Aan de Raad Made, 3 mei 2005 Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Raadsvergadering: 26 mei 2005 Nummer raadsnota: 15 Onderwerp: onkruidbestrijding op (half-)verhardingen Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: G.J.A. Broeders Ambtelijke coördinatie: afdeling Openbare Werken Steller: John Mandemakers 1. Raadsbesluit 1. Beslisfactoren voor onkruidbestrijding op verhardingen LCA, risico-analyse, kostenanalyse en hinderbeleving 2. Artikel Tuin- en Landschap: Herinvoering chemische onkruidbestrijding doorkruist waterbeleid 3. Toelichting beheersbegroting 2005 4. Kwaliteitsbeelden elementen- en halfverharding Voorstel: Een keuze te maken uit de volgende mogelijkheden: 1. Continuering huidige beleidsuitgangspunten. 2. Binnen de gehele gemeente overgaan op mechanische onkruidbestrijding daarbij kwaliteitsniveau B/C (ingrijpmoment) elementenverharding nastreven (past binnen vastgestelde Milieubeleidsplan). 3. In afwijking van het vastgestelde Milieubeleidsplan binnen de gehele gemeente overgaan op chemische onkruidbestrijding daarbij kwaliteitsniveau B elementenverharding nastreven Aanleiding Een toezegging uit de raad van 28-10-2005 om te bezien of kan worden overgegaan tot uitbreiding van chemische onkruidbestrijding Uitvoering Binnen de gemeente Drimmelen vindt de onkruidbestrijding op verhardingen grotendeels op chemische basis plaats. In het door de gemeenteraad op 12 juni 2003 vastgestelde Milieubeleidsplan staat als doelstelling een verdere terugdringing van het toepassen van chemische bestrijdingsmiddelen opgenomen. Echter op de huidige manier doorgaan stuit op steeds grotere weerstanden. Voortschrijdend inzicht in deze is om op korte termijn de klachten van deze burgers op te lossen door verruiming van chemische spuiten, wat inhoudt: op het juiste tijdstip, met toegekende middelen met de juiste dosering en gecertificeerd
materieel. Dit voor maximaal 2 keer per jaar. Op korte termijn zal van Rijkswegen worden aangegeven hoe verder hiermeer door te kunnen gaan. De Provincie Noord-Brabant wil samen met de georganiseerde landbouw, gemeenten, waterschappen, waterleidingbedrijven, bedrijfsleven en milieuverenigingen het gebruik van bestrijdingsmiddelen aanpakken. Gedeputeerde Staten willen onder meer op korte termijn bereiken dat bij 75 procent van de gemeenten in Brabant de onkruidbestrijding in hoofdzaak plaatsvindt met niet-chemische bestrijdingsmethoden. Om in te kunnen spelen op het beleid van de Provincie Brabant en om een eventuele noodzakelijke omschakeling naar niet-chemische bestrijdingsmethoden (in de plantsoenen wordt het onkruid alléén op mechanische wijze bestreden) te kunnen maken wordt conform het vastgestelde Milieubeleidsplan in Terheijden en Wagenberg ervaring opgedaan met een alternatieve bestrijdingsmethode zoals het borstelen en vegen. Naar aanleiding van klachten ten aanzien van onkruidbestrijding op verhardingen geeft dit voorstel een overzicht van de voor- en nadelen van de verschillende bestrijdingsmethoden. Daarbij dienen de huidige beleidsuitgangspunten aangepast dan wel opnieuw vastgesteld te worden. Doelstelling, kwaliteitseisen en prestatiegegevens huidig beleid zie bijlage Beheersbegroting 2005. Belangrijkste randvoorwaarde bij de onkruidbestrijding verharding is dat ongeacht de methode van bestrijding onkruid op verhardingen pas bestreden kan worden als het al daadwerkelijk aanwezig is. M.a.w. onkruiden op verharding kunnen met de huidige wettelijk toegestane bestrijdingsmethoden niet preventief worden bestreden. Om duidelijkheid te krijgen welk onderhoudsniveau nagestreefd dient te worden zijn als bijlage viertal kwaliteitsniveaus weergegeven, namelijk zeer intensief, intensief, standaard en extensief. Zeer intensief noemt men kwaliteitsniveau A, intensief kwaliteitsniveau B, enz. Huidige werkwijze Met de huidige wijze van chemische onkruidbestrijding op zowel elementen- als halfverharding wordt kwaliteitsniveau B elementenverharding nagestreefd. De mechanische onkruidbestrijding op elementenverharding en halfverharding beweegt zich tussen kwaliteitsniveau B en C elementenverharding. Beheersbegroting 2005 Budget Terheijden en Wagenberg (areaal 2/7): 11.040,- excl. Btw Budget Made, Drimmelen, Hooge en Lage Zwaluwe (areaal 5/7): 21.750,- excl. Btw Totale hoeveelheid elementenverharding in de gemeente is 869.561 m2 binnen de bebouwde kom. 2
Zowel de chemische als mechanische onkruidbestrijding vindt op uurbasis plaats. De eerste spuitronde (grootste ronde) vindt tussen april en juli plaats, de uitvoering is sterk weersafhankelijk. De tweede en kleinere spuitronde vindt in september plaats. Het mechanisch borstelen en vegen wordt in week 24 en 42 (kleinere ronde) uitgevoerd. Voor- en nadelen bestrijdingsmethoden Chemische onkruidbestrijding met select spray (bestrijdingsmiddel glyfosaat als formulering in roundup evolution) Voordelen Chemische bestrijding is veruit de goedkoopste bestrijdingsmethode, leidt nauwelijks tot hinder voor omwonenden en is gebruiksvriendelijk. Nadelen Glyfosaat werkt alleen curatief, het doodt planten. Die moeten echter voldoende bladmassa hebben om het middel effectief te laten werken. Daarmee zal het straatbeeld langere tijd minder aantrekkelijk zijn. En ook daarna is de straat nog niet schoon, het merendeel van de planten staat er nog verdord bij; Chemische onkruidbestrijding is vanuit milieu-overwegingen verreweg de slechtste keuze (zie bijgevoegd artikel Tuin en Landschap Herinvoering chemische onkruidbestrijding doorkruist waterbeleid en onderzoeksrapport Beslisfactoren voor onkruidbestrijding op verhardingen); Weersomstandigheden zijn sterk bepalend of de chemische onkruidbestrijding succesvol is verlopen. Mechanische onkruidbestrijding (borstelen en vegen) Voordelen Met het borstelen en vegen wordt naast het wegnemen van de onkruiden ook de voedingsbodem (zand) voor onkruiden weggenomen. Na het borstelen en vegen is het straatbeeld schoon, er zijn geen verdorde planten aanwezig; Mechanische onkruidbestrijding leidt niet tot onevenredige afwenteling van milieueffecten (zie onderzoeksrapport Beslisfactoren voor onkruidbestrijding op verhardingen); Weersomstandigheden zijn van weinig invloed op resultaat onkruidbestrijding. Nadelen Mechanische onkruidbestrijding is bij nastreving van hetzelfde onderhoudsniveau duurder dan chemische onkruidbestrijding; Door de borstels blijven tot enige weken na de onkruidbestrijding kringen op het trottoir zichtbaar. 3
Beleidsmogelijkheden A. Continuering huidige beleidsuitgangspunten: * Het selectief uitvoeren van chemische onkruidbestrijding 2 tot 3 keer per jaar volgens programma in Drimmelen, Made, Hooge en Lage Zwaluwe; * Het selectief uitvoeren van mechanische onkruidbestrijding 2 keer per jaar volgens programma in Terheijden en Wagenberg; * Middels inzet van buitendienstmedewerkers kan, indien noodzakelijk, op kleinschalig niveau binnen de gehele gemeente corrigerend opgetreden worden (bestrijding van onkruidgroei direct rondom obstakels); * Preventieve maatregelen bij ontwerp en aanleg nemen zodat de groei van onkruiden op bestratingen, goten en op de trottoirs tot een minimum beperkt kunnen worden. B. Binnen de gehele gemeente overgaan op mechanische onkruidbestrijding daarbij kwaliteitsniveau B/C (ingrijpmoment) elementenverharding nastreven (past binnen vastgestelde Milieubeleidsplan). Dit jaar de meerkosten 5.580,- excl. Btw bijramen door verlaging van het subproduct Straatvegen (2 rondes minder vegen, dit is mogelijk omdat bij mechanische onkruidbestrijding ook 2 keer wordt geveegd). Volgend jaar straatvegen en onkruidbestrijding verharding integraal benaderen zodat efficiencyvoordeel gehaald kan worden; C. In afwijking van het vastgestelde Milieubeleidsplan binnen de gehele gemeente overgaan op chemische onkruidbestrijding daarbij kwaliteitsniveau B elementenverharding nastreven. De minderkosten 1.671,- ten gunste laten komen van het subproduct 6210060 Straatvegen. Benodigdheden Middelen Keuze A: Budget-neutraal Keuze B: Meerkosten 5.580,- excl. Btw (compensabel). Een bedrag van 3.452,- excl. btw (compensabel) 1 ten laste brengen van het subproduct 6210060 Straatvegen. Bij mechanische onkruidbestrijding wordt de verharding ook 1 keer na de bladvalperiode geveegd derhalve kan bij het subproduct straatvegen de veegbeurt t.b.v. bladval bomen komen te vervallen. De resterende meerkosten 2.128,- zullen waarschijnlijk middels een aanbestedingsvoordeel komen te vervallen; Keuze C: Minderkosten 1.671,- ten gunste laten komen van het subproduct 6210060 Straatvegen. Advies commissie De meerderheid van de commissie adviseert keuze C; een minderheid adviseert keuze B of A. Burgemeester en wethouders van Drimmelen, mr. C.M.G.H. Wortel Secretaris drs. G.L.C.M. de Kok Burgemeester 1 Btw is volledig terug te vorderen 4
De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 mei 2005;. B e s l u i t : Afhankelijk van de te maken keuze. Made,26 mei 2005 De raad voornoemd, mr. M.J.N. Schetters - Schuurbiers Griffier, drs. G.L.C.M. de Kok Voorzitter,