Zaaknummer: 10348 Datum uitspraak: 28 april 2009 Plaats uitspraak: Zaandam Bindend Advies in het geschil tussen: de heer en mevrouw B. en T. Sterk te Amsterdam verder te noemen: Familie Sterk, tegen: de heer H. De Vries te Landsmeer verder te noemen De Vries, gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter. De procedure. Partijen zijn schriftelijk overeengekomen dit geschil door middel van een bindend advies op basis van het bindend advies reglement "De Rijdende Rechter" editie september 2003 te laten beslechten. De vordering van Familie Sterk is opgenomen in de bindend advies overeenkomst.
De rijdende rechter heeft kennis genomen van alle door partijen overgelegde stukken. Het geschil is behandeld op de hoorzitting van 1 april 2009, welke is gehouden te Amsterdam. Partijen zijn behoorlijk opgeroepen voor de hoorzitting. Partijen zijn verschenen en hebben hun standpunten toegelicht. Voorafgaande daaraan heeft de rijdende rechter zich begeven naar de in deze procedure bedoelde voederlocatie en aanliggend flatcomplex en heeft hij deze in het bijzijn van partijen bezichtigd. Daarbij was tevens aanwezig drs. Alfred Blok, bioloog, als deskundige, die mondeling verslag heeft uitgebracht. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld op- en aanmerkingen te maken. De Vries is bijgestaan door P.S. Bakker. Hierna is de uitspraak bepaald op vandaag. Vaststaande feiten. In deze procedure mag van de volgende feiten worden uitgegaan, omdat deze voldoende zijn komen vast te staan. 1. Familie Sterk is eigenaar van het appartement (parterrewoning) gelegen aan het Grootzeilhof 10 te Amsterdam (stadsdeel noord). 2. De Vries, woonachtig te Landsmeer, verblijft geregeld bij zijn vriendin, die het boven het appartement van Familie Sterk gelegen appartement Grootzeilhof 12 bewoont. Laatstgenoemd appartement wordt gehuurd van de Woningstichting Ymere. Er is sprake van een gemeenschappelijk portiek. 3. De Vries maakt een gewoonte van het voeren van reigers, die zich voor of
4. vlakbij het gemeenschappelijk portiek ophouden. Hij voert ze zelfgevangen vis, alsmede stukjes kaas, worst e.d. 5. Familie Sterk heeft moeten ervaren dat deze reigers ramen, vensterbanken, alsmede de voorgevel van haar appartement en de daarvoor gelegen stoep met uitwerpselen besmeuren. 6. De Vries heeft geen gevolg willen geven aan het verzoek van Familie Sterk om het voeren blijvend te staken. Ook nadat Woningstichting Ymere daarom had verzocht, heeft hij daarmee niet willen ophouden. De vordering van Familie Sterk. Familie Sterk vordert kort gezegd dat De Vries wordt verboden om ter plekke de reigers te blijven voeren. Standpunten van partijen. Het standpunt van Familie Sterk komt kort samengevat en voor zover thans van belang op het volgende neer. Door het voeren van de reigers pal voor de woning van Familie Sterk veroorzaakt De Vries een reigerplaag. Niet alleen de gevoerde reigers, maar ook hun jongen zullen vanwege dat voeren telkens naar deze voederplaats terugkeren. Familie Sterk ondervindt hiervan grote hinder, meer in het bijzonder doordat haar ramen constant worden besmeurd met reigeruitwerpselen. Bovendien blijven smerige voedselresten op de stoep voor haar woning achter, hetgeen ongedierte aantrekt. Tenslotte vreest Familie Sterk dat reigers naar de ogen van haar buurt- en kleinkinderen zullen pikken. Het standpunt van De Vries komt kort samengevat en voor zover thans van belang op het volgende neer. De Vries stelt plezier te beleven aan het voeren van de reigers, maar hij is niet de enige, nu ook andere buurtbewoners deze vogels voeren. Familie Sterk is bij zijn
weten de enige die daar last van heeft, nu andere buurtbewoners niet klagen. Betwist wordt dat de reigers alleen bij Familie Sterk voor de deur worden gevoerd, nu dat ook in het nabijgelegen grasveld gebeurt. Omdat de reigers altijd alles opeten, blijven geen voedselresten achter. Reigers vormen geen gevaar voor mensen(kinderen). Verslag van de deskundige. De deskundige heeft kort samengevat en voor zover thans van belang het volgende laten weten. Het voeren van reigers heeft, behalve misschien bij zeer strenge vorst, biologisch gezien geen enkel nut. Reigers zijn echte opportunisten, die de aangeboden etenswaar graag verorberen, waarna ze elders gewoon door gaan met voedsel zoeken. Voor mensen(kinderen) vormen reigers geen gevaar, zolang de reigers niet in het nauw worden gedreven. Normaal gesproken gaan ze er vandoor als mensen te dichtbij komen. Zijn ze echter gewond, of opgesloten, dan kunnen ze zich gaan verdedigen hetgeen inderdaad niet zonder gevaar is. Voor menig stadsmens heeft het voeren van vogels echter wel degelijk nut, omdat dit vaak de enige manier is waarop men nog met de natuur en de daarin levende dieren in contact kan komen. Daar is niets mis mee. Het is dan ook beslist niet juist om mensen zomaar te verbieden dat te doen. Wat anders is, dat de door Familie Sterk ondervonden overlast reëel is. Reigers laten de nodige uitwerpselen achter. Dat probleem is echter eenvoudig te ondervangen door verderop te gaan voeren. Het is niet waar dat reigers gebonden raken aan een bepaalde voederplek. Zo gauw het voedsel elders wordt aangeboden, zullen ze daarheen verkassen.
Beoordeling van het geschil. Voorop gesteld moet worden dat het voeren reigers binnen de gemeente Amsterdam (waaronder stadsdeel noord) op zichzelf niet publiekrechtelijk verboden is, zelfs niet als deze vogels overlast veroorzaken. 1 Wel is het ingevolge het bepaalde in artikel 4.17 van de Amsterdamse Algemene Politieverordening (APV) verboden om de openbare weg, waaronder ook het openbaar groen wordt gerekend, te verontreinigen. Daarvan kan sprake zijn indien aangeboden voedselresten niet worden opgegeten en daar achterblijven. Dat De Vries zich daaraan schuldig maakt is echter betwist en door mij niet vastgesteld. Maar ook zonder dat sprake is van een directe overtreding van een publiekrechtelijk verbod, staat het De Vries civielrechtelijk niet vrij om overal en onder alle omstandigheden reigers te voeren. Deze vrijheid vindt immers zijn grens, waar het voederen van reigers jegens omwonenden, zoals Familie Sterk, onrechtmatig wordt, in de zin van artikel 6.162 van het Burgerlijk Wetboek. Daarvan is sprake indien deze omwonenden dusdanige overlast ondervinden, dat dit als maatschappelijk onbetamelijk moet worden aangemerkt. Het enkele feit dat omwonenden enige geringe overlast ondervinden van het voeren van reigers is dus onvoldoende om van onrechtmatigheid te mogen spreken. Het antwoord op de vraag, of de ondervonden overlast als maatschappelijk onbetamelijk moet worden aangemerkt, is afhankelijk van de aard, de ernst en de duur van de overlast en de daardoor veroorzaakte schade, in verband met de verdere omstandigheden van het geval, waaronder de plaatselijke omstandigheden, de mogelijkheden om deze overlast te voorkomen en het belang dat met het nastreven van de overlast veroorzakende activiteit wordt nagestreefd of bereikt. 1 In b.v. Groningen is dat anders, zie artikel 2.4.20 APV Groningen, dat een verbod om stadsduiven en andere overlast veroorzakende vogels te voeren behelst.
Gelet op het voorgaande moet in het onderhavige geval als volgt worden geoordeeld. De door Familie Sterk ondervonden overlast is reëel. De rijdende rechter heeft zelf kunnen vaststellen dat voorpui, vensterbanken en ramen van haar woning door reigeruitwerpselen zijn bevuild. Het lijdt geen redelijke twijfel dat de betreffende reigers worden aangetrokken door De Vries, die ze voortdurend, dan wel geregeld, vlak voor de deur van het gemeenschappelijk portiek voedert. Naar het oordeel van de rijdende rechter kan deze overlast op eenvoudige wijze worden voorkomen, door de reigers niet zo dicht bij de betreffende woningen te voeren. Dat kan, zoals door de rijdende rechter waargenomen, gemakkelijk verderop gebeuren, in het aangelegen plantsoen. Het plezier dat De Vries daaraan beleeft wordt daardoor niet minder! Door dat toch te doen, handelt de Vries onrechtmatig jegens Familie Sterk. Daaraan kan niet afdoen dat ook anderen zich hier wellicht aan schuldig maken, al was het maar omdat gesteld noch bewezen is dat deze anderen dat voor de woning van Familie Sterk doen. De rijdende rechter komt daarom tot het oordeel dat inderdaad van De Vries mag worden verwacht dat hij stopt met het vlak voor de woning van Familie Sterk voeren van reigers. Op grond van het voorgaande ben ik van oordeel, dat als volgt moet worden beslist. B E S L I S S I N G De Vries wordt met onmiddellijke ingang verboden om binnen een straal van 200 meter rond de woning van Familie Sterk reigers te voeren of te laten voeren, op verbeurte van een aan Familie Sterk te betalen boete van 100,-- per keer dat hij dit verbod mocht overtreden, met een maximum van 5.000,--. Deze boete wordt van rechtswege verbeurd. Enige nadere aanmaning is niet nodig.
Dit bindend advies is gegeven door mr. F.M.Visser als rijdende rechter en uitgesproken te Zaandam op 28 april 2009. Bindend Adviseur Secretaris Mr. F.M. Visser Mr. S.T. Terstegge