Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium Jaarverslag 2011-2012



Vergelijkbare documenten
8 e Symposium Stichting Baarmoederhalskanker. preventie Oost

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2015

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2015

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2015

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2015

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2014

Draaiboek bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker voor zelfuitnodigende huisartsen 2015

Nieuwe Richtlijn Cervixcytologie (2016)

SUREPATH GYN MORFOLOGIE Cervixcytologie

Baarmoederhalskanker screening

Samenvatting. Samenvatting

BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER. Monitor 2017 EERSTE RESULTATEN VAN HET VERNIEUWDE

PROGRAMMA EN ABSTRACTS

ADAS3 - Vragenlijst 1: Algemeen Vragenlijst voorbeeld

Transitie NEN-EN-ISO enkele ervaringen van auditors en labs

!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!

Nieuwe bevolkings onderzoek baarmoederhalskanker

BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER Monitor 2015

BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER

Toelichting op conceptnorm kritieke bevindingen in de pathologie

Inhoudsopgave: Voorwoord Programma Abstracts... 5 t/m 10

Stand van zaken zomer 2013: CCKL accreditatie: 29/65 labs

Kwaliteit: ISO een nieuwe richting?

Hoe ervaren we ISO15189 accreditatie? Stand van zaken.

HPV nu en in de toekomst. Nynke de Boer Magda van Oven Britt van Etten Debruijn Jorien Helder-Woolderink

Inleiding De stichting RHZ

HPV test volgens landelijke richtlijn. Heleen Doornewaard, Patholoog Gelre ziekenhuizen, 11 maart 2009

Versnelling verzending pathologisch materiaal bij een verwijzing

Klachtenbehandeling, procedure

BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER Monitor 2016

Op naar ISO15189: alles over scopes, veldnormen en toelichtend document op de norm.

CERVIXCARCINOOM. Nascholingsavond voor assistenten en poh ers DINSDAG 13 NOVEMBER ROTTERDAM

Vervolgscholing Cervixscreening. voor doktersassistenten

Onderwerpen (1) 29 januari Kwaliteitszorg conform ISO in de praktijk aanpak St Jansdal

VERTROUWEN IN PROFESSIONALS

Oncologie Kempen oktober 2013 Cultureel Centrum t Schaliken- Herentals Guido Van Hal Centrum voor Kankeropsporing vzw Afdeling Antwerpen

HET MANAGEMENTCONTRACT in het kader van Integraal Resultaatverantwoordelijk Management Margreeth van der Kooij

KvK Eindhoven: BTW/VAT/MwSt: NL B01

Werkgroep ketenzorg hart- en vaatziekten

MANAGEMENTBEOORDELING: VAN ANDERS DENKEN NAAR ANDERS DOEN!

OVERGANGSFASE BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER EN INDICATIE INFORMATIE VOOR LABORATORIA

STAR-MDC ZOEKT EEN KLINISCH CHEMICUS (M/V)

Sneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm?

IZORE CONCEPT. 1 REGIONAAL DICHTBIJ snel en goed bereikbaar persoonlijk contact met aanvragers regionale patiëntinformatie

Terugblik Casuïstiek

4 e Symposium Stichting Baarmoederhalskanker. preventie Oost. Afscheidsymposium Dr. A. Hanselaar

Heraccreditatie CCKL. Dr L Stolk, Klinische Farmacie, Academisch Ziekenhuis Maastricht

1. FORMAT PLAN VAN AANPAK

Overgang van het bestaande naar het vernieuwde bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker

Beschrijving van de belangrijkste wijzigingen plus puntsgewijze opsomming (na pag.) van alle ontvangen opmerkingen bij versie 3.0.

Resultaten Onderzoek hygiëne en infectiepreventie Oktober 2015

Inhoud. Hoofdstuk 1 Algemeen

Sneldiagnostiek in de oncologische zorg

Taakherschikking in de pathologie

Klachtenbehandeling 2015

Chapter 9. Nederlandse samenvatting

Klachtenregeling cliënten Stichting Wonen & Zorg Purmerend

Hoe manage ik een incident / recall

Energiemanagement actieplan. Van Schoonhoven Infra BV

Klachtenregeling. Directeur De directeur van Pool Management & Organisatie b.v.

KISZ-VRAGENLIJST KWALITEITS INVENTARISATIE EN SIGNALERING ZORGPROCESSEN

Welkom. Vervolgscholing. Colofon. Programma. Vervolgscholing Cervixscreening - Versie Cervixscreening

Jaarverslag SKKP

Functieprofiel: Ondersteuner ICT Functiecode: 0405

ADAS3 - Vragenlijst 6: Diagnostiek Vragenlijst voorbeeld

Uitstrijkjes worden gemaakt om (voorstadia van) baarmoederhalskanker op te sporen.

De volgende stap naar certificering!

Evaluatie en verbetering kwaliteitsysteem

Nascholing huisartsen 20 februari 2013

Samenwerking pathologie Laboratoria

KRITISCHE KENGETALLEN INLEIDING

Organisatie Arbo en Milieu bij de Universiteit Leiden

Kwaliteitssysteem datamanagement. Meetbaar Beter

Je ontwikkelt een gedeelde HR-visie en vertaalt deze in strategische doelstellingen, die passen binnen het strategisch meerjarenplan van KORTRIJK.

Functieprofiel Ondersteuner ICT Functieprofiel titel Functiecode 00

Moleculaire Diagnostiek in de Pathologie

Het bewaren van lichaamsmateriaal door Pathologie laboratoria.

KWALITEIT 1 SITUATIE 2 TEST

De volgende stap naar certificering!

FUNCTIEONDERZOEK: SPIROMETRIE

Mijn apotheek, Acdapha Groep. Aanvulling bij Jaarplan

Resultaten audits bevolkingsonderzoek darmkanker. Robert Jan van Suylen, RCP regio Zuid JBZ Den Bosch

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

Arbo- en Milieudeskundige

Klagen staat vrij. Verslag Meldingen Klachten Cliënten Archipel

Jaarverslag Januari december Wouter Slors. Boerderijnummer: 1561

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

Dé cursus over huidkanker voor de Eerste Lijn

Handleiding herbeoordelingsprocedure bij een vermeende diagnostische fout

Arbo jaarverslag 2012 & Arbo jaarplanning 2013

In 2009 werden vrouwen en in vrouwen uitgenodigd om deel te nemen aan het bevolkingsonderzoek.

WKCZ = Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector ligt ten grondslag aan deze regeling.

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Consultdiensten oncologische zorg Pathologie panels

Beleidsplan 2019 Stichting Combiwel Amsterdam

Concept. 1. Met betrekking tot de inhoud van het werk/werkzaamheden, hoe tevreden bent u over:

Thema: GYN-nieuwe stijl BVO-na HPV test

Biopteren in de eerste lijn. Christiane Hebeda mmv Enny Beverdam dermatologen, locatie Hengelo en Almelo

REGELGEVING EN ETHIEK IN DE MEDISCHE PRAKTIJK

Informatie over het thema-onderzoek Letselschadebehandeling en Kwaliteitscode rechtsbijstand Stichting toetsing verzekeraars

Transcriptie:

Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium Jaarverslag 2011-2012 www.lcpl.nl

Inhoudsopgave Inleiding 3 A. Organisatie 4 A1. Algemeen 4 A1.1. Organisatiestructuur 4 A1.2. Organogram 4 A1.3. Personeel 2011 en 2012 5 A1.4. Overlegstructuren 7 A2. Investeringen 2011 en 2012 8 A3. Kwaliteit 9 A3.1. Meldingen en ISO-norm 9 A3.2. ARBO en milieu 10 A3.3. Klachtenregistratie 11 A3.4. Opleidingsplan personeel, bij- en nascholing 12 A4. Samenwerking 14 A4.1. DDL/LBP en ISO-normen 14 A4.2. S.P.O.E.D. 14 A5. Lidmaatschappen en abonnementen 15 A6. Visitaties 16 A6.1. Cervixcytologie 16 A6.2 NVVP 16 B. Evaluatie Diagnostiek en Patiëntenzorg 2011-2012 17 B1. Overzicht ingezonden onderzoeken 17 B2. Cervixcytologie 18 B3. Histologie 22 B4. Moleculaire diagnostiek 25 B5. Fluordiagnostiek 27 C. LCPL, Kennis, Kwaliteit en Opleiden 28 C1. 24th European Congress of Pathology; Pathology Science for Patients, Praag, 28 8-12 september 2012 C2. Kwaliteit 29 C3. 28th International Papillomavirus Conference Puerto Rico, 30 november-6 december 2012 30 C4. The George L. Wied Life-Time Achievement in Cytologic Research Award 2013 31 C5. Beurzen 2012/2013 32 C6. NVVP-visitatie 33 C7. Stichting Pathologie Onderwijs Eerstelijns Diagnostiek (S.P.O.E.D.) 34 D. Publicaties 35

Inleiding Met veel genoegen presenteren wij u het jaarverslag over de jaren 2011 en 2012. Dit jaar in een heel andere vorm dan u van ons gewend bent. Het boekje met de groene kaft is vervangen door een digitaal exemplaar waarvan u desgewenst via onze geheel vernieuwde website www.lcpl.nl een papieren versie kunt aanvragen. Wat wel is gebleven, zijn de verhalen van onze medewerkers, die ieder op hun eigen wijze een klein stukje presenteren van (een deel van) hun werkzaamheden. U vindt ze in het C-deel van dit jaarverslag. De Evaluatie Diagnostiek en Patiëntenzorg 2011-2012 beslaat het A-gedeelte van het verslag en in het B-deel kunt u meer lezen over de organisatie van het LCPL in de genoemde jaren. Tenslotte zijn in afdeling D publicaties en abstracts opgenomen van zowel LCPL als van DDL die 2011 en 2012 zijn verschenen. 2011 is het jaar waarin de organisatorische samenwerking die LCPL kort daarvoor met DDL is aangegaan, steeds meer vorm krijgt en steeds hechter wordt. Als in het begin van dat jaar de toenmalig medisch directeur/patholoog zijn loopbaan elders vervolgt, wordt het specialistenteam van het LCPL uitgebreid met twee gerespecteerde pathologen en een medisch microbioloog van DDL. Ook op bestuurlijk gebied wijzigt het een en ander. Mathilde Boon draagt halverwege dat jaar haar bestuurlijke taken over aan Wim Quint, eigenaar en directeur van DDL Diagnostic Laboratory in Rijswijk. Dit is het begin van de uitbreiding van het LCPL-netwerk op medisch/diagnostisch gebied. Als deze eerste stappen in de samenwerking zijn gezet, wordt in 2012 het speerpunt verlegd naar kwaliteit en het verkrijgen van accreditatie op NEN-EN-ISO-norm 15189. Nadat in een eerdere fase al een aanvang is gemaakt met het opzetten van een kwaliteitssysteem, worden vanaf 2012 grote stappen gemaakt. Processen worden beschreven, bestaande procedures worden (her)beoordeeld, (interne) audits worden uitgevoerd en een verbetercommissie wordt in het leven geroepen. Dit alles om uiteindelijk te resulteren in een volledige implementatie van een goed gefundeerd QA-systeem, waarbij door keer op keer kritisch naar de eigen organisatie te kijken, een continu proces van kwaliteitsverbetering tot stand komt. Intussen kristalliseert de samenwerking met DDL zich verder uit en wanneer de overheidsplannen voor het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker nieuwe stijl concreter worden, blijkt de samenwerking van de twee organisaties, met enerzijds de jarenlange ervaring van LCPL in het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker en anderzijds de expertise van DDL op het gebied van HPV, de ideale combinatie te zijn om adequaat in te kunnen spelen op deze nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen. Steeds wordt verder gezocht naar manieren om de expertise van DDL op het gebied van moleculaire technieken aan te wenden om de kwaliteit van de LCPL-diagnostiek op een nog hoger peil te brengen. De eerste resultaten daarvan zullen in 2013 zichtbaar worden. In de loop van 2012 neemt Mathilde Boon steeds meer afstand van de dagelijkse routine van het LCPL en nadat aan het eind van dat jaar bekend wordt dat zij The George L. Wied Life-Time Achievement in Cytologic Research Award 2013 toegekend krijgt (waarover elders in dit jaarverslag meer) maakt zij tenslotte de volledige overstap van patiëntendiagnostiek naar research en development door als emeritus scientist bij DDL deel te nemen aan diverse research-projecten. Na deze twee overgangsjaren waarin zoveel ontwikkelingen op diagnostisch, bestuurlijk en kwaliteitsgebied hebben plaatsgevonden, breekt in 2013 een nieuw tijdperk aan voor het LCPL, een laboratorium dat de toekomst op alle gebieden met open vizier en vol vertrouwen tegemoet kan zien. Dr. Wim G.V. Quint 3

A. Organisatie A1. Algemeen A1.1. Organisatiestructuur In 2011 en 2012 bestaat de directie van het LCPL uit vier personen. Alle afdelingen worden direct aangestuurd door het directielid dat de betreffende afdeling tot zijn of haar aandachtsgebied heeft. Op elke afdeling is een afdelingshoofd verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken. Zo zijn in 2011 en 2012 een kernanalist cytologie en een kernanalist histologie verantwoordelijk voor respectievelijk de afdelingen cytologie en histologie en is het hoofd secretariaat verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen op het secretariaat, dat voor een deel de patiëntenadministratie voert en voor een ander deel als medisch secretariaat ondersteuning biedt aan de medische staf. De directiesecretaris heeft tevens als operationeel manager de eindverantwoordelijkheid voor alle operationele zaken met betrekking tot de dagelijkse routine in het laboratorium. De kernanalisten en het hoofd secretariaat hebben gedelegeerde verantwoordelijkheden aangaande personeelsbeleid en vakinhoudelijke zaken betreffende de specifieke onderdelen van het laboratorium. A1.2. Organogram Organogram LCPL 2012 AD = Algemeen Directeur MD = Medisch Directeur FD = Financieel Directeur DS = Directiesecretaris AD AD AD R&D Directie Secretariaat Facilitair AD MD Directie FD DS FD FD HHO HCC Financiën FD IT FD HRM MD AD MD MD Operatie LCPL Mol Bio QA Medische staf Secretariaat Histologie Cytologie BV- PCR AVE AVK BHA KVK PVB PVD CVV SVR WME MPI ASC EBE JGI SAK NVG JSE NAL NJO 4

A1.3. Personeel 2011 en 2012 Het LCPL is in deze twee jaren volop in beweging. Naast wisselingen die in de medische staf, de directie en het management plaatsvinden, zijn in 2011 en 2012 nieuwe analisten in dienst getreden en is het Huisarts Contact Centrum opgericht. Hieronder een overzicht van het personeel van het LCPL in 2011 en 2012. Directie Functie Dr. W.G.V. Quint Algemeen directeur H. Hoogduin Financieel directeur Dr. A.M. Uyterlinde Medisch directeur P. Bouw Directiesecretaris/Operationeel manager Medische staf Dr. A.M. Uyterlinde Drs. M. van Velsen Dr. E.K.J. Risse Prof. dr. G.J.J. van Doornum Drs. S. Beck Patholoog Patholoog Patholoog Medisch Moleculair Microbioloog Arts/Dermatopathologisch diagnost (Medisch) secretariaat M.E.E. van Beek Hoofd secretariaat P.M.C. Appelboom-van Duren Medewerker secretariaat P. van Beek Medewerker secretariaat G.J. Haasnoot Medewerker secretariaat C.T.T. van Kesteren-Lemmers Medewerker secretariaat A. van der Klauw Medewerker secretariaat W. Meliksetian-Ohanian Medewerker secretariaat M. Pieniazek Medewerker secretariaat S.S. van Rhijn-de Jager Medewerker secretariaat A.W. van der Veer Medewerker secretariaat C.M. van der Veer-Melman Medewerker secretariaat L. Varkevisser Medewerker secretariaat Cytologie E.M. Meijer-Marres Kernanalist N.A. Meyer-Alcântara Analist A. Hanna Analist H.T. Jafer Analist N.R. de Jong Analist P.J.M. Pothuis-Adriolo Analist J.B.G. Seetz Analist Histologie/Immunologie A.A. Korkwe Kernanalist S. Akbar Analist E.W. van der Beek Analist J.J. van Gils-Catersels Analist N. van Gils Analist A.J. Scholte Analist M. de Vries Kernanalist A.M. Karijoredjo Analist I. van Voskuilen-de Jong Analist 5

Moleculaire Diagnostiek H.W. Bouwhuis Kernanalist C.L.G. van den Hoed Analist M. Hoekstra Analist QA M. de Vries Kwaliteitsfunctionaris M. Eppink Kwaliteitsfunctionaris R&D Dr. M.E. Boon Dr. P.A. Brons-Holloway Dr. P. Smit J.P. Breijer C.W.M. Koene Directiesecretariaat M.W.E. van der Heijden-Beukers Directeur/Patholoog Wetenschappelijk medewerker Wetenschappelijk medewerker Analist Directiesecretaresse Directiesecretaresse Facilitair H.H.M. van Keep Hoofd facilitaire zaken F. Kaffa-Marchi Laboratorium medewerker Huisarts Contact Centrum S.A. Quint Manager HCC L. Nuyten Medisch relatiebeheerder HCC S.F.F. Verlinden Medisch relatiebeheerder HCC H. Korporaal Relatiebeheerder HCC M.H. Beijer Relatiebeheerder HCC A.E. van der Haer Coördinator cursussen S.P.O.E.D. C.W.M. Koene Secretarieel medewerker HCC Financieel M. Hemminga Financieel manager C.P.M. Barendse-van der Burg Financieel medewerker I.C. Schaap-Looij Financieel medewerker ICT C.R. Boekkooi C.K.L. Lam J.F.J. Tjon-A-Sin HRM E.J. Barendse Hoofd ICT Medewerker ICT Medewerker ICT Medewerker HRM Oproepkrachten M.A. Barendse Oproepkracht F.F.E.M. Juveyns Oproepkracht E. Lenshoek Oproepkracht E.M. Pothuis Oproepkracht H.E. Pothuis Oproepkracht B. Witte Oproepkracht K.H. Schaap Oproepkracht M. Rovers Oproepkracht M.P. Haasnoot Oproepkracht 6

A1.4. Overlegstructuren Het LCPL kent in de jaren 2011-2012 diverse overlegvormen die ieder met eigen doelstellingen en met verschillende frequenties worden gevoerd. Binnen de directie vindt beleidsafstemming plaats, waarna het beleid via de directiesecretaris en de afdelingshoofden in de operatie geïmplementeerd wordt. Andersom krijgt de directie input vanuit de operatie via de directiesecretaris. Dit gebeurt op wekelijkse basis in het zogenaamde operationeel overleg, waarin de afdelingshoofden vergaderen met de directiesecretaris in de rol van operationeel manager. Eens in de twee weken sluiten de hoofden van de supportafdelingen bij dit zogenaamde OO aan. Verder zijn er vakinhoudelijke overleggen waar bijvoorbeeld coupebesprekingen worden gevoerd, maar ook bijeenkomsten waar juist voornamelijk zaken van organisatorische aard centraal staan. Behalve binnen een afdeling vinden ook afdelingsoverschrijdend vergaderingen plaats. Bovendien sluit de directiesecretaris in haar rol van operationeel manager regelmatig aan bij het overleg van de Medische Staf en andersom neemt de voorzitter van de Medische Staf geregeld deel aan het operationeel overleg. Zo wordt steeds een goede samenwerking en informatieafstemming tussen de verschillende bedrijfsonderdelen gewaarborgd. Zoals eerder aangegeven is een van de speerpunten in deze jaren het opzetten van een goed gedocumenteerd Kwaliteitssysteem. Om zo efficiënt mogelijk naar de doelstelling van accreditatie toe te kunnen werken, wordt een Stuurgroep QA in het leven geroepen, die de kartrekker voor het gehele project zal zijn. Daarnaast worden de verschillende deelprojecten in diverse werkgroepen opgepakt en afgerond. De directie van het LCPL overlegt één keer per week. De medische staf heeft wekelijks een pathologenoverleg. Zie voor een volledig overzicht van de overlegstructuren en de frequenties van overleg het onderstaande schema. Vergadering Frequentie Voorzitter Deelnemers Directie-overleg Wekelijks Algemeen directeur Directieleden + notulist Operationeel overleg (groot 2-wekelijks, afwisselend Operationeel manager Alle afdelingshoofden verband) met OO klein verband Operationeel overleg (klein verband) 2-wekelijks, afwisselend met OO groot verband Operationeel manager Hoofden afdelingen primair proces Stuurgroep kwaliteit/qa-overleg Maandelijks Medisch Directeur i.s.m. Afdelingshoofden Kerteza Pathologenoverleg Wekelijks Medisch directeur Pathologen Coupebespreking histologiepathologen Dagelijks Pathologen Kernanalist-patholoog overleg histologie/immunologie Wekelijks en indien nodig PA-histo PA-histo + kernanalist histo/immuno Planbordoverleg histo/immunoanalisten dagelijks Afdelingshoofd histo/immuno Alle histologie- en immunologie-analisten Werkoverleg cytologie 2-wekelijks Afdelingshoofd cytologie Consulenten en cytologieanalisten Casusbespreking cytologie Maandelijks Consulent cytologie Cytologie-pathologen, consulenten, cytologiescreeners Werkoverleg secretariaat 6-wekelijks Afdelingshoofd secretariaat Alle secretariaatsmedewerkers Financiële administratie Indien nodig Medewerkers financiële administratie ICT Indien nodig Medewerkers ICT HCC-overleg 2-wekelijks Manager HCC Medewerkers HCC Meldingencommissie Maandelijks QA-functionaris HCC; ldg primair proces, PA 7

A2. Investeringen 2011 en 2012 Laboratorium T5000 Microscoop Objectief microscoop Camera microscoop Cyto-shaker Boxer 35 Ventilator snijtafel Cassette printer Slide printer Algemeen gebouw/inventaris Verbouwing Rooseveltstraat 4D Diverse kantoormeubelen Tafels en stoelen kantine Espressomachine Vaatwasser Algemeen ICT LMS implementatie Netwerkaansluitingen Diverse computers, laptops, monitors, printers en scanners Kleine hardware, zoals toetsenborden, muizen en adapters 8

A3. Kwaliteit A3.1. Meldingen en ISO-norm In 2011 zijn er totaal 5 MIP-meldingen (Meldingen Incidenten Patiëntenzorg) geweest en in 2012 was er 1 MIPmelding. Om een goede registratie van verbeterpunten te kunnen maken en vervolgens ook van de eigen verbeterpunten te kunnen leren, is eind 2012 een zogenaamde Meldingencommissie opgericht. Deze commissie houdt zich bezig met de analyse en evaluatie van geconstateerde ( gemelde ) afwijkingen van de geldende procedures en ziet toe op de opvolging van deze afwijkingen. Deze kwaliteitscommissie bewerkstelligt hierdoor een continue kwaliteitsverbetering van de processen binnen het LCPL en beoogt de gevolgen van geconstateerde afwijkingen te beperken, in het bijzonder die waar het de patiëntveiligheid betreft. De commissie vergadert structureel een keer per maand. Indien noodzakelijk wordt er op verzoek een extra vergadering gepland. In de commissie nemen de leidinggevenden van de diverse afdelingen deel alsmede een lid van de medische staf. Afwijkingen worden geclassificeerd in 3 levels: Level 1: Afwijking geconstateerd tijdens de uitvoering van de werkzaamheden die geen directe consequenties heeft voor de kwaliteit of patiëntveiligheid, maar, als de oorzaak niet wordt weggenomen, op lange termijn wel een negatief effect zou kunnen hebben. Level 2: Afwijking geconstateerd tijdens de uitvoering van de werkzaamheden die een directe consequentie heeft voor de kwaliteit van de uitvoering van de werkzaamheden of kan hebben als de oorzaak niet wordt weggenomen. Level 3: Afwijking geconstateerd tijdens de uitvoering van de werkzaamheden die een directe consequentie heeft voor de patiëntveiligheid of kan hebben als de oorzaak niet wordt weggenomen. Vanaf 2013 zal volgens de genoemde classificaties ook op meer formele basis gerapporteerd worden over de geconstateerde afwijkingen. De opvolging van een level 3-melding wordt dan als volgt: 1. Oorzaak-gevolganalyse. 2. Identificatie van acties voor verdere analyse. 3. Voorstellen voor aanvullende corrigerende maatregelen. De hierboven beschreven cyclus van constateren, melden, opvolgen en verbeteren van afwijkingen is een van de eisen die de ISO-norm 15189 aan organisaties stelt en waaraan LCPL met de installatie van de Meldingencommissie nu ook daadwerkelijk voldoet. 9

A3.2. ARBO en milieu Het LCPL heeft eind 2011 een RI&E (Risico Inventarisatie en Evaluatie) uit laten voeren. Op basis van de waarnemingen en bevindingen uit deze RI&E is een Plan van Aanpak gemaakt en in 2012 wordt een start gemaakt met de opvolging van de in het plan genoemde acties en aandachtspunten. Ook 2013 zal worden benut om acties uit het Plan van Aanpak verder uit te werken. In 2012 is de focus voornamelijk gelegd op onderwerpen aangaande personeel en BHV. Zo is een nieuw ziekteverzuimbeleid geformuleerd en vastgelegd in het personeelshandboek. Vervolgens is dit nieuwe beleid geïmplementeerd in de organisatie. De ARBO-dienstverlening is ondergebracht bij een andere organisatie dan voorheen. Op een aantal punten wordt het personeelsbeleid geharmoniseerd. Een rookbeleid wordt geformuleerd en rokers worden in de gelegenheid gesteld een cursus Stoppen met Roken te volgen. Interne verhuizingen maken het mogelijk dat verschillende werkplekken beter kunnen voldoend aan de ARBOeisen. Werkplekken worden aangepast en waar nodig geflexibiliseerd. Zo zijn er in hoogte verstelbare tafels in gebruik genomen. ARBO wordt vast onderdeel van diverse werkoverleggen, in ieder geval van het operationeel overleg, maar wordt ook opgenomen als onderdeel van het kwaliteitssysteem. In 2013 zal het beleid verder verfijnd en gedetailleerder uitgewerkt en uitgevoerd worden, bijvoorbeeld met bijzondere aandacht voor voorkomen van ziekteverzuim en re-integratie en duidelijke formulering en implementatie van functieomschrijvingen, waarin ook de rollen van ARBO-functionaris en Milieu-functionaris zijn opgenomen, en waarin taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van alle medewerkers expliciet omschreven worden. De aandacht van BHV ligt in 2012 vooral op noodprocedures. Een Bedrijfsnoodplan wordt geformuleerd en geïmplementeerd. BHV-medewerkers volgen training. Medio 2012 volgt het grootste deel van de medewerkers de cursus Kleine Blusmiddelen, zowel het theoretische deel als het praktijkgedeelte. Op verschillende momenten gedurende het jaar worden instructies gegeven over veiligheid en het gebruik van aangeboden beschermingsmiddelen. Ontruimingsplattegronden worden geactualiseerd, op relevante plekken geplaatst en door alle medewerkers getekend voor gezien. Daaropvolgend is een ontruimingsoefening uitgevoerd. In 2013 zal verdere opvolging van de aandachtspunten uit de RI&E plaats vinden. 10

A3.3. Klachtenregistratie Bij het streven naar een goed kwaliteitssysteem hoort niet alleen de instelling van een kwaliteitscommissie die, zoals in paragraaf C3.1 beschreven is, klachten registreert en continue kwaliteitsverbetering van de processen binnen het LCPL waarborgt en de gevolgen van geconstateerde afwijkingen beoogt te beperken, maar ook is het noodzakelijk om te beschikken over een onafhankelijke Klachtencommissie die een oordeel kan uitspreken over de gegrondheid van klachten. Artikel 2 van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (Wet van 29 mei 1995, houdende regels ter zake van de behandeling van klachten van cliënten van zorgaanbieders op het terrein van de maatschappelijke zorg en gezondheidszorg) schrijft voor: 1. elke zorgaanbieder treft een regeling voor de behandeling van klachten over een gedraging van hem of van voor hem werkzame personen jegens een cliënt. Hij brengt de getroffen regeling op passende wijze onder de aandacht van zijn cliënten. 2. de in het eerste lid bedoelde regeling: a. voorziet erin dat de klachten van cliënten worden behandeld door een klachtencommissie die bestaat uit ten minste drie leden, waaronder een voorzitter die niet werkzaam is voor of bij de zorgaanbieder; Bron: Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector, hoofdstuk 2, artikel 2, lid 1 en lid 2.a Op 5 oktober 2009 heeft de toenmalige directie van het LCPL de Klachtencommissie van het Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium formeel geïnstalleerd. Deze commissie heeft als doel een oordeel te geven over de gegrondheid van klachten en functioneert als Klachtencommissie in de zin van artikel 2 van de hierboven aangehaalde wet. De Klachtencommissie van het LCPL bestaat uit vier personen, waaronder mevrouw prof. dr. H.M. Dupuis (emeritus hoogleraar medische ethiek (Rijks)Universiteit Leiden) die de functie van voorzitter bekleedt en de heer prof. mr. B. Sluijters (emeritus hoogleraar gezondheidsrecht te Leiden) die deelneemt als lid voor het cliëntperspectief. Tot en met heden heeft het LCPL alle uitingen van onvrede naar tevredenheid van partijen zelf kunnen afhandelen en is het derhalve voor de Klachtencommissie niet noodzakelijk geweest om daadwerkelijk tot actie over te gaan. 11

A3.4. Opleidingsplan personeel, bij- en nascholing De directie van het LCPL voert een stimulerend beleid met betrekking tot de scholing van medewerkers. Tijdens de jaarlijkse planningsgesprekken hebben medewerkers de mogelijkheid om aan te geven of zij gebruik willen maken van trainingen en cursussen en kunnen zij aangeven waarin zij zich willen ontwikkelen. Samen met de leidinggevende worden zogenaamde planningsdoelstellingen opgesteld die ook jaarlijks geëvalueerd worden. In 2011-2012 werden de volgende cursussen en opleidingen gevolgd: Pathologen/artsen A.M. Uyterlinde Coupeavond VU, LucasZH, februari 2011 NVVP nascholingsdagen, Zeist, april 2011 Samenwerken/RVE s en financiën, Utrecht, april 2011 Dermatopathologiecongres (jubileum), Geneve, september 2011 NVVP nascholing, Den Bosch, november 2011 Dermatologiecongres, Leiden, januari 2012 NVVP Nascholingsdagen, Zeist, april 2012 SNP KNO diagnostiek/behandeling, Amsterdam, mei 2012 Europees cytologiecongres, Dubrovnik, september 2012 E.K.J. Risse Pathologendagen, Zeist, april 2011 36th European Congress of Cytology, Istanbul, september 2011 S. Beck Therapie op Maat; 4e interdisciplinaire congres van de NVCO, NVMO en NVRO, februari 2011 The Head and Neck Oncology Team Amsterdam, NKI-AVL/AMC, april 2011 Dermatopathology Symposium, London, april 2011 93rd Annual Meeting of the Swiss Society of Dermatology and Venereology, augustus-september 2011 Nascholing NVVP naevus of melanoom, Den Bosch, december 2011 Nascholing / Jubileum Symposium 30 jaar Pigmented Lesion Clinic LUMC, Leiden, januari 2012 Pathologendagen, Zeist, april 2012 Dermatopathology Symposium, Londen, mei 2012 Targeted Therapy tegen kanker, NWO, oktober 2012 Nascholing NVVP Huidadnextumoren, hoofd- en bijzaken, Blaricum, november 2012 M. van Velsen Pathologendagen, Zeist, april 2011 Workshop Soft Tissue Pathology, Maastricht, juni 2011 XXXII Symposium of the International Society of Dermatology; 93rd Annual Meeting of the Swiss Society of Dermatology and Venereology, Geneva, augustus-september 2011 36 th European Congress of Cytology, Istanbul, september 2011 Nascholing NVVP naevus of melanoom, december 2011 Medisch analisten A. Hanna Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic, juni 2011 H. Jafer Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic, juni 2011 E.M. Meijer-Marres Cursus Cervix in beeld, Endocervicale afwijkingen, maart 2011 Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic, juni 2011 N. Meyer-Alcântara CGO-cursus stagebegeleiding, maart 2011 Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic, juni 2011 12

P.J.M. Pothuis-Adriolo Cursus U-scripts U-DPS, februari 2011 CGO-cursus stagebegeleiding maart 2011 Cursus Cervix in beeld, Endocervicale afwijkingen, maart 2011 Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic juni 2011 N.R. de Jong Thinprep morphology training, januari 2011 Workshop "ThinPrep Paptest Look-alikes" Hologic, juni 2011 J. Seetz Thinprep morphology training, mei 2012 S. Akbar Thinprep morphology training, januari 2012 F. Juveijns Interne cursus Hologic, 24-25 mei 2012 Secretariaat Alle medewerkers Training Klantgericht en klantvriendelijk communiceren 13

A4. Samenwerking A4.1. DDL Diagnostic Laboratory (DDL), Labo Bio-medical Products (LBP) en ISO-normen De samenwerking tussen LCPL en DDL Diagnostisch Laboratory in Rijswijk die sinds 2011 steeds meer vorm krijgt, heeft ook consequenties voor de productie van de huisartsenkits voor afname en inzenden van patiëntmateriaal. Werd deze productie voorheen uitbesteed aan een extern bedrijf, met DDL als partner bleek het mogelijk om de huisartsenkits zowel letterlijk als figuurlijk dichter bij huis te laten produceren. DDL werkt op het gebied van nieuwe assay ontwikkeling, test validatie, kwaliteitscontrole en klantenservice zeer nauw samen met een ISO 13485en ISO 9001 gecertificeerd productie laboratorium voor moleculaire diagnostische en immunodiagnostische assays. Dit bedrijf, Labo Bio-medical products (LBP) is in 1992 opgericht door de patholoog en immunoloog dr. J. Lindeman en heeft een team van enthousiaste en zeer professionele medewerkers, waaraan hoge eisen worden gesteld om te kunnen blijven voldoen aan de kwaliteitsnormen die gelden voor de genoemde ISO certificaten. Een groot deel van de LBP-producten is gebaseerd op moleculair biologische methoden, zoals PCR, probe hybridisatie en reverse hybridisatie. Daarnaast produceert LBP ook verschillende immuno-assays. De opdrachtgevers van LBP zijn internationaal opererende farmaceutische en diagnostische bedrijven. LBP ontwikkelt en produceert testen die toegepast worden ten behoeve van klinisch diagnostisch onderzoek. Wat de samenwerking met LBP voor LCPL zo aantrekkelijk maakt, is dat hierdoor niet alleen de alom bekende huisartsenkits huisartsendoosjes fysiek dicht bij huis kunnen worden geproduceerd, maar vooral dat een continue kwaliteit van de kits doosjes gewaarborgd is door de al genoemde ISO-certificering van LBP. Van groter belang is echter dat we door nauw met elkaar samen te werken, een innovatief werkklimaat creëren. De ervaring die LBP in de loop der jaren heeft opgedaan bij de ontwikkeling van diverse testen, kunnen we toepassen bij de verbetering van bestaande afnamekits, de productie van nieuwe kits met moderne afnamematerialen, en zelfs voor de ontwikkeling van kits die gebruikt kunnen worden wanneer we ons service pakket uitbreiden met andere diagnostiek-lijnen voor de eerstelijnsgezondheidszorg. Het zal duidelijk zijn dat de combinatie LCPL-DDL-LBP openingen biedt voor zowel innovatie als de verbreding van het dienstenpakket van het LCPL, waardoor niet alleen uitstekende service geboden kan worden, maar met name hoge kwaliteit van onze dienstverlening gewaarborgd is. A4.2. S.P.O.E.D. LCPL organiseert al meer dan 15 jaar na-/bijscholingscursussen voor doktersassistenten, huisartsen en pedicures via de Stichting Pathologie Onderwijs Eerstelijns Diagnostiek ( S.P.O.E.D). Onze bekendste cursus is natuurlijk de uitstrijkcursus voor doktersassistenten waar niet op een fantoom maar op een echte vrouw geoefend wordt. Op deze cursus is een vervolg ontwikkeld: Weet wat je ziet, zie wat je weet". Gericht op dezelfde doelgroep, maar opgezet om de kennis en vaardigheden van doktersassistentes te vergroten en de signalering naar de huisarts te verbeteren. Vanaf 2013 zal de Stichting zich opnieuw richten tot de huisarts met "Het nieuwe uitstrijkje (HPV), vulvapathologie en soa s", en er zijn plannen om een dermatologiecursus voor huisartsen te maken. De ontwikkeling van cursusmateriaal en organisatie van cursussen zal in 2013 in nauwe samenwerking zijn met de specialisten van de Roosevelt kliniek Leiden (een kliniek voor gynaecologie en dermatologie), waardoor ook in de activiteiten rondom na- en bijscholing de uitbreiding van het LCPL-netwerk op medisch/diagnostisch gebied meer vorm en bestendigheid krijgt. Behalve huisartsen en hun assistentes kunnen ook pedicures gebruik maken van onze opleidingsmogelijkheden. Speciaal voor deze beroepsgroep bieden wij de Schimmelcursus voor pedicures aan, een opleiding waarin geleerd wordt hoe een schimmelnagel goed herkend kan worden en hoe op de juiste manier een stukje nagel kan worden afgenomen en ingezonden ten behoeve van diagnostiek. 14

A5. Lidmaatschappen en abonnementen Cash Cash CBS Inception IAC ISDP Telemedia JOC Kluwer Kluwer Kluwer LAD MULT Nat. Incasso NTvG Newslink NHG NVDA NVML NVVP Springer Verlag SKML SDU VAK medianet Wiley Abonnement webservice Licentie Abonnement op Kerncijfers Abonnement op MMS Inclusief abonnement op Acta Cytologica Lidmaatschap inclusief abonnement op American Journal of Dermatopathology Vermelding telefoongids Abonnement op Journal of Cutaneous Pathology Abonnement Arbo+Milieu Abonnement op ARBO-tijdschrift Abonnement op Handboek Arbo Lidmaatschap Enveloppeermachine Interim Justitia Abonnement Abonnement Licentie HIS tabel Lidmaatschap Abonnement op Analyse Lidmaatschap (4 personen) Abonnement op Huisarts en Wetenschap Lidmaatschap Chemiekaarten Abonnement ARBO en milieu Abonnement op Diagnostic Cytopathology 15

A6. Visitaties A6.1. Cervixcytologie Op 22 juni 2012 heeft het jaarlijkse visitatiebezoek betreffende de baarmoederhalskankerscreening plaatsgevonden door de regionaal coördinerend pathologen Bevolkingsonderzoek Midden-West en Zuid-West. Hierbij wordt altijd kritisch gekeken naar het werk en worden aanbevelingen gedaan. Er wordt vooral gelet op afspraken over doorlooptijden, vervolgadviezen en verwijsadviezen die landelijk gelden en dus kritisch te vergelijken zijn. Onze doorlooptijden, vervolgadviezen en verwijsadviezen voldeden aan de norm. De in 2011 aanbevolen verbeterpunten worden als afgedaan beschouwd. Een van de punten van aandacht was onze hrhpv-test. De hrhpv-test is aangepast. De GP5/6+ EIA wordt inmiddels gebruikt. Wat betreft het HPVpercentage bij `vervolg2 -Pap 1 kwam bij het bezoek naar voren dat op grond van een voorlopige steekproef de indicator voor PCR GP5+/6+ EIA in een vergelijkbare periode over 2012 ten opzichte van 2011 boven de 70% bleek. Spiegelinformatie is verstuurd naar de huisarts. Het percentage Pap 0 in 2011 was 1,22% voor Midden-West. (Gemiddelde is 1,86% ± 0,98). Het percentage voor Pap 0 lijkt in 2012 hoger uit te vallen. Dit punt zal nog nader geëvalueerd worden, want dit is door onze inzendende huisartsen zelf ook op individuele basis al als aandachtspunt aangegeven. A6.2 NVVP In 2011 en 2012 is het LCPL niet gevisiteerd door de Nederlandse Vereniging voor Pathologie. 16

B. Evaluatie Diagnostiek en Patiëntenzorg 2011-2012 B1. Overzicht ingezonden onderzoeken Tabel B1.1 Totaal aantal inzendingen 2011 2012 Cytologisch onderzoek Cervix Cytologie 63.373 63.290 Klinische Cytologie 191 82 Blaasspoeling 70 0 Totaal 63.634 63.372 Histologisch onderzoek Huid (Huisarts) 16.656 15.294 Huid (Dermatoloog) 492 381 Ingeblokt borstelmateriaal 307 221 Prostaat 124 174 Overig weefsel 347 312 Totaal 17.926 16.382 Moleculaire diagnostiek Totaal 17.088 19.270 Fluor Diagnostiek Totaal 3.705 3.916 Overig onderzoek Nageldiagnostiek 429 257 Totaal aantal inzendingen 102.782 103.197 17

B2. Cervixcytologie Tabel B2.1. Doorlooptijden waarbij afkappunt >10 werkdagen, 2011. Indicatie Bevolkingsonderzoek ontvangen niet afgewerkt ontvangen niet afgewerkt n n % n n % Januari 1.042 4 0,38 2.854 5 0,18 Februari 992 5 0,50 2.881 3 0,10 Maart 1.241 9 0,73 5.038 11 0,22 April 1.055 38 3,60 4.256 55 1,29 Mei 1.144 68 5,94 4.729 34 0,72 Juni 1.023 40 3,91 4.520 23 0,51 Juli 970 122 12,58 2.944 122 4,14 Augustus 970 11 1,13 2.524 14 0,55 September 1.248 20 1,60 5.151 29 0,56 Oktober 1.042 36 3,45 5.087 32 0,63 November 1.308 12 0,92 6.348 54 0,85 December 1.152 13 1,13 3.854 29 0,75 Tabel B2.2. Doorlooptijden waarbij afkappunt >10 werkdagen, 2012. Indicatie Bevolkingsonderzoek ontvangen niet afgewerkt ontvangen niet afgewerkt n n % n n % Januari 1.156 6 0,52 2.547 8 0,31 Februari 1.053 15 1,42 2.494 8 0,32 Maart 1.244 36 2,89 4.569 126 2,76 April 1.117 25 2,24 4.425 74 1,67 Mei 1.176 32 2,72 4.742 488 10,29 Juni 1.332 23 1,73 5.265 36 0,68 Juli 1.039 24 2,31 2.979 11 0,37 Augustus 1.093 6 0,55 2.172 3 0,14 September 1.228 19 1,55 4.218 15 0,36 Oktober 1.383 4 0,29 5.476 70 1,28 November 1.444 18 1,25 6.457 18 0,28 December 1.191 18 1,51 3.490 10 0,29 Tabel B2.3. Ontstekingen en infecties, 2011. Type Indicatie Bevolkingsonderzoek Totaal n % n % n % Virus 181 1,37 205 0,41 386 0,61 Trichomonas 14 0,11 46 0,09 60 0,09 Bacteriën 694 5,26 2.068 4,12 2.762 4,36 Candida 412 3,12 1.173 2,34 1.585 2,50 Gardnerella 550 4,17 1.160 2,31 1.710 2,70 Normaal beeld 8.177 62,01 35.003 69,75 43.180 68,14 Actinomyces 119 0,90 268 0,53 387 0,61 Ontsteking 2.787 21,13 9.708 19,34 12.495 19,72 Niet te beoordelen (Pap 0) 253 1,92 555 1,11 808 1,27 Totaal 13.187 100 50.186 100 63.373 100 18

Tabel B2.4. Ontstekingen en infecties, 2012. Type Indicatie Bevolkingsonderzoek Totaal n % n % n % Virus 180 1,25 157 0,32 337 0,53 Trichomonas 30 0,21 39 0,08 69 0,11 Bacteriën 540 3,74 1.592 3,26 2.132 3,37 Candida 426 2,95 1.021 2,09 1.447 2,29 Gardnerella 886 6,13 1.748 3,58 2.634 4,16 Normaal beeld 9.306 64,37 35.528 72,75 44.834 70,84 Actinomyces 113 0,78 289 0,59 402 0,64 Ontsteking 2.529 17,49 7.638 15,64 10.167 16,06 Niet te beoordelen (Pap 0) 446 3,09 822 1,68 1.268 2,00 Totaal 14.456 100,00 48.834 100 63.290 100 Tabel B2.5. Onderverdeling Pap-klasses naar leeftijd, indicatiecytologie 2011. Leeftijd Pap-klasse Totaal 0 I II IIIA IIIB IV V n % n % n % n % n % n % n % n < 30 55 1,85 2.485 83,36 223 7,48 195 6,54 20 0,67 2 0,07 1 0,03 2.981 30-34 34 2,08 1.340 82,16 127 7,79 110 6,74 17 1,04 2 0,12 1 0,06 1.631 35-39 24 1,40 1.467 85,34 112 6,52 96 5,58 17 0,99 3 0,17 0 0,00 1.719 40-44 43 2,19 1.646 83,81 138 7,03 116 5,91 15 0,76 4 0,20 2 0,10 1.964 45-49 31 1,79 1.479 85,59 111 6,42 97 5,61 9 0,52 1 0,06 0 0,00 1.728 50-54 24 1,88 1.127 88,46 70 5,49 44 3,45 7 0,55 0 0,00 2 0,16 1.274 55-59 13 1,63 722 90,48 35 4,39 24 3,01 4 0,50 0 0,00 0 0,00 798 60 29 2,66 1.009 92,40 25 2,29 21 1,92 7 0,64 1 0,09 0 0,00 1.092 Totaal 253 11.275 841 703 96 13 6 13.187 Tabel B2.6. Onderverdeling Pap-klasses naar leeftijd, indicatiecytologie 2012. Leeftijd Pap-klasse Totaal 0 I II IIIA IIIB IV V n % n % n % n % n % n % n % n < 30 136 4,02 2.587 76,52 331 9,79 291 8,61 23 0,68 11 0,33 1 0,03 3.381 30-34 51 2,80 1.415 77,75 176 9,67 154 8,46 15 0,82 8 0,44 1 0,05 1.820 35-39 47 2,66 1.452 82,13 138 7,81 104 5,88 21 1,19 5 0,28 1 0,06 1.768 40-44 66 3,16 1.663 79,68 209 10,01 131 6,28 14 0,67 2 0,10 3 0,14 2.087 45-49 65 3,35 1.533 78,90 206 10,60 123 6,33 10 0,51 3 0,15 3 0,15 1.943 50-54 33 2,39 1.138 82,40 134 9,70 71 5,14 2 0,14 1 0,07 2 0,14 1.381 55-59 26 2,88 767 85,03 65 7,21 36 3,99 4 0,44 3 0,33 1 0,11 902 60 22 1,87 1.052 89,61 62 26,00 26 2,21 6 0,51 1 0,09 5 0,43 1.174 Totaal 446 11.607 1.321 936 95 34 17 14.456 Tabel B2.7. Onderverdeling Pap-klasses naar leeftijd, bevolkingsonderzoek 2011. Leeftijd Pap-klasse Totaal 0 I II IIIA IIIB IV V n % n % n % n % n % n % n % n 30-34 84 0,92 8.528 92,92 247 2,69 235 2,56 60 0,65 23 0,25 1 0,01 9.178 35-39 72 1,00 6.785 93,78 196 2,71 129 1,78 31 0,43 17 0,23 5 0,07 7.235 40-44 65 0,85 7.227 94,29 200 2,61 130 1,70 26 0,34 13 0,17 4 0,05 7.665 45-49 96 1,16 7.788 93,80 260 3,13 121 1,46 20 0,24 13 0,16 5 0,06 8.303 50-54 84 1,30 6.117 94,63 168 2,60 80 1,24 8 0,12 4 0,06 3 0,05 6.464 55-60 154 1,36 10.909 96,19 184 1,62 79 0,70 7 0,06 4 0,04 4 0,04 11.341 Totaal 555 47.354 1.255 774 152 74 22 50.186 19

Tabel B2.8. Onderverdeling Pap-klasses naar leeftijd, bevolkingsonderzoek 2012. Leeftijd Pap-klasse Totaal 0 I II IIIA IIIB IV V n % n % n % n % n % n % n % n 30-34 137 1,65 7.493 90,10 358 4,30 230 2,77 69 0,83 25 0,30 4 0,05 8.316 35-39 107 1,66 5.920 91,74 243 3,77 132 2,05 36 0,56 13 0,20 2 0,03 6.453 40-44 136 1,68 7.418 91,84 304 3,76 170 2,10 36 0,45 12 0,15 1 0,01 8.077 45-49 117 1,71 6.337 92,50 252 3,68 117 1,71 20 0,29 6 0,09 2 0,03 6.851 50-54 131 1,73 7.031 93,09 252 3,34 112 1,48 18 0,24 6 0,08 3 0,04 7.553 55-60 194 1,67 11.084 95,68 201 1,74 83 0,72 16 0,14 4 0,03 2 0,02 11.584 Totaal 822 45.283 1.610 844 195 66 14 48.834 Tabel B2.9. Cytologische en histologische follow-up, indicatiecytologie 2011. Cytologie Follow-up Totaal Pap- onbekend cytologisch histologisch* klasse Pap-klasse CIN GA AIS AC PC EC 0 I > I 0 1 2 3 0 95 0 124 28 5 1 0 0 0 0 0 0 0 253 II 254 3 298 134 72 43 28 7 0 0 1 0 1 841 IIIA 114 1 95 117 88 126 99 57 2 0 0 2 2 703 IIIB 2 0 1 5 9 3 23 45 0 1 1 6 0 96 IV 0 0 0 0 0 0 1 9 0 0 2 1 0 13 V 0 0 0 1 0 0 0 3 0 0 1 1 0 6 *GA = glandulaire atypie, AIS = adenocis, AC = adenocarcinoom van de endocervix, PC= plaveiselcelcarcinoom, EC = endometriumcarcinoom. Tabel B2.10. Cytologische en histologische follow-up, indicatiecytologie 2012. Cytologie Follow-up Totaal Pap- onbekend cytologisch histologisch* klasse Pap-klasse CIN GA AIS AC PC EC M 0 I > I 0 1 2 3 0 207 8 208 26 0 0 0 2 0 0 0 1 0 0 446 II 529 0 445 133 119 62 25 7 0 0 0 0 1 0 1.321 IIIA 68 1 178 182 133 168 137 64 0 2 0 2 1 0 936 IIIB 1 0 1 7 4 6 21 48 0 1 1 3 2 0 95 IV 1 0 0 6 1 0 0 20 1 1 1 2 1 0 34 V 0 0 0 1 1 0 0 3 0 0 2 7 2 1 17 *GA = glandulaire atypie, AIS = adenocis, AC = adenocarcinoom van de endocervix, PC= plaveiselcelcarcinoom, EC = endometriumcarcinoom+endometriumcis, M = metastase. Tabel B2.11. Cytologische en histologische follow-up, bevolkingsonderzoek 2011. Cytologie Follow-up Totaal Pap- onbekend cytologisch histologisch* klasse Pap-klasse CIN GA AIS AC PC EC 0 I > I 0 1 2 3 0 138 27 380 10 0 0 0 0 0 0 0 0 0 555 II 353 0 643 234 20 4 0 0 0 0 0 0 1 1.255 IIIA 140 2 189 231 49 49 57 53 1 0 0 3 0 774 IIIB 0 0 7 2 4 13 25 97 0 3 0 1 0 152 IV 1 0 0 2 0 0 7 54 0 5 1 4 0 74 V 0 0 0 2 0 0 0 7 0 1 2 9 1 22 *GA = glandulaire atypie, AIS = adenocis, AC = adenocarcinoom moet hier nog bij van de endocervix, PC= plaveiselcelcarcinoom, EC = endometriumcarcinoom. 20

Tabel B2.12. Cytologische en histologische follow-up, bevolkingsonderzoek 2012. Cytologie Follow-up Totaal Pap onbekend cytologisch histologisch* klasse Pap-klasse CIN GA AIS AC PC EC 0 I > I 0 1 2 3 0 296 23 466 32 5 0 0 0 0 0 0 0 0 822 II 551 12 823 205 14 5 0 0 0 0 0 0 0 1.610 IIIA 33 3 299 270 62 60 71 43 2 0 0 1 0 844 IIIB 2 0 1 12 8 17 40 108 0 0 2 4 1 195 IV 0 0 0 1 2 3 5 47 3 1 1 3 0 66 V 0 0 0 0 0 0 1 8 0 0 3 2 0 14 *GA = glandulaire atypie, AIS = adenocis, AC = adenocarcinoom van de endocervix, PC= plaveiselcelcarcinoom, EC = endometriumcarcinoom. Tabel B2.13. Overzicht, volgens NVVP-richtlijn 3.2, van het percentage hrhpv-positieve vrouwen en hrhpvnegatieve vrouwen bij herhalingsuitstrijkjes ná Pap 2/3a1 en Pap 1 uitslag (bij de eerste herhaling), 2011. Totaal aantal BVO-uitstrijkjes 50.186 jaar: 2011 Totaal aantal Pap 2/3a1 * BVO 1.679 3,3% Verhouding Pap 2 Pap 3a1 1.137/542 2,1 FU Teruggekomen zónder hrhpv test (va 3 mnd) 136 8,1% waarvan Pap 1 85 62,5% Teruggekomen vanaf 3 mnd mét hrhpv-test 946 56,3% waarvan Pap 1 595 62,9 hrhpv-positief vd Pap 1 ** 201 33,8 hrhpv-negatief vd Pap 1 ** 394 66,2 >70% =norm Gebruikte HPV-test: INNO-LIPA, hierdoor is in 2011 de norm van 70% niet gehaald. * KOPAC: P2, P3, P4 (allen overeenkomend met Pap 2/3a1). ** Alleen de HPV-uitslagen van Pap 1 bij vervolguitstrijkje! Tabel B2.14. Overzicht, volgens NVVP-richtlijn 3.2, van het percentage hrhpv-positieve vrouwen en hrhpvnegatieve vrouwen bij herhalingsuitstrijkjes ná Pap 2/3a1 en Pap 1 uitslag (bij de eerste herhaling), 2012. Totaal aantal BVO-uitstrijkjes 48.834 jaar: 2012 Totaal aantal Pap 2/3a1 * BVO 2.088 4,3% Verhouding Pap 2 Pap 3a1 1.498/590 2,5:1 FU Teruggekomen zónder hrhpv test (va 3 mnd) 107 5,1% waarvan Pap 1 81 75,7% Teruggekomen vanaf 3 mnd mét hrhpv-test 1.267 60,7% waarvan Pap 1 889 70,2% hrhpv-positief vd Pap 1 ** 147 16,5% hrhpv-negatief vd Pap 1 ** 742 83,5% >70% =norm Gebruikte HPV-test: GP5+6+ bij DDL te Rijswijk. KOPAC: P2, P3, P4 (allen overeenkomend met Pap 2/3a1). ** Alleen de HPV-uitslagen van Pap 1 bij vervolguitstrijkje! 21

B3. Histologie Tabel 3.1. Overzicht van de 16.656 huidbiopten uit de huisartsenpraktijk, 2011. Benigne Premaligne Maligne Totaal n % n % n % n % Melanocytaire laesies 5.226 93,9 248 4,5 90 1,6 5.564 100 dermale naevus 3.676 dysplastische naevus 194 melanoom 90 samengestelde naevus 1.243 Spitznaevus 45 overig 307 melanoma in situ 9 Epitheliale laesies 4.501 67,6 944 14,2 1.215 18,2 6.660 100 verrucae 3.559 actinische keratose 698 basaalcelcarcinoom 1.093 cysteuze laesies 541 morbus Bowen 109 plaveiselcelcarcinoom 117 huidadnextumoren 327 keratoacanthoom 137 maligne 5 huidadnextumor overig 74 Wekedelenlaesies 2.463 99,5 10 0,4 3 0,1 2.476 100 dermatofibromen 1.019 atypisch fibroxanthoom 9 leiomyosarcoom 2 fibromata/lipomata 767 pleiomorf adenoom 1 pleomorf maligne 1 fibreus histiocytoom neuro-/vaattumoren 643 overig 34 Overig 1.795 99,2 14 0,8 1.809 100 ontstekingsbeelden 1.332 metastasen 6 overig 463 overig* 8 Subtotaal 13.985 84,0 1.202 7,2 1.322 7,9 16.509 99,1 geen diagnose# 147 0,9 Totaal 16.656 100 *suspect tumor (n=3); Merkelcelcarcinoom (n=2); maligne tumor onbekend primair of secundair (n=2); cutaan T-cellymfoom (n=1). 22

Tabel B3.2. Overzicht van de 15.294 huidbiopten uit de huisartsenpraktijk, 2012. Benigne Premaligne Maligne Totaal n % n % n % n % Melanocytaire laesies 4.579 93,6 227 4,6 87 1,8 4.893 100 dermale naevus 3.172 dysplastische naevus 170 melanoom 87 samengestelde naevus 1.102 Spitznaevus 46 overig 305 melanoma in situ 11 Epitheliale laesies 4.173 65,1 994 15,5 1.244 19,4 6.411 100 verrucae 3.205 actinische keratose 658 basaalcelcarcinoom 1.116 cysteuze laesies 497 morbus Bowen 152 plaveiselcelcarcinoom 119 huidadnextumoren 411 keratoacanthoom 184 maligne huidadnextumor 9 overig 60 Wekedelenlaesies 2.091 99,4 10 0,5 2 0,1 2.103 100 dermatofibromen 898 atypisch fibroxanthoom 9 myxofibrosarcoom 2 fibromata/lipomata 601 pleiomorf adenoom 1 neuro-/vaattumoren 569 overig 23 Overig 1.714 99,0 17 1,0 1.731 100 ontstekingsbeelden 1.342 metastasen 11 overig 372 overig* 6 Subtotaal 12.557 82,1 1.231 8,0 1.350 8,8 15.138 99 geen diagnose# 156 1 Totaal 15.294 100 *suspect tumor (n=1); Merkelcelcarcinoom (n=2); myo-epitheliaal carcinoom (n=1), melanocarcinoom (n=1); cutaan T-cellymfoom (n=1). 23

Tabel B3.3. Revisie van PA-verslagen Consult Extern Revisie Extern 2011 2012 2011 2012 Concordant 35 28 74 75 Discordant 4 2 3 6 Totaal 39 30 77 81 In 2011 werd op 17.926 histologie onderzoeken in totaal 39 keer consult extern aangevraagd (0,2%). In 2012 werd op 16.382 histologie onderzoeken in totaal 30 keer consult extern aangevraagd (0,2%). Tabel B3.4. Discordantie Consult Extern Revisie Extern 2011 2012 2011 2012 Benigne wordt Maligne nvt 1 1 2 Maligne wordt Benigne 1 nvt nvt 2 Premaligne wordt Benigne 2 1 nvt 1 Premaligne wordt Maligne 1 nvt 2 1 Totaal 4 2 3 6 24

B4. Moleculaire diagnostiek Tabel B4.1. 2011-2012 Negatief Positief Dubieus Totaal 2011 2012 2011 2012 2011 2012 2011 2012 Soort onderzoek n n n n n n n n Bacteriële vaginose 49 61 1.158 4 84 53 1.303 Candida albicans 1 3 2 3 3 Chlamydia trachomatis 6.682 6.615 541 581 7.223 7.196 Gardnerella vaginalis 1 2 1 2 Herpes simplexvirus 404 332 162 171 566 503 Humaan papillomavirus (HPV) 1.758 2.472 1.556 1.647 28 1 3.342 4.120 Neisseria gonorrhoeae 5.709 5.920 91 97 5.800 6.017 Treponema pallidum 61 63 1 61 64 Varicella zostervirus 39 54 8 39 62 Totaal 14.703 15.520 2.353 3.665 32 85 17.088 19.270 Tabel B4.2. 2011 Negatief Positief Dubieus Totaal Soort onderzoek n % n % n % n % Bacteriële vaginose 49 92 4 8 53 100 Candida albicans 3 100 3 100 Chlamydia trachomatis 6.682 93 541 7 7.223 100 Gardnerella vaginalis 1 100 1 100 Herpes simplexvirus 404 71 162 29 566 100 Humaan papillomavirus (HPV) 1.758 53 1.556 47 28 1 3.342 100 Neisseria gonorrhoeae 5.709 98 91 2 5.800 100 Treponema pallidum 61 100 61 100 Varicella zostervirus 39 100 39 100 Totaal 14.703 86 2.353 14 32 0 17.088 100 Tabel B4.3. 2012 Negatief Positief Dubieus Totaal Soort onderzoek n % n % n % n % Bacteriële vaginose 61 5 1.158 89 84 6 1.303 100 Candida albicans 1 33 2 67 3 100 Chlamydia trachomatis 6.615 92 581 8 7.196 100 Gardnerella vaginalis 2 100 2 100 Herpes simplexvirus 332 66 171 34 503 100 Humaan papillomavirus (HPV) 2.472 60 1.647 40 1 0 4.120 100 Neisseria gonorrhoeae 5.920 98 97 2 6.017 100 Treponema pallidum 63 98 1 2 64 100 Varicella zostervirus 54 87 8 13 62 100 Totaal 15.520 81 3.665 19 85 0 19.270 100 25

Tabel B4.4. 2011-2012 Man Vrouw Geslacht onbekend Totaal 2011 2012 2011 2012 2011 2012 2011 2012 Soort onderzoek n n n n n n n n Bacteriële vaginose 2 12 51 1.284 7 53 1.303 Candida albicans 2 1 1 2 3 3 Chlamydia trachomatis 1.348 1.288 5.824 5.893 51 15 7.223 7.196 Gardnerella vaginalis 0 1 2 1 2 Herpes simplexvirus 108 114 456 388 2 1 566 503 Humaan papillomavirus (HPV) 41 47 3.294 4.072 7 1 3.342 4.120 Neisseria gonorrhoeae 1.103 1.095 4.658 4.908 39 14 5.800 6.017 Treponema pallidum 43 37 18 26 1 61 64 Varicella zostervirus 12 24 26 38 1 39 62 Totaal 2.659 2.618 14.329 16.613 100 39 17.088 19.270 Tabel B4.5. 2011 Man Vrouw Geslacht onbekend Totaal Soort onderzoek n % n % n % n % Bacteriële vaginose 2 4 51 96 53 100 Candida albicans 2 67 1 33 3 100 Chlamydia trachomatis 1.348 19 5.824 81 51 1 7.223 100 Gardnerella vaginalis 1 100 1 100 Herpes simplexvirus 108 19 456 81 2 0 566 100 Humaan papillomavirus (HPV) 41 1 3.294 99 7 0 3.342 100 Neisseria gonorrhoeae 1.103 19 4.658 80 39 1 5.800 100 Treponema pallidum 43 70 18 30 61 100 Varicella zostervirus 12 31 26 67 1 3 39 100 Totaal 2.659 16 14.329 84 100 1 17.088 100 Tabel B4.6. 2012 Man Vrouw Geslacht onbekend Totaal Soort onderzoek n % n % n % n % Bacteriële vaginose 12 1 1.284 99 7 1 1.303 100 Candida albicans 1 33 2 67 3 100 Chlamydia trachomatis 1.288 18 5.893 82 15 0 7.196 100 Gardnerella vaginalis 2 100 2 100 Herpes simplexvirus 114 23 388 77 1 0 503 100 Humaan papillomavirus (HPV) 47 1 4.072 99 1 0 4.120 100 Neisseria gonorrhoeae 1.095 18 4.908 82 14 0 6.017 100 Treponema pallidum 37 58 26 41 1 2 64 100 Varicella zostervirus 24 39 38 61 62 100 Totaal 2.618 14 16.613 86 39 0 19.270 100 26

B5. Fluordiagnostiek Tabel B5.1. Analyse bacteriële vaginose en fluorcytologie. 2011 2012 Totaal Geen afwijkingen 1.196 818 2.014 Gardnerella 1.014 1.142 2.156 Gardnerella/Candida 75 84 159 Candida 426 425 851 Candida/Trichomonas 1 0 1 Trichomonas 9 20 29 Ontsteking 434 782 1.216 Cytolyse 264 258 522 Atrofie 63 12 75 Atypie 6 7 13 Infectie 0 51 51 Bacteriële infectie 16 147 163 Vaginitis 11 0 11 Onvoldoende materiaal 190 170 360 Totaal 3.705 3.916 7.621 27

C. LCPL, Kennis, Kwaliteit en Opleiden C1. 24th European Congress of Pathology; Pathology Science for Patients Praag, 8-12 september 2012 Monique van Velsen Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium, Leiden Het is altijd goed om naar internationale congressen te gaan. Niet alleen omdat het een leuk uitstapje naar het buitenland is, maar vooral om binnen je vakgebied eens verder te kijken dan je eigen keuken. Opvallend, maar niet onverwacht, is dat de Nederlandse pathologie altijd goed vertegenwoordigd is op internationale congressen. Tijdens dergelijke bijeenkomsten van vakgenoten is met name de vooruitstrevendheid van Nederland vaak duidelijk zichtbaar gezien het gebruik van een grote scala van, ten opzichte van vele andere landen, en uitgebreide aanbod van aanvullende onderzoeken binnen de pathologie. Denk bijvoorbeeld aan immunochemische kleuringen en verschillende moleculaire technieken ten behoeve van de diagnostiek. Op het congres in Praag in 2012 kwam onder andere immunochemie naar voren als behulpzame aanvullende kleuringstechniek bij het detecteren van prostaatkanker in biopten en het schatten van het volumepercentage hiervan. Menig patholoog in Nederland ervaart dit als een prettige en behulpzame techniek. Ook het LCPL werkt al geruime tijd met deze immunochemie-techniek. Bijvoorbeeld door het gebruik van een fraaie dubbelkleuring, waardoor in slechts één doorsnede van een weefselstukje meer informatie te zien is dan met een reguliere HE-kleuring zichtbaar gemaakt kan worden. Of bij lastige casus van moedervlekken, waar vaak met behulp van aanvullende kleuringstechnieken op het weefselstukje in combinatie met de histologische kenmerken ervan een goede inschatting gemaakt kan worden of het biopt een goedaardige of een kwaadaardige moedervlek betreft. Op zo n Europees congres merk je juist door eens in andermans keuken te kijken, dat hetgeen jij als patholoog vanzelfsprekend vindt voor het verrichten van diagnostiek van hoge kwaliteit, niet overal in Europa beschikbaar is. In gesprekken met collega s heb ik ervaren dat er wensen en mogelijkheden zijn om samenwerkingsverbanden te realiseren tussen LCPL en andere laboratoria in Nederland. Hierdoor zouden wij aanvullende technieken kunnen uitwisselen en zo zonder extra kosten de hoogste kwaliteit diagnostiek kunnen garanderen. En daar ben ik best trots op. 28

C2. Kwaliteit Paula Bouw Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium, Leiden Kwaliteit bij het LCPL in 2011 In 2011 heeft het project om voor het LCPL een kwaliteitsaccreditatie te bewerkstelligen een hoge prioriteit gekregen. Aanvankelijk was accreditatie beoogd op basis van de CCKL 4 e praktijkrichtlijn voor een Kwaliteitssysteem voor Laboratoria in de Gezondheidszorg. Hoewel het LCPL sinds jaar en dag volgens vaste protocollen werkt, geeft het structureren van de onderzoeksactiviteiten volgens een kwaliteitsnorm aanvullende zekerheid dat kwalitatief hoogwaardige zorg wordt geleverd. Zo worden afwijkende situaties grondig geanalyseerd en worden structurele oplossingen gedefinieerd en geïmplementeerd. Ook wordt gekeken of er verbeteringen mogelijk zijn op het gebied van onderzoeksmethoden en wordt het LCPLpersoneel getraind op de nieuwste technieken, waarbij automatisering een belangrijke rol speelt. Eind 2010 werd een samenwerkingsverband gesloten met DDL Diagnostic Laboratory in Rijswijk. Hiermee kreeg het accreditatieproject wederom een extra impuls omdat hiermee veel ervaring op het gebied van kwaliteitsmanagement kon worden betrokken. In dezelfde periode maakte de CCKL duidelijk dat de CCKL praktijkrichtlijn voor een Kwaliteitssysteem voor Laboratoria in de Gezondheidszorg op termijn zou worden vervangen door de herziene versie van de NEN-EN- ISO-norm 15189. Kwaliteit bij het LCPL in 2012 In september 2011 mocht het LCPL Dr. A.M. Uyterlinde verwelkomen als nieuwe medisch directeur. In de herstructurering die hiermee gepaard ging werd definitief besloten om niet langer de CCKL 4 e praktijkrichtlijn voor een Kwaliteitssysteem voor Laboratoria in de Gezondheidszorg na te streven, maar in plaats hiervan de internationale ISO-norm 15189. Beide normen hebben in essentie een gelijke strekking, namelijk het uitvoeren van medisch en ethisch verantwoord beleid met daarbij het nastreven van een zo klein mogelijk risico voor de patiëntveiligheid. In de loop van 2012 werd na een grondig onderzoek van de verschillen tussen de CCKL-norm en de ISO-norm 15189 besloten om extra expertise te betrekken van een externe partij teneinde het accreditatieproces te bespoedigen. Tegen eind 2012 is de voorbereiding van de accreditatie in volle gang. Er wordt extra mankracht toegevoegd aan het kleine team van kwaliteitsfunctionarissen en alle personeelsleden krijgen een rol toebedeeld om ieder op hun eigen wijze bij te dragen aan de verwezenlijking van het doel: de verwerving van de NEN-EN-ISO-norm 15189 accreditatie. 29