DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2016/3

Vergelijkbare documenten
DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2018/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CARDIALE MERKERS ENQUETE 2016/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2017/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2016/4

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2014/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2015/3

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT THERAPEUTISCHE MONITORING ENQUETE 2016/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CARDIALE MERKERS ENQUETE 2014/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2016/1

DEFINITIEF JAARRAPPORT IMMUNOASSAYS 2016

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2015/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE KWANTIFICATIELIMIETEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CARDIALE MERKERS ENQUETE 2015/1

DEFINITIEF JAARRAPPORT IMMUNOASSAYS 2015

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CARDIALE MERKERS ENQUETE 2017/1

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS 2018/3 ENQUETE REFERENTIEWAARDEN Verbeterde versie

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CARDIALE MERKERS ENQUETE 2018/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2017/4

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/2

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2019/1

DEFINITIEF JAARRAPPORT IMMUNOASSAYS 2013

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2016/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2017/2

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2017/4

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2018/4

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT THERAPEUTISCHE MONITORING ENQUETE 2017/1

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF JAARRAPPORT IMMUNOASSAYS 2017

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT THERAPEUTISCHE MONITORING ENQUETE 2019/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT THERAPEUTISCHE MONITORING ENQUETE 2016/3

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/2

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2018/2

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

JAARRAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS THERAPEUTISCHE MONITORING. Commentaren 2008

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT ALCOHOLBEPALING IN BLOED ENQUETE 2016/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT THERAPEUTISCHE MONITORING ENQUETE 2017/3

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/3

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/1

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE JAARRAPPORT

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/4 Verbeterde Versie

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID DIENST KWALITEIT VAN MEDISCHE & COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT ALCOHOLBEPALING IN BLOED ENQUETE 2013/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID DIENST KWALITEIT VAN MEDISCHE & COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT ALCOHOLBEPALING IN BLOED ENQUETE 2017/2

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUSE SEROLOGIE RF/anti-CCP ENQUETE 2017/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT DRUGS OF ABUSE ENQUETE 2016/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT

CHEMIE CRP en CRP hs

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CHEMIE URINE ENQUETE 2015/4

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN GLOBAAL RAPPORT

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

THERAPEUTISCHE MONITORING

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT Allergie 2018

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

Externe kwaliteitsevaluatie. Alcoholbepaling in bloed 2003/1. Mei

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT EIWITELEKTROFORESE ENQUETE 2018/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE RF/anti-CCP ENQUETE 2018/1

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT DRUGS OF ABUSE ENQUETE 2017/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CHEMIE URINE ENQUETE 2016/4

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS-SCHILDKLIER

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT Allergie 2016

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CHEMIE URINE ENQUETE 2017/3

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

THERAPEUTISCHE MONITORING

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT DRUGS OF ABUSE ENQUETE 2018/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT EIWITELEKTROFORESE ENQUETE 2013/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE RF/anti-CCP ENQUETE 2016/2

JAARRAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE THERAPEUTISCHE MONITORING

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE IMMUNOASSAYS

DEFINITIEF JAARRAPPORT Allergie 2015

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT CHEMIE - URINE ENQUETE 2013/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT EIWITELEKTROFORESE ENQUETE 2015/1

Transcriptie:

scope EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT IMMUNOASSAYS ENQUETE 2016/3 WIV/Immunoassays/123 Expertise, dienstverlening en klantenrelaties Kwaliteit van medische laboratoria J. Wytsmanstraat, 14 1050 Brussel België www.wiv-isp.be

ISSN: 2294-3382 COMITE VAN EXPERTEN WIV (secretariaat) TEL : 02/642.55.22 FAX : 02/642.56.45 Enquêtecoördinator: M. Demarteau Vervanger enquêtecoördinator: Y. Lenga TEL: e-mail: TEL: e-mail: 02/642.55.24 Mdemarteau@wiv-isp.be 02/642.53.96 Ylenga@wiv-isp.be Prof. ANCKAERT Ellen TEL : 02/477.50.57 FAX : 02/477.50.60 e-mail : ellen.anckaert@uzbrussel.be Prof. CAVALIER Etienne TEL : 042/339.365 FAX : 04/366.88.23 e-mail : etienne.cavalier@chu.ulg.ac.be Prof. DE MOOR Georges TEL : 09/332 34 36 FAX : 09/331 33 50 e-mail : georges.demoor@ugent.be Prof. DECLERCQ Peter TEL : 016/347 287 FAX : 011/30.97.50 e-mail : peter.declercq@jessazh Apr. klin. biol. DESMET Koen TEL : 016/34.70.00 FAX : 016/34.70.10 e-mail : koen.desmet@uzleuven.be Prof. GRUSON Damien TEL : 02/764.67.47 FAX : e-mail : damien.gruson@uclouvain.be Pharm. MARTIN Nicole TEL : 04/3437747 FAX : 04/3437747 e-mail : nicolegillain@skynet.be Prof. NEELS Hugo TEL : 03/217.78.04 FAX : 03/217.78.00 e-mail : hugo.neels@uantwerpen.be Prof. VANSTAPEL Florent TEL : 016/34.70.16 FAX : 016/34.70.42 e-mail : florent.vanstapel@uz.kuleuven.be Prof. VERSTRAETE Alain TEL : 09/332.34.07 FAX : 09/332.49.85 e-mail : alain.verstraete@ugent.be Prof. WILLEMS Dominique TEL : 02/477.25.04 FAX : 02/477.21.66 e-mail : dominique.willems@chu-brugmann.be Expertenvergadering: 24/10/2016 Alle rapporten zijn tevens te raadplegen op onze website: https://www.wiv-isp.be/qml/activities/external_quality/rapports/_nl/rapports_annee.htm Alle Toestemming rapporten zijn verspreiding tevens te raadplegen rapport: Door op M. onze Demarteau website:, enquêtecoördinator, op 07/11/2016. http://www.wiv-isp.be/clinbiol/bckb33/activities/external_quality/rapports/_nl/rapports_annee.htm FORM 43/124/N V7 2/48

INHOUDSTAFEL CONVERSIETABEL - IMMUNOASSAYS... 4 INLEIDING... 5 INFORMATIE VERMELD IN DE TOOLKIT... 5 HOMOGENITEIT... 5 STABILITEIT... 5 TARGETWAARDE... 5 HERZIENING VAN DE TOELAATBARE RELATIEVE AFWIJKINGEN: D WAARDEN VOOR EVALUATIE VAN DE EKE RESULTATEN (TOEPASSING DATUM: BEGIN 2016).... 5 UPDATING KITS... 6 VERVALLEN KITS... 6 OP WELKE MANIER KUNNEN DE GECENSUREERDE WAARDEN (< OF > DAN DE DREMPELWAARDE) INGEGEVEN WORDEN IN DE TOOLKIT?... 6 TER BESCHIKKING STELLEN VAN DE RAPPORTEN... 7 INTERPRETATIE VAN HET INDIVIDUELE RAPPORT... 8 GRAFISCHE VOORSTELLING... 10 ENQUÊTE SPECIFIEKE INFORMATIE... 11 AARD VAN DE STALEN... 11 BRUTO RESULTATEN... 11 ALGEMEEN OPMERKINGEN:... 11 CORTISOL... 12 FERRITINE... 15 VRIJ T3 (FT3)... 19 VRIJ T4 (FT4)... 22 FOLLIKEL STIMULEREND HORMOON (FSH)... 25 LUTEINISEREND HORMOON (LH)... 28 OESTRADIOL... 32 PROGESTERON... 35 PROLACTINE... 39 THYROGLOBULINE... 42 VITAMINE B12... 45 FORM 43/124/N V7 3/48

CONVERSIETABEL - IMMUNOASSAYS 25-OH VIT D µg/l x 1.0000 ng/ml x 1.0000 nmol/l x 0.4006 µg/l µg/l x 1.0000 U/L x 1.0000 µg/dl x 10.000 hcg mu/ml x 1.0000 AFP ng/ml x 1.0000 µg/l ng/dl x 0.0100 pmol/l x 1.0000 U/mL x 1.2100 INSULIN µu/ml x mu/l x CA 15.3 - CA 19.9 ku/l x 1.0000 ku/l CA 125 U/mL x 1.0000 U/L x 1.0000 LH mu/ml x 1.0000 µg/l x 1.0000 CEA µg/l ng/ml x 1.0000 µg/l x 1.0000 NSE ng/ml x 1.0000 nmol/l x 1.0000 CORTISOL µg/dl x 27.600 nmol/l ng/l x 1.0000 ng/ml x 2.7600 pg/ml x 1.0000 pmol/l x 0.2725 OESTRADIOL nmol/l x 1.0000 ng/ml x 1000.0 C-PEPTIDE pmol/ml x 1.0000 ng/dl x 10.000 ng/ml x 0.33205 nmol/l nmol/l x 0.0003 µg/l x 0.33205 ng/l x 1.0000 PARATHORMONE µmol/l x 1.0000 pg/ml x 1.0000 nmol/l x 0.0010 x DHEA-S ng/ml x 0.00271 µg/l x 1.0000 µmol/l µg/ml x 2.7140 ng/ml x 1.0000 mg/l x 2.7140 PROGESTERONE ng/dl x 0.0100 µg/dl x 0.02714 nmol/l x 0.3145 U/L pmol/l U/L µg/l ng/l ng/l µg/l FERRITINE FOLATE FREE T3 FREE T4 FSH hgh µg/l x 1.0000 µg/l x 1.0000 ng/ml x 1.0000 µg/l ng/ml x 1.0000 PROLACTIN mg/l x 1000.0 µg/l x 1.0000 mu/ml x 47.000 ng/ml x 1.0000 µg/l mu/l x 0.0470 nmol/l x 0.4415 µg/l x 1.0000 PSA pmol/l x 1.0000 ng/ml x 1.0000 pg/dl x 0.0154 pmol/l pg/ml x 1.5400 nmol/l x 1.0000 ng/l x 1.5400 pg/ml x 0.00347 TESTOSTERONE ng/dl x 0.03470 pmol/l x 1.0000 ng/ml x 3.4700 ng/dl x 12.900 ng/l x 1.2900 pmol/l µg/l x 1.0000 ng/ml x 1290.0 THYROGLOBULIN ng/ml x 1.0000 pg/ml x 1.2900 mu/l x 1.0000 TSH U/L x 1.0000 µu/ml x 1.0000 mu/ml x 1.0000 U/L ng/l x 1.0000 µg/l x 1.0000 VIT B 12 pg/ml x 1.0000 mu/l x 0.33 µg/l pmol/l x 1.3550 depending on the kit used µg/l µg/l nmol/l µg/l mu/l ng/l FORM 43/124/N V7 4/48

INLEIDING Informatie vermeld in de Toolkit R/14495: Monster te bewaren bij 2-8 C. Gelieve de analyses zo vlug mogelijk na ontvangst uit te voeren of ten laatste op vrijdag (09/09/2016). Het monster dient voor analyse te worden gecentrifugeerd (cfr. routine). Plasma afgenomen om 8u bij een blanke vrouw van 80jaar, lengte = 160cm, gewicht = 60kg. R/14496: Monster te bewaren bij 2-8 C. Gelieve de analyses zo vlug mogelijk na ontvangst uit te voeren of ten laatste op vrijdag (09/09/2016). Het monster dient voor analyse te worden gecentrifugeerd (cfr. routine). Plasma afgenomen om 8u bij een blanke vrouw van 65jaar, lengte = 170cm, gewicht = 75kg. Homogeniteit De monsters werden gecertifieerd als homogeen. Stabiliteit De monsters waren stabiel tijdens de duur van de enquête. Targetwaarde De targetwaarde is de mediaan van de methode indien het aantal resultaten voor deze methode hoger of gelijk is aan 6. Als het aantal deelnemers <6 is, wordt de groep niet geëvalueerd. Als het aantal gecensureerde waarden te hoog is, wordt er ook geen Z-score berekend. Herziening van de toelaatbare relatieve afwijkingen: d waarden voor evaluatie van de EKE resultaten (toepassing datum: begin 2016). Er werd een studie uitgevoerd over alle immunoassays EKEs-resultaten van de afgelopen jaren (2008-2015) die ons toeliet om d waarden op basis van de state of the art voor de evaluatie van de laboratoria door de U-score methode te herdefiniëren. We hebben inderdaad kunnen vaststellen dat, bij het toepassen van een vaste «d»- waarde, bij een groot deel van de parameters voornamelijk bij de laagste concentraties, de laboratoria te streng werden beoordeeld, of dat de evaluatie zelfs diende te worden geschrapt. We hebben een methode ontwikkeld die ons toelaat de resultaten te evalueren voor elke parameter op basis van de d waarde, en een vooraf vastgelegde concentratiedrempel (cf brief van 23/02/2016). De berekening van de U-score van een resultaat (x) gebeurt op basis van deze d-waarde en wordt gebruikt voor de U evaluatie van de individuele resultaten van de laboratoria. De U-score voor een aanvaardbaar resultaat is < d (%) of in het interval M g ± d a (M g zijnde de mediaan van de peergroep en d a de toelaatbare absolute afwijking). FORM 43/124/N V7 5/48

Updating kits Om de juistheid van de resultaten van de externe kwaliteitscontrole te verzekeren, is het belangrijk dat alle informatie met betrekking tot de methode en de gebruikte kits correct is. Wij stellen bij elke enquête vast dat een klein aantal laboratoria de juistheid van deze informatie vergeet te controleren. Indien u uw kit niet terugvindt in de toolkit, aarzel dan niet om ons zo vlug mogelijk te contacteren of een mail te sturen naar het volgende adres: marianne.demarteau@wiv-isp.be. Vervallen kits Wanneer een bepaalde kit niet meer wordt gecommercialiseerd en de einddatum (vervaldatum) wordt bereikt, verdwijnt deze kit uit de toolkit. Een waarschuwingsbericht verschijnt op het scherm: «Uw kit is vervallen. Gelieve uw nieuw catalogusnummer invoeren». Het is dus noodzakelijk dat u de nieuwe kit herparametreert, zelfs indien het enkel om een verandering van het catalogusnummer gaat. Indien u deze update niet uitvoert, worden uw gegevens niet statistisch verwerkt. Voor alle methodes die «kit afhankelijk» zijn, wordt het principe van de methode automatisch toegekend. Voortaan zal het niet meer mogelijk zijn om kwantitatieve resultaten in te geven indien niet alle informatie met betrekking tot de kit werd ingevoerd. Op welke manier kunnen de gecensureerde waarden (< of > dan de drempelwaarde) ingegeven worden in de toolkit? Voorbeeld voor het ingeven van gegevens: VIT B12 (05280) Kit ORTHO CLINICAL DIAGNOSTICS Vitamin-B12 (1453489) Methode immunoassay, enzymatic marker, luminescence (oldmeth=082) Meetapparaat ORTHO CLINICAL DIAGNOSTICS Vitros ECI Parameterdefinitie voor VIT B12 Resultaat (Operator+Waarde+Eenheid) < 738 pmol/l Vrije tekst De tekens «>» en «<» bevinden zich juist voor het vakje waar het kwantitatieve resultaat wordt ingegeven. FORM 43/124/N V7 6/48

Ter beschikking stellen van de rapporten Wij vragen u om uw antwoorden binnen de gestelde termijn terug te sturen zodat de resultaten voor de laboratoria, onder de vorm van een eerste niet-gevalideerde draft, zo vlug mogelijk na het afsluiten van de enquête beschikbaar zijn. Voor die laboratoria waarvoor omwille van onvoorziene omstandigheden voor een bepaalde enquête er een probleem zou zijn voor de tijdslimiet, kan de toegang tot de toolkit uitzonderlijk worden verlengd. Dit vertraagt echter de productie van de rapporten voor het geheel van de groep. In eenieders belang vragen wij u dus om aandachtig te zijn en de voorgestelde termijnen te respecteren. Eenmaal de voorlopige (niet-gevalideerde) individuele rapporten beschikbaar zijn, beschikt u over 7 dagen om ons uw eventuele opmerkingen mee te delen. Wij wensen de laboratoria er op te wijzen hun resultaten na het ingeven goed na te kijken (cfr. manuele ingave tijdens routine analyses) om het aantal fouten (eenheden, andere, ) tot een minimum te herleiden. Indien u ondanks alles, toch nog een fout vaststelt op uw voorlopig individueel rapport, gelieve ons dit te melden. Na de validatie van de enquête door het Expertencomité zijn zowel het gevalideerde individuele rapport als het gevalideerd globale rapport beschikbaar op onze Website. De globale rapporten zijn terug te vinden op volgende adres https://www.wiv-isp.be/qml/index_nl.htm kies «Rapporten» in het voorgestelde menu https://www.wiv-isp.be/qml/activities/external_quality/rapports/_nl/rapports_annee.htm FORM 43/124/N V7 7/48

INTERPRETATIE VAN HET INDIVIDUELE RAPPORT Naast dit globale rapport, heeft u ook toegang tot een individueel rapport via de toolkit. Hieronder vindt u informatie, die u kan helpen om dit rapport te interpreteren. De positie van uw kwantitatieve resultaten wordt enerzijds gegeven in vergelijking met alle resultaten van alle deelnemers en anderzijds in vergelijking met de resultaten van de deelnemers die dezelfde methode als u gebruiken. De volgende informatie wordt gegeven: Uw resultaat (R) Uw methode De globale mediaan (M g ): de centrale waarde van de resultaten bekomen door alle laboratoria voor alle methodes samen. De globale standaarddeviatie (SD g ): maat voor de spreiding van de resultaten bekomen door alle laboratoria voor alle methodes samen. De globale mediaan van uw methode (M m ): de centrale waarde van de resultaten bekomen door de laboratoria die dezelfde methode als u gebruiken. De standaarddeviatie van uw methode (SD m ): maat voor de spreiding van de resultaten bekomen door de laboratoria die dezelfde methode als u gebruiken. De variatiecoëfficiënt CV (uitgebruikt in %) voor alle laboratoria en voor de laboratoria die dezelfde methode als u gebruiken: CV m = (SD m / M m ) * 100 (%) en CV g = (SD g / M g ) * 100 (%). De Z-score: het verschil tussen uw resultaat en de mediaan van uw methode (uitgedrukt als een veelvoud van de SD): Z m = (R - M m ) / SD m en Z g = (R - M g ) / SD g. Het resultaat wordt geciteerd indien Z m > 3. De U-score: de relatieve afwijking van uw resultaat t.o.v. de mediaan van uw methode (uitgedrukt in %): U m = ((R - M m ) / M m ) * 100 (%) and U g = ((R - M g ) / M g ) * 100 (%). Het resultaat wordt geciteerd indien U m > d, waarbij d de vaste limiet is van de betrokken parameter, met name het % maximaal toegelaten afwijking t.o.v. de mediaan van de methode. FORM 43/124/N V7 8/48

Een grafische interpretatie van de positie van uw resultaat (R), enerzijds in vergelijking met alle resultaten van alle deelnemers, anderzijds in vergelijking met de resultaten van de deelnemers die dezelfde methode als u gebruiken, gebaseerd op de methode van Tukey, voor elke parameter en voor elk geanalyseerd staal. R : uw resultaat M m/g : mediaan H m/g : percentielen 25 en 75 I m/g : interne limieten (M ± 2.7 SD) O m/g : externe limieten (M ± 4.7 SD) De globale grafiek en deze van uw methode worden uitgedrukt volgens dezelfde schaal, op deze wijze zijn beide vergelijkbaar. Deze grafieken geven u een ruw geschatte indicatie van de positie van uw resultaat (R) t.o.v. de medianen (M m/g ). U kan meer details vinden in de 3 brochures die beschikbaar zijn op onze website op het volgende adres: https://www.wiv-isp.be/qml/index_nl.htm (kies BROCHURES in het voorgestelde menu) of rechtstreeks op het volgende adres: https://www.wiv-isp.be/qml/activities/external_quality/brochures/_nl/brochures.htm 1) Informatiebrochure over de externe kwaliteitsevaluatieprogramma's voor klinische laboratoria (Algemene informatiebrochure over de externe evaluatie). 2) Statistische brochure (Algemene statistische berekeningsprocedure opgesteld door Professor Albert). 3) Verwerking van gecensureerde waarden (Statistische berekeningsprocedure toegepast op de gecensureerde waarden opgesteld door Professor Albert). FORM 43/124/N V7 9/48

< LIMIETEN VAN TUKEY Grafische voorstelling Naast de tabellen met de resultaten, wordt er soms een grafische voorstelling van de resultaten als een box en whisker plot toegevoegd. Deze bevat de volgende elementen voor methoden met minstens 6 deelnemers: een rechthoek die gaat van percentiel 25 (P 25 ) tot percentiel 75 (P 75 ) een centrale lijn die de mediaan van de resultaten voorstelt (P 50 ) een ondergrens die de kleinste waarde voorstelt x > P 25-1.5 * (P 75 - P 25 ) een bovengrens die de grootste waarde voorstelt x < P 75 + 1.5 * (P 75 - P 25 ) alle punten buiten dit interval worden voorgesteld door een cirkel. O = P 75 + 3 * (P 75-P 25) I = P 75 + 1.5 * (P 75-P 25) x < P 75 + 1.5 * (P 75 -P 25 ) H M H P 50 P 75 P 25 I = P 25-1.5 * (P 75-P 25) x > P 25-1.5 * (P 75 -P 25 ) waarde < kwantificatielimiet O = P 25-3 * (P 75-P 25) O I H M H I O M - 4.7 M - 2.7 P 25 P 75 M + 2.7 M + 4.7 Overeenkomstige limieten in geval van een Normaale verdeling FORM 43/124/N V7 10/48

ENQUÊTE SPECIFIEKE INFORMATIE De stalen van enquête 2016/3 werden op 05 september 2016 verstuurd. De afsluitdatum voor het ingeven van de resultaten was 19 september 2016. Vanaf 21 september 2016 waren de (niet-gevalideerde) individuele rapporten beschikbaar op toolkit tot 28 september 2016. De validatie gebeurde op 24 oktober 2016. Dit rapport was beschikbaar op onze website op 07/11/2016. Vanaf deze datum zijn individuele rapporten beschikbaar via de toolkit. Aard van de stalen Voor deze enquête werden twee vloeibare, identieke patiëntenplasma s verstuurd: R/14495 en R/14496. De gebruikte anticoagulans is Citraat Dextrose. Bruto resultaten De geanonimiseerde bruto resultaten zijn ter beschikking op aanvraag bij marianne.demarteau@wiv-isp.be. Algemeen opmerkingen: Interpretaties: omdat de meerderheid van de gebruikte bijsluiters niet gevalideerd werden voor het gebruik van gecitreerde plasma, kunnen de resultaten door een matrix effect beïnvloed werden. Daarom werden de ingebrachte interpretaties niet voorgesteld in dit rapport en ook niet geëvalueerd in het individuele rapport. FORM 43/124/N V7 11/48

CORTISOL CORTISOL - d (%) : 21.2 R/14495 Mediaan nmol/l SD nmol/l 035 Abbott-Architect 281 8 2.7 19 038 Roche- Elecsys/ Mod E/ Cobas e (1st gen.) 343 20 5.8 27 039 Roche- Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 337 10 3.0 39 042 DiaSorin Liaison 483 1 047 BioMérieux-Vidas 311 332 342 348 362 5 048 Siemens - Immulite 527 23 4.4 7 049 Siemens-ADVIA Centaur 592 48 8.0 16 081 Beckman Coulter-Access 385 14 3.7 10 082 Vitros ECI 642 41 6.4 10 Globaal resultaat voor alle methoden 344 133 38.6 134 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 039 = 12 nmol/l 082 = 32 nmol/l 038 = 9262 nmol/l 039 = 909 nmol/l Het aantal laboratoria die de methode Roche van de eerste generatie hebben geselecteerd is te groot ten opzichte van het aantal gebruikers volgens de firma Roche. Het is belangrijk om de werkelijke kit te selecteren om goed geëvalueerd te worden en de evaluatie van de andere laboratoria van de groep niet te beïnvloeden. Laboratoria geciteerd voor cortisol voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 038 Non-Is. Roche- Elecsys/ Mod E/ Cobas e (1st gen.) 3 3 039 Non-Is. Roche- Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 3 3 048 Siemens - Immulite 1 0 082 Vitros ECI 1 1 * d CORTISOL : 21.2% FORM 43/124/N V7 12/48

CORTISOL - d (%) : 21.2 R/14496 Mediaan nmol/l SD nmol/l 035 Abbott-Architect 284 9 3.2 19 038 Roche- Elecsys/ Mod E/ Cobas e (1st gen.) 340 17 5.0 27 039 Roche- Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 335 11 3.3 39 042 DiaSorin Liaison 483 1 047 BioMérieux-Vidas 326 343 347 381 403 5 048 Siemens - Immulite 513 12 2.4 7 049 Siemens-ADVIA Centaur 584 53 9.1 16 081 Beckman Coulter-Access 388 11 2.9 10 082 Vitros ECI 641 49 7.7 10 Globaal resultaat voor alle methoden 344 135 39.3 134 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 039 = 12 nmol/l 082 = 32 nmol/l 038 = 9499 nmol/l 039 = 910 nmol/l Laboratoria geciteerd voor cortisol voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 038 Non-Is. Roche- Elecsys/ Mod E/ Cobas e (1st gen.) 3 3 039 Non-Is. Roche- Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 3 3 048 Siemens - Immulite 2 1 081 Beckman Coulter-Access 1 0 082 Vitros ECI 1 1 * d CORTISOL : 21.2% De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor FORM 43/124/N V7 13/48

R/14496 (nmol/l) elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 035 Abbott-Architect 284 5 5 1.89 1.88 038 Roche- Elecsys/ Mod E/ Cobas e (1st gen.) 336 16 6 4.67 1.67 039 Roche- Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 335 10 5 3.13 1.39 048 Siemens - Immulite 528 45 19 8.58 3.66 049 Siemens-ADVIA Centaur 590 30 16 5.25 2.70 081 Beckman Coulter-Access 390 12 12 3.07 3.05 082 Vitros ECI 653 39 9 5.94 1.31 De methode van Abbott Architect (035) toont de laagste intra-laboratorium variabiliteit terwijl de twee methodes van Siemens (048 en 049) de hoogste variabiliteit vertonen. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 800 600 400 300 400 500 600 700 R/14495 (nmol/l) 035 038 039 048 049 081 082 FORM 43/124/N V7 14/48

FERRITINE FERRITINE - d (%) : 18.0 R/14495 Mediaan µg/l SD µg/l 026 Roche-Tinaquant 502.0 556.1 2 048 Siemens Immulite 505.0 523.0 2 049 Siemens-ADVIA Centaur 550.0 50.0 9.1 15 050 Siemens - ADVIA Chemistry 450.0 456.0 503.5 3 055 Roche-Integra 504.5 1 057 Olympus 482.0 483.0 2 064 Siemens - Dimension Enz. IA - Spectrometry 585.0 1 066 Siemens - Dimension Vista - LOCI 582.7 10.4 1.8 6 081 Beckman Coulter-Access 418.3 16.1 3.9 11 082 Vitros ECI 415.0 14.1 3.4 13 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 537.5 28.2 5.2 46 089 Abbott-Architect 713.2 25.2 3.5 21 090 Abbott - Architect - Particle enhanced immunoturbid. 478.0 1 097 Immage 499.0 1 098 Roche - Cobas c311/501/502 493.0 13.0 2.6 15 099 Roche - Roche/Hitachi 902/912/917/Modular P 576.0 1 100 Roche - Cobas c701/702 513.0 19.8 3.9 18 Globaal resultaat voor alle methoden 520.0 56.0 10.8 159 CV % N FORM 43/124/N V7 15/48

FERRITINE - d (%) : 18.0 R/14496 Mediaan µg/l SD µg/l 026 Roche-Tinaquant 507.0 530.0 2 048 Siemens Immulite 517.0 533.0 2 049 Siemens-ADVIA Centaur 534.0 24.7 4.6 15 050 Siemens - ADVIA Chemistry 448.0 471.0 483.9 3 055 Roche-Integra 509.5 1 057 Olympus 476.0 478.0 2 064 Siemens - Dimension Enz. IA - Spectrometry 580.0 1 066 Siemens - Dimension Vista - LOCI 575.6 19.3 3.3 6 081 Beckman Coulter-Access 425.0 25.3 5.9 11 082 Vitros ECI 424.0 18.5 4.4 13 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 536.0 29.3 5.5 46 089 Abbott-Architect 704.0 19.6 2.8 21 090 Abbott - Architect - Particle enhanced immunoturbid. 475.0 1 097 Immage 465.0 1 098 Roche - Cobas c311/501/502 490.0 20.2 4.1 15 099 Roche - Roche/Hitachi 902/912/917/Modular P 563.0 1 100 Roche - Cobas c701/702 509.0 30.4 6.0 18 Globaal resultaat voor alle methoden 526.0 56.2 10.7 159 CV % N FORM 43/124/N V7 16/48

Laboratoria geciteerd voor ferritine voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 082 Vitros ECI 2 1 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 1 1 089 Abbott-Architect 1 0 098 Roche - Cobas c311/501/502 1 0 *d FERRITINE : 18.0% Laboratoria geciteerd voor ferritine voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 049 Siemens-ADVIA Centaur 1 0 082 Vitros ECI 1 0 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 1 1 *d FERRITINE : 18.0% De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 049 Siemens-ADVIA Centaur 539.5 25.8 29.0 4.79 5.37 066 Siemens - Dimension Vista - LOCI 583.5 11.8 6.9 2.02 1.18 081 Beckman Coulter-Access 417.9 20.9 10.5 5.00 2.52 082 Vitros ECI 417.7 10.4 11.1 2.50 2.65 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 536.3 21.1 6.2 3.93 1.15 089 Abbott-Architect 705.1 17.0 20.3 2.41 2.87 098 Roche - Cobas c311/501/502 491.6 21.5 8.5 4.38 1.74 100 Roche - Cobas c701/702 512.3 21.4 7.2 4.17 1.41 De methode Siemens Advia Centaur (049) toont de hoogste intra-laboratorium variabiliteit. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. FORM 43/124/N V7 17/48

R/14496 (µg/l) 95% betrouwbaarheidsregio's 700 600 500 400 400 500 600 700 R/14495 (µg/l) 049 066 081 082 088 089 098 100 Methode 049 Siemens-ADVIA Centaur 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 066 Siemens - Dimension Vista - LOCI 089 Abbott-Architect 081 Beckman Coulter-Access 098 Roche - Cobas c311/501/502 082 Vitros ECI 100 Roche - Cobas c701/702 FORM 43/124/N V7 18/48

VRIJ T3 (FT3) FT3 - d (pmol/l) : ± 0.78 R/14495 Mediaan pmol/l SD pmol/ L 029 BioMérieux-Vidas 4.1 1 032 Beckman Coulter-Access 4.1 0.4 8.7 11 037 Siemens - Dimension Vista - LOCI 5.3 0.1 2.8 6 038 Siemens-ADVIA Centaur 5.3 0.2 4.3 16 039 Siemens Immulite 3.7 3.7 2 082 Vitros ECI 10.5 0.7 6.4 12 087 Roche - Elecsys/Mod E/cobas e (3rd gen) 4.9 0.3 5.5 77 089 Abbott-Architect 2.8 0.3 10.9 23 Globaal resultaat voor alle methoden 4.9 0.6 11.4 148 CV % N Laboratoria geciteerd voor FT3 voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 032 Beckman Coulter-Access 0 1 038 Siemens-ADVIA Centaur 1 1 082 Vitros ECI 0 1 087 Roche - Elecsys/Mod E/cobas e (3rd gen) 1 1 * d FT3 : ±0.78 pmol/l FORM 43/124/N V7 19/48

FT3 - d (pmol/l) : ± 0.78 R/14496 Mediaan pmol/l SD pmol/ L 029 BioMérieux-Vidas 4.0 1 032 Beckman Coulter-Access 4.0 0.3 6.2 11 037 Siemens - Dimension Vista - LOCI 5.3 0.1 2.4 6 038 Siemens-ADVIA Centaur 5.3 0.1 2.8 16 039 Siemens Immulite 3.6 3.7 2 082 Vitros ECI 10.7 0.5 5.1 12 087 Roche - Elecsys/Mod E/cobas e (3rd gen) 4.9 0.2 5.0 77 089 Abbott-Architect 2.9 0.3 9.6 23 Globaal resultaat voor alle methoden 4.9 0.5 10.9 148 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 082 = 57.7 pmol/l Laboratoria geciteerd voor FT3 voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 032 Beckman Coulter-Access 1 1 082 Vitros ECI 1 1 087 Roche - Elecsys/Mod E/cobas e (3rd gen) 1 1 089 Abbott-Architect 1 1 * d FT3 : ±0.78 pmol/l De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 20/48

R/14496 (pmol/l) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 032 Beckman Coulter-Access 4.15 0.32 0.16 7.66 3.88 037 Siemens - Dimension Vista - LOCI 5.28 0.11 0.04 2.01 0.78 038 Siemens-ADVIA Centaur 5.29 0.12 0.12 2.28 2.31 082 Vitros ECI 10.57 0.48 0.19 4.50 1.84 087 Roche - Elecsys/Mod E/cobas e (3rd gen) 4.92 0.21 0.06 4.29 1.12 089 Abbott-Architect 2.91 0.26 0.10 9.04 3.44 De methode Siemens Dimension Vista (037) toont de laagste intra- en inter-laboratorium variabiliteit terwijl de methode Vitros (082) de hoogste variabiliteit bij deze concentratie vertoont. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 10.0 7.5 5.0 2.5 2.5 5.0 7.5 10.0 12.5 R/14495 (pmol/l) 032 037 038 082 087 089 FORM 43/124/N V7 21/48

VRIJ T4 (FT4) FT4 - d (%) : 9.9 R/14495 Mediaan pmol/l SD pmol/l 032 Beckman Coulter-Access (33840) 29.5 29.6 29.8 30.1 33.7 5 035 Siemens - Immulite 30.3 32.4 2 038 Siemens-ADVIA Centaur 26.6 1.3 5.0 17 042 Beckman Coulter-(33880) 31.4 1.8 5.8 7 044 Siemens - Dimension Vista - LOCI 26.0 0.4 1.4 6 082 Vitros ECI 56.0 2.1 3.7 12 087 Roche - Elecsys/ Mod E / Cobas e (2nd gen) 28.4 0.9 3.1 82 089 Abbott-Architect 17.2 0.7 4.2 23 Globaal resultaat voor alle methoden 28.3 2.2 7.7 154 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 089 = 1.3 pmol/l Laboratoria geciteerd voor FT4 voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 038 Siemens-ADVIA Centaur 1 1 042 Beckman Coulter-(33880) 0 1 087 Roche - Elecsys/ Mod E / Cobas e (2nd gen) 1 1 089 Abbott-Architect 1 1 * d FT4 : 9.9% FORM 43/124/N V7 22/48

FT4 - d (%) : 9.9 R/14496 Mediaan pmol/l SD pmol/l 032 Beckman Coulter-Access (33840) 29.6 29.9 30.4 31.8 34.1 5 035 Siemens - Immulite 32.0 32.6 2 038 Siemens-ADVIA Centaur 26.6 1.8 6.7 17 042 Beckman Coulter-(33880) 31.7 1.1 3.6 7 044 Siemens - Dimension Vista - LOCI 26.3 0.6 2.3 6 082 Vitros ECI 56.7 2.0 3.6 12 087 Roche - Elecsys/ Mod E / Cobas e (2nd gen) 28.5 0.8 2.9 82 089 Abbott-Architect 17.3 0.9 5.5 23 Globaal resultaat voor alle methoden 28.2 2.1 7.5 154 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 089 < 5.2 pmol/l Laboratoria geciteerd voor FT4 voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 038 Siemens-ADVIA Centaur 1 3 042 Beckman Coulter-(33880) 1 1 082 Vitros ECI 1 1 087 Roche - Elecsys/ Mod E / Cobas e (2nd gen) 3 2 089 Abbott-Architect 1 2 * d FT4 : 9.9% De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 23/48

R/14496 (pmol/l) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 038 Siemens-ADVIA Centaur 26.31 1.30 0.63 4.95 2.41 042 Beckman Coulter-(33880) 31.65 1.63 0.67 5.16 2.10 044 Siemens - Dimension Vista - LOCI 26.24 0.37 0.48 1.41 1.85 082 Vitros ECI 56.74 1.68 0.51 2.96 0.90 087 Roche - Elecsys/ Mod E / Cobas e (2nd gen) 28.54 0.98 0.37 3.44 1.30 089 Abbott-Architect 17.35 0.68 0.28 3.94 1.59 De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 60 50 40 30 20 20 30 40 50 60 R/14495 (pmol/l) 038 042 044 082 087 089 FORM 43/124/N V7 24/48

FOLLIKEL STIMULEREND HORMOON (FSH) FSH - d (U/L) : ±1.93 R/14495 Mediaan U/L 047 BioMérieux-Vidas 7.1 7.8 2 048 Siemens Immulite 5.7 5.8 6.4 3 049 Siemens-ADVIA Centaur 7.8 0.6 8.0 17 081 Beckman Coulter-Access 7.9 0.6 7.0 11 082 Vitros ECI 5.0 0.2 5.0 11 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 7.4 0.3 4.3 80 089 Abbott-Architect 7.1 0.3 4.9 20 095 Siemens - Dimension Vista 6.6 6.7 6.8 6.8 4 Globaal resultaat voor alle methoden 7.3 0.4 6.1 148 SD U/L CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 088 = 0.7 U/L Laboratoria geciteerd voor FSH voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 1 1 * d FSH : ±1.93 U/L FORM 43/124/N V7 25/48

FSH - d (U/L) : ±1.93 R/14496 Mediaan U/L 047 BioMérieux-Vidas 7.2 7.7 2 048 Siemens Immulite 5.4 6.1 6.3 3 049 Siemens-ADVIA Centaur 7.5 0.5 6.9 17 081 Beckman Coulter-Access 8.0 0.4 4.4 11 082 Vitros ECI 5.0 0.2 4.1 11 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 7.3 0.3 4.1 80 089 Abbott-Architect 7.0 0.3 4.4 20 095 Siemens - Dimension Vista 6.6 6.7 6.8 6.8 4 Globaal resultaat voor alle methoden 7.3 0.4 5.4 148 SD U/L CV % N Laboratoria geciteerd voor FSH voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 081 Beckman Coulter-Access 1 0 * d FSH : ±1.93 U/L De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 26/48

R/14496 (U/L) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 049 Siemens-ADVIA Centaur 7.64 0.45 0.30 5.94 3.89 081 Beckman Coulter-Access 7.93 0.49 0.33 6.15 4.15 082 Vitros ECI 5.03 0.31 0.15 6.24 2.90 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 7.36 0.27 0.08 3.66 1.05 089 Abbott-Architect 7.06 0.30 0.10 4.29 1.40 De methode Roche Elecsys/Mod E/Cobas e (088) toont de laagste intra- en interlaboratorium variabiliteit terwijl de methode Beckman Coulter-Access (081) de hoogste intralaboratorium variabiliteit toont. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 10 95% betrouwbaarheidsregio's 8 6 4 4 6 8 R/14495 (U/L) 049 081 082 088 089 FORM 43/124/N V7 27/48

LUTEINISEREND HORMOON (LH) LH - d (U/L) : ±1.30 R/14495 Mediaan U/L 012 BioMérieux-Vidas 0.5 0.6 2 014 Siemens-ADVIA Centaur 0.3 0.1 22.5 17 048 Siemens Immulite 0.4 0.5 0.5 3 081 Beckman Coulter-Access 0.4 0.1 13.9 11 082 Vitros ECI 0.1 0.1 89.0 11 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 0.6 0.1 13.5 81 089 Abbott-Architect 0.4 0.0 5.6 19 094 Siemens - Dimension Vista 0.5 0.5 0.5 0.6 4 Globaal resultaat voor alle methoden 0.5 0.1 25.1 148 SD U/L CV % N Voor de gebruikers van de methode Vitros (082) werden geen berekeningen uitgevoerd gezien het groot aantal gecensureerde waarden (64%). Zeven gebruikers van deze methode hebben een resultaat <0.2 U/L gerapporteerd. Bij deze concentratie zijn de CV s hoog voor alle geëvalueerde methodes behalve voor de methode van Abbott (089). FORM 43/124/N V7 28/48

Laboratoria geciteerd voor LH voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 014 Siemens-ADVIA Centaur 2 0 081 Beckman Coulter-Access 1 0 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 5 0 089 Abbott-Architect 4 0 * d LH : ±1.30 U/L LH - d (U/L) : ±1.30 R/14496 Mediaan U/L 012 BioMérieux-Vidas 0.4 0.5 2 014 Siemens-ADVIA Centaur 0.3 0.1 23.2 17 048 Siemens Immulite 0.5 0.5 0.5 3 081 Beckman Coulter-Access 0.4 0.0 10.3 11 082 Vitros ECI 11 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 0.5 0.1 13.6 81 089 Abbott-Architect 0.4 0.0 6.5 19 094 Siemens - Dimension Vista 0.5 0.5 0.5 0.5 4 Globaal resultaat voor alle methoden 0.5 0.1 23.8 148 SD U/L CV % N Voor de gebruikers van de methode Vitros (082) werden geen berekeningen uitgevoerd gezien het groot aantal gecensureerde waarden (91%). Negen gebruikers van deze methode hebben een resultaat < 0.2 U/L en één < 0.5 U/L gerapporteerd. FORM 43/124/N V7 29/48

Laboratoria geciteerd voor LH voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 014 Siemens-ADVIA Centaur 2 0 081 Beckman Coulter-Access 1 0 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 5 0 089 Abbott-Architect 4 0 * d LH : ±1.30 U/L De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 014 Siemens-ADVIA Centaur 0.34 0.06 0.04 18.82 11.47 081 Beckman Coulter-Access 0.42 0.06 0.03 14.05 5.95 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 0.54 0.09 0.01 17.04 1.48 089 Abbott-Architect 0.37 0.04 0 11.08 1.08 De methodes Siemens Advia Centaur (014) en Beckman Coulter Access (081) tonen de hoogste intra-laboratorium variabiliteit. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. FORM 43/124/N V7 30/48

R/14496 (U/L) 95% betrouwbaarheidsregio's 0.8 0.6 0.4 0.2 0.2 0.4 0.6 0.8 R/14495 (U/L) 014 081 088 089 Methode 014 Siemens-ADVIA Centaur 081 Beckman Coulter-Access 088 Roche-Elecsys/ Mod E / Cobas e 089 Abbott-Architect FORM 43/124/N V7 31/48

OESTRADIOL OESTRADIOL - d (ng/l) : 20.7 R/14495 Mediaan ng/l SD ng/l 029 BioMérieux-Vidas 61.0 67.0 2 031 Siemens - Centaur 33.5 5.3 15.9 13 032 Siemens - Immulite 37.2 37.8 44.0 50.0 57.3 5 036 Beckman Coulter-Access (ex Sanofi) 38.0 7.8 20.5 10 040 Centaur - E2-6 gen III 32.0 38.6 39.0 3 050 Home made 41.0 1 082 Vitros ECI 61.2 6.5 10.7 10 086 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (3rd gen) 35.5 2.3 6.5 72 087 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen) 35.4 8.0 22.6 10 089 Abbott-Architect 34.0 4.4 13.1 21 094 Siemens - Dimension Vista < 11.0 17.4 18.4 3 Globaal resultaat voor alle methoden 35.7 4.4 12.5 150 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 086 < 5 ng/l Bij deze concentratie, zijn de CV s hoog voor alle geëvalueerde methodes. Laboratoria geciteerd voor oestradiol voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 031 Siemens - Centaur 1 0 036 Beckman Coulter-Access (ex Sanofi) 1 1 086 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (3rd gen) 8 1 * d OESTRADIOL : 20.7 ng/l FORM 43/124/N V7 32/48

OESTRADIOL - d (ng/l) : 20.7 R/14496 Mediaan ng/l SD ng/l 029 BioMérieux-Vidas 63.0 66.0 2 031 Siemens - Centaur 32.2 4.8 14.8 12 032 Siemens - Immulite 37.0 42.0 42.8 46.2 60.3 5 036 Beckman Coulter-Access (ex Sanofi) 35.0 7.3 21.0 10 040 Centaur - E2-6 gen III 35.1 35.9 40.0 3 050 Home made 40.0 1 082 Vitros ECI 66.4 5.8 8.8 10 086 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (3rd gen) 35.0 2.6 7.5 72 087 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen) 35.2 6.6 18.8 10 089 Abbott-Architect 34.0 5.4 15.9 21 094 Siemens - Dimension Vista < 11.0 15.9 18.3 3 Globaal resultaat voor alle methoden 35.7 4.7 13.3 149 CV % N Laboratoria geciteerd voor oestradiol voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 031 Siemens - Centaur 1 1 086 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (3rd gen) 3 0 * d OESTRADIOL : 20.7 ng/l De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 33/48

R/14496 (ng/l) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 031 Siemens - Centaur 33.43 3.26 2.33 9.74 6.97 036 Beckman Coulter-Access (ex Sanofi) 36.74 8.91 5.73 24.25 15.60 082 Vitros ECI 64.40 4.93 3.17 7.65 4.92 086 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (3rd gen) 35.16 2.36 1.20 6.70 3.42 087 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen) 35.57 4.88 1.29 13.73 3.64 089 Abbott-Architect 34.65 4.04 3.09 11.66 8.93 De variabiliteit is hoog voor alle methodes en de methode Beckman Coulter-Access (036) toont de hoogste intra- en inter-laboratorium variabiliteit. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 80 60 40 20 0 20 40 60 80 R/14495 (ng/l) 031 036 082 086 087 089 FORM 43/124/N V7 34/48

PROGESTERON PROGESTERON - d (µg/l) : ±0.97 R/14495 Mediaan µg/l SD µg/l 047 BioMérieux-Vidas < 0.25 0.31 2 048 Siemens - Immulite 0.24 0.28 0.30 0.30 0.30 5 049 Siemens-ADVIA Centaur 0.28 0.09 31.8 15 081 Beckman Coulter-Access 1.36 0.13 9.3 11 082 Vitros ECI 1.00 0.19 18.5 7 087 Roche- Mod E/ Cobas e (3rd gen.) 0.14 0.04 27.0 18 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 0.25 0.30 118.6 63 089 Abbott-Architect 0.30 0.07 24.7 22 095 Siemens - Dimension Vista < 0.20 < 0.20 < 0.20 3 Globaal resultaat voor alle methoden 0.28 0.27 95.3 148 CV % N Voor de gebruikers van de methode Roche- Mod E/ Cobas e (3rd gen.) (087) werden geen berekeningen uitgevoerd gezien het groot aantal gecensureerde waarden (28%). Vijf gebruikers van deze methode hebben een resultaat < 0.2 µg/l gerapporteerd. Bij deze concentratie, zijn de CV s heel hoog voor alle geëvalueerde methodes. We bemerken een bimodale verdeling van de resultaten verkregen met de methode van Roche 2 de generatie (088), dit komt zeer waarschijnlijk door een verkeerde keuze van de kit, er zijn hierbij heel waarschijnlijk ook resultaten van de derde generatie bij opgenomen (methode 087 niet geëvalueerd). FORM 43/124/N V7 35/48

Laboratoria geciteerd voor progesteron voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 049 Siemens-ADVIA Centaur 1 0 082 Vitros ECI 1 0 * d PROGESTERON : ±0.97 µg/l PROGESTERON - d (µg/l) : ±0.97 R/14496 Mediaan µg/l SD µg/l 047 BioMérieux-Vidas 0.25 < 0.25 2 048 Siemens - Immulite 0.20 0.24 0.30 0.32 0.40 5 049 Siemens-ADVIA Centaur 0.36 0.13 37.6 16 081 Beckman Coulter-Access 1.28 0.06 4.9 11 082 Vitros ECI 0.99 0.17 17.6 7 087 Roche- Mod E/ Cobas e (3rd gen.) 0.15 0.06 40.9 18 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 0.26 0.28 108.3 63 089 Abbott-Architect 0.30 0.01 2.5 22 095 Siemens - Dimension Vista < 0.20 < 0.20 < 0.20 3 Globaal resultaat voor alle methoden 0.30 0.27 88.5 149 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 088 < 2 µg/l Voor de gebruikers van de methode Roche- Mod E/ Cobas e (3rd gen.) (087) werden geen berekeningen uitgevoerd gezien het groot aantal gecensureerde waarden (28%). Vijf gebruikers van deze methode hebben een resultaat < 0.2 µg/l gerapporteerd. FORM 43/124/N V7 36/48

Laboratoria geciteerd voor progesteron voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 049 Siemens-ADVIA Centaur 1 0 081 Beckman Coulter-Access 1 0 082 Vitros ECI 1 0 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e 1 1 089 Abbott-Architect 7 0 * d PROGESTERON : ±0.97 µg/l De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 049 Siemens-ADVIA Centaur 0.32 0.10 0.03 29.06 10.63 081 Beckman Coulter-Access 1.29 0.11 0.08 8.76 5.97 082 Vitros ECI 0.98 0.13 0.01 13.16 1.22 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 0.32 0.20 0.01 61.88 4.06 089 Abbott-Architect 0.29 0.01 0.04 4.83 13.10 De belangrijke variabiliteit van de methode Roche (088) komt van de inter-laboratorium variabiliteit en waarschijnlijk door de samenstelling van de groep. Bij deze concentratie is de intra-laboratorium variabiliteit hoog voor de methodes Abbott Architect (089) en Siemens Advia Centaur (049). De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. FORM 43/124/N V7 37/48

R/14496 (µg/l) 95% betrouwbaarheidsregio's 1.5 1.0 0.5 0.0 0.0 0.5 1.0 1.5 R/14495 (µg/l) 049 081 082 088 089 Methode 049 Siemens-ADVIA Centaur 088 Roche-Elecsys/ Mod E/ Cobas e (2nd gen.) 081 Beckman Coulter-Access 089 Abbott-Architect 082 Vitros ECI FORM 43/124/N V7 38/48

PROLACTINE PROLACTINE - d (%) : 17.3 R/14495 Mediaan µg/l SD µg/l 030 Abbott - Architect 45.0 1.9 4.2 20 033 Siemens - Centaur 38.8 1.5 3.9 13 036 Beckman - Coulter 35.7 2.4 6.7 8 039 BioMérieux- Vidas 51.9 57.0 59.3 1156.0 4 041 Dade < 0.2 1 043 Diasorin - Liaison 47.0 1 045 Siemens - Immulite 30.4 32.1 32.9 35.6 4 046 Siemens - Dimension Vista 45.0 47.2 47.9 3 050 Roche Elecsys / Mod E/ Cobas e (gen II) 53.2 2.2 4.1 67 053 Vitros 38.4 0.6 1.5 9 Globaal resultaat voor alle methoden 49.7 10.0 20.1 130 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 041 < 0.2 µg/l 039 = 1156 µg/l Laboratoria geciteerd voor prolactine voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 033 Siemens - Centaur 1 1 050 Roche Elecsys / Mod E/ Cobas e (gen II) 2 1 053 Vitros 2 0 * d PROLACTINE : 17.3% FORM 43/124/N V7 39/48

PROLACTINE - d (%) : 17.3 R/14496 Mediaan µg/l SD µg/l 030 Abbott - Architect 44.9 2.6 5.8 20 033 Siemens - Centaur 37.5 2.3 6.1 13 036 Beckman - Coulter 35.5 2.6 7.4 8 039 BioMérieux- Vidas 52.6 59.7 60.7 1167.0 4 041 Dade 48.4 1 043 Diasorin - Liaison 47.0 1 045 Siemens - Immulite CV % 31.2 32.6 33.4 33.7 39.8 046 Siemens - Dimension Vista 45.2 46.0 47.1 48.9 4 050 Roche Elecsys / Mod E/ Cobas e (gen II) 53.4 1.7 3.2 67 053 Vitros 38.4 1.4 3.7 9 Globaal resultaat voor alle methoden 49.9 9.9 19.8 132 N 5 Niet op de grafiek Methode Resultaat 039 = 1167 µg/l Laboratoria geciteerd voor prolactine voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 033 Siemens - Centaur 1 1 050 Roche Elecsys / Mod E/ Cobas e (gen II) 3 1 * d PROLACTINE : 17.3% De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 40/48

R/14496 (µg/l) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 030 Abbott - Architect 44.92 1.99 0.92 4.42 2.06 033 Siemens - Centaur 38.91 2.06 1.60 5.29 4.12 036 Beckman - Coulter 35.93 1.84 0.59 5.12 1.65 050 Roche Elecsys / Mod E/ Cobas e (gen II) 53.30 2.00 0.55 3.75 1.03 053 Vitros 38.49 1.09 0.61 2.83 1.59 De methode Siemens Centaur (033) toont de hoogste intra- en inter-laboratorium variabiliteit. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 50 40 30 30 40 50 60 R/14495 (µg/l) 030 033 036 050 053 FORM 43/124/N V7 41/48

THYROGLOBULINE THYROGLOBULINE - d (%) : 16.7 R/14495 Mediaan µg/l SD µg/l 004 Radioactive Tracer - Cis bio Int/Schering 162.5 1 005 Radioactive Tracer Medipan 110.0 1 010 Radioactive Tracer - Radim (Zentech) 187.8 203.0 206.1 3 020 Non Isotopic - Coulter Access 137.6 140.1 146.5 149.0 4 024 Non Isotopic - DiaSorin Liaison 294.8 16.4 5.5 11 028 Non Isotopic - Siemens - Immulite 232.5 23.7 10.2 26 033 Roche - Elecsys/Mod E/Cobas e (2nd gen.) 229.1 8.8 3.8 44 Globaal resultaat voor alle methoden 229.9 18.2 7.9 90 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 024 = 86.8 µg/l Laboratoria geciteerd voor thyroglobuline voor het staal R/14495: Methode N z > 3 N u > d* 024 Non Isotopic - DiaSorin Liaison 1 1 028 Non Isotopic - Siemens - Immulite 0 3 033 Roche - Elecsys/Mod E/Cobas e (2nd gen.) 2 2 * d THYROGLOBULINE : 16.7% FORM 43/124/N V7 42/48

THYROGLOBULINE - d (%) : 16.7 R/14496 Mediaan µg/l SD µg/l 004 Radioactive Tracer - Cis bio Int/Schering 159.9 1 005 Radioactive Tracer Medipan 110.5 1 010 Radioactive Tracer - Radim (Zentech) 203.7 207.4 208.0 3 020 Non Isotopic - Coulter Access 135.3 138.7 146.7 149.0 4 024 Non Isotopic - DiaSorin Liaison 290.0 25.3 8.7 11 028 Non Isotopic - Siemens - Immulite 228.5 13.3 5.8 26 033 Roche - Elecsys/Mod E/Cobas e (2nd gen.) 229.6 9.8 4.3 44 Globaal resultaat voor alle methoden 229.1 17.4 7.6 90 CV % N Niet op de grafiek Methode Resultaat 024 = 94.2 µg/l Laboratoria geciteerd voor thyroglobuline voor het staal R/14496: Methode N z > 3 N u > d* 024 Non Isotopic - DiaSorin Liaison 1 2 028 Non Isotopic - Siemens - Immulite 1 2 033 Roche - Elecsys/Mod E/Cobas e (2nd gen.) 3 2 * d THYROGLOBULINE : 16.7% De twee stalen die tijdens deze enquête verstuurd werden, waren identiek, hetgeen ons in staat stelt om voor die twee stalen een studie uit te voeren naar intra- en interlaboratoriumvariabiliteit en de verhouding tussen deze twee. In de volgende tabel is voor elke methode met minstens 6 deelnemers de intra- en interlaboratoriumvariabiliteit, als standaarddeviatie en als CV weergegeven (de outliers werden verwijderd): FORM 43/124/N V7 43/48

R/14496 (µg/l) Methode Gemiddelde interlabsd intralabsd interlabcv intralabcv 024 Non Isotopic - DiaSorin Liaison 295.4 11.8 12.3 3.98 4.17 028 Non Isotopic - Siemens - Immulite 229.8 20.0 11.3 8.69 4.91 033 Roche - Elecsys/Mod E/Cobas e (2nd gen.) 230.2 9.7 2.7 4.23 1.17 De methode Roche (033) toont de laagste intra-laboratorium variabiliteit. De variabiliteit van de resultaten werd voorgesteld met behulp van een robuste Youden plot (de outliers werden verwijderd). Elke punt toont het resultaat gekregen door één laboratorium voor de twee stalen voor elke methode met meer dan 6 deelnemers. De ellips toont de betrouwbaarheidsregio van 95% van de resultaten per methode. Hoe groter de oppervlakte van de ellips, hoe groter de variabiliteit tussen de twee stalen is. Hoe meer de ellips de lijn van 45 volgt, hoe kleiner de intra-laboratorium variabiliteit zal zijn. 95% betrouwbaarheidsregio's 300 250 200 200 250 300 350 R/14495 (µg/l) 024 028 033 FORM 43/124/N V7 44/48