Van Telefoonnummer adres Kenmerk NZa en DBC Onderhoud. Verwachte dip in schadelast mei 2014

Vergelijkbare documenten
Verkorting doorlooptijd: omgaan met effecten. Implementatiecongres DBC-pakket september 2014 Yolande Waterreus, Marco Lommers en Jaap Stam

DOT honorariumcomponent medisch specialisten 7e klankbordgroep bijeenkomst. 19 september 2011

Toelichting op de ZP-ZP- Conversie Tabel RZ12b-RZ13b. Versie

Verslag. Klankbordgroep honorariumtarieven DOT 2012 Datum: 19 september Tijd: uur Locatie: NZa

Advies. Verkorten doorlooptijden DBC-zorgproducten

Handleiding RZ15b. Versie

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/12/70c 12D

Ingangsdatum 1 januari 2018 Toelichting op de informatieproducten

Ingangsdatum 1 januari 2019 Toelichting op de informatieproducten

Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg

Honorariumtarieven 2012 DOT B-segment

Impactanalyse DOT Honorariumtarieven

VAN DATUM BETREFT CD/EvL 28 sept 2011 uitval honorariumberekening

Ingangsdatum 1 januari 2017 Toelichting op de informatieproducten tariefberekening

DOT honorariumcomponent medisch specialisten

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk CDIN/mpan/TSZ CI/11/43c 11D

Toelichting uitval bij honorariumberekening. versie 1.0

Impactanalyse DOT Honorariumtarieven

Schadelast medisch specialistische zorg - Eindrapportage -

Verantwoordingsdocument Opbrengstverrekening 2008

LOGEX DOT B-Segment analyse honorariumtarieven 2013

ZIC: Kengetallen DIS per 1 september 2016

Notitie consultatiebijeenkomst 20 april 2011 honorarium medische specialisten DOT 2012

ZIC: Kengetallen DIS per 1 januari 2017

Toelichting op de informatieproducten Verkorting maximale doorlooptijd. Versie

Achtergronddocument Impactanalyse verkorten doorlooptijd DBC-zorgproducten

Inhoud Aantal actieve contracten. ZIC: Kengetallen DIS per 1 juli Aantallen in DIS per jaar, ingedeeld op de EINDDATUM van DBC/traject

ZIC: Kengetallen DIS per 1 oktober 2016

Datadocument DIS Ronde 20 dataset. Versie 1.1

Toelichting op de informatieproducten tariefberekening

NZa Vragenlijst uitvoeringstoets integrale tarieven 2015

Toelichting op de honorariumberekening kaakchirurgie

Verantwoording tariefswijzigingen RZ15b

Met 2011 als referentiejaar, kunnen we iets over de volledigheid van DIS zeggen.

Tariefberekening. DBC-implementatiecongres 2016

BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN 2014

medisch specialisten 2014

Gebruikersdocument deel 2

Logopedie in de DBC systematiek

GGZ FZ CZ *) SZ (DOT) Wrv. GRZ

Toelichting op de DBC-ZP Conversietabel Tabel. Versie

Verantwoording tariefswijzigingen RZ15a

Handleiding Release RZ17a

Hoofdlijnen wijzigingen DBCsystematiek

GGZ FZ CZ *) SZ (DOT) Wrv. GRZ

DOT de stand van zaken en hoe verder. Congres SKGZ 8 oktober 2014 Jaap Stam

Congres Implementatie DBC-pakket 2014

Tarieven medisch specialisten 2011

Voorlopige vaststelling transitiebedragen medisch specialistische zorg

DOT honorariumcomponent medisch specialisten 4e klankbordgroep bijeenkomst. 20 april 2011

medisch specialisten 2013

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/15/27c /188648

Bijlage 1 bij beleidsregel Prestaties en tarieven medisch-specialistische zorg

Oplegger uitlevering RZ14a. Versie

Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg

Voorgenomen beleid in verband met overheveling geriatrische revalidatiezorg 12 juni 2012

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2009 t/m 31 december 2011

Artikel 1. Reikwijdte...2 Artikel 2. Doel van de beleidsregel...2

Vertaaltabel Zorgactiviteiten Grouper Toelichting. Versie

Zorgautoriteit. Nederlandse. gereguleerde segment. Voor het overige deel, het vrije segment,

DOT honorariumcomponent medisch specialisten Klankbordgroep bijeenkomst 6b. 11 augustus 2011

Functioneel ontwerp: Opbrengstverrekening 2010 en 2011 in 2012

Van Telefoonnummer adres Kenmerk I.M. Vermeulen / J.J.Janse. invoering jeugd GGZ: gevolgen voor prestaties en tarieven april 2014

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: Opdrachtgever

REGELING NR/CU-258. Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg

Vertaal Tabel Zorgactiviteiten Grouper Toelichting. Versie

Memo Representativiteit honoraria DOT 2013

Bijlage nadere regel medischspecialistisch. Toelichting regels afleiding

over schadejaar 2006 zal hebben gepubliceerd.

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI-14-27c

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/13/9c

Behandeld door adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/12/77c Directie Zorgmarkten Care

Vaststelling dbc-pakket medisch specialistische zorg CI-18-16c

Kennisontwikkeling voor de gehele zorgketen

Geldstromen in de gezondheidszorg Organisatie & Financiering

Toelichting op de Referentie Doorlooptijden Tabel

DOT, Basisregistratie en Prestatiebekostiging

Vertaaltabel Zorgactiviteiten Grouper Toelichting. Versie

Wachttijden en wachttijdbemiddeling medisch specialistische zorg

GRZ-Kompas. GRZ-Kompas

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg

Enquête zorgcontractering geriatrische revalidatiezorg 2015

RELEASE RZ17AB 0316 KINDERGENEESKUNDE

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

Toelichting op de DBC-ZP Conversie Tabel. Versie

Marktscan Mondzorg Publicatie prijsontwikkeling januari 2012

Marktscan Mondzorg Publicatie prijsontwikkeling januari 2012

Verantwoordingsdocument Nacalculatie in de curatieve GGZ

Deze regeling is van toepassing op instellingen die geriatrische revalidatiezorg leveren.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Zorgkosten nemen toe

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen

Verantwoording dbcrelease

BELEIDSREGEL CU Invoering DBC s in de geestelijke gezondheidszorg. 1. Algemeen

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Regulering CI/16/13c /260310

Handleiding Release RZ17b-update TT

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Regulering CI/16/12c /

Toelichting Normtijdentabellen

Toelichting op de Zorgproduct Profielen. Versie

Zicht op opbrengsten. Overzicht houden in de complexiteit

Transcriptie:

Memo Aan VWS Van Telefoonnummer E-mailadres NZa en DBC Onderhoud Onderwerp Datum Verwachte dip in schadelast 2015 23 mei 2014 1. Inleiding In de brief van 8 januari 2013 (kenmerk: CZ-3148478) heeft VWS de NZa verzocht om advies uit brengen over de mogelijkheden om de maximale doorlooptijd van DBC-zorgproducten terug te brengen. Het belangrijkste doel hiervan is het eerder kunnen vaststellen van de definitieve totale schadelast van een bepaald jaar. Op 27 juni 2013 heeft de NZa dit advies uitgebracht. In de brief van 23 augustus (kenmerk:1306-106559-cz) heeft VWS de opdracht gegeven om de doorlooptijd van de DBC-zorgproducten te verkorten en per 1 januari 2015 de maximale doorlooptijd van DBC zorgproducten terug te brengen naar 120 dagen. In dezelfde brief heeft VWS aangegeven om de verkorting van de maximale doorlooptijd budgettair neutraal in te voeren en om veldpartijen zo goed mogelijk te voorzien van informatie om de contractonderhandelingen voor 2015 goed te kunnen voeren en zo mogelijke (financiële) risico s te beperken: 1.1 Budgettair neutrale invoering De invoering veroorzaakt waarschijnlijk eenmalig lagere DBC-uitgaven dan geraamd omdat de kosten anders verdeeld worden over kalenderjaren. Dit betekent in ieder geval dat de hoogte van het BKZ voor het jaar van invoering neerwaarts kan worden bijgesteld door VWS. De omvang van deze neerwaartse bijstelling zal in beeld worden gebracht, zodanig dat de verwerking hiervan onderdeel kan zijn van de budgettaire besluitvorming over 2015 in het voorjaar 2014. 1.2 Trendbreuk in data: informatieproducten Zorgaanbieders en zorgverzekeraars maken zich zorgen over de bruikbaarheid van de data na het verkorten van de doorlooptijd. De bruikbaarheid van de data is relevant voor het maken van afspraken over prijs en volume en daarmee de landelijke zorguitgaven. Via informatieproducten op basis van zo recent mogelijke data worden de veldpartijen zo goed mogelijk voorzien van de informatie die verzekeraars en zorgaanbieders nodig hebben om de contractonderhandelingen voor 2015 goed te kunnen voeren en zo mogelijke risico's te beperken. Leeswijzer In dit memo van de NZa en DBC Onderhoud wordt onderzocht wat het effect is van de verkorting van de maximale doorlooptijd op de schadelast 2015 en de DBC-omzet in 2015. In hoofdstuk 2 wordt de aanpak van het onderzoek beschreven, alsmede de drie gangbare definities voor DBC-omzet. In hoofdstuk 3 zal worden aangetoond dat verkorting van de maximale doorlooptijd in 2015 leidt tot een éénmalige daling van de schadelast. We laten zien dat verkorting van de doorlooptijd tot verschillende éénmalige effecten leidt bij elk van de drie gegeven DBC-omzetdefinities. Op basis van gegevens zal een absoluut bedrag voor de éénmalige daling van de schadelast worden berekend. In hoofdstuk 4 bespreken we de informatieproducten die de NZa en DBC Onderhoud hebben ontwikkeld die op 15 mei 2014 in concept zijn uitgeleverd aan zorgverzekeraars en zorgaanbieders om de verkorting

van de maximale doorlooptijd in 2015 op een budgettair neutrale wijze te kunnen uitvoeren. 2. Uitgangspunten voor het onderzoek 2 van 11 2.1 Definitie van de DBC-omzet De DBC-omzet is gelijk aan de totale productiewaarde, bestaande uit de som van ziekenhuiskosten en totale honoraria voor medisch specialisten (poorters en ondersteuners). De meest gangbare definities voor het bepalen van de DBC-omzet per jaar zijn: Schadelastmethode - de DBC-omzet in jaar J is gelijk aan de productiewaarde van alle DBC-zorgproducten met openingsdatum in het betreffende jaar (ook wel aangeduid als de schadelast ); deze methode wordt gehanteerd door zorgverzekeraars bij de bepaling van de schadelast voor jaar J. Jaarrekeningmethode - de DBC-omzet in jaar J is gelijk aan de productiewaarde van alle DBC-zorgproducten met afsluitdatum in het betreffende jaar plus het onderhanden werk per ultimo jaar J minus het onderhanden werk per ultimo van het voorgaande jaar; deze methode wordt gebruikt door zorgaanbieders voor het opstellen van de jaarrekening voor jaar J. Kasstelselmethode - de DBC-omzet in jaar J is gelijk aan de productiewaarde van alle DBC-zorgproducten met afsluitdatum in het betreffende jaar; deze methode wordt veelal gehanteerd door medisch specialisten om hun inkomen voor jaar J te berekenen. Uit bovenstaande volgt dat het tijdvak waarover de DBC-zorgproducten worden geselecteerd afhankelijk is van de DBC-omzet definitie. Dit houdt in dat tussentijdse wijzigingen in productstructuur, tarieven, registratieregels of productievolume kunnen leiden tot verschillende bedragen voor de DBC-omzet. Zelfs een verschuiving van de start- of einddatum van een DBC-zorgproduct over een jaargrens kan verschillende effecten hebben voor de drie verschillende methoden. Zodoende zullen deze drie methodes in de praktijk dus nooit dezelfde DBC-omzet geven voor één jaar. In Figuur 1 zijn de verschillende DBC-omzetdefinities grafisch weergegeven. De horizontale strepen in de figuur vertegenwoordigen twee typen DBC-zorgproducten: DBC-zorgproducten die in enig jaar zijn geopend en gesloten, en DBC-zorgproducten die in enig jaar zijn geopend maar in het volgend jaar zijn gesloten. De DBC-zorgproducten die binnen de selectie vallen van elk van de drie DBC-omzetdefinities zijn omcirkeld.

Schadelastmethode 3 van 11 2014 2015 2016 Jaarrekeningmethode 2014 2015 2016 Kasstelselmethode 2014 2015 2016 Figuur 1: Drie verschillende DBC-omzetdefinities 1 2.2 Ziekenhuiskosten en honoraria Volgens de in paragraaf 2.1 gegeven definitie is de schadelast voor een boekjaar gelijk aan de som van ziekenhuiskosten en honoraria van alle DBC-zorgproducten met openingsdatum in het betreffende boekjaar. De totale ziekenhuiskosten kunnen worden berekend aan de hand van simulaties met maximale looptijd van 365 dagen en met maximale looptijd van 120 dagen. Voor de honorariumkosten poorters en ondersteuners is deze simulatiemethode niet 1-op-1 toepasbaar: voor poorters bestaat immers geen honorariumtarief per zorgactiviteit, in tegenstelling tot ondersteuners die wel een honorariumtarief per zorgactiviteit hanteren. In onze analyses veronderstellen we derhalve dat de honoraria vergelijkbaar verschuiven als de kosten. Dit is gerechtvaardigd omdat uit het eerdere adviesonderzoek is gebleken dat het zwaartepunt van kosten en inzet van medisch specialisten gelijk valt, en wel in het begin van de DBC- trajecten. Deze aanname blijkt voor DBC-zorgproducten die tezamen 1% van de honorariumomzet vertegenwoordigen niet op te gaan. Dit betekent dat het bedrag voor de integrale productiewaarde een onzekerheid heeft van ongeveer 30 miljoen euro. 2.3 Brongegevens DIS dataset Als brondataset is gebruikgemaakt van de DIS Ronde 21 dataset bestaande uit alle DBC s die zijn geopend in de periode van 1-1-2008 tot 1 Onderzoek naar honorariaontwikkeling medisch specialisten 2007-2008, PricewaterhouseCoopers, Februari 2010

1-10-2011. Om aan te sluiten bij de registratie in 2014 is een datatransformatie uitgevoerd waardoor alle vereiste zorgactiviteiten in de dataset aanwezig zijn die essentieel zijn voor de afleiding van de RZ14a zorgproducten. In deze dataset is voor het B-segment geen gedeclareerd tarief bekend. Om toch de DBC-omzet te kunnen berekenen voor het B- segment benaderen we de productiewaarde voor deze zorgproducten door middel van rekenprijzen berekend op basis van de landelijk gemiddelde zorgprofielen en de landelijk gemiddelde kostprijzen per zorgactiviteit. 4 van 11 Cijfers Zorginstituut Nederland In het kader van dit onderzoek zijn cijfers van Zorginstituut Nederland door VWS ter beschikking gesteld. Dit betreft informatie op basis waarvan kan worden bepaald welk deel van de uitgaven medischspecialistische zorg naar verwachting in 2015 zal worden bekostigd via DBC-zorgproducten (zie paragraaf 3.5). 3. Effecten verkorting doorlooptijd op de schadelast en de DBC-omzet Aan de hand van simulaties zullen we in paragraaf 3.1 aantonen dat de totale ziekenhuiskosten op basis van de maximale doorlooptijd van 365 dagen gelijk is aan de totale ziekenhuiskosten op basis van de maximale doorlooptijd van 120 dagen. Dit houdt in dat de verkorting van de maximale doorlooptijd in onze simulaties niet leidt tot structurele verschillen in de totale ziekenhuiskosten. Vervolgens wordt in paragraaf 3.2 uiteengezet dat in het jaar waarin de maximale doorlooptijd wordt verlaagd van 365 dagen naar 120 dagen, een éénmalige daling optreedt van de DBC-omzet. In paragraaf 3.3 laten we zien dat er verschillende effecten optreden afhankelijk van de DBC-omzet definitie. De éénmalige daling uitgedrukt als percentage van de totale ziekenhuiskosten zal worden bepaald. Tevens zal een absoluut bedrag voor 2015 worden berekend op basis van de cijfers van Zorginstituut Nederland en de begroting 2015. 3.1 Totale ziekenhuiskosten onafhankelijk van doorlooptijd Als brondataset is gebruikgemaakt van de DIS Ronde 21 dataset. Deze dataset is gesimuleerd op basis van de RZ14a DBC productstructuur en registratieregels met een maximale doorlooptijd van 365 dagen. Dezelfde dataset is tevens gesimuleerd met een maximale doorlooptijd van 120 dagen. De resultaten van de schadelastdriehoek analyse zijn weergegeven in Tabel 1 en Tabel 2.

Tabel 1: Totale ziekenhuiskosten bij een maximale doorlooptijd van 365 dagen (prijspeil 2010). Schadejaar begin Totale ziekenhuiskosten (in miljoen ) 5 van 11 Totale ziekenhuiskosten (5 mnd. vs. gemiddelde) Fluctuatie 2008-08 10.366 --- --- 2008-09 10.391 --- --- 2008-10 10.420 10.423-3 2008-11 10.440 10.457-17 2008-12 10.496 10.469 28 2009-01 10.537 10.479 58 2009-02 10.450 10.495-45 2009-03 10.472 10.503-32 2009-04 10.518 --- --- 2009-05 10.540 --- --- Standaardafwijking 39 Tabel 2: Totale ziekenhuiskosten bij een maximale doorlooptijd van 120 dagen (prijspeil 2010). Schadejaar begin Totale ziekenhuiskosten (in miljoen ) Totale ziekenhuiskosten (5 mnd. vs. gemiddelde) Fluctuatie 2008-08 10.245 --- --- 2008-09 10.294 --- --- 2008-10 10.347 10.339 8 2008-11 10.372 10.385-13 2008-12 10.436 10.410 25 2009-01 10.476 10.431 45 2009-02 10.421 10.459-38 2009-03 10.452 10.482-30 2009-04 10.510 --- --- 2009-05 10.552 --- --- Standaardafwijking 33 Teneinde de invloed van de maandelijkse fluctuaties in de totale ziekenhuiskosten te elimineren wordt een voortschrijdend 5- maandsgemiddelde bepaald. De voortschrijdend 5-maandsgemiddelden (aangeduid als 5 mnd. vs. gemiddelde) zijn weergegeven in Tabel 1 en Tabel 2. Om te bepalen of de totale ziekenhuiskosten op basis van 120 dagen en 365 dagen doorlooptijd significant van elkaar verschillen is de standaardafwijking bepaald van de maandfluctuaties in de totale ziekenhuiskosten. De standaardafwijking van de maandfluctuaties wordt berekend door het verschil te bepalen tussen de totale ziekenhuiskosten en het voortschrijdend 5-maandsgemiddelde zodat het effect van de trend in de periode 2008-10 t/m 2009-03 zoveel mogelijk wordt geëlimineerd. Aangezien de totale ziekenhuiskosten op basis van de maximale doorlooptijden van 365 dagen en 120 dagen minder dan twee standaardafwijkingen van elkaar verschillen, mag worden geconcludeerd dat de totale ziekenhuiskosten op basis van de maximale doorlooptijden van 120 dagen en 365 dagen met 95% betrouwbaarheid aan elkaar gelijk zijn (op basis van 95% betrouwbaarheidsinterval, waarbij de

steekproefomvang en omvang van de geobserveerde fluctuaties zijn meegewogen). 3.2 Effect verkorting op de schadelast 2015 Voor het onderzoeken van de effecten van de verkorting van de maximale doorlooptijd op de schadelast mogen we ons beperken tot de ziekenhuiskosten omdat de honoraria op vergelijkbare wijze verschuiven als de kosten (zie uitgangspunten hoofdstuk 2). In paragraaf 3.1 is aangetoond dat er geen structureel verschil bestaat tussen de totale ziekenhuiskosten op basis van een maximale doorlooptijd 365 dagen en 120 dagen. We zullen echter laten zien dat er in het jaar waarin de maximale doorlooptijd wordt verkort van 365 dagen naar 120 dagen sprake is van een éénmalige daling van de schadelast. Dit éénmalige effect, dat alleen optreedt in het overgangsjaar 2015, wordt veroorzaakt doordat de verkorting van de maximale doorlooptijd van toepassing is op alle in 2015 geopende DBC zorgproducten, terwijl DBC zorgproducten die in 2014 zijn geopend maar pas in 2015 worden gedeclareerd nog een doorlooptijd van 365 dagen hebben. Het zijn deze zogenaamde overloop DBC-zorgproducten die tot de schadelast 2014 worden gerekend en vanwege hun relatief lange uitloop in 2015 leiden tot een lager aantal in 2015 geopende DBC zorgproducten en bijgevolg tot een éénmalig lagere schadelast in 2015. 6 van 11 365d simulatie DBC_1 120d simulatie DBC_1* DBC_2* DBC_3* DBC_4* 2014 2015 1-1-2015 Figuur 2: Verklaring voor de daling van de schadelast in 2015. De omvang van de éénmalige schadelastdaling in 2015 kan worden berekend door zorgtrajecten waartoe de overloop-dbc-zorgproducten behoren te simuleren op basis van 120 dagen en 365 dagen doorlooptijd. Beschouw de overloop-dbc in Figuur 2 die in de 365d simulatie uit één sub-traject bestaat en wordt aangeduid als DBC_1. Stel dat dit zorgtraject volgens de 120d simulatie bestaat uit 4 opeenvolgende subtrajecten aangeduid als DBC_1*, DBC_2*, DBC_3* en DBC_4*. Terwijl de sub-trajecten DBC_1 en DBC_1* tot de schadelast 2014 horen, dienen de ziekenhuiskosten voor DBC_2*, DBC_3* en DBC_4* tot de schadelast 2015 te worden gerekend. De daling van de schadelast 2015 is derhalve gelijk aan de productiewaarde van alle DBC zorgproducten die volgens de 120d simulatie een openingsdatum in de periode tussen 1 januari 2015 en de einddatum van het overloop-dbc zorgproduct DBC_1. Zoals blijkt uit Figuur 2 is dit gelijk aan de som van de ziekenhuiskosten voor DBCzorgproducten DBC_2*, DBC_3* en DBC_4*. Opgemerkt wordt dat de aldus berekende daling van de schadelast 2015 wordt overschat omdat nog een ander effect optreedt. Immers, als gevolg van de verkorting van

de maximale doorlooptijd in 2015 ontstaan nieuwe afsluitmomenten binnen het zorgtraject waardoor een deel van de ziekenhuiskosten voor sub-traject DBC_4* tot schadelast 2015 moet worden gerekend en niet tot het overloop DBC-zorgproduct. Dit correspondeert met de ziekenhuiskosten van alle zorgactiviteiten binnen het in Figuur 2 weergegeven gestippelde deel van het sub-traject DBC_4* dat ligt ná de einddatum van het overloop DBC zorgproduct. Dit houdt in dat de daling van de DBC-omzet per saldo gelijk is aan de ziekenhuiskosten van alle sub-trajecten DBC_1*, DBC_2*, DBC_3* en DBC_4* gecorrigeerd voor het deel ziekenhuiskosten in sub-traject DBC_4* dat ligt ná de einddatum van het overloop DBC-zorgproduct. 7 van 11 Bovengenoemde éénmalige daling in 2015 van de schadelast is gesimuleerd en doorgerekend aan de hand van de DIS Ronde 21 dataset. Hierbij is aangenomen dat de verkorting van de maximale doorlooptijd fictief ingaat bij het begin van het schadejaar in maand 2008-10, 2008-11 etc. (zie Tabel 3). Op deze wijze kunnen meerdere simulaties worden uitgevoerd op basis van dezelfde dataset. Tabel 3: Daling als percentage van de DBC-omzet 2015 (schadelastmethode). Schadejaar begin Totaal 5m Gem Verlaging schadelast 5m Gem (Model 1) Verlaging schadelast % Totaal (Model 1) 2008-10 10.339 396 3,83% 2008-11 10.385 397 3,82% 2008-12 10.410 403 3,87% 2009-01 10.431 409 3,92% 2009-02 10.459 417 3,99% 2009-03 10.482 430 4,10% Voor het berekenen van de schadelastdaling is, evenals bij de bepaling van de totale ziekenhuiskosten in paragraaf 3.1, gebruikgemaakt van een voortschrijdend 5-maandsgemiddelde teneinde de invloed van de maandfluctuaties zoveel mogelijk te elimineren en mogelijke fluctuaties op de puntschatter (begin schadejaar 2009-01) in beeld te brengen. Aangezien dit analysemodel een gesimuleerde weergave van de werkelijkheid geeft zoals die in schadejaar 2015 zal bestaan, mag worden geconcludeerd dat de éénmalige schadelastdaling in 2015 gelijk is aan 3,92%. Gegeven de in hoofdstuk 2 weergegeven uitgangspunten is de procentuele daling van de totale honoraria medisch specialisten (poorters en ondersteuners) in 2015 gelijk aan de procentuele daling van de totale ziekenhuiskosten in 2015. Dientengevolge is het berekende percentage voor de schadelastdaling van toepassing op de totale schadelast in 2015. 3.3 Effect verkorting doorlooptijd op de DBC-omzet 2015 We zullen nu aantonen dat de verkorting van de maximale doorlooptijd naar 120 dagen bij elk van de drie DBC-omzetdefinities tot verschillende effecten leidt in 2015. Schadelastmethode Zoals uiteengezet in paragraaf 3.2 is er in 2015 sprake van een éénmalige daling van de schadelast als gevolg van het lager aantal in 2015 geopende DBC-zorgproducten met 120 dagen doorlooptijd,

veroorzaakt door de overloop DBC-zorgproducten die in 2014 zijn geopend en een maximale doorlooptijd van 365 dagen hebben. Reeds is aangetoond dat deze daling van de schadelast leidt tot een éénmalig lagere DBC-omzet in 2015 volgens schadelastmethode. 8 van 11 Jaarrekeningmethode Zoals blijkt uit de omzetdefinitie voor de jaarrekeningmethode is de groep van de in 2015 geopende DBC-zorgproducten met 120 dagen doorlooptijd weliswaar onderdeel van de DBC-omzet volgens de jaarrekeningmethode, maar de éénmalige daling van de productiewaarde van deze groep DBC-zorgproducten wordt geheel gecompenseerd doordat de productiewaarde van zorgactiviteiten in 2015 van de overloop DBC-zorgproducten uit 2014 wordt meegerekend in de DBC-omzet. Zodoende is de DBC-omzet volgens de jaarrekeningmethode onafhankelijk van de maximale doorlooptijd van DBC-zorgproducten en heeft de verkorting van de doorlooptijd in 2015 geen effect op de DBComzet. Kasstelselmethode Volgens de omzetdefinitie voor de kasstelselmethode is de productiewaarde van de in 2015 geopende DBC-zorgproducten met 120 dagen doorlooptijd onderdeel van de DBC-omzet. Evenals bij de jaarrekeningmethode wordt de éénmalige daling van de productiewaarde van deze groep DBC-zorgproducten gecompenseerd omdat de productiewaarde van alle zorgactiviteiten van de overloop DBCzorgproducten van 2014 wordt meegerekend in de DBC-omzet. Zodoende heeft de in paragraaf 3.2 berekende daling van de schadelast geen effect op de DBC-omzet volgens de kasstelselmethode. Echter, doordat na de verkorting van de doorlooptijd sneller kan worden gedeclareerd is te verwachten dat in 2015 sprake is van een éénmalige verhoging van de DBC-omzet volgens de kasstelselmethode. 3.4 Van concept naar definitieve berekening van de schadelastdaling Bovenstaande analyse levert een betrouwbare benadering op van het (incidentele) effect op de DBC-omzet 2015 volgens de schadelastmethode. De gevoeligheidsanalyses met betrekking tot mogelijke invloed van fluctuaties in de productiedata wijzen uit dat de omvang van het incidentele effect op de DBC-omzet robuust is bepaald. We zijn daarbij uitgegaan van de volgende veronderstellingen: 1. De daling van de totale ziekenhuiskosten 2015 is robuust berekend op basis van de DIS Ronde 21 dataset en de RZ14a productstructuur en registratieregels waarbij alleen slechts de algemene afsluitregel is aangepast om de verkorting van de maximale doorlooptijd te simuleren. 2. In bovenstaande analyse is verondersteld dat de procentuele daling van de totale ziekenhuiskosten in 2015 gelijk is aan de procentuele daling van de totale honoraria medisch specialisten, poorters en ondersteuners. 3.5 Conclusie Uit deze analyse volgt dat het effect van verkorting van de maximale doorlooptijd van 365 dagen naar 120 dagen op de DBC-omzet afhankelijk is van de omzetdefinitie. Verkorting van doorlooptijd leidt tot een éénmalige daling van 3,92% van de schadelast 2015 en bijgevolg van de DBC-omzet 2015 volgens de schadelastmethode. Daarentegen is de DBC-omzet volgens de jaarrekeningmethode ongewijzigd. Bovendien is in 2015 sprake van een éénmalige stijging van de DBC-omzet volgens

de kasstelselmethode doordat het declaratiemoment gemiddeld eerder is. Indien wordt verondersteld dat de procentuele daling in 2015 van de honoraria medisch specialisten (poorters en ondersteuners) gelijk is aan de procentuele daling van de totale ziekenhuiskosten in 2015, is de berekende procentuele verlaging ook van toepassing op de integrale schadelast 2015. Ten aanzien van de honoraria hebben we eerder aangegeven dat ongeveer 30 miljoen euro aan productiewaarde wellicht onzekerheid bestaat. Voor 3,92% van 30 miljoen is de schatting daarmee onzeker. 9 van 11 Aangezien het schadejaar begint op 1 januari 2015 gaan we uit van het percentage 3,92% voor de daling van de DBC-omzet (schadelastmethode) ofwel schadelast (zie onderstaande Tabel 5). Tabel 4: Begroting 2015 en verkorte doorlooptijden Beschikbaar voor medisch specialistische zorg in 2015 (excl. GRZ en beschikbaarheidsbijdragen) Begroting 2015 (in miljoen ) 20.556 Deel van ziekenhuiszorg bekostigd door DBC s (exclusief GRZ) 81,7% Basis voor berekening eenmalige dip in schadelast 2015 16.794 Bij toepassing van dit percentage op het in Tabel 4 weergegeven bedrag van 16.794 miljoen euro, volgt hieruit dat de totale schadelast in 2015 afneemt met 658 miljoen euro. Hierin zijn de kosten voor de Geriatrische Revalidatie Zorg (753,1 miljoen euro) niet meegenomen. Reden is dat de huidige maximale doorlooptijd van GRZ-zorgproducten gelijk is aan 6 maanden en dat derhalve het effect van de verkorting naar 120 dagen op de DBC-omzet van GRZ significant anders kan zijn dan het hierboven berekende percentage. 4. Financiële risico s en informatieproducten Door invoering van integrale tarieven en een verkorte maximale doorlooptijd van een DBC-traject, ontstaat een trendbreuk in de (lokale) informatievoorziening bij aanbieders en verzekeraars. Om deze trendbreuk het hoofd te bieden, hebben DBC Onderhoud en NZa in het advies aan VWS een aantal informatieproducten op hoofdlijnen beschreven. Ten behoeve van de veldraadpleging zijn deze informatieproducten nader uitgewerkt en met praktijkvoorbeelden toegelicht. 4.1 Risico-omzet bij het verkorten van de doorlooptijd naar 120 dagen Om gevoel te krijgen voor het maximale macro budgettaire risico indien de prijzen niet aangepast worden, hebben wij in het adviesrapport aan VWS de risico-omzet berekend. Er zijn twee verschillende omzet effecten. Het eerste effect is het wel of niet aanpassen van het kostendeel van de tarieven als gevolg van het verkorten van de maximale doorlooptijd van DBC-zorgproducten. Het

andere effect is het wel of niet aanpassen van het honorariumdeel van de tarieven. Tabel 5: Risico-omzet op basis van begroting 2015 (in miljoenen euro s). 10 van 11 Parameter 120 dagen Maximale risico-omzet 689 Aandeel 4,1% Het risico (als gevolg van niet aangepaste prijzen en hogere volumes) wordt bij het verkorten van de doorlooptijd naar 120 dagen geschat op 689 miljoen, wat overeenkomt met een risico-aandeel gelijk aan 4,1%. 4.2 Maatregelen om risico s te mitigeren Om het risico op een omzetstijging door het verkorten van de doorlooptijden van DBC-zorgproducten te beperken, construeren we de volgende informatieproducten: 1. Conversietabel: conversie van zowel de omzet als trajectaantallen per DBC-zorgproduct van de productstructuur 2014 naar de productstructuur 2015; 2. Zorgprofielen: inzicht per DBC zorgproduct in welke zorgactiviteiten in de trajecten voorkomen en, indien ze voorkomen, hoe vaak gemiddeld. Dit inzicht wordt gegeven voor alle DBC zorgproducten in de productstructuur 2014 (maximale doorlooptijd 365 dagen) en de productstructuur 2015 (maximale doorlooptijd 120 dagen); 3. Landelijke prijsmutatietabel: geeft inzicht in de landelijk gemiddelde integrale prijsmutatie per DBC-zorgproduct. In dit memo nemen we de uitkomsten van de veldraadpleging mee, die is georganiseerd om in kaart te brengen welke informatiebehoefte bestaat ten aanzien van de contractonderhandelingen voor het jaar 2015. Er zijn in totaal drie bijeenkomsten geweest, waar veel vertegenwoordigers van aanbieders en verzekeraars bij aanwezig waren. Ten behoeve van de veldraadpleging zijn bovenstaande drie informatieproducten nader uitgewerkt en met praktijkvoorbeelden toegelicht. Per informatieproduct is door de aanwezige vertegenwoordigers een aantal aanvullende wensen geuit. Deze worden in het vervolg van deze paragraaf verder toegelicht. Nadere verfijning conversietabel: Vanuit meerdere koepels en branchepartijen kwam het verzoek om de tariefberekening 2015 en de conversietabel op zo recent mogelijke data te baseren. De gegevens uit het DIS 2012/2013 verdienen de voorkeur. In de tariefberekening 2015 heeft de DIS 2012/2013 om die reden een prominente plaats gekregen. Vanuit meerdere partijen is het verzoek gekomen om conversietabellen te maken op het niveau van instellingscategorieën: - UMC s; - Algemene- en/of topklinische ziekenhuizen; - ZBC s; - Audiologische centra; - Epilepsie centra; - Revalidatiecentra. Zorgverzekeraars beschikken niet of nauwelijks over informatie betreffende declaraties vanaf 2013 en verder. Zij verzoeken om een conversietabel van zowel de omzet als trajectaantallen per DBC-

zorgproduct van de productstructuur 2012 naar de productstructuur 2015; Vanuit zowel de aanbieders als de verzekeraars is de wens geuit om In de verantwoording van elke conversietabel een analyse op te nemen over de trefzekerheid van de omzet- en trajectconversie voor een individuele instelling op basis van een landelijke gemiddeldeof categorisch gemiddelde conversietabel. 11 van 11 Nadere verfijning profieltabellen Het verzoek om ook de profielen van de niet-declarabele producten (uitval) op te nemen in de beschikbaar te stellen tabellen. Zodoende kan inzicht worden gekregen in welke activiteiten in uitvalproducten belanden, maar ook welke type activiteiten in juist meer of minder in uitvalproducten belanden als gevolg van een verkorte maximale doorlooptijd. Tevens kwam het verzoek om ook voor de verschillende instellingscategorieën (zoals genoemd onder conversietabel) de profieltabellen te construeren, omdat er per type aanbieder verschillen kunnen bestaan in de profielen en daarmee ook in de inhoud van de uitvalproducten. Door veldpartijen op bovenstaande wijze te voorzien van inzicht in zowel de prijs- als volume effecten van het verkorten van de doorlooptijden, kunnen partijen goed de onderhandelingen ingaan zonder dat sprake is van grote informatie asymmetrie. Dit laatste zou de onderhandelingen bemoeilijken en het risico op een stijging van de macro kosten (zonder dat er meer zorg geleverd wordt) vergroten. Informatie asymmetrie kan ook leiden tot het (weer) overgaan op het maken van lumpsum/plafondafspraak contracten. Dit past niet goed bij een van de hoofddoelen van DOT: het beter kunnen onderhandelen op productniveau, om te komen tot scherpere inkoop van zorg. De waarde van deze informatieproducten is optimaal als er geen andere grote wijzigingen worden doorgevoerd in de productstructuur. Daarom worden bij de bouw van de RZ15a release voor 2015 uitsluitend de meest noodzakelijke wijzigingen van de DOT-productstructuur meegenomen.