De stimulus-respons-tafelkaart bevat de opgave (stimulus) èn het antwoord (respons) en is bedoeld voor de zeer zwakke memoriseerder.

Vergelijkbare documenten
De bedoeling is dat je een som op een rekenrek uitbeeldend berekent. Hoe je een som uitbeeldt, leggen we hieronder uit.

2016 W. Danhof / P. Bandstra Bandstra Speciaal Rekenadvies

Leerlijnen groep 7 Wereld in Getallen

Kennis van de telrij De kinderen kunnen tellen en terugtellen tot 10 met sprongen van 1 en van 2.

Bij het cijferend optellen beginnen we bij de eenheden en werken we van rechts naar links:

SAMENVATTING BASIS & KADER

Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden

Optellen IT1 Antwoord M3 IT6 Antwoord M

Spiekboekje. Knowledgebridge Onderwijs Hein v.d. Velden

1.Tijdsduur. maanden:

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren

Leerlijnen groep 5 Wereld in Getallen

Meetschrift METEN METEND REKENEN

Leerstofoverzicht groep 6

Bloemlezing uit 36 bladzijden voor een eerste indruk. inzicht in het complete metriek stelsel. Op een eenduidige

Leerstofoverzicht groep 3

Leerlijnenpakket STAP incl. WIG. Rekenen Rekenen. Datum: Schooltype BAO (Regulier) Herkomst Landelijk Periode DL -20 t/m 200

Toelichting bij de kaartjes van het opzoekboekje Rekenen

Aanbod rekenstof augustus t/m februari. Groep 3

mei 2009 Auteurs: P.C.M.M. Hosli B.D. De Wilde A.M.P. van de Luitgaarden Rekenvaardigheden: Inleiding bladzijde 1

Groep 5 Leerroute 3< 1F Leerroute 2= 1F (maatschrift) Leerroute 1 = 1S Periode 1

Takenoverzicht. Rekenrijk Groep 6.

KAPSTOK REKENEN inhoud

1 Inleiding 2 Lengte en zijn eenheden 3 Omtrek 4 Oppervlakte 5 Inhoud. Meten is weten. Joke Braaksma. November 2010

spiekboek De beste basis voor het rekenen

Lesopbouw: instructie. Start. Instructie. Blok 4. Lesinhoud Kommagetallen: vermenigvuldigen met kommagetallen Kommagetallen: delen met kommagetallen

TOELICHTING METRIEK STELSEL

' --+-~-+ ) C I J F ERE N. leerjaar/groep 7 ) ) ajodakt

Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend duizend Andersom ,6 duizend ,5 duizend

Rekenboek 3 havo/vwo. Antwoorden NOORDHOFF UITGEVERS 2014 REKENBOEK 3 HAVO/VWO ANTWOORDEN 1

Tafelkaart: tafel 1, 2, 3, 4, 5

Leerlijnen groep 8 Wereld in Getallen


Leerlijnen rekenen: De wereld in getallen

Reken zeker: leerlijn kommagetallen


Aanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen

Vervolgcursus Rekenen Tweede bijeenkomst 4 februari 2015 vincent jonker & monica wijers

Reken zeker: leerlijn kommagetallen

Lesopbouw: instructie. Lesinhoud. 1 Start. 2 Instructie. Blok 4 Week 2 Les 1. Vermenigvuldigen: rekenen met de factor 10, 100 en

Didactisch groepsoverzicht Rekenen

BLAD 16: HAM EN KAAS. b. Bij de maatbeker horen verschillende inhoudsmaten. Hiernaast staan ze op een rij. Schrijf op de stippeltjes wat het betekent.

Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen.

Verkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE

Surinaamse Wiskunde Olympiade

Voorkennis : Breuken en letters

Vervolgcursus Proeftuin Rekenen Tweede bijeenkomst 3 februari 2016 vincent jonker & monica wijers

TOETS REKENEN / WISKUNDE. Naam:... School:...

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd?

Mentor Datum Groep Aantal lln. Helma Goudsmits a 32

Overstapprogramma 6-7

Mentor Datum Groep Aantal lln. Helma Goudsmits a 32. Leeractiviteit leergedrag leerling(en)

Schaal. Met behulp van de werkelijke grootte en de afgebeelde grootte kun je de schaal berekenen.

Groep 8, blok 1, week 1 Passende Perspectieven, leerroute 2. Groep 8, blok 1, week 2 Passende Perspectieven, leerroute 2

Groep 8, blok 1, week 1 Passende Perspectieven, leerroute 3. Groep 8, blok 1, week 2 Passende Perspectieven, leerroute 3

Voorkennis : Breuken en letters

Tafels bloemlezing. Inhoud 1

Meting. Werkbladen, antwoorden, scoring, interpretatie

Leerlijnen groep 6 Wereld in Getallen

Mentor Datum Groep Aantal lln. Helma Goudsmits a 32. Leeractiviteit leergedrag leerling(en)

TOELICHTING ALGEMEEN. voor de leerkracht

Groep 3. Getalbegrip hele getallen. Optellen en aftrekken. Geld

Toetswijzer M7 - E7 - M8

Omtrek en oppervlakte meten van vijvers

Bij de volgende opgaven vragen we je een kleine opteltabel in te vullen. De eerste hebben we zelf ingevuld om je te laten zien hoe zoiets gaat. 1.

Hieronder ziet u per 2 blokken wat er getoetst wordt in groep 4

REKENEN OP MAAT GROEP 4

Stenvertblok Rekenen 4 Antwoorden

Aanvulling hoofdstuk 1

PERIODE METEND REKENEN 3e KLAS 1

BLAD 6: KARWEITJES EN KOZIJNEN

REKENEN Hfst 1-3 PROCENTEN. Procenten betekent per honderd.

De wereld in getallen Lessuggestie groep 6 handleiding

De laatste loodjes...

Lesopbouw: instructie. 2 Instructie. 1 Start. Blok 4 Week 2 Les 1

6 a 22,5 gram b v = 1,5m. 7 a 1,95 kg b g = 0,78 v c 13 / 0,78 16,7 dm 3. 8 a. b p = 200d

Rekenfolder o.b.s. Henri Dunant groep 7

Doorgaande lijn rekenen - een voorbeeld

handleiding pagina s 956 tot Handleiding

Inhoud kaartenbak groep 8

Verantwoording Toetstrainer Entreetoets Rekenen

2.1 Kennismaken met breuken Deel van geheel. Opdracht 1 Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd?

Panamaconferentie Verbanden herkennen en begrijpen. verhoudinge n. vermenigvuldigen. optellen. gestructureer d tellen.

7 a. naam Hulp blad 1. 1 Reken uit (kolomsgewijs) 2 Reken uit met (cijferen) Je mag de hulpsommen opschrijven

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 5

Blok 1 omgeving. Doelen Taal. Doelen Spelling. Doelen Begrijpend lezen

groep 8 blok 7 antwoorden Malmberg s-hertogenbosch

REKENZWAK VMBO-MBO. Lonneke Boels - Christelijk Lyceum Delft Rekencoördinator, docent rekenen, technator RT-praktijk Alaka rekenen basisschool en pabo

Cursus voor Rekenondersteuners rekenen de 3 e slag. Bijeenkomst 3 28 februari 2012 Ceciel Borghouts & Monica Wijers Freudenthal Instituut

drs. W.M.F. Beuker, training en begeleiding in onderwijs

Onthoudboekje rekenen

HET GROTE REKENBOEK OEFENBOEK. Antwoorden en Uitwerkingen VOORBEELDPAGINA S

V6 Programma tijdens de laatste weken

Takenoverzicht. Rekenrijk Groep 8.

LES: Betaal gepast 2. inzicht ontwikkelen in deelbaarheid en factoren van getallen. BENODIGDHEDEN Per leerling

SERVICEDOCUMENT BIJ SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F VO EN MBO

Klok dag en nacht. Hulpkaart OPTELLEN/AFTREKKEN

0,6 = 6 / 10 0,36 = 36 / 100 0,05 = 5 /100 2,02 = 2 gehelen en 2 / 100

Dat is duidelijk! DE REFERENTIENIVEAUS

spiekboek rekenen bereid je goed voor op de entreetoets van het Cito groep

Transcriptie:

Werkwijze stimulus-respons-tafelkaart boven de tien De stimulus-respons-tafelkaart bevat de opgave (stimulus) èn het antwoord (respons) en is bedoeld voor de zeer zwakke memoriseerder. Doordat zowel de opgave als het antwoord staan aangegeven, voorkom je dat er zich door de zoeksnelheid opzoekfouten voordoen doordat je je vergist in een horizontale regel of een verticale kolom. Tafelsommen die snel-goed-permanent worden beheerst (zgn. sgp-sommen), worden op de tafelkaart met een zwarte markeerder doorgestreept. Doorgestreepte sommen vergemakkelijken het opzoeken op de tafelkaart en zorgen door dit snelle zoekwerk op zijn beurt er weer voor dat deze en gene tafelsom snel en goed en permanent beheerst gaan worden en bijgevolg ook kunnen worden doorgestreept.

x 12 15 20 25 50 100 200 2 2x12= 24 2x15= 30 2x20= 40 2x25= 50 2x50=100 2x100=200 2x200= 400 3 3x12= 36 3x15= 45 3x20= 60 3x25= 75 3x50=150 3x100=300 3x200= 600 4 4x12= 48 4x15= 60 4x20= 80 4x25=100 4x50=200 4x100=400 4x200= 800 5 5x12= 60 5x15= 75 5x20=100 5x25=125 5x50=250 5x100=500 5x200=1000 6 6x12= 72 6x15= 90 6x20=120 6x25=150 6x50=300 6x100=600 6x200=1200 7 7x12= 84 7x15=105 7x20=140 7x25=175 7x50=350 7x100=700 7x200=1400 8 8x12= 96 8x15=120 8x20=160 8x25=200 8x50=400 8x100=800 8x200=1600 9 9x12=108 9x15=135 9x20=180 9x25=225 9x50=450 9x100=900 9x200=1800

Werkwijze deelblad Het deelblad bevat de deeltafels van vele deelsommen en is bedoeld voor zeer zwakke rekenaars die (1) geen of onvoldoende beheersing van de elementaire deeltafels hebben, (2) geen of onvoldoende deelbegrip hebben, (3) die beide missen of in onvoldoende mate beheersen. Doordat zowel de opgave als het antwoord staan aangegeven, voorkom je dat er zich door de zoeksnelheid opzoekfouten voordoen doordat je je vergist in een horizontale regel of een verticale rij. Deelsommen die gerelateerd zijn aan vermenigvuldigtafels (nl. van 1 t/m 10; dus de twee bovenste rijtjes-van-vijf steeds) en die snel-goed-permanent worden beheerst (zgn. sgpsommen), worden op het deelblad met een zwarte markeerder doorgestreept. (Doorgestreepte sommen vergemakkelijken het opzoeken op het deelblad en zorgen door dit snelle zoekwerk op zijn beurt er weer voor dat deze en gene deeltafel snel en goed en permanent beheerst gaat worden en bijgevolg óók kan worden doorgestreept.) De deelsommen ònder de twee rijtjes-van-vijf zijn niet bedoeld om doorgestreept te worden die kunnen en hoeven niet geautomatiseerd te worden. Die dienen uitsluitend als steigerwerk bij het oplossen van een opgave. Een bepaald gebruik van dit steigerwerk kan ervoor zorgen dat een rekenzwakke leerling enig inzicht kan gaan krijgen in deze deelsommen. Dit bepaald gebruik is als de leerling bij een opgave als 96:6=16 6x16 noteert en gaat uitrekenen (6x10=60 en 6x6=36 en 60+36=96).

1:1= 1 2:2= 1 3:3= 1 4:4= 1 5:5= 1 6:6= 1 7:7= 1 8:8= 1 9:9= 1 10:10= 1 2:1= 2 4:2= 2 6:3= 2 8:4= 2 10:5= 2 12:6= 2 14:7= 2 16:8= 2 18:9= 2 20:10= 2 3:1= 3 6:2= 3 9:3= 3 12:4= 3 15:5= 3 18:6= 3 21:7= 3 24:8= 3 27:9= 3 30:10= 3 4:1= 4 8:2= 4 12:3= 4 16:4= 4 20:5= 4 24:6= 4 28:7= 4 32:8= 4 36:9= 4 40:10= 4 5:1= 5 10:2= 5 15:3= 5 20:4= 5 25:5= 5 30:6= 5 35:7= 5 40:8= 5 45:9= 5 50:10= 5 6:1= 6 12:2= 6 18:3= 6 24:4= 6 30:5= 6 36:6= 6 42:7= 6 48:8= 6 54:9= 6 60:10= 6 7:1= 8 14:2= 7 21:3= 7 28:4= 7 35:5= 7 42:6= 7 49:7= 7 56:8= 7 63:9= 7 70:10= 7 8:1= 8 16:2= 8 24:3= 8 32:4= 8 40:5= 8 48:6= 8 56:7= 8 64:8= 8 72:9= 8 80:10= 8 9:1= 9 18:2= 9 27:3= 9 36:4= 9 45:5= 9 54:6= 9 63:7= 9 72:8= 9 81:9= 9 90:10= 9 10:1=10 20:2=10 30:3=10 40:4=10 50:5=10 60:6=10 70:7=10 80:8=10 90:9=10 100:10=10 11:1=11 22:2=11 33:3=11 44:4=11 55:5=11 66:6=11 77:7=11 88:8=11 99:9=11 110:10=11 12:1=12 24:2=12 36:3=12 48:4=12 60:5=12 72:6=12 84:7=12 96:8=12 108:9=12 120:10=12 13:1=13 26:2=13 39:3=13 52:4=13 65:5=13 78:6=13 91:7=13 104:8=13 117:9=13 130:10=13 14:1=14 28:2=14 42:2=14 56:4=14 70:5=14 84:6=14 98:7=14 112:8=14 126:9=14 140:10=14 15:1=15 30:2=15 45:3=15 60:4=15 75:5=15 90:6=15 105:7=15 120:8=15 135:9=15 150:10=15 16:1=16 32:2=16 48:3=16 64:4=16 80:5=16 96:6=16 112:7=16 128:8=16 144:9=16 160:10=16 17:1=17 34:2=17 51:3=17 68:4=17 85:5=17 102:6=17 119:7=17 136:8=17 153:9=17 170:10=17 18:1=18 36:2=18 54:3=18 72:4=18 90:5=18 108:6=18 126:7=18 144:8=18 162:9=18 180:10=18 19:1=19 38:2=19 57:2=19 76:4=19 95:5=19 114:6=19 133:7=19 152:8=19 171:9=19 190:10=19 20:1=20 40:2=20 60:3=20 80:4=20 100:5=20 120:6=20 140:7=20 160:8=20 180:9=20 200:10=20 21:1=21 42:2=21 63:3=21 84:4=21 105:5=21 126:6=21 147:7=21 168:8=21 189:9=21 210:10=21 22:1=22 44:2=22 66:3=22 88:4=22 110:5=22 132:6=22 154:7=22 176:8=22 198:9=22 220:10=22 23:1=23 46:2=23 69:3=23 92:4=23 115:5=23 138:6=23 161:7=23 184:8=23 207:9=23 230:10=23 24:1=24 48:2=24 72:3=24 96:4=24 120:5=24 144:6=24 168:7=24 192:8=24 216:9=24 240:10=24 25:1=25 50:2=25 75:3=25 100:4=25 125:5=25 150:6=25 175:7=25 200:8=25 225:9=25 250:10=25 26:1=26 52:2=26 78:3=26 104:4=26 130:5=26 156:6=26 182:7=26 208:8=26 234:9=26 260:10=26 27:1=27 54:2=27 81:3=27 108:4=27 135:5=27 162:6=27 189:7=27 216:8=27 243:9=27 270:10=27 28:1=28 56:2=28 84:3=28 112:4=28 140:5=28 168:6=28 196:7=28 224:8=28 252:9=28 280:10=28 29:1=29 58:2=29 87:3=29 116:4=29 145:5=29 174:6=29 203:7=29 232:8=29 261:9=29 290:10=29 30:1=30 60:2=30 90:3=30 120:4=30 150:5=30 180:6=30 210:7=30 240:8=30 270:9=30 300:10=30 31:1=31 62:2=31 93:3=31 124:4=31 155:5=31 186:6=31 217:7=31 248:8=31 279:9=31 310:10=31 32:1=32 64:2=32 96:3=32 128:4=32 160:5=32 192:6=32 224:7=32 256:8=32 288:9=32 320:10=32 33:1=33 66:2=33 99:3=33 132:4=33 165:5=33 198:6=33 231:7=33 264:8=33 297:9=33 330:10=33 34:1=34 68:2=34 102:3=34 136:4=34 170:5=34 204:6=34 238:7=34 272:8=34 306:9=34 340:10=34 35:1=35 70:2=35 105:3=35 140:4=35 175:5=35 210:6=35 245:7=35 280:8=35 315:9=35 350:10=35 36:1=36 72:2=36 108:3=36 144:4=36 180:5=36 216:6=36 252:7=36 288:8=36 324:9=36 360:10=36 37:1=37 74:2=37 111:3=37 148:4=37 185:5=37 222:6=37 259:7=37 296:8=37 333:9=37 370:10=37 38:1=38 76:2=38 114:3=38 152:4=38 190:5=38 228:6=38 266:7=38 304:8=38 342:9=38 380:10=38 39:1=39 78:2=39 117:3=39 156:4=39 195:5=39 234:6=39 273:7=39 312:8=39 351:9=39 390:10=39 40:1=40 80:2=40 120:3=40 160:4=40 200:5=40 240:6=40 280:7=40 320:8=40 360:9=40 400:10=40 41:1=41 82:2=41 123:3=41 164:4=41 205:5=41 246:6=41 287:7=41 328:8=41 369:9=41 410:10=41 42:1=42 84:2=42 126:3=42 168:4=42 210:5=42 252:6=42 294:7=42 336:8=42 378:9=42 420:10=42 43:1=43 86:2=43 129:3=43 172:4=43 215:5=43 258:6=43 301:7=43 344:8=43 387:9=43 430:10=43 44:1=44 88:2=44 132:3=44 176:4=44 220:5=44 264:6=44 308:7=44 352:8=44 396:9=44 440:10=44 45:1=45 90:2=45 135:3=45 180:4=45 225:5=45 270:6=45 315:7=45 360:8=45 405:9=45 450:10=45 46:1=46 92:2=46 138:3=46 184:4=46 230:5=46 276:6=46 322:7=46 368:8=46 414:9=46 460:10=46 47:1=47 94:2=47 141:3=47 188:4=47 235:5=47 282:6=47 329:7=47 376:8=47 423:9=47 470:10=47 48:1=48 96:2=48 144:3=48 192:4=48 240:5=48 288:6=48 336:7=48 384:8=48 432:9=48 480:10=48 49:1=49 98:2=49 147:3=49 196:4=49 245:5=49 294:6=49 343:7=49 392:8=49 441:9=49 490:10=49 50:1=50 100:2=50 150:3=50 200:4=50 250:5=50 300:6=50 350:7=50 400:8=50 450:9=50 500:10=50 51:1=51 102:2=51 153:3=51 204:4=51 255:5=51 306:6=51 357:7=51 408:8=51 459:9=51 510:10=51 52:1=52 104:2=52 156:3=52 208:4=52 260:5=52 312:6=52 364:7=52 416:8=52 468:9=52 520:10=52 53:1=53 106:2=53 159:3=53 212:4=53 265:5=53 318:6=53 371:7=53 424:8=53 477:9=53 530:10=53 54:1=54 108:2=54 162:3=54 216:4=54 270:5=54 324:6=54 378:7=54 432:8=54 486:9=54 540:10=54 55:1=55 110:2=55 165:3=55 220:4=55 275:5=55 330:6=55 385:7=55 440:8=55 495:9=55 550:10=55

Werkwijze geld(reken)blad Het geldrekenblad is bedoeld voor zeer zwakke rekenaars om geldsommen uit te kunnen rekenen, omdat ze de meeste van die sommen niet uit het hoofd kunnen berekenen. Het geldrekenblad bevat, als je het enkelzijdig uitprint of kopieert, 6 groepjes van steeds 6x20 munten/biljetten (12 als je het dubbelzijdig maakt). Onderaan het blad staan alle bestaande munten en biljetten afgebeeld steeds 20 stuks. In de praktijk zal vrijwel altijd het bovenste deel van het blad nodig zijn bij de berekening van geldsommen en het onderste deel een hoogst enkele keer. De bedoeling is dat je een geldsom uitbeeldend berekent. Hoe je een som uitbeeldt, leggen we hieronder uit. Als je twee bedragen optelt, bijvoorbeeld 137,15 en 275,60, dan zet je eerst - in een bepaalde kleur - streepjes door: een briefje van 100 euro, drie briefjes van 10 euro, zeven munten van 1 euro, 1 munt van 10 cent en 5 munten van 1 cent. Vervolgens zet je - in een andere kleur streepjes door: twee briefjes van 100 euro, zeven briefjes van 10 euro, vijf munten van 1 euro en zes munten van 10 cent. NB: De streepjes van het tweede bedrag zet je vlak achter de biljetten en munten van het eerste bedrag. Vervolgens lees je het totale bedrag af: drie briefjes van 100 euro (300 euro); tien briefjes van 10 euro (10 euro bij elkaar 400 euro); twaalf munten van 1 euro (12 euro bij elkaar 412 euro); zeven munten van 10 cent (70 cent bij elkaar 412 euro 70); vijf munten van 1 cent (5 cent bij elkaar 412 euro 75). Als je een bedrag van een ander bedrag aftrekt, bijvoorbeeld 475,- 287,-, dan zet je eerst horizontaal streepjes door: vier briefjes van 100 euro; zeven briefjes van 10 euro en vijf munten van 1 euro. Vervolgens zet je een verticaal streepje door: twee briefjes van de vier briefjes van 100 euro met een horizontaal streepje (je houdt twee briefjes van 100 euro over bij elkaar 200 euro); alle zeven briefjes van 10 euro met een horizontaal streepje (je houdt nul briefjes van 10 euro over, wetend dat er straks nòg een briefje van 10 euro af moet); alle vijf munten van 1 euro met een horizontaal streepje (je houdt nul munten van 1 euro over, wetend dat er straks nòg twee munten van 1 euro af moeten). Je hebt dus twee briefjes van 100 euro over, waar nog 10 euro en 2 euro van af moeten. Je gaat nu inwisselen: je zet een verticaal streepje door één van de twee overgebleven briefjes van 100 (je houdt dus 100 euro over) en je zet door tien nieuwe briefjes van 10 euro een horizontaal streepje (in de

serie staan twee rijen van tien briefjes van 10 euro je neemt daarvan de tweede rij) en vervolgens door één ervan een verticaal streepje. Je houdt dus 100 euro en 90 euro over; 190 euro bij elkaar, waarvan nog 2 euro af moet. Je gaat weer inwisselen: je zet een verticaal streepje door één van de negen overgebleven briefjes van 10 euro (je houdt dus acht briefjes van 10 over) en je zet door tien nieuwe munten van 1 euro een horizontaal streepje (in de serie staan twee rijen van 10 munten van 1 euro je neemt daarvan de tweede rij) en vervolgens door twee ervan een verticaal streepje. Je houdt dus 100 euro en 80 euro en 8 euro over; bij elkaar 188 euro. (Het lijkt een ingewikkelde beschrijving, maar de uitvoering blijkt toch vrij eenvoudig te zijn.) Als je het verschil tussen twee bedragen moet berekenen, bijvoorbeeld 295,- en 432,-, kun je ook het kralenkettingblad gebruiken. Het verschil tussen de twee bedragen is vrij eenvoudig af te lezen van de kralenketting-tot-duizend. Een andere manier is het geldrekenblad gebruiken door af te trekken zoals hierboven is beschreven. Als je korting moet berekenen, dan beeld je dat op dezelfde wijze uit zoals dat bij het aftrekken hierboven is beschreven.

(1) = 1 cent; (2) = 2 c; (5) = 5 c; (10) = 10 c; (20) = 20 c; (50) = 50 c; ((1)) = 1 euro; ((2)) = 2 euro; [ 5 ] = 5 euro; [10] = 10 euro; [20] = 20 euro; [50] = 50 euro; [100] = 100 euro; [200] = 200 euro; [500] = 500 euro. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------- ----------------------------------------------------------------------------------------------------------- ----------------------------------------------------------------------------------------------------------- =========================================================================================================== (1)(1)(1)(1)(1) (1)(1)(1)(1)(1) (2)(2)(2)(2)(2) (2)(2)(2)(2)(2) (1)(1)(1)(1)(1) (1)(1)(1)(1)(1) (2)(2)(2)(2)(2) (2)(2)(2)(2)(2) (5)(5)(5)(5)(5) (5)(5)(5)(5)(5) (10)(10)(10)(10)(10) (10)(10)(10)(10)(10) (5)(5)(5)(5)(5) (5)(5)(5)(5)(5) (10)(10)(10)(10)(10) (10)(10)(10)(10)(10) (20)(20)(20)(20)(20) (20)(20)(20)(20)(20) (50)(50)(50)(50)(50) (50)(50)(50)(50)(50) (20)(20)(20)(20)(20) (20)(20)(20)(20)(20) (50)(50)(50)(50)(50) (50)(50)(50)(50)(50) ((1))((1))((1))((1))((1)) ((1))((1))((1))((1))((1)) ((2))((2))((2))((2))((2)) ((2))((2))((2))((2))((2)) ((1))((1))((1))((1))((1)) ((1))((1))((1))((1))((1)) ((2))((2))((2))((2))((2)) ((2))((2))((2))((2))((2)) [ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ] [10][10][10][10][10][10][10][10][10][10] [ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ][ 5 ] [10][10][10][10][10][10][10][10][10][10] [20][20][20][20][20][20][20][20][20][20] [50][50][50][50][50][50][50][50][50][50] [20][20][20][20][20][20][20][20][20][20] [50][50][50][50][50][50][50][50][50][50] [100][100][100][100][100][100][100][100][100][100] [200][200][200][200][200][200][200][200][200][200] [100][100][100][100][100][100][100][100][100][100] [200][200][200][200][200][200][200][200][200][200] [500][500][500][500][500] [500][500][500][500][500] [500][500][500][500][500] [500][500][500][500][500]

Werkwijze ligtblad Ligt staat voor: lengtematen, inhoudsmaten, gewichten en tijdseenheden. Het ligtblad is als afkijkblad bedoeld voor zeer zwakker rekenaars. Veelvuldig afkijken kan namelijk leerzaam zijn. Het ligtblad is zodanig geconstrueerd, dat je nauwelijks de systematiek hoeft te snappen. Die wijst tot op vrij grote hoogte namelijk voor zich. De wijze van opzoeken is veel simpeler dan vrijwel alle bestaande systemen. Sommige onderdelen van de lengtematen en de inhoudsmaten zijn vet gedrukt. Deze onderdelen behoren tot de minimale minima die een lwoo er beheerst moet zien te krijgen (al dan niet m.b.v. dit afkijkblad). Wat bij deze onderdelen niet vetgedrukt staat, behoort tot de zone die het proberen waard is. In het ligtblad zijn eenvoudige breuken en decimale notaties zodanig opgenomen dat het soms (niet altijd helaas) mogelijk blijkt te zijn dat een rekenzwakke leerling een som kan berekenen die ietwat andere getallen heeft dan op het afkijkblad staan vermeld. Bijvoorbeeld: de opgave is 85 ml = cl; in de tabel staat: 25 ml = 2,5 cl en 50 ml = 5 cl en 75 cl = 7,5 cl, dan weten sommige rekenzwakke leerlingen met behulp van deze kennis zelf te komen op 8,5 ml.

L(engtematen)I(nhoudsmaten)G(ewichten)T(ijdseenheden) = ligt-blad Lengtematen: (1750 m=) (175 dam=) (17,5 hm=) (1,75 km) (1500 m=) (150 dam=) (15 hm=) (1,5 km) (1250 m=) (125 dam=) (12,5 hm=) (1,25 km) km km km km 1000 m= (100 dam=) 10 hm= 1 750 m= (75 dam=) 7,5 hm= 0,75 500 m= (50 dam=) 5 hm= ½ of 0,5 250 m= (25 dam=) 2,5 hm= 0,25 1000 mm= 100 cm= 10 dm= 1 m (750 mm=) (75 cm=)(7½ of 7,5 dm=) (0,75 m) 500 mm= 50 cm= 5 dm= ½(of 0,5) m (250 mm=) (25 cm=)(2½ of 2,5 dm=) (0,25 m) 100 mm= 10 cm= 1 dm (75 mm=)(7½ of 7,5 cm=) (0,75 dm) 50 mm= 5 cm= ½(of 0,5) dm (25 mm=)(2½ of 2,5 cm=) (0,25 dm) 100 m= (10 dam=) 1 hm 50 m= (5 dam=) ½ of 0,5 hm (100 dm=) (10 m= 1 dam) (50 dm=) (5 m= ½ of 0,5 dam) 10 mm= 1 cm 5 mm= ½(of 0,5) cm 1 mm (150 cl =) (15 dl =) (1,5 l) Inhoudsmaten: (125 cl =) (12,5 dl=) (1,25 l) 1000 ml = 100 cl = 10 dl = 1 l (750 ml =) (75 cl =) (7,5 dl =) (0,75 l) 500 ml = 50 cl = 5 dl = ½ (of 0,5) l (250 ml =)(2½ of 25 cl =) (2,5 dl)= (0,25 l) 100 ml = 10 cl = 1 dl = (0,1 l) ( 75 ml =)(7½ of 7,5 cl =) (0,75 dl) 50 ml = 5 cl = ½( of 0,5) dl (25 ml =)(2½ of 2,5 cl =) (0,25 dl) 10 ml = 1 cl 5 ml = ½ (of 0,5)cl 1 ml Gewichten (1000 kg = 1 ton) (500 kg = ½ of 0,5 ton) 1000 g = 10 ons = 2 pond = 1 kg 500 g = 5 ons = 1 pond = ½ of 0,5 kg 250 g = 2½ ons = ½ pond 100 g = 1 ons 50 g = ½ of 0,5 ons (1 g = 0,01 ons) 100 jaar = 1 eeuw 365 dagen = 52 weken = 12 maanden = 1 jaar Tijdseenheden: 6 maanden = ½ jaar 13 weken = 3 maanden = ¼ jaar 7 dagen = 1 week 24 uur = 1 dag of 1 etmaal 12 uur = ½ dag of ½ etmaal 6 uur = ¼ dag of ¼ etmaal 60 min = 1 uur 30 min = ½ uur 15 min = ¼ uur of 1 kwartier 60 sec = 1 min 30 sec = ½ min 1 sec

Werkwijze uittekenend rekenen Contextopgaafjes of ingeklede vraagstukjes kunnen meer dan eens opgelost worden door ze uit te tekenen. Bijvoorbeeld: Per keer kan bootsman Jan in zijn roeiboot 150 kg zand in zandzakken meenemen. Er ligt 600 kg zand in zandzakken. Bootsman Jan moet keer varen. Naar een getekende oplossing: 150 (Je laat hem een keer varen en noteert de vracht.) 150 300 (Je laat hem nog een keer varen en noteert de vracht en het totaal.) 150 450 (Idem) 150 600 (Idem) Dus: vier keer.