zal geënt zijn op de eigen gekozen identiteit van Lelystad binnen dit krachtenveld. 7.3 Lelystad heeft een lage duurzaamheidsscore (368 ste plaats), die vooral door de lage sociaal-culturele kapitaalscore wordt veroorzaakt Lelystad neemt in het duurzaamheidsonderzoek onder de 403 Nederlandse gemeenten de 368ste plaats in. Wanneer Lelystad wordt vergeleken met de benchmarkgemeenten neemt het met een totaal score op duurzaamheid van 45,5% de 14de plaats in onder de in totaal 19 gemeenten. Lelystad scoort daarmee relatief 77

78 laag op duurzaamheid. Anderzijds heeft de ligging van Lelystad in de weidse polder en aan het IJssel- en Markermeer, zeker wanneer een voorziene overslaghaven en een serieuze luchthaven worden aangelegd, veel economische potentie. De realisering van de Hanzelijn in 2012, de goedgekeurde uitbreiding van de luchthaven en de nog aan te brengen aanpassingen aan het rijkswegennet zijn belangrijk voor de economische positionering en profilering van Lelystad. In de begin 2014 vastgestelde Structuurvisie Lelystad 2023 is het accent van groei en doorontwikkeling aangevuld met onderhoud en beheer van de bestaande stad en daarmee komt er een grotere focus op kwaliteit. Een blik op de kapitaalscores laat zien dat Lelystad met een score van 55,9% op het ecologisch kapitaal en een 5e plaats bij dit kapitaal onder de benchmarkgemeenten het goed doet. Daar staat echter tegenover dat de score van 34,5% op het sociaal-cultureel kapitaal het laagste is van de benchmarkgemeenten, en daarmee nog lager is dan deze score in Rotterdam en Spijkenisse. Het economisch kapitaal scoort in Lelystad met 45,9% beter. Maar in dit opzicht moet Lelystad de buurgemeenten Dronten, Zeewolde en Almere toch voor laten gaan en doet Lelystad het alleen beter dan Spijkenisse en Helmond. Bovenstaand globale beeld geeft aan dat voor de duurzame ontwikkeling van Lelystad vooral het sociaal-cultureel kapitaal maar ook het economisch kapitaal extra aandacht behoeven, zonder de hoge score op het ecologisch kapitaal aan te tasten. 7.4 Voorraad scores wijzen oorzaken voor gunstige en ongunstige scores van de duurzaamheidskapitalen aan De uitkomsten op voorraadniveau tonen dat de relatief gunstige score van Lelystad voor het ecologisch kapitaal vooral wordt veroorzaakt door hoge duurzaamheidsscores op hinder en calamiteiten, natuur en landschap, en op energie en klimaat. De zeer ongunstige score op het sociaal-cultureel kapitaal wordt veroorzaakt door lage scores op de voorraden sociale samenhang, participatie, kunst en cultuur, veiligheid en onderwijs. De wat betere maar nog steeds ongunstige score voor het economisch kapitaal moet vooral toegeschreven worden aan lage scores voor economische structuur, en infrastructuur en bereikbaarheid. Daarentegen scoren ruimtelijke vestigingsvoorwaarden en kennis wat beter dan het landelijk gemiddelde. 7.5 Lelystad heeft 22 zeer ongunstig scorende indicatoren, waaronder 13 sociaal-culturele Een analyse met een verdere mate van detail binnen de voorraden, gepresenteerd in taartdiagrammen, laat de volgende 22 zeer ongunstig scorende indicatoren zien ten opzichte van de in deze studie gehanteerde duurzaamheidsdoelen: 78

79 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Ecologisch kapitaal: Emissie CO 2 Luchtconcentratie Vluchtige Organische Stoffen Chemische toestand oppervlaktewater Sociaal-cultureel kapitaal: Arme huishoudens Vrijwilligers Langdurige werkloosheid Podiumkunsten Rijksmonumenten Onvoldoende bewegen Chronisch zieken Levensverwachting Vandalisme Geweldsdelicten Vermogensdelicten Jeugdwerkloosheid Voortijdig schoolverlaters Economisch kapitaal: Werkloosheid Arbeidsongeschiktheid Netto/bruto verhouding bedrijventerreinen Leegstand kantoorruimte BRP per hoofd Ontsluiting hoofdwegen 7.6 Problemen waarbij vooral Lelystad ongunstig scoort Door deze uitkomsten met die van andere benchmarkgemeente te vergelijken is nagegaan of hierbij een voor Lelystad unieke situatie optreedt of dat vergelijkbare gemeenten in een zelfde situatie verkeren. De uitkomst van de vergelijking is dat er in Lelystad relatief vaak delicten en vandalisme voorkomen. Ook heeft Lelystad op cultureel gebied relatief weinig te bieden. Verder kent Lelystad veel chronisch zieken en een hoge arbeidsongeschiktheid onder de beroepsbevolking. Bij het economisch kapitaal valt op dat het BRP per hoofd laag is en de aansluiting op het hoofdwegennet laag scoort. Bij het ecologisch kapitaal doet de CO2 emissie niet onder voor die van de G4 steden en het lokale oppervlaktewater is chemisch meer vervuild dan bij andere Flevoland gemeenten. 7.7 Problemen waar alle Flevolandgemeenten mee worstelen Problemen waar alle Flevolandgemeenten mee lijken te worstelen zijn de hoge concentratie aan vluchtige organische stoffen, het lage aanbod aan 79

80 podiumkunsten, het onvoldoende bewegen, de leegstand van kantoorruimte en het lage BRP/hoofd. Sommige van deze indicatoren zijn overigens op COROP niveau gemeten en het is raadzaam om meer gedetailleerde gegevens voor Lelystad te raadplegen voordat aan deze uitkomsten beleidsconclusies worden verbonden. Anderzijds nodigen gezamenlijke problemen van de gemeenten in Flevoland ook uit tot een gezamenlijke aanpak ervan. 7.8 Problemen die Lelystad met grote steden gemeen heeft Ook heeft Lelystad door de ontwikkelingen in het verleden veel problemen gemeen met de grote gemeenten. Het gaat hierbij om het hoge aandeel arme huishoudens, langdurige werkloosheid, lagere levensverwachting, veel geweldsen vermogensdelicten, hoge (jeugd)werkloosheid, en veel voortijdige schoolverlaters. Zoals eerder opgemerkt zijn voor Lelystad niet de gebruikelijke schaalvergrotingsvoordelen te realiseren die in de grote steden kunnen worden nagestreefd om tot sociale stijging van armere bevolkingsgroepen te komen. Het is ook de vraag of dat wenselijk zou zijn. Het lijkt van belang dat Lelystad tot een eigen benadering van deze uitdaging komt die past bij het karakter van de gemeente en de aard van de bestaande bevolking. 7.9 Soms kunnen de oplossingen niet van de gemeente alleen worden verwacht Veel van de problemen, die Lelystad gemeen heeft met de andere Flevolandgemeenten en de grote steden, laten zien dat de beleidsmogelijkheden van het eigen gemeentelijk beleid zijn ingebed in grotere kaders zoals de conjunctuur en het beleid van Provincie, Rijk en EU. Toch, zoals blijkt uit de verschillen tussen de benchmarkgemeenten onderling, kunnen individuele gemeenten vaak een verschil maken, ook bij het bestrijden van criminaliteit, opleiding en werkloosheid Lelystad heeft 16 zeer gunstig scorende indicatoren Lelystad heeft ook een aantal zeer gunstig scorende indicatoren, vooral op ecologisch gebied. Dit zijn: Ecologisch kapitaal: Bodemsanering Luchtconcentratie stikstofoxiden Luchtconcentratie fijn stof Kans op ramp Afstand tot openbaar groen Aandeel recreatief binnenwater Stadsverwarming Windenergie Gasverbruik huishoudens 80

81 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Sociaal-cultureel kapitaal: Afstand ziekenhuis Bevolkingsontwikkeling Aanbod basisscholen Economisch kapitaal: Voorraad bedrijventerreinen Aandeel verouderd bedrijventerrein Aandeel starters High en medium tech werkgelegenheid De hoog scorende indicatoren bieden elementen voor de identiteit van Lelystad. Samenvattend zijn de bodem en de lucht in Lelystad nog schoon, is er veel openbaar groen en recreatief binnenwater en is de nieuwe technologie voor de energietransitie in Lelystad volop te vinden. Binnen het economisch kapitaal zijn sterke punten de beschikbaarheid van bedrijventerreinen, een hoog aandeel starters en de werkgelegenheid in de high en medium tech sector Opgave voor de toekomst Bovenstaande foto maakt de contouren van de identiteit van Lelystad zichtbaar: een gemeente met een gezond en aantrekkelijk milieu, een doortastende aanpak van de energie- en klimaatproblematiek, vol kansen voor agrarische en nieuwe economische activiteit waaronder de nieuwe luchthaven en de recreatie. En met de uitdaging om de eigen duurzaamheid op basis van de bestaande kwaliteiten en bevolking verder te profileren. Want in de genoemde ontwikkelingen zijn ook spanningen te onderkennen, zoals 1) verdere economische groei en behoud van de ecologische kwaliteit, en 2) verbeteren van de sociale veiligheid en het huisvesten van de bevolking die een relatief laag inkomen heeft. Het oplossen van dergelijke spanningen vraagt om een innovatieve benadering waaruit de pionierspositie van Lelystad spreekt en de eigen oplossingen die daarbij horen. Is de ontwikkelingsrichting gekozen, dan volgt daaruit welke duurzaamheidsvoorraden met voorrang om verbetering vragen en via welke deelactiviteiten (en bijpassende indicatoren) dat kan worden nagestreefd. Het geheel kan worden vormgegeven in een duurzaamheidsbalans met niet door Telos maar door Lelystad zelf gekozen prioritaire thema s en duurzaamheidsdoelen voor de lange termijn en voor de in de periode door het College en de Raad samen met andere stakeholders in de gemeente na te streven resultaten. 81

82 82

83 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad 8 BIJLAGEN Bijlage 1 Uitleg Telos methodiek Aanpak In het kort komt het beoordelen van de duurzaamheid van een stad volgens de Telosmethode neer op het volgende. 4 Telos gebruikt het zogeheten driekapitalenmodel, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen het economische, ecologische en sociaal-culturele kapitaal. Dit zijn de drie pijlers waarop de essentie van duurzame ontwikkeling steeds is gebaseerd. Duurzame ontwikkeling wordt opgevat als een ontwikkelingsproces gericht op het bevorderen van een evenwichtige groei (het in balans zijn) van de veerkracht en kwaliteit van de natuur (het ecologisch kapitaal), van het lichamelijke en geestelijke welzijn van mensen (het sociaal-cultureel kapitaal) en van de houdbaarheid van de economische productie en consumptie (het economisch kapitaal). Om te kunnen spreken van duurzame ontwikkeling moet worden voldaan aan drie eisen: Er moet sprake zijn van het gelijktijdig verbeteren van het economisch, ecologisch en het sociaal-cultureel kapitaal. Verbetering van het ene kapitaal mag niet ten koste gaan van één of beide andere kapitalen. De ontwikkeling moet houdbaar zijn over generaties heen: er mag geen afwenteling in de tijd plaatsvinden. De ontwikkeling moet ook houdbaar zijn op mondiaal niveau of, anders geformuleerd: er mag geen afwenteling in de ruimte plaatsvinden. Onze ontwikkeling mag niet ten koste gaan van die in andere gebieden en andere landen. Met deze integrale benadering wordt nadrukkelijk voor een breed perspectief op duurzame ontwikkeling gekozen. Het begrip heeft zowel een strategische dimensie (de langere termijn), als een normatieve dimensie (verantwoordelijkheid voor 4 Zie ook 83

84 andere schaalniveaus en toekomstige generaties). Het werken aan duurzame ontwikkeling vraagt een commitment van alle betrokkenen om op zoek te gaan naar integrale oplossingen. Onderzoeksmethode Om duurzame ontwikkeling te kunnen meten, heeft Telos de duurzaamheidbalans methode ontwikkeld. In een duurzaamheidbalans worden de drie kapitalen ontleed in voorraden, eisen, indicatoren en hun normen (figuur 8.1). Figuur B.1 De relevante begrippen uit de duurzaamheidbalans Begrip Kapitaal Voorraad Eisen Indicatoren Normen Omschrijving De drie essentiële delen, subsystemen van het totale maatschappelijk systeem: ecologie, sociaal-cultureel en economie. De essentiële elementen die samen de kwaliteit en kwantiteit van een kapitaal bepalen. De lange termijn doelen die geformuleerd worden voor de ontwikkeling van een voorraad in het onderzochte gebied. Graadmeters waarmee de eisen kunnen worden geoperationaliseerd. Normatief vastgestelde maatstaven met behulp waarvan de score van indicatoren wordt beoordeeld. In het onderstaande schema wordt de samenhang van deze begrippen kort toegelicht. Figuur B.2 De samenhang tussen kapitalen, voorraden, eisen, indicatoren en normen 84

85 Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad De indicatoren kunnen betrekking hebben op objectieve grootheden, zoals het % groen in een wijk, of op jaarlijkse wijzigingen in een bestand, zoals het aantal opgeleide leerlingen, of op de perceptie door de bevolking van een aspect, zoals de tevredenheid over de gezondheidszorg. Ook kunnen indicatoren worden gekozen voor de identiteit of de dominante houding ten aanzien van duurzaamheid in de stad. Dit laatste type indicatoren is niet bij deze benchmark gebruikt. Voor de andere indicatoren geldt dat de voorkeur uitgaat naar het gebruik van gegevens over de omvang van bestanden en mutaties daarin en dat alleen bij uitzondering is volstaan met gegevens over de perceptie door de bevolking. Voor iedere indicator wordt een meetschaal opgesteld. Deze meetschaal bestaat uit normatief vastgestelde maatstaven die een nul- en een streefwaarde kennen met daartussen gelegen grenswaarden. In de balans en bij de benchmark wordt deze klassenindeling op de volgende manier zichtbaar gemaakt. Figuur B.3 Klassenindeling Voor het bepalen van de grenswaarden wordt gebruikgemaakt van beleidsdocumenten van rijk, en provincies, vergelijkingen in de tijd, vergelijkingen tussen gemeenten en de resultaten van maatschappelijke discussies. De weging van de indicatoren valt af te lezen uit de grootte van de hoekpunt die ze innemen in het taartdiagram dat voor elke voorraad wordt gemaakt. De straal van de taartpunt geeft aan hoe dicht de actuele situatie de als doel geformuleerde situatie nadert. Hoe groter de straal, hoe beter de score op duurzaamheid. Dit maakt dat de uitkomsten overzichtelijk kunnen worden gepresenteerd en in één oogopslag de goed en minder goed scorende aspecten worden getoond. Een bezwaar van deze systematiek is dat erg slecht scorende indicatoren verschijnen als een heel klein 85

Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad

Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Lelystad met 18 benchmarkgemeenten Auteurs Prof. dr. ir. B.C.J. Zoeteman J.L. Slabbekoorn, BSc R.J. Smeets, MSc Tilburg, 15 juli 2014 Documentnummer: 14.108 Warandelaan

Nadere informatie

Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Westland

Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Westland Duurzaamheidsbenchmark 2014 van Westland met 18 benchmarkgemeenten Auteurs Prof. dr. ir. B.C.J. Zoeteman J.L. Slabbekoorn, MSc R.J. Smeets, MSc Tilburg, 4 december 2014 Documentnummer: 14.109 Warandelaan

Nadere informatie

Bastiaan Zoeteman, John Dagevos, Rens Mulder, Ruben Smeets, Corné Wentink, Naomi Hoven en Christine Visser 29 september 2017 #DuurzameGemeenten2017

Bastiaan Zoeteman, John Dagevos, Rens Mulder, Ruben Smeets, Corné Wentink, Naomi Hoven en Christine Visser 29 september 2017 #DuurzameGemeenten2017 Aanbieding Nationale Monitor Gemeentelijke Duurzaamheid 2017 aan Hugo von Meijenfeldt, coördinator Nationale Implementatie SDGs, Ministerie van Buitenlandse Zaken Bastiaan Zoeteman, John Dagevos, Rens

Nadere informatie

Nationale Monitor Duurzame Gemeenten 2015

Nationale Monitor Duurzame Gemeenten 2015 Nationale Monitor Duurzame Gemeenten 2015 Bastiaan Zoeteman, Monique van der Zande, Ruben Smeets, Corné Wentink, John Dagevos en Hans Mommaas Telos, TSC, Tilburg University www.telos.nl Inhoud presentatie

Nadere informatie

Wat betekenen de duurzaamheid scores van de 25 grootste steden?

Wat betekenen de duurzaamheid scores van de 25 grootste steden? Wat betekenen de duurzaamheid scores van de 25 grootste steden? Een Telos studie voor het Ministerie van BZK door Bastiaan Zoeteman en Ruben Smeets 20 juni 2012 www.telos.nl Aanleiding voor de studie -Vingeroefening

Nadere informatie

Memorie van Antwoord

Memorie van Antwoord Memorie van Antwoord Betreft: raadsmededeling 28O-2015 startnotitie duurzaamheidsagenda Portefeuillehouder: Wethouder Theunis Vergadercyclus: 8 juli 2015 Fractie: D66, PvdA, GroenLinks Naam Raadslid: Maarten

Nadere informatie

Son & Breugel in de regio: het vervolg in 60 beelden.. Hans Mommaas John Dagevos Ruben Smeets

Son & Breugel in de regio: het vervolg in 60 beelden.. Hans Mommaas John Dagevos Ruben Smeets Son & Breugel in de regio: het vervolg in 60 beelden.. Hans Mommaas John Dagevos Ruben Smeets inhoud: 1. reprise: het toenemende belang van de regio 2. maar wat is de regio? 3. drieluik positie son & breugel

Nadere informatie

Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg

Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg met specifieke Nederlandse referentiesteden Opdrachtgever: Tilburg Ambtelijk coördinator Robert Kint Afdeling Ruimte Auteurs: Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman Ruben

Nadere informatie

Kaarten Duurzaamheidbalans Regio West-Brabant

Kaarten Duurzaamheidbalans Regio West-Brabant Kaarten Duurzaamheidbalans Regio West-Brabant Auteurs Drs. John Dagevos Ruben Smeets, MSc Tilburg, 5 november 2013 Documentnummer: 13.089 Warandelaan 2 5037 AB Tilburg Postbus 90153 5000 LE Tilburg T 013-466

Nadere informatie

Duurzaamheid gemeenten doorgelicht

Duurzaamheid gemeenten doorgelicht Duurzaamheid gemeenten doorgelicht Notitie n.a.v. de nationale monitor duurzame gemeenten 2015 1. Inleiding Duurzaamheid is een complex begrip. Om dit complexe begrip meetbaar te maken heeft het onderzoeksbureau

Nadere informatie

Benchmarken van Duurzaam Inkopen door gemeenten

Benchmarken van Duurzaam Inkopen door gemeenten Benchmarken van Duurzaam Inkopen door gemeenten Prof Dr Bastiaan C.J. Zoeteman Telos, TSC, Tilburg University Bijeenkomst van Ministerie IenM 28 mei 2015, Utrecht www.telos.nl Opzet 1. Hoe breed wordt

Nadere informatie

Duurzaamheidbenchmark 2013 van Amersfoort

Duurzaamheidbenchmark 2013 van Amersfoort Duurzaamheidbenchmark 2013 van Amersfoort met de Nederlandse 100.000+ gemeenten Opdrachtgever: Amersfoort Auteurs: Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman Ruben Smeets, MSc Joost Slabbekoorn, BSc Tilburg, 3 december

Nadere informatie

Hartslag Cafe 15 februari 2018 John Dagevos. Leefbaarheid in Tilburg Stad met verschillende gezichten

Hartslag Cafe 15 februari 2018 John Dagevos. Leefbaarheid in Tilburg Stad met verschillende gezichten Hartslag Cafe 15 februari 2018 Leefbaarheid in Tilburg Stad met verschillende gezichten Inhoud presentatie Wat verstaan we eigenlijk onder leefbaarheid? LEMON Telos instrumenten Feiten en kaarten over

Nadere informatie

Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2019

Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2019 Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2019 Thema groei en krimp - De positie van Utrecht uitgelicht Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

Synthese rapport. Duurzaamheidbalans Tilburg 2013 en Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg (met 23 andere steden)

Synthese rapport. Duurzaamheidbalans Tilburg 2013 en Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg (met 23 andere steden) Synthese rapport Duurzaamheidbalans Tilburg 2013 en Duurzaamheidbenchmark 2013 van Tilburg (met 23 andere steden) Opdrachtgever: Gemeente Tilburg Ambtelijk coördinator Robert Kint Afdeling Ruimte Auteurs:

Nadere informatie

Vergelijkende duurzaamheidbeoordeling van de 25 grootste steden van Nederland. volgens de Telos duurzaamheidbalans methode

Vergelijkende duurzaamheidbeoordeling van de 25 grootste steden van Nederland. volgens de Telos duurzaamheidbalans methode Vergelijkende duurzaamheidbeoordeling van de 25 grootste steden van Nederland volgens de Telos duurzaamheidbalans methode Documentnummer: 11.060 Warandelaan 2 5037 AB Tilburg Postbus 90153 5000 LE Tilburg

Nadere informatie

Dordrecht in de Atlas 2013

Dordrecht in de Atlas 2013 in de Atlas Een aantrekkelijke stad om in te wonen, maar sociaaleconomisch kwetsbaar Inhoud:. Conclusies. Positie van. Bevolking. Wonen. De Atlas voor gemeenten wordt jaarlijks gepubliceerd. In mei is

Nadere informatie

Duurzaamheidsbenchmark Heerhugowaard. Bergen, 13 april 2018 Drs. J. Dagevos

Duurzaamheidsbenchmark Heerhugowaard. Bergen, 13 april 2018 Drs. J. Dagevos Duurzaamheidsbenchmark Heerhugowaard Bergen, 13 april 2018 Drs. J. Dagevos Inhoud presentatie De opdracht Telos visie op duurzame ontwikkeling Methodologie en aanpak Overview van de resultaten per kapitaal

Nadere informatie

Factsheets Nationale Gemeentelijke Duurzaamheidsmonitor 2014

Factsheets Nationale Gemeentelijke Duurzaamheidsmonitor 2014 Factsheets Nationale lijke Duurzaamheidsmonitor 2014 Opdrachtgever: De nationale monitoring studie naar gemeentelijke duurzaamheid is door Telos uitgevoerd in opdracht van de Directie Duurzaamheid van

Nadere informatie

Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2018

Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2018 Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2018 Thema cultuur - De positie van Utrecht uitgelicht Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl @onderzoek030

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 juni Utrecht.

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 juni Utrecht. Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water De positie van Utrecht uitgelicht IB Onderzoek, 29 juni 2016 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 mei 2015. Utrecht.nl/onderzoek

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 mei 2015. Utrecht.nl/onderzoek Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht IB Onderzoek, 9 mei 015 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 86 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

Atlas voor gemeenten 2013: de positie van Utrecht. notitie van Onderzoek.

Atlas voor gemeenten 2013: de positie van Utrecht. notitie van Onderzoek. Atlas voor gemeenten 2013: de positie van Utrecht notitie van Onderzoek www.onderzoek.utrecht.nl mei 2013 Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl internet

Nadere informatie

Profiel brede welvaart Goeree Overflakkee

Profiel brede welvaart Goeree Overflakkee Profiel brede welvaart Goeree Overflakkee Rapportcijfer Positie* Totaal 111 Thema's Welvaart 166 Gezondheid 247 Milieu 59 Saamhorigheid bevolking 163 Woongenot 205 Kansen op w erk 20 Veiligheid en w einig

Nadere informatie

Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht

Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht een notitie van Onderzoek 6 juni 2014 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl internet

Nadere informatie

Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector

Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman en ir. René Goorden 1 Op 6 juli 2016 heeft BNG Bank haar eerste duurzame Social Bond ten behoeve van de financiering

Nadere informatie

Duurzaamheidbalans en RFSC Ervaringen Tilburg. Wordt Tilburg daarmee duurzamer?

Duurzaamheidbalans en RFSC Ervaringen Tilburg. Wordt Tilburg daarmee duurzamer? Duurzaamheidbalans en RFSC Ervaringen Tilburg Wordt Tilburg daarmee duurzamer? Robert Kint Gemeente Tilburg robert.kint@tilburg.nl 013 542 83 94 Inhoud 1. Duurzame gemeente Tilburg 2. Duurzaamheidbalans

Nadere informatie

BEVOLKINGSGROEI VERGELEKEN

BEVOLKINGSGROEI VERGELEKEN 31 mei 2016 KERNCIJFERS BUNNIK BEVOLKINGSOPBOUW De grafiek geeft de bevolkingspiramide voor Bunnik in 2013 weer. Iedere staaf representeert een leeftijdsklasse en toont het percentage dat deze leeftijdsklasse

Nadere informatie

De rol van gemeenten bij Duurzame Ontwikkeling. John Dagevos Tilburg 4 februari 2015

De rol van gemeenten bij Duurzame Ontwikkeling. John Dagevos Tilburg 4 februari 2015 De rol van gemeenten bij Duurzame Ontwikkeling Tilburg 4 februari 2015 Opbouw presenta.e Wat bedoelen we met duurzame ontwikkeling? Hoe meten we duurzame ontwikkeling? Twee perspec:even: Vanuit de eigen

Nadere informatie

Het nieuwste Brabant voor gemeenten

Het nieuwste Brabant voor gemeenten Het nieuwste Brabant voor gemeenten.besturen vanuit regionale samenhang Hans Mommaas VBG Tilburg, 25 juni Inhoud: even afstand nemen om beter te zien De duurzame regio als perspectief Het regionale sociale

Nadere informatie

Kennisdeling: het verknopen van projecten en onderzoekslijnen Of hoe Telos toegetreden is tot de AWPG. Breda, 9 november 2018 John Dagevos (Telos)

Kennisdeling: het verknopen van projecten en onderzoekslijnen Of hoe Telos toegetreden is tot de AWPG. Breda, 9 november 2018 John Dagevos (Telos) Kennisdeling: het verknopen van projecten en onderzoekslijnen Of hoe Telos toegetreden is tot de AWPG Breda, 9 november 2018 John Dagevos (Telos) Een ode aan Isa Houd me gezonder (laat me uit), geeft ruimte

Nadere informatie

Duurzaamheidmonitoring van 100 gemeenten en het belang van individuele gemeentelijke ontwikkelingspaden

Duurzaamheidmonitoring van 100 gemeenten en het belang van individuele gemeentelijke ontwikkelingspaden Voorbij de lijstjes Duurzaamheidmonitoring van 100 gemeenten en het belang van individuele gemeentelijke ontwikkelingspaden Auteurs: Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman Joost Slabbekoorn, BSc Ruben Smeets,

Nadere informatie

Sociaal Werk Nederland Gemeentelijke gegevens

Sociaal Werk Nederland Gemeentelijke gegevens Sociaal Werk Gemetelijke gegevs Bchmark Sociaal Werk v2mrt2017 Pagina 1 / 14 - Rapport gemetelijke kmerk Sociaal Werk - Sociaal Werk Inhoudsopgave Inleiding 1. Leeftijdsgroep 2. Voorziing 3. Maatschappelijk

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2017 Thema geluk. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 18 mei Utrecht.

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2017 Thema geluk. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 18 mei Utrecht. Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2017 Thema geluk De positie van Utrecht uitgelicht IB Onderzoek, 18 mei 2017 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen In het oostelijk deel van s-hertogenbosch ligt de Groote Wielen. Een nieuwe woonwijk, midden in de polder. In totaal komen er ongeveer 4.400 woningen, daarvan

Nadere informatie

DUURZAAMHEIDSINSPIRATIE VERKIEZINGEN GEMEENTERAAD Begin dit jaar hebben Telos en VNG International voor het eerst een

DUURZAAMHEIDSINSPIRATIE VERKIEZINGEN GEMEENTERAAD Begin dit jaar hebben Telos en VNG International voor het eerst een DUURZAAMHEIDSINSPIRATIE VERKIEZINGEN GEMEENTERAAD 2018 Door: Bastiaan Zoeteman (Universiteit van Tilburg & Telos) Begin dit jaar hebben Telos en VNG International voor het eerst een Governance monitor

Nadere informatie

Strategieën voor ruimtelijke ontwikkeling. 1) Duurzame ontwikkeling, governance, gebiedsontwikkeling, monitoring en kennisvragen

Strategieën voor ruimtelijke ontwikkeling. 1) Duurzame ontwikkeling, governance, gebiedsontwikkeling, monitoring en kennisvragen Strategieën voor ruimtelijke ontwikkeling 1) Duurzame ontwikkeling, governance, gebiedsontwikkeling, monitoring en kennisvragen Ina Horlings Lezing Waddenacademie, 2-12- Opgaven voor de Waddenregio 1.

Nadere informatie

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s:

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s: Hoe is de wijkanalyse tot stand gekomen? Monitor Hilversum Begin december 2017 is de vragenlijst Monitor Hilversum naar 10.400 Hilversummers verstuurd. In totaal werden er 109 vragen voorgelegd over uiteenlopende

Nadere informatie

De Duurzaamheidbalans. Telos Brabants Centrum voor Duurzame Ontwikkeling

De Duurzaamheidbalans. Telos Brabants Centrum voor Duurzame Ontwikkeling De Duurzaamheidbalans Telos Brabants Centrum voor Duurzame Ontwikkeling Opbouw presentatie Wat is Telos? Telos visie op duurzame ontwikkeling De duurzaamheidbalans Toepassingsgebieden Wat maakt de DB interessant?

Nadere informatie

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2018

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2018 Wijk- en buurtmonitor 2018 Empel Empel ligt ten noordoosten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit een ouder en een nieuwer gedeelte. De eerste woningen zijn in 1946 gebouwd. Deze oorspronkelijke kern

Nadere informatie

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014 in Houten Burgerpeiling 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Houten Projectnummer 598 / 2015 Samenvatting Goede score voor Sociale Kracht in Houten Houten scoort over het algemeen goed als

Nadere informatie

Wijk- en buurtmonitor 2018 Vinkel

Wijk- en buurtmonitor 2018 Vinkel Wijk- en buurtmonitor 2018 Vinkel Vinkel grenst in het noorden aan de rijksweg A59 tussen s-hertogenbosch en Oss. Na een herindeling in 1993 viel het grootste gedeelte onder de gemeente Maasdonk. Begin

Nadere informatie

Atlas voor gemeenten 2012:

Atlas voor gemeenten 2012: BestuursBestuurs- en Concerndienst Atlas voor gemeenten 2012: de positie van Utrecht notitie van Bestuursinformatie www.onderzoek.utrecht.nl Mei 2012 Colofon uitgave Afdeling Bestuursinformatie Bestuurs-

Nadere informatie

Duurzaamheidsuitdagingen na de provinciale verkiezingen

Duurzaamheidsuitdagingen na de provinciale verkiezingen Duurzaamheidsuitdagingen na de provinciale verkiezingen Auteurs: John Dagevos, Ruben Smeets, Corné Wentink en Kees Zoeteman, Telos, Tilburg Universiteit. Telos heeft de zogenaamde duurzaamheidbalans ontwikkeld

Nadere informatie

Woonaantrekkelijkheidsscan Delft 2011 Opgesteld door Bureau Louter

Woonaantrekkelijkheidsscan Delft 2011 Opgesteld door Bureau Louter Woonaantrekkelijkheidsscan 2011 Opgesteld door Bureau Louter Bureau Louter juni 2011 Auteurs: Peter Louter (Bureau Louter) Pim van Eikeren (Bureau Louter) Bureau Louter Rotterdamseweg 183c 2629 HD Telefoon:

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2011-2012 Inleiding Begin juni 2011 verscheen de rapportage UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktprognose 2011-2012 Met een doorkijk naar 2016".

Nadere informatie

Samenvatting Benchmark Wmo 2012

Samenvatting Benchmark Wmo 2012 Samenvatting Benchmark Wmo 2012 Gemeente Helmond heeft in 2012 samen met 123 andere gemeenten deelgenomen aan de Benchmark Wmo. Hiervan hebben 69 gemeenten, inclusief Helmond, naast de basisbenchmark meegedaan

Nadere informatie

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant'

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' 'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' OPROEP VANUIT DE VRIJETIJDSSECTOR Opgesteld door: Vrijetijdshuis Brabant, TOP Brabant, Erfgoed Brabant, Leisure Boulevard, NHTV, MKB, BKKC, Stichting Samenwerkende

Nadere informatie

Duurzaamheidbalans Westland 2015

Duurzaamheidbalans Westland 2015 Duurzaamheidbalans Westland 2015 Duurzaamheidbalans Westland in aansluiting op de Duurzaamheidsbenchmark Westland 2014 Documentnummer: 15.125 Warandelaan 2 5037 AB Tilburg Postbus 90153 5000 LE Tilburg

Nadere informatie

Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam

Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam A. Inleiding Deze factsheet geeft een bondig overzicht van

Nadere informatie

Samenvatting en conclusie

Samenvatting en conclusie Samenvatting en conclusie In het huidige economisch denken wordt groei als een vanzelfsprekendheid gezien. Het belang van de economie is evident. Om onze welvaart op peil te houden, is economische ontwikkeling

Nadere informatie

M201218. Meer snelgroeiende bedrijven en meer krimpende bedrijven in Nederland

M201218. Meer snelgroeiende bedrijven en meer krimpende bedrijven in Nederland M201218 Meer snelgroeiende bedrijven en meer krimpende bedrijven in Nederland drs. D. Snel drs. N. Timmermans Zoetermeer, november 2012 Relatief veel snelgroeiende bedrijven in Nederland In deze rapportage

Nadere informatie

Atlas voor gemeenten 2011:

Atlas voor gemeenten 2011: BestuursBestuurs- en Concerndienst Atlas voor gemeenten 2011: de positie van Utrecht en de waarde van cultuur voor de stad notitie van Bestuursinformatie www.onderzoek.utrecht.nl Juni 2011 Colofon uitgave

Nadere informatie

van Almere 2008 trends en ontwikkelingen De belangrijkste Wonen, werken en vrije tijd

van Almere 2008 trends en ontwikkelingen De belangrijkste Wonen, werken en vrije tijd trends en ontwikkelingen De belangrijkste Wonen, werken en vrije tijd 08 Hoe jong is Almere? Sociale Atlas Wat zijn de sterke economische sectoren van Almere? van Almere 08 Welke wijken scoren positief

Nadere informatie

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West 2030 Station Nieuwe Meer is niet alleen een nieuwe metrostation verbonden met Schiphol, Hoofddorp, Zuidas en de Amsterdamse

Nadere informatie

Proces locatiekeuze Asielzoekerscentrum gemeente Meppel

Proces locatiekeuze Asielzoekerscentrum gemeente Meppel Proces locatiekeuze Asielzoekerscentrum gemeente Meppel Inleiding Het proces om tot een locatiekeuze voor de vestiging van een asielzoekerscentrum (AZC) te komen is precair. In dit document wordt verder

Nadere informatie

Bezuinigingen in crisistijd vanuit duurzaamheid Gebruik van PPPscan voor Casus Werkplaats

Bezuinigingen in crisistijd vanuit duurzaamheid Gebruik van PPPscan voor Casus Werkplaats Bezuinigingen in crisistijd vanuit duurzaamheid Gebruik van PPPscan voor Casus Werkplaats John Dagevos & Hans Mommaas Tilburg, 20 juni 2012 Opbouw workshop De PPPscan in vogelvlucht Hoe de PPPscan te gebruiken?

Nadere informatie

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Rosmalen noord Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

Duiven. Introductie. Bron:

Duiven. Introductie. Bron: Duiven Duiven Introductie Duiven is een levendige gemeente, bestaande uit het dorp Duiven en de kleinere kernen Groessen en Loo, respectievelijk ten zuidoosten en zuidwesten van het dorp Duiven. De gemeente

Nadere informatie

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers.

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers. WijkWijzer 2011 De tien Utrechtse wijken in cijfers www.onderzoek.utrecht.nl Inleiding Voor u ligt de WijkWijzer 2011; een bron aan informatie over de tien Utrechtse wijken. Aan de hand van vijf belangrijke

Nadere informatie

GELDERSE BEDRIJVENTERREINEN KLAAR VOOR DE TOEKOMST? Joost Hagens Bureau BUITEN

GELDERSE BEDRIJVENTERREINEN KLAAR VOOR DE TOEKOMST? Joost Hagens Bureau BUITEN GELDERSE BEDRIJVENTERREINEN KLAAR VOOR DE TOEKOMST? Joost Hagens Bureau BUITEN 1 Inhoudsopgave Voorstellen: Bureau BUITEN Doel onderzoek en achtergrond Definitie toekomstbestendig bedrijventerrein Methode

Nadere informatie

SOCIAAL PERSPECTIEF. sociale structuurvisie Zaanstad 2009-2020

SOCIAAL PERSPECTIEF. sociale structuurvisie Zaanstad 2009-2020 SOCIAAL PERSPECTIEF sociale structuurvisie Zaanstad 2009-2020 SOCIAAL PERSPECTIEF sociale structuurvisie Zaanstad 2009-2020 De sociale ambitie: Zaanstad manifesteert zich binnen de metropoolregio Amsterdam

Nadere informatie

Stadsmonitor. -Totaalbeeld Stedenvergelijking-

Stadsmonitor. -Totaalbeeld Stedenvergelijking- Stadsmonitor -Totaalbeeld Stedenvergelijking- Modules Totaalbeeld stedenvergelijking 1 Bestuur 2 Bevolking 3 Cultuur 4 Duurzaamheid 5 Economie en werk 6 Imago stad 7 Inkomen en armoedebestrijding 8 Mobiliteit

Nadere informatie

Regionale economische prognoses 2016

Regionale economische prognoses 2016 Regionale economische prognoses 2016 Themabericht Rogier Aalders De breed gedragen economische groei in 2016 leidt tot productiegroei in alle sectoren en in alle regio s De Randstad, en daarbinnen vooral

Nadere informatie

Rekenkamercommissie. Gemeente Albrandswaard T.a.v. de gemeenteraad Postbus GA Rhoon. Duurzaamheidsbenchmark

Rekenkamercommissie. Gemeente Albrandswaard T.a.v. de gemeenteraad Postbus GA Rhoon. Duurzaamheidsbenchmark Rekenkamercommissie Aan: Gemeente Albrandswaard T.a.v. de gemeenteraad Postbus 1000 3160 GA Rhoon Datum: 20 juni 2018 Betreft: Bijlagen: Duurzaamheidsbenchmark Duurzaamheidsbenchmark Telos Bestuurlijke

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

rapport WistUdata, Zuid bij de Hand In dit wijkbeeld worden gegevens van de wijk Zuid gepresenteerd over diverse onderwerpen.

rapport WistUdata, Zuid bij de Hand In dit wijkbeeld worden gegevens van de wijk Zuid gepresenteerd over diverse onderwerpen. rapport WistUdata, 11-5-2017 bij de Hand In dit wijkbeeld worden gegevens van de wijk gepresenteerd over diverse onderwerpen. Bevolking Op 1 januari 2017 telt 27.163 inwoners. Ten opzichte van 2004 steeg

Nadere informatie

Onderwerp Concentratie Rijksvastgoed MIRT-onderzoek (Rijks)vastgoedstrategie Lelystad

Onderwerp Concentratie Rijksvastgoed MIRT-onderzoek (Rijks)vastgoedstrategie Lelystad ** Aan Provinciale Staten Onderwerp Concentratie Rijksvastgoed MIRT-onderzoek (Rijks)vastgoedstrategie Lelystad Provinciale Staten 2 juli 2014 Agendapunt 1. Beslispunten 1. Kennis te nemen van de ontwikkelingen

Nadere informatie

De waarde van winkels

De waarde van winkels De waarde van winkels Gerard Marlet Nederlandse Raad Winkelcentra 20 januari 2015 Smart people, strong cities (Cpb) aandeel hoogopgeleiden 50,9% tot 79,2% 46,5% tot 50,9% 39,8% tot 46,5% 37,7% tot 39,8%

Nadere informatie

De Molenzoom. Kantoorlocaties in centrum van Houten. Kantoorvestiging in de gemeente Houten

De Molenzoom. Kantoorlocaties in centrum van Houten. Kantoorvestiging in de gemeente Houten De Molenzoom Kantoorlocaties in centrum van Houten Kantoorvestiging in de gemeente Houten Kwaliteiten Molenzoom Centrale ligging in Houten Zichtlocatie langs spoorlijn Nabij centrumvoorzieningen op het

Nadere informatie

Elseviers Beste gemeenten / Atlas voor Gemeenten

Elseviers Beste gemeenten / Atlas voor Gemeenten Beleidsonderzoek en Geo Informatie Elseviers Beste gemeenten / Atlas voor Gemeenten Op zoek naar aanknopingspunten voor beleid Er bestaan inmiddels vele benchmarkonderzoeken, waarin gemeenten met elkaar

Nadere informatie

FYSIEK-ECONOMISCHE DOELSTELLINGEN

FYSIEK-ECONOMISCHE DOELSTELLINGEN FYSIEK-ECONOMISCHE DOELSTELLINGEN 1. BETERE WONINGVOORRAAD DOOR MEER VARIATIE IN WONINGEN 1A RAPPORTCIJFER WONING OUD KRISPIJN meetmomenten: 1x 2 jaar NIEUW KRISPIJN DORDT WEST 7,3 7,4 7,4 7,6 7,2 7,2

Nadere informatie

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2018

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2018 Wijk- en buurtmonitor 2018 Rosmalen zuid Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

Onderzochte factoren in MAU toets 2013

Onderzochte factoren in MAU toets 2013 Onderzochte factoren in MAU toets 2013 Tabel 1 toont de door APE onderzochte factoren in de MAU toets van 2013. Het betreffen hier zowel factoren waarvan is aangetoond dat deze samenhangen met de bijstandsuitgaven

Nadere informatie

Leiden in de Atlas voor gemeenten 2015

Leiden in de Atlas voor gemeenten 2015 Beleidsonderzoek & Analyse BOA Feitenblad draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Leiden in de Atlas voor gemeenten 2015 Samenvatting De Atlas voor Gemeenten vergelijkt al 17 jaar de 50

Nadere informatie

Duurzaamheidsportret gemeente Teylingen 2016 Telos

Duurzaamheidsportret gemeente Teylingen 2016 Telos Duurzaamheidsportret gemeente Teylingen 2016 Telos Corné Wentink, MSc Drs. John Dagevos Ruben Smeets, MSc Sanne Paenen, MSc Tilburg, 2 februari 2017 Documentnummer: 16.161 Warandelaan 2 5037 AB Tilburg

Nadere informatie

Toelichting gegevens waarstaatjegemeente.nl bij de thema s:

Toelichting gegevens waarstaatjegemeente.nl bij de thema s: Toelichting gegevens waarstaatjegemeente.nl bij de thema s: - Jeugd en Jeugdhulpverlening - Onderwijs Oktober 2015 Ctrl/BI C. Hogervorst Het beeld dat bij dit thema naar voren komt past bij een grotere

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde havo 2003-I

Eindexamen aardrijkskunde havo 2003-I Politiek en ruimte Opgave 6 bron 9 In de periode 2000-2006 zal de Europese Unie financiële steun voor sociaal-economische ontwikkeling toekennen aan twee soorten regio s: de regio s met een ontwikkelingsachterstand

Nadere informatie

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Empel Empel ligt ten noordoosten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit een ouder en een nieuwer gedeelte. De eerste woningen zijn in 1946 gebouwd. Deze oorspronkelijke kern

Nadere informatie

WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers. Utrecht.nl/onderzoek

WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers. Utrecht.nl/onderzoek WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers Utrecht.nl/onderzoek Inhoud Inleiding 3 Utrechtse wijken vergeleken 4 Bevolking & wonen 4 Sociaal-economisch 4 5 Sociale infrastructuur

Nadere informatie

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen 28 hoofdstuk 1 achtergrond Structuurvisie 2020 keuzes samenvatting achtergrond ruimtelijk en sociaal kader inbreng samenleving thematisch van visie naar uitvoering bijlagen zones 1 2 3 4 5 6 7 29 1.1 Inleiding

Nadere informatie

Beter leven voor minder mensen

Beter leven voor minder mensen 1 Beter leven voor minder mensen Het verbeteren van de leefbaarheid in de regio Eemsdelta is het centrale uitgangspunt van het Woon- en Leefbaarheidplan Eemsdelta. Om te kijken hoe de regio zich ontwikkelt

Nadere informatie

Economische visie. Gemeente Cranendonck

Economische visie. Gemeente Cranendonck Economische visie Gemeente Cranendonck Economische visie voor en door ondernemers Om in de toekomst de kansen en mogelijkheden op economisch gebied optimaal kunnen benutten, is een gezamenlijke koers en

Nadere informatie

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? De leefbaarheid waar het

Nadere informatie

Wijk- en buurtmonitor 2018 Muntel/Vliert

Wijk- en buurtmonitor 2018 Muntel/Vliert Wijk- en buurtmonitor 2018 Muntel/Vliert Ten noorden van de Binnenstad ligt de wijk Muntel/Vliert. Deze wijk bestaat uit drie verschillende buurten: de Muntel, de Vliert en Orthenpoort. De wijk telt bijna

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

1.1 Bevolkingsontwikkeling 9. 1.2 Bevolkingsopbouw 10. 1.2.1 Vergrijzing 11. 1.3 Migratie 11. 1.4 Samenvatting 12

1.1 Bevolkingsontwikkeling 9. 1.2 Bevolkingsopbouw 10. 1.2.1 Vergrijzing 11. 1.3 Migratie 11. 1.4 Samenvatting 12 inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Bevolking 9 1.1 Bevolkingsontwikkeling 9 1.2 Bevolkingsopbouw 10 1.2.1 Vergrijzing 11 1.3 Migratie 11 1.4 Samenvatting 12 2. Ontwikkelingen van de werkloosheid 13 2.1 Ontwikkeling

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de 5 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de vijfde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten

Nadere informatie

Samenvatting Twente Index 2016

Samenvatting Twente Index 2016 Samenvatting Twente Index 2016 Kijk voor regionale en lokale data op www.twenteindex.nl INLEIDING De Twente Index wordt door Kennispunt Twente samengesteld in opdracht van de Twente Board. De Board wil

Nadere informatie

Enkele lessen van krimpprofessor Derks:

Enkele lessen van krimpprofessor Derks: 7 september 2011 Enkele lessen van krimpprofessor Derks: Zorg dat je de demografische cijfers kent Anticipeer tijdig Krimp is geen rampscenario Er moet een omslag komen van kwantiteit naar kwaliteit Prognose

Nadere informatie

Bedrijventerrein Nieuw Mathenesse (Schiedam) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Bedrijventerrein Nieuw Mathenesse (Schiedam) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter Bedrijventerrein Nieuw Mathenesse (Schiedam) Maatschappelijke waarde Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter Factsheet bedrijventerrein Nieuw Mathenesse, Gemeente Schiedam A. Inleiding Deze factsheet

Nadere informatie

Stadsmonitor. -Samenvatting- Modules. Datum: februari Stadsmonitor -Samenvatting- 0

Stadsmonitor. -Samenvatting- Modules. Datum: februari Stadsmonitor -Samenvatting- 0 Stadsmonitor -Samenvatting- Modules Samenvatting 1 Wonen en woonaantrekkelijkheid 2 Gezondheid en zorg 3 Werk 4 Duurzame stad 5 Binnenstad 6 Datum: februari 2016 Gemeente Nijmegen Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Culemborg: ambities van een Vrijstad

Culemborg: ambities van een Vrijstad Culemborg: ambities van een Vrijstad 1. Kenmerken Culemborg Beeld Culemborg is bekend vanwege de historische binnenstad en centrale ligging. Historie, monumenten en beeldbepalende panden, Vrijstad, water,

Nadere informatie

Van baan naar eigen baas

Van baan naar eigen baas M200912 Van baan naar eigen baas drs. A. Bruins Zoetermeer, juli 2009 Van baan naar eigen baas Ruim driekwart van de ondernemers die in de eerste helft van 2008 een bedrijf zijn gestart, werkte voordat

Nadere informatie

Een toekomst voor Stratum

Een toekomst voor Stratum Een toekomst voor Stratum 27 januari 2016 Presentatie Wat is een gebiedsprogramma Stratum in haar geheel Kanaalzone en de Groene Gordel Het Woonhart In gesprek 1 Gebiedsprogramma Wat is een gebiedsprogramma?

Nadere informatie

Wijkenmonitor Westerkoog

Wijkenmonitor Westerkoog Wijkenmonitor 2015 Inhoud 1 Inleiding 2 Leefomgeving 3 Capaciteiten 4 Meedoen 5 Sociale Binding 6 Verantwoording Leeswijzer Dit rapport bestaat uit 5 hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk geeft een samenvattend

Nadere informatie

1 Inleiding. Verslag. HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning

1 Inleiding. Verslag. HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Verslag In kader van: Ruimtelijke Visie Grootschalige Duurzame Energie Gemeente Heumen Datum: 30 november 2018 HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Ons kenmerk: BG2639N004D01 Onderwerp: Verslag

Nadere informatie

Binnenstad. Wijk- en buurtmonitor 2018

Binnenstad. Wijk- en buurtmonitor 2018 Wijk- en buurtmonitor 2018 Binnenstad De Binnenstad van s-hertogenbosch is het oudste deel van de stad. Karakteristiek zijn het middeleeuwse stratenpatroon en de historische panden, de vele bijzondere

Nadere informatie

De Koppeling Houten. Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen. Kantoorvestiging in de gemeente Houten

De Koppeling Houten. Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen. Kantoorvestiging in de gemeente Houten De Koppeling Houten Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen Kantoorvestiging in de gemeente Houten Kwaliteiten de Koppeling Centrale ligging in Houten Zichtlocatie langs belangrijkste weg

Nadere informatie

Vacatures in de industrie 1

Vacatures in de industrie 1 Vacatures in de industrie 1 Martje Roessingh 2 De laatste jaren is het aantal vacatures sterk toegenomen. Daarentegen is in de periode 1995-2000 het aantal geregistreerde werklozen grofweg gehalveerd.

Nadere informatie