VSV Achterhoek Oost Protocol Antistolling

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "VSV Achterhoek Oost Protocol Antistolling"

Christina van der Wolf
4 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 VSV Achterhoek Oost Protocol Doel Preventie van veneuze trombo-embolie / vte in de verloskunde Tabel Absolute risico s op een eerste tijdens en na de zwangerschap bij trombilie met en zonder een positieve familiegeschiedenis Antitrombine, proteine C proteine S def gecombineerd Antitrombine deficiëntie Proteine C def Proteine S def Factor V Leiden, heterozygoot Protrombine 2020A mutatie heterozygoot Factor V Leiden Protrombine 2020A mutatie, homozygoot Met familiegeschiedenis (eerste graad) voor %/zwangerschap (95%-CI) Zwangerschap en kraambed gecombineerd 4, (,7 tot 8,3) 3,0 (0,08 tot 5,8),7 (0,4 tot 8,9) 6,6 (2,2 tot 4,7) 2, (0,7 tot 4,9) 2,3 (0,8 tot 5,3) 6,3 Zonder familiegeschiedenis voor %/zwangerschap (95%-CI) Zwangerschap en kraambed gecombineerd - 0,7 (0,2 tot 2,4) 0,7 (0,3 tot,5) 0,5 (0,2 tot,0),2 (0,8 tot,8),0 (0,3 tot 2,6) 4,8 (,4 tot 6,8)

2 Geen prylaxe Algemene populatie* Alleen postpartum prylaxe gedurende 6 weken Risicoverschil op risico met en zonder LMWH tenminste % (0 per 000 vrouwen), NNT 00 Vrouwen met een eenmalige episode van een uitgelokt door operatie strikte immobilisatie Antepartum én 6 weken postpartum prylaxe Risicoverschil op risico met en zonder LMWH tenminste 3% (30 per 000 vrouwen), NNT 33 Vrouwen met een eenmalige episode van, uitgelokt door pil, zwangerschap, kraamperiode, zonder uitlokkende factor (ongeacht de aanwezigheid van trombilie) Vrouwen* met een positieve familie anamnese voor Vrouwen* bekend met erfelijke trombilie** en een positieve (eerstegraad) familie anamnese voor Vrouwen met recidiverende in de voorgeschiedenis Vrouwen* bekend met erfelijke trombilie** zonder familie anamnese voor Vrouwen* bekend met homozygote factor V Leiden protrombine mutatie zonder familie anamnese voor Vrouwen* bekend met homozygote factor V Leiden protrombine mutatie met familie anamnese voor * zonder in de voorgeschiedenis **antitrombine, proteine C proteine S deficientie heterozygote factor V Leiden heterozygote protrombine mutatie, dubbelheterozygotie voor factor V Leiden en protrombinemutatie. 2

3 Stroomschema tromboseprylaxe bij zwangeren en kraamvrouwen Geen antistolling voor zwangerschap Geen in voorgeschiedenis Eén in voorgeschiedenis Homozygoot FVL Homozygoot FII Heterozygoot FVL Heterozygoot FII Dubbel heterozygoot FVL en FII AT def Proteine C def Proteine S def Geen trombilie Uitgelokt door operatie strikte immobilisatie Idiopathisch onder OAC in graviditeit in kraambed 2 Geen e graads e graads Geen e graads e graads e graads Graviditeit + Graviditeit + Graviditeit + Kraambed + Kraambed + Kraambed - Kraambed + Kraambed - Kraambed + Kraambed + Kraambed + Dosering Fragmin prylactisch 2500 EH bij gewicht < 85 kg 5000 EH bij gewicht > 85 kg Dosering Fragmin therapeutisch 200 IE/dag met max EH /dag 3

4 Tromboseprylaxe na sectio Geef alle vrouwen na een sectio caesarea tromboseprylaxe met LMWH zolang ze in het ziekenhuis opgenomen zijn. Geef vrouwen na sectio caesarea met persisterende risicactoren leidend tot een risico groter dan 3% (zie tabel hieronder) verlengde tromboseprylaxe met LMWH tot zes weken postpartum. Overweeg mechanische tromboseprylaxe bij vrouwen met een verhoogd risico op en een contra-indicatie voor tromboseprylaxe met LMWH (zoals een bloeding) na een sectio caesarea. 4

5 Tabel Risicactoren voor die leiden tot een risico op postpartum > 3% na sectio caesarea Majeure risicactoren (odds ratio >6): aanwezigheid van tenminste één risicactor geeft een risico op postpartum van >3% na sectio caesarea - Immobiliteit (strikte bedrust gedurende tenminste één week tijdens de zwangerschap) - Fluxus postpartum 000 ml met chirurgie - Voorgeschiedenis van - Pre-eclampsie met foetale groeivertraging - Trombilie - Antitrombine deficiëntie - Factor V Leiden (homozygoot heterozygoot), - Protrombine G2020A mutatie (homozygoot heterozygoot) - Comorbiditeit - SLE - Cardiale morbiditeit - Sikkelcelziekte - Bloedtransfusie - Postpartum infectie Mineure risicactoren (odds ratio >6 indien gecombineerd): aanwezigheid van tenminste twee risicactoren één risicactor na spoed sectio caesarea geeft een risico op postpartum van >3% na sectio caesarea - BMI>30kg/m 2 - Meerlingzwangerschap - Fluxus postpartum >L - Roken >0 sigaretten per dag - Foetale groeivertraging (<p2.5 gecorrigeerd voor zwangerschapsduur en geslacht) - Trombilie - Proteïne C deficiëntie - Proteïne S deficiëntie - Preeclampsie 5

6 Patiëntgebonden risicactoren voor De richtlijn benoemt de Padua prediction score als het best beschikbare model dat gebruikt kan worden voor de inschatting van het risico op bij opgenomen niet-chirurgische patiënten, conform ACCP 202. Tabel Padua prediction score risk assessment model Risico factor Punten Actieve maligniteit a 3 Eerdere (exclusief oppervlakkige vene trombose) 3 Verminderde mobiliteit b 3 Reeds bekende trombilie c 3 Recent (< maand) trauma en/ chirurgie 2 Hogere leeftijd (>70 jaar) Hart- en/ respiratoir falen Myocardinfarct ischemisch herseninfarct Acute infectie en/ reumatologische afwijking Obesitas (BMI 30) Gebruik van hormonale anticonceptie suppletietherapie a. patiënten met lokale perifere metastasen en/ voor wie chemotherapie radiotherapie is uitgevoerd in de afgelopen zes maanden; b. geanticipeerde bedrust met toilet/douche privileges (zowel door beperkingen van de patiënt als door instructie van de behandelaar) gedurende tenminste drie dagen; c. drager van deficiënties van antitrombine, proteïne C S, factor V Leiden, G2020A protrombine mutatie, antifosfolipiden syndroom. Hierbij beschouwt men: laag trombose risico <4 punten hoog trombose risico 4 punten. 6

Vergelijkbare documenten

Trombofilieonderzoek in 15 dia s Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen

Trombofilieonderzoek in 15 dia s - 2018 - Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen Wat is trombofilie Erfelijke of verworven stollingsafwijkingen die gepaard gaan met een verhoogd risico op trombose