1.2 BIJLAGE BIJ PEDAGOGISCH BELEID

Transcriptie

1 1.2 BIJLAGE BIJ PEDAGOGISCH BELEID

2 1.2 Bijlage bij Pedagogisch beleid inclusief VVE, locatie specifieke deel Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd) Naam locatie: kdv Eigenwijs Ingevuld door: TL Jenny de Faber Datum: 17 juli 2018 Onderwerp Algemeen beleid Knelpunten locatie (Bespreekpunten met team/oudercie) A.Transparant gebouw en omgeving B. Inzet personeel C. Mee kunnen kijken/luisteren (kans op meekijken/luisteren zo groot mogelijk) D. Deskundigheid en kennis pedagogisch medewerkers E. (Aanspreek)- cultuur Maximale transparantie: volwassenen kunnen in elke groeps-, verschoon-, slaap- en algemene ruimte naar binnen kijken (geen verborgen hoeken). Uitstapjes in de directe omgeving en door één pedagogisch medewerker zijn mogelijk (geen protocol). We houden ons aan de Rekentool Maximaal 3 uur per dag zijn er minder pm ers op de groep. Flexwerkers werken zoveel mogelijk op de zelfde locatie. Stagiaires en uitzendkrachten staan niet alleen op een groep. In situaties waarin pm ers alleen staan, kunnen anderen altijd meekijken/ meeluisteren. Vierogenprincipe is opgenomen in pedagogisch beleid. Pm ers zijn op de hoogte van: Meldcode kindermisbruik en huiselijk geweld. Er is een vertrouwenspersoon. Beleid is in ontwikkeling op het gebied van seksuele ontwikkeling Toepassing Gedragscode met o.a. afspraken over niet oppassen bij ouders en fotogebruik. Onderzoek oorzaken van een niet-pluis gevoel altijd, neem passende maatregelen. Eventueel verwijzen naar de vertrouwenspersoon/klokkenluiderregeling. Clustermanager bespreekt klachten en klantsignalen met team en oudercommissie Het gebouw is transparant, alle groepen zijn te zien vanaf de buitenzijde, ook zijn ze inzichtelijk vanaf de gang. Overal zijn ramen en de groepen staat in verbinding met de BSO door een tussendeur. We houden ons aan de Rekentool mocht er afgeweken worden, zullen we dit vermelden op het bord in de gemeenschappelijke hal. Op deze locatie ben je bijna altijd met zijn 2en aanwezig, mocht het kindaantal zo laag zijn dat de pm er alleen kan staan dan de volgende oplossing: de teamcoordinator of manager zal dan in het pand aanwezig zijn. Geen knelpunten NVT Mogelijke oplossingen Er staan vacatures open voor vaste flexwerkers. Voor de regio maken we een pool met vaste flexibele medewerkers. Jenny de faber, de teamleider of Yvonne Prenger, de gebiedsmanager zal dan aanwezig zijn om andere werkzaamheden te doen. De ouders hebben op de begane grond vrij toegang middels een code Medewerkers zijn bekend in het toepassen van de feedbackregels Het team heeft de afspraken op schrift. Afspraken (Wie doet wat, wanneer?) -de slaapkamers hebben raampjes -de verschoonplekken zijn op de groep Zie bijlage 2 voor de pauzetijden Stagiaires en uitzendkrachten staan niet alleen op de groep. Jenny de Faber zal aanwezig zijn op locatie OP de etage is een school en een BSO aanwezig, zij lopen regelmatig binnen. Het onderwerp Veiligheid staat iedere teamvergadering op de agenda Pm zijn op de bekend met het veiligheidsplan Bij niet-pluis gevoel wordt de manager ingelicht. Manager en/of teamcoordinator observeert en signaleert, zij is wekelijks op de werkvloer aanwezig. 2/9

3 Bijlage 2 Locatie in beeld. Pedagogische en praktische afspraken Naam locatie: kdv Eigenwijs Adres locatie: Forum 3, 6661 TW Elst Op onze locatie is de leidinggevende Yvonne Prenger Gebiedsmanager Overbetuwe. Deze wordt bijgestaan door Jenny de Faber TL kdv Eigenwijs en BSO Schateiland. Naam groep Leeftijd Maximaal aantal kinderen 1 Appeltjes Bananen Mandarijnen Druiven Per 1 jan Indeling van de groepen Appeltjes 0-1,5 8 2 Bananen Mandarijnen 1,5 2, Druifjes 2, Groep 1 Appeltjes.. s avonds Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot Groep 2 Bananen.. s avonds Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot Groep 3 Mandarijnen... s avonds Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot /9

4 Groep 4 Druifjes. s avonds Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot Groep 5.. s avonds Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot Locatie informatie Wanneer er veranderingen in het basisrooster worden aangebracht dan maken we dit bekend via: Ons mededelingenbord in de hal / ouderportaal en middels de maandelijkse Nieuwsbrief. Op onze locatie voegen we groepen structureel samen op: Woensdagen: Druifjes en Mandarijnen samen en de middag komen de Bananen er ook bij. Er zijn dan niet meer kinderen dan 11 of 12 (conform leidster kind ratio) Vrijdagen: Bananen, Mandarijnen en Druifjes bij elkaar. De Appeltjes zitten in het lokaal ernaast. Is er flexibele kinderopvang? Zo ja, dan is dat als volgt geregeld: Op dit moment hebben we geen kinderen die felxibele opvang afnemen bij ons. Maar wanneer deze wel aanwezig is worden de uren aangevraagd bij Klantcontact voor de 15 de van de maand en worden verwerkt door Jenny de Faber wanneer de maandplanning gerealisseerd wordt. Op onze locatie hanteren wij een open deuren beleid: Ja, de eigen groep is voor kinderen een veilige basis. Vanuit deze veiligheid willen kinderen hun wereld vergroten en willen ze ervaren wat er achter de vertrouwde deur gebeurt. Door het werken met het open-deuren-beleid bieden we kinderen meer ruimte om op ontdekkingstocht te gaan en eventueel met andere kinderen buiten de eigen groep te gaan spelen. Open-deuren-beleid houdt in dat er op vaste momenten de deuren open staan en kinderen ervoor kunnen kiezen om de andere groep te verkennen. Wanneer hier een activiteit geboden wordt kunnen ze hierbij aansluiten. De kinderen kunnen zelf kiezen aan welke activiteit ze mee willen doen en kunnen er voor kiezen om bij de vaste pedagogisch medewerker in de buurt te blijven. De pedagogisch medewerkers lopen rond, observeren en helpen waar nodig. Kinderen die er nog aan moeten wennen, verkennen samen met een pedagogisch medewerker de verschillende ruimtes en worden extra ondersteund. Kinderen krijgen zo meer en nieuwe mogelijkheden om: - Zich veilig en vertrouwd te voelen binnen het kinderdagverblijf. Doordat kinderen andere pedagogisch medewerkers en andere groepsruimtes leren kennen, voelen zij zich ook bij hen vertrouwd. Het dagverblijf kan zo een leefgemeenschap worden 4/9

5 waar iedereen elkaar kent en zo het gevoel van veiligheid en geborgenheid vergroten. - Persoonlijke competenties te ontwikkelen. Kinderen komen in aanraking met nieuwe activiteiten of materialen die zij in de eigen ruimte niet hebben. Zij leren om zelfstandig ontdekkingen te doen en merken dat zij iets durven te ondernemen. Door meer en uiteenlopende ervaringen vergroten kinderen hun leefwereld. - Sociale competenties te ontwikkelen. Kinderen maken kennis met andere kinderen en pedagogisch medewerkers. Zij zien hoe andere kinderen spelen, leren om zelf contacten te leggen en ontwikkelen voorkeuren voor bepaalde speelgenootjes. Er is voor de kinderen meer keuze en Kinderen mn kennis met andere kinderen en pedagogisch medewerkers. Er is voor de kinderen meer keuze in speelgenootjes met dezelfde leeftijd, interesses etc. Het kind blijft langer geintresseerd in het Kinderdagverblijf voordat het naar school gaat. Bij de volgende (spel)activiteiten verlaten de kinderen de stamgroep: Kinderen gaan samen met hun vaste medewerkers naar de andere ruimte en worden met de andere kinderen bij elkaar gebracht. De vaste medewerker blijft of gaat terug. De vaste medewerker houdt de kinderen in de gaten en overlegd met de collega s hoe lang de activiteit duurt. De oudere kinderen kunnen in overleg ook onder toezicht in de gang spelen. De kinderen van de peutergroep de Druifjes spelen op de etage regelmatig met de schoolkinderen en bezoeken zo nu en dan op uitnodiging de klassen waarmee zij de gang delen. Is er maar één beroepskracht aanwezig? Dan is de achterwacht als volgt geregeld: Er is ten alle tijden een teamleider bereikbaar als achterwacht, het schema hangt op de deur van het kantoor, op de toegangsdeur en via de voic van de TL ers de medewerkers zijn hierover geinformeerd via de mail. Op deze manier is het altijd duidelijk bij het personeel en de ouders. Tussen uur slapen veel kinderen dit moment van de dag gebruiken we als lunchpauze voor de medewerkers, er worden dan minder pedagogisch medewerkers ingezet. (binnen de geldende regels) Dit duurt nooit langer dan 1 ½ uur. De kinderen zijn bekend met alle vaste medewerkers van Eigenwijs tijdens de pauze is er een collega op de groep aanwezig. Wennen en overgaan naar een andere groep: Nieuwe kinderen worden 4 weken van te voren uitgenodigd voor een intake gesprek waarin de bijzonderheden van het kind en de groep worden besproken. Ook krijgen de ouder(s) de Huisregels mee. Hierna volgt het wennen en dit gebeurt 1 of 2x. Dit in overleg met de ouder(s). Kinderen die over gaan naar de volgende groep gaan gemiddeld 2 weken van te voren wennen. Er worden wenafspraken ingepland en ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. Het kind gaat wennen op de dagen dat het al naar de opvang gaat. De medewerker gaat met het kind naar de groep waar het gaat wennen. Het kind blijft dan de afgesproken tijd op de nieuwe groep. Dit is vaak 1 dagdeel. Op de laatste wendag brengt de ouder het kind op de groep waar het gaat wennen. Belangrijke gegevens staan al in de tablet op het Ouderportaal maar zullen wanneer nodig nog mondeling worden toegelicht. VVE methode De VVE plannen worden ingevoegd in de vaste momenten die op de groep, met de groep gedaan worden. En soms momenten met het kind alleen. 5/9

6 Alles om de onderwijsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. Dit doen we door in nauwe samenwerking met Zorg Coordinator Veronique en gemeente te werken aan welbevinden en betrokkenheid bij onze kinderen. Wij zorgen ervoor dat kinderen in aanraking kunnen komen met de SLO-doelen op de gebieden van taal, rekenen en sociaal-emotionele ontwikkeling. En daarnaast gaan deze kinderen mee in de observaties/kind Volg Systeem van het Welbevinden. Ook hiermee kunnen nieuwe doelen aan het licht komen die weer met de ouders besproken kunnen worden. Locatie Eigenwijs werkt met de Uk en Puk methode. Met deze methode komen alle ontwikkelings gebieden voorbij en wordt de ontwikkeling gestimuleerd. In de groep van uw kind kunt u, behalve de kinderen en de pedagogisch medewerkers, ook Puk tegenkomen. Puk is een pop, een speelkameraadje van de kinderen. Maar Puk is nog veel meer dan dat. Puk hoort bij het activiteitenprogramma Uk & Puk, dat speciaal ontwikkeld is voor kindercentra. Het doel is om kinderen tussen de 0 en 4 jaar in hun ontwikkeling te stimuleren door samen te spelen en te ontdekken. Uk & Puk biedt uw kind de speelruimte om vaardigheden te oefenen op het gebied van spraak en taal, omgaan met gevoelens en omgaan met elkaar, bewegen en ervaren en ruimtelijk begrip. Uk & Puk bestaat uit allerlei activiteiten rondom verschillende thema s. De thema s zijn zo gekozen dat ze dichtbij de belevingswereld van uw kind staan. Puk speelt vaak een belangrijke rol in de activiteiten. Hij maakt iets mee dat de kinderen herkennen. Hij heeft bijvoorbeeld nieuwe schoenen of hij is verkouden. Hij laat de kinderen iets zien, maakt een grapje en stelt vragen. Via Puk worden de kinderen betrokken bij een activiteit en uitgedaagd om mee te doen. Puk is een vriendje bij wie kinderen zich veilig voelen. Naast Puk, staat dus vooral uw Uk centraal in elke activiteit. Hieronder beschrijven we een aantal concrete kenmerken waaraan u onze visie kunt herkennen in de praktijk. Door het inzetten van deze middelen werken we aan de ontwikkeling van het jonge kind. Taal: Beroepskrachten stimuleren de taal door zelf het voorbeeld te geven in het juiste taalgebruik. Er wordt aan de hand van woordkaarten aan kinderen begrippen aangeleerd, iedere dag wordt er voorgelezen en daarnaast volop gezongen. Kinderen die de taal nog niet goed eigen zijn worden gestimuleerd om dit ook samen met hun ouders te doen. Zij krijgen dan de tekst van het liedje mee naar huis en indien nodig wordt het liedje ook aan de ouder aangeleerd zodat ook thuis dit samen opgepakt kan worden. Rekenen: Kinderen krijgen de gelegenheid om leerervaringen op te doen middels activiteiten en spelmateriaal De beroepskracht begeleidt deze (doorgaans individuele) activiteit op een positieve, stimulerende wijze. Zij vraagt de kinderen: 'Hoeveel bekers zien jullie op de tafel staan of hoeveel stukjes appels hebben jullie opgegeten? Zullen we samentellen hoeveel vingers eraan mijn hand zitten? In het Puk thema, die per 6 weken veranderd van thema zorgen we ervoor dat dergelijke kleine rekenoefeningen aan bod komen. Denk ook aan balspelen en of het bouwen van een toren. Het tellen van het aantal blokken stimuleert de kinderen om het rekenen te ontwikkelen. Motoriek: Kinderen worden uitgedaagd om te klimmen en te klauteren maar ook om kleine verfijnde handelingen te verrichten. We gebruiken regelmatig gym materialen in de hal zodat kinderen kunnen bewegen. Erbovenop en er onderdoor, door vallen en opstaan leren ze hun eigen lichaam en mogelijkheden kennen. Daarnaast is er een uitdagende buitenruimte die is ingericht om bijvoorbeeld in op kleine boomstammetjes te lopen of over een heuvel heen te lopen. Het zelfstandig smeren van je eigen boterham of knutselactiviteit is ook een middel die we bewust inzetten om kinderen de fijne motoriek te ontwikkelen. Sociale competentie: "De kinderen maken deel uit van het groepsgebeuren." De kinderen zitten aan tafel om te 6/9

7 eten. Er wordt met elk kind een gesprekje gevoerd. Ze mogen zelf kiezen of ze het brood zelf willen smeren. Een kind mag helpen om de benodigdheden uit te 8/10 delen. Wanneer iedereen eten heeft wordt er samen gezegd: "smakelijk eten allemaal." De kinderen voelen zich zichtbaar op hun gemak en onderdeel van de groep. In elk lokaal zijn hoeken aanwezig waarin een kenmerkend domein van ontwikkeling te herkennen is (bijvoorbeeld leeshoek, bouwhoek of een huishoek). Middels de scanning op welbevinden en betrokkenheid krijgen we inzicht in de ontwikkeling van de kinderen en kunnen we deze relateren aan de pijler rijke uitdagende omgeving van het pedagogisch kompas. Door naar kinderen te kijken kunnen er aanpassingen in de rijke uitdagende omgeving plaatsvinden. Dit is een continu proces, wat aandacht vraagt van de beroepskracht, om ervoor te zorgen dat aan de kinderen steeds een passend aanbod wordt aangeboden. Zowel in ruimte als in materiaal. Daarnaast hebben we de beschikking over de gang ruimte om in kleine groepjes met kinderen te kunnen werken. Kinderen worden op onze locatie geplaatst op eigen initiatief of op doorverwijzing van het consultatiebureau. Kinderen met een VVE-indicatie maken per week ten minste twee dagdelen van 5 uur gebruik van onze opvang en krijgen zo ten minste 10 uur aan activiteiten aangeboden gericht op het stimuleren van ontwikkelingsdomeinen. Elke medewerker van deze groep heeft minimaal 1 module over het verzorgen van voorschoolse educatie gevolgd. Wanneer een nieuwe medewerker start bij de locatie wordt op zo kort mogelijke termijn een training ingepland voor deze medewerker. Van elke medewerker is in het personeelsdossier een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond, specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma s. Voor het op peil houden en verbeteren van het VVE niveau op de locatie maken we jaarlijks een scholingsplan. In dit plan zijn de trainingen voor nieuwe medewerkers opgenomen, de hercertificeringen en algemene bijeenkomsten ter verbetering van het VVE-niveau. Het plan voor komend jaar is hieronder te vinden: VVE-scholingsplan: Alle Pedagogisch Medewerkers hebben de Uk en Puk training gevolgd. Deze is in maart 2016 afgerond. Twee Pedagogisch Medewerksters zijn deze certificaten kwijt en moeten de VVE opleiding opnieuw doen. Zij beginnen in November 2018 bij Stichting Pas met VVE basiscursus Actief Betrokken van 12 dagdalen. Deze medewerkers staan altijd naast een medewerker die VVE geschoold is en begeleiding geen VVE kinderen. Ieder teamoverleg wordt de uitvoering van Uk en Puk op locatie besproken, geëvalueerd en bijgesteld. Twee keer per jaar is er voor het kdv een unitavond waarin er een pedagogisch thema aan bod komt. De medewerkers die de VVE kinderen begeleiden hebben dagelijks overleg in het gangmoment om ervaringen te delen. O.a het werken met het plan van aanpak met de kinderen en de ouders wordt besproken, hoe om te gaan met bijzonder gedrag, wanneer schakel je de VVE zorgcoordinator in of de logopediste. Als hier verdere scholingswensen uitkomen wordt gekeken hoe dit te organiseren. Ouders zijn op de hoogte van het programma waarmee we werken door publicatie in de locatienieuwsbrieven en door het thema zichtbaar in de hal en op de groepen ten toon te stellen. Ouders kunnen de woordkaarten die gebruikt worden bij de thema s vinden via een link in de nieuwsbrief. Ieder kind krijgt een mentor toegewezen. Deze mentor is het aanspreekpunt voor de ouders. Bij toewijzing van mentorschap is rekening gehouden met voldoende aanwezigheid tegelijkertijd met het kind en het aantal kinderen waarvan een pedagogisch medewerker al mentor is. Kinderopvang SKAR werkt met het observatie-instrument Welbevinden. Ouders worden jaarlijks uitgenodigd om de uitkomsten van de kind observatie te bespreken. De mentor heeft hierin een belangrijke rol. Om adequaat op de ontwikkeling en behoefte van het kind te kunnen inspelen, is het 9/10 belangrijk dat pedagogisch medewerkers weten wat een kind bezig houdt. Op de dagopvang wordt elk kind tot de leeftijd van 3 jaar 2 maal per jaar geobserveerd, van 3-4 jaar op de dagopvang en op de BSO 1 maal per jaar, door de mentor van het kind. De observatie wordt geregistreerd in het Welbevindenboekje 7/9

8 van het kind. ( Er bestaan drie Welbevindenboekjes 0 4 jaar / 4 8 jaar / 8 13 jaar ) Na de observatie volgt intercollegiaal overleg voorafgaand aan de kindgesprekken. Daarnaast wordt de ouders gevraagd een vragenlijst in te vullen zodat de mentoren en de ouders samen in gesprek kunnen gaan over het kind op het KDV en thuis. De pedagogisch medewerkers kunnen bij vragen ondersteund worden door een pedagogisch adviseur van Kinderopvang SKAR en waar nodig en mogelijk kan ondersteuning van buitenaf plaats vinden. We werken met een overdrachtsformulier om de doorgaande lijn tussen peuterwerk en de basisschool invulling te geven. Indien gewenst of nodig zorgen we ervoor dat we een overdracht plannen waarbij de mentor, de leerkracht en de ouder aanwezig zijn. Observatiemethode en kind-volg-systeem KDV Eigenwijs maakt gebruik van het Welbevinden. Dit is het Kind Volg Systeem zoals hierboven beeschreven. Het is de bedoeling dat we uiteindelijk een keer gaan overstappen op Looqin omdat deze beter aansluit op het Pedagogisch Kompas. Maar wanneer dit is is nog geen duidelijk beeld over. De focus voor 2018 De matrix Ik ben in beeld laat een rijke invulling zien. Om gericht te kunnen werken zal de focus voor 2018 liggen op: Hierin heeft de Oudercommissie mee gedacht en samen hebben we de focusdoelen voor de baby en verticale groep gekozen. Voor de Mandarijnen en Druiven zijn het andere doelen geworden omdat zij met een oudere leeftijdsgroep werken/ gaan werken. Ik ben in beeld doelen voor de Appeltjes en Bananen 1. Ik kan met mijn handen werken: Materialen in mijn omgevind worden afgewisseld en / of aangevuld, afhankelijk van de initiatieven. Dit sluit goed aan op de manier hoe we met Uk en Puk werken. Regelmatig de materialen gebruiken die in het handboek van Uk en Puk voorschreven worden en dan, zoveel mogelijk, de materialen die we thuis ook gebruiken. Zoals echte keukenspullen, echte hakschoenen en een echt peuterbed. 2. Ik begrijp de fysische wereld: Ik mag en kan met de andere kinderen en de leidsters ervaringen opdoen in een veilige, gezellige sfeer. Volwassenen nemen deel en lokken ervaringen uit. De ruimtes zetten we niet te vol waardoor kinderen alle ruime hebben alle hoekjes te ontdekken, gebruiken speelgoed wat er op dat moment toe doet, medewerkers zitten tussen de kinderen, praten / zingen met de kinderen/ bieden een veilige / bekende omgeving. Ik ben in beeld doelen voor de Mandarijnen en Druifjes 1. Ik kan mijn lichaam gebruiken: Ik mag ontdekken en onderzoeken en experimenteren me mijn hele lichaam. Vallen en opstaan horen bij het leren. Zo hebben we de keukenkastjes niet afgeschermd met beveiligers maar alleen maar materialen in de kastjes staan waaraan kinderen zich niet aan kunnen verwonden. Bij de Druifjes is er meer ruimte kom te klimmen en te klauteren. De medewerkers proberen hier ook steeds te kijken of ze de kinderen meer uitdaging kunnen geven zonder dat het gevaarlijk is. Wat gevaarlijk is bespreken we regelematig in de WB gesprekken. 8/9

9 2. Ik begrijp de sociale wereld: Ik mag kiezen of ik alleen of met anderen wil spelen. Zo leer ik goed naar mezelf luisteren en voel ik me zeker. Ik kan van mijn ontmoetingen leren. Kinderen in hun eigen tempo laten leren en dit kan alleen of samen. Sociaal gedrag zullen we altijd stimuleren maar er ook voor waken dat kinderen ook hun eigen ruimte krijgen. 9/9