Nr JORI Houten, 23 mei 2000

Vergelijkbare documenten
Afdeling: CZ Leiderdorp, 31 oktober 2006

Aan de commissie VROM

Jaargang Nummer. planschadeverzoek van de heer Van Liere en mevrouw Kasius.

gemeente Eindhoven OplegvelRaadsvoorstel inzake het verzoek van Pisa Beheer B.V.,

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Planschade Chinees Indisch Restaurant Azië Leiden B.V.

Afwijzen planschadeverzoek ex artikel 49 WRO, de heer Van Voorst, Stationsweg 15 te Colmschate. Besluitenlijst d.d. d.d.

2005. Nr. : Planschadeverzoek de heer Van Groen. Leiden, 6 december 2005.

2007. Nr. : Dnst. : BOWO. Planschadeverzoeken Oude Vest 49 en 53. Leiden, 7 augustus 2007.

Sector : III Nr. : 98

2004. Nr. : Dnst. : BOWO. Afhandeling planschadeverzoek van de bewoners van de Aloëlaan 43 inzake de Oranjerie. Leiden, 21 december 2004.

Toewijzen planschadeverzoek ex artikel 49 WRO, de heer Ten Dam, Stationsweg 19 te Colmschate. Besluitenlijst d.d. d.d.

Raadsvoorstel. In overeenstemming met de Procedureverordening planschadevergoeding is het verzoek om advies voorgelegd aan de externe deskundige.

De commissie adviseert de bezwaren van reclamant ongegrond te verklaren en het bestreden raadsbesluit van 18 maart 2003 in stand te laten.

Aan de commissie VROM

OplegvelRaadsvoorstel inzake uerzoek om toekenning planschadevergoeding

Onderwerp: Uitkeren planschadevergoeding naar aanleiding van het oprichten van 18 appartementen aan de Schoolstraat in Drunen

I ãe GEMEENTE vyeert. EE lro. Doorkiesnummer : (0a95) t7. Portefeuillehouder : A.F. van Eersel

Toekennen planschadeverzoek art. 49 WRO, ivm uitbreiding Sparrenheuvel te Diepenveen (5 van 5) Besluitenlijst d.d. d.d. Agenda Vertrouwelijk

Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt :

27 januari 2005 SROB/05/008

Beslissen op verzoeken tegemoetkoming planschade eigenaren/ bewoners de Meeuwse Acker 12-33, 12-35, en 12-43

Raadsvoorstel Wonen en Ruimte A 6 onderwerp. Verzoek om planschadevergoeding van dhr. D. Buiter te Klazienaveen

Gemeente fi Bergen op Zoom

Made, 13 mei Raadsvergadering 3 juli 2003 Aan de Raad. Agendapunt 8. Onderwerp. Voorstel. Financiële gevolgen

Advies op een bezwaarschrift tegen het toekennen van schadevergoeding op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

Oplegvel raadsvoorstel tot het afwijzen van een verzoek om vergoeding van schade als bedoeld in artikel 4g van de Wet op de

003. Verordening advisering planschade

: beleid naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad inzake planschade-overeenkomsten

Aan de commissie VROM

Planschade risicoanalyse

Onderwerp: Notitie Planschade en Procedureverordening advisering tegemoetkoming in planschade

INFORMATIEFOLDER PLANSCHADE

gericht tegen het besluit tot afwijzing van een verzoek om vergoeding van geleden planschade.

Raadsnota. Aan de gemeenteraad,

Wat en hoe. druk: Huisdrukkerij gemeente Smallingerland

çåë=âéåãéêâ= ìï=äêáéñ=î~ålâéåãéêâ= Äáàä~ÖÉEåF= ^ÑÇÉäáåÖ= CJZ-JZ

Gemeente Den Haag. rv 51

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Beslissen op verzoek tegemoetkoming planschade Dijkstraat 1 te Lent

Spreker: mr. drs. C.M.L. (Kees) van der Lee KRMT

Aan de Gemeenteraad. Onderwerp : Beslissen op een verzoek om planschadevergoeding te Harkema. Raad. 11 mei Status. Besluitvormend. Punt no.

Raad : 5 juli 2005 Agendanr. : Doc.nr : B RAADSVOORSTEL

tegen de afwijzing van het verzoek om vergoeding planschade.

28 oktober 2004 SROB/04/095

RAADSVOORSTEL. Vergadering van : 29 september 2009 Agendanummer : 4

Onderwerp Aanvraag om bouwvergunning voor het oprichten (vervangende nieuwbouw) van twee mestsilo's op het perceel Peesterweg 8 te Zuidvelde.

Aanbiedingsbrief. Aan de raad.

gemeente Eindhoven 1 voorheen stond een klein schoolgebouw tegenover hun huis en nu een woonf lat;

2006. Nr. : Dnst. : BOWO. Planschadeverzoeken Vlietweg 14 en 32 inzake bouwplan Vlietpoort-Snoekerhaven. Leiden, 26 september 2006.

Toepasselijke regels. Wet op de Ruimtelijke Ordening

Wat en hoe PLANSCHADE

Toelichting Planschade

27 januari 2005 SROB/05/009

Wijziging bestemmingsplan t.b.v. verandering bouwvlak Oosterseweg 1, Elshout

PROCEDUREREGELING PLANSCHADEVERGOEDING ARTIKEL 49 WRO 2005 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

Aan de leden van de gemeenteraad

Raadsvergadering 27 mei 2004 Aan de Raad. Agendapunt 11. Made, 7 oktober 2003

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Vaststellen bestemmingsplan Elshout herziening Kapelstraat 14

afdeling ruimtelijke en economische ontwikkeling, I. Feenstra, telefoonnummer (0521) ;

Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan 'Steenakker, herzieing diverse locaties Gageldonkseweg'

Andere voorbeelden waarbij mogelijk sprake kan zijn van planschade zijn verlies van privacy, (toename van) geluidsoverlast of andere hinder.

BIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade (artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening) (in tweevoud indienen bij de gemeente)

G e m e e n t e S l u i s

Gemeente t} Bergen op Zoom

Op onderstaande luchtfoto is de locatie aangeduid met een rode omcirkeling.

BIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade (artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening) (in tweevoud indienen bij de gemeente)

Kees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur.

Voor het verlenen van medewerking is een vrijstelling op grond van artikel 19, lid 1, WRO vereist (ZPP).

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS

Gulpen-Wittem, 3 oktober 2006 Portefeuillehouder W. Geraedts Bijlagen Diverse Afdeling interne dienstverlening Ons Kenmerk

Gemeente Den Haag. rv 137

Aan de Gemeenteraad. Raad. Onderwerp : Vervangende nieuwbouw van een vrijstaande woning op het perceel Boelenswei 76 te Boelenslaan.

Aanvraagformulier tegemoetkoming planschade

Gemeente Den Haag. Aan de orde is het bezwaar tegen het besluit tot toekenning van een schadevergoeding op grond van artikel 49 WRO.

Beslissing op bezwaar planschade De Meeuwse Acker 20 06

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 7 Datum :

Aan de gemeenteraad Agendapunt 5.4/240205

ECLI:NL:RVS:2003:AF4722

ECLI:NL:RBLIM:2016:10511

V A L K E N S WA A R. D

Aan de Gemeenteraad. Onderwerp : Beslissen op een verzoek om planschadevergoeding te Boelenslaan. Raad. 11 mei Status. Besluitvormend. Punt no.

Niet meewerken aan een bestemmingsplanherziening Drostlerweg 2 in Eibergen. Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein

Purmerend, Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: U ontvangt hierbij voor de 2 e

atum: 24 augustus 2007 Nummer raadsnotav nderwerp: Planschadeverzoeken met betrekking tot plaatsing GSM-mast in Dorst

Team ROB. Toekennen verzoek om tegemoetkoming in planschade i.v.m. wegbestemmen detailhandelsfunctie Koekendijk. Besluitenlijst d.d. d.d.

Raadsvoorstel. Raadsvergadering : 24 november 2005 Agendapunt :

GEMEENTE OLDEBROEK. Samenvatting

ECLI:NL:RVS:2011:BP3671

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 7 06/788

Inleiding: Koninklijke Sanders B.V. heeft een verzoek ingediend voor de bouw van een bedrijfshal van 4200m2.

Collegevoorstel Embargo tot 26 maart 2013 D

Aan de Gemeenteraad. Onderwerp : Beslissen op een verzoek om planschadevergoeding te Surhuisterveen. Raad. 6 april Status.

Onderwerp: Procedureverordening tegemoetkoming in planschade 2010

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 4 15/434. Raad

RAADSVOORSTEL. ONTWERPVERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN Gramserweg 37 te Austerlitz

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Kees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur.

Transcriptie:

Nr. 2000-83-JORI Houten, 23 mei 2000 Aan de gemeenteraad Onderwerp Verzoek om planschadevergoeding van de heer P.J.M. Kamman en mevrouw E.H.W. Kamman- Croese op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening Voorstel 1. Verzoekers ontvankelijk verklaren in hun verzoek om planschadevergoeding op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). 2. Het verzoek om planschadevergoeding op basis van artikel 49 van de WRO afwijzen. Inleiding Bij brief van 7 juni 1999 is namens de heer P.J.M. Kamman en mevrouw E.H.W. Kamman-Croese, Overeind 51, een verzoek om toekenning van planschade ex artikel 49 van de WRO gedaan. Het verzoek vloeit voort uit het besluit tot het verlenen van vrijstelling als bedoeld in artikel 19 WRO voor het oprichten van een loods ten behoeve van loonbedrijf De Bruin, Overeind 57 te Schalkwijk. Tegen het besluit tot vrijstelling hebben belanghebbenden bezwaar aangetekend, waarop op 20 april 1999 door ons is beslist. Tegen deze beslissing is geen beroep ingesteld, zodat het besluit op 4 juni 1999 onherroepelijk is geworden. Het verzoek is overeenkomstig de Procedureverordening Planschade in handen gesteld van de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ). De SAOZ treedt op als schadebeoordelingscommissie. Op 9 mei 2000 heeft de schadebeoordelingscommissie advies uitgebracht, zodat wij het verzoek om toekenning van planschade nu aan u voor kunnen leggen. Wij stellen u voor verzoekers ontvankelijk te verklaren in hun verzoek en het verzoek af te wijzen, conform het advies van de schadebeoordelingscommissie. Argumenten 1 Het verzoek voldoet aan de vereisten van artikel 49 van de WRO. Artikel 49 WRO bepaalt dat, indien en voor zover blijkt, dat een belanghebbende ten gevolge van de bepalingen van onder meer een bestemmingsplan of een besluit als bedoeld in de artikelen 17, 18, 18a en 19 WRO schade lijdt of zal lijden, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd de gemeenteraad hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toekent. Door verzoekers wordt gesteld dat er sprake is van een substantiële wijziging van het planologisch regime en een ernstige beknotting van het woongenot. Zoals hierboven gesteld, is het vrijstellingsbesluit op grond van artikel 19 van de WRO op 4 juni 1999 onherroepelijk geworden. Gelet hierop en gelet op het feit dat verzoekers hebben voldaan aan het vereiste van een gemotiveerde aanvraag om schadevergoeding als bedoeld in de Procedureverordening Planschade, zijn verzoekers ontvankelijk in hun aanvraag om schadevergoeding.

- 2-2 Verzoekers kunnen geen aanspraak maken op een vergoeding van schade veroorzaakt door het onherroepelijk worden van de vrijstelling op grond van artikel 19 WRO. Het onherroepelijk worden van de vrijstelling op grond van artikel 19 WRO heeft niet geleid tot een planologisch nadeliger positie waaruit op de voet van artikel 49 WRO voor vergoeding vatbare schade in de vorm van waardevermindering is voortgevloeid. In de bijlage behorend bij dit voorstel wordt nader ingegaan op het advies van de schadebeoordelingscommissie. Wij verwijzen u daarnaar. Burgemeester en wethouders van Houten, de secretaris, de burgemeester, drs. H. Overbosch mr A.B.L. de Jonge Bijlagen die voor u ter inzage liggen op de gebruikelijke wijze: -Verzoek om planschade -Advies SAOZ Meegezonden bijlagen bij dit voorstel: -Inhoudelijke beoordeling van het verzoek

Nr. 2000-83 De raad van de gemeente Houten heeft het voorstel van burgemeester en wethouders van 23 mei 2000, nr. 2000-83 gelezen en besluit; 1. Verzoekers ontvankelijk te verklaren in hun verzoek om planschadevergoeding op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. 2. Het verzoek om planschadevergoeding op basis van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening af te wijzen. Dit is besloten in de openbare vergadering van de raad op 4 juli 2000. De raad van de gemeente Houten, de secretaris, de voorzitter, drs. H. Overbosch mr A.B.L. de Jonge

BIJLAGE Bij het raadsvoorstel inzake het verzoek om planschadevergoeding namens de heer P.J.M. Kamman en mevrouw E.H.W. Kamman-Croese. 1. Samenstelling schadebeoordelingscommissie Volgens de Procedureverordening Planschade treedt de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ) te Rotterdam op als schadebeoordelingscommissie. 2. Het advies van de schadebeoordelingscommissie De schadebeoordelingscommissie adviseert in haar advies van april 2000 (toegezonden d.d. 9 mei 2000) het verzoek om vergoeding van schade ex artikel 49 van de WRO af te wijzen. De argumenten daarvoor zijn verwerkt in de hieronder opgenomen overwegingen. 3. Inhoud verzoek Verzoekers zijn eigenaar van het perceel Overeind 51 te Schalkwijk. Door verzoekers wordt gesteld dat de waarde van dit perceel wordt verminderd ten gevolge van het verloren gaan van het landschappelijke karakter van de directe woonomgeving, verlies van het voorheen vrije uitzicht, ontnemen van lichtinval in de achtertuin en een vermindering van de privacy. 4. Beoordeling verzoek Vergelijking planologische situatie Voor de vraag of er grond is voor toekenning van schadevergoeding met toepassing van artikel 49 van de WRO gaat het in het onderhavige geval om een vergelijking tussen de planologische situatie zoals vastgelegd in het bestemmingsplan Buitengebied-Zuid en de planologische situatie zoals die is ontstaan na het onherroepelijk worden van de vrijstelling op grond van artikel 19 WRO. Hierbij is het niet van belang in hoeverre de bestemmingen ingevolge het geldende bestemmingsplan feitelijk zijn gerealiseerd. De percelen Overeind 51 en 57 zijn gelegen in het bestemmingsplan Buitengebied-Zuid. Het perceel ten behoeve waarvan de vrijstelling voor de bouw van de loods is verleend (de loods is overigens nog niet gerealiseerd) heeft de bestemming Agrarisch gebied. De gebruiks- en bebouwingsvoorschriften zijn vastgelegd in artikel 13 van de voorschriften van het bestemmingsplan Buitengebied-Zuid. De gronden met de bestemming Agrarisch gebied zijn bestemd voor agrarische doeleinden. Bebouwing is uitsluitend toegestaan ten dienste van de agrarische bedrijfsvoering ten behoeve van een op de kaart aangegeven bestaand agrarisch bedrijf. De goothoogte van de daarbij op te richten bedrijfsbebouwing is beperkt tot 6 meter, de bedrijfsbebouwing dient te zijn voorzien van een kap en er dient een minimale afstand van 3 meter in acht te worden genomen tot de zijdelingse perceelsgrens. Ingevolge artikel 13, lid 2, sub D van de voorschriften zijn wij bevoegd vrijstelling te verlenen voor het oprichten van een nieuw te vestigen agrarisch bedrijf, dan wel de verplaatsing van een agrarisch bedrijf. Het bouwplan waarvoor vrijstelling ingevolge artikel 19 WRO is verleend voorziet in een loods met een goothoogte van 5,25 meter, een kap en een afstand tot de zijdelingse perceelsgrens van 3 meter. Het verlenen van vrijstelling ingevolge artikel 19 WRO was noodzakelijk vanwege het feit dat de aanvrager van de bouwvergunning, een loonbedrijf, niet voldeed aan de eis dat de bebouwing dienstbaar moet zijn aan de agrarische bedrijfsvoering. Een loods met een dergelijke omvang was dus volgens het geldende bestemmingsplan na het verlenen van vrijstelling ingevolge van artikel 13, lid 2, sub D van de voorschriften van het bestemmingsplan Buitengebied-Zuid al wel mogelijk. De maximale goothoogte zou zelfs 6 meter kunnen bedragen, zodat hoger zou kunnen worden gebouwd dan nu het geval is. Dit betekent dat de privacy en het uitzicht van verzoekers niet is verminderd als gevolg van het onherroepelijk worden van de vrijstelling op grond van artikel 19 WRO. Het ontnemen van lichtinval in de achtertuin kan evenmin worden gezien als een gevolg van het verlenen van de vrijstelling nu reeds op basis van het bestemmingsplan hoger zou kunnen worden gebouwd. Ook het landschappelijk karakter van de directe woonomgeving wordt niet meer aangetast dan gebeurd zou zijn wanneer bedrijfsbebouwing zou zijn opgericht ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering. De vrijstelling had slechts betrekking op de gebruiksmogelijkheden van de als Agrarisch gebied bestemde gronden. Met het uitbreiden van de gebruiksmogelijkheden ten behoeve van een loonbedrijf is geen sprake van een intensivering van het gebruik. Zeker gelet op het feit dat het gebruik behorende bij een loonbedrijf kan worden gezien als een gebruik dat direct verwant is aan de agrarische bedrijfsvoering. Als zodanig voegt dit gebruik zich in de omgeving en wordt het landschappelijke karakter van de directe woonomgeving door de vrijstelling niet negatief

beïnvloed. Conclusie Het onherroepelijk worden van de vrijstelling ingevolge artikel 19 WRO heeft niet geleid tot een planologisch nadeliger positie waaruit op de voet van artikel 49 WRO voor vergoeding vatbare schade in de vorm van waardevermindering is voortgevloeid. Voorgesteld wordt dan ook het ingediende verzoek om planschadevergoeding af te wijzen.