= = = = = = = = = = = =

Vergelijkbare documenten
10 Les 1. 1 Hoe groot is het verschil in hoogte? Welke sommen passen hierbij? Hoe reken je? 2 Hoeveel nog sparen? Hoe reken je?

= = = = = = = =

lesboek groep 6 blok 1

Accenten blok = 7 = 7 = 7 = 7 = 7 = 1 minder. de helft. 1 meer 1 meer. 1 minder

6.0 INTRO. 1 a Bekijk de sommen hiernaast en ga na of ze kloppen = = = = = 2...

aantal stroken van euro

les 1 1 Welke breuk is het grootst? 2 Hoe kun je een meter veterdrop in zes gelijke stukken verdelen? Hoe vergelijk je de breuken?

Het kwadraat van een tweeterm a+b. (a+b)²

Opgave 1 Stel je eens een getal voor, bijvoorbeeld: 504,76. a b c

6 116 = 696. som: = som: = som: = zo groot één 0 erbij = = 7 600

rekenboek 5a taken

Werkblad TI-83: Over de hoofdstelling van de integraalrekening

Inhoud. Inleiding 5. 1 Handgereedschappen Verbindingen Elektrische techniek Pompen Verbrandingsmotoren 138

Hoeveel betaal je in totaal? Hoe kun je dat bedrag narekenen? Hoe bereken je het bedrag dat je van de 20 euro terug krijgt?

Lucht in je longen. Streep de foute woorden door. Hoe komt lucht in je longen? Zet een cirkel om de dieren met longen.

naam blad : 37 = 299 : 23 = 882 : 63 = 364 : 26 = : 47 = : 43 = 47 kan keer van af kan keer van af 47 = =

m Taak 1 Weet je het nog? m s8r antwoord: antwoord: antwoord:... antwoord * il I

Lijn, lijnstuk, punt. Verkennen. Uitleg. Opgave 1

Inhoudsopgave LES 1: NAAR SCHOOL LES 2: VRIJE TIJD LES 3: THUIS LES 4: NEDERLAND LES 5: TOEKOMST 126

1a Een hoeveelheid stof kan maar op één manier veranderen. Hoe?

De supermarkt. a Welk karretje heeft de duurste boodschappen? Leg uit waarom je dat denkt. b Hoeveel klanten nog tot de 1000ste klant? Reken uit.

Werkkaarten GIGO 1184 Elektriciteit Set

Natuurlijke getallen op een getallenas en in een assenstelsel

C 1 C 2 C 3. C 4 Vul aan tot 1 l. les 1 en blok 4. Hoeveel heb je nodig van elk gewicht? Kijk goed naar het voorbeeld.

dagen. Ongeopend: juni 1 juli

C 2. blok 1. Reken snel en goed. M remediëring bij toetsopgave 1. naam... Reken uit het hoofd. d 18 : 6 = = x 7 = 14.

3 Reken uit (met cijferen of kolomsgewijs) = = = = = = 4 Van verhaal naar rekentaal

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

2 Maak vast aan de getallenlijn Welke getallen horen bij de streepjes? a

3 Vul in Kijk goed op welke plaats het cijfer staat. aantal stroken van Hoeveel euro s? Vier briefjes van 100 is 400 euro. 50 euro.

Hoofdstuk 2: Bewerkingen in R

opdrachtenboek groep 6

9 Roosterdam. 700 m x 1000 m = m 2 = 0,7 km = 3400 m = 3,4 km

Het reëel getal b is een derdewortel van het reëel getal a c. Een getal en zijn derdewortel hebben hetzelfde toestandsteken.

Les 1. 2 Maak vast aan de getallenlijn. a Waar liggen de getallen ongeveer? b Welke schatting past het best bij de som?

rekenboek 6a lessen

Inhoud. 1 Handgereedschappen 6. 2 Verbindingen Elektrische techniek Pompen Verbrandingsmotoren 128

Wat doen we met de vuile was?

1.3 Wortels. x x 36 6 = x = 1.5 Breuken. teller teller noemer noemer. Delen: vermenigvuldig met het omgekeerde.

Bewerkingen met eentermen en veeltermen

C 1 C blok 6. Er zijn 1440 tegels nodig.

C 1 C 2 C 3 C 4. les 1 en 2. 2 blok 5. Reken uit. a. Maak sommen bij de plaatjes. Reken ze uit op een blaadje.

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

DOEL: Weten wat de gevolgen en risico s kunnen zijn van het plaatsen van (persoonlijke) informatie op internet.

les 1 1 Hoeveel kost de vakantie? 2 Hoe rekenen de kinderen? 3 Reken uit 4 Van verhaal naar rekentaal Hoe reken je? Ntumba cijferen Marit kolomsgewijs

Verschil zal er zijn hv bovenbouw WERKBLAD

AFRIKA RAPPORT

Hoofdstuk 5: Vergelijkingen van de

De standaard oppervlaktemaat is de vierkante meter. Die is afgeleid van de standaard lengtemaat, de meter.

Deze les krijgen de leerlingen een introductie over ongelijke breuken. Dit met name gericht op het vergelijken met een bemiddelende grootheid.

Getallenverzamelingen

Noordhoff Uitgevers bv

opgaven formele structuren procesalgebra

d) Stel, jij had ook een schilderij gemaakt, aan c) Wat wil Boxie met zijn kunst bereiken? wie zou jij jouw schilderij dan geven?

element (of de rol van nul bij opt)

U heeft een vraag gesteld over de cliënttevredenheidsonderzoeken Wmo en Jeugd. Via deze memo wil ik u hierover informeren.

element (of de rol van nul bij opt)

Hoe plan je een grote taak?

Opgave 1. Waarom kun je bij het Noorden twee getallen neerzetten? Geldt dit ook voor andere windrichtingen? Hoeveel graden hoort er bij het Oosten?

Rekenregels van machten

Voorbereidende opgaven Kerstvakantiecursus

naam werkboek groep 5

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 20 mei uur

8 april. 30 april. 1 juni. 29 december

Welke van de volgende beweringen over de kromme snavel is of welke zijn juist voor jonge flamingo's? Maak het hokje met een juiste bewering zwart.

wedstrijden, dus totaal 1 n ( n 1)

Je gaat naar de winkel en koopt 4 pakken melk van 1,40 per stuk.

Hoe maak je een huiswerkplanning?

w'm'm trtrtrtrtr oooooooooooo.n,w..rd s opo ij opg pop3 kop2 pop4 eop5 zops t opo nop5 nop3 zopb dopg f op1 popt I op12 ij opb gopl a op 1 e op 11

Opdrachten bij hoofdstuk 2

Ben je het eens of oneens met de. stelling hieronder? Leg uit. Het moet elke dag Warme Truiendag zijn! betekent.

Ipad APPLICATIES. Benodigde applicaties op het scherm: Beste ipad gebruiker,

blok 6 les 6 Doelen Toetsdoel 1B fundamenteel niveau (opgave 1 en 2) Kinderen kunnen eenvoudige berekeningen maken met percentages

Hierbij een korte handleiding om gebruik te maken van de CEMO app.

Wiskunde voor de eerste klas van het gymnasium

Verschil zal er zijn mvbo bovenbouw WERKBLAD

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Noordhoff Uitgevers bv

a Hoeveel zijn dat er ongeveer per jaar? = b Hoeveel zijn dat er precies? = Eerst rekenden we zo: 5 2 x

Hoofdstuk 0: algebraïsche formules

GBK Leden profiel beheer

Nu precies. Het kan zo: Hulpsommen Maar het kan ook korter: = = = : : 26

Ajodakt. Rekenen. Hoofdrekenen. Tot Hoofdrekenen groep 5 Optellen en aftrekken tot Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden.

Pak jouw passer en maak de afstand tussen de passerpunten 3 cm.

100 sin(α) kn. 3,0 m. De horizontale en verticale componenten van de kracht van 100 kn worden in dit voorbeeld bepaald:

Gehele getallen: vermenigvuldiging en deling

a _ (15 ( 2) 4 ) = ( ) = ( ) = = = = = 126

handleiding groep 8 blok 1

Lineaire formules.

Meet de lengte en de breedte van de rechthoek.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1:

Jaarlijks vinden er arbeidsongevallen plaats. Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen en voorkom dat je gewond raakt.

Nakomelingen van rendieren kunnen een paar uur na de geboorte al met de kudde meerennen. Zijn rendieren nestvlieders of nestblijvers?

Ajodakt. Rekenen. Breuken. Breuken groep 8. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 8

Formeel Denken 2012 Uitwerkingen Tentamen

Bekijk onderstaand algoritme recalg. Bepaal recalg(5) en laat zien hoe u het antwoord hebt verkregen.

Ajodakt. Rekenen Tijd groep 5. Colofon. Tijd. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 5

Havo B deel 1 Uitwerkingen blok 1 Moderne wiskunde

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN SUBFACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN HUB HANDELSWETENSCHAPPEN

Transcriptie:

4 nm Hulp ld 1 1 eken uit 50 + 20 = 60 + 30 = 40 + 30 = 20 + 60 = 10 + 50 = 30 + 20 = 70 + 10 = 30 + 50 = 2 eken uit Denk n de getllenlijn. 30 + 24 = 50 + 26 = 70 + 19 = 40 + 39 = 60 + 32 = 30 + 38 = 50 + 25 = 60 + 22 = 3 eken uit Denk n de getllenlijn. 28 + 30 = 53 + 40 = 87 10 = 36 30 = 45 + 20 = 39 + 50 = 55 40 = 47 30 = 4 eken uit Denk n de getllenlijn. 38 + 6 = 45 + 7 = 23 5 = 62 4 = 34 + 8 = 85 + 9 = 33 9 = 51 3 = 5 eken uit Je mg tekenen op een getllenlijn. 43 + 28 = 45 + 47 = 61 49 = 55 39 = 29 + 56 = 38 + 57 = 63 55 = 81 56 = 57 + 37 = 44 + 37 = 81 18 = 24 16 = 82

4 nm Hulp ld 2 6 eken uit De helft vn 70 is d 14 + 7 = g 70 7 = Het duele vn 7 is e 35 + 7 = h 35 7 = c Het duele vn 14 is f 42 + 7 = i 63 7 = 7 Vul in 10 7 10 7 10 7 1 meer: 1 minder: hlveren: 10 7 = = = = 5 7 5 7 5 7 1 meer: 1 minder: het duele: 5 7 = = = = 1 meer: nog 1 meer: nog 1 meer: 1 7 = = = = 1 meer: nog 1 meer: nog 1 meer: 5 7 = = = = 8 Oefen de sommen uit je sommendoosje 83

4 nm Hulp ld 3 9 Snel en goed Vul de ntwoorden zo snel mogelijk in. 1 4 = 2 4 = 8 4 = 5 4 = 4 4 = 10 4 = 9 4 = 6 4 = 3 4 = 7 4 = 1 2 = 2 2 = 10 2 = 8 2 = 4 2 = 9 2 = 5 2 = 6 2 = 3 2 = 7 2 = 1 3 = 2 3 = 8 3 = 9 3 = 4 3 = 10 3 = 5 3 = 6 3 = 3 3 = 7 3 = 1 5 = 2 5 = 9 5 = 5 5 = 4 5 = 10 5 = 8 5 = 6 5 = 3 5 = 7 5 = 1 10 = 2 10 = 10 10 = 5 10 = 4 10 = 8 10 = 9 10 = 6 10 = 3 10 = 7 10 = 84

4 nm Hulp ld 4 10 Hoe lng duurt het nog? Het is nu 4 uur. Het is nu kwrt voor 12. Om komt om kwrt over 4. De trein gt om 12 uur. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog Dt duurt nog Het is kwrt over 3. Het is nu kwrt voor 9. De film duurt tot kwrt voor 4. De les duurt tot kwrt over 9. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog Dt duurt nog Het is nu kwrt over 11. Het is nu kwrt voor 7. De us komt om hlf 12. De wekker gt om kwrt over 7. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog Dt duurt nog 85

4 10 Antwoorden nm Hulp ld 1 1 eken uit 50 + 20 = 70 60 + 30 = 90 40 + 30 = 70 20 + 60 = 80 10 + 50 = 60 30 + 20 = 50 70 + 10 = 80 30 + 50 = 80 2 eken uit Denk n de getllenlijn. 30 + 24 = 54 50 + 26 = 76 70 + 19 = 89 40 + 39 = 60 + 32 = 92 30 + 38 = 68 50 + 25 = 75 60 + 22 = 79 82 3 eken uit Denk n de getllenlijn. 28 + 30 = 58 53 + 40 = 93 87 10 = 77 36 30 = 45 + 20 = 65 39 + 50 = 89 55 40 = 15 47 30 = 6 17 4 eken uit Denk n de getllenlijn. 38 + 6 = 44 45 + 7 = 52 23 5 = 18 62 4 = 34 + 8 = 42 85 + 9 = 94 33 9 = 24 51 3 = 58 48 5 eken uit Je mg tekenen op een getllenlijn. 43 + 28 = 71 45 + 47 = 92 61 49 = 12 55 39 = 29 + 56 = 85 38 + 57 = 95 63 55 = 8 81 56 = 57 + 37 = 94 44 + 37 = 81 81 18 = 63 24 16 = 16 25 8 108

4 10 Antwoorden nm Hulp ld 2 6 eken uit De helft vn 70 is 35 d 14 + 7 = 21 g 70 7 = Het duele vn 7 is 14 e 35 + 7 = 42 h 35 7 = c Het duele vn 14 is 28 f 42 + 7 = 49 i 63 7 = 63 28 56 7 Vul in 10 7 10 7 10 7 1 meer: 1 minder: hlveren: 10 7 = 70 11 7 = 77 9 7 = 63 5 7 = 35 5 7 5 7 5 7 1 meer: 1 minder: het duele: 5 7 = 35 6 7 = 42 4 7 = 28 10 7 = 70 1 meer: nog 1 meer: nog 1 meer: 1 7 = 7 2 7 = 14 3 7 = 21 4 7 = 28 1 meer: nog 1 meer: nog 1 meer: 5 7 = 35 6 7 = 42 7 7 = 49 8 7 = 56 8 Oefen de sommen uit je sommendoosje Controle door de leerkrcht. 109

4 Antwoorden nm Hulp ld 3 9 Snel en goed Vul de ntwoorden zo snel mogelijk in. 1 4 = 4 2 4 = 8 8 4 = 32 5 4 = 20 4 4 = 10 4 = 40 9 4 = 36 6 4 = 24 3 4 = 12 7 4 = 16 28 1 2 = 2 2 2 = 4 10 2 = 20 8 2 = 16 4 2 = 9 2 = 18 5 2 = 10 6 2 = 12 3 2 = 6 7 2 = 8 14 1 3 = 3 2 3 = 6 8 3 = 24 9 3 = 27 4 3 = 10 3 = 30 5 3 = 15 6 3 = 18 3 3 = 9 7 3 = 12 21 1 5 = 5 2 5 = 10 9 5 = 45 5 5 = 25 4 5 = 10 5 = 50 8 5 = 40 6 5 = 30 3 5 = 15 7 5 = 20 35 1 10 = 10 2 10 = 20 10 10 = 100 5 10 = 50 4 10 = 8 10 = 80 9 10 = 90 6 10 = 60 3 10 = 30 7 10 = 40 70 110

4 Antwoorden nm Hulp ld 4 10 Hoe lng duurt het nog? Het is nu 4 uur. Het is nu kwrt voor 12. Om komt om kwrt over 4. De trein gt om 12 uur. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog 15 minuten Dt duurt nog 15 minuten Het is kwrt over 3. Het is nu kwrt voor 9. De film duurt tot kwrt voor 4. De les duurt tot kwrt over 9. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog 30 minuten Dt duurt nog 30 minuten Het is nu kwrt over 11. Het is nu kwrt voor 7. De us komt om hlf 12. De wekker gt om kwrt over 7. Hoe lng duurt dt nog? Hoe lng duurt dt nog? Dt duurt nog 15 minuten Dt duurt nog 30 minuten 111

4 nm ld 1 1 Kleur de hokjes smen 88 smen 55 smen 100 smen 57 39 49 19 34 18 25 38 16 38 51 11 36 28 29 31 19 smen 98 smen 55 smen 105 17 22 33 19 18 19 15 16 17 29 43 19 16 18 16 18 19 20 2 elke twee sommen horen hierij? De som die hierij hoort: De som die hierij hoort: 3 Vul in en reken uit edenk in elk rijtje zelf ook nog drie vn dit soort sommen. 19 + 43 = 20 + = 28 + 36 = 30 + = 69 + 23 = 70 + = 37 + 25 = 40 + = 34 + 59 = + 60 = 45 + 47 = + 50 = 27 + 28 = + 30 = 54 + 39 = + = 137

ld 4 nm 2 4 Hoe groot is het verschil eerst? En hoe groot is het verschil drn? Anj weegt 25 kg en Simon 18 kg. Oom Piet weegt 83 kg en tnte Anoek Anj en Simon komen eiden 2 kg n. weegt 67 kg. Het verschil is eerst kg. Oom Piet en tnte Anouk vllen eiden 3 kg f. Drn is het verschil kg. Het verschil is eerst kg. Drn is het verschil kg. 5 Hoe groot is het verschil eerst? En hoe groot is het verschil drn? Hkim doet er in eide vten drie liter ij. Het verschil ws eerst liter. Drn is het verschil liter. Elim heeft 38 in zijn sprpot en Adwo 47. eiden krijgen 2. Het verschil ws eerst Drn is het verschil 6 Een kruisgetlrdsel Vul de getllen op de goede plek in. Elk cijfer komt in een prt vkje. Vn links nr rechts: Vn oven nr eneden: c 19 + 26 c 7 8 f 45 16 15 g 48 + 48 + = 100 h 11 4 k de helft vn 10 9 l 9 6 het duele vn 25 c de helft vn 102 d 89 + 25 g 49 + 47 + = 100 e 12 12 i drie kwrtier is minuten j 28 + 37 d f g h i j k l e 138

ld 4 nm 3 7 Vn optelsom nr keersom 5 9 + 3 9 = 8 9 = 45 + 27 = 56 + 16 = 18 + 36 = 27 + 54 = 63 + 18 = 88 + 33 = 18 + 18 = 36 + 36 = 8 ekenwielen 10 4 3 24 72 3 5 8 6 5 40 2 3 4 4 8 6 36 9 3 5 55 36 10 88 8 6 81 12 4 3 8 9 3 5 8 6 6 48 49 7 63 4 11 6 2 12 3 5 12 5 10 5 8 6 7 9 Trek een streep tussen de getllen An eide knten moet evenveel stn. 8 2 3 8 6 3 10 9 4 7 6 8 9 1 14 17 15 16 19 15 13 18 12 19 14 23 25 18 3 17 28 26 19 18 14 32 5 15 5 2 7 3 17 18 28 35 4 1 18 16 16 25 139

ld 4 nm 4 10 ij welke letter stond de fotogrf? d c De fotogrf stond ij: f e h g De fotogrf stond ij: 11 Getlrdsels Tel ij mij 6 op. Mk mij 9 zo groot. c Tel ij mij 26 op. Trek er dn 9 f. Trek er dn 18 f. Verduel dt ntwoord. Je krijgt dn 1. Je krijgt dn 81. Trek er dn 17 f. Je krijgt dn 87. elk getl en ik? elk getl en ik? elk getl en ik? edenk zelf ook rdsels. 12 Teken de figuren in één trek Zet een dikke stip wr je egint. Geruik pijlpunten. ij welke figuur lukt het geen enkele keer? c d 140

4 nm ld 5 13 Op hoeveel verschillende mnieren kun je deze tegels chter elkr leggen? Teken steeds op een ndere mnier drie verschillende tegels chter elkr. 14 Hoeveel verschillende pltjes kun je mken? Mk steeds vn drie krtjes één mnnetje. Je kunt verschillende pltjes mken. 141

4 nm ld 6 15 Hoeveel verschillende pltjes kun je ekijken? Mk zelf zo n oekje. In de tweede tekening is het ovenste stukje omgeslgen. Het meisje heeft nu geen hoed op. edenk zelf hoe het kind er op de verschillende ldzijden uitziet. Je kunt verschillende pltjes ekijken. 16 Volg de kleuren vn de Nederlndse vlg = rood = wit = luw 142

4 Antwoorden nm ld 1 1 Kleur de hokjes smen 88 smen 55 smen 100 smen 57 39 49 19 34 18 25 38 16 38 51 11 36 28 29 31 19 smen 98 smen 55 smen 105 17 22 33 19 18 19 15 16 17 29 43 19 16 18 16 18 19 20 2 elke twee sommen horen hierij? De som die hierij hoort: De som die hierij hoort: 18 + 16 = 34 31 + 40 = 71 3 Vul in en reken uit edenk in elk rijtje zelf ook nog drie vn dit soort sommen. 19 + 43 = 20 + 42 = 62 34 + 59 = 33 + 60 = 93 28 + 36 = 30 + 34 = 64 69 + 23 = 70 + 22 = 92 37 + 25 = 40 + 22 = 62 45 + 47 = 42 + 50 = 92 27 + 28 = 25 + 30 = 55 54 + 39 = 53 + 40 = 93 Controle door de leerkrcht. 173

4 Antwoorden nm ld 2 4 Hoe groot is het verschil eerst? En hoe groot is het verschil drn? Anj weegt 25 kg en Simon 18 kg. Oom Piet weegt 83 kg en tnte Anoek Anj en Simon komen eiden 2 kg n. weegt 67 kg. Het verschil is eerst 7 Drn is het verschil Oom Piet en tnte Anouk vllen kg. eiden 3 kg f. 7 kg. Het verschil is eerst 16 kg. Drn is het verschil 16 kg. 5 Hoe groot is het verschil eerst? En hoe groot is het verschil drn? Hkim doet er in eide vten drie liter ij. Het verschil ws eerst Drn is het verschil 15 liter. 15 liter. Elim heeft 38 in zijn sprpot en Adwo 47. eiden krijgen 2. Het verschil ws eerst 9 Drn is het verschil 9 6 Een kruisgetlrdsel Vul de getllen op de goede plek in. Elk cijfer komt in een prt vkje. Vn links nr rechts: 19 + 26 c 7 8 f 45 16 15 g 48 + 48 + = 100 h 11 4 k de helft vn 10 9 l 9 6 Vn oven nr eneden: het duele vn 25 c de helft vn 102 d 89 + 25 g 49 + 47 + = 100 e 12 12 i drie kwrtier is minuten j 28 + 37 d 4 5 5 6 e 1 0 1 1 1 4 4 4 4 i j 4 4 6 4 k l 4 5 5 4 f g h c 174

4 Antwoorden nm ld 3 7 Vn optelsom nr keersom 5 9 + 3 9 = 8 9 = 45 + 27 = 56 + 16 = 18 + 36 = 27 + 54 = 72 7 8 + 2 8 = 9 8 = 72 2 9 + 4 9 = 6 9 = 54 3 9 + 6 9 = 9 9 = 81 63 + 18 = 88 + 33 = 18 + 18 = 36 + 36 = 7 9 + 2 9 = 9 9 = 81 8 11 + 3 11 = 11 11 = 121 2 9 + 2 9 = 4 9 = 36 4 9 + 4 9 = 8 9 = 72 8 ekenwielen 30 10 20 2 4 6 5 8 5 11 25 55 40 6 9 24 3 8 2 3 4 12 10 36 30 12 32 72 24 45 72 9 3 5 8 4 8 6 48 36 4 9 3 11 8 6 9 88 64 54 81 27 36 12 24 21 56 99 33 60 96 2 4 3 8 9 3 5 8 6 6 8 48 49 7 7 9 63 44 4 11 6 66 24 2 12 3 5 12 5 30 72 35 10 70 5 8 6 7 55 88 72 84 36 9 Trek een streep tussen de getllen An eide knten moet evenveel stn. 8 2 3 8 6 3 10 9 4 7 6 8 9 1 14 17 15 16 19 15 13 18 12 19 14 23 25 18 3 17 28 26 19 18 14 32 5 15 5 2 7 3 17 18 28 35 4 1 18 16 16 25 175

4 Antwoorden nm ld 4 10 ij welke letter stond de fotogrf? d c De fotogrf stond ij: d f e h g De fotogrf stond ij: f g e 11 Getlrdsels Tel ij mij 6 op. Mk mij 9 zo groot. c Tel ij mij 26 op. Trek er dn 9 f. Trek er dn 18 f. Verduel dt ntwoord. Je krijgt dn 1. Je krijgt dn 81. Trek er dn 17 f. Je krijgt dn 87. elk getl en ik? 4 elk getl en ik? 11 elk getl en ik? 26 edenk zelf ook rdsels. 12 Teken de figuren in één trek Zet een dikke stip wr je egint. Geruik pijlpunten. ij welke figuur lukt het geen enkele keer? d c d Er zijn meer goede oplossingen. 176

4 Antwoorden nm ld 5 13 Op hoeveel verschillende mnieren kun je deze tegels chter elkr leggen? Teken steeds op een ndere mnier drie verschillende tegels chter elkr. 14 Hoeveel verschillende pltjes kun je mken? Mk steeds vn drie krtjes één mnnetje. Je kunt 27 verschillende pltjes mken. 177

4 Antwoorden nm ld 6 15 Hoeveel verschillende pltjes kun je ekijken? Mk zelf zo n oekje. In de tweede tekening is het ovenste stukje omgeslgen. Het meisje heeft nu geen hoed op. edenk zelf hoe het kind er op de verschillende ldzijden uitziet. Je kunt 64 verschillende pltjes ekijken. 16 Volg de kleuren vn de Nederlndse vlg = rood = wit = luw 178