Analyses. Monthly INHOUD EDITORIAAL. n 24 l DECEMBER 2013. 01 Editoriaal. 02 2014 De OESO is matig optimistisch. 03 GBL Een welgekomen nieuwe look



Vergelijkbare documenten
Gewone Algemene Vergadering Strategie en actieplan

AEGON Equity Fund. vierde kwartaal 2006

de ICBE/het Fonds: de BEVEK naar Luxemburgs recht, genaamd BNP PARIBAS L1. Dit Fonds wordt beheerd door BNP PARIBAS INVESTMENT PARTNERS LUXEMBOURG.

NN First Class Balanced Return Fund

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Juni 2015

Evenwichtig beleggen? Ontdek de juiste balans tussen rendement en risico, zonder dat u ervan wakker hoeft te liggen.

Top speler in Europa. BNP Paribas L1 Equity Best Selection Euro

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Onze visie op de markten en ons aanbod van beleggingsdiensten. Trends Finance Day

Het beste scenario voor uw belegging

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Delta Lloyd Safe Index combineert rendement, transparantie en veiligheid!

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

september MARKTCOMMENTAAR

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 30 september 2017

Overzicht van de fondsen tak 23 in Voorzorg

BI CARMIGNAC PATRIMOINE

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Capital Life. Beleggingsfondsen met een veelbelovende toekomst. Capital Life

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011

Op zoek naar rendement? Zoek niet langer

Beleggingsstrategie. Zeer defensief. ingsstrategie

Compartiment ACTIVE FIX NEW MARKETS

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Defensive Portfolio Beheervennootschap: CADELAM Fonds gedomicilieerd in België compartiment met onbeperkte looptijd van Van Lanschot Bevek nv

Grafiek 1: Evolutie van de voornaamste aandelenindices in de VS, Eurozone, China en de groeilanden in vergelijking met de evolutie van de goudprijs.

Hoe beleggen vandaag 19 mei Jan Vergote Hoofd Investment Strategy Belfius Bank

Achmea life cycle beleggingen in beeld

F O N D S E N F O C U S

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Mei 2014

Compartiment ACTIVE FIX EURO EQUITIES

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Growth Portfolio Beheervennootschap: CADELAM Fonds gedomicilieerd in België compartiment met onbeperkte looptijd van Van Lanschot Bevek nv

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

NN First Class Return Fund

Zal de groei op de afspraak zijn? VS

AG Protect + Risk Control Europe 90 / 2. Lancering : 14 september tot en met 30 oktober 2015* *Behoudens vervroegde afsluiting

Om in te tekenen. Stuur het bijgevoegde inschrijvingsformulier terug in de voorgefrankeerde omslag.

Welkom bij webinar over beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI over het eerste kwartaal 2016

BI CARMIGNAC PATRIMOINE A EUR ACC

NN First Class Return Fund

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.

DE BESTE START VOOR UW BELEGGING

T T A M. Vandaag lijken aandelen volgens TreeTop Asset Management absoluut en relatief goedkoop.

PLUK DE VRUCHTEN VAN 3 STERAANDELEN

Argenta Fund of Funds Distributie en Kapitaliserend

Informatie beleggingsfondsen per 31 december 2014

Belfius Fullinvest (Low, Medium, High) Candriam in één fonds

Economie in 2015 Kans of kater?

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014

ENERBEL. Beheerscommentaren voor 2017

10-jaars rente Duitsland. 10-jaars rente VS. Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2017

Atradius Landenrapport

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

de ICBE/het Fonds: de BEVEK naar Luxemburgs recht, genaamd PARVEST. Dit Fonds wordt beheerd door BNP PARIBAS INVESTMENT PARTNERS LUXEMBOURG.

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Informatie beleggingsfondsen per 30 juni 2015

TUSSENTIJDSE MANAGEMENTVERKLARING VOOR DE PERIODE

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Fondsen. Brochure bestemd voor particuliere beleggers BASIC. Member of the KBC group. Gepubliceerd door KBC Securities in samen werking met Euronext.

Levensloop Rendement

4/07/2013 Bart De Graeve

Jaarbericht ABC 2013

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Nic Van Broekhoven- Portfolio Manager Value Square Fund Equity World 4 oktober / VFB Dag van de Tips 5 VALUE TIPS

VFB DAG VAN DE TIPS RUDY DE GROODT GENT, 30/09/2017

Fortis AG - Uw verzekeringen bij uw makelaar

BEHEERSVERSLAG Active Multi Allocation Fund september 2015

AXA WORLD FUNDS (de Bevek ) Een Luxemburgse Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal

Verslag Investment Committee 31 mei Verslag Investment Committee

NN First Class Return Fund

27 april 2010 Emerging Markets Monthly Report

TAKS OP EFFECTEN- REKENINGEN: STAND VAN ZAKEN

visie op 2018 Vice seminar a.s.r. vermogensbeheer 1 november 2017 Jack Julicher, Chief Investment Officer

Blijvende onrust op de beurs: hoe nu verder?

Belasting van obligatiefondsen zonder Europees paspoort:

Verslag Investment Committee. 30 september Verslag Investment Committee

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 1 e kwartaal 2019

Gewone Algemene Vergadering 2014 SGS

Nettoresultaat (globaal/per aandeel) EUR 848 miljoen (EUR 588 miljoen) EUR 5,44 (EUR 4,01)

F L A S H N O T E

Economie en financiële markten

Laat uw geld zijn vruchten afwerpen. db Renteportefeuille. n Geniet zorgeloos van regelmatige inkomsten

HOOFDSTUK I - BEHEERSREGLEMENT VAN DE INTERNE BELEGGINGSFONDSEN... 3 HOOFDSTUK II - GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN VOOR DE BELEGGINGSFONDSEN...

Lock fondsen. Voor wie tactisch wil beleggen

Ruilverhouding fondsen

BELGISCHE BIJLAGE BIJ HET UITGIFTEPROSPECTUS SAINT-HONORE INDE

DE WIND ZIT MEE VOOR UW BELEGGINGEN

Analyses. Monthly EDITORIAAL INHOUD. n 15 l FEBRUARI Editoriaal. 02 Aberdeen Asian Smaller Companies Small is beautiful

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

21 juni Wegwijs in Tak 23

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Beleggingsthema s What a difference a day makes (1975), Dinah Washington

ECONOMIE IN TIJDEN VAN MONETAIR EXPANSIEVE POLITIEK

DE AANDELEN STELEN DE SHOW VERMOGENS- ADVIES. Wat verandert de nieuwe wet?

Special Report Op weg naar een nieuwe seculaire stierenmarkt?

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

ZAL HET LAATSTE KWARTAAL 2015 REDDEN? Bouwen op het verleden om de toekomst te schrijven

Transcriptie:

Analyses n 24 l DECEMBER 2013 Monthly INHOUD 01 Editoriaal 02 2014 De OESO is matig optimistisch 03 GBL Een welgekomen nieuwe look 04 Belasting op ICB's zonder Europese paspoort De laatste ontwikkelingen 05 Amundi Global Aggregate Een «all weather» obligatiefonds 06 DSM Heroriëntering op de voedingsactiviteit als vector voor waardecreatie 07 Home Funds News Gameloft : mobiele pure play 08 Monthly Performances Indices Wenst u deze publicatie in elektronisch formaat te ontvangen? Schrijf u in via de website: www.pldw.info EDITORIAAL Beste cliënt, November was opnieuw rijk aan marktsturend nieuws. De beurzen bleven globaal gezien goed ondersteund door het monetaire vuurwerk van de centrale banken. In de eurozone verlaagde de ECB heel onverwacht haar rentevoeten met 25 basispunten tot het historisch lage niveau van 0,25%. De toenemende defl atoire druk baart de Europese Centrale Bank duidelijk zorgen en zal haar op termijn eventueel dwingen om meer niet-conventionele middelen in te zetten, mocht de situatie verslechteren (bv. negatieve depositorente). Tegelijkertijd lijkt Europa de recessieperiode geleidelijk achter zich te laten. De groei in het derde kwartaal kwam neer op 0,3%, waarmee de 0,7%-groei van het tweede kwartaal bevestigd werd. In de VSA blaast de Fed warm en koud over haar toekomstige monetaire politiek, maar het wordt duidelijker dat met de komst van de nieuwe gouverneur, Yellen, het soepele beleid zal worden voortgezet, ondanks de nakende vermindering van de opkoop van overheidspapier. Van de Amerikaanse economie wordt veel verwacht in 2014. De groei zou er kunnen stijgen tot in de buurt van 3%, i.e. ruim beter dan de verwachte 1,8% voor dit jaar. Het blijft vooral zaak om de rentevoeten niet te laten ontsporen en de olieprijs zeer laag te houden. Dat zou moeten leiden tot een fi kse opstoot in de consumptie en de (bedrijfs)investeringen. In China heeft de jaarlijkse plenaire vergadering duidelijke afspraken gemaakt over een meer marktgedreven economisch model in de komende 5 à 10 jaar. Analisten voorzien een jaarlijkse positieve impact van 0,5% extra economische groei (tot 8%) wanneer alles geïmplementeerd zal zijn. Het is te verwachten dat de Chinese munt er wel bij zal varen, wat op zijn beurt de koopkracht van de Chinezen zou verhogen en het economisch model zou helpen bij zijn transitie van export naar interne vraag. In Japan heeft de BoJ voorlopig niets gewijzigd aan haar monetaire politiek, maar de markt anticipeert erop dat er in 2014 meer zal moeten gebeuren om Abenomics een kans op slagen te geven. Dit zal heel waarschijnlijk tot een verdere verzwakking van de yen leiden, wat de deur op een kier zet voor stijgende beurzen. In deze context hebben de Amerikaanse en Aziatische beurzen in november opnieuw 2 à 5% winst bijeengesprokkeld. De Europese beurzen geven een meer vertekend beeld. Dat heeft deels te maken met de heersende onzekerheid rond de impact van de toekomstige stresstesten op de Europese banksector en verder ook met de defl atoire druk, waarbij men zich afvraagt of de ECB echt de grote middelen zal inzetten, mocht het alarm afgaan. We zijn de laatste maand van het jaar ingegaan en het seizoenseffect zou positief moeten zijn voor de aandelen. Over de laatste 10 jaar heeft de Eurostoxx 50 index in deze periode nooit een negatieve return getoond. Naar 2014 toe zal een verdere ondersteuning van de rally een behoorlijke stijging van de winstcijfers vereisen. Op dit ogenblik zijn de analisten van mening dat die winst met 10 à 15% zal stijgen in Europa. We gaan ervan uit dat de aandelen nog steeds een single digit positieve return kunnen registreren, lager dan de voorbije jaren, maar beter dan de andere activaklassen. Het zal echter lonen om de risicofactoren in acht te houden, want er hoeft niet veel te gebeuren voor een fl inke tussentijdse uitschuiver. De tijd zal het leren, maar kapitaalbescherming wordt minstens even belangrijk als kapitaalwinst. Danny Wittenberg Chief Investment Offi cer www.pldw.be 1

2014 De OESO is matig optimistisch Op 19 november publiceerde de OESO haar, intussen klassieke, semestriële rapport over de toestand van de wereldeconomie en de vooruitzichten voor de komende jaren. Omwille van de schat aan informatie die dit rapport bevat, wordt er altijd met belangstelling naar uitgekeken door economen en marktstrategen. En omdat de OESO een gezaghebbende bron is die heel wat beleidsaanbevelingen formuleert, wordt het rapport ook vaak gelezen om er aanwijzingen in te vinden over de te volgen beleidsstrategie. Anderzijds bevat het rapport zelden grote verrassingen en wordt de OESO, als offi ciële voorspeller, soms verweten ietwat te optimistisch te zijn over de toekomst, waardoor de prognoses vaak naar beneden moeten worden bijgesteld. Een geleidelijk, maar matig herstel Het pas gepubliceerde rapport sluit perfect aan bij deze traditie. Het stelt een geleidelijk, maar ook al bij al erg matig herstel van de wereldeconomie voorop voor 2014 en 2015, en daarmee verwoordt het perfect de algemeen geldende consensus. Voor 2014 ziet de OESO bijvoorbeeld een groei van de wereldeconomie met 3,6% (zie tabel), terwijl men in mei nog een groei van 4,1% vooropstelde. De neerwaartse bijstelling van de prognose komt bijna geheel voor rekening van de minder sterke groei in de grotere groeilanden, terwijl de prognoses voor de ontwikkelde landen nauwelijks veranderd zijn. De sterkere groei in deze landen vloeit voort uit de voortdurende steun van een zeer accomoderend monetair beleid, uit het verminderen van de soberheidsmaatregelen en uit de positieve gevolgen die de reeds genomen groeibevorderende maatregelen eindelijk beginnen te genereren. De groeivertraging in de ontluikende markten wordt toegeschreven aan een aantal structurele gebreken vanuit de aanbodzijde, gebreken die door de toestroom van kapitaal uit het Westen de voorbije jaren voor een stuk aan het oog werden onttrokken, maar die nu terug aan de oppervlakte gekomen zijn. Dreigingen in de eurozone Bron: Databank van de economische vooruitzichten van de OESO, nr.94 Het rapport gaat echter ook dieper in op de talrijke risico s die dit fragiele herstel bedreigen. Voor de eurozone wijst het onder meer op de nog steeds zwakke balansen van de banken, de fragiele publieke fi nanciën en de onzekere politieke situatie in de kwetsbare Zuiderse landen. Het rapport stelt inderdaad dat de heel bescheiden herneming van de groei in Europa te laag zal uitvallen om de werkloosheidsgraad terug te dringen, zodat de Europese periferie erg vatbaar blijft voor sociale en politieke onrust. Daarom hamert de OESO op het snel tot stand brengen van een bankenunie. Ook dringt zij erop aan dat de komende stresstesten voor de banken op een geloofwaardige manier de zwakke plekken in de balansen moeten aantonen teneinde de nodige maatregelen te kunnen nemen. Verder wijst de OESO op de blijvende noodzaak van een stimulerend monetair beleid als tegengewicht voor de toenemende defl atoire risico s in de eurozone. Het rapport gaat eveneens uitgebreid in op de moeilijke fi scale discussie in de VS. Het maakt een analyse van wat er kan gebeuren mocht het schuldenplafond in de VS echt bindend worden, wat volgens deze analyse zou uitmonden in besparingen ten belope van 4% van het bnp en een diepe recessie. Om dit te voorkomen, stelt het rapport dat een vast vooropgesteld schuldenplafond moet worden afgeschaft en dient te worden vervangen door een geloofwaardig schuldconsolidatieplan op lange termijn met solide politieke steun. Tenslotte gaat de OESO dieper in op de situatie in Japan. Ze steunt het plan om de btw-voet verder op te trekken, maar blijft wel hameren op de nood aan verdere fi scale consolidatie en op de noodzaak om uiterlijk tegen 2020 een primair overschot op de begroting te realiseren. Daartoe moeten verregaande structurele maatregelen worden genomen. Ter conclusie kan men stellen dat het rapport weinig echt nieuwe gegevens bevat, maar wel een soort van blauwdruk aanreikt om verder uit de crisis te geraken. Daaruit blijkt dan misschien wel dat er nog heel wat werk aan de winkel is, maar het bemoedigende nieuws is dat er wel degelijk een uitweg uit de crisis mogelijk is Christophe Van Canneyt Chief Economist 2 www.pldw.be

GBL Een welgekomen nieuwe look Talrijke Belgische investeerders hebben het aandeel GBL (Groep Brussel Lambert) in portefeuille. De holding, die gedeeltelijk in handen is van miljardair Albert Frère, kon immers altijd op de gunst van de kleine belegger rekenen. GBL kent een geschiedenis van behoorlijk aantrekkelijke performances, met een geannualiseerd rendement op tien jaar van 8,3% (inclusief dividenden) ten opzichte 6,9% voor de Bel20. Het imago van de groep, dat gebouwd is op het aangeboren gevoel voor zaken doen van Albert Frère, was lange tijd dat van een kwaliteitsholding die winstgevende investeringen deed en haar aandeelhouders een aantrekkelijk dividend bood. Maar enkele jaren is de situatie ingewikkeld en weegt ze op de beurskoers. Een teleurstellende performance na de crisis Wanneer we onze vergelijking opnieuw maken over een periode van vijf jaar, komt GBL er minder goed uit met een performance van 7% op jaarbasis ten opzichte van 13,5% voor de Bel20. Als we, over diezelfde periode, de performances van GBL vergelijken met die van andere Belgische holdings zoals Ackermans & van Haaren (16%), GIMV (12%) en Sofi na (13%), is de vaststelling duidelijk: GBL hinkt ver achterop en straalt niet meer zoals vroeger. De kloof is zich duidelijk beginnen af te tekenen vanaf 2008, toen de fi nanciële crisis een zware impact had op de portefeuille van GBL met een daling van bijna 50% tussen juli 2007 en maart 2009. De andere holdings registreerden allemaal een gelijkaardige correctie, maar toen de heropleving zich in 2009 doorzette, begon GBL te onderpresteren. Total, een belangrijke participatie van de holding, liet immers een veel minder solide performance optekenen dan de markt, terwijl een andere grote participatie, GDF Suez, helemaal geen herstel kende en wegzakte onder het gewicht van de tanende sector van de energieleveranciers. Resultaat: een beurskoers die moeite heeft om te klimmen en investeringen die niet meer verleiden, ondanks een dividend dat aantrekkelijk en solide blijft. Een nieuwe wind Vanuit de noodzaak om de strategie te veranderen en de achteruitgaande holding nieuw leven in te blazen, besloot Albert Frère om het management van de groep te reorganiseren. Begin 2012 werden zijn schoonzoon, Ian Gallienne, en Gérard Lamarche (vroegere fi nancieel directeur van GDF Suez) benoemd tot afgevaardigde bestuurders, terwijl Albert Frère als CEO actief bleef. Deze twee nieuwe breinen staan voor de moeilijke taak om het zeer «dividendgerichte» imago van het befaamde lid van de Bel20 een opfrissingsbeurt te geven. Een nieuwe veelbelovende strategie GBL, dat zich ervan bewust was dat haar strategie ernstig in vraag diende te worden gesteld, heeft vanaf 2012 een nieuw profi el aangenomen onder impuls van de nieuwe bestuurders. De groep wil voortaan investeren in waardecreërende sectoren, in een uitgestrektere geografi sche zone met een meer internationale blootstelling en ze wil vooral een evenwicht groei/ rendement in haar portefeuille nastreven. GBL wil bijgevolg blijven investeren in strategische en beursgenoteerde participaties (zoals de recente instap in het kapitaal van de Zwitserse groep SGS, leider op het gebied van testing en inspectie), in kleinere bedrijven door de rol van referentie-investeerder te vervullen (versterking van haar belang in het kapitaal van Umicore dit jaar) en op gediversifi eerde wijze via haar private equity fondsen (Ergon, Sagard). De recente uitstap uit de groep GDF Suez (meer bepaald via de uitgifte van converteerbare obligaties), de verkoop van een deel van de aandelen Total en verschillende andere transacties die werden uitgevoerd, tonen duidelijk aan dat de nieuwe strategie wordt doorgevoerd en dat het schip reeds van koers veranderd is. GBL wist de voorbije jaren niet te overtuigen en was niet meer zo gegeerd bij de investeerders. De nieuwe strategie van de groep lijkt echter veelbelovend op lange termijn en hoewel de aandeelhouders op termijn een minder aantrekkelijk dividend zullen moeten aanvaarden, zal dit worden gecompenseerd door de waardecreatie die uit deze koerswijziging zal voortvloeien. GBL focust op de mix groei en dividend, en het zal interessant zijn om te zien welke de volgende investeringen zijn die de holding zal aankondigen. Ook al blijft Ackermans & van Haaren onze favoriete waarde uit deze sector, toch menen we dat GBL voortaan een plaats verdient in een gediversifieerde portefeuille. Onze instapkoers ligt rond 62 euro. Corbis Image Philippe Vanmeerhaeghe Financial Analyst www.pldw.be 3

BELASTING OP ICB'S ZONDER EUROPESE PASPOORT De laatste ontwikkelingen In september hebben we u gemeld dat de regering besloten had om de Instellingen voor Collectieve Belegging (d.w.z. beveks en gemeenschappelijke beleggingsfondsen) zonder Europees paspoort aan een belasting te onderwerpen. Tot nu toe werden enkel de ICB s met Europees paspoort belast. Omtrent deze beslissing werden nog talrijke verduidelijkingen verwacht. Die zijn er onlangs gekomen en daarover willen we u graag informeren. Ter herinnering, 1 juli 2013 zijn natuurlijke personen, Belgische ingezetenen, onderworpen aan een nieuwe belasting (van 25%). Deze heeft betrekking op de gerealiseerde meerwaarden bij de wederinkoop of de overdracht ten bezwarende titel van deelbewijzen van kapitalisatie-icb s zonder Europees paspoort waarvan meer dan 25% van het vermogen in schuldvorderingen (d.w.z. vastrentende activa) belegd is, zoals bijvoorbeeld obligatiebeveks. ICB s zonder Europees paspoort worden nu dus op dezelfde manier behandeld als ICB s met Europees paspoort. Belastbare grondslag van ICB's zonder Europees paspoort? De belastbare grondslag wordt gevormd door de reële inkomsten als ze bepaalbaar zijn. Ze omvatten de ontvangen intresten en de gerealiseerde meer- en/of minderwaarden op de vastrentende activa van de ICB. Ingeval de reële inkomsten niet gekend zijn, is er een forfaitair inkomen vastgesteld, Het Europees paspoort Het Europees paspoort laat een ICB die door de autoriteit van haar land van oorsprong erkend is, toe om haar producten in de hele Europese Unie te commercialiseren. Een ICB die geen Europees paspoort heeft, mag haar producten daarentegen enkel in België commercialiseren mits toelating van de Belgische financiële autoriteiten. maar op twee verschillende manieren naargelang de aanhoudingsperiode van de ICB-deelbewijzen. Voor de periode tussen 1 juli 2008 en 30 juni 2013 (indien de aankoop van de deelbewijzen vóór 1 juli 2008 plaatsvond, dient deze datum in aanmerking te worden genomen) is het forfaitaire inkomen vastgesteld op 3% per jaar, berekend op de beleggingswaarde van de door de ICB aangehouden schuldvorderingen. Indien de beleggingswaarde van de schuldvorderingen niet gekend is, moet men rekening houden met de beleggingswaarde van de deelbewijzen, vermenigvuldigd met het percentage schuldvorderingen en met het aantal dagen dat de deelbewijzen zijn aangehouden. Voor de periode na 30 juni 2013 wordt er rekening gehouden met de financiële meerwaarde, vermenigvuldigd met het percentage schuldvorderingen die door de ICB worden aangehouden. De som van de twee verkregen getallen vormt het bedrag van de belastbare forfaitaire meerwaarde. In welke vorm? Er kan geen roerende voorheffing worden ingehouden op de gerealiseerde meerwaarden bij de wederinkoop van deelbewijzen tijdens de maand juli 2013. Bijgevolg is de begunstigde verplicht om deze te vermelden in zijn aangifte in de personenbelasting 2014. Puilaetco Dewaay kan (indien nodig, met terugwerkende kracht) de roerende voorheffing van 25% inhouden op de gerealiseerde meerwaarden vanaf 1 augustus 2013. Deze moeten dus niet in de belastingaangifte 2014 worden vermeld. Sinds 1 juli 2013 zijn alle ICB s waarvan het vermogen voor meer dan 25% in vastrentende activa belegd is, onderworpen aan een belasting. Het speelt voortaan dus geen rol meer of ze al dan niet een Europees paspoort hebben (enkel de bepaling van de belastbare grondslag verschilt naargelang de ICB een Europees paspoort heeft of niet). Een rechtstreeks gevolg van deze nieuwe belasting is dat de categorie van de vrijgestelde meerwaarden nog verder inkrimpt. De fi scale hervorming die onze huidige Minister van Financiën aangekondigd heeft, zou deze categorie helemaal kunnen doen verdwijnen. Bruno Ferrier Head of Estate Planning 4 www.pldw.be

AMUNDI GLOBAL AGGREGATE Een «all weather» obligatiefonds Nu de rente uiterst laag staat omwille van het monetaire beleid van de centrale banken wereldwijd, lijkt een actieve benadering van het obligatiebeheer ons opportuun. Het fonds Amundi Global Aggregate heeft als doel om beter te presteren dan de Barclays Global Aggregate index, die voor twee derde bestaat uit overheidsemittenten van over de hele wereld en voor één derde uit bedrijfsemittenten met een investment grade rating, en waarin de deviezenrisico s gedekt zijn. Om zijn doel te bereiken, beschikt het fonds over een grote fl exibiliteit die de beheerder toelaat om zijn overtuigingen na te streven in verschillende marktomgevingen. Wij menen dat een dergelijke beheerder de beleggingsopportuniteiten kan grijpen die voortkomen uit een omgeving van stijgende rente. Aldus zou het fonds zijn index ook in de toekomst kunnen kloppen en wel om de volgende redenen. In de eerste plaats beschikt het fonds over een groot beleggingsuniversum. Het kan beleggen in alle obligatieinstrumenten: overheidsschulden op globaal niveau, bedrijfsobligaties, conver teerbare obligaties en deviezen. Het dient echter een aantal verplichtingen na te leven met betrekking tot de meest risicovolle segmenten van de obligatiemarkt. Zo mag maximum 20% van de portefeuille in hoogrentende obligaties worden belegd, maximum 30% in niet-oeso-landen en maximum 10% in converteerbare obligaties. Het fonds kan eveneens een negatieve visie uitdrukken, zoals dit jaar reeds het geval was met betrekking tot de Amerikaanse rente. Ten tweede heeft Hervé Hanoune, de beheerder van het fonds, bijna 20 jaar ervaring in de fi nanciële markten en 15 jaar als obligatiebelegger. Hij kan eveneens rekenen op het obligatieteam van Amundi dat 25 medewerkers telt die in verschillende gespecialiseerde teams per activaklasse gegroepeerd zijn. Ten derde, hoewel de fondsbeheerder van een grote bewegingsvrijheid in zijn beheer geniet, is het beleggingsproces zeer strikt: een investeringscomité bepaalt (positieve of negatieve) macroeconomische visies op de verschillende activaklassen waarin het fonds kan beleggen. Vervolgens is het de taak van Hervé Hanoune om deze visies uit te drukken ten aanzien van zijn referentieindex. Daarvoor doet hij een beroep op de analistenteams teneinde de meest veelbelovende obligaties te selecteren. Tot slot getuigt de overperformance van 7% op jaarbasis ten opzichte van zijn referentie-index, de lancering van het fonds in 2007, van de bekwaamheid van de beheerder om de fl exibiliteit van het proces weldoordacht te gebruiken op lange termijn. Huidige positionering Het fonds baseert zich op de volgende overtuigingen: de wereldgroei zou geleidelijk opnieuw moeten hervatten; het monetaire beleid zou wereldwijd soepel moeten blijven; het Draghi-effect blijft de Europese integratie veiligstellen; de infl atiedruk blijft laag, maar zou een belangrijke impact op de obligatiemarkten kunnen hebben indien hij opnieuw op de voorgrond zou treden. Het fonds is momenteel voornamelijk belegd in fi nanciële obligaties, i.e. één van de grote overtuigingen van het team dat rekent op een continuïteit in de sanering van de balansen van de banken ingevolge een steeds strengere regelgeving. Daarnaast houdt het 7% overheidsobligaties, 11% kwaliteitsbedrijfsobligaties, 9% highyield obligaties en 5% obligaties van de opkomende landen in lokale munt aan. Wat de deviezen betreft, is het fonds voor circa 26% in Amerikaanse dollar belegd, zowel omwille van zijn intrinsieke waarde als omwille van zijn status van vluchtwaarde. Bovendien is Hervé Hanoune negatief over de euro en de yen. Wat de obligatiestatistieken betreft, had het fonds eind oktober een rendement tot vervaldag van 4,3% met een duratie van 5,4 jaar en een gemiddelde BBB+ rating. De huidige hoge duratie van het fonds kan worden verklaard door een opportunistische positionering ingevolge de sterke marktcorrectie van afgelopen zomer. Het team behoudt echter een negatieve visie op lange termijn op de duratie. Wij menen dat het fonds Amundi Global Aggregate interessante eigenschappen bezit om de basis van het obligatieluik van een portefeuille aan te vullen. Die flexibiliteit laat het team toe om zijn strategische en tactische visies ten volle tot uiting te brengen. Voor meer informatie over de andere actieve obligatiefondsen die wij aanbevelen, aarzel niet om uw private banker te contacteren! Charles-Antoine de Bellefroid Fund & Portfolio Analyst www.pldw.be 5

DSM Heroriëntering op de voedingsactiviteit als vector voor waardecreatie Enkel de naam van het bedrijf Dutch State Mines, DSM, verwijst vandaag nog naar zijn oorspronkelijke activiteit, met name de exploitatie van steenkool in Nederland. Tijdens de laatste decennia hebben verschillende strategische heroriënteringen ertoe geleid dat DSM zich geleidelijk ontdaan heeft van activiteiten die als te cyclisch en met weinig toegevoegde waarde worden beschouwd, teneinde zich toe te leggen op de levenswetenschappen (voeding en farmacie) en de gespecialiseerde chemie (polymeren, hoogpresterende materialen,...). DSM blijft echter een chemiebedrijf, maar het is een zogenaamde hybride waarde, zoals Solvay vroeger, vóór de verkoop van zijn farmatak. Voor de investeerder ligt het voordeel van DSM zowel in het waardecreatiepotentieel van zijn voedingsactiviteit als in de voortzetting van de optimalisering van zijn activiteitenportefeuille. De directie van de groep heeft duidelijk te kennen gegeven dat zij van plan is om de farmatak te herstructureren (door te zoeken naar een partnership) en om de blootstelling van DSM aan caprolactam (een stof die valt onder de Polymer Intermediates en gebruikt wordt voor nylon) te verlagen. De reden? Deze twee activiteiten behalen de vastgelegde performancedoelstellingen niet: de rentabiliteit is te laag, rekening houdend met de geïnvesteerde kapitalen, en de performance is te volatiel. Farmacie: joint-venture Onlangs heeft DSM aangekondigd dat het voor zijn tak DSM Pharmaceutical Products een, behoorlijk complexe, joint-venture overeenkomst gesloten heeft met een Amerikaanse speler uit de private equity, JLL Partners. Dit partnership zou in principe moeten worden gefi naliseerd in de loop van het eerste semester 2014, onder voorbehoud van goedkeuring door de bevoegde autoriteiten. Het zal DSM toelaten een minderheidsparticipatie (49%) aan te houden in een groter, maar potentieel winstgevender geheel. De investeerders verwachten binnenkort een aankondiging met betrekking tot de Polymer Intermediates. Voeding: de groei houdt aan Deze belangrijke strategische beslissingen mogen niet verhullen dat de voedingsdivisie ongetwijfeld de motor van DSM geworden is. Deze activiteitstak, die in 2003 van start gegaan is met de overname van de vitaminebusiness van Roche, heeft zich 2010 sterk ontwikkeld als gevolg van verschillende overnames, om te evolueren tot de belangrijkste groeipijler van de groep. Vandaag vertegenwoordigt DSM Nutrition bijna de helft van de verkopen en meer dan drie vierde van het bruto-exploitatieoverschot. De fi nanciële doelstellingen van deze tak bestaan erin om een organische groei van +/- 5% per jaar te realiseren en een bruto-exploitatieoverschot op te tekenen dat tussen 20 en 23% van het omzetcijfer ligt. DSM heeft zich aan zijn omgeving aangepast en heeft zijn voedingspool gestructureerd op basis van sterke concurrentievoordelen. Het productengamma van DSM focust op dierengezondheid, voedingssupplementen voor menselijke voeding, additieven voor de cosmetische industrie en andere voedingsspecialiteiten. Dit omvat vitamines, carotenoïden, enzymen, vetzuren (omega 3-6-9) en andere aromatische ingrediënten. In het segment van de menselijke voeding schat DSM de omvang van zijn doelmarkt op meer dan 11 miljard euro met een groeipercentage +/- 5% per jaar, ondersteund door de demografi e en de bewustwording van de weldadige invloed van voedingssupplementen op de gezondheid. Wat de dierenvoeding betreft, is de groei afkomstig van een verhoogde proteïneconsumptie, een tendens die vooral wordt waargenomen in de opkomende landen, waar de voedingspatronen «verwestersen». Het aandeel laat dit jaar een tweecijferige performance optekenen, ofwel een duidelijk betere prestatie dan het gemiddelde van de aandelen van de Europese chemiesector. De groep heeft een solide financiële structuur en is in staat om een sterke cashflow te genereren. Rekening houdend met de huidige marktverwachtingen is de waardering verre van buitensporig. Voor zover de strategie correct wordt uitgevoerd en de performance van de kernactiviteit, DSM Nutrition, in de lijn ligt van de verwachtingen, biedt het aandeel nog een opwaarderingspotentieel op middellange termijn en verdient het een plaats in een gediversifieerde portefeuille. Marc Ernaelsteen Head of Equities 6 www.pldw.be

HOME FUNDS NEWS Gameloft : mobiele pure play Vandaag gebruiken we onze gsm s niet alleen meer om te bellen of te sms en, maar ook om muziek te beluisteren of een boek te lezen. Onze smartphones en tablets zijn echte ontspanningsplatformen geworden. Het is dus heel logisch dat videospellen hun intrede hebben gedaan op smartphones en hun penetratiegraad blijft maar toenemen. Om van deze evolutie te profiteren, hebben we onlangs in ons fonds Small & Mid Cap Europe een aandeel opgenomen dat in dit domein actief is: Gameloft. Gameloft is de Europese leider en de nummer twee van de wereld in de uitgave, ontwikkeling en distributie van mobiele videospellen. Het bedrijf beschikt over een catalogus van bijna 500 spellen, waaronder Ice Age Village, Despicable Me II, Uno en Asphalt 8. De spellen zijn ofwel rechtstreeks in de gsm geïntegreerd, ofwel te downloaden op online platformen. In tegenstelling tot de ontwikkelaars van «Clash of Clan» of «Candy Crush» is het economisch model van Gameloft uniek. De verkopen zijn niet afhankelijk van één topproduct dat een enorme marketingmachine achter zich heeft en waarvan het succes vitaal is voor de onderneming. Een dergelijk business model blijkt moeilijk in stand te houden. Gameloft, daarentegen, verdeelt zijn bronnen van inkomsten over verschillende middelgrote spellen die de consument een uitstekende spelervaring bieden. Hiervoor beschikt Gameloft over grote ontwikkelingsstudio s waarvan 85% in de lageloonlanden gelegen is. Meer dan 5.200 ontwikkelaars creëren de spellen op een ruime waaier van smartphones en tablets. Deze vaste kostenbasis is primordiaal om de kwaliteit van het aanbod te garanderen en om te blijven innoveren. Maar dit vormt eveneens een belangrijke operationele hefboom op de operationele marges wanneer de verkopen sneller stijgen. Dat is exact het scenario waarop we rekenen voor 2014. In de loop der tijd heeft het bedrijf zijn model doen evolueren van de premium naar de freemium/paymium. De spellen zijn (bijna) gratis beschikbaar teneinde spelers aan te trekken. Wanneer de spelers eraan verknocht zijn, spoort het bedrijf hen aan enkele euro s uit te geven om premium inhoud te bekomen (bv. sneller vorderen in het spel). Deze evolutie heeft Gameloft toegelaten om het gemiddelde omzetcijfer per spel te vervierdubbelen. Zelfs indien maar 1% van de spelers voor deze premium inhoud betaalt, is dat voldoende om het spelplatform rendabel te maken! Het doel bestaat erin om de spellen zo goed mogelijk te monetiseren en de bestaande spelers warm te maken voor andere spellen uit de catalogus. De markt van de mobiele spellen is een relatief jonge markt die mooie groeivooruitzichten biedt. De verkoop van smartphones en tablets blijft stijgen in de ontwikkelde landen, terwijl men zich in de opkomende landen goedkope gsm s begint aan te schaffen, waarvoor Gameloft eveneens een uitgebreide spellencatalogus ter beschikking heeft. Bovendien eisen de spelers vandaag een hogere kwaliteit, wat nieuwe instapdrempels creëert in een markt die voordien talrijke kleine ontwikkelaars aantrok. Daarnaast hebben de grote allround groepen, zoals Electronic Arts en Activision Blizzard, niet de ambitie (noch de middelen!) om zich zowel op de console- als op de mobiele spellen te focussen, waardoor de concurrentie daalt voor een pure player zoals Gameloft. Gameloft is de enige zuivere ontwikkelaar van mobiele spellen die winstgevend is dankzij zijn goede kostencontrole en de kwaliteit van zijn aanbod. Zijn balans is zeer solide, met een positieve cashpositie die hem zal toelaten om verder te innoveren en nieuwe spellen, zoals Thor en Fast and Furious, te blijven ontwikkelen. Jérôme Truyens Financial Analyst Meer gedetailleerde informatie en de nettoinventariswaarden van onze fondsen kunt u terugvinden op onze website www.pldw.be. Gameloft www.pldw.be 7

MONTHLY PERFORMANCES INDICES (30/11/2013) AANDELEN MUNTEN BEURZEN Europa - DJ Stoxx 600 0,9% 16,3% 14,4% Europa - DJ Euro Stoxx 50 0,6% 17,1% 13,8% België - Bel 20-1,2% 16,0% 18,8% Nederland - AEX 1,2% 15,7% 9,7% Frankrijk - CAC 40-0,1% 18,0% 15,2% Duitsland - DAX 4,1% 23,6% 29,1% Verenigd Koninkrijk - FTSE 100 0,8% 10,3% 8,9% Spanje - Ibex 35-0,7% 20,4% -4,7% Italië - FTSE MIB -1,7% 16,9% 7,8% Zwitserland - SMI 0,2% 18,7% 15,8% Dow Jones Industrial Average 3,6% 19,2% 5,3% S&P 500 2,9% 23,0% 11,4% Nasdaq Composite 3,7% 30,6% 13,8% Brazilië - Bovespa -7,3% -26,6% -4,1% USD - EUR 0,1% 3,0% 1,8% GBP - EUR -1,9% 2,3% -2,6% JPY - EUR 4,2% 21,6% 14,9% BEDRIJFSOBLIGATIES (IBOXX INDICES) AAA 0,1% 1,9% 8,9% AA 0,1% 1,1% 9,1% A 0,1% 2,1% 11,9% BBB 0,4% 4,6% 17,0% Investment Grade 0,2% 2,7% 13,6% High Yield 0,8% 7,3% 22,8% Japan - Nikkei 225 5,0% 23,2% 7,8% Hongkong - Hang Seng 3,0% 2,4% 20,9% China - Shangai Composite 3,8% -2,7% 2,4% Taïwan - Taiex 0,0% 5,4% 11,2% OVERHEIDSOBLIGATIES (JPM INDICES) Korea - Kospi 0,0% -1,0% 16,0% 1-3 j. 0,3% 1,9% 4,3% SECTOREN (STOXX 600) 3-5 j. 0,5% 2,7% 8,7% 5-7 j. 0,6% 4,1% 12,8% 7-10 j. 0,4% 4,1% 14,8% Healthcare 2,2% 20,0% 12,1% Oil & Gas -1,2% 3,1% -4,3% Food & Beverages -0,3% 8,0% 19,0% Personal & Household Goods 0,1% 14,3% 20,9% Telecommunication -0,2% 29,7% -10,7% Insurance 1,8% 25,5% 32,9% Technology 3,4% 25,3% 21,8% Retail -0,2% 20,9% 8,8% Real Estate 0,0% 6,2% 24,9% Chemicals 3,4% 12,2% 29,5% Media 1,2% 30,7% 17,4% Utilities 0,2% 8,3% -0,7% Automobiles & Parts 3,5% 36,1% 35,5% Construction & Materials 0,3% 19,8% 15,4% Industrial Goods & Services 1,2% 20,0% 21,9% Travel & Leisure 3,8% 22,6% 30,0% Financial Services 1,7% 29,4% 21,5% Banks 0,3% 18,8% 23,1% Basic Resource -1,8% -13,8% 4,2% > 10 j. 0,2% 2,4% 17,4% GRONDSTOFFEN PERFORMANCES IN USD Gold -5,3% -25,2% 7,1% Crude Oil -3,8% 1,0% -7,1% WENST U TE REAGEREN? Puilaetco Dewaay Herrmann Debrouxlaan 46 1160 Brussel E-mail : newsletter@pldw.be Facebook : www.facebook.com/puilaetcodewaay Twitter : www.twitter.com/puilaetcodewaay LinkedIn : www.linkedin.com/company/puilaetco-dewaay-private-bankers Analyses Monthly is een financiële nieuwsbrief uitgegeven onder de verantwoordelijkheid van: Danny Wittenberg, Chief Investment Officer, en Christophe Van Canneyt, Chief Economist, van Puilaetco Dewaay Private Bankers NV waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is aan de Herrmann Debrouxlaan 46 te 1160 Brussel. BTW BE 0403.236.126 De redactie van deze nieuwsbrief werd afgesloten op 2 december 2013. De verstrekte informatie mag niet worden beschouwd als een aanbod of een verzoek tot aan- of verkoop van om het even welk fi nancieel instrument. Brussel Antwerpen Hasselt Luik Namen Sint-Martens-Latem Waregem www.pldw.be