Rekenkamercommissie. Quick Scan communicatiebeleid en burgerparticipatie gemeente Vlaardingen. Schiedam-Vlaardingen. Commissie voor beleidsonderzoek

Vergelijkbare documenten
Onderzoeksopzet Communicatie

Rekenkamercommissie. Onderzoeksvoorstel Communicatiebeleid Rekenkamercommissie Midden-Delfland

Rekenkamercommissie. Quick Scan communicatiebeleid en burgerparticipatie gemeente Schiedam. Schiedam-Vlaardingen. Commissie voor beleidsonderzoek

Participatie vereist meer communicatie. Rekenkamercommissie Wijdemeren

Adviesraad Sociaal Domein ADVIESRAAD GILZE EN RIJEN

Nr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

18 nov Postreg.nr. Directeur: Tel.nr K. Burger

VERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM

Regeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning

Onderzoek Communicatiebeleid en Burgerparticipatie. Rekenkamercommissie Someren

Samen zorgen we ervoor dat iedereen kan meedoen!

Natuurlijk... NUTH. NUTH... Natuurlijk DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO)

Adviesraad Wmo Arnhem Jaarplan 2017

I Inleiding. Startnotitie Burgerparticipatie binnen de gemeente Cuijk. Vastgesteld in de rekenkamercommissie van 23 februari 2010.

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

REKENKAMERCOMMISSIE GEMEENTE VAALS COMMUNICATIEPLAN

De Utrechtse Participatiestandaard

VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN

Communicatie Decentralisaties Sociaal Domein

Onderzoek Invoering nieuwe WMO per 2015

onderzoeksopzet burgerparticipatie

( ) Roland Meijden van der b rbs Verordening Wmo-platform Giessenlanden.doc Page 1

MONITOR BURGERPARTICIPATIE 2013 ENQUÊTE

JAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM

Communicatieaanpak herziening subsidiebeleid

Informatienota voor de gemeenteraad

Aan de raad van de gemeente Leidschendam- Voorburg Postbus AX Voorburg. Aan de raad van de gemeente Rijswijk Postbus HH Rijswijk

Hervormingen in het lokaal re-integratiebeleid. Plan van aanpak quick scan

Regeling Adviesraad Wmo gemeente Hardenberg

Gebieds- en Stedelijke Programma s. Leiding en Staf Stedelijke Programma s. Gemeente Vlaardingen RAADSVOORSTEL

Rapportage. Effectmeting naar onderzoek Weten waarom uit Alphen-Chaam. Rekenkamercommissie Alphen-Chaam / Baarle-Nassau.

Verordening op de Wmo-raad Oude IJsselstreek

Communicatie-aanpak haalbaarheidsonderzoek Vijfheerenlanden Fase 0 en fase 1

Regionale Cliëntenraad Participatiewet SDOA

10% 23% 40% 20% 7% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Figuur 2 Bent u bekend met het werk van de gemeenteraad van Zeewolde? (n=547) in grote lijnen.

Convenant Wijk en Buurtgericht Werken in de Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht

QUICK SCAN PROGRAMMABEGROTING 2008 LEIDSCHENDAM-VOORBURG EN RIJSWIJK

Burgerparticipatie in Alkmaar. Gemeente Alkmaar

Strategisch Communicatieplan Meedoen in Alblasserdam Augustus 2013

De Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid

De raad van de gemeente Heemskerk; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 december 2017;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 november 2012;

Verordening Wmo-raad gemeente Achtkarspelen

Wijkraad Lent - Rekenkamer Nijmegen

Beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning , "Samen werken aan nieuwe verbanden". 1. Raadsbesluit 2. beleidsplan Wmo

BURGERPARTICIPATIE April 2013 (2 e versie)

Raadsvoorstel. Wij stellen voor: Transformatieagenda Wmo en haar omgeving. besluitvormend de raad van de gemeente Teylingen

REKENKAMERCOMMISSIE HEEMSTEDE

Het Participatiebudget

Implementatieplan interactief beleid

Rekenkamercommissie Gemeente Gennep. Onderzoek naar. communicatiebeleid en burgerparticipatie

De Utrechtse Participatiestandaard

Communicatieplan WMO. Communiceren over de WMO. doen we zo

Strategisch Communicatie Beleidsplan

Wet WIJ: ook de cliënten die gebruik maken van de wet WIJ zullen worden vertegenwoordigd in de cliëntenraad DanDon (art. 12 Wet WIJ).

Rekenkamercommissie Oostzaan

BELEIDSNOTITIE PARTICIPATIERAAD GEMEENTE VENRAY

onderzoeksopzet effecten van subsidies

Zelfevaluatie Rekenkamer Súdwest-Fryslân

Toelichting op de Regeling cliëntenparticipatie Rijswijk

Communicatieplan gemeentelijke herindeling. Bij Hoog en Laag

De gemeenteraad, helder in woord en daad!

Omgevingsvisie Giessenlanden. Plan van aanpak V1.3. Inleiding

Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Zwartewaterland 2015

Externe communicatie ambtelijke samenwerking Beemster- Purmerend

Rekenkamercommissie Jaarverslag 2012

RKC Medemblik Opmeer. Notitie onderzoeksopzet

Gelezen het voorstel van het college d.d. 7 januari 2014, nummer ;

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad

Lokale democratie onder / december 2017

Procesvoorstel co-creatie.

Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek financiële ondersteuning sportverenigingen door de gemeente

Startnotitie Interactieve Beleidsvorming

VRAGENBOOM INTERACTIEF WERKEN [IBO-protocol]

Aanpassingen vergaderstructuur. Voorstel. Inleiding. Toelichting vergaderstructuur

gemeente Bergen op Zoom.

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet)

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING

Beleidsdocument SeniorenRaadBest

Jaarplan periode januari juni

HOE WERKT DE GEMEENTE? Het beïnvloeden van beleid en besluitvorming

Jaarplan 2012 Wmo-adviesraad gemeente Renkum maart

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ADVIES RAAD BRUMMEN

A. INTERACTIEF PLANPROCES

Herstel en rehabilitatie in het licht van herziening zorgstelsel

Communicatieplan WTH Vloerverwarming in het kader van de CO2-Prestatieladder

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot)

Apeldoorn: 15 maart 2010 Referentie: advies besluitvormingsprocessen Europese aanbestedingen.

Raamwerk communicatiebeleid gemeente Heusden

Rekenkamercommissie. Onderzoekprogramma vanaf 2012

Convenant tussen. Stichting Seniorenraad Meierijstad en Brabant Zorg

Jaarverslag 2018 Wmo-adviesraad Leiderdorp

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede (eerste fase)

RAADSVOORSTEL. Rekenkamerrapport 'Werk aan de winkel met het re-integratiebeleid. Aan de leden van de raad,

Convenant tussen. Stichting Seniorenraad Meierijstad en. Stichting Welzijn De Meierij

Wet maatschappelijke ondersteuning & Sociale Zaken GEMEENTE WESTVOORNE ADVIESRAAD WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING EN SOCIALE ZAKEN

Onderzoeksplan 2010 Rekenkamercommissie gemeente Alkmaar ONDERZOEKSPLAN 2010 REKENKAMERCOMMISSIE GEMEENTE ALKMAAR

Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 december 2017

Transcriptie:

Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen Commissie voor beleidsonderzoek Quick Scan communicatiebeleid en burgerparticipatie gemeente Vlaardingen juni 2009

Quick Scan communicatiebeleid en burgerparticipatie gemeente Vlaardingen

Samenstelling Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen: Voorzitter: de heer P. Buisman Plaatsvervangend voorzitter: mevrouw drs. K. Meijer Leden: de heer drs. Th. Bartelse de heer K.J. Borsboom de heer dr. R.J.H. Gilsing de heer R. van Harten de heer F. van Oosten Secretaris: de heer J. Pegtel Onderzoekers Van de Lokale Rekenkamer: drs. H.M. (Maarten) Hoogstad drs. E. (Eelke) Horselenberg drs. A.B.H. (Annemarie) Blakborn D.M.O. (Donovan) Karamat Ali M.Sc drs. A.L. (Lauryan) Bakker Datum juni 2009

INHOUD VOORWOORD... 7 1 ONDERZOEK NAAR COMMUNICATIEBELEID EN BURGERPARTICIPATIE... 9 1.1 Aanleiding... 9 1.2 Belangrijke definities... 9 1.3 Doelstelling en vraagstelling... 11 1.4 Normering... 12 1.5 Onderzoeksaanpak en leeswijzer... 12 2 HET BELEID VOOR COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE... 13 2.1 Inleiding... 13 2.2 Communicatie... 13 2.3 Burgerparticipatie... 16 2.4 Resumé... 19 3 DE INVOERING VAN DE WMO... 21 3.1 Inleiding... 21 3.2 Het communicatieplan... 22 3.3 De uitvoering... 25 3.4 Resumé... 28 4 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN... 31 4.1 Inleiding... 31 4.2 Conclusies... 31 4.3 Aanbevelingen... 32

BIJLAGEN BIJLAGE 1 - NORMENKADER... 36 BIJLAGE 2 - ONDERZOEKSAANPAK (DOOR ONDERZOEKSBUREAU)... 38 BIJLAGE 3 - GERAADPLEEGDE DOCUMENTEN... 40 BIJLAGE 4 - GEÏNTERVIEWDE PERSONEN... 41

Voorwoord Communicatie en Burgerparticipatie zijn aspecten die in de dagelijkse praktijk van een gemeente een steeds belangrijkere rol spelen. Dikwijls valt of staat een project of een activiteit bij een (niet) goede invulling daarvan. De Lokale Rekenkamer, een organisatie die in opdracht van rekenkamer(s)commissies onderzoeken verricht, heeft in 2008 aangekondigd een zogenaamd DoeMee onderzoek te starten naar communicatie van en burgerparticipatie bij lokale projecten of activiteiten. Rekenkamercommissies konden intekenen om aan dat onderzoek, dat landelijke dekking zou moeten krijgen, mee te doen. Voordeel van een dergelijk DoeMee onderzoek is dat er benchmarkgegevens beschikbaar zouden komen. Daarmee kan een gemeente ook beoordelen hoe zij scoort ten opzichte van andere (vergelijkbare) gemeenten. De RKC Schiedam-Vlaardingen heeft besloten, voor beide gemeenten, aan dit onderzoek mee te doen en daarbij als case gekozen voor De invoering van de WMO. Het feitelijk onderzoek is uitgevoerd door onderzoekers van De Lokale Rekenkamer. De RKC heeft het onderzoek gecoördineerd en begeleid en tevens deelgenomen aan het merendeel van de afgenomen interviews. Wij bieden u thans het onderzoeksrapport met de daarbij behorende conclusies en aanbevelingen aan. Wij spreken het vertrouwen uit dat deze zullen bijdragen aan een verbetering van het communicatiebeleid. De benchmark-gegevens zijn door De Lokale Rekenkamer in de vorm van een DoeMee bode opgesteld. Deze bieden wij separaat aan. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 7

RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 8

1 Onderzoek naar communicatiebeleid en burgerparticipatie 1.1 Aanleiding Communicatie staat in het middelpunt van de belangstelling. Er is steeds meer belangstelling voor communicatie. De manier van communiceren is veranderd. Er zijn steeds meer communicatiekanalen bijgekomen. Bij gemeenten is de toegenomen aandacht voor communicatie goed te merken. Citymarketing is een essentieel beleidsthema voor ambitieuze gemeenten en wethouders. Raadsleden volgen een communicatietraining en vrijwel alle gemeentelijke websites gaan op de schop om de digitale dienstverlening te verbeteren. Gemeenten zagen communicatie vroeger vooral als voorlichting. Aan burgers werd meegedeeld welke besluiten de gemeente had genomen. Vanaf de jaren 70 kwam er door de toenemende invloed van media en door mondigere burgers steeds meer behoefte aan tweezijdige communicatie. Dialoog, interactie, participatie en wisselwerking zijn daarbij van belang. Tweezijdige communicatie is nu vanzelfsprekend. In de afgelopen jaren is de daadwerkelijke inbreng van burgers steeds belangrijker geworden. Burgerparticipatie wordt als doel opgenomen in collegeprogramma s en verordeningen. Maar lukt het ook om burgers echt te betrekken bij het beleid? En horen burgers ook nog wel eens wat er met hun inbreng is gedaan? Is het beleid van het gemeentebestuur wel voldoende effectief? Door de actualiteit, de politiek-bestuurlijke interesse en de duidelijke relatie met burgers, is communicatie een uitermate geschikt onderwerp voor rekenkameronderzoek. Belangrijke redenen voor de Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen om een onderzoek naar dit onderwerp uit te voeren. 1.2 Belangrijke definities In dit onderzoek hanteert de commissie de volgende definitie van communicatie: Het informatieverkeer tussen gemeente en burgers over voorgenomen beleids- en besluitvormingsprocessen. Een ander belangrijk begrip in dit onderzoek is de effectiviteit. In relatie met communicatie verstaan wij hier het volgende onder: Het communicatieproces realiseert de doelen die het op basis van het communicatieplan of het specifiek beleidskader moest realiseren (bijv. tot een gedeelde visie komen, creëren van draagvlak, komen tot een gezamenlijk besluit). RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 9

Meerdere niveaus van burgerparticipatie De overheid wordt democratisch aangestuurd. De belangen, verwachtingen en wensen van burgers zouden centraal moeten staan. Toch klinkt er in de afgelopen jaren de kritiek dat de afstand tussen burgers en de democratisch verkozen volksvertegenwoordigers, (te) groot is geworden. Participatieladder Informeren Raadplegen Adviseren Coproduceren Meebeslissen Zelfbeheer Laag niveau van participatie Hoog niveau van participatie Spanning in interactie, Instituut voor Publiek en Politiek, december 1998 Een manier om de kloof tussen burgers en beleidsmakers te verkleinen, is burgers te laten participeren in het beleids- en besluitvormingsproces. Door burgers te betrekken bij dit proces, wordt de effectiviteit verbeterd en het draagvlak van het besluit vergroot. Niet in ieder traject heeft de burger evenveel invloed op het te ontwikkelen beleid. De mate van invloed van varieert van informeren (weinig invloed) tot zelfbeheer (zeer veel invloed). Veel organisaties hebben daarom een participatieladder ontwikkeld waarmee het participatieniveau kan worden bepaald (oorspronkelijk ontwerp is van Arnstein, 1969). Burgerparticipatie heeft de afgelopen jaren een andere verschijningsvorm gekregen De verschillende manieren waarop burgers de afgelopen decennia participeren zijn door Van der Heijden e.a. (Help! Een burgerinitiatief 1 ) gecategoriseerd in drie generaties burgerparticipatie. Bij de eerste generatie was vooral de overheid zelf aan zet. De gemeente bereidde een besluit voor, nam een beslissing en informeerde burgers achteraf over de uitkomsten en de consequenties. Als burgers de mogelijkheid krijgen om vóóraf mee te denken over beleids- en besluitvorming, is er sprake van tweede generatie burgerparticipatie. Bij de tweede generatie burgerparticipatie worden er andere eisen gesteld aan communicatie. Het scheppen van de juiste verwachtingen en het geven van adequate feedback zijn hierbij essentieel, er is immers meer sprake van tweerichtingsverkeer. Bij de invoering van de Wmo maakte deze vorm van burgerparticipatie (interactieve beleidsvoering) een wezenlijk onderdeel uit van de beleidsfilosofie. Recent is de derde generatie burgerparticipatie geboren. Het echte initiatief ligt niet langer bij de gemeente, maar bij burgers en instellingen zelf. De overheid faciliteert vooral bij deze initiatieven. Als burgers participeren is communicatie van cruciaal belang In dit DoeMee-onderzoek onderzoekt de commissie de doeltreffendheid van communicatie bij interactieve beleidsvorming, oftewel de tweede generatie burgerparticipatie. Bij deze trajecten betrekt de gemeente inwoners actief bij het maken van plannen en beleid. Communicatie is daarbij essentieel. Veel gemeenten hebben de afgelopen jaren een Verordening burgerparticipatie vastgesteld om de werkwijze bij burgerparticipatie te regelen. Dit is op grond van ex. artikel 150 van de Gemeentewet zelfs verplicht. Ook Vlaardingen heeft, al sinds 1979, een dergelijke verordening. De huidige verordening dateert uit 2005. 1 Dit is een uitgave van InAxis, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, ISBN: 978-90-5414-121-1, april 2007. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 10

Een succesvol verloop van participatietrajecten is van belang voor de volksvertegenwoordigende rol van de raad. Daarmee kan de raad recht doen aan de inbreng van burgers. Informatie van burgers is essentieel om kaders voor het beleid te stellen, maar ook om de controlerende functie goed uit te kunnen oefenen. 1.3 Doelstelling en vraagstelling De doelstelling van dit onderzoek is: Inzicht geven in de effectiviteit van de communicatie met burgers bij interactieve beleidsvormingsprocessen van de gemeente Vlaardingen. De centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek luidt: Wat doet de gemeente Vlaardingen aan communicatie bij interactieve beleidsvormingsprocessen en wordt hiermee het beoogde doel bereikt? Deze centrale onderzoeksvraag is nader gespecificeerd in deelvragen. De deelvragen gaan achtereenvolgens in op het algemene communicatiebeleid van de gemeente, op de kaders voor burgerparticipatie en op de communicatie rond één specifiek project in de gemeente. Algemeen beleid 1. Heeft de gemeente Vlaardingen een actueel communicatiebeleid geformuleerd waarin de algemene uitgangspunten van zijn communicatie zijn omschreven? Burgerparticipatie 2. Heeft de gemeente Vlaardingen kaders gesteld ten aanzien van burgerparticipatie waarin specifiek aandacht is voor communicatie? 3. Zo ja, passen die binnen de kaders van het algemene communicatiebeleid? Projectcase beleid en plan 4. Is er voor het gekozen project een actueel communicatieplan vastgesteld? Projectcase in de praktijk 5. Wat is de boodschap die de gemeente communiceert? 6. Met de inzet van welke communicatiemiddelen heeft de gemeente met burgers gecommuniceerd? 7. Wat is de kwaliteit van de communicatiemiddelen die de gemeente heeft ingezet? 8. Worden met de ingezette communicatiemiddelen de beoogde doelen bereikt? a. Zijn de betrokken burgers geïnformeerd over de resultaten van het project? b. Hoe beoordelen betrokken burgers de communicatie met de gemeente? Resultaat 9. Op welke punten zijn op basis van de bevindingen verbeteringen mogelijk? De onderzoeksperiode betreft de invoering van de Wmo. De aanloop naar de invoering startte in 2005 en liep tot medio 2008. De uitvoering is niet onderzocht, wel wordt een doorkijkje gemaakt naar de huidige stand van zaken. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 11

1.4 Normering De RKC hanteert bij dit onderzoek verschillende normen. Het communicatiebeleid en de burgerparticipatie is getoetst aan de volgende normen: Er is sprake van een actueel communicatiebeleid waarin de algemene beleidsuitgangspunten van communicatie zijn omschreven en vastgelegd als basis voor de uitvoering. Er is sprake van een actueel kader voor burgerparticipatie waarin specifiek aandacht is voor de communicatie met burgers. Er is sprake van een afgewogen en onderbouwde communicatiestrategie. Er is sprake van een heldere communicatieboodschap die duidelijk wordt gecommuniceerd. De opbrengsten van de participatie zijn onderbouwd, herleidbaar afgewogen en teruggekoppeld aan de betrokkenen. Een toelichting op het normenkader is als bijlage 1 aan het rapport toegevoegd. 1.5 Onderzoeksaanpak en leeswijzer Het onderzoek bestond uit verschillende fasen. In fase 1 zijn de kaders rond communicatiebeleid en burgerparticipatie beschreven en geanalyseerd. De bevindingen staan in hoofdstuk 2. Fase 2 bestond uit een casestudy. In deze fase is in kaart gebracht welk communicatiebeleid er geformuleerd is voor het geselecteerde project, hoe dit in de praktijk is uitgevoerd en hoe dit door betrokken belangenorganisaties is ervaren. Hiervoor zijn beschikbare communicatie-uitingen bestudeerd, interviews gehouden met betrokken ambtenaren en telefonisch enkele vertegenwoordigers uit de regionale klankbordgroep benaderd. De bevindingen uit deze fase zijn opgenomen in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 bestaat uit de conclusies en aanbevelingen. Een uitgebreide beschrijving van de onderzoeksaanpak is opgenomen in bijlage 2. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 12

2 Het beleid voor communicatie en burgerparticipatie 2.1 Inleiding Voor de gemeente Vlaardingen bestaat het beleidskader voor communicatie en burgerparticipatie uit een aantal beleidsdocumenten. Een overzicht van de bestudeerde documenten is opgenomen in bijlage 3. In dit hoofdstuk is het relevante beleid bekeken aan de hand van de vooraf geformuleerde normen. 2.2 Communicatie Voor het communicatiebeleid in Vlaardingen is het Beleidsplan Communicatie (uit 2001) het belangrijkste document. Daarnaast staan er doelen in de programmabegrotingen van de afgelopen jaren die betrekking hebben op communicatie. Beleidsplan communicatie In de gemeente Vlaardingen is op 25 september 2001 door het college een beleidsplan communicatie vastgesteld met de titel Hallo, contact!. Daarna heeft de raadscommissie Algemene Bestuurlijke Zaken kennisgenomen van dit beleidsplan op 15 oktober 2001. Het plan is niet door de raad vastgesteld. In het beleidsplan communicatie staat de volgende visie voor de gewenste gemeentelijke communicatie omschreven: De Gemeente Vlaardingen is een transparante en zelfbewuste organisatie, waarvan de medewerkers en bestuurders open communiceren en contact maken met de Vlaardingers voor wie zij werken. 2 De bij deze visie behorende missie is omschreven als: De communicatiespecialisten stimuleren, enthousiasmeren en faciliteren hun bestuurders en collega s om de communicatievisie na te leven. Zij signaleren en adviseren communicatiedeskundigheid met als doel het contact tussen de organisatie en de Vlaardingers zo goed mogelijk te laten verlopen. 3 In het beleidsplan maakt de gemeente een onderscheid tussen: corporate communicatie interne communicatie public relations voorlichting interactieve beleidsvorming issue- en crisismanagement 2 Beleidsplan communicatie Hallo, contact! 2001, pp. 5. 3 Beleidsplan communicatie Hallo, contact! 2001, pp. 5. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 13

stadspromotie Per aspect licht de gemeente de specifieke relatie met het instrument communicatie toe en stelt enkele aanbevelingen voor. Een aanbeveling is bijvoorbeeld het investeren in een gemeentelijke informatietelefoonnummer en een publieksinformatiebalie, waar vragen van burgers worden beantwoord, waar folders, gemeentegidsen en ander informatiemateriaal kunnen worden besteld en waar correct wordt doorverwezen. Enkele aanbevelingen zijn in het beleidsplan vertaald naar projecten waarvoor een concrete aanpak is geformuleerd. Een voorbeeld hiervan is het project Public relations: Leer je eigen plek, Vlaardingen en de Vlaardingers kennen. Hierbij staat het volgende omschreven: Doel: Vergroten van de zelfkennis (plek in de organisatie) en de kennis van Vlaardingen om het contact met de Vlaardingers te bevorderen Wat: Organisatie faciliteren en stimuleren bij het leren kennen van de organisatie, de eigen plek/rol erin én de stad Trekker: Project introductie nieuwe medewerkers Wie: Project introductie nieuwe medewerkers; dit project heeft de huidige medewerkers als doelgroep in een vervolgstadium Prioriteit: Indicatie start project: 2e kwartaal 2002 4 Interactieve beleidsvorming Het beleidsplan Hallo, contact! gaat ook in op interactieve beleidsvorming. Voor interactieve beleidsvorming wil de gemeente de volgende boodschap uitdragen: De gemeente is een transparante organisatie die Vlaardingers wil betrekken bij verschillende fasen van beleidsvorming en uitvoering. 5 De gemeente geeft in het beleidsplan aan dat zij het instrument interactieve beleidsvorming nog verder moet ontwikkelen. Volgens de gemeente is het belangrijk voor het slagen van een interactieve beleidsvorming om duidelijkheid te hebben over de rol van de gemeente, de geschiktheid van onderwerpen, de rol van betrokkenen, de besluitvorming en de terugkoppeling naar de deelnemers. 6 In het beleidsplan is ten slotte een informatie opgenomen over de prioriteiten, benodigde capaciteit en middelen. Het is opmerkelijk dat in het document vermeld staat dat het nog niet duidelijk is wanneer en op welke terreinen extra mensen en middelen nodig zijn om de ambities uit het plan te realiseren. 4 Beleidsplan communicatie Hallo, contact! 2001, pp. 20. 5 Beleidsplan communicatie Hallo, contact! 2001, pp. 14. 6 Beleidsplan communicatie Hallo, contact! 2001, pp. 15. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 14

Programmabegrotingen In de programmabegroting 2008-2011 komt communicatie bij verschillende beleidsterreinen naar voren, zoals bij externe veiligheid en rampenbestrijding en bij welzijn en zorg. In de paragraaf Bedrijfsvoering staat dat de gemeente Vlaardingen op basis van een communicatieagenda burgers, bedrijven, instellingen en pers wil informeren over het beleid en de uitvoering. De gemeente wil, waar dat kan, burgers, bedrijven en instellingen in een vroeg stadium betrekken bij het beleid en de uitvoering. Daartoe heeft de gemeente in 2008 hernieuwde aandacht gegeven aan de reguliere communicatie met burgers. 7 De programmarekening over 2008 is ten tijde van het opstellen van dit document nog niet bekend bij de RKC zodat daar niet op kan worden ingegaan. In de programmabegroting 2009-2012 staat omschreven dat de gemeente het instrument communicatie inzet om beleidsdoelen te ondersteunen. De gemeente wil communicatie in het hart van het beleid plaatsen om hiermee een basis te leggen voor een goede relatie met burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties. In 2009 richt de gemeente zich dan ook op de volgende drie punten: 1. Communicatie in het hart van het beleid; 2. Visie op nieuws in relatie tot de bestaande en de te ontwikkelen communicatiemiddelen; 3. Professionaliseren van de Communicatie. 8 De sectie communicatie De afgelopen jaren was de sectie communicatie gekoppeld aan de verschillende diensten binnen de ambtelijke organisatie. De sectie had een faciliterende rol in de organisatie. Sinds 2008 is de sectie communicatie gekoppeld aan het college en heeft de sectie meer een strategische rol. Uit het Afdelingswerkplan van Concernondersteuning voor 2009 blijkt dat de gemeente communicatie inzet om het bereiken van beleidsdoelen te ondersteunen. 9 De sectie communicatie heeft als visie voor communicatie opgenomen dat in 2009 de bestuurders, het management en de projectleiders zich integraal verantwoordelijk voelen voor communicatie. Daarnaast wil de sectie dat in ieder college- en raadsvoorstel een communicatieparagraaf is opgenomen en dat de gemeente van te voren een communicatieadvies heeft opgesteld die afgestemd is met de sectie. Omdat dit plan recentelijk is vastgesteld is het nog niet na te gaan of dit ook daadwerkelijk gebeurt. Griffie Volgens de geïnterviewden heeft de griffie voor communicatie van de raad een initiërende rol. De griffie verzorgt informatie via verschillende kanalen en werkt hierbij samen met de sectie Communicatie. Informatie van of over de raad verzorgt de griffie via de gemeentelijke pagina in het huis-aan-huis blad, billboards, de gemeente website, een digitale nieuwsbrief en de televisie. Via deze kanalen informeert de raad burgers over de agenda, genomen besluiten en nieuws. Via Vlaardingen TV en de lokale omroep Vlaardingen is de raadsvergadering live te volgen en wordt er een samenvatting uitgezonden. Op de gemeentelijke website kunnen burgers de samenvattingen, verslagen en vergaderingen van de raad en commissies bekijken. Ook alle relevante stukken voor 7 Programmabegroting 2008-2011, pp. 109. 8 Programmabegroting 2009-2012, pp. 122. 9 Afdelingswerkplan 2009 Concernondersteuning, pp. 11. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 15

vergaderingen zet de griffie op internet. De griffie maakt voor haar werkzaamheden gebruik van een communicatieplan. Dit plan stamt uit 2006. Ten tijde van het opstellen van dit rapport wordt gewerkt aan het opstellen van een communicatieplan 2009/2010. In dit plan gaat het met name om de strategie, de boodschap en de doelgroepen. 2.3 Burgerparticipatie Het belangrijkste document in het kader van dit onderzoek is de Startnotitie Burgerparticipatie. Ten slotte heeft de gemeente verschillende instrumenten tot zijn beschikking voor participatie van burgers. Deze punten worden achtereenvolgens aangegeven. Startnotitie Burgerparticipatie (2004) De Startnotitie Burgerparticipatie Werken aan Interactie is op 16 november 2004 door het college vastgesteld en vervolgens gepresenteerd aan de raad. In het document staat beschreven dat de werkprocedures voor burgerparticipatie met een protocol voor de keuze tussen participatieniveaus eind 2005 aan de raad zou worden aangeboden. De RKC heeft niet kunnen achterhalen of het protocol is opgesteld, noch of en wanneer dit door de raad of het college is vastgesteld. In de startnotitie definieert de gemeente burgerparticipatie als: Een manier van werken waarbij de overheid rechtstreeks met individuele burgers en belanghebbenden in contact treedt om op deze manier inzage te krijgen in de inzichten, ervaringen, wensen en belangen van de burgers met als doel de kwaliteit van het beleid, de besluiten en/of de uitvoering te verbeteren. 10 Vervolgens onderscheidt de gemeente drie doelen waar burgerparticipatie toe moet leiden: Burgers betrekken bij besluiten die voor het algemene belang worden genomen. Participanten krijgen nieuwe inzichten in en mogelijk meer begrip voor elkaars wensen, behoeften en standpunten. Dit verbetert de kwaliteit van gekozen oplossingen. Vergroting van de sociale cohesie in een wijk of gemeente. 11 In de startnotitie staat dat de gemeente verschillende modellen kan gebruiken wanneer er besloten is tot burgerparticipatie. Er zijn vijf niveaus waarbij de mate van participatie van burgers toeneemt. Deze vijf niveaus zijn: - informeren; - raadplegen, - adviseren; - coproduceren/partnerschap en - zelfontwikkeling. 10 Startnotitie Burgerparticipatie Werken aan Interactie 2004, pp. 5. 11 Startnotitie Burgerparticipatie Werken aan Interactie 2004, pp. 5. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 16

In de startnotitie staat ook dat bij de keuze van een participatieniveau de gemeente een keuze dient te maken voor de inzet van communicatiemiddelen. In onderstaand schema uit de startnotitie zijn de participatieniveaus verder uitgewerkt. 12 Tabel 2.1 Participatieniveaus Gebiedsgerichte klankbordgroepen en leefbaarheidsplatforms Uit de interviews blijkt dat het college burgerparticipatie als prioriteit heeft bestempeld. Voor burgerparticipatie heeft de gemeente op verschillende manieren aandacht. Er is bijvoorbeeld een gebiedsmanager aangesteld die zich met burgerparticipatie bezighoudt. Het college heeft na een motie van de gemeenteraad gebiedsgerichte klankbordgroepen voor de hele gemeente ingericht, die zich met herstructurering bezig zullen houden. Bij een stedelijke informatieavond over het Actieplan Wonen konden geïnteresseerden bewoners zich aanmelden voor een klankbordgroep. De gemeente Vlaardingen bestaat uit vijf gebieden, waarvoor afzonderlijke klankgroepen zijn ingericht. Deze vijf klankbordgroepen hebben een advies kunnen geven op een basis gebiedsvisie die door de gemeente was opgesteld. Voor dit advies zijn de klankbordgroepen ongeveer zes keer bijeengekomen. Het advies van de klankbordgroepen is uiteindelijk zichtbaar gebleven bij de uiteindelijke gebiedsvisies, die gemeente heeft vastgesteld. Op basis van de vijf gebiedsvisies moet de gemeente nog een overkoepelende stedelijke visie vaststellen. De gemeente heeft ook aandacht voor burgerparticipatie bij leefbaarheidsplatforms. Deze platforms zijn nog niet voor alle gebieden van de stad ingericht. In de platforms zitten inwoners en verschillende instellingen, zoals politie, opbouwwerk, zorginstellingen, corporaties en onderwijs. De 12 Startnotitie Burgerparticipatie Werken aan Interactie 2004, pp. 7. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 17

platforms proberen de leefbaarheid in de gebieden op peil te houden en te verbeteren. Dit doen de platforms door onder andere het afstemmen van activiteiten, prioriteiten stellen en het opstellen en uitvoeren van een leefbaarheidsprogramma. Dit is een jaarwerkplan voor het fysieke en sociale beheer van het gebied, waarin de activiteiten van de deelnemers aan mede op basis van wensen van bewoners zijn gebundeld. De leefbaarheidsplatforms komen in de regel vier keer per jaar bijeen. Om in gesprek te komen met de Vlaardingse bewonersplatforms, heeft het gemeentebestuur de Vlaardingse bewonersorganisaties uitgenodigd voor een Dag van de Burgerparticipatie. De doelen van deze dag, gehouden in december 2008 en tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de bewonersorganisaties, waren: kennismaking, discussie en het bieden van een platform aan de bewonersorganisaties om zich te presenteren. De gemeente streeft ernaar om elk jaar een Dag van de Burgerparticipatie te organiseren. Een ander voorbeeld waar de aandacht voor burgerparticipatie uit blijkt betreft de raadsvoorstellen. In raadsvoorstellen maakt het college een afweging voor het niveau van burgerparticipatie. Ten slotte hebben een groot deel van de gemeentelijke medewerkers een training voor burgerparticipatie gehad. Naast theorie is ook in de trainingen de nadruk gelegd op de praktijk, waarbij bijvoorbeeld aandachtspunten bij de participatie van burgers aan bod zijn gekomen. Contact met uw gemeenteraad De raad heeft verschillende middelen om burgers te betrekken. De gemeente heeft een folder Contact met uw gemeenteraad (mei 2008) waarin alle momenten en manieren staan hoe burgers met de raad in contact kunnen komen. Burgers kunnen in de beleidscyclus participeren. De vergadercyclus biedt daar ruimte voor. Een keer in de drie weken organiseert de gemeente een sprekersplein voorafgaand aan de commissievergadering waar burgers over alle onderwerpen kunnen inspreken. Uit de interviews blijk dat burgers hier niet veel gebruik van maken. Het is de RKC niet duidelijk geworden wat daar de oorzaak van is. Burgers kunnen ook een concrete vraag bespreken met één of meer raadsleden, zichzelf als gast van de raad aanmelden. Daarnaast organiseert de gemeente werkbezoeken om in contact te komen met burgers en wordt burgers en organisaties de mogelijkheid geboden om een presentatie aan de raad te geven. 13 Verordening Burgerinitiatief Een ander middel van de raad betreft het burgerinitiatief. In 2003 heeft de raad de Verordening Burgerinitiatief Vlaardingen vastgesteld. Om een geldig initiatief in te dienen zijn er 74 handtekeningen nodig. Van dit initiatief is tot op heden drie keer gebruik gemaakt. Eén van deze burgerinitiatieven heeft geleid tot de instelling van een federatie voor gebruikers van het poldergebied De Broekpolder. Deze federatie wordt nu als volwaardig gesprekspartner betrokken bij de ontwikkeling van het gebied. De overige burgerinitiatieven hebben geen vervolg gekregen, omdat dit meer uitvoeringszaken betroffen. 13 Folder Contact met uw gemeenteraad, zes uitnodigingen voor een gesprek RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 18

De gemeente maakt de mogelijkheid voor het indienen van een burgerinitiatief kenbaar in de folder Contact met u gemeenteraad en op de website. Op de website geeft de gemeente een toelichting, staat de verordening en is een formulier te downloaden waarmee een burgerinitiatief ingediend kan worden. 2.4 Resumé Het belangrijkste beleidsdocument voor communicatie is het beleidsplan communicatie. Het beleidsplan communicatie is door het college vastgesteld in 2001, een raadscommissie heeft daarvan kennisgenomen. De doelen en uitgangspunten van het beleidsplan van de gemeente Vlaardingen zijn geformuleerd als een visie en een missie. De doelen van het communicatiebeleid zijn in het beleidsplan toegelicht en verbijzonderd naar verschillende subdoelen. Deze zijn echter niet tijdgebonden of meetbaar geformuleerd. Uit het document is niet af te leiden wanneer het doel behaald moet zijn en zijn er geen bijbehorende indicatoren aangewezen. In het beleidsplan zijn enkele projecten uitgewerkt en is aangegeven wie wat precies gaat uitvoeren en wie daarvoor verantwoordelijk is. Deze projecten zijn echter niet tijdsgebonden geformuleerd, er is alleen een indicatie van de startdatum gegeven. Het communicatiebeleid gaat ook in op interactieve beleidsvorming. Als voorwaarde voor het slagen van interactieve beleidsvorming moet er duidelijkheid zijn over de rol van de gemeente, de geschiktheid van onderwerpen, de rol van betrokkenen, de besluitvorming en de terugkoppeling naar de deelnemers. Ten slotte staat in het plan vermeld dat het niet duidelijk is wanneer en op welke terreinen extra mensen en middelen nodig zijn om de ambities uit het plan te realiseren. Het belangrijkste beleidsdocument voor burgerparticipatie is de startnotitie die in 2004 is opgesteld. Het is onduidelijk of dit document door de raad of het college is vastgesteld. De doelen in de startnotitie zijn eenduidig geformuleerd. De gemeente maakt een onderscheid in niveaus van participatie en stelt dat de keuze voor de inzet van middelen daar ook afhankelijk van is. De activiteiten die de gemeente met burgerparticipatie uitvoert duiden op een serieuze intentie om de burgers van Vlaardingen meer en eerder bij beleid te betrekken. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 19

Norm Beoordeling Er is sprake van een actueel communicatiebeleid waarin de algemene beleidsuitgangspunten van communicatie zijn omschreven en vastgesteld als basis voor de uitvoering. Onvoldoende. Het beleidsplan communicatie is ruim 7 jaar oud. De doelen en uitgangspunten van het beleidsplan zijn geformuleerd als een visie en een missie. In het beleidsplan zijn slechts enkele projecten uitgewerkt. Onduidelijk is wanneer en op welke terreinen extra mensen en middelen nodig zijn om de ambities uit het plan te realiseren. Er is sprake van een actueel kader voor burgerparticipatie (participatieplan) waarin specifieke aandacht is voor de communicatie met burgers. Matig. Er is geen actueel kader voor burgerparticipatie. De startnotitie is ruim 4 jaar oud. De doelen zijn in de startnotitie eenduidig geformuleerd. De gemeente maakt onderscheid tussen verschillende niveaus van participatie, waarvoor verschillende communicatiemiddelen kunnen worden ingezet. De gemeente voert een aantal activiteiten uit waarin het belang dat de gemeente hecht aan burgerparticipatie duidelijk wordt. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 20

3 De Invoering van de Wmo 3.1 Inleiding Op 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van kracht geworden. Middels deze wet heeft het kabinet gemeenten de verantwoordelijkheid gegeven ervoor te zorgen dat iedereen actief kan deelnemen aan de samenleving door middel van het vergroten van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid. Het kabinet heeft in de Wmo negen prestatievelden gedefinieerd die de basis moeten vormen van het Wmo-beleid: 1. het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten; 2. op preventie gerichte ondersteuning aan jongeren met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden; 3. het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning; 4. het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; 5. het bevorderen van deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem; 6. het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer; 7. het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang; 8. het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ), met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen; 9. het bevorderen van verslavingsbeleid. De gemeenten Schiedam, Maassluis en Vlaardingen besloten om enkele prestatievelden gezamenlijk op te pakken. Vervolgens zijn drie inhoudelijke regionale projecten opgericht, namelijk Individuele verstrekkingen, Informatie en Advies en Communicatie. De samenwerking is voorbereid door een kwartiermaker Wmo, die adviseerde om de drie bovengenoemde projecten in regionaal verband te organiseren. Dit advies is opgevolgd door de drie gemeenten. Vervolgens is in iedere gemeente een projectleider Wmo aangesteld die zitting nam in de regionale projectgroep Wmo. Deze regionale samenwerking in het Programmateam Maatschappelijke Ondersteuning werd van november 2005 tot eind 2007 gecoördineerd door een regionaal procesmanager. In het Programmateam was iedere projectleider zowel verantwoordelijk voor alle eigen lokale aangelegenheden als de regionaal te regelen zaken. Zo zijn de volgende regionale thema s verdeeld over de drie projectleiders geweest: - de projectleiders van Vlaardingen en Maassluis waren betrokken bij de projectgroep individuele verstrekkingen. In deze projectgroep zijn de thema s hulp bij het huishouden en de verordening maatschappelijke ondersteuning uitgewerkt. werkgroep huishoudelijke hulp. - De projectleider uit Schiedam heeft de projecten informatie en advies (Wmo loket) en regionale communicatie begeleid. - Vlaardingen was ook verantwoordelijk voor OGGZ en verslavingszorg. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 21

De organisatie had de volgende vorm: Figuur 3.1 Projectorganisatie Wmo Regionale Stuurgroep Wmo Wethouders Gemeentesecretarissen Regionaal procesmanager Regionaal Programmateam Wmo Projectleiders Wmo Regionaal procesmanager Werkgroep communicatie Communicatieadviseurs Projectleider Wmo Schiedam Werkgroep individuele verstrekkingen Beleidsmedewerkers Projectleider Wmo Vlaardingen Werkgroep informatie en advies Beleidsmedewerkers Projectleider Wmo Maassluis Regionale klankbordgroep 3.2 Het communicatieplan 14 De drie gemeenten hebben in 2006 gezamenlijk een communicatieplan opgesteld voor de invoering van de Wmo. Uit de interviews blijkt dat de gemeenten dit gezamenlijk hebben opgepakt om expertise te verbeteren, kosten te besparen en een regionale aanpak te onderstrepen. Voor het communicatieplan hebben de drie gemeenten gebruik gemaakt van de landelijke handreiking 15. In het communicatieplan spreken de gemeenten uit dat het van het grootste belang is om de voorbereiding, de organisatie en de uitvoering met alle betrokkenen en belanghebbenden te communiceren. Dit komt ook voort uit de wetgeving van de Wmo. Artikel 11 van de Wmo bepaalt dat burgers door middel van participatie actief betrokken moeten worden bij de vorming van de Wmo. Het betrekken van inwoners bij de beleidsvoorbereiding is op die manier een van de procesverplichtingen die de Wmo gemeenten oplegt. Daarnaast geven de gemeenten aan dat het belangrijk is om in die communicatie ook uit te stralen dat de drie gemeenten op belangrijke onderdelen samenwerken. 16 14 Samen zorgen we ervoor dat iedereen kan meedoen! Communicatieplan voor de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning in de regio NWN, 2006 15 Uitgaven van SGBO nummer 3650/444a, mei 2005. 16 Samen zorgen we ervoor dat iedereen mee kan doen, 2006, pp. 2. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 22

Doelen en doelgroepen Voor de communicatie over de invoering van de Wmo onderscheiden de drie gemeenten in het plan een vijftal doelen: 1. Het informeren van de inwoners en betrokkenen over de invoering van de Wmo en de verandering die dit met zich meebrengt in de drie Nieuwe Waterweg Noord-gemeenten, zodat mensen weten wat dit voor hen betekent en waar ze terecht kunnen voor informatie en/of voorzieningen. 2. Het informeren over de manier waarop de gemeenten burgers en instellingen gaan betrekken bij de beleidsvoorbereiding, zodat zij op het juist moment input kunnen leveren. 3. Het uitwisselen van ideeën, het signaleren van knelpunten en het samen bedenken van oplossingen. Gebruik maken van expertise met externe partners, waardoor het beleid aan kracht wint. 4. Draagvlak en begrip krijgen voor het nieuwe beleid. 5. De doelgroep stimuleren om gebruik te maken van de beschikbare participatiemogelijkheden. 17 Daarnaast onderscheiden de gemeenten verschillende doelgroepen in de Wmo, zoals inwoners, die direct betrokken zijn bij de negen prestatievelden van de Wmo en organisaties, die direct betrokken zijn bij de negen prestatievelden, de overige inwoners van de gemeenten, aanbieders van diensten en producten in de negen prestatievelden en de verschillende gemeentebesturen. De gemeenten onderkennen dat ze tijdens verschillende fasen in het beleidsproces op verschillende manieren en momenten met verschillende doelgroepen moeten communiceren. De gemeenten maken in het communicatieplan onderscheid tussen verschillende soorten van participatie per beleidsfase: Visievorming en beleidsvoorbereiding In deze fase wil de gemeente achterhalen welke knelpunten er zijn binnen het huidige beleid, welke voorzieningen er ontbreken, maar vooral ook wat er wel goed werkt. Vaststellen van beleidsplan en verordeningen In deze fase wil de gemeente de meningen van burgers en belangenorganisaties betrekken bij de beleidsvoorbereiding. Uitvoering, evaluatie en benchmark In deze fase wil de gemeente nagaan hoe het uitvoeren van het nieuwe beleid in de praktijk werkt. 18 17 Samen zorgen we ervoor dat iedereen mee kan doen, 2006, pp. 2. 18 Samen zorgen we ervoor dat iedereen mee kan doen, 2006 pp. 5, 6. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 23

Communicatiemiddelen De gemeente Vlaardingen wil zo veel mogelijk via de zogenaamde gangbare kanalen communiceren. De gemeenten maken op basis van de indeling in verschillende doelgroepen van het communicatiebeleid onderscheid in communicatiemiddelen. Algemene informatie zal de gemeente via artikelen in de lokale huis-aan-huisbladen en de gemeentelijke websites verstrekken. Informatie aan de zogenaamde direct betrokkenen, de cliënten, wil de gemeente zo veel mogelijk via brieven en brochures verstrekken. Informatieverstrekking aan gemeenteraadsleden zal gebeuren via een nieuwsbrief. De gemeente wil per beleidsfase verschillende middelen selecteren. In een planning is opgenomen de periode, de doelgroep, de boodschap en de middelen en het niveau van participeren (informeren, raadplegen, adviseren, meedenken, besluitvorming, consulteren). Een voorbeeld hiervan is: Tabel 3.2 Voorbeeld uit de planning Periode Onderwerp Doelgroep Status Kernboodschap Middelen Januaridecember Voorlichting over: Alle Informeren WMO: Persberichten en 1. Ontwerp doelgroepen veranderingen op artikelen in eigen 2006 kaderplan (in- en extern) komst media maatschappelijke Kerngedachte (gemeentepagina, ondersteuning; achter WMO internet etc.) 2. Informatie & (allemaal advies; meedoen) 3. Individuele verstrekkingen. In de fase visievorming en beleidsvoorbereiding wil de gemeente Vlaardingen een enquête of behoeftemeting afnemen. Daarnaast vormt een informatieavond een onderdeel van deze fase. In de fase van het vaststellen van het beleidsplan en de verordening is de gemeente vooral op zoek naar adviezen, de gemeente kiest hierbij vooral om advies schriftelijk in te winnen. Zowel bij de vertegenwoordigers van de representatieve organisaties als bij de potentiële gebruikers wil de gemeente schriftelijk advies inwinnen over praktische zaken zoals termijnen en voorwaarden. In de derde fase wil de gemeente voortgangsgesprekken houden voeren met betrokken organisaties en instellingen. In de drie afzonderlijke gemeenten is de participatie verschillend georganiseerd. Zo is er in Vlaardingen een Wmo - werkgroep die voorafgaand aan de commissie bijeenkomt en is er een aparte lokale klankbordgroep opgericht. 19 19 Samen zorgen we ervoor dat iedereen mee kan doen, 2006 pp. 7. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 24

3.3 De uitvoering De uitvoering van het communicatieplan is achterhaald aan de hand van interviews met betrokken ambtenaren, het bestuderen van de verrichte communicatie uitingen en het houden van telefonisch interviews onder enkele Vlaardingse vertegenwoordigers uit de regionale klankbordgroep. Hieronder worden als eerste de verschillende communicatie-uitingen beschreven. Daarna wordt dieper ingegaan op de verschenen nieuwsbrief, waarvan de commissie 5 uitgaven heeft ontvangen. Vervolgens wordt de participatie in de regionale klankbordgroep beschreven. Ten slotte wordt, voor de volledigheid, ingegaan op de huidige stand van zaken. Communicatie-uitingen Om burgers te informeren heeft de gemeente verschillende uitingen gedaan. Uit de interviews blijkt dat burgers geïnformeerd zijn over de invoering van de Wmo op verschillende bijeenkomsten. Er zijn verschillende themabijeenkomsten, inspraakbijeenkomsten en presentaties voor de belangenvertegenwoordigers georganiseerd. Deze bijeenkomsten waren zowel regionaal als lokaal. Ook zijn er presentaties voor de gemeenteraad gehouden. Een andere manier van informeren is het verspreiden van posters en folders. Bij de posters werd de boodschap regionaal afgestemd. De posters hadden dezelfde stijl en waren verbijzonderd met het gemeentelogo. Bij elke poster is steeds de term Wmo genoemd. Folders met informatie over de invoering van de Wmo en meest gestelde vragen en antwoorden zijn in verzorgingshuizen en dokterspraktijken opgehangen. Informatie over de Wmo stond ook in de huis-aan-huisbladen en op de gemeentelijke website. Op de gemeentelijke website stonden ook de uitnodigingen voor bijeenkomsten en ook de mogelijkheden voor inspraak op de verordening. Ook was er een webdossier over de Wmo beschikbaar. Wmo Nieuws Met de nieuwsbrief Wmo Nieuws hield het regionaal programmateam Wmo de raadsleden, de klankbordgroep en de partners (aanbieders) op de hoogte van de ontwikkelingen. In totaal zijn er vijf nieuwsbrieven verschenen. Het eerste exemplaar is in mei 2006 verschenen en de laatste in december 2006. De nieuwsbrief is verspreid onder lokale en regionale organisaties die te maken kregen met de nieuwe wet. Deze nieuwsbrieven waren regionaal hetzelfde, met uitzondering van de laatste pagina. Het doel van de nieuwsbrief staat in het Wmo Nieuws omschreven als het informeren van alle betrokkenen en belangstellenden over de inhoud en de consequenties van de Wmo. Ook wordt de rol van betrokken burgers aangestipt. Deels is dit af te leiden uit de teksten en deels staat die expliciet vermeld. In de nieuwsbrief geeft de gemeente aan welke activiteiten waar en wanneer spelen. In de nieuwsbrieven staan bijvoorbeeld de momenten van politieke besluitvorming en de raadsvergaderingen aangegeven, de aankondiging voor discussiebijeenkomsten en themabijeenkomsten, waarvoor iedereen wordt uitgenodigd. Ook staat in de derde nieuwsbrief aangegeven waar burgers hun inspraakreactie op de concept verordening kunnen indienen. In RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 25

enkele nieuwsbrieven is opgenomen waar burgers met vragen of voor verdere informatie terecht kunnen. Daarnaast is in de nieuwsbrieven opgenomen hoe de gemeente omgaat met de inbreng van burgers. Zo staat in de derde nieuwsbrief dat de opmerkingen en vragen die burgers hebben geuit bij de themabijeenkomsten verspreid zullen worden en betrokken worden bij de verdere beleidsvorming. Ook staat beschreven dat de gemeente de resultaten van de inspraakprocedures meeneemt in de definitieve besluitvorming. In de vijfde nieuwsbrief staat dat er een terugblik van de informatiebijeenkomsten in de volgende nieuwsbrief zal komen. 20 Participatie De gemeente onderscheidde voor de invoering van de Wmo verschillende doelgroepen en verschillende boodschappen. In dit onderzoek heeft de RKC voornamelijk gekeken naar de boodschap vanuit het perspectief van de vertegenwoordigers van de belangenorganisaties die in de regionale klankbordgroep zitting hadden. De gemeente wilde voornamelijk burgers en belangenorganisaties betrekken bij de beleidsvoorbereiding van de Wmo. De boodschap bestond dan ook voornamelijk het uitwisselen van ideeën, in kaart brengen van de praktijk en bedenken van verbeteringen. Volgens de benaderde burgers uit de regionale klankbordgroep was het duidelijk welk doel de klankbordgroep had en waar de overleggen toe dienden. De klankbordgroep werd betrokken bij de invoering van de wet. Een ondervraagde geeft aan dat er in het begin enige onduidelijkheid bestond over de wet en dat daarmee het doel van de klankbordgroep ook nog niet geheel duidelijk was. Iedereen die zitting had in de regionale klankbordgroep vertegenwoordigde een belangenorganisatie en was in staat om vanuit zijn of haar aandachtspunten kenbaar te maken en te delen met de achterban. In die zin komt de boodschap van de gemeente overeen met de perceptie van de door de RKC ondervraagde personen (respondenten). Volgens de meesten kwam de klankbordgroep met adviezen bij de invoering van de Wmo. Een ondervraagde geeft aan dat het meer uitwisseling van informatie betrof dan echte adviezen. Bijna alle respondenten geven aan dat de adviezen van de regionale klankbordgroep grotendeels zijn overgenomen. Alle respondenten zijn blij met de informatie die tijdens de overleggen zijn uitgewisseld. De adviezen zijn ook weer door de plaatselijke klankbordgroep en de Wmo-adviesraad meegenomen. Een van de respondenten geeft aan dat de gemeentelijke organisatie ook andere adviezen meenam, zoals van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Een andere ondervraagde geeft aan dat de zorgplicht als herkenbare resultaat naar voren is gekomen. De respondenten vinden dat de verwachtingen, die de gemeente had geschept ten aanzien van de regionale klankbordgroep, zijn waargemaakt. Al tijdens de overleggen vond er terugkoppeling plaats op de adviezen vanuit de gemeente. In de vijfde nieuwsbrief staat een interview met de voorzitter van de regionale klankbordgroep. Hij geeft aan dat hij erg tevreden is over de samenwerking door de drie gemeenten en de rol van de klankbordgroep: 20 Deze nieuwsbrief is niet verstrekt. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 26

Er wordt goed naar ons geluisterd. Weliswaar worden niet al onze adviezen volledig overgenomen, maar ik heb absoluut niet het gevoel dat we voor de show mogen meedoen en dat achter onze rug om alles al is geregeld. Het merendeel van de Vlaardingse vertegenwoordiging in de regionale klankbordgroep is de mening toegedaan dat zij voldoende ondersteuning kregen. Van alle drie gemeenten waren betrokken ambtenaren en soms de desbetreffende wethouders bij de overleggen aanwezig. Als leden van de klankbordgroep vragen hadden, wisten zij hen te benaderen. Suggesties en opmerkingen konden in het overleg van de klankbordgroep gedeeld worden. Ook heeft de regionale klankbordgroep ingesproken bij de vergadering van de gemeenteraad voor vaststelling van de nieuwe wet. De Vlaardingse burgers uit de regionale klankbordgroep beoordelen de communicatie van de gemeente als redelijk tot goed. De ondervraagden geven aan dat burgers geïnformeerd zijn via nieuwsbrieven en informatiebijeenkomsten. De respondenten plaatsen hierbij wel kanttekeningen. Zo wordt aangegeven dat bij de bijeenkomsten voornamelijk de belangenvertegenwoordigers aanwezig waren en niet zo zeer de burgers die uiteindelijk met de wet te maken (kunnen) krijgen. Iemand anders geeft aan dat er nog steeds veel burgers met vragen over de Wmo zijn. Één ondervraagde oppert dat de gemeente juist nu de mogelijkheid heeft om communicatie te verbeteren nu er allerlei beleidsnota s worden vastgesteld die gerelateerd zijn aan de Wmo. Tenslotte haalt een respondent communicatie over het Wmo-loket als verbeterpunt aan. De betrokken instellingen en belangenorganisaties zijn goed geïnformeerd en weten waar ze voor informatie terecht kunnen. Ook de gemeenteraad is goed geïnformeerd. De bekendheid bij burgers valt echter tegen. Uit de interviews blijkt dat niet alle doelgroepen bereikt zijn. Voornamelijk de bekendheid met het Wmo-loket bij alle burgers vinden de geïnterviewden teleurstellend. Onderzoek en evaluatie ROGplus 21 heeft een cliënttevredenheidsonderzoek uitgevoerd in de gemeenten Maassluis, Schiedam en Vlaardingen. Uit dit onderzoek blijkt dat 19% van de ondervraagden uit Vlaardingen het Wmo-loket in de eigen gemeente kent. Enkele conclusies uit dit onderzoek voor de drie gemeenten zijn: 21 ROGplus Nieuwe Waterweg Noord (ROGplus) voert de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit voor de gemeenten Schiedam, Vlaardingen en Maassluis. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 27

Cliënten zijn tevreden over de front-office medewerkers van ROGplus. Schriftelijke informatie over voorzieningen wordt door een bepaalde categorie cliënten niet of nauwelijks begrepen. Telefonische of persoonlijke informatie komt beter over. Cliënten zijn tevreden over de hulpmiddelen. Men is het minst tevreden over de rolstoelen en het meest over woningaanpassingen. Cliënten geven aan dat ze verwachten dat er uitwisseling van informatie tussen de leveranciers van hulpmiddelen en ROGplus plaatsvindt. Er is een groep cliënten die buiten de boot valt, eenzaam is, en weinig afleiding heeft. Huisbezoek wordt door deze groep erg gewaardeerd. 22 Huidige stand van zaken Momenteel is de gemeente bezig met de uitvoering van de Wmo. Uit de interviews blijkt dat de gemeente Vlaardingen de communicatie meer wil richten op de vraag wat burgers nodig hebben. Ook wil de gemeente aangeven waarvoor burgers naar de gemeente kunnen komen. Om dit te verbeteren wil de gemeente onderzoek uitvoeren naar de behoeften van burgers, hun bekendheid met bepaalde voorzieningen, het gebruik dat zij daarvan maken, hun tevredenheid daarover en wat ze eventueel anders zouden willen. In 2009 wil de gemeente onderzoek uitvoeren onder senioren in een aantal wijken. De resultaten zullen op een interactieve manier met een panel van de doelgroep worden besproken. Mogelijk zal hierdoor het beleid en de uitvoering worden aangepast. Als deze methode bevalt, wil de gemeente dit ook met andere doelgroepen gaan doen. De geïnterviewden geven aan dat er vier keer per jaar nog overleg plaatsvindt tussen de wethouders en belangenorganisaties, zoals de ouderenbond. Daarnaast is er de verplichte Wmo-adviesraad ingesteld die bijeenkomt om gevraagd en ongevraagd advies op beleidsstukken te geven. In die zin is de Wmo-adviesraad een opvolger van de regionale klankbordgroep. Ook vindt er nog geregeld overleg plaats tussen de projectleiders Wmo van de drie gemeenten, waar ervaringen en adviezen worden uitgewisseld. 3.4 Resumé De gemeente heeft een uitvoerig communicatieplan voor de invoering van de Wmo opgesteld, waarin de doelen van communicatie zijn omschreven. In het communicatieplan is aandacht voor verschillende niveaus van participatie, verschillende doelgroepen en de rol van communicatie daarin. 22 Cliënttevredenheidsonderzoek 2008, pp. 22, 23. RKC QUICK-SCAN COMMUNICATIE EN BURGERPARTICIPATIE VLAARDINGEN 28