Strategisch Communicatieplan Meedoen in Alblasserdam Augustus 2013

Transcriptie

1 Strategisch Communicatieplan Meedoen in Alblasserdam Augustus 2013 Wendy Hermans Monique Speelman Karin Stevens

2 Inhoudsopgave 1 Meedoen in Alblasserdam Inleiding Ontwikkelingen Visie college van B&W (Sub)doelen Wmo beleid (Deel)projecten Communicatie Pilot Kinderdijk Communicatiedoelstellingen Communicatiestrategie Doelgroepen Communicatieboodschap Middelen Randvoorwaarden voor doeltreffende communicatie: van 8

3 1 Meedoen in Alblasserdam 1.1 Inleiding De Wmo is in 2007 van kracht geworden en valt onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. De Wmo kent (anders dan AWBZ) geen zorgplicht op basis waarvan burgers zorg kunnen claimen, maar geeft de gemeenten een compensatieplicht. Daar waar burgers en hun sociale netwerk de ondersteuning niet kunnen bieden die nodig is om maatschappelijk te participeren, moet de gemeente het gat compenseren door maatschappelijke ondersteuning te bieden. De manier waarop dit gebeurt mogen gemeenten zelf in hun beleid invullen. 1.2 Ontwikkelingen Op landelijk niveau spelen een aantal belangrijke ontwikkelingen die gevolgen hebben voor de Wmo. Er komen taken bij, maar tegelijkertijd wordt de aanspraak op (individuele) voorzieningen ingeperkt. De overheid trekt zich terug en op rijksniveau wordt flink bezuinigd. Dezelfde ontwikkelingen spelen bij de Transitie Jeugdzorg en Transitie Werk en Inkomen. Er is dus minder geld beschikbaar voor de zorg en de sociale zekerheid. De overheid kan niet meer bieden wat zij altijd heeft kunnen bieden. Het is niet meer vragen en hulp krijgen. Er wordt een beroep gedaan op de zelfredzaamheid en het zelforganiserend vermogen van (groepen) mensen. 1.3 Visie college van B&W Het college van B&W zegt in het collegeprogramma over hoofddossier meedoen : Een samenleving kan niet zonder sociale infrastructuur. Naast de kenmerken van het individualisme is er het belang van saamhorigheid en een verbinding met elkaar als groep of individu. Sommigen verbreden hun sociale horizon met behulp van digitale mogelijkheden, maar de meeste mensen ervaren saamhorigheid als met elkaar samenleven. Deze ontwikkeling komt uit de maatschappij en zal ook door de maatschappij vorm gegeven moeten worden. De rol van de overheid is vooral faciliterend aan dit proces. Wij willen dat iedereen meedoet of blijft doen; ook zij die kwetsbaar en eenzaam zijn. 3 van 8

4 Het college van B&W Alblasserdam hanteert in de hoofddossiers een interactieve bestuursstijl waarbij de gemeente de betrokkenheid in de samenleving zoveel mogelijk wil uitbouwen en ondersteunen om zo het zelforganiserend vermogen verder te ontplooien. Het bestuur doet dit door te experimenten en te oefenen met de bestuursstijl om zo te ontdekken wat positief werkt in vertrouwen en verbinden. Pilot Kinderdijk Het college wil deze visie als eerste vormgeven in de wijk Kinderdijk: De inrichting van de wijk Kinderdijk in materiële zin (buurtrenovatie en vestiging van MFC Kinderdijk) is afgerond. De bewoners van de buurt gaan zich als buurt opnieuw vormen. Het college hoopt dat in deze zich hernieuwende samenleving ruimte komt voor elkaar zodat saamhorigheid en meedoen gaan prevaleren boven individualisme en eenzaamheid. In de pilot Kinderdijk zal het college faciliteren om deze kwaliteiten in Kinderdijk te versterken, om van daar uit de maatschappelijke visie van de gemeente verder vorm en inhoud te geven. De behoeften van die lokale samenleving zullen leidend zijn en het gemeentelijk beleid volgend. De resultaten van deze pilot kunnen vervolgens verwerkt worden in het maatschappelijk beleid voor de hele gemeente. Wethouder Ad Cardon over Meedoen in Alblasserdam De Wmo wordt steeds meer van ons allemaal. Bij ondersteuningsvragen wordt eerst gekeken naar de eigen kracht van inwoners en hun netwerk. Alblasserdam kent van oudsher veel vrijwilligers, maar toch denken we dat er nog meer mensen zijn die wat voor elkaar kunnen en willen betekenen. In de wijk Kinderdijk gaan we daarom als gemeente onderzoeken hoe we dat tot stand kunnen brengen. Bijvoorbeeld door ontmoeting te stimuleren met activiteiten van het welzijnswerk (samen eten in het MFC). Ook sociale media kunnen een middel zijn om mensen bij elkaar te brengen. Samen bouwen we verder aan de Wmo! 1.4 (Sub)doelen Wmo beleid De gemeente Alblasserdam heeft voor de invulling van haar Wmo beleid de volgende (sub)doelen geformuleerd: Hoofddoel: Versterking van de sociale infrastructuur in Alblasserdam. Subdoelen: - Versterking van de sociale samenhang in buurten. - Het realiseren van een denkverandering bij professionals en burgers over eigen kracht en verantwoordelijkheid. - Activeren van het zelforganiserend vermogen van de inwoners, maatschappelijke instellingen, organisaties, etc. - Goede communicatie en informatievoorziening richting de burger over verschillende (algemene) voorzieningen. - Meer en betere afstemming tussen de maatschappelijke partners onderling en tussen maatschappelijke partners en gemeente. 1.5 (Deel)projecten Om de (sub)doelen van het Wmo beleid te bereiken heeft de gemeente de volgende (deel)projecten geformuleerd: - Pilot Kinderdijk - Ontwikkeling van een voorziening verlengde eerstelijnszorg - Decentralisatie van AWBZ taken naar de Wmo / nieuwe wet maatschappelijke ondersteuning (regionaal) - (Decentralisatie van de jeugdzorg) - (Participatiewet) 4 van 8

5 Werkwijze De gemeente heeft vooral een spilfunctie en een aanjagende rol in het bereiken van haar doelen. Zij legt de verbindingen tussen partijen, ondersteunt de processen met advies en communicatie, en helpt om de uitvoering te realiseren. We willen partijen met elkaar in contact brengen. Zo zien we van elkaar waar ieder mee bezig is en op welke manieren we bij elkaar kunnen aansluiten. De gemeente en betrokken doelgroepen experimenteren met ideeën om al doende te leren wat het beste werkt. Het is een leerproces; we bekijken samen wat goed werkt en wat niet. We leren van elkaar en met elkaar, we rekenen elkaar niet af. De gemeente begint met haar activiteiten in de wijk Kinderdijk, de Pilot Kinderdijk, dat als voorbeeld dient voor de ontwikkelingen in de rest van Alblasserdam. Het kost tijd om te wennen aan een nieuwe werkwijze. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de maatschappelijke initiatieven zelfstandig gaan draaien, waarbij de gemeente ondersteuning biedt als dat nodig is. Communicatie tussen alle partijen op alle niveaus is de smeerolie van meedoen in Alblasserdam. 5 van 8

6 2 Communicatie Pilot Kinderdijk 2.1 Communicatiedoelstellingen De visie van de gemeente, de projectdoelstellingen en de nieuwe bestuursstijl vormen de uitgangspunten voor de communicatie. - Kennis: de focus ligt op informeren en bewustwording over meedoen in Kinderdijk als ondersteuning van de projectdoelstelling. Door de kennis over de achtergrond, ontwikkeling en voortgang van het project te vergroten, kan communicatie een bijdrage leveren aan de realisatie van de projectdoelstellingen. - Houding: door als gemeente consequent te blijven investeren in informeren over meedoen willen we dat onze doelgroepen een positieve houding hebben ten aanzien van meedoen. - Gedrag: we willen de doelgroepen activeren en faciliteren om meer voor hun omgeving te doen en om meer taken op zich te nemen. Zij moeten aan de slag. We gebruiken in de communicatie het toegankelijkere meedoen in Kinderdijk i.p.v. pilot Kinderdijk. 2.2 Communicatiestrategie Meedoen in Kinderdijk is een project waarbij het zelforganiserend vermogen van de samenleving wordt aangesproken en geactiveerd. De gemeente is een van de partijen in de samenleving en speelt een belangrijke rol in het op gang brengen en ondersteunen van de nieuwe werkwijze. Dit vraagt niet alleen een sterke rol, maar ook een flexibele instelling. Dit is een nieuwe werkwijze voor Alblasserdam, een verdere uitwerking van de nieuwe bestuursstijl. Deze manier van werken vraagt duidelijke kaders en heldere afspraken in de communicatie. Communicatie is de smeerolie in dit project. Het is belangrijk dat de communicatie op alle vlakken soepel verloopt. Het is een leerproces in een nieuwe werkwijze. Alle deelnemers hebben daarin een verantwoordelijkheid. De communicatie gebeurt in eerste instantie vooral mondeling: de gemeente (wethouder, projectleiders, beleidsmedewerkers) organiseert bijeenkomsten waar partijen met elkaar in gesprek gaan zodat ze elkaar kunnen meenemen in hun verwachtingen, gedachten en ideeën. Het gesprek met elkaar staat voorop, andere communicatiemiddelen dienen ter ondersteuning. Vervolgens gaan de doelgroepen zelf verder in gesprek met hun achterban. Op deze manier zorgen partijen er zelf voor dat de ideeën bij de juiste personen terecht komen. De gemeente ondersteunt partijen in hun communicatie met hun achterban en zorgt zelf voor communicatie op centraal niveau. Zodoende blijven de kernboodschappen intact. Door structureel op verschillende manieren (mondeling en schriftelijk) te communiceren wordt de kernboodschap zo goed mogelijk bij de doelgroepen en hun achterban onder de aandacht gebracht. 6 van 8

7 2.3 Doelgroepen - Professionals in de wijk (zorg en welzijn) - Vrijwilligersorganisaties - Bestuurders van zorgorganisaties - Wmo-adviesraad en cliëntenraad - SDD - Woonkracht 10 - Politie - Inwoners met een hulpvraag (tijdelijk of structureel) - Burgers die anderen (kunnen) ondersteunen bij hulpvragen - Inwoners van Alblasserdam - College van B&W - Gemeenteraad - Regio - Provincie - Ambtelijke organisatie/mt/portefeuillehouders 2.4 Communicatieboodschap Elke doelgroep heeft eigen eigenschappen en krijgt daarom een eigen kernboodschap. Hoe concreter en beter toegespitst de kernboodschap is, hoe beter deze aankomt bij de doelgroep. Kern van de boodschap is: wat gebeurt er, wie doet het, voor wie, waarom en hoe. 7 van 8

8 Algemene kernboodschap Gemeente, inwoners, vrijwilligersorganisaties en maatschappelijke instellingen gaan de komende tijd in Kinderdijk aan de slag om nieuwe manieren te vinden om de zorg voor elkaar te versterken. Grote veranderingen in de sociale zorg vanaf 2014 krijgt de gemeente grote zorgtaken over vanuit het Rijk en minder geld om die taken uit te voeren maken het noodzakelijk om de sociale samenhang in Alblasserdam verder te versterken. Er zijn al veel vrijwilligers in ons dorp actief die familie en buren helpen als dat nodig is. Om ervoor te zorgen dat ook in de toekomst niemand buiten de boot valt en de zorg krijgt die nodig is, is het belangrijk dat vrijwilligersorganisaties, maatschappelijke instellingen, inwoners en gemeente hun krachten bundelen om hulp en deskundigheid effectiever te organiseren. We kunnen er samen voor zorgen dat Alblasserdam een hecht verbonden gemeenschap blijft, waar zorg voor elkaar een normale zaak is en waar professionele zorg voorhanden is als dat nodig is. 2.5 Middelen Belangrijkste middel zijn gesprekken, directe communicatie. De andere middelen zijn ondersteunend in dit proces. We proberen hierbij zoveel mogelijk aan te sluiten op bestaande middelen in de buurt. - gesprekken - bijeenkomsten - website (nieuwe mogelijkheden: chatrooms, clouds?) - gemeentenieuws - twitter - persberichten - interviews met betrokkenen in Klaroen en AD - brieven - (groepen, alleen als betrokkenen dit een goed idee vinden) - intranet, koersnieuws, afdelingsoverleggen Per doelgroep en boodschap gaan we bepalen welk middel ingezet moet worden. 2.6 Randvoorwaarden voor doeltreffende communicatie: - Nieuwe bestuursstijl; - Tijdig en duidelijk communiceren (informeren en terugkoppelen) richting alle doelgroepen; - Duidelijk zijn over randvoorwaarden (wat is de ruimte/invloed van de doelgroepen); - Duidelijkheid over rollen en verantwoordelijkheden; - Proces verloopt stap voor stap, het meenemen van doelgroepen in het proces vergroot de kans op succes; - Het stellen van realistische doelen vergroot de kans op succes; - Omdat het project begin 2013 al is begonnen, is er extra aandacht nodig om de communicatiestrategie goed te kunnen implementeren. - Aandacht voor de rol van de gemeenteraad in dit proces. - Organisatieontwikkeling (gedrag interne doelgroepen) en kernwaarden. Verantwoordelijkheid, betrokkenheid, verbindend en gedreven komen naar voren in ons gedrag en de communicatie. 8 van 8