Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

Transcriptie

1 Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd) Naam locatie; Peuterwerk IKC de Regenboog Datum: 11 december 2017 Ingevuld door; Jolanda Brinkhorst (Locatiemanager SKAR) Onderwerp Algemeen beleid Knelpunten locatie (Bespreekpunten met team/oudercie) A. Transparant gebouw en omgeving B. Inzet personeel C. Mee kunnen kijken/luisteren (kans op meekijken/luisteren zo groot mogelijk) D. Deskundigheid en kennis pedagogisch medewerkers E. (Aanspreek)- cultuur Maximale transparantie: volwassenen kunnen in elke groeps-, verschoon-, slaap- en algemene ruimte naar binnen kijken (geen verborgen hoeken). Uitstapjes in de directe omgeving en door één pedagogisch medewerker zijn mogelijk (geen protocol). We houden ons aan de Rekentool Maximaal 3 uur per dag zijn er minder pm ers op de groep. Flexwerkers werken zoveel mogelijk op dezelfde locatie. Stagiaires en uitzendkrachten staan niet alleen op een groep. In situaties waarin pm ers alleen staan, kunnen anderen altijd meekijken/ meeluisteren. Vierogenprincipe is opgenomen in pedagogisch beleid en de uitwerking in de pedagogisch werkplannen. Pm ers zijn op de hoogte van: Meldcode kindermisbruik en huiselijk geweld. Er is een vertrouwenspersoon. Beleid is in ontwikkeling op het gebied van seksuele ontwikkeling Toepassing Gedragscode met o.a. afspraken over niet oppassen bij ouders en fotogebruik. Onderzoek oorzaken van een niet-pluis gevoel altijd, neem passende maatregelen. Eventueel verwijzen naar de vertrouwenspersoon/klokkenluiderregeling. Clustermanager bespreekt klachten en klantsignalen met team en oudercommissie De toegangsdeur tot de groepsruimte staat altijd open.. Mogelijke oplossingen Afspraken (Wie doet wat, wanneer?) 1/7

2 Bijlage 2 Locatie in beeld Pedagogische en praktische afspraken Naam locatie; Peuterwerk IKC de Regenboog Adres locatie; Fruitlaan 6 in Bemmel Naam groep leeftijd Maximaal aantal kinderen Peuterwerk IKC de Regenboog 2-4 jaar 16 Op onze locatie is de leidinggevende Locatiemanager Jolanda Brinkhorst. Ook is er een vrijwilliger werkzaam om licht huishoudelijk werk te doen De uren waarop we gegarandeerd voldoen aan de Beroepskracht-Kind-ratio (BKR) is: Van 8.30 uur tot uur in de ochtend. Wanneer er veranderingen in het basisrooster worden aangebracht dan maken we dit bekend via: De nieuwsbrief aan alle ouders. Op onze locatie voegen we groepen structureel samen op: N.v.t. Is er flexibele kinderopvang? Zo ja, dan is dat als volgt geregeld: N.v.t. Op onze locatie hanteren wij een open deuren beleid: ja/nee N.v.t. 2/7

3 Bij de volgende (spel)activiteiten verlaten de kinderen de stamgroep: Tijdens de gezamenlijke activiteiten in/met basisschool de Regenboog Als kinderen de stamgroep verlaten? Dan is dat als volgt geregeld: Een vaste Pedagogisch medewerker van Peuterwerk gaat samen met maximaal 8 peuters een gezamenlijke activiteiten doen samen met leerlingen van basisschool de Regenboog. Is er maar één beroepskracht aanwezig? Dan is de achterwacht als volgt geregeld: De Pedagogisch medewerker belt KDV de Hobbit (gebouw naast Peuterwerk) zodat de achterwacht z.s.m. naar de locatie kan komen en fysieke hulp aanwezig is die bekend is met de locatie, medewerkers en kinderen. Kan de achterwacht onmogelijk weg dan wordt de Locatiemanager gebeld. Tijdens de openingstijden van Peuterwerk zijn er altijd mw. van school aanwezig zodat snelle hulp bij calamiteiten snel geboden kan worden! Wennen: Een goede wenperiode kan een belangrijke rol spelen in het ontstaan van een veilige basis voor de peuter. Voor alle peuters geldt dat ze kunnen wennen als ze nieuw op Peuterwerk geplaatst worden. Wennen gebeurt in overleg met de Pedagogisch medewerker, voorkeur op de geplaatste dagdelen. Wennen kan niet voordat de ouder het contract heeft ondertekend en ook niet tijdelijk boventallig. Als het contract ondertekend is mag het kind, mits de groepsgrootte van de stamgroep dit toelaat. Tijdens de intake worden over het wennen afspraken met de ouders gemaakt en deze worden schriftelijk vastgelegd op het groeiformulier en eventuele andere toestemmingsformulieren. Op deze locatie werken wij met de volgende VVE methode: Uk en Puk VVE-methode In onze locatie werken we met het VVE-programma Uk en Puk. Door middel van dit programma wordt op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en de sociaal emotionele ontwikkeling. De voor-en vroegschoolse educatie heeft als doel onderwijsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. Dit doen we door in samenwerking met partners en gemeente te werken aan welbevinden en betrokkenheid bij onze kinderen. Hierbij zetten we een VVE programma in als middel. Het aanbod aan activiteiten komt voort uit kind-en groepsobservaties en wordt bijgesteld volgens PDCA-cyclus. De wijze waarop de ontwikkeling wordt gestimuleerd; in het bijzonder op de gebieden taal, rekenen en sociaal-emotionele ontwikkeling. 3/7

4 Wij zorgen ervoor dat kinderen in aanraking kunnen komen met de SLO-doelen op de gebieden van taal, rekenen en sociaal-emotionele ontwikkeling. Op deze locatie werken wij met het Uk en Puk programma: Uk en Puk programma Uk en Puk is een totaalprogramma gericht op brede ontwikkelingsstimulering van kinderen. Uk en Puk is bedoeld voor kinderen van 0 tot en met 4 jaar. Taalontwikkeling staat in het programma voorop: spreken, luisteren en uitbreiding van de woordenschat. Daarnaast is er bij Uk en Puk aandacht voor sociaal-emotionele vaardigheden, motoriek en een eerste oriëntatie op rekenen. Het programma houdt rekening met verschillen in (taal)ontwikkeling binnen een groep. Daardoor is de uitgave niet alleen geschikt voor kinderen met een taalachterstand, maar krijgen ook taalvaardige kinderen voldoende uitdaging. Uk en Puk bieden kinderen uitdagende activiteiten. De kinderen leren spelenderwijs en doen zelf ontdekkingen. Uk en Puk werkt met thema's die aansluiten bij de belevingswereld van kinderen. De speelse activiteiten lokken interactie uit, waardoor een rijk taalaanbod ontstaat. De activiteiten passen perfect in het Peuterwerkprogramma van Peuterwerk IKC de Regenboog. Kinderen worden op onze locatie geplaatst op eigen initiatief of op doorverwijzing van het consultatiebureau. Kinderen met een VVE-indicatie komen vier ochtenden per week op Peutewerk IKC de Regenboog en krijgen zo ten minste 10 uur aan activiteiten aangeboden gericht op het stimuleren van ontwikkelingsdomeinen. Elke medewerker van deze locatie heeft minimaal 1 module over het verzorgen van voorschoolse educatie gevolgd. Wanneer een nieuwe medewerker start bij de locatie wordt op zo kort mogelijke termijn een training ingepland voor deze medewerker. Van elke medewerker is in het personeelsdossier een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond, specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma s. Voor het op peil houden en verbeteren van het VVE-niveau op de locatie maken we jaarlijks een scholingsplan. In dit plan zijn de trainingen voor nieuwe medewerkers opgenomen, de her certificeringen en algemene bijeenkomsten ter verbetering van het VVE-niveau. Het plan voor komend jaar is hieronder te vinden: Op deze locatie volgen we de ontwikkeling van kinderen aan de hand van het kindvolgsysteem: Welbevinden en betrokkenheid. Kind Volg Systeem Welbevinden en betrokkenheid maken het verschil In iedere situatie is ons doel: de ontwikkeling van het kind verrijken. Daarbij vormen welbevinden en betrokkenheid de bril waardoor wij kijken. Voelt het kind zich goed? Is de betrokkenheid hoog? Dat zijn de vragen die ertoe doen. Altijd. Een kind dat lekker in zijn vel zit en met hoge betrokkenheid actief is, is maximaal in ontwikkeling. Dat geldt ook voor de ouder en de begeleidende professional. 4/7

5 Met welbevinden en betrokkenheid als leidraad, krijgen we onmiddellijke feedback over onze aanpak, interacties en nieuwe interventies. Doen we de goede dingen? Je ziet het direct: kijk hoe het kind zich voelt en hoe betrokken het is. Vier pedagogische pijlers die welbevinden en betrokkenheid stimuleren: Opvoeden doen we samen In een rijke, uitdagende omgeving Met ruimte voor initiatief Altijd in dialoog De ouders worden betrokken bij het stimuleren van de ontwikkeling van hun kinderen door regelmatig met elkaar in gesprek te gaan tijdens het bespreken van de formulier uit het kindvolgsysteem LOV(Lingewaards Overdracht en Verwijsprocedure). Als peuters starten met 2 jaar dan: 1 e gesprek met ouders 3 maanden na start Peuterwerk (B.v. afkoring 3 mnd) 2 e gesprek met ouders rond 3 e verjaardag ( afkorting 3 jr) 3 e gesprek en afsluitend gesprek met ouders rond 3 jaar en 8 maanden (afkorting 3 jr. en 8 mnd) Bij dit gesprek bespreken de mentor en de ouders de stand van zaken, evalueren de acties op de locatie en thuis en maken nieuwe afspraken voor de komende periode. De afspraken worden genoteerd in een kinddossier. We introduceren de thema s waarmee we werken aan de ouders. We geven ouders tips over dingen die ze thuis kunnen doen, bijvoorbeeld welke boekjes ze kunnen lezen of welke liedjes ze kunnen zingen. Ouders kunnen meedraaien op de groep om te kunnen ervaren hoe de ontwikkeling van kinderen gestimuleerd kan worden (afhankelijk van ouderpopulatie). Ouders zijn op de hoogte van het programma waarmee we werken door de Uk en Puk nieuwsbrieven voor ouders te mailen via het Ouderportaal van SKAR. Door middel van de brieven willen we ouders graag betrekken bij het programma dat we aanbieden en zo het effect ervan voor hun kind te verhogen. Op de Peuterwerkgroep zijn hoeken aanwezig waarin een kenmerkend domein van ontwikkeling te herkennen is (bijvoorbeeld leeshoek, bouwhoek of/en een huishoek). Middels de scanning op welbevinden en betrokkenheid krijgen we inzicht in de ontwikkeling van de kinderen en kunnen deze relateren aan de pijler rijke uitdagende omgeving. Door naar kinderen te kijken kunnen er aanpassingen in de rijke uitdagende omgeving plaatsvinden. Doorgaande lijn Verschillende thema s en jaaractiviteiten worden afgestemd met school IKC de Regenboog. We werken met het Lingewaards overdrachts en verwijsformulier om de doorgaande lijn tussen Peuterwerk en de basisschool invulling te geven. Indien gewenst of nodig zorgen we ervoor dat we een overdracht plannen waarbij de mentor, leerkracht en de ouder aanwezig is. 5/7

6 VVE-scholingsplan: Op de agenda van het werkoverleg met Peuterwerk (gemiddeld 1x per 6 weken) staat het werken met Puk structureel op de agenda zodat wij de inhoudelijker werkwijze van Uk en Puk op de groep 1x per 6 weken bespreken met elkaar. Ouders zijn op de hoogte van het programma waarmee we werken door de Uk en Puk nieuwsbrieven voor ouders. Door middel van de brieven willen we ouders graag betrekken bij het programma dat we aanbieden en zo het effect ervan voor hun kind te verhogen. De focus voor 2018 De matrix Ik ben in beeld laat een rijke invulling zien. Om gericht te kunnen werken zal de focus voor 2018 liggen op: 1. Introductie van het Pedagogisch Kompas op de werkvloer Welbevinden en betrokkenheid maken het verschil In iedere situatie is ons doel: de ontwikkeling van het kind verrijken. Daarbij vormen welbevinden en betrokkenheid de bril waardoor wij kijken. Voelt het kind zich goed? Is de betrokkenheid hoog? Dat zijn de vragen die ertoe doen. Altijd. Een kind dat lekker in zijn vel zit en met hoge betrokkenheid actief is, is maximaal in ontwikkeling. Dat geldt ook voor de ouder en de begeleidende professional. Met welbevinden en betrokkenheid als leidraad, krijgen we onmiddellijke feedback over onze aanpak, interacties en nieuwe interventies. Doen we de goede dingen? Je ziet het direct: kijk hoe het kind zich voelt en hoe betrokken het is. Vier pedagogische pijlers die welbevinden en betrokkenheid stimuleren: Opvoeden doen we samen In een rijke, uitdagende omgeving Met ruimte voor initiatief Altijd in dialoog Het team van Peuterwerk IKC de Regenboog wordt in 2018 hiervoor geschoold door de pedagogisch coach van SKAR; Esther de Beer. 2.Stimuleren van het (voor) lezen. 6/7

7 Om taal te leren zijn jonge kinderen afhankelijk van wat ze om zich heen horen, van hun talige omgeving. Een rijke taalomgeving houdt in dat de opvoeder veel met het kind praat, dat het kind gestimuleerd wordt om zelf te praten en dat de opvoeder veel met het kind praat, dat het kind gestimuleerd wordt om zelf te praten en dat er materiaal aanwezig is dat taal bevordert. Boeken zijn een middel bij uitstek om de taalomgeving van kinderen te verrijken. Boeken geven op een vanzelfsprekende manier aanleiding tot contact en uitwisseling. Pedagogisch medewerkers gebruiken tijdens voorlezen complexere taal dan b.v. tijdens het verzorgen. Ook bestede ze tijden het voorlezen vaak nadrukkelijk aandacht aan de betekenis van woorden. Hiernaast leren de kinderen met behulp van boekjes (nadenken) over de wereld om het heen (b.v. over dieren en de geluiden die ze maken, Over het weer over emoties en familie enz.) Peuterwerk IKC de Regenboog stimuleert het voorlezen middels 4 pijlers: - Peuterwerk is in het bezit van een grote boekencollectie die aansluit bij de belangstelling en ontwikkeling van de verschillende kinderen in de groepen die past bij het thema. - In de groepsruimte is een aantrekkelijke (voor) leeshoek, waar een groepje kinderen kan worden voorgelezen en waar kinderen zelfstandig en ongestoord boekjes kunnen lezen. - Voorlezen is een vast onderdeel van het peuterprogramma. Voor alle kinderen ongeacht de leeftijd. - Omdat de taalomgeving thuis het meest belangrijk is voor de taalontwikkeling van het kind, stimuleren we ouders thuis ook voor te lezen. 7/7