Behandeling van pijn back to basics (mythes, misvattingen en vooroordelen) Van Eeckhoven Venessa Crombez Erwin

Vergelijkbare documenten
Acute pijntherapie voor de geriatrische patiënt

Behandeling van pijn bij kanker. Dr. S. De Wulf Anesthesioloog/pijnbestrijder 21/02/2017

Pitfalls in Oncologische Pijnbehandeling

Farmacologie van. Tine Hendrickx, apotheker AZ Sint-Lucas Gent

Bijlage III. Wijzigingen die moeten worden aangebracht in de desbetreffende rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter

Pijn en pijnbehandeling. Vincent Baartmans 5 e jaars AIOS Anesthesiologie / Fellow IC LUMC LEIDEN

Protocol Medicamenteuze pijnbestrijding bij oncologische patiënten Reikwijdte MST-breed Datum:

Inleiding in Pijn Pijnladder

Pijnmedicatie. dr. Bart G.J. Dekkers, AIOS ziekenhuisfarmacie

Behandeling van pijn bij palliatieve en oncologische patiënten

Pijn. Matthieu Berenbroek. Pijn 2 - Matthieu Berenbroek PIJN. Wat is Pijn?

Neuropatische Pijn WOV SYMPOSIUM 3 OKTOBER 2014

postoperatieve pijnstilling bijscholingsdag heelkunde 16 oktober 2014 drg. De Clerck anesthesie pijncentrum

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG

Pijn en Palliatieve zorg

Dr. Martine De Laat Palliatieve zorg UZ Gent

INHOUD Anesthesie. Farmacologie in de Anesthesie : OPIOÏDEN. Geschiedenis terminologie. Geschiedenis terminologie. Papaver somniferum

FARMACOLOGIE VAN CHRONISCHE PIJN

PROGRAMMA PIJN EN AMPUTATIE PIJN EN AMPUTATIE BIJ HEMODIALYSE PATIËNTEN. o THEORETISCHE ACHTERGROND EN STUDIE UZ LEUVEN o B.

Pijn en pijnbehandeling bij Kanker Centrum Cabane

Pijn bij de oncologische patiënt

Acute pijn bij volwassenen. Dr. Markus Klimek, D.E.A.A., E.D.I.C. Plaatsverv. Afdelingshoofd / Plaatsverv. Opleider

Acute Pijn. Dr. Thibaut Vanneste, Anesthesie

Opioïden bij benigne pijn

Marijse Koelewijn huisarts

Pijn en pijnbestrijding in de palliatieve fase

Medicamenteuze behandeling van pijn bij (oncologische) patiënten

Behandeling van pijn bij kanker

PIJN in de palliatieve fase

Artsen informatiegids voor behandeling met Effentora

Spine Unit 2.0 Management van lumboischialgie op spoedgevallen

Wat gaan we doen. Van LPA 7 naar LPA 8 Verschillen Overeenkomsten. Medicamenten Voor- en nadelen. Pijnstilling in de LPA 8

Bijlage C. (variatie betreffende een nationaal geregistreerd geneesmiddel)

Opioïd geïnduceerde Hyperalgesie Opioïd Induced Hyperalgesia (OIH)

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE

9 Pijnbestrijding. 9.1 Medicamenteus stappenschema

Oorzaken. Pijn in de Palliatieve Fase. Programma. Stellingen. Vóórkomen van pijn Pijn in de palliatieve fase onderbehandeld?!

Infobrochure. Pijn in het ziekenhuis

Anesthesie en Ouderen

DE PALLIATIEVE PATIENT EN PIJN. Molenheide, 11 april 2018 Gert Huysmans

Enkele vragen als opwarmer: II. Enkele vragen als opwarmer: I. Enkele vragen als opwarmer: IV. Enkele vragen als opwarmer: III

Algehele samenvatting van de wetenschappelijke beoordeling van nimesulidebevattende geneesmiddelen voor systemisch gebruik (zie bijlage I)

Farmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.

Behandeling van pijn bij patiënten met kanker

Behandeling van pijn bij kanker

Pijn. F.J. van den Oever November 2017

Informatiebrochure Wegwijs in pijn... En de behandeling ervan

Chronische pijn. Theo Meert 15/01/2011

Pijnstilling. Poli Chirurgie Spoedeisende Hulp

Pijn bij ouderen de laatste levensmaanden. Dr Koen Herweyers Equipe-arts PHA,CRA WZC st Bavo

Eerst wil ik heb even hebben over de veranderende wereld van de gastro-intestinale endoscopie. Daarna geef ik een woordje uitleg over de

Pijn bij kanker. Anesthesie. Locatie Hoorn/Enkhuizen

De WHO-trapladder : een kritische reflectie. Marijke Dejaeger Co-assistent Anesthesie-Reanimatie Promotor : Prof. Dr. Bart Morlion

Benaming: Registratiehouder: Indicaties: Posologie en wijze van gebruik: Selectie van de initiële dosis: Dosistitratie en onderhoudstherapie:

Richtlijnen pijn. Modulaire herziening Richtlijn Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker (Ned. Ver. Anesthesiologie) Gradering

Pijn bij kanker, behandeling met medicijnen

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Matrifen 12, 25, 50, 75, 100 microgram/uur, pleister voor transdermaal gebruik

Zonder recept betekent niet zonder effect

TRAMADOL HCl RATIOPHARM RETARD 50 MG capsules. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 01 mei : Productinformatie Bladzijde : 1

Pijn en wondzorg 2016

Klassieke Pijnschema. Start Narcose. Paracetamol PAZA. Uitleiden Narcose. Ingreep. Inductie. Sequens. Opiaat extra. Verdere pijntherapie

Pijn bij kanker hoe werkt het en hoe behandel je optimaal. Manon Immerzeel

Monique Termeulen, M-ANP

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015

Carla van Soest. Verpleegkundig Specialist Chronisch Pijn

Oorzaken van pijn Pijnmedicatie

De lotgevallen van medicatie in het menselijk lichaam.

Farmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.

26 semper juni olgens de Europese pijnstudie uit

Palliatieve pijnbestrijding : thuis en in het W.Z.C.

1 Postoperatieve pijn en pijn na trauma

Programma. Doorbraakpijn Vera Middel, apotheker. Casuïstiek Onno van der Velde, huisarts

Het gebruik van morfine en veel voorkomende vragen

Bijlage III. Amendementen in relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken

Doorbraakpijnbij kanker. Symposium Palliatieve Zorg Samen Sterk 11 oktober 2012 G. Filippini, anesthesioloog

Intoxicaties bij een kinderen Kim Horsnell Kinderarts-intensivist Erasmus MC Sophia

Te verrichten door Arts: Medicatie voorschrijven Verpleegkundige: Pijnobservaties uitvoeren, pijnscores uitvoeren en medicatie toedienen

Rapid Recovery. Anesthesiologische mogelijkheden. Xander Eijsbouts Anesthesioloog Franciscus Ziekenhuis Roosendaal

De opioïd pendulum: van opiofobie naar opiofilie? Prof. Dr. Cathy Matheï Free Clinic KU Leuven

Alcoholisme: een internistisch en anesthesiologisch probleem. Neyens Evy Dr Poortmans Gert KULeuven

4.4 Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is

Paracetamol bij de patiënt met leverfunctiestoornissen. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC

Farmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.

Pijn en dementie. Inhoud. Introductie! Pijn. Pijn

Het vooruitzicht op ernstige pijn kan ondraaglijker zijn dan het aanschijn van de dood Albert Schweitzer

Janssen-Cilag S.A. V.U. E.Present Antwerpseweg 15-17, 2340 Beerse - april

Richtlijn morfine per continue subcutane toediening Doseren van morfine subcutaan bij dyspnoe of pijn

(DOORBRAAK)PIJN EN MEDICATIE

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER. Dolorex 10 mg/ml oplossing voor injectie voor paarden, honden en katten

Bijlage III. Wijzigingen in relevante rubrieken van de productinformatie

Pijn bij kanker telt extra zwaar

Pijnbestrijding. Wat is pijn? Leerdoelen en competenties. Samenvatting Pijnbestrijding 1/5

PIJN in de palliatieve fase

T IS GEBEURD. Een minikwis over pijn

BIJSLUITER. Honden: Als analgeticum: ter verlichting van lichte tot matige viscerale pijn. Als sedativum: in combinatie met medetomidine.

Chronische pijn: enkele inzichten in een multifactoriële problematiek

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. TINALOX, Druppels voor oraal gebruik, oplossing. Tilidine hydrochloride / Naloxone hydrochloride

Dosering en wijze van toediening: Oraal gebruik. De behandelingsduur moet zo kort mogelijk zijn en beperkt blijven tot de symptomatische periode.

Methadon... als pijnstiller?

Transcriptie:

Behandeling van pijn back to basics (mythes, misvattingen en vooroordelen) Van Eeckhoven Venessa Crombez Erwin

Inleiding: IASP-definitie Pijn is een onaangename sensoriële/ zintuiglijke en emotionele ervaring geassocieerd met feitelijke of mogelijke weefselbeschadiging of een ervaring die wordt omschreven als zo'n beschadiging. Opmerkingen Pijn is subjectief, moeilijk voor studies, evaluatie etc Acute vs chronische pijn Acuut: alarmsignaal Chronisch: na 3-6 maand, pathologie

Inleiding: Neurobiologie van pijn 4 processen voor het ontstaan van pijn: 1. Transductie (thv nociceptoren) 2. Transmissie (via Aδ- en C-vezels) 3. Modulering (via inhiberende en faciliterende afdalende banen) 4. Perceptie (complex, thv hogere hersencentra)

Inleiding: Indeling van pijn Nociceptieve pijn Door fysiologisch prikkelen van pijnreceptoren (= hoge drempel nociceptoren) dmv potentieel schadelijke stimuli Inflammatoire pijn Actieve ontsteking geeft een overgevoeligheid van het nociceptief systeem (hoogdrempelige nociceptoren worden laagdrempelig) Pathologische pijn Een aandoening van het zenuwstelsel. Wegvallen van alarmfunctie neuropathisch (maladaptieve plasticiteit) dysfunctioneel (versterking van nociceptieve prikkels zonder substraat)

Inleiding: Postoperatieve chronische pijn Vaak over het hoofd geziene complicatie Komt frequent voor (10 50%) Voorspellende factoren pijnintensiteit (zowel pre- als postoperatief) operatietechnieken met risico op zenuwschade herhaalde heelkunde gele vlaggen Iatrogene factoren (professioneel, familiaal) Overtuigingen bij de patiënt Ziektegedrag ('Fear-Avoidance', passief gedrag) Neiging naar negatieve gemoedstoestand Lijden van de patiënt

Acute pijn in hospitaal Tendens: Kortere hospitalisatieduur, snelle mobilisatie omwille van betere outcome en lagere kost Optimale pijncontrole behoort tot versneld herstel Heden multimodale analgesie Domein anesthesist: epidurale analgesie, spinale analgesie, locoregionale blocks, wondcatheters, PCA etc Adjuverend optimale systemische analgesie

Algemene principes acute pijnstilling Indien mogelijk patiënt psychologisch voorbereiden op pijn-event. Patiënt betrekken bij opties om pijn te behandelen Regelmatige evaluatie pijn (pijnintensiteit, bijwerkingen analgesie etc). Igv acute pijn, kan pijn aanzien worden als de 5e vitale parameter. Belangrijk deze regelmatig te scoren mbv pijnschalen, autonome symptomen. Belangrijk om eenvoudige zaken goed te doen (back to basics, KISS-principe)

Algemene principes acute pijnstilling Acute pijnladder klassieke WHO-ladder (voor kankerpijn en chronische niet-maligne pijn) wordt invers toegepast Initieel (onmiddellijk postoperatief) hoogste pijnintensiteit Nood aan multimodale analgesie incl sterke opioïden Wanneer nociceptieve pijn afneemt afbouwen van de analgesie

Algemene principes acute pijnstilling

Acute pijn - farmacologie Analgeticum ptn % met 50% NNT 95% CIinterval pijnreductie Paracetamol 1000mg + Codeïne 60mg 197 57 2,2 1,7 2,9 Diclofenac 50mg 738 63 2,3 2,0-2,7 Naproxen 440mg 257 50 2,3 2,0 2,9 Ibuprofen 600mg 203 79 2,4 2,0 2,6 Ibuprofen 400 mg 4703 56 2,4 2,3 2,6 Tramadol 150mg 561 48 2,9 2,4 3,6 Morfine 10 mg IM 946 50 2,9 2,6 3,6 Paracetamol 1g 2759 46 3,8 3,4 4,4 Paracetamol 650mg + codeïne 60mg 1123 42 4,2 3,4 5,3 Tramadol 100mg 882 30 4,8 3,8 6,1 Paracetamol 300mg + codeïne 30mg 379 26 5,7 4,0 9,8 Placebo > 10 000 18

Farmacologie- Paracetamol Werkingsmechanisme Nog niet volledig opgehelderd Strikt gezien geen NSAID, maar eveneens zwakke PG-inhibitor (COX2-selectiviteit, COX3?) Invloed op serotonerg systeem, opioïdsysteem etc Geen zuur, maar fenol-derivaat gaat makkelijker door BBB werkt vnl centraal als PG-inhibitor Effecten: niet anti-inflammatoir wel analgetisch, wel antipyretisch

Voordelen: veilig Farmacologie Paracetamol Contra-indicaties: Leverfalen Intolerantie Dosering: max 4g over 24u Opmerkingen: Steeds basistherapie voor zowel acute als chronische pijn owv bewezen effectiviteit en hoog veiligheidsprofiel In combinatietherapie vaak beter/opioïdsparend effect

Farmacologie - NSAIDs Werkingsmechanisme: heterogene groep zwakke zuren werken voornamelijk perifeer als PG-inhibitor (gaan bijna niet door BBB) Hebben een effect op cyclo-oxygenase naast therapeutische ook toxische effecten gemetaboliseerd door de lever Lage klaring door nieren

Farmacologie - NSAIDs

Farmacologie - NSAID's Bijwerkingen: gastro-intestinaal coagulopathieën cardiovasculair renaal (zeker van belang bij diabetes) Specifiek bij de behandeling van acute (postoperatieve) pijn: vnl renale en stollingsproblemen

Farmacologie - NSAID's Opmerkingen: geen superieur NSAID => kies veiligste aan laagste effectieve dosis voor zo kort mogelijke periode. geen beter effect/ minder bijwerkingen bij andere dan PO toediening (uitz nierkoliek) monitor alle NSAID-gebruik (incl OTC) NSAIDs hebben een belangrijk opioïdsparend effect bij hevige pijn (aan te raden als adjuvans) Steeds een risico-batenanalyse maken alvorens op te starten

Farmacologie - NSAIDs Ibuprofen Een van de veiligste NSAIDs Lage gastro-intestinale toxiciteit Matige renale en hepatische toxiciteit Dosering tot max 2400mg daags. Nabumetone Vaak gebruikt bij chronische (inflammatoire) pijn Gelijkaardige effectiviteit aan diclofenac of piroxicam Beter gastro-intestinaal veiligheidsprofiel Dosering: 1000 2000mg daags

Farmacologie Opioïden (werkingsmechanisme) opioïden binden op specifieke receptoren mu (analgesie, AH-depressie, afhankelijkheid) kappa (sedatie, analgesie) delta (analgesie, epileptogeen) sigma (dysforie, hallucinaties, AH-stimulatie) opioïdreceptorbinding inhibeert presynaptische vrijzetting van en postsynaptisch antwoord op excitatoire neurotransmitters (ACh, subst P) oa op het niveau van de dorsale hoorn

Farmacologie Opioïden (werkingsmechanisme) Effecten op orgaansystemen cardiovasculaire effecten geen ernstige impact histaminevrijzetting perifere VD (vnl bij morfine) in hoge dosis, vnl bij te snel opdrijven (bij acuut gebruik) gedaalde sympathische output (hypotensie) bradycardie door vagale stimulatie respiratoire effecten (vnl bij acuut gebruik) verhoogde apneudrempel gedaalde hypoxische 'drive' thoraxwandrigiditeit (vnl na hoge dosistoediening) onderdrukking hoestreflex

Farmacologie Opioïden (werkingsmechanisme) CZS effecten pijnstilling euforie/ dysforie miose sedatie, BWZ-verlies in hoge dosis, convulsies gastro-intestinale effecten nausea en braken (door stimulatie chemoreceptor trigger zone, verhoogde vestibulaire sensitiviteit centraal) vertraagde maaglediging verminderde darmperistaltiek constipatie Biliair (sfincter van Oddi)-spasme urinaire effecten urineretentie

Farmacologie Opioïden (werkingsmechanisme) endocriene effecten huid verminderde stress-hormoonproductie (catecholamines, glucocortic) onderdrukking hypothalame releasing factors bij vrouwen oa onderdrukking menstruele cyclus bij mannen lagere testosteronspiegels (potentiestoornissen) bij chronisch gebruik ziet men een tolerantie voor deze effecten veralgemeende jeuk flushing (tgv histamine-release) zweten

Werking Dosering: Farmacologie Opioïden (eigenschappen van codeïne) minder potent dan morfine door de lever gemetaboliseerd bijproducten door de nieren geëxcreteerd 10% van de codeïne wordt gedemethyleerd tot morfine belangrijkste analgetisch effect er bestaan snelle en trage metaboliseerders (via CYP2D6) (!) Codeïne enkel in combinatiepreparaten beschikbaar. Maximale dosering vnl beperkt door maximale dosis paracetamol.

Farmacologie Opioïden (eigenschappen van tramadol) Werking zwakke mu-agonist (minder kappa en delta) serotonine- en noradrenaline 'reuptake-inhibitor' 2 enantiomeren met synergistische effecten Dosering maximaal 400mg daags (vnl tgv bijwerkingen) Geef voorkeur aan PO en retard-preparaten Equipotente dosis: 5 tot 10x minder potent dan morfine

Farmacologie Opioïden (eigenschappen van tramadol) Bijwerkingen: belangrijke nausea en braken (tot 10%) zeldzaam: serotonerg syndroom (vnl in combinatie) Bij renale insufficiëntie verlengt T1/2 dosisaanpassing Bij ernstige hepatische insufficiëntie: geen Tramadol Voordelen: lager risico op verslaving en AH-depressie

Farmacologie Opioïden (eigenschappen van morfine) Werking Gemetaboliseerd door lever Morfine-3- en morfine-6-glucuronide. Laatste potenter dan morfine én langere T1/2. Excretie van metabolieten door nieren opgelet bij nierinsufficiëntie (opstapeling van actieve metabolieten) groot 'first pass effect' PO dosis 3x zo hoog als parenteraal. Dosering: wordt steeds gebruikt als referentie tov andere opioïden (equianalgetische doses)

Farmacologie opioïden (opmerkingen) Opioïden zijn eerste keuze voor ernstige acute pijn grote veiligheid mogelijke/makkelijke titratie Belang van adequate dosering Vaak ondergedoseerd uit schrik voor respiratoire depressie en verslaving In beginfase geen traagwerkende preparaten te verkiezen itt chronische pijn. Opstapeling van morfine bij nierinsufficiëntie evt ander opioïd aan te raden (opioïdrotatie) Steeds bijwerkingen bevragen en meebehandelen

Farmacologie Opioïden (Opioïdrotatie) Veranderen van één opioïd naar een ander kan nuttig zijn omwille van partiële kruistolerantie. Redenen: Onvoldoende effect van dosisverhoging Bijwerkingen Praktisch: omrekenen equipotente dosis dosisreductie van nieuw opioïd met 30 tot 50% Steeds een IR-preparaat voorzien voor doorbraakpijn

Farmacologie Opioïden (Opioïdrotatie) Equi-analgetische doses: dosis opioïd dosis morfine PO ratio Codeïne 360mg 60mg 1:6 Tramadol 300mg 60mg 1:5 Oxycodone 30mg 60mg 2:1 Hydromorfone 10mg 60mg 5-10:1 Buprenorfine (TD) 35µg/u 60mg 70-100:1 Fentanyl (TD) 25µg/u 60mg 100:1

Opioïdmisbruik Definities Goede praktijkvoering (chronisch gebruik)

Definities Verslaving: een primaire, chronische, neurobiologische aandoening waarbij genetische, psychosociale en omgevingsfactoren het verloop en de manifestatie beïnvloeden Gekenmerkt door: onvoldoende controle over gebruik compulsief gebruik persisterend gebruik ondanks schade 'craving'

Definities Fysieke afhankelijkheid: Is een biologische aanpassing die zich manifesteert als medicatiespecifieke ontwenningsverschijnselen die kunnen optreden bij abrupt stoppen, te snel afbouwen of het toedienen van een antagonist. Tolerantie: Is de staat waarbij blootstelling aan een medicijn biologische veranderingen induceert die resulteren in een verminderd effect van het medicijn in de tijd.

definities Pseudoaddictie Gedrag staat in verhouding tot pijnintensiteit. Het gedrag kan lijken op addictie of verslaving (vragen naar extra voorschriften, dosisverhoging etc), maar dit gedrag normaliseert wanneer een goed niveau van analgesie wordt bereikt. Problematisch gebruik van analgetica: Analgetica die gebruikt worden omwille van verkeerde redenen (slaapverwekkend, euforie...). Vaak predictor voor verslaving.

Goede praktijkvoering Er zijn geen absolute contra-indicaties Strikte opvolging en monitoring nodig (rol van HA) Maandelijks Duidelijke afspraken wie voorschriften verstrekt Voorkeur voor SR-preparaten (IR preparaten in monotherapie geven meer tolerantie). Geen injecteerbare preparaten Anderzijds opletten voor opioïdonderdosering en beeld van pseudo-addictie

Goede praktijkvoering - opstart Van nabij opvolgen Psychiatrische anamnese met aandacht voor: Depressie en angstklachten Middelenmisbruik Familiale voorgeschiedenis van middelenmisbruik Slechte sociale ondersteuning Psychiatrische co-morbiditeit Via gerichte vragenlijsten (zie verder)

Goede praktijkvoering - vragenlijsten ORT (Opioïd Risk Tool) 5 vragen score 4 7 (matig risico), >7 (hoog risico) SOAPP (Sceener and Opioïd Assessment for Patients in Pain) SOAPP-R (revised). 24 vragen Nagaan hoe intensief een patiënt op chronische opioïdtherapie dient opgevolgd te worden score >= 18 vereist intensievere opvolging DIRE-tool (Diagnosis, Intractability, Risk, Efficacy) Ontwikkeld voor eerste lijn 7 vragen met 3 punten Score >= 14 = meer kans op succesvolle opioïdtherapie

Goede praktijkvoering - opstart Aandacht en meebehandelen van bijwerkingen Nausea en braken Constipatie Doelen op voorhand met patiënt te bespreken (evt opioïdcontract) Pijnverlichting Verhogen QOL en /of functionele status 4 A's

Goede praktijkvoering - Doelen 4 A's Analgesie (partiële pijnstilling) Adverse drug effects (oog hebben voor bijwerkingen) Activiteitenniveau (streven naar hoger activiteitenniveau) Afwijkend medicatiegebruik (nagaan of er therapietrouw is) Geef patiënt voldoende info over verwachtingen, mogelijke bijwerkingen, verslavingsrisico Igv exacerbatie max 2 weken opioïden opdrijven Afbouw tot stop indien doelen niet bereikt, indien vermoeden misbruik.