Dankwoord 13. Achtergrond en opzet van de studie Inleiding Onderzoeksmethodes 21

Vergelijkbare documenten
Palliatieve zorg en euthanasie in België Evaluatie van de praktijk en de wetten

INHOUD. Woord vooraf... v Dankwoord... vii INLEIDEND DEEL EN BEGRIPPENKADER. Hoofdstuk I. Inleiding... 3

Samenvatting. Beleid en richtlijnen ten aanzien van beslissingen rond het levenseinde in Nederlandse zorginstellingen

BESLISSEN RONDOM HET EINDE VAN HET LEVEN

Topics in levenseindezorg

De laatste levensfase. Hoe IJsselheem omgaat met een euthanasieverzoek

Informatie over euthanasie

13 november palliatieve geneeskunde VUB

een waardig levenseinde

Medisch begeleid sterven een begrippenkader

tien jaar controversiële euthanasiewet?

SAMENVATTING INTRODUCTIE

Onderzoeksvragen vanuit de praktijk 17/10/2017

Medische beslissingen rond het levenseinde

11 februari Rob Bruntink

Voorwoord 11 Inleiding 13

Stelling 1. Het toepassingsgebied van de Euthanasiewet moet worden uitgebreid.

Algemeen. Euthanasie.

Medische beslissingen bij het levenseinde visietekst Informatiefolder voor patiënten

Vragenlijst. KOPPEL-studie: Kennis en Opvattingen van Publiek en Professionals over Einde Leven beslissingen

Voorafgaande zorgplanning en omgaan met het levenseinde informatie voor patiënten

Wensen rond de laatste levensfase

Disclosure belangen spreker. (potentiële) belangenverstrengeling

Programma «Samenleving en Toekomst»

Algemene benadering van de thematiek van het levenseinde: Visie van de verpleegkundigen - Hoorzitting Senaat 7 mei 2013

Wat zou jij willen? Voor je dierbaren? Voor jezelf?

Euthanasie en hulp bij zelfdoding vallen beiden onder de euthanasiewet.

Voorafgaande zorgplanning - juridische omkadering -

De toepassing van de euthanasiewet: ethische aspecten. Prof. Dr. F. Mortier VUB-UGent End-of-life care research group

Voorafgaande zorgplanning en wilsverklaringen. Christophe Lemmens Advocaat Dewallens & partners Gastprofessor UAntwerpen

Euthanasiebeleid. Euthanasiebeleid

Keuzes rond het levenseinde. Miep de Putter Annemieke Delhaas Petra Blommendaal PTMN

Euthanasie: de wet en de praktijk

Beslissingen omtrent het levenseinde

Medische beslissingen aan het levenseinde en plaats van overlijden in België en Europa.

ZORG VOOR EEN MENSWAARDIG LEVENSEINDE

Procedure euthanasie ouderenzorg

Macht- en krachtrelaties in de palliatieve zorg

Vroegtijdige Zorgplanning bij personen met dementie. Richtlijn-implementatie

Niet-reanimeren verklaring

Euthanasie versus palliatieve sedatie. John Bos, MAR, Presentatiedienst 8 december 2016

Handboek gezondheidsrecht

PRAKTISCHE VRAGEN OVER BESLISSINGEN ROND HET LEVENSEINDE. Cor Spreeuwenberg

COMMUNICEREN OVER HET LEVENSEINDE : WAAROM???

Zorg in de laatste levensfase. Agnes van der Heide Afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC

Continue sedatie tot aan het overlijden in Vlaamse woonzorgcentra

Casus Hoe wensen mensen te sterven? Samen werken rond. vroegtijdige zorgplanning. Samen werken rond. Vroegtijdige Zorgplanning

Zorg. voor het levenseinde

WAT PLAN JE ZOAL IN JE LEVEN?

EUTHANASIE standpunten & producten Wim Distelmans MD

JURIDISCHE ASPECTEN VAN ZORGVERLENING AAN HET LEVENSEINDE

Medische Beslissingen rond het levenseinde

Voorafgaande zorgplanning: van studies naar klinische praktijk. Naomi Dhollander

Euthanasie en hulp bij zelfdoding

Advanced care planning. Ketenzorg Arnhem

Ontwikkelen van kwaliteitsindicatoren in de palliatieve zorg in Vlaanderen. Kathleen Leemans

Agenda. Levenseinde: keuzes, wil, wet en praktijk t.b.v. Parkinsoncafé Rosmalen. Wetten. Keuzes aan het einde van het leven

Eigenzinnige palliatieve zorg

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg

PALLIATIEVE SEDATIE

Deel één Ȃ communicatie over het levenseinde in Europa: een vergelijkend onderzoek.

PALLIATIEVE ZORG. IFPC Turnhout 23 oktober Hilde Michiels coördinator palliatief support team

TITEL I INLEIDENDE BEPALINGEN HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALING

Dossier Voorafgaande zorgplanning

Euthanasie en wilsverklaringen

(1) Euthanasieverzoek

Voorbeeld wilsverklaring

HET NUT VAN WILSVERKLARINGEN

Zorg en behandeling rondom het levenseinde. Het beleid van de Frankelandgroep inzake reanimatie, palliatieve sedatie, versterving en euthanasie

'De bestaande schemerzone rond palliatieve sedatie moet verdwijnen'

Vroegtijdige Zorg Planning:

Continue Palliatieve sedatie, feiten en fabels Specialist ouderengeneeskunde/docent. Probeer te verwoorden wat volgens jou

Vroegtijdige zorgplanning

Verkorte inhoudsopgave

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Mevrouw drs. E.I. Schippers Postbus EJ Den Haag. Utrecht, 20 oktober 2017

De eindsprint als keuze

Euthanasie bij psychisch lijden: Een ethische visie

Juridisch kader van vroegtijdige zorgplanning anno 2015

Rachele Arends - specialist ouderengeneeskunde Annemieke Wagemans - AVG

Levenseindebeleid. Inleiding

Advance Care Planning in België

Rechten van de patiënt?

Praat voor je gaat. Tijdige zorg voor het levenseinde

VANDAAG ZORGEN VOOR MORGEN

Euthanasie: de wet en de praktijk Informatiefolder voor patiënten en familieleden

Casus Hoe wensen mensen te sterven? Waarom vroegtijdig nadenken over zorg? Samen werken rond. vroegtijdige zorgplanning.

Zorg en behandeling rondom het levenseinde. Het beleid van de Frankelandgroep inzake reanimatie, palliatieve sedatie, versterving en euthanasie

Voltooid Leven Nu doorpakken. Robert Schurink Directeur NVVE

Wilsverklaring en levenseinde. Informatiebrochure Patiënten

Zorg en behandeling rondom het levenseinde. Het beleid van de Frankelandgroep inzake reanimatie, palliatieve sedatie, versterving en euthanasie

Evolutie en kenmerken van euthanasie sedert de implementatie van de euthanasiewet in Prof dr Luc Deliens

Tijdig spreken over het levenseinde

Euthanasie. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

Heeft u het er wel eens over?

Samenvatting. Samenvatting 7

Voorafgaande zorgplanning Wetgeving en communicatie VRAGEN ROND HET LEVENSEINDE

Ethische kwesties. bij de Zorgboog. Behandeling en zelfbeschikking. Wat betekent dit voor u?

Medisch begeleid sterven een begrippenkader

Sterven met dementie in Vlaanderen. Lieve Van den Block Onderzoeksgroep Zorg rond het Levenseinde, VUB-Ugent

Prof. mr Johan Legemaate 22 november 2017

Transcriptie:

Inhoud Dankwoord 13 DEEL 1 Achtergrond en opzet van de studie 15 1. Inleiding 17 2. Onderzoeksmethodes 21 1. SENTI-MELC studie (Hoofdstukken 6, 7, 8, 9, 15) 21 2. Studie naar de frequentie en kenmerken van euthanasie en andere levenseindebeslissingen in Vlaanderen (Hoofdstukken 12, 13, 14, 16, 17) 22 3. Survey over het beleid van zorginstellingen omtrent levenseindezorg 24 4. Grootschalige survey over houdingen en ervaringen omtrent euthanasie bij een representatieve steekproef van artsen (hoofdstukken 12 en 19) 25 5. Onderzoek naar de werking en kwaliteit van consultatie van de LEIFartsen 26 DEEL 2 Wettelijk kader voor de zorg aan het levenseinde in België 29 3. Wettelijk kader voor medische beslissingen aan het levenseinde 31

6 Palliatieve zorg en euthanasie in België 3.1. Euthanasie: wet van 28 mei 2002 31 3.1.1 Actueel euthanasieverzoek 31 3.1.2 Euthanasieverklaring 36 3.1.3. Procedurele voorwaarde a posteriori: aangifteplicht 37 3.1.4 De uitvoering van euthanasie 37 3.1.5 Gewetensvrijheid 38 3.1.6 Gevolgen voor verzekeringsovereenkomsten 39 3.2. Hulp bij zelfdoding 39 3.3. Pijnbestrijding met mogelijk levensverkortend effect en continue diepe sedatie 40 3.3.1. Juridische kwalificatie 40 3.3.2. Voorwaarden voor pijnbestrijding en continue diepe sedatie 42 3.3.3 Continue diepe sedatie zonder vochttoediening 44 3.4. Staken of niet starten van een behandeling 46 3.4.1. Toestemmingsweigering van een wilsbekwame patiënt 46 3.4.2 Therapiebeperking bij een wilsonbekwame patiënt door een toestemmingsweigering van de vertegenwoordiger 47 3.4.3 Weigering van de arts om te behandelen wegens medische zinloosheid 50 4. Wettelijk kader voor instellingsbeleid inzake medische beslissingen aan het levenseinde 61 4.1 Inleiding 61 4.1.1 Juridische context van instellingsbeleid 61 4.2. Knelpunten 66 4.2.1 Mogen zorginstellingen hun eigen instellingsbeleid ontwikkelen? 66 4.2.2 Door welke grenzen is de ontwikkeling van instellingsbeleid beperkt? 69 4.2.3 Is een zorginstelling verplicht haar instellingsbeleid bekend te maken? 79 4.3 Besluit 81 5. Wettelijk kader voor voorafgaande wilsverklaringen 91 5.1. Inleiding 91 5.2. Begrippenkader 92 5.2.1. Voorafgaande schriftelijke wilsverklaring 92 5.2.2. Negatieve tegenover positieve wilsverklaring 92 5.2.3. Actuele tegenover voorafgaande wilsverklaring 93 5.3. De negatieve wilsverklaring 93 5.3.1. Het opstellen 93 5.3.2. De tussenfase 94 5.3.3. De uitvoering 95

Inhoud 7 5.4. De positieve wilsverklaring 97 5.5. De euthanasieverklaring 98 5.5.1. Het opstellen 98 5.5.2. De tussenfase 100 5.5.3. De uitvoering 102 5.6. De voorafgaande machtiging van een vertegenwoordiger 104 5.6.1. Het opstellen 104 5.6.2. De tussenfase 105 5.6.3. De uitvoering 106 5.7. Besluit 108 DEEL 3 Kenmerken van de zorg aan het levenseinde in België 121 6. Zorgtransfers in de laatste drie maand voor overlijden 123 6.1. Inleiding 123 6.2. Zorgtransfers in de laatste levensmaanden 124 6.2.1. Plaats van sterven en gewenste plaats van sterven 124 6.2.2. Transfers tussen settings aan het levenseinde 126 6.2.3. Ziekenhuisopname en verblijfsduur 128 6.3. Een vergelijking met Nederland 129 6.4. Besluit 131 7. Zorg voor patiënten in de laatste levensmaanden 135 7.1. Inleiding 135 7.2. Zorg voor patiënten in de laatste levensmaanden 136 7.2.1. Zorgverleners en gespecialiseerde palliatieve zorg 136 7.2.2. Inhoud van de zorg 138 7.3. Een vergelijking met Nederland 141 7.4. Besluit 143 8. Vroegtijdige zorgplanning 145 8.1. Inleiding 145 8.2. Vroegtijdige zorgplanning 146 8.2.1. Praktijk van vroegtijdige zorgplanning 146 8.2.2. Kenmerken geassocieerd aan vroegtijdige zorgplanning 148 8.3. Een vergelijking met Nederland 152

8 Palliatieve zorg en euthanasie in België 8.4. Besluit 152 9. Sociale ongelijkheid in zorg aan het levenseinde 155 9.1 Inleiding: sociale ongelijkheid aan het levenseinde 155 9.2 Ongelijkheid in plaats van overlijden en in zorgtransfers 155 9.3 Sociale ongelijkheid in zorgverleners 158 9.4 Besluit 163 DEEL 4 Kwaliteits indicatoren van palliatieve zorg 167 10. Doel en mogelijkheden van kwaliteitsindicatoren voor de palliatieve zorg 167 10.1 Inleiding 167 10.2 Meten van kwaliteit 168 10.3 Methoden ter ontwikkeling van kwaliteitsindicatoren 170 10.4 Eigenschappen van indicatoren 171 10.4.1 Soorten indicatoren 172 10.4.2 Een set indicatoren 173 10.5 Naar kwaliteitsindicatoren voor de palliatieve zorg 173 10.5.1 Perspectief van de hulpverlener en de patiënt samen genomen 174 10.5.2 Perspectief van de naaste 174 10.6 Conclusie 175 11. Een set kwaliteitsindicatoren voor Vlaanderen 179 11.1 Inleiding 179 11.2 Fase 1: Kwaliteitsdomeinen en thema s in een denkkader 180 11.3 Fase 2: Identificatie van bestaande indicatoren 181 11.4 Fase 3: Thema s selecteren 183 11.5 Fase 4: Indicatoren selecteren 186 11.5.1 Geschiktheid en noodzakelijkheid als thuisopdracht 186 11.5.2 Geschiktheid tijdens een paneldiscussie 187 11.6 Conclusies en aanbevelingen voor vervolgonderzoek 188

Inhoud 9 DEEL 5 Frequentie en kenmerken van euthanasie en andere levens eindebeslissingen in Vlaanderen 191 12. Incidentie en kenmerken van euthanasie en hulp bij zelfdoding 193 12.1 Inleiding 193 12.2 Aantal verzoeken voor euthanasie 194 12.3 Trends in het voorkomen van euthanasie en hulp bij zelfdoding 196 12.3.1 Algemene trends in voorkomen van euthanasie en hulp bij zelfdoding 196 12.3.2 Verschuivingen binnen patiëntgroepen 197 12.3.3 Vergelijking met Nederland 199 12.4 Besluitvormingsproces van euthanasie en hulp bij zelfdoding 199 12.4.1 Bespreking met naasten en andere zorgverleners 199 12.4.2 Redenen voor uitvoeren van euthanasie en hulp bij zelfdoding 200 12.5 Uitvoering van euthanasie en hulp bij zelfdoding 201 12.5.1 Gebruikte middelen in 2007 201 12.5.2 Toediening van middelen door zorgverleners 202 12.5.3 Vergelijking met Nederland 204 12.6 Besluit 204 13. Incidentie en kenmerken van continue diepe sedatie tot aan het overlijden 207 13.1 Inleiding 207 13.2 Evolutie van de incidentie van continue diepe sedatie 208 13.2.1 Evolutie in Vlaanderen 2001-2007 208 13.2.2 Vergelijking met Nederland 210 13.3 Kenmerken van klinische uitvoering en besluitvorming 210 13.3.1 Kenmerken van continue diepe sedatie in Vlaanderen in 2007 210 13.3.2 Vergelijking met Nederland 213 13.4 Besluit 213 14. Incidentie en kenmerken van andere medische beslissingen aan het levenseinde 215 14.1 Inleiding 215

10 Palliatieve zorg en euthanasie in België 14.2 Trends in het voorkomen van geïntensiveerde pijn- en symptoombestrijding, niet-behandelbeslissingen en levensbeëindiging zonder verzoek 216 14.2.1 Algemene trends in voorkomen 216 14.2.2 Verschuivingen binnen patiëntgroepen 217 14.3 Besluitvormingsproces van geïntensiveerde pijn- en symptoombestrijding, niet-behandelbeslissingen en levensbeëindiging zonder verzoek 221 14.3.1 Evoluties in bespreking met patiënt, naasten en andere zorgverleners 221 14.3.2 Redenen voor het uitvoeren van de medische beslissingen aan het levenseinde 222 14.4 Besluit 225 15. Medische beslissingen en zorg aan het levenseinde 227 15.1 Inleiding 227 15.2 Hoe de relatie tussen medische beslissingen aan het levenseinde en zorg in de laatste drie levensmaanden bestuderen? 228 15.3 Welk type patiënten sterft ten gevolge van euthanasie of andere medische beslissingen? 229 15.4 De relatie tussen palliatieve zorg en euthanasie of andere medische beslissingen? 229 15.5 De relatie tussen existentiële/spirituele zorg en euthanasie 231 15.6 Besluit 235 16. MBL s en sedatie bij minderjarigen 237 16.1 Inleiding 237 16.2 Het voorkomen en de kenmerken van medische beslissingen aan het levenseinde bij minderjarigen 239 16.2.1 Resultaten 239 16.2.2 Bespreking 240 16.3 Het besluitvormingsproces voorafgaand aan MBL s bij minderjarigen 243 16.3.1 Resultaten 243 16.3.2 Bespreking 245 16.4 Continue diepe sedatie aan het levenseinde van minderjarigen 246 16.4.1 Resultaten 246

Inhoud 11 16.4.2 Bespreking 247 16.5 Besluit 251 17. Sociale ongelijkheid en medische beslissingen aan het levenseinde 253 17.1 Inleiding 253 17.1.1 Ongelijkheid: een breed spectrum dispariteiten 253 17.1.2 Ongelijkheid, onrechtvaardigheid en medische beslissingen rond het levenseinde 256 17.2 Leeftijdsdispariteiten in medische beslissingen aan het levenseinde 256 17.2.1 Resultaten op basis van het sterfgevallen onderzoek 257 17.3 Genderdispariteiten 259 17.3.1 Resultaten op basis van het sterfgevallen onderzoek 259 17.4 Sociaaleconomische ongelijkheden 260 17.4.1 Resultaten op basis van het sterfgevallen onderzoek 260 17.6 Besluit 263 DEEL 6 Evaluatie van beleid inzake euthanasie 265 18. Stand van zaken instellingsbeleid 267 18.1 Inleiding 267 18.2 Aanwezigheid en inhoud schriftelijk beleid ten aanzien van euthanasie 268 18.2.1 Algemene ziekenhuizen 268 18.2.2 Psychiatrische ziekenhuizen 269 18.2.3 Instellingen voor personen met een verstandelijke beperking 269 18.3 Bekendmaking schriftelijk beleid ten aanzien van euthanasie 270 18.4 Geen schriftelijk beleid ten aanzien van euthanasie: redenen 272 18.5 Vergelijking met Nederland 272 18.6 Conclusies 273 19. Toepassing van de zorgvuldigheidscriteria 275 19.1 Inleiding 275 19.2 De meldings-, controle- en evaluatieprocedures voor euthanasie in België en Nederland 276

12 Palliatieve zorg en euthanasie in België 19.2.1 Melding van euthanasie 277 19.2.2 Controle op de euthanasiepraktijk 277 19.2.3 Evaluatie van de euthanasiepraktijk 278 19.2.4 Praktische implicaties 278 19.3 De euthanasiewet in de medische praktijk 279 19.3.1 Kenmerken van gemelde euthanasiegevallen 279 19.3.2 Toepassing van de wettelijke zorgvuldigheidscriteria 284 19.4 Attitudes van Belgische artsen tegenover euthanasie en de euthanasiewet 286 19.5 Besluit 290 20. Consultatie van een tweede arts bij euthanasieverzoe ken en het consultatieproject LEIFartsen 293 20.1 Wetgeving 293 20.2 Consultatie in België 293 20.2.1 Aantal verzoeken 294 20.2.2 Verloop van het consultatieproces 296 20.2.3 Kwaliteit van consultatie 296 20.3 Attitudes van Belgische artsen over consultatie 298 20.4 LevensEinde Informatie Forum (LEIF)-artsen 298 20.4.1 Wie zijn de LEIFartsen? 298 20.4.2 Implementatie van de LEIFartsen in Vlaanderen 299 20.4.3 Rol en betrokkenheid van LEIFartsen bij levenseindezorg in Vlaanderen 299 20.4.4 Kwaliteit van consultatie met LEIFartsen 302 20.5 Een vergelijking met Nederland 304 20.5.1 Vergelijking van ontstaansgeschiedenis, doelen en organisatie 304 20.5.2 Vergelijking van kwaliteit van consultatie 305 20.6 Besluit 306 20.6.1 Algemene bevindingen in verband met euthanasie en consultatie in België 306 20.6.2 Vlaanderen versus Wallonië 307 20.6.3 LEIF 307 DEEL 7 Conclusies 309 Een bio van de auteurs 329