SOCIAAL PLAN Brush HMA B.V. [datum]

Transcriptie

1 SOCIAAL PLAN Brush HMA B.V. [datum] 1

2 INHOUDSOPGAVE Overwegingen 3 1. Definities 4 2. Algemeen 8 3. Boventalligheid en Aanzegging Herplaatsing Externe bemiddeling Vergoeding 20 Bijlagen 24 2

3 OVERWEGINGEN: I. Brush HMA B.V. (de Werkgever ) is voornemens haar onderneming vanwege bedrijfseconomische omstandigheden te reorganiseren, als gevolg waarvan arbeidsplaatsen komen te vervallen, een en ander zoals toegelicht in de adviesaanvraag van 2 februari 2018 en de daarbij gevoegde reorganisatienota (de Reorganisatie ). II. III. IV. De ondernemingsraad van de Werkgever is op 2 februari 2018 conform artikel 25 Wet op de ondernemingsraden om advies gevraagd met betrekking tot het voorgenomen besluit tot de Reorganisatie. De ondernemingsraad van de Werkgever heeft op [datum] advies gegeven over het voorgenomen besluit tot de Reorganisatie. De Vakverenigingen zijn geraadpleegd in overeenstemming met de CAO en de Wet melding collectief ontslag. V. Ter beperking (voor zover mogelijk) van de nadelige gevolgen van de Reorganisatie voor de Werknemers in termen van werkgelegenheid, rechtspositie en arbeidsvoorwaarden, en mede gelet op de duur van het dienstverband en de arbeidsmarktpositie van de Werknemers, zijn de Werkgever en (de vertegenwoordigers van) de Vakverenigingen op [datum] dit Sociaal Plan overeengekomen. VI. Het Sociaal Plan wordt na ondertekening door de Werkgever aangemeld als cao bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Na afronding van deze procedure heeft dit Sociaal Plan de status en de rechtsgevolgen van een collectieve arbeidsovereenkomst. Dit Sociaal Plan kent na afloop ervan geen nawerking. 3

4 Hoofdstuk 1: Definities Aangezegde Werknemer Aanzegging Aanzegdatum Afspiegelingsbeginsel Beëindigingsdatum Beëindigingsvergoeding Begeleidingscommissie Boventallige Werknemer de Werknemer waarvan het ontslag is aangezegd door middel van de Aanzegging de schriftelijke mededeling aan de Werknemer per welke datum zijn arbeidsplaats komt te vervallen én per welke datum zijn arbeidsovereenkomst zal (behoren te) eindigen conform het bepaalde in artikel 3.2. de datum waarop het ontslag door middel van de Aanzegging wordt aangezegd aan de Werknemer het afspiegelingsbeginsel zoals bedoeld in artikel 11 van de Ontslagregeling de datum waarop de arbeidsovereenkomst tussen de Werknemer en de Werkgever eindigt op initiatief van de Werkgever, hetzij met wederzijds goedvinden door middel van een Vaststellingsovereenkomst, hetzij door opzegging van de arbeidsovereenkomst door de Werkgever na toestemming van UWV de vergoeding zoals bedoeld in de artikelen 6.1. en verder de commissie die is ingesteld om toe te zien op een juiste toepassing van het Sociaal Plan en tot taak heeft erop toe te zien en er aan mee te werken dat de belangen van de Werknemers optimaal worden behartigd, een en ander conform de werkwijze zoals bepaald in bijlage 1 de Werknemer van wie de arbeidsplaats als gevolg van de Reorganisatie, op korte termijn of in de (nabije) toekomst, komt te vervallen en daarover door de Werkgever is geïnformeerd conform het bepaalde in artikel 3.1. Boventalligheidsdatum de datum waarop de Werknemer schriftelijk wordt geïnformeerd dat zijn arbeidsplaats als gevolg van de Reorganisatie, op korte termijn of in de (nabije) toekomst, komt te vervallen Brush Brush Electrical Machines Limited en de daaraan gelieerde vennootschappen Bruto Maandsalaris het bruto basissalaris per maand te vermeerderen met 8% vakantietoeslag en (voor zover van toepassing) alle vaste toeslagen, waaronder begrepen de ploegentoeslag en de toeslag die wordt betaald op grond van artikel 4.12 lid 5 en 6 CAO, de SAO-toeslag, de persoonlijke toeslag, de projectploegentoeslag, de BHV-toeslag, de functietoeslag, de consignatietoeslag, de toeslagen uit de karweiregeling voor binnen- en buitenland alsmede de vergoedingen voor overwerk 4

5 Voor de toepassing van dit Sociaal Plan wordt het Bruto Maandsalaris berekend dat geldt op de laatste dag van het dienstverband Voor de referteperiode van de toeslagen en overwerkvergoedingen geldt artikel 3 van het Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding (zie bijlage 2); de projectploegentoeslag geldt als een variabel loonbestanddeel (en dus een referteperiode van 36 maanden over de kalenderjaren voorafgaand aan het jaar waarin ontslag plaatsvindt) BW CAO Dienstjaren het Burgerlijk Wetboek de Collectieve Arbeidsovereenkomst in de Metalektro het aantal dienstjaren dat de Werknemer per de Beëindigingsdatum in dienst is geweest bij de Werkgever waarbij ook dienstjaren vóór de leeftijd van 18 jaar mee tellen In afwijking van het bepaalde in artikel 7:673 lid 4 BW worden bij onderbrekingen in het dienstverband van maximaal 12 maanden twee (of meer) perioden samengeteld, ook bij onderbrekingen die liggen voor 1 juli Als door onderbreking van langer dan 12 maanden niet wordt samengeteld geldt daarmee alleen de laatste periode. Opzegtermijn de door de Werkgever en de Werknemer in acht te nemen termijn zoals bedoeld in artikel 7:672 BW Dat betekent voor de Werkgever (berekend op de dag dat wordt opgezegd): Tot 5 jaar dienstverband: 1 maand 5 tot 10 jaar dienstverband: 2 maanden 10 tot 15 jaar dienstverband: 3 maanden 15 jaar of langer dienstverband: 4 maanden Voor de Werknemers geboren in 1953 of eerder kan een langere termijn gelden als zij op 1 januari 1999 reeds in dienst waren van de Werkgever. Dit op grond van artikel 2.3 van de CAO Voor de Werknemers is de opzegtermijn een maand Opzegging vindt in beide situaties plaats tegen het einde van de maand NB. UWV hanteert bij ontslag via een vaststellingsovereenkomst een fictieve opzegtermijn voordat WW wordt uitgekeerd. Deze is 1 tot maximaal 4 maanden conform de bovenstaande staffel en wordt berekend vanaf de dag, dat de vaststellingsovereenkomst wordt ondertekend 5

6 Partijen Passende Functie Peildatum voor afspiegeling Plaatsmaker Reorganisatie Sociaal Plan Transitievergoeding Toekomstige reorganisatie Vakverenigingen Vaststellingsovereenkomst de partijen bij dit Sociaal Plan, te weten de Werkgever enerzijds en de Vakverenigingen anderzijds een beschikbare functie die aansluit bij de opleiding, ervaring en capaciteiten van de Werknemer, zoals bedoeld in het bepaalde in artikel 9 van de Ontslagregeling. Daarbij wordt een functie die maximaal één functieniveau hoger of lager is dan de vervallen functie ook als passend beschouwd. Tevens is sprake van een Passende Functie wanneer de Werknemer binnen een termijn van negen maanden (ingaand op de beoogde datum van benoeming in de Passende Functie) geschikt is te maken door scholing. Passende Functies bij Brush in het buitenland (indien aanwezig) zullen worden aangeboden aan de Boventallige Werknemers. Echter, indien een Werknemer deze functie afwijst zullen daar voor de toepassing van het Sociaal Plan geen consequenties aan worden verbonden de datum zoals bedoeld in het bepaalde in artikel 12 van de Ontslagregeling, welke in het kader van de Reorganisatie is bepaald op 2 februari 2018; de datum waarop de Werkgever het voorgenomen besluit tot de Reorganisatie ter advisering heeft voorgelegd aan de ondernemingsraad een Werknemer, niet zijnde een Boventallige Werknemer, die vrijwillig zijn dienstverband opzegt en met toestemming van de Werkgever gebruik maakt van de plaatsmakersregeling genoemd in artikel van dit Sociaal Plan de reorganisatie van de onderneming van de Werkgever, als gevolg waarvan arbeidsplaatsen komen te vervallen, een en ander zoals toegelicht in de adviesaanvraag van 2 februari 2018 en de daarbij gevoegde reorganisatienota het tussen de Werkgever en de Vakverenigingen op [datum] overeengekomen Sociaal Plan de vergoeding zoals bedoeld in, en berekend conform, het bepaalde in de artikelen 7:673 e.v. BW een reorganisatie (te weten, een wijziging, beëindiging dan wel herstructurering) van de onderneming van de Werkgever, waartoe door de Werkgever binnen de looptijd van dit Sociaal Plan wordt besloten, als gevolg waarvan arbeidsplaatsen op bedrijfseconomische en/of bedrijfsorganisatorische gronden worden beëindigd FNV, CNV Vakmensen.nl, De Unie en RMU-werknemers de schriftelijke overeenkomst tussen de Werkgever en de Werknemer ter beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden, zoals bedoeld in het bepaalde in artikel 7:670b BW 6

7 Vrijstellingsdatum Vrijstelling van werk (bijzondere omstandigheden) Vrijstelling van werk (outplacement) Werkgever Werknemer de datum waarop de Werknemer wordt vrijgesteld van arbeid tot aan de Beëindigingsdatum. de periode waarin de Werknemer onder doorbetaling van loon geen arbeid meer hoeft te verrichten voor de Werkgever vanwege bijzondere omstandigheden (bijvoorbeeld als gevolg van de vermindering of beëindiging van werkzaamheden), een en ander met toepassing van het bepaalde in de artikelen tot en met van dit Sociaal Plan, waarbij de Vrijstellingsdatum schriftelijk van tevoren meegedeeld wordt aan de Werknemer de periode waarin de Werknemer onder doorbetaling van loon geen arbeid meer hoeft te verrichten voor de Werkgever om zich te richten op outplacement, een en ander met toepassing van het bepaalde in artikel 5.7. van dot Sociaal Plan Brush HMA B.V. en haar rechtsvoorgangers de Werknemer die voor onbepaalde tijd op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst is van de Werkgever. 7

8 Hoofdstuk 2: Algemeen Werkingssfeer 2.1. Het Sociaal Plan is uitsluitend van toepassing op de Werknemers, die op de datum van inwerkingtreding van dit Sociaal Plan voor onbepaalde tijd in dienst zijn van de Werkgever en waarvan de arbeidsplaats als gevolg van de Reorganisatie komt te vervallen De relevante delen van het Sociaal Plan, die geen (direct) verband houden met de Reorganisatie, zijn eveneens van toepassing op de Werknemers die voor onbepaalde tijd in dienst zijn en waarvan de arbeidsplaats komt te vervallen als direct gevolg van een Toekomstige reorganisatie Dit Sociaal Plan is niet van toepassing op: de Werknemers die zelf hun arbeidsovereenkomst voor de Boventalligheidsdatum hebben beëindigd; de Werknemers die voorafgaand aan of tijdens de looptijd van het Sociaal Plan op staande voet worden of zijn ontslagen op grond van een dringende reden zoals bedoeld in het bepaalde in artikel 7:678 BW; de Werknemers waarvan de arbeidsovereenkomst door de Werkgever wordt beëindigd als gevolg van langdurige arbeidsongeschiktheid zoals bedoeld in het bepaalde in artikel 7:669 lid 3 sub b. BW; de Werknemers waarvan de arbeidsovereenkomst eindigt als gevolg van het bereiken van de AOW-leeftijd dan wel waarvan de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd op grond van het bepaalde in artikel 7:669 lid 4 BW; en de Werknemers waarvan de tijdelijke arbeidsovereenkomst automatisch eindigt na ommekomst van de looptijd ervan. Datum inwerkingtreding en looptijd / opschortende voorwaarde 2.4. Dit Sociaal Plan treedt in werking met ingang van [datum] en heeft een looptijd tot en met [vijf jaar na ingangsdatum] en eindigt van rechtswege zonder dat voorafgaande opzegging nodig is, niettegenstaande de opschortende voorwaarde zoals bepaald in artikel 2.5. Rechten en plichten voortvloeiende uit de toepassing van dit Sociaal Plan die te maken hebben met de uitloop van termijnen en afhandeling van de in gang gezette procedures blijven van kracht voor de Werknemer ten aanzien van wie dit Sociaal Plan tijdens de looptijd van toepassing was, ook nadat de looptijd ervan is verstreken Dit Sociaal Plan is gesloten onder de opschortende voorwaarde dat de Werkgever niet later dan 15 augustus 2018 kan beginnen met onvoorwaardelijke, volledige en definitieve uitvoering van de Reorganisatie, zonder dat er enige mogelijkheid bestaat tot het in rechte vernietigen dan wel het in rechte aanbrengen van beperkingen en/of voorwaarden aan het besluit tot de Reorganisatie en de uitvoering daarvan. Indien aan deze opschortende voorwaarde niet is of kan worden voldaan, komt het Sociaal Plan niet tot stand en kunnen de Partijen en de Werknemers daaraan geen rechten ontlenen. De Werkgever behoudt zich het recht voor eenzijdig afstand te doen van deze opschortende voorwaarde, mits de Werkgever uiterlijk op 14 augustus 2018 schriftelijk aan de Vakverenigingen kenbaar maakt dat zij afstand doet van deze opschortende voorwaarde. Indien de Werkgever tijdig van dit recht gebruik maakt, komt het Sociaal Plan definitief en onvoorwaardelijk tot stand met ingang van de datum van de hiervoor bedoelde schriftelijke kennisgeving aan de Vakverenigingen. 8

9 Verplichtingen van de Werkgever en de Werknemer 2.6. De Werkgever en de Werknemer zijn gehouden alle verplichtingen die voortvloeien uit een juiste toepassing van het Sociaal Plan na te komen. Begeleidingscommissie 2.7. Met betrekking tot de uitvoering van dit Sociaal Plan wordt een Begeleidingscommissie ingesteld. Dit onderwerp is nader geregeld in bijlage 1. Overleg 2.8. Partijen verklaren zich bereid over de toepassing van het Sociaal Plan, alsmede over die gevallen waarin het Sociaal Plan niet voorziet, zo nodig regelmatig overleg te plegen waarbij gestreefd zal worden om tot een passende oplossing te komen De inhoud van het Sociaal Plan kan tussentijds worden gewijzigd, op verzoek van een der Partijen en na schriftelijke overeenstemming tussen Partijen, indien zich naar de mening van één der Partijen wezenlijke veranderingen (zoals onder meer veranderingen in wet- en regelgeving) voordoen ten aanzien van een in dit Sociaal Plan geregeld onderwerp Indien een wijziging in wet- en/of regelgeving leidt tot een toename van kosten van de Werkgever voortvloeiend uit (de toepassing van) het Sociaal Plan zullen Partijen met elkaar in overleg treden Indien tussen Partijen een verschil van mening ontstaat over toepassing en/of wijziging van het Sociaal Plan, zullen Partijen dit geschil in eerste instantie door onderling overleg proberen op te lossen Indien als gevolg van de uitvoering van de Reorganisatie de Werkgever niet meer valt onder de werkingssfeer van de CAO dan wel onder de werkingssfeer van een andere cao komt te vallen dan wel geen enkele cao op de Werkgever van toepassing is of wordt, zullen Partijen met elkaar in overleg treden over de arbeidsvoorwaardelijke gevolgen daarvan. Tevens zal de Werkgever bij een collectieve wijziging van arbeidsvoorwaarden als gevolg van deze en eventuele Toekomstige reorganisaties de betrokken vakverengingen uitnodigen voor een gesprek daarover. Hardheidsclausule In gevallen waarin de toepassing van het Sociaal Plan zou leiden tot een individueel onbillijke situatie, zal de Werkgever van de bepalingen van het Sociaal Plan afwijken in een voor de Werknemer gunstige zin. Indien partijen van mening verschillen over de vraag of een individueel onbillijke situatie zich voordoet zal de begeleidingscommissie om advies worden gevraagd. Verstrekken van inlichtingen Als voor de uitvoering van dit Sociaal Plan gegevens van werknemer nodig zijn die werkgever niet bezit zal werknemer deze volledig en naar waarheid aan de Werkgever verstrekken. Onjuiste informatie verstrekt door werknemer kan er niet toe leiden dat werknemer meer ontvangt dan waar hij bij juiste informatie recht op zou hebben. 9

10 Garantie Brush Electrical Machines Limited staat garant voor de nakoming van de op de Werkgever rustende verplichtingen uit hoofde van het Sociaal Plan. Zij zal het Sociaal Plan om die reden mede ondertekenen. 10

11 Hoofdstuk 3: Boventalligheid en Aanzegging Bepalen boventalligheid 3.1. Zo spoedig als mogelijk nadat de Werkgever een definitief en onherroepelijk besluit heeft genomen over de Reorganisatie en de uitvoering daarvan, stelt de Werkgever door middel van het Afspiegelingsbeginsel per de Peildatum vast welke Werknemers door de Reorganisatie hun arbeidsplaats verliezen. Vervolgens zal de Werkgever op de Boventalligheidsdatum deze Werknemers daarover mondeling en schriftelijk informeren. Aanzegging en beëindiging arbeidsovereenkomst door de Werkgever 3.2. Op de Aanzegdatum zal de Werkgever aan de Boventallige Werknemer mondeling en schriftelijk meedelen per welke datum zijn arbeidsplaats komt te vervallen en per welke datum de arbeidsovereenkomst zal (behoren te) eindigen De Werkgever zal de Werknemers die boventallig worden door de Reorganisatie in beginsel op twee verschillende momenten aanzeggen, tenzij de Werkgever kiest voor een andere Aanzegdatum op grond van het bepaalde in artikel 3.4. Ingeval van een Toekomstige reorganisatie zullen de toepasselijke Aanzegdata te zijner tijd worden bepaald. Voor de Boventallige Werknemer, waarvan de arbeidsplaats binnen zes maanden na de Boventalligheidsdatum komt te vervallen, is de Aanzegdatum gelijk aan de Boventalligheidsdatum. Voor de Boventallige Werknemer, waarvan de arbeidsplaats binnen twaalf maanden na de Boventalligheidsdatum komt te vervallen, is de Aanzegdatum gelegen tenminste zes maanden na de Boventalligheidsdatum. Indicatief overzicht inzake verloop reorganisatie Alle 160 personen boventallig per implementatiedatum e groep opzegtermijn Aanzegging 1e groep Ontslag 1e groep 2e groep Aanzegging 2e groep opzegtermijn Ontslag 2e groep 3.4. De Werkgever behoudt zich het recht voor de Boventallige Werknemer aan te zeggen tegen een eerdere of latere datum dan de data genoemd in artikel 3.3. De Werkgever behoudt zich voorts het recht voor de Boventallige Werknemer niet aan te zeggen en te informeren dat hij niet langer boventallig is, indien en voor zover dit noodzakelijk is vanwege personele wijzigingen in de organisatie van de Werkgever en/of toepassing van het Afspiegelingsbeginsel. Indien de Boventallige Werknemer wordt geïnformeerd dat hij niet langer boventallig is, heeft deze Werknemer niet langer aanspraak op het bepaalde in dit Sociaal Plan. 11

12 3.5. Beëindiging van de arbeidsovereenkomst vindt bij voorkeur plaats met wederzijds goedvinden door middel van een Vaststellingsovereenkomst. Op de Aanzegdatum zal de Werkgever, samen met de Aanzegging, aan de Boventallige Werknemer een vaststellingsovereenkomst overhandigen met het verzoek de Vaststellingsovereenkomst uiterlijk binnen veertien kalenderdagen na de Aanzegdatum te ondertekenen en aan de Werkgever te retourneren Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst door een Vaststellingsovereenkomst zullen de beëindigingsafspraken in de Vaststellingsovereenkomst worden vastgelegd. Daarin is onder meer opgenomen dat de Werkgever het initiatief heeft genomen tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst, dat geen sprake is van een dringende reden voor ontslag, dat de beëindiging van de arbeidsovereenkomst geen verband houdt met een opzegverbod en dat de Werknemer geen verwijt treft van de ontstane situatie Bij het vaststellen van de datum waarop de arbeidsovereenkomst door de Vaststellingsovereenkomst eindigt, zal rekening worden gehouden met de fictieve opzegtermijn die UWV moet hanteren bij het toekennen van een WW-uitkering Indien een Vaststellingsovereenkomst niet tot stand komt omdat de Aangezegde Werknemer de Vaststellingsovereenkomst niet bereid is aan te gaan, zal de Werkgever een ontslagaanvraag bij UWV indienen. In die situatie zal de arbeidsovereenkomst, na toestemming van UWV, worden beëindigd door opzegging door de Werkgever. Bij het bepalen van de duur van de Opzegtermijn zal de proceduretijd bij UWV in mindering worden gebracht op de Opzegtermijn, waarbij tenminste één maand opzegtermijn resteert Indien de arbeidsovereenkomst door toedoen van de Aangezegde Werknemer niet eindigt door een Vaststellingsovereenkomst maar door opzegging door de Werkgever kan de arbeidsovereenkomst mogelijk op een latere datum eindigen (dan het geval zou zijn geweest indien de arbeidsovereenkomst door middel van een Vaststellingsovereenkomst zou zijn geëindigd). In dat geval zal het Bruto Maandsalaris over de periode gelegen tussen de datum waarop de arbeidsovereenkomst had kunnen eindigen door middel van een Vastellingsovereenkomst en de Beëindigingsdatum in mindering worden gebracht op de Beëindigingsvergoeding, met dien verstande dat de Werknemer minimaal aanspraak behoudt op de Transitievergoeding. Beëindiging arbeidsovereenkomst door de Werknemer Het is de Werknemer toegestaan de arbeidsovereenkomst te allen tijde zelf te beëindigen, hetzij door opzegging met inachtneming van de Opzegtermijn, hetzij tegen een eerdere of andere datum in overleg met de Werkgever. Pensioen De deelneming van de Werknemer in het Bedrijfstakpensioenfonds PME eindigt met ingang van de Beëindigingsdatum. Meer informatie omtrent de gevolgen beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor wat betreft pensioenopbouw is te vinden op 12

13 Vrijstelling van werk vanwege bijzondere omstandigheden Indien de Werkgever dit op grond van bijzondere omstandigheden nodig acht, kan de Boventallige Werknemer vrijgesteld worden van werk met behoud van de voor hem geldende arbeidsvoorwaarden met uitzondering van de vergoedingen die verband houden met het uitoefenen van de functie (zoals onder meer reis- en andere onkostenvergoedingen) De tijdens de periode van volledige vrijstelling van werk door de Werknemer op te bouwen vakantie- en ADV dagen worden per de Beëindigingsdatum geacht te zijn genoten Indien de Werknemer gedurende de periode van vrijstelling van werk reeds een vakantie had gepland, worden wel de hiervoor benodigde vakantie- en/of ADV dagen afgeschreven. Over de vakantie- en ADV dagen, die worden afgeschreven in verband met een geplande vakantie, vindt wél opbouw van vakantie- en ADV dagen plaats. Postcontractuele bedingen De voor de Werknemer geldende postcontractuele bedingen waaronder het nonconcurrentiebeding en het relatiebeding komen op de Beëindigingsdatum te vervallen, met uitzondering van het intellectuele eigendomsbeding en het geheimhoudingsbeding. Het intellectuele eigendomsbeding en het geheimhoudingsbeding en de daaraan gekoppelde boetebedingen blijven, ongeacht de wijze waarop de arbeidsovereenkomst eindigt, ook vanaf de Beëindigingsdatum van kracht. Studieschuld De Aangezegde Werknemer, waarvan de arbeidsovereenkomst per de Beëindigingsdatum wordt beëindigd, is niet gehouden tot terugbetaling van eventuele studieschulden uit hoofde van de tussen de Werkgever en de Aangezegde Werknemer daaromtrent gemaakte afspraken. De Aangezegde Werknemer kan de reeds voor de Boventalligheidsdatum gestarte studie afronden met inachtneming van de lopende gemaakte afspraken in de studieovereenkomst. 13

14 Hoofdstuk 4: Herplaatsing Herplaatsing 4.1. De Werkgever zal onderzoeken in hoeverre de Boventallige Werknemer binnen de organisatie van de Werkgever dan wel binnen een andere onderneming behorende tot Brush kan worden herplaatst in een Passende Functie. Voor de Boventallige Werknemer die, al dan niet direct, kan worden herplaatst, zijn de voorzieningen opgenomen in hoofdstuk 5 en 6 niet (meer) van toepassing. Aanbod 4.2. Indien voor een Boventallige Werknemer: een Passende Functie beschikbaar is; dan wel indien sprake is van een voortzetting van een deel van de werkzaamheden van de Boventallige Werknemer(s) in de Passende Functie; en sprake is van meerdere voor de functie geschikte kandidaten; zal de Boventallige Werknemer die op grond van het Afspiegelingsbeginsel als laatste voor ontslag in aanmerking zou komen als eerste in de gelegenheid worden gesteld om die functie te aanvaarden. Daartoe vindt een gesprek plaats waarin de functie wordt toegelicht en de Boventallige Werknemer vragen kan stellen over de functie en zijn motivatie kenbaar maken Als is vastgesteld dat geen van de Boventallige Werknemers herplaatst kan worden in een bepaalde vacante functie, dan wordt de vacature opengesteld voor andere werknemers van de Werkgever dan wel extern gepubliceerd. Dit onder vermelding van functieprofiel en functie-eisen. Bedenktijd 4.4. Voorafgaand aan de herplaatsing in de Passende Functie ontvangt de Boventallige Werknemer een schriftelijke bevestiging van de herplaatsing onder vermelding van een omschrijving van de aangeboden Passende Functie en van de consequenties die voortvloeien uit deze herplaatsing. De Boventallige Werknemer heeft veertien kalenderdagen bedenktijd om het aanbod te accepteren. Afwijzen van het aanbod 4.5. Indien de Boventallige Werknemer het aanbod tot herplaatsing, onder opgaaf van redenen, niet aanvaardt, zal de Werkgever overgaan tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met deze Werknemer, tenzij er nog andere mogelijkheden zijn tot herplaatsing. In dat geval kan de Boventallige Werknemer, indien afwijzing heeft plaatsgevonden op redelijke gronden, deelnemen aan de bemiddeling naar externe herplaatsing en zijn de voorzieningen van dit Sociaal Plan zoals bepaald in hoofdstuk 5 en 6 van toepassing. In hoeverre sprake is van redelijke gronden zal worden beoordeeld door de Begeleidingscommissie, die door de Werkgever zal worden gevraagd hierover te adviseren (hieronder kan ook een advies over de passendheid van de functie voor de Boventallige Werknemer worden verstaan). 14

15 4.6. Indien de Begeleidingscommissie adviseert dat de Boventallige Werknemer zonder redelijke grond de aangeboden functie heeft geweigerd, zal de Werkgever de Boventallige Werknemer opnieuw in de gelegenheid stellen de aangeboden Passende Functie alsnog binnen vijf werkdagen te aanvaarden. Indien de Boventallige Werknemer de Passende Functie na vijf werkdagen opnieuw weigert, zal de Boventallige Werknemer worden uitgesloten van de voorzieningen van dit Sociaal Plan en zal de Werkgever overgaan tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Scholing 4.7. Indien de Werknemer in het kader van herplaatsing in een Passende Functie niet geheel voldoet aan de gestelde functie-eisen en competenties van de Passende Functie en scholing noodzakelijk is, zal de Werkgever in overleg met de Werknemer de noodzakelijke scholing vaststellen, waarna de Werkgever hierover besluit. Deze scholing zal voor rekening van de Werkgever plaatsvinden. De Werknemer heeft een inspanningsverplichting om mee te werken aan zijn ontwikkeling om aan de gestelde functie-eisen en competenties te gaan voldoen. Terugkomen op herplaatsing 4.8. Indien de Werkgever en/of de Werknemer uiterlijk binnen negen maanden, dan wel zoveel eerder, na herplaatsing van mening is dat de herplaatsing niet is geslaagd en dat geen andere Passende Functie voor de Werknemer voorhanden is, zal advies aan de Begeleidingscommissie worden gevraagd. Indien het niet slagen van de herplaatsing niet verwijtbaar is aan de Werknemer, komt de Werknemer in aanmerking voor de faciliteiten van hoofdstuk 5 en 6 van het Sociaal Plan. Indien het niet slagen van de herplaatsing wel verwijtbaar is aan de Werknemer zal de arbeidsovereenkomst met de Werknemer worden beëindigd en wordt de Werknemer uitgesloten van de voorzieningen van dit Sociaal Plan. Arbeidsvoorwaarden 4.9. De Werknemer, die wordt herplaatst binnen de onderneming van de Werkgever, wordt ingedeeld in de bij deze functie behorende salarisgroep Indien de Werknemer wordt ingedeeld in een lagere salarisgroep en het Bruto Maandsalaris lager ligt dan het maximum van de nieuwe salarisgroep, zal de Werknemer worden ingedeeld in het functiejaar dat minimaal gelijk is aan het Bruto Maandsalaris Indien de Werknemer wordt ingedeeld in een lagere salarisgroep en het Bruto Maandsalaris hoger ligt dan het maximum van de nieuwe salarisgroep, ontvangt de Werknemer een functiesalaris behorende bij de nieuwe functie en een persoonlijke toeslag, waarvan de som gelijk is aan het Bruto Maandsalaris. De persoonlijke toeslag is een volwaardig loonbestanddeel bij Werkgever en telt dus onder andere mee voor toekomstige cao-verhogingen, de berekening van ploegen- en vakantietoeslag en is pensioengevend Bij promotie naar een hogere functiegroep wordt de toename van het functiesalaris als gevolg van de promotie volledig verrekend met de dan geldende persoonlijke toeslag van de Werknemer. Dit kan betekenen dat daardoor de persoonlijke toeslag volledig komt te vervallen. 15

16 4.13. Herplaatsing van de Werknemer buiten de onderneming van de Werkgever, maar binnen een onderneming die behoort tot Brush in het buitenland, zal plaatsvinden op basis van vrijwilligheid en maatwerkafspraken. De hoofdstukken 5 en 6 zijn op deze Werknemer niet van toepassing. Uitsluiting De Werkgever kan, in het geval de Boventallige Werknemer niet of niet constructief aan herplaatsing en/of aan voor herplaatsing noodzakelijke scholing meewerkt, de Boventallige Werknemer, na een schriftelijk gemotiveerd advies van de Begeleidingscommissie, uitsluiten van de voorzieningen van dit Sociaal Plan. Vacatures na de Beëindigingsdatum De Werkgever zal tot één jaar na de Beëindigingsdatum alle ontstane vacatures bij de Werkgever naar de Werknemer sturen via vooraf opgegeven privé adres. Vrijwillig vertrekregeling / Plaatsmakers Een Plaatsmaker betreft een medewerker die zelf niet boventallig is gemaakt en: is aangewezen door Werkgever als Plaatsmaker; valt binnen de groep af te spiegelen functies; en vrijwillig het dienstverband met de Werkgever opzegt. Alleen de Werkgever bepaalt of een Werknemer wordt aangewezen als Plaatsmaker voor deze regeling. Indien dat het geval is en deze voldoet aan bovenstaande voorwaarden dan dient de Plaatsmaker na ontvangst van de schriftelijke bevestiging van de Werkgever zijn dienstverband schriftelijk op te zeggen en deze opzegging dient de Werkgever te hebben bereikt voordat de Werkgever het dienstverband van de Boventallige Werknemer (waarvoor de Plaatsmaker plaatsmaakt) heeft opgezegd dan wel met deze Boventallige Werknemer een Vaststellingsovereenkomst is gesloten. Indien een Werknemer heeft opgezegd en als Plaatsmaker is aangewezen door de Werkgever, zal deze aanspraak maken op het Sociaal Plan met uitzondering van de voorzieningen in hoofdstuk 5 (Outplacement) en de artikelen 4.1. tot en met De beëindigingsvergoeding bedraagt in dat geval 75% van de Beëindigingsvergoeding. Als de Plaatsmaker zijn dienstverband heeft opgezegd, zal de Boventallige Werknemer die op basis van het Afspiegelingsbeginsel als laatste voor ontslag in aanmerking zou komen in dienst blijven in de eigen functie. Deze Werknemer wordt daarvan zo spoedig mogelijk mededeling gedaan door de Werkgever. De Werkgever staat er voor in dat de arbeidsovereenkomst met de Plaatsmaker alleen eindigt op basis van artikel 4.16 indien de boventallige Werknemer afstand doet van zijn aanspraken uit het Sociaal Plan en zijn diensverband bij de Werkgever voorzet. 16

17 Hoofdstuk 5: Externe bemiddeling Ondersteuning / bemiddeling werkzoekenden Procedure 5.1. De in dit Sociaal Plan opgenomen maatregelen zijn erop gericht via bemiddeling Boventallige Werknemers, die daarvoor kiezen, te ondersteunen bij het zoeken van een nieuwe arbeidsplaats buiten de onderneming van de Werkgever. De verantwoordelijkheid voor de bemiddeling berust bij de Werkgever en de Boventallige Werknemer. De kosten van de bemiddeling komen voor rekening van de Werkgever. De Boventallige Werknemer kan er in geen geval voor kiezen het bedrag dat de Werkgever voor outplacement en / of eventuele scholing ter beschikking stelt, uit te laten keren in geld. Toepassingssfeer 5.2. De bemiddeling wordt opgestart door middel van een intakegesprek, dat uiterlijk binnen twee weken na de Aanzegdatum zal plaatsvinden. Binnen vijf werkdagen na het intakegesprek moet de Aangezegde Werknemer aangeven wel/geen gebruik van de bemiddeling te willen maken. Deelname aan de bemiddeling betekent niet dat de Aangezegde Werknemer instemt met het verlies van de arbeidsplaats. Bemiddelingsduur 5.3. De Werknemer wordt in de gelegenheid gesteld om gedurende de begeleidingstermijn van zes maanden gebruik te maken van de diensten van het door de Werkgever ingeschakelde outplacementbureau. Het is mogelijk om de diensten van het outplacementbureau te verspreiden over een langere periode dan zes maanden. Indien de Werknemer dit wenst, zullen hierover tussen de Werknemer, de Werkgever en het outplacementbureau afspraken gemaakt worden. Na de Aanzegdatum wordt in overleg met de Werknemer bepaald wanneer de bemiddeling start. Uitgangspunt is dat de bemiddeling zo spoedig mogelijk na de Aanzegging start. Voor de Werknemer waarvan de werkzaamheden nog maximaal twaalf maanden voorhanden blijven na de Boventalligheidsdatum zal de startdatum van de bemiddeling op een later moment (na Aanzegging) plaatsvinden, maar uiterlijk drie maanden voor de beoogde Beëindigingsdatum. In overleg tussen de Boventallige Werknemer en de Werkgever is het echter mogelijk afspraken te maken over het eerder of later starten van de bemiddeling. Indien het voor de Werknemer noodzakelijk is en dit door het outplacementbureau schriftelijk aan de Werkgever wordt geadviseerd zal de duur van bemiddeling worden verlengd met drie maanden. De Werkgever stelt ten behoeve van alle Boventallige Werknemers met verlengde bemiddeling een extra budget aan het outplacementbureau ter beschikking. 17

18 Kern van de activiteit 5.4. De Werkgever zal alles doen wat redelijkerwijze kan worden gedaan om de bemiddeling te doen slagen. Hiertoe zal de Werkgever afspraken maken met diverse bemiddelings-outplacementbureaus. Door de Werkgever zullen de benodigde faciliteiten waaronder voorlichting, tijd en ruimte worden geboden om de uitvoering van de bemiddelingsactiviteiten zo goed mogelijk te laten verlopen. Van de Werknemer wordt verwacht dat hij zich actief zal inzetten om de bemiddeling te doen slagen. Outplacementbegeleiding 5.5. Het outplacementtraject zal de volgende elementen bevatten: sollicitatietraining (o.a. opstellen van een cv en sollicitatiebrief); marktverkenning; omgaan met social media; verwerking van het ontslag; bepalen van kwaliteiten; overige trainingen en workshops; loopbaananalyse; persoonlijk actieplan; jobdating; en inzage in netwerk van bedrijven. Scholing 5.6. Teneinde de succesvolle kansen van bemiddeling te vergroten, kan de Boventallige Werknemer worden ondersteund door middel van scholing. Wanneer scholing wenselijk is om de employability van de Boventallige Werknemer te vergroten, is dit mogelijk mits daardoor de kansen op de arbeidsmarkt voor de Boventallige Werknemer toenemen en dit op voordracht is van het outplacementbureau. De Boventallige Werknemer kan in geen geval ervoor kiezen het bedrag dat de Werkgever voor outplacement en/of eventuele scholing ter beschikking stelt, uit te laten keren in geld. Voor de hiervoor genoemde scholingsmogelijkheden stelt de Werkgever een lump sum budget beschikbaar van maximaal ,00 exclusief BTW dat gebruikt kan worden voor alle Boventallige Werknemers en voor wie scholing wenselijk is (N.B. dit is geen budget per Werknemer). De administratieve afwikkeling en betaling van deze scholing vindt plaats via de Werkgever door overhandiging van facturen van het outplacementbureau of de Werknemer. Indien ,- van dit budget is verbruikt door de Werknemers waarvan de Aanzegdatum gelijk is aan de Boventalligheidsdatum ( groep 1 volgens artikel 3.3.), treden partijen op initiatief van de Werkgever in overleg om voldoende budget te reserveren voor de Werknemers waarvan de Aanzegdatum ligt op tenminste zes maanden na de Boventalligheidsdatum De Werkgever stelt ten behoeve van alle Boventallige Werknemers die voor outplacementbegeleiding kiezen en ongeacht of deze zijn vrijgesteld vanwege bijzondere omstandigheden het volgende ter beschikking: 18

19 maximaal tien dagen voor (collectieve en individuele) outplacementbegeleiding in periode van vier tot zes maanden voorafgaand aan Beëindigingsdatum; sollicitatieverlof en vergoeding voor (extra) reiskosten bij gepland sollicitatiebezoek; en één kalendermaand volledige vrijstelling van werk in de laatste maand voorafgaand aan de Beëindigingsdatum. 19

20 Hoofdstuk 6: Vergoeding Beëindigingsvergoeding 6.1. De Werkgever betaalt de Aangezegde Werknemer, waarvan de arbeidsovereenkomst als gevolg van de Reorganisatie door of op initiatief van de Werknemer wordt beëindigd, een Beëindigingsvergoeding. De Beëindigingsvergoeding heeft als doel de Werknemer een tegemoetkoming te verstrekken voor de achteruitgang in inkomen die naar alle waarschijnlijkheid zal ontstaan door de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De Beëindigingsvergoeding is een eenmalige bruto uitkering, berekend volgens de kantonrechtersformule en zoals deze (conform de aanbevelingen van de Kring van Kantonrechters) gold tot 1 juli De Beëindigingsvergoeding, die in de plaats komt van de Transitievergoeding, is gelijk aan A x B x C waarvan de uitkomst van deze berekening wordt afgetopt tot het maximale bedrag van ,00 bruto, waarbij: A staat daarbij voor de Dienstjaren, welke als volgt worden gewogen: tot 35 jaar voor ½; van 35 tot 45 jaar voor 1; vanaf 45 tot 55 jaar voor 1½; en vanaf 55 jaar voor 2. Een half jaar plus één dag wordt afgerond op een heel jaar. Indien afronding per leeftijdscategorie leidt tot een hogere of lagere uitkomst dan de totale diensttijd vindt nadere afronding plaats. Leeftijd wordt niet afgerond. B staat voor het op de laatste dag van het dienstverband verdiende Bruto Maandsalaris; en C staat voor correctiefactor en is gesteld op 1.2. Maximering 6.2. Indien de verwachte inkomstenderving van de Werknemer gerekend vanaf de Beëindigingsdatum en tot aan de datum waarop de Werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt minder is dan de Beëindigingsvergoeding, is de Beëindigingsvergoeding gelijk aan de verwachte inkomstenderving en tenminste de Transitievergoeding. Bij het bepalen van de inkomstenderving zoals bedoeld in dit artikel wordt rekening gehouden met aanspraken van de Werknemer krachtens de WW en de IOW Indien de Werknemer de keuze maakt om eerder dan de te verwachten AOW-leeftijd met (vroeg)pensioen te gaan en/of geen gebruik maakt van de werkloosheidsvoorzieningen (zoals onder andere de WW en de IOW), zal de vaststelling van de inkomstenderving voor het berekenen van de Beëindigingsvergoeding toch plaatsvinden zoals gesteld in het bepaalde in artikel 6.2. Daarbij wordt bij de berekening van de Beëindigingsvergoeding ervan uitgegaan dat de Werknemer wel aanspraak zou hebben gemaakt op de werkloosheidsvoorziening(en) en deze aan de Werknemer zou(den) zijn toegekend, zonder dat rekening wordt gehouden met de vervroeging van de pensioneringsdatum. 20

21 6.4. De Werknemer heeft, naast de Beëindigingsvergoeding op basis van dit Sociaal Plan, geen recht op de Transitievergoeding, noch op enige andere beëindigingsvergoeding, garantie-, wachtgeld- aanvullings- en/of activeringsregeling (op grond van de wet, de CAO of anderszins), niettegenstaande het bepaalde in artikel Een eventuele wettelijke of door een rechter toegekende vergoeding (hieronder mede begrepen maar niet beperkt tot de Transitievergoeding) in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, wordt in mindering gebracht op de aanspraken in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst zoals bedoeld in dit Sociaal Plan. Geen vergoeding bij vertrek voor de Boventalligheidsdatum 6.6. De Werknemer, die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is op of voorafgaand aan de Boventalligheidsdatum, heeft geen aanspraak op de Beëindigingsvergoeding. Vergoeding bij vertrek Boventallige Werknemer voor de Aanzegdatum 6.7. De Boventallige Werknemer, die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is na de Boventalligheidsdatum maar voor de Aanzegdatum, heeft aanspraak op 50% van de Beeindigingsvergoeding (factor C = 0,6). Vergoeding bij vertrek na de Aanzegdatum maar vóór de beoogde Beëindigingsdatum 6.8. De Aangezegde Werknemer die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is na de Boventalligheidsdatum maar per een datum van zes maanden of meer voorafgaand aan de datum waarop de arbeidsovereenkomst conform de Aanzegging zou moeten eindigen, heeft aanspraak op 50% van de Beeindigingsvergoeding (factor C = 0,6) De Aangezegde Werknemer die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is na de Boventalligheidsdatum maar per een datum van minder dan zes maanden maar op een termijn van vier maanden of meer dan vier maanden voorafgaand aan de datum waarop de arbeidsovereenkomst conform de Aanzegging zou moeten eindigen, heeft aanspraak op 66% van de Beeindigingsvergoeding (factor C = 0,8) De Aangezegde Werknemer die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is na de Aanzegdatum maar per een datum van minder dan vier maanden maar op een termijn van twee maanden of meer dan twee maanden voorafgaand aan de datum waarop de arbeidsovereenkomst conform de Aanzegging zou moeten eindigen, heeft aanspraak op 75% van de Beeindigingsvergoeding (factor C = 0,9) De Aangezegde Werknemer die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per een datum die gelegen is na de Aanzegdatum maar per een datum van minder dan twee maanden voorafgaand aan de datum waarop de arbeidsovereenkomst conform de Aanzegging zou moeten eindigen, heeft aanspraak op 100% van de Beeindigingsvergoeding (factor = 1,2). 21

22 Vergoeding bij vertrek op de bij Aanzegging beoogde Beëindigingsdatum De Aangezegde Werknemer, die de arbeidsovereenkomst op eigen verzoek beëindigt per de datum waarop de arbeidsovereenkomst conform de Aanzegging zou moeten eindigen, heeft aanspraak op 100% van de Beeindigingsvergoeding. Indicatief overzicht inzake verloop reorganisatie Alle 160 personen boventallig per implementatiedatum e groep opzegtermijn Aanzegging 1e groep Ontslag 1e groep 2e groep Maand 6 & 5 = 66% Maand 4 & 3 = 75% Maand 2 & 1 = 100% opzegtermijn Aanzegging 2e groep Ontslag 2e groep Boventallig > 6 mnd = 50% Maand 6 & 5 = 66% Maand 4 & 3 = 75% Maand 2 & 1 = 100% Betaling van de Beëindigingsvergoeding De Werkgever betaalt de Beëindigingsvergoeding aan de Werknemer tegelijkertijd met de salarisbetaling in de maand volgend op de Beëindigingsdatum onder inhouding van de wettelijk voorgeschreven inhoudingen. Kosten juridische of financiële bijstand De Aangezegde Werknemer heeft recht op een vergoeding van de kosten voor juridische of financiële bijstand in verband met de beëindiging van zijn de arbeidsovereenkomst, indien en voor zover hij akkoord gaat met beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden via een Vaststellingsovereenkomst. De vergoeding bedraagt 500,00 netto. Deze wordt tegelijk met de eindafrekening betaald met de aanbeveling om deze ook te gebruiken voor juridische of financiële bijstand Indien de Aangezegde Werknemer binnen één jaar vanaf Beëindigingsdatum zijn werkjubileum zou vieren dan heeft hij recht op de bijhorende vergoeding zoals gebruikelijk bij de Werkgever. Deze vergoeding wordt tezamen met de Beëindigingsvergoeding in de maand volgend op de Beëindigingsdatum aan de Werknemer betaald (en indien vereist) onder inhouding van de wettelijk voorgeschreven inhoudingen Gedurende het lopende kalenderjaar waarin de Beëindigingsdatum valt (tot en met 31 december) zal de Werknemer in de collectiviteit van de ziektekostenverzekeraar blijven en zal de Werkgever (voor zover mogelijk) navenante collectiviteitskorting bedingen De Aangezegde Werknemer ontvangt, uiterlijk binnen een week na de Beëindigingsdatum, een positief getuigschrift. De Werkgever zal, in overleg met de Aangezegde Werknemer, positieve referenties aan derden verstrekken Na ondertekening van de Vaststellingsovereenkomst (zie artikel 3.5.) dan wel nadat de arbeidsovereenkomst door de Werkgever is opgezegd, nemen in het geval dat de Werknemer komt te overlijden voordat de financiële afwikkeling heeft plaatsgevonden de wettelijke nabestaanden alle rechten over die zijn genoemd in dit hoofdstuk 6. 22

23 Faciliteren IOW en MUP De Aangezegde Werknemer, die voor 1 januari 2020 de leeftijd van 60 jaar bereikt en voor die datum aanspraak kan maken op een uitkering krachtens de Werkloosheidswet, kan op zijn verzoek in dienst blijven na de beoogde Beëindigingsdatum tot de datum die ligt op de eerste van de maand na die waarop hij de leeftijd van 60 jaar bereikt. Dit om uitzicht te houden op een IOW-uitkering na de WW-periode. Het brutoloon over die verlengde periode van het dienstverband wordt doorbetaald maar verrekend met de Beëindigingsvergoeding die door de Werkgever zou zijn betaald als er geen sprake was van een verlengde periode. Verder gelden de artikelen tot en met alsmede het bepaalde in artikel voor deze verlengde periode. Voorwaarde is dat de Beëindigingsvergoeding bij directe uitbetaling op de beoogde Beëindigingsdatum voldoende hoog is om volledig te kunnen verrekenen. Bovendien dient de Aangezegde Werknemer een Vaststellingovereenkomst met de Werkgever te sluiten waarmee het dienstverband wordt beëindigd en het bovenstaande wordt vastgelegd De Aangezegde Werknemer, die binnen afzienbare tijd de AOW-leeftijd bereikt, voldoet aan de voorwaarden van de zogenaamde MUP-regeling en een voldoende hoge Beëindigingsvergoeding heeft om deel te nemen aan de MUP-regeling via MEPD kan die keuze bij de Werkgever kenbaar maken. De Beëindigingsvergoeding wordt dan (voor het deel dat nodig is voor de MUP-regeling) betaald aan MEPD. De Werkgever zal daaraan meewerken indien dit niet kostenverhogend werkt ten opzichte van de situatie waarin ontslag zou plaatsvinden onder uitbetaling van de Beëindigingsvergoeding aan de Aangezegde Werknemer. Voorwaarde is bovendien dat de Aangezegde Werknemer een Vaststellingovereenkomst met de Werkgever sluit waarmee het dienstverband wordt beëindigd en het bovenstaande wordt vastgelegd. Vakbondscontributie De Werkgever betaalt de vakbondscontributie voor vakbondsleden, waarvan de arbeidsovereenkomst als gevolg van de Reorganisatie door de Werkgever is beëindigd, tot een bedrag van maximaal 200,- per jaar voor een periode van twee jaar vanaf de Beëindigingsdatum onder overlegging van op naam van de Werknemer gestelde bescheiden van de betreffende vakvereniging waaruit de hoogte van de contributie blijkt en het feit dat men minimaal vanaf 1 januari 2018 lid is. Regeling personeelsvoorzieningen De Werknemers die beschikken over bedrijfseigendommen van de Werkgever zoals (onder meer) een laptop, auto van de zaak of een mobiele telefoon kunnen deze behouden tot aan de Beëindigingsdatum. Voor de Werknemers met een verlengde periode als genoemd in artikel geldt dat zij deze voorzieningen kunnen behouden tot de datum waarop deze verlengde periode ingaat. 23

24 Bijlage 1 Regels betreffende de Begeleidingscommissie 1. De Begeleidingscommissie is ingesteld om toe te zien op een juiste toepassing van het Sociaal Plan, hetgeen zijn uitdrukking vindt in de paritaire samenstelling. 2. De Begeleidingscommissie heeft tot taak erop toe te zien en eraan mee te werken dat de belangen van de direct bij de Reorganisatie betrokken Werknemers optimaal worden behartigd. 3. De Begeleidingscommissie adviseert desgevraagd of op eigen initiatief de Werkgever met betrekking tot het uitvoeren van het Sociaal Plan. - De Begeleidingscommissie brengt schriftelijk advies uit aan de Werkgever, waarna door de Werkgever een beslissing zal worden genomen. - Indien de Begeleidingscommissie eensluidend tot een oordeel is gekomen, dan zal de Werkgever zich bij dit oordeel aansluiten. Adviezen respectievelijk beslissingen zullen binnen twee weken schriftelijk aan betrokkenen worden meegedeeld. 4. De Begeleidingscommissie bestaat uit twee door de Werkgever aangewezen leden alsmede twee door de Vakverenigingen aangewezen leden. Deze leden mogen personeelsleden zijn. De vier op deze wijze aangewezen leden van de Begeleidingscommissie kiezen samen een vijfde lid als onafhankelijk voorzitter. 5. De Begeleidingscommissie of leden daarvan kunnen zich laten bijstaan door interne of externe deskundigen. Indien hieraan kosten verbonden zijn, worden deze in redelijkheid door de Werkgever vergoed, mits hierover vooraf overeenstemming is bereikt met de Werkgever. 6. De leden van de Begeleidingscommissie zijn verplicht tot geheimhouding van alle particuliere en zakelijke gegevens die hen bij het uitoefenen van hun taak ter kennis komen. 24

25 Bijlage 2 Artikel 3. Uitbreiding loon transitievergoeding o o o 1 Het loon, bedoeld in artikel 2, wordt voor de toepassing van artikel 673, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek vermeerderd met: a. de vakantiebijslag en de vaste eindejaarsuitkering waar de werknemer binnen twaalf maanden aanspraak op zou hebben bij voortzetting van de arbeidsovereenkomst, gedeeld door twaalf; b. de overeengekomen vaste looncomponenten verschuldigd in de twaalf maanden voorafgaand aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt, gedeeld door twaalf; c. de overeengekomen variabele looncomponenten verschuldigd in de drie kalenderjaren voorafgaande aan het jaar waarin de arbeidsovereenkomst eindigt, gedeeld door zesendertig. 2 Het getal, waardoor het bedrag aan verschuldigde looncomponenten, bedoeld in het eerste lid, wordt gedeeld, wordt naar rato aangepast indien de duur van de arbeidsovereenkomst korter was dan de periode, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, b of c. 25