Kanker en het hart de ultieme uitdaging? Rienk Rienks, cardioloog UMCU/CMH
Hoe groot is het probleem? Stollingstoornissen bij kanker Kanker van het hart Hartproblemen bij (de behandeling van) kanker
Nederland: 73.000 geregistreerde kankerpatiënten (2003)
Stollingproblemen bij kanker Bij kanker komt thrombose vaker voor
Comorbiditeit en risico op diepe veneuze thrombose (DVT) Hospitalisatie voor chirurgie (24%) en ziekte (22%) droegen evenveel bij aan het aantal DVT s, opname in een verpleeghuis droeg voor 13 % bij aan het aantal DVT s De bijdrage van kwaadaardige gezwellen, trauma, hartfalen, plaatsen van een centraal veneuze catheter or pacemaker, neurologische ziekte met parese van de extremiteiten, and oppervlakkige veneuze thrombosis bedroeg respectievelijk 18%, 12%, 10%, 9%, 7%, and 5%. De 8 risico factoren droegen 74% bij tot het optreden van DVT Heit JA, O'Fallon WM, Petterson TM, Lohse CM, Silverstein MD, Mohr DN, Melton LJ 3rd. Arch Intern Med. 2002 Jun 10;162(11):1245-8. Relative impact of risk factors for deep vein thrombosis and pulmonary embolism: a population-based study
Risicofactoren voor DVT/PE Risk Factor/Characteristic O.R. Recent surgery with institutionalization 21.72 Trauma 12.69 Institutionalization without recent surgery 7.98 Malignancy with chemotherapy 6.53 Prior CVAD or pacemaker 5.55 Prior superficial vein thrombosis 4.32 Malignancy without chemotherapy 4.05 Neurologic disease w/ extremity paresis 3.04 Serious liver disease 0.10 Heit JA et al. Thromb Haemost. 2001;86:452-463
VTE Recurrence Predictors of First Overall VTE Recurrence Baseline Characteristic Hazard Ratio (95% CI) Age 1.17 (1.11-1.24) Body Mass Index 1.24 (1.04-1.7) Neurologic disease with extremity paresis Malignant neoplasm None With chemotherapy Without chemotherapy 1.87 (1.28-2.73) 1.00 4.24 (2.58-6.95) 2.21 (1.60-3.06) Heit J, Mohr D, et al. Arch Intern Med. 2000;160:761-768
Optreden VTE bij diverse tumoren Oncology Setting Otten, et al. Haemostasis 2000;30:72. Lee & Levine. Circulation 2003;107:I17 VTE Incidence Breast cancer (Stage I & II) w/o further treatment 0.2% Breast cancer (Stage I & II) w/ chemo 2% Breast cancer (Stage IV) w/ chemo 8% Non-Hodgkin s lymphomas w/ chemo 3% Hodgkin s disease w/ chemo 6% Advanced cancer (1-year survival=12%) 9% High-grade glioma 26% Multiple myeloma (thalidomide + chemo) 28% Renal cell carcinoma 43% Solid tumors (anti-vegf + chemo) 47% Wilms tumor (cavoatrial extension) 4%
Hematological Lung Gastrointestinal Breast Distant metastases 0 to 3 months 3 to 12 months 1 to 3 years 5 to 10 years > 15 years Adjusted odds ratio Effect of Malignancy on Risk of Venous Thromboembolism (VTE) 50 40 30 20 Population-based case-control (MEGA) study N=3220 consecutive patients with 1 st VTE vs. n=2131 control subjects CA patients = OR 7x VTE risk vs. non- CA patients 28 22.2 20.3 19.8 53.5 14.3 10 0 4.9 3.6 2.6 1.1 Type of cancer Silver In: The Hematologist - modified from Blom et. al. JAMA 2005;293:715 Time since cancer diagnosis
Pathogenese van thrombose bij kanker 1. Stase Langdurige bedrust Externe compressie van bloedvaten door tumor 2. Vaatwandbeschadiging Direct invasie van de bloedvaten door de tumor Langdurig gebruik van centraal veneuze catheters Endotheelbeschadiging door chemotherapie Effect van tumor cytokines op vasculair endotheel 3. Hypercoagulabiliteit Tumor-associated procoagulants en cytokines (tissue factor, CP, TNF, IL-1, VEGF, etc.) Verminderde verdediginsmechanismen van de endotheelcellen (APC resistentie; deficientie van AT, Protein C and S) Toegenomen selectin/integrin-gemedieerde adhesieve interacties tussen tumor cellen,vasculaire endotheel cellen, bloedplaatjes en host macrophagen
Kanker, mortaliteit en veneuze trombo-emboliën (VTE) Patiënten met kanker hebben een 4- tot 6-maal zo grote kans op het krijgen van veneuze trombo-emboliën dan patiënten zonder kanker Patiënten met kanker hebben een 3x zo grote kans op recidief van VTE dan patiënten zonder kanker Patiënten met kanker hebben een 2x zo grote kans op postoperatieve VTE dan patiënten zonder kanker De mortaliteit bij kanker is 4x zo hoog als de patient ook VTE heeft Heit et.al. Arch Int Med 2000;160:809-815 and 2002;162:1245-1248; Prandoni et.al. Blood 2002;100:3484-3488; White et.al. Thromb Haemost 2003;90:446-455; Sorensen et.al. New Engl J Med 2000;343:1846-1850); Levitan et.al. Medicine 1999;78:285-291; Khorana et.al. J Thromb Haemost 2007;5:632-4
Tumoren van het hart: myxoom
Uitzaaiing tumor hartzakje: tamponade
Tamponade: pericardpunctie
Effect medicatie en bestraling op hartfunctie en kransslagaderen Medicatie : Adriamycine, endoxan, en vele andere veroorzaken schade aan de hartspier Latentietijd: enkele maanden 20 jaar Bestraling beschadigt de kransslagaderen, het pericard en de hartkleppen afhankelijk van - hoeveelheid straling - stralingsveld
Voorkomen van kanker en hart- en vaatziekten
Medicatie tegen kanker kan hart en bloedvaten beschadigen
Is schade aan het hart te voorkomen? afhankelijk van: Dosering Snelheid van toediening Geven van andere, beschermende medicatie
Schade aan hartspier soms omkeerbaar?
Schade aan hartspier soms omkeerbaar?
Kunnen we zien wie er risico loopt:? Biomarkers - troponine (uit hartspier) - BNP (uit boezem van het hart, maat voor hartfalen) mensen met doorgemaakt hartinfarct leeftijd
conclusie Kanker vergroot het risico op thrombose en longemboliën De behandeling van kanker door chemotherapie en bestraling kan op lange termijn schade aan het hart veroorzaken Deze schade is deels omkeerbaar Er wordt momenteel nog niet systematisch gescreened op hartschade bij kankerpatiënten op korte of lange termijn