Basisvaardigheden - Inhoud



Vergelijkbare documenten
M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning.

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Afmetingen werden vroeger vergeleken met het menselijke lichaam (el, duim, voet)

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A.

Theorie: Het maken van een verslag (Herhaling klas 2)

Naam: Succes! 1 Geef bij elke berekening het antwoord met de juiste nauwkeurigheid en met de juiste. Antwoorden: Eenheid. 0,6 : 2 s s.

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Inleiding tot de natuurkunde

Wiskundige vaardigheden

Meetfouten, afronding, voorvoegsels en eenheden

Foutenberekeningen Allround-laboranten

Inleiding tot de natuurkunde

11 Bewegingsleer (kinematica)

Foutenberekeningen. Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Samenvatting door Flore colnelis 714 woorden 11 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Fysica examen 1. Si-eenhedenstelsel

Werkblad havo 4 natuurkunde Basisvaardigheden

Laat een schrift en een iets kleiner blad naast elkaar van gelijke hoogte valllen. Waarneming: Het blad papier valt langzamer dan het schrift

Verkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

Significante cijfers en meetonzekerheid

Exact periode = 1. h = 0, Js. h= 6, Js 12 * 12 = 1,4.10 2

Nee, ik heb de cijfers nog niet. Ja, ik ga zo tijdens de les verder met nakijken REKENEN. Les Grootheden en Eenheden.

Significante cijfers en meetonzekerheid

Natuurkunde LJ2P4 - Beweging Oefenmateriaal compleet

Proefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef.

Taak: meet de lengte, de breedte en de dikte van je schoolagenda en noteer de resultaten in de tabel:

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Experiment: Meet de lengte, de breedte en de dikte van je schoolagenda en noteer de resultaten in onderstaande tabel:

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 1

1 de jaar 2 de graad (2uur) Naam:... Klas:...

EXACT- Periode 1. Hoofdstuk Grootheden. 1.2 Eenheden.

Domein A: Inzicht en handelen

Tabellen en Eenheden

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo

Samenvatting NaSk 1, 2 en 3

Basic Creative Engineering Skills

Exact Periode 9.1. Rekenvaardigheid Controlekaarten

KENMERKENDE CIJFERS EN BENADERINGSREGELS

UITWERKINGEN selectie KeCo-opgaven mechanica (beweging) 1

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Metriek stelsel. b. Grootheden. b-1. Lengte. Uitgangspunt (SI-eenheid): meter ; symbool: m. Gebruikte maten: mm-cm-dm-m-dam-hm-km

Naam: Klas: Practicum veerconstante

Tussendoelen in MathPlus

bij het oplossen van vraagstukken uit Systematische Natuurkunde deel VWO Hoofdstuk 2

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

Rekenen en wiskunde ( bb kb gl/tl )

Exact Periode 5.1. Rekenvaardigheid Controlekaarten

Inleiding in de natuurkunde. 1 Wat is natuurkunde? 2 Grootheden en eenheden 3 Voorvoegsels van eenheden 4 Afronden na vermenigvuldigen en delen

Meten is weten, dat geldt ook voor het vakgebied natuurkunde. Om te meten gebruik je hulpmiddelen, zoals timers, thermometers, linialen en sensoren.

Niveau 2F Lesinhouden Rekenen

2dejaar 2degraad (1uur) Hoofdstuk 1 : Inleiding : grootheden en eenheden

spiekboek rekenen beter rekenen op de entreetoets van het Cito groep

2dejaar 2degraad (1uur) Hoofdstuk 2 : De eenparige beweging

Begin situatie Wiskunde/Rekenen. VMBO BB leerling

Naam: Klas Practicum elektriciteit: I-U-diagram van lampje Nodig: spanningsbron, schuifweerstand (30 Ω), gloeilampje, V- en A-meter, 6 snoeren

Het metriek stelsel. Grootheden en eenheden.

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs

Rekenen en wiskunde ( bb kb gl/tl )

Noorderpoort Beroepsonderwijs Stadskanaal. Reader. Complete Reader periode 1 Leerjaar 1. J. Kuiper. Transfer Database

REKENTOETS VMBO BB/KB/TL-GL

Aanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen

Samenvatting snelheden en

Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; veerconstante

STOF VOOR SCHOOLEXAMEN 1

Samenvatting Natuurkunde H3 Beweging

Eindexamen havo natuurkunde II

Tafelkaart: tafel 1, 2, 3, 4, 5

Wisnet-HBO update nov. 2008

1BK2 1BK6 1BK7 1BK9 2BK1

wiskunde C pilot vwo 2017-I

SERVICEDOCUMENT BIJ SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F VO EN MBO

ALGEMEEN HAVO. Afronden Afronden bij optellen Grafieken & Tabellen

Diagrammen Voor beide typen beweging moet je drie diagrammen kunnen tekenen, te weten een (s,t)-diagram, een (v,t)-diagram en een (a,t)-diagram.

Novum, wiskunde LTP leerjaar 1. Wiskunde, LTP leerjaar 1. Vak: Wiskunde Leerjaar: 1 Onderwerp: In de Ruimte H1 Kerndoel(en):

Experimenteel onderzoek

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren

Experiment. Donderdag 24 juli 2008

Meesters vir transparante. 5.1 Kwartaal 1

Noordhoff Uitgevers bv

STOF VOOR SCHOOLEXAMEN 5

11 Meten en maten. Er zijn nog meer maten. Die gebruik je minder vaak. uit het hoofd

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.

Practicumverslag ingeleverd op

1 Inleiding 2 Lengte en zijn eenheden 3 Omtrek 4 Oppervlakte 5 Inhoud. Meten is weten. Joke Braaksma. November 2010

SAMENVATTING BASIS & KADER

Formules voor Natuurkunde Alle formules die je moet kennen voor de toets. Eventuele naam of uitleg

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje

Inhoud. 1 Ruimtefiguren 8. 4 Lijnen en hoeken Plaats bepalen Negatieve getallen Rekenen 100

klas "Eenheden"

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt.

5. Lineaire verbanden.

Getal omzetten naar technische notatie: Typ een getal in, bijvoorbeeld Druk op = en dan op ENG. Nu staat er: 123, x 1006

FYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op en op pmi.smartschool.be

Trillingen en geluid wiskundig

1.Tijdsduur. maanden:

Transcriptie:

Baivaardigheden - Inhoud 1. Inleiding 2. Grootheden en eenheden. Significantie 4. Practicum meten 5. Formule en driehoeken 6. Vuitregel 7. Diagrammen 8. Oefentoet Hoe werkt de Natuurkunde? Natuurkunde gaat uit van metingen. Dingen die je kunt meten heten grootheden. Uit die metingen leidt de natuurkundige een theorie af. Die theorie i meetal een wikundige formule. 1

Onderwerpen/grootheden in de e kla Niet in 2007-2008 beweging licht elektriciteit kracht en energie warmte tijdduur hoek van inval, terugkaating en breking panning kracht temperatuur aftand brekingindex troomterkte maa warmte nelheid brandpuntaftand weertand vernelling warmtecapaciteit en oortelijke warmte vernelling voorwerpaftand vermogen vermogen vermogen beeldaftand energie energie energie vergroting rendement rendement rendement Waarom baivaardigheden? Natuurkunde i heel precie in: Grootheden en eenheden Nauwkeurigheid (ignificantie) Omrekenen van grootheden en eenheden Formule Rekenen met formule Tekenen en aflezen van diagrammen 2

Voorbeeld van een formule kracht maa vernelling Goede grootheden F = m a = 2 e wet van Newton Brandpuntaftand moment oppervlakte Foute grootheden f = M A = ONZIN farad meter ampère Fout: eenheden F = m A = ONZIN Wat heb je elke le nodig? Multomap Stencil Ruitjepapier Pen Potlood Rekenmachine Geodriehoek

Grootheid, meetwaarde, eenheid Zaken die je kunt meten heten: Om te meten gebruik je een: De meet-uitkomt noem je de: Bij elke meting hoort een: grootheden meetintrument meetwaarde eenheid grootheid = meetwaarde x eenheid Bijvoorbeeld: t = 2,5 (tijd i 2,5 keer één econde) grootheid meetintrument meetwaarde eenheid lengte (l) liniaal 7 meter (m) tijd (t) topwatch 2,5 econde () Baigrootheden Er zijn 7 baigrootheden met een ymbool grondeenheid + ymbool baigrootheid ymbool grondeenheid ymbool lengte l meter m maa m kilogram kg tijd t econde troomterkte I ampère A temperatuur T kelvin K lichtterkte I candela cd hoeveelheid tof n mol mol 4

Afgeleide grootheden Alle andere grootheden zijn: afgeleide grootheden Bijvoorbeeld: (afgelegde) aftand (gemiddeld e) nelheid = tijdduur of v gem = Δ Δt Δ = 45 m Δt =,0 v = 45 m gem,0 45 m =.,0 = 15 m/ Voorvoegel Vóór een eenheid taat vaak een voorvoegel Voorvoegel T G M k geen d c m μ n p Naam tera giga mega kilo geen deci centi milli micronano pico Factor 12 9 6 1 1 2 6 9 12 5,42 kg = 5,42 g 5.42 g = 1 1 1 = = Caio: 5.42 [EXP] = 9.876 cm 2 = 9.876 m 98,76 m = Caio: 9876 [EXP] -2 = 5

Oppervlakte en inhoud Lengte: - 2,5 mm = 2,5 m Oppervlakte: De machten worden 2 x zo groot 2 2 2,5 mm = 2,5-6 m Inhoud: De machten worden x zo groot 2,5 mm = 2,5-9 m Waardoor onnauwkeurigheid? Geen enkele meting i 0% nauwkeurig Dit komt door: Intrumenten Menen die onnauwkeurig meten (Som komt het door de natuur zelf) 6

Meetnauwkeurigheid Nauwkeurigheid i heel belangrijk Natuurkunde vindt dat: 25 g Iet ander i dan: 25,00 g Cijfer die je opchrijft moet je meten! Het laatte cijfer moet je chatten Ander preek je niet de waarheid Het aantal cijfer heet ignificantie Aflezen van een intrument Wikunde i meetal 0% nauwkeurig: 6,5 cm breedte = 6 cm betekent in de wikunde: rechthoek precie 6 cm (niet precie: 6 cm) 5,5 cm 1 2 4 5 6 7 8 9 Deze liniaal heeft een chaalverdeling in cm Dan moet je op 1/ e van een cm nauwkeurig aflezen Het laatte cijfer moet je chatten. Dat weet je niet 0% zeker. (breedte kan ook 6,2 cm of 6,4 cm zijn) Natuurkunde i niet 0% nauwkeurig: Omdat metingen niet 0% nauwkeurig zijn breedte = 6 cm betekent in de natuurkunde: groter dan 5,5 cm en kleiner dan 6,5 cm Natuurkunde i zo nauwkeurig mogelijk: Met deze liniaal moet je chrijven: breedte = 6, cm (niet breedte 6, cm) betekent in de natuurkunde: groter dan 6,25 cm en kleiner dan 6,5 cm Met deze liniaal mag je niet chrijven: breedte = 6 cm breedte = 6,28 cm i te onnauwkeurig i te nauwkeurig 7

Afpraken Meetnauwkeurigheid Meetnauwkeurigheid kun je weglaten I = 0,9 A betekent: I 0,85 A I < 0,95 A en (0,9 A 0,005 A) (0,9 A + 0,005 A) Meetnauwkeurigheid kun je noemen V = (6,8 + 01) 0,1) cm betekent: V 6,7 cm V < 6,9 cm (6,8 cm 0,1 cm ) en Meetwaarde Meetnauwkeurigheid (6,8 cm + 0,1 cm ) Wat i ignificantie? Verondertel dat je op de A28 rijdt En je komt dit ANWB bord tegen Hoe ver ligt Utrecht dan weg? Utrecht 12 A28 Je rijdt 0 meter verder Hoe ver ligt Utrecht dan weg? Waarom i 11.900 meter niet goed? In de natuurkunde chrijf je van een meetwaarde alleen de cijfer op die je (redelijk) zeker weet Dit aantal cijfer noem je de ignificantie 12 km 2 cijfer 12.000 m 5 cijfer 8

Vuitregel 1. Bij x en 12,4 m x 9,97 m = 12,0298 m 2 = 12 m 2 4 cijfer ignificant cijfer ignificant cijfer ignificant Vuitregel 2. Bij + en - 12, 5,4 0,067 17,797 + 1 decimaal 2 decimalen decimalen Afronden: 1 decimaal 17,8 9

Wetenchappelijke notatie Caio: [mode] [mode] [mode] [ci] 2 12 m x 94 m = 11562 m 2 =12 1,2 4 m 2 ignificant 2 ignificant? 2 ignificant 1,2 4 intikken op Caio: 1.2 [EXP] 4 1. 2. = v t v = t Formule en driehoeken v t v t verplaating (m) tijd () nelheid (m/). t = v v t (Δ werkt niet bij formule met 2 of 4 grootheden en bij formule met +)

Eenheden omrekenen m ρ = V De eenheid De eenheid van ρ = De eenheid van m vanv ρ maa (dichtheid = ) volume kg = = kg/m m kg g g kg/m = = = = g/cm 6 m cm cm Du: 1,29 kg/m = 1,29 - g/cm = 1,29 mg/cm (Dichtheid van lucht) 1 cm lucht weegt 1,29 mg Tabellen Metingen chrijf je meetal op in een tabel (voorbeeld: valproef) onafhankelijke grootheid afhankelijke grootheid tijd () aftand (cm) 0 0 0,05 1 0, 5 0,15 11 0,20 20 0,25 29 naam van de grootheden (+eenheden) meetal weet je de eerte rij verondertel dat dit je metingen zijn 11

Diagrammen Diagram = grafiek Diagrammen maak je meetal van metingen Die metingen heb je meetal in een tabel opgechreven Maak een diagram (ongeveer) vierkant Neem handige aen (1, 2, 4 of 5 tuen de chaaldelen) Zet grootheden (+eenheden) bij de aen met een (1 e kolom horizontaal, 2 e kolom vertikaal) Teken alle punten duidelijk in Liggen de punten duidelijk op een lijn door de oorprong? Nee: Trek een vloeiende lijn door alle punten (Niet: telken 2 punten met rechte lijnen verbinden) Ja: Trek dan één rechte lijn door alle punten Van een evenredig verband kun je de teilheid bepalen: Δy,0 g Steilheid = = Δx (Δ = Difference) 5,0 cm Steilheid = 2,0 g/cm Vergelijk de teilheid met de formule voor maa, volume en dichtheid: Δy Steilheid = Δ m x = 2,0 g/cm ρ = V = 2,0 g/cm Uit de teilheid kun je de dichtheid bepalen maa (g) 12 8 6 4 2 Δx 0 0 1 2 4 5 volume (cm ) Δy 12