2) Wat doen we om deze visie te realiseren?

Vergelijkbare documenten
2) Wat doen we om deze visie te realiseren?

2) Wat doen we om deze visie te realiseren?

2) Wat doen we om deze visie te realiseren?

Zorgbeleid in het Groene Lilare

G.V.Basisschool Hamont-Lo

Gemeentelijke Basisschool Haacht

Onze visie op zorg. Een geïntegreerd zorgbeleid wordt gedragen door een gedeelde visie op zorg.

Zorgbeleid. 1. Visie van de scholengemeenschap

Een geïntegreerd zorgbeleid wordt gedragen door een gedeelde visie op zorg.

Jenaplanschool De Kleurdoos

a. Zorg is een opdracht van het hele team: zorgtaken

zorgvisie Heilige familie Lagere school

1. Onze visie op zorg

Het zorgbeleid in het Pierenbos

ZORGVISIE VK T KERSENPITJE

ZORGBELEID. GBS De Kouter Tel Wortegem-Petegem

SES - en zorgbeleid Waar heeft dìt kind binnen deze groep, op déze school, op dit tijdstip, met déze ouders nood aan?

ZORGBELEID. De zorgcoördinator wordt steeds gesteund en bijgestaan door het zorgteam.

ZORGGIDS. Zorg in onze school

ZORG. Onze eigen zorgvisie

Procedure zorg basisschool Prinsstraat, lagere school: 1. Handelingsgericht werken als uitgangspunt

Sint-Vincentius Sint-Bernadette

Ons zorgbeleid is opgebouwd volgens de krachtlijnen van ons pedagogisch project.

in onze school is elk kind een ster!

Zorgvisie-Zorgbeleid

Onze zorgvisie. Wij geloven in

1. Zorgvisie: elk kind telt op t Veld.

HOE BIEDEN WIJ ZORG IN ONZE SCHOOL?

Het ZORGBELEID bij ons op school

qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty uiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasd fghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx cvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq Zorgplan

VISIE ZORG VRIJE BASISSCHOOL WAKKERZEEL

DE ZORGVISIE 1 KLEUTERSCHOOL & LAGERE SCHOOL. Een blik op de school

GES. GEM. VRIJE BULO-SCHOOL GON-BEGELEIDING. GON TYPE 9 (autisme) GON BASISAANBOD

Fase 0: brede basiszorg

HET ZORGBELEID OP ONZE SCHOOL

ZORGVISIE EN ZORGBELEID

ZORGVISIE VBS DE TWIJG

VRIJE BASISSCHOOL Etikhove. Zorgboekje WAT ALS

Tijdens dit proces wordt ook overlegd met de leerling en ouders in kwestie.

Taken van de zorgcoördinator

VRIJE BASISSCHOOL Etikhove. Zorgboekje WAT ALS

Zorgbeleid Zorgbeleid

Vrije Basisschool De Zonnebloem Oude Diestsestraat 4, Waanrode. Deel 4 Zorg. Deel 4 p. 1

ZORG IS KINDEREN LATEN SCHITTEREN ALS EEN PAREL! We werken samen aan een school waarin ALLE kinderen schitteren als parels aan een snoer!

Zorgbeleidsplan. 1. Observatie. Spontane observaties

1.1 Concreet betekent dit dat we zorgbreedte willen realiseren door :

Informatieavond september SBS Kermt

Visie op zorgverbreding en GOK

ZORGBELEID OP SCHOOL. 8.1 Zorgcoördinator. 8.2 Zorgbeleid

4.1 Engagement in verband met oudercontact

Situering CIPO-referentiekader Onderwijskundig beleid POI2 Begeleiding S/C/A POV2.2 LEERBEGELEIDING POV2.4 SOCIALE EN EMOTIONELE BEGELEIDING

Ann Van Damme Karine Hiels

Je kind met de beste ZORG omringen

Zorgvisie-Zorgbeleid

Zorgboekje GBO. Informatiebrochure. Helpende handen

De algemene basiszorg

Een school onderweg. Situatie OLV Workshop 1 Zorg in het BaO: elke leerkracht doet er toe! VVKSO 1

Werken met leerlingvolgsystemen

Ingrid Schoofs RenT-begeleider

basistekst opgesteld door de zorgteams van de scholengemeenschap

Taalbeleidsplan Geel kleuter en lager onderwijs. Deel 1

Overzicht van de gehanteerde toets- en testbatterijen.

website:

De zorg in de ARK bestaat uit verschillende mensen die elk hun steentje bijdragen:

ZORGBELEIDSPLAN GELIJKE ONDERWIJSKANSENBELEIDSPLAN

..Stedelijke basisschool Zammel.. Onze visie op zorg...ik heb een vraag... Wie contacteer ik?

Zorg op K.S.T.S. Temse-Velle

Het stappenplan van ons zorgbeleid

Stedelijke Basisschool De Katersberg Onze visie op zorg...ik heb een vraag... Wie contacteer ik?

Zorgvisie van het Toverpotlood

Zorg in de (kleuter)school: van visie naar praktijk. 27 maart 2009 met dank aan Monique De Prez

ZORG in de SINT-NIKLAASSCHOOL

Dag beste ouders, dag lieve kinderen, Lieve kinderen, Beste ouders, Het schoolteam van de Dorpsschool.

De evaluatie en rapportage

BS De Wimpel Cansstraat Elsene Tel.: 02/ Schoolwerkplan

De schooleigen visie op zorgbeleid

ZORGVISIE ZORGVISIE DE STADSMUS

Onze school wil een ZORGBREDE school zijn. Dat houdt concreet heel wat in.

1. Werken aan een degelijk en samenhangend onderwijsaanbod

Zorgbeleid. Het zorgteam. De zorgvisie. Ons zorgteam bestaat uit:

Standaard 8: Leerlingen met extra onderwijsbehoeften krijgen bij ons extra leer- en instructietijd.

Onze zorgboom staat symbool voor groei en ontwikkeling. We willen onze boompjes zo goed mogelijk verzorgen zodat ze verder kunnen groeien en

Visie rond zorg - Het Molenschip

De Tol Herderen: Talenbeleid

Onze visie op zorg. Volgens het Vademecum Zorg van het katholiek basisonderwijs (2012) en het M-decreet (2015)

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Overzicht evolutie lln G

4 ZORGBREDE BASISSCHOOL

Module 1 GOK 1 GOK. Visietekst geïntegreerd ondersteuningsaanbod GOK.

LEERLINGEN BEGELEIDING

INFOBROCHURE BASISAANBOD BOVENBOUW. Schooljaar Geldenaaksebaan Heverlee tel: 016/

SES en ZORG op De Vlieger

8 %9, +*-.+ ; ":, #3% Willy De Herdt Erik Verdonckt

Pedagogisch project 1. Pedagogisch project. De school is een onderwijs- en opvoedingsgemeenschap die zich tot doel stelt de haar toevertrouwde

ZORGGids CBS TOERMALIJN FRANEKER

Werken met leerlingvolgsystemen

Onze zorgvisie. De ontplooiing van elk kind, met brede zorg.

Vrij CLB Waas & Dender NIEUWE ARBEIDSORGANISATIE

Welkom. Gesubsidieerde Vrije Kleuterschool Paal

Vrije Kleuterschool De Link Patronaatstraat 28 Jan Verbertlei Edegem

Transcriptie:

Sint Lutgardisbasisschool Bovenkassei 12A 9506 Zandbergen Tel: 054/32.18.62 e-mail: st-lutgardisschool@telenet.be http://www.slz.be Zorgvisie Versie 10.10.15 1) Waarom een zorgbeleid? Wanneer men aanneemt dat kinderen mogen verschillen, aanvaardt men dat zowel het leertraject als het begin- en eindpunt mogen verschillen. Niet alle kinderen moeten op hetzelfde ogenblik en op dezelfde leeftijd hetzelfde kunnen. En niet alle leerlingen moeten op het einde van het schooljaar op dezelfde wijze geëvalueerd worden. Binnen ons opvoedingsproject krijgt de pijler Werken aan de ontplooiing van elk kind met brede zorg een belangrijke plaats. Het is onze doelstelling elk kind te laten ontwikkelen met zijn eigen mogelijkheden en zijn eigen talenten en hierbij rekening te houden met zijn beperkingen. We willen dus al onze kleuters en de leerlingen van de lagere school vanuit een brede zorgvisie ondersteunen en hun maximale ontwikkelingskansen bieden. 2) Wat doen we om deze visie te realiseren? We baseren ons op het zorgcontinuüm: 1

A) Wat betekent zorg voor mij als leerkracht in mijn klas? Fase 0: Brede basiszorg: Zorgbreed werken - preventie Hoe? -Krachtige leeromgeving aanbieden: flexibele klasorganisatie, lln. stimuleren, samenwerken (coöperatieve werkvormen), denkproces ondersteunen via materiaal, pc-klas, -Welbevinden van de leerlingen trachten te verhogen. -Werken aan een participatieve school: meewerken aan leerlingenraad, -Overleg op het einde van het schooljaar tussen leerkrachten van opeenvolgende klassen geeft ons informatie over leerlingen om een preventieve aanpak mogelijk te maken. -Info in dossiers van de leerlingen leert mij waar ik preventief kan aan werken. Via de dossiers krijgen we zicht op de ontwikkeling van leerlingen om hen daarna gericht te helpen. -Analyses van vb. LVS Spelling van verschillende schooljaren leren mij waar ik preventief kan aan werken (vb.: verschillende schooljaren op rij dezelfde fouten (verenkelen, verdubbelen, afkortingen, ): volgend schooljaar hier op voorhand meer aandacht aan besteden). =>Dus toetsen over meerdere jaren bekijken leert mij waar ik preventief kan aan werken -Differentiëren naar tempo en hoeveelheid -Projecten op schoolniveau: -Dierenstad -Leerlingenraad -Dossiers aanvullen zodat collega s na mij ook preventief kunnen werken. Differentiatie en remediëring: -Differentiatie naar doelen -Hoekenwerk (in klas en pc-klas) -Contractwerk -Kiesuur -Differentiatie bij rapportering -Ten gevolge van de resultaten van het LVS Spelling, Wiskunde, Socio-emotionele vaardigheden (zie 3.1) -Differentiatie en remediëring na een toets of taak Bijscholingen: -zorgbreed ploegspel, relationele vorming, vormingsavonden, bijscholingen zorgteam 2

B) Wat doe ik als leerkracht wanneer ik hulp nodig heb? Fase 1: Verhoogde zorg: Wanneer structurele en preventieve acties niet meer volstaan. Het schoolteam is in staat om binnen de reguliere werking en de extra omkadering, zoals zorg, aan deze leerlingen onderwijs te bieden. Het CLB-team treedt eerder op de achtergrond op, als ondersteuning voor het schoolteam. Hoe? Hulp vragen op tussentijds overleg of op MDO (signaleren via zorgfiche hulpvraag handelingsplan - afspraken (zie 3.2)): Ik kan dan hulp krijgen van: - zorgcoördinator (zie 4.1): klasintern of klasextern remediëren, differentiëren -GON-leerkracht -(CLB) Met de hulp (vb materiaal, info, ) kan ik dan weer eventueel werken in de klas (fase 0 van het zorgcontinuüm). Fase 2: Uitbreiding zorg Wanneer bepaalde vragen niet te beantwoorden zijn in fase 1, tijdens het MDO => -Leerlingbespreking -Handelingsgerichte diagnostiek of begeleiding door CLB -Verwijzing voor externe hulp Hoe? Hulp vragen op tussentijds overleg (leerlingbespreking) via zorgcoördinator of op MDO (signaleren via zorgfiche hulpvraag handelingsplan - afspraken (zie 3.2)) Ik kan dan hulp krijgen van: -CLB, Logo, Revalidatiecentrum, Fase 3: Individueel aangepast curriculum Ondanks een aangepast zorgtraject met de gepaste hulp is het voor bepaalde leerlingen noodzakelijk dat we overgaan naar een individuele leerlijn. Dit houdt in dat een leerling aangepaste leerstof krijgt en op het einde van de lagere school geen getuigenschrift behaalt. In andere gevallen is er een overstap naar aangepast onderwijs nodig. Ondanks alle investeringen om het onderwijsaanbod af te stemmen op de leerling(e) zijn of haar onderwijsbehoeften, zijn de grenzen van de huidige school in zicht. De draagkracht van de school is bereikt en alle betrokkenen zijn het erover eens dat we op zoek moeten gaan naar een school die adequater kan inspelen op de specifieke onderwijsbehoeften van deze leerling. We zullen nu in het belang van het kind de overstap maken naar een school op maat. Een school die voor deze leerling meerwaarde heeft omdat ze structureel kan afstemmen op wat deze leerling nodig heeft. Het kan hierbij gaan om een andere school of een school voor buitengewoon onderwijs. 3

Hoe? Hulp vragen op tussentijds overleg (leerlingbespreking) via zorgcoördinator of op MDO (signaleren via Zorgfiche hulpvraag handelingsplan - afspraken (zie 3.2) 4

3) Een woordje uitleg over enkele zorgtaken 3.1. Het Kindvolgsysteem 3.1.1. Het kleutervolgsysteem 3.1.1.1. Socio-emotionele ontwikkeling Aan de hand van Groeilijnen voor hulp aan ontwikkelingsbedreigde kleuters (blz. 1 t.e.m. 18) worden alle kleuters op klasniveau geobserveerd op gebied van: relatie met zichzelf, relatie met medekleuters, relatie met de juf en relatie met de spel- en klaswereld. A.d.h.v. bijhorende stappenplannen worden de kleuters die het moeilijk hebben positief bevestigd, gestimuleerd en aangemoedigd (llniveau) 3.1.1.2. Motorische ontwikkeling De turnjuf observeert de kleuters op klasniveau en leerlingenniveau in verband met: bewegingsgedragingen, bewegingsvaardigheden en bewegingsexpressie. A.d.h.v. Groeilijnen voor hulp aan ontwikkelingsbedreigde kleuters wordt fijne motoriek, zelfredzaamheid en potloodgreep op klasniveau door de kleuterjuffen geobserveerd en a.d.h.v. bijhorende stappenplannen worden de kleuters die het nodig hebben op leerlingenniveau gestimuleerd 3.1.1.3. Wiskunde A.d.h.v. het leerplan wiskunde worden de kleuters op klasniveau geobserveerd voor: -getallenkennis: hoeveelheden vergelijken en ordenen (zie leerplan blz. 40) -getallenkennis: telrij opzeggen en één-één-relatie (zie leerplan blz. 40) -meten en metend rekenen: vergelijken zonder maateenheid (zie leerplan blz. 60) -meten en metend rekenen: tijdstip tijdsduur (zie leerplan blz. 68) -meetkunde: ruimtelijke oriëntatie: omsluiting positie van voorwerpen (zie leerplan blz. 74) A.d.h.v. observatielijsten kan men op leerlingenniveau noteren wanneer ze de begrippen verworven hebben. De lijsten schuiven door naar de volgende kleuterklas. 3.1.1.4. Taal- en denkontwikkeling K3 gaat voor taal observeren met Kijkwijzer taalontwikkeling in de kleuterklas samengesteld door de zorggroep van de scholengemeenschap van Geraardsbergen-Deftinge Aan de hand van Groeilijnen voor hulp aan ontwikkelingsbedreigde kleuters (blz. 1 t.e.m. 32) worden alle kleuters op klasniveau geobserveerd i.v.m. taalvaardigheid, woordenschat, auditieve en visuele discriminatie, memory en logisch rangschikken, puzzelen, symboolbewustzijn en kalenders aflezen. A.d.h.v. bijhorende stappenplannen worden de kleuters op leerlingenniveau individueel gestimuleerd en opgevolgd 5

3.1.1.5. Toeters: Alle kleuters van de derde kleuterklas maken in het midden van het schooljaar de Toetertest. De testen worden door de klasleerkracht geanalyseerd. Aan de hand van deze analyse wordt er op klasniveau bijgestuurd door de klasleerkracht waar het nodig is (vb. veel fouten bij Rijmen => extra oefenmomenten Rijmen ). Indien het resultaat van een test bij een bepaalde leerling onder het gewenste minimum ligt, kan op leerlingenniveau een individueel remediëringsplan worden opgesteld en worden uitgevoerd door de klasleerkracht en/of het zorgteam. Aan de hand van de resultaten die blijken uit het KVS en/of uit de speel/leermomenten biedt de zorgleerkracht wekelijks individuele hulp in de klas aan de hulpbehoevenden 3.1.2. Het leerlingvolgsysteem 3.1.2.1. Spelling: Alle leerlingen van de lagere school (behalve L1) worden minimum 2 maal per jaar getest voor spelling (controledictees Tijd voor taal ). De testen worden door de klasleerkracht geanalyseerd (via het bijhorende softwareprogramma of het analyseblad). Aan de hand van deze analyses wordt er op klasniveau bijgestuurd door de klasleerkracht waar het nodig is (vb. veel fouten aan v.t. => extra les(sen) over v.t.). De analyses van de testen van alle klassen (L2->L6) worden door de zorgcoördinator geanalyseerd om eventuele tekortkomingen in de methode Tijd voor taal op te sporen en op schoolniveau bij te sturen. Indien het resultaat van een test bij een bepaalde leerling onder het gewenste minimum ligt, kan op leerlingenniveau een individueel remediëringsplan worden opgesteld en worden uitgevoerd door de klasleerkracht en/of het zorgteam. Na een analyse van de testen van alle klassen (L2 -> L6) bleek dat er zwak werd gescoord op schoolniveau op verenkelen en verdubbelen. Er werden 4 extra lessen aangemaakt over verenkelen en verdubbelen waaruit de klasleerkracht kan kiezen om preventief of remediërend aan dit probleem te werken 3.1.2.2. Wiskunde: Alle leerlingen van de lagere school worden in het begin en in het midden van het schooljaar getest voor Wiskunde (toetsen LVS van het VCLB). De testen worden door de klasleerkracht geanalyseerd (via het bijhorende analyseblad). Aan de hand van deze analyse wordt er op klasniveau bijgestuurd door de klasleerkracht waar het nodig is (vb. veel fouten bij hoofdrekenen. => extra les(sen) hoofdrekenen). De analyses van de testen van alle klassen (L1->L6) worden door de zorgcoördinator geanalyseerd om eventuele tekortkomingen in de methode Talrijk op te sporen en op schoolniveau bij te sturen. Indien het resultaat van een test bij een bepaalde leerling onder het gewenste minimum ligt, kan op leerlingenniveau een individueel remediëringsplan 6

worden opgesteld en worden uitgevoerd door de klasleerkracht en/of het zorgteam. Na een analyse van de testen van alle klassen (L1 -> L6) bleek dat er zwak werd gescoord op schoolniveau voor hoofdrekenen, vooral aftrekken, en dit vooral in L4 en L5. We kwamen tot het besluit dat we wat meer aandacht zouden besteden aan aftrekken dan dat er in de Nieuwe Talrijk werd aangeboden. Het aanbod in de Nieuwe Talrijk hieromtrent is te verwarrend voor de kinderen. We opteerden om steeds vanuit dezelfde strategie (splitsen) te vertrekken. Na duidelijke inoefening van de splitsingsstrategie merken we betere resultaten voor aftrekken. 3.1.2.3. Socio- emotionele ontwikkeling: Zesmaal per jaar wordt er voor elke leerling een socio- emotioneel rapport opgesteld. Aan de hand van deze rapporten wordt er op klasniveau bijgestuurd door de klasleerkracht waar het nodig is (vb. onbeleefd gedrag bij veel leerlingen in een klas => extra les(sen) over beleefdheid). De rapporten van alle klassen (L1->L6) worden jaarlijks door de zorgcoördinator geanalyseerd om eventuele tekortkomingen op te sporen en op schoolniveau bij te sturen (vb. Jaarproject Dierenstad ). Indien het resultaat van het socio- emotioneel rapport bij een bepaalde leerling onder het gewenste minimum ligt, kan op leerlingenniveau een individueel remediëringsplan worden opgesteld en worden uitgevoerd door de klasleerkracht en/of het zorgteam. 3.1.2.4. Lezen Door een opeenvolging van beoordelingen over de leesvaardigheid, waarbij de evolutie of de hoeveelheid leeswinst bepaald wordt, willen we het leesonderricht binnen onze school gunstig beïnvloeden. De term dyslexie willen we reserveren voor leesproblemen met weinig groeimarge Bij het begin van het schooljaar en in het midden van het schooljaar wordt het AVI-niveau bepaald van alle kinderen uit het tweede en derde leerjaar. Kinderen uit de bovenbouw die AVI 9 nog niet bereikten worden ook getest. De bedoeling van deze afname is enerzijds een richtlijn te hebben naar aangepast leesmateriaal (op school, maar ook thuis). Anderzijds biedt het via de evolutietabel AVI-lezen van het leerlingendossier een zicht op de leesvorderingen van elk kind en wordt er zichtbaar welke kinderen extra ondersteuning dienen te krijgen. Al deze gegevens van de leerlingen (+ alle andere nuttige informatie over de lln. in kwestie) worden eveneens verzameld in een leerlingendossier waardoor we duidelijker de evolutie van de prestaties van de kinderen kunnen volgen gedurende gans hun kleuter en lagere school. 7

Vanaf schooljaar 2013-2014 startten we met het digitale volgsysteem 2thepoint. Dit systeem is ook gekoppeld aan ons rapport. Ook onze papieren dossiers blijven de eerste jaren nog bestaan omdat we niet met terugwerkende kracht werken. 3.2. Overleg -Ons zorgteam werkt nauw samen met het CLB. Maandelijks hebben we minstens één overleg met het CLB waarop eventuele problemen kunnen vermeld, besproken en opgelost worden met behulp van de deskundigheid van de CLB-medewerkers. Wekelijks is er contact via e-mail: interventies aanvragen, info, afspraken maken, verslagen opsturen,... - MDO: -3 maal per jaar -het MDO heeft plaats in de PC-klas -o.l.v. zorgcoördinator -aanwezigen: zorgcoördinator, klasleerkracht, zorgleerkracht, CLB, directeur, eventueel externe experten -het MDO wordt voorbereid door de klasleerkacht: probleemstelling, reeds gedane zorginitiatieven, sterke punten en hulpvraag (= vragen 1, 2, 3 en 4 van de MDO-fiche) worden ingevuld op de MDO-fiche voor de leerlingen die dienen besproken te worden op het MDO ( de klasleerkracht signaleert). Tijdens het MDO trachten de aanwezigen een handelingsplan op te stellen (zie 5 op MDO-fiche) voor de leerling(en) in kwestie. Het handelingsplan wordt nadien uitgevoerd door de klasleerkracht en/of zorgteam en/of externen. -De zorgcoördinatoren vergaderen regelmatig met zorgcoördinatoren uit de regio via een netwerkgroep waarin ieder z n ervaringen kwijt kan en waarin men van elkaar kan leren. -De zorgcoördinatoren van de school maken ook deel uit van de gespreksgroep van zorgcoördinatoren van de scholengemeenschap. -De zorgcoördinator organiseert contacten met CLB, therapeuten,, en andere experten. -De zorgcoördinator (lager) is o.a. wekelijks aanspreekbaar tijdens een spreekuur (dinsdag van 10.25 uur tot 10.45 uur en woensdag van 10.25 uur tot 10.45 uur), op dit moment kunnen o.a. problemen door klasleerkrachten gesignaleerd worden. -Het zorgteam is aanspreekbaar voor ouders om te praten over eventuele problemen die zich voordoen binnen de school rondom hun kind(eren) teneinde oplossingen te kunnen zoeken. 3.3. Hulp door zorgteam binnen en buiten het klasgebeuren Het zorgteam staat in voor de begeleiding van individuele leerlingen of groepjes bij lees-, reken-, schrijf- en / of socio-emotionele problemen. Ook de sterkere lln. hebben recht op individuele begeleiding om ook deze kinderen op hun niveau te kunnen benaderen. Dit kan zowel binnen als buiten de eigen klas gebeuren. 8

3.4. Bijscholingen -Het zorgteam engageert zich om zich bij te scholen (zie lijst bijscholingen). 3.5. Hulp bieden op leerkrachtenniveau door het zorgteam -Materiaal aanmaken, informatie opzoeken, informeren, coachen, overleg/spreekuur, handelingsplannen opstellen. 3.6. Zorg in de computerklas In het 5 e en het 6 e leerjaar worden o.l.v. de ICT- en zorgcoördinator de computers gebruikt in het kader van: 1) hoekenwerk 2) differentiatie 3) zorg 4) niveaurekenen 3.6.1. Hoekenwerk: Elke computer vormt een hoek. Aan elke computer is een verschillende opdracht gekoppeld die ze zelfstandig trachten uit te voeren. De opdrachten zijn verdeeld in verschillende categorieën: -Taal: spelling, begrijpend lezen, gericht luisteren, taalsystematiek -Wiskunde: meten en metend rekenen, getallen, hoofdrekenen -W.O.: de lln. lossen opdrachten op gekoppeld aan enkele van hun W.O.-thema s die ze in de loop van het jaar in de klas leren -Frans: de lln. oefenen de geziene leerstof van de tekst die ze op dit moment zien in de klas Elke computer vormt een schakel van een ketting die de lln. doorlopen. Elke week schuiven de leerlingen één computer op via een doorschuifsysteem. 3.6.2 Differentiatie: In de meeste softwareprogramma s kun je kiezen uit verschillende niveaus. De leerlingen worden aangeraden te beginnen met gemiddeld, indien dit te moeilijk is gaan ze naar gemakkelijk. Indien gemiddeld te gemakkelijk is gaan ze naar moeilijk. Ieder werkt dus op z n eigen niveau en tempo en tracht op die manier telkens een stapje verder te komen. 3.6.3. Zorg: 9

Leerlingen die extra zorg nodig hebben tengevolge van bijvoorbeeld een slecht resultaat op een controledictee, krijgen vanuit het remediëringsplan hierop remediëringsoefeningen (zie Spellingmachientjes) of typopdrachten wanneer ze aan de computer Spelling zitten. De sterkere leerlingen krijgen op hun beurt dan weer de kans om in de computerklas via het niveau moeilijk moeilijkere oefeningen dan de oefeningen die ze in de klas krijgen te maken. Op die manier kunnen we niet alleen zorg bieden aan bijvoorbeeld de zwakke spellers maar ook aan de rekenknobbels die hun honger naar meer, beter, moeilijker gestild zien door het rijke aanbod oefeningen waaruit ze kunnen kiezen. 3.7. De leerlingenraad De zorgcoördinator begeleidt maandelijks de leerlingenraad. Doel: het welbevinden van de leerlingen in onze school verhogen. 10

4. Functiebeschrijving + taakverdeling 4.1 Zorgcoördinator: Stefan (10/36): lager (L3 t.e.m. L6) Liesbeth (4/36): lager (L1, L2) Nele (4/36): kleuters 4.1.1. Schoolniveau: -De analysebladen van de testen Wiskunde en Spelling van het LVS op schoolniveau analyseren om eventueel de methoden van Wiskunde en Spelling op schoolniveau bij te sturen. (Lager) -De zorgcoördinator engageert zich om zich bij te scholen. -Bijwonen van netwerkgroepen (zie 3.2): de zorgcoördinatoren vergaderen regelmatig met zorgcoördinatoren uit de regio Denderdal via een netwerkgroep waarin ieder z n ervaringen kwijt kan en waarin men van elkaar kan leren. -Overleg organiseren: (zie 3.2) -MDO -maandelijks zorgoverleg met CLB -wekelijks contact met CLB via mail, telefoon, -de zorgcoördinator is o.a. wekelijks aanspreekbaar tijdens een spreekuur (Lager: dinsdag van 10.25 uur tot 10.45 uur en woensdag van 10.25 uur tot 10.45 uur), op dit moment kunnen o.a. problemen door klasleerkrachten gesignaleerd worden -De zorgcoördinator organiseert contacten met CLB, therapeuten,, en andere experten. 4.1.2. Leerkrachtenniveau -Materiaal aanmaken, informatie opzoeken, informeren, coachen, overleg/spreekuur, handelingsplannen opstellen. 4.1.3. Leerlingenniveau -Individuele leerlingen (of kleuters) of groepjes begeleiden bij lees-, reken-, schrijf- en / of socio-emotionele problemen. Dit kan zowel binnen als buiten de eigen klas gebeuren -Leerlingenraad begeleiden (Lager). -Begeleiding hoekenwerk in de PC-klas (zie 3.6). (Lager) 4.2. Klasleerkracht -zie punt 2 11