u t, tr Behandeling uiterlijk in colleþe van 31 maaft 2015



Vergelijkbare documenten
Voorgesteld wordt de volgende uitgangspunten voor de begroting 2014 te hanteren:

Portefeuillehouder: H.J. van Schaik

Notitie Rentebeleid 2007

loonstijging gesubsidieerde instellingen: 0,0% 1,6% prijsstijging gesubsidieerde instellingen: 0,0% 2,25% inflatiecorrectie tarieven: 1,08% 1,08%

2. Financieel kader gemeenschappelijke regelingen in de regio van Hollands-Midden

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 7. Doetinchem, 22 mei Bijstellen begroting rentekosten met ingang van begrotingsjaar 2014

Bijlagen 1 Voorjaarsnota

1. Inleiding en richtlijnen

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Voorjaarsnota 2018 Uitgangspunten begroting 2019 en meerjarig kader Provincie Gelderland

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

Bestuursrapportage 2016

INFORMATIEFORMULIER TEN BEHOEVE VAN BEGROTINGSBEOORDELING. Begroting 2010 GEMEENTE

Financiële kadernota Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

NOTA RENTEBELEID GEMEENTE BERGEN OP ZOOM

Kadernota Afdeling bedrijfsvoering Team financiën Ad Schoenmakers

Provincie Zuid-Holland Beleidsnota kostprijsberekening en rentetoerekening 2017

Inhoudsopgave. 1 Inleiding... 5

STAF/FC/U Lbr. 10/052

AAN DE AGENDACOMMISSIE

/< _akkoord. h tr % oo GEMEENTE vveert. j t- J^Zn 6. >tr. * Raadsleden. t^ú. ! c-stuk. rur"".' $ t î. n Niet akkoord n Gewijzigde versie.

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Te berikken effekt De raadsvergadering waarin de programmabegroting 2013 wordt vastgesteld wordt niet belast met discussies over kaders.

Financiële ontwikkelingen na gereedkomen primitieve begroting

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

Nota Reserves en. Voorzieningen. Gemeente Ferwerderadiel

Nota Reserves en Voorzieningen

UITGANGSPUNTEN VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE BEGROTING 2016

Gemeente. Beoordeling begroting Samenvattend overzicht kengetallen. Maak keuze. Begroting. Maak keuze Meerjarenbegroting

Algemeen Bestuur SK Dagelijks Bestuur SK Betreft: Kadernota Begroting 2016 en Meerjarenraming Datum: 5 maart 2015

Kaders Financieel gezond Brummen

Richtlijnen begroting

Directie Middelen en Control Treasury, Risicomanagement en Deelnemingen

Toelichting op het voorstel

Aan. V. Doorn. Portefeuillehouder

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: BEC motie rekentool begroting 2014

Financieel Meerjarenbeeld

Visiedocument Financieel Beleid

UITGANGSPUNTEN voor de Programmabegroting

Kernpunten najaarsnota De bijstelling van budgetten in de najaarsnota wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:

Samenvatting Voorjaarsnota - decembercirculaire

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 4. Bijlage(n): Najaarsrapportage 2016

Tel.: (0495) ONDERWERP ADVIES. TOELICHTING IInvu li nstructiel. akkoord. bespreken. Behandeling uiterlijk in college van 2 december 2014

PS2008BEM College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Programmabegroting 2009, posten voorjaarsnota. Aan Provinciale Staten,

txl,\ ( oú >tr t, te 0 I APR. 2oî5 l'il-s 1054, ! A-stuk GO GEMEENTE vve E RT n Niet akkoord! Gewijzigde versie n e-stuk \ \ .

Raadsvoorstel agendapunt

Gemeente Langedijk Kaderbrief 2012

AAN DE AGENDACOMMISSIE

Kanttekeningen bij de Begroting Paragraaf 4 Financiering

VOORSTEL AAN HET COLLEGE VAN DIJKGRAAF EN HEEMRADEN

Totaal ,00 incidenteel. Per 1 oktober 2014 structurele salarisverhoging van 1% ,00 structureel

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

>tr. fc - O L- LO l5. l, to. E e-strt. 6ú.o l. ! Niet akkoord. n A-stuk. n nkkoord met tekstuele aanpassing door portefeuillehouder! Anders, nl.

Onderwerp Programmabegroting 2013 en meerjarenraming Veiligheidsregio Gelderland-Zuid

: krediet verbouwing aanpassing Dorpshuis Valkenburg

Kadernota begroting

MEMO van college aan de raad

De begroting 2014 en hierin opgenomen meerjarenraming naar 2015 en verder is opgenomen in bijlage 1.

Kadernota rentebeleid en rentetoerekening 2013 gemeente Heerhugowaard

Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren , welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2014.

VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Voorstel aan het Dagelijks Bestuur ISD Noordoost

De netto verschillen tussen de meicirculaire 2016 en de decembercirculaire 2015 zijn als volgt:

Financiële positie en Algemene toelichting

Zaaknummer : Raadsvergadering : Agendapunt : Commissie :

Algemene uitkering

8 februari Begrotingswijziging

VOORJAARSNOTA

Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren , welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2015.

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

Wijzigingen artikelsgewijs financiële verordening 212 nieuw versus huidig Bijlage 2

UITWERKING MEICIRCULAIRE bijlage 2 -

21 september 2010 Corr.nr , FZ Nummer 28/2010 Zaaknr

Stelpost nog in te vullen besparingen: Besparing Holland Rijnland Moderne werkgever in moderne huisvesting

Raadsvergadering : 12 april 2016 agendapunt : Commissie : Bestuur en Ruimte

Herziening grondexploitaties per 1 januari 2011

Eindtotaal

Naam en telefoon. Coen van den Hout (9300) Afdeling. Portefeuillehouder

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP

Agenda Planning & Control Cyclus 2015 Gemeente Oostzaan

Wij stellen u voor om de volgende begrotingswijziging in de begroting 2017 en de meerjarenraming door te voeren.

Nota reserves en voorzieningen

PROGRAMMA 5 - BEDRIJFSVOERING

b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Financiën helder en op orde

Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ IBAN: NL49 BNGH BIC: BNGHNL2G

Technische Vragen. Fractie: LO. Vragensteller: Simon Vogel. Onderwerp: Begroting Zaaknummer: Z

KADERNOTA 2018 ( ) Versie: 1.3

Raadsinformatiebrief. Onderwerp Septembercirculaire 2014 algemene uitkering

Wijzigingen in Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)

Uw brief van: geregistreerd onder nr.: n.v.t. of nummer. Doorkiesnutnmer/Behandeld door: 822 / S. Kempink

KADERNOTA BEGROTING 2020 METROPOOLREGIO EINDHOVEN

Nota reserves en voorzieningen

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Kaders begroting III Financiële beschouwing begroting 2014 en meerjarenraming 4

Programma Algemene Dekkingsmiddelen Bedragen x 1,000

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden.

Financieel-technische uitgangspunten voor de opstelling van de begroting

Collegebesluit. Onderwerp: Decembercirculaire 2014 Reg. Nummer: 2015/ Inleiding

Herziening grondexploitaties per 1 januari 2009

Transcriptie:

3 6d o l lto >tr ruo GEMEENTE vveert ]'il-s 1053 Sector Afdeling Zaaknummer(s) ingekomen stuk(ken) Bedr jfsvoering Financiën Behandelend medewerk(st)er Mia Aerdts Tel.: (0495) 57 54 16 Portefeuil lehouder(s) H.A. Litjens Openbaar: EI Niet openbaar:! Kabinet:! Nummer B&W-advies: BW-008275 ONDERWERP Grondslagen begroting 2016 ADVIES 1. Akkoord gaan met de grondslagen voor de begroting 2016. 2. De grondslagen voor de begroting 2Ot6 via de TILS-lijst ter kennis brengen van de raad. Relatie met voriq voorstel TOELICHTING IInvu I instructíel Algemeen: In de grondslagen begroting 2016 worden de uitgangspunten voorde samenstelling van de begroting 2OL6 aangegeven. Een belangrijk aandachtspunt in deze nota is de opstelling van de keuzecatalogus en de hierdoor latere opstelling van prioriteiten en vervangingsinvesteringen. De uiteindelijke keuzes die door de raad genomen worden zullen aansluitend in de meerjarenbegroting 20 t6-20 t9 verwerkt worden. Voor de ambtelijke voorbereiding van de begroting 2OL6 zijn de grondslagen basis voor de op te stellen ramingen voor de diverse budgetten. WÊert. f$ maart 2015 De directeur, (( S B W /k In te vullen doot het B&W secretariaat! E nkkoord n Akkoord met tekstuele aanpassing door portefeuillehouder! Anders, nl.: - àt-j-lolb Beslissinod.d.: O i ì '' akkoord bespreken HL ì\ W FVE W PS W GG 1," M? ø, u t, tr Behandeling uiterlijk in colleþe van 31 maaft 2015 Nummer n ru et akkoord E Gewijzigde versie lc A-stuk B-stuk C-stuk De Pagina

Kanttekeningen: n.v.t Beqrotinqsoost: JURIDISCHE GEVOLGEN (o.a. FATALE TERMIJNEN/HANDHAVING) Unvu linstructiel Beschikbaar bedrag: FINANCIËLE EN PERSONELE GEVOLGEN IInvul instructie] Voor wie is dit advies van belang?: * Raadsleden Nadere specificatie : COM M U NICATIE/ PARTICIPATIE.!. TILS-lijst Nadere specìficatie: t Niet van toepassing : OVERLEG GEVOERD MET [Invul instructlel Intern: Extern: BIJLAGEN Ooenbaar: Niet van toepassing Niet-ooenbaar: Niet van toepassing Pagina 2

Grondslagen begroting 2O16 Inleidino Voor de samenstelling van de begroting 2016, inclusief meerjarenramingen tot en met 2019, worden zoals gebruikelijk kaders en uitgangspunten opgesteld. In deze notitie grondslagen begroting 2016 komen de volgende onderwerpen aan bod o salarismutatie r prijsmutatie. rentepercentages. opzet ramingen begroting 2016 en meerjarenramrngen o (personeels)prioriteiten en vervangingsinvesteringen Salarismutatie De salariskosten leggen een flink beslag op het budget van de gemeentelijke begroting. Het is daarom zaak om deze kosten zo nauwkeurig mogelijk te ramen. De berekening van de salariskosten voor een begrotingsjaar wordt gemaakt in de maand februari voorafgaand aan het begrotingsjaar. Het is mogelijk om in deze berekening een opslag op te nemen voor toekomstige salarisontwikkelin- 9en. De VNG heeft op 11 september 2Ol4 de cao Gemeenten 2Ot3-2O75 bekrachtigd. Het akkoord bevat. In oktober 2014 een eenmalige uitkering van 350.. Salarisverhoging per 1 oktober 2Ol4 met 1olo. De salarissen worden per 1 april 2015 verhoogd met 50. De nieuwe cao loopt tot 1 januari 2016. Vanaf l januari 2016 geldt voor medewerkers bij gemeenten een individueel keuzebudget (IKB). Het IKB is een landelijk vastgestelde regeling en voor elke gemeente hetzelfde. Bronnen voor het IKB zijn: vakantie-uitkering, eindejaars-uitkering, levensloopbudget, bovenwettelijk vakantieverloftegoed e.d. De werknemer krijgt de volgende keuzemogelijkheden: a. verlof; b. uitbetaling; c. reservenn9 d. de-reservering e. levensloopverlof voor rechthebbenden; f. inkoop extra pensioen; g. (onbelaste) opleiding/training; h. premie aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering. Het IKB wordt opgenomen in een nieuw keuzemodel arbeidsvoorwaarden. Gemeenten kunnen besluiten dat naast het IKB ook andere arbeidsvoorwaarden in dit keuzemodel als bron ingezet worden. Ook kan lokaal besloten worden om andere keuzemogelijkheden toe te voegen. Het is nog niet duidelijk wat de loonstijging in 2016 zal zijn. Voor 2016 zal worden uitgegaan van de verwachtingen van het Centraal Planbureau (CPB). De salarisuitdraai van februari 2015 is de basis voorde opslag voor 2016. De geschatte ontwikkeling loonvoet sector overheid (inclusief incidentele loonontwikkeling) voor 2015 bedraagt volgens de meest recente ramingen van het CPB 0,75o/o. Het CPB geeft geen ramingen m.b.t. de loonontwikkelingen voor 2016. Daarom stellen wij voor om de loonstijging voor 2016 ook op 0,75o/o te stellen. De loonstijging 2016 staat los van het IKB. In onderstaande tabel wordt voor de loonstijging 2015 de salarisverhoging van 450 per f.t.e (9 maanden x 50) meegenomen. Omgerekend is dit een percentage van 0,53olo. Peil3L-I2-2OL4 Loonstijging 2015 volgens Cao-akkoord Peil 1-1-2015 Verwachte loonstijging 20L6: 0,75o/o x 100,53 Peil 1-1-2016 100,000% 0 53Oo/o 100,5300/o 0 754o/o lor,284o/o 1

Het opslagpercentage voor 2016 is dus (afgerond) 7,28o/o. Overigens wordt opgemerkt dat in de gemeente Weert als uitgangspunt geldt dat loon- en prijsstijgingen op basis van de zogenaamde normeringmethodiek gecompenseerd worden door de algemene uitkering uit het gemeentefonds. We gaan er dus van uit dat de extra salariskosten als gevolg van de cao afspraken door een hogere algemene uitkering opgevangen worden. Priismutatie Bij het opstellen van de begroting wordt bij budgetten die daarvoor in aanmerking komen rekening gehouden met de jaarlijkse prijsmutatie. Volgens de meest recente ramingen van het CPB van december 2014 (inflatie, cpi alle huishoudens) is de gemiddelde prijsmutatie in 2015 naar verwachting 1ol0. Voor ontwikkelingen na 2015 publiceeft het CPB geen ramingen. Daarom stellen wij voor om de prijsmutatie ook voor 2016 op 1olo te stellen. Op grond van bovenstaande geldt de volgende prijsmutatie voor de samenstelling van de begroting 2016: 2015 ten opzichte van 2014: 7o/o 2016 ten opzichte van 2015: Io/o Voorgesteld wordt voor 2016 en volgende jaren géén prijsmutatie te berekenen. Alleen voor lopende contracten kan met de prijsmutatie rekening worden gehouden. Renteoercentaoes Inzet eiqen vermogen Voor de financiering van de gemeentelijke investeringen (activa) wordt zowel vreemd vermogen (aangegane geldleningen) als eigen vermogen (reserves) ingezet. Voor de aangegane geldleningen moet rente worden betaald, voor de inzet van het eigen vermogen hoeft uiteraard geen rente te worden betaald. Toch kost deze inzet in feite ook geld, immers de gemeente kan het eigen vermogen ook op een bankrekening zetten waardoor rente-inkomsten worden verkregen. Als dit zou worden gedaan, dan zou meer vreemd geld moeten worden aangetrokken voor de financiering van de investeringen. Enerzijds zou de gemeente dus geld moeten lenen en daarover rente moeten betalen, anderzijds zou de gemeente rente ontvangen over het op de bank gezette eigen vermogen (reserves). Omdat de rente voor het lenen van geld meestal hoger is dan de te ontvangen rente voor het op de bank gezet eigen vermogen, wordt het eigen vermogen ingezet als eigen financieringsmiddel. Bovendien zijn er in dit kader wettelijke voorschriften om te voorkomen dat gemeenten gaan speculeren dan wel min of meer als bank gaan functioneren. Fictieve rente (besoaarde rente) De gemeente hoeft over de inzet van het eigen vermogen (reserves) om investeringen te financieren geen rente te berekenen. In de plaats daarvan wordt fictieve rente berekend, de zogenaamde bespaarde rente. Naast de werkelijk betaalde rente is de fictieve rente onderdeel van de kosten van de investeringen (activa). De totale rentekosten (betaalde rente en fictieve rente) worden toegerekend aan de programma's (kapitaallasten) waardoor er ook een fictieve rente-inkomst ontstaat. Tegenover de fictieve rentekosten staat dus eenzelfde bedrag aan fictieve rente-inkomsten. De rente-inkomsten komen deels als bespaarde rente ten gunste van de exploitatie en voor het overige op de balans (reserves en voorzieningen). Bepalen renteoercentages Voor de begrotingssamenstelling 2Ot6 moeten rentepercentages vastgesteld worden voor a. Renteverrekening grondexploitatie. b. Reserves en voorzieningen van de algemene dienst. c. Investeringen d. Rente omslagpercentage vaste/vlottende activa a Renteverrekeni ng grondexoloitatie De grondexploitatie heeft haar activa (investeringen) en passiva (reserves en voorzieningen) ingebracht in de boekhouding van de algemene dienst. De investeringen van de grondexploitatie kunnen een enorme invloed hebben op de rentekosten voor de algemene dienst, terwijl dit eigenlijk budgettair neutraal zou moeten verlopen. Om deze beoogde financiële neutraliteit in de renteverrekening van de grondexploitatie te benaderen werd vanaf 2004 aan de hand van de rentetarieven op de kapitaalmarkt voor 10 jaar lineaire aflossing een rentestaffel opgesteld. Aan de hand daarvan vond renteberekening voor de grondexploitatie 2

plaats. Vanaf 2012 vindt de renteberekening grondexploitatie nog steeds volgens een rentestaffel plaats, maar tegen een percentage dat jaarlijks wordt vastgesteld. De bepaling van het rentepercentage gebeurt aan de hand van de werkelijk te betalen rente en de liquiditeitsprognose van het betreffende jaar. Voor 2016 is dit evenals in 2015 3,25o/o. b. Reserves en voorzieningen van de alqemene dienst Bij de begrotingsopstelling wordt uitgegaan van een rentevergoeding aan reserves en voorzieningen (bespaarde rente) wegens het gebruik ervan als financieringsmiddel. Tot 2012 was het percentage van de rentetoevoeging gebaseerd op de geldende kapitaalmarkt. Bij de vaststelling van de begroting 2012 heeft de raad besloten om in het kader van de bezuinigingen de rentetoevoeging 2072te verlagen van het voor dat jaar geldende percentage van 4 o/o îããr 2o/o. Dit percentage wordt vanaf 2012 gehanteerd voor de rentevergoeding aan de reserves en voorzieningen. Ook voor de begroting 2016 wordt_dit percentage van 2o/o gehanteerd. c. Investeringen Het percentage dat voorheen gebruikt werd voor de rentetoevoeging aan reserves en voorzieningen en dat gebaseerd was op de dan geldende kapitaalmarktrente, werd ook gebruikt bij de berekening van het financieringstekot. Bij het financieringstekort wordt wel nog gerekend met de geldende kapitaalmarktrente. Op dit moment (februari 2015) is dat, uitgaande van de kapitaalmarktrente voor leningen van 10-20 jaar, 1,25o/o. Concreet betekent dit dat voor 2016 voor de uit te voeren investeringen ( de prioriteiten en vervangingsinvesteringen ) rekening wordt gehouden met het ontstaan van rentekosten van L,25 o/o yâí1 het te investeren bedrag. d. Renteomslag percentage vaste/vlottende activa. Al meerdere jaren wordt getracht om de ontwikkelingen van rentekosten nauwlettend te volgen en in te schatten. Telkens moet achteraf geconstateerd worden dat de werkelijkheid anders is dan verwacht. Daarom zijn de voor- en nadelen van het toepassen van een vast omslagpercentage onderzocht. Alles tegen elkaar afwegend is bij het opstellen van de begroting 2013 besloten om het percentage voor de renteomslag van zowel de begroting als de jaarrekening voor de jaren 2013 en 2014 vast te stellen op 3,75o/o. Door afwaardering binnen de grondexploitatie, afgedekt met inkomensreserves, zijn er minder rentelasten op de kostenplaats kapitaallasten. Dit heeft een forse verlaging van het renteomslagpercentage tot gevolg, waardoor het vaste omslagpercentage in 2015 verlaagd is naar 2o/o.ln 2016 kan dit percentage van 2olo aangehouden worden. Oozet raminoen beorotino 2O16 en meeriarenraminoen Uitgangspunt bij de programmabegroting 2015-2018 was dat de programma's voor een hele raadsperiode worden vastgesteld. Bij de vaststelling van de programma-indeling (bij de behandeling van de begroting 2015) is een amendement aangenomen waarmee besloten is dat de programma-indeling alleen voor het begrotingsjaar 2015 geldt. De raad is van mening dat de programma-indeling 2015 te grofmazig is en kengetallen ontberen, waardoor de raad zijn kader stellende taken niet kan uitvoeren. Verder vindt de raad dat door het globale karakter de programma's noodgedwongen op een aantal onderdelen niet logisch in elkaar zitten. Door het veelal beschrijvende karakter zijn de programma's niet SMART opgesteld, waardoor deze zich niet lenen voor de controlerende taak van de raad. In genoemd amendement is het college opgedragen uiterlijk 1 april 2015 met een nieuwe programma-indeling te komen, die dan de basis wordtvoorde begroting 2Ot6t/m 2018. In samenspraak met de auditcommissie zal een nieuwe programma-indeling opgezet gaan worden. Inmiddels is duidelijk geworden dat mede door de opstelling van de keuzecatalogus en de gevolgen van de door de raad te maken keuzes voor de programma's de datum van 1 april niet haalbaar is. Het benoemen van de programma's voor de begroting 20 6/2019 zal nu ingevuld worden in de maanden april / mei. De basis voor de cijfermatige opmaak voor de begroting 2016-2019 is de jaarschijf 2016 van de begroting 2015 aangevuld met de te verwachten ontwikkelingen gedurende het jaar 2015. Momenteel wordt de keuzecatalogus gevuld. Op basis van deze catalogus maakt de raad keuzes voor te realiseren bezuinigingen. Dit heeft gevolgen voor het proces voor het aanleveren van de voorjaarsnota 2015. Eenmalig zal een alternatief traject met een aangepaste planning worden doorlopen. De concept-keuzecatalogus wordt in februari en maart 2015 opgesteld en op l juli 2015 besproken door de raad. De beleidsteksten voor de begroting 2016 kunnen pas opgesteld worden in de maand juli, nadat de raad de keuzecatalogus heeft vastgesteld. De bezuinigingsmaatregelen zullen in aparte overzichten in de begroting 2016 worden verwerkt. De raadsbehandeling van de begroting 2016 vindt plaats op donderdag 12 november 2015. 3

Correcties op de ramingen kunnen plaatsvinden op basis van de eerder omschreven verwachte salaris- en prijsmutatie en autonome ontwikkelingen. Autonome ontwikkelingen kunnen onder meer zun:. wijzigingen in de inkomsten of uitgaven op grond van eerder genomen besluiten of van bovenaf (Rijk) opgelegde maatregelen;. wijzigingen in het aantal uitkeringsgerechtigden;. uitbreiding van wegen, plantsoenen, riolering, etc.;. wijzigingen van het ledenaantal van gesubsidieerde verenigingen. Autonome ontwikkelingen worden door de budgethouder in overleg met de adviseur van de afdeling financiën schriftelijk toegelicht en financieel veftaald. De wijzigingen in het aantal inwoners en het aantal woonruimten voor de jaren 2015 tot en met 2018 worden als volgt geraamd:. Het voorlopig aantal inwoners per l januari 2015 bedraagt 48.9t4. Dit zijn 192 inwoners meer dan op l januari 2074.ln de periode 2008 tot en met 2011 heeft er jaarlijks een lichte toename van het aantal inwoners plaatsgevonden. In 2012 was ereen afname van 79. De laatste 2 jaren was er weer een lichte stijging. Gelet op bovenstaand verloop wordt de mutatie in het aantal inwoners voor 2015 en volgende jaren, mede op basis van de'notitie demografische ontwikkeling' op nul gehouden.. Tot en met 2013 werd de woningvoorraad gebaseerd op de CBS systematiek. Met ingang van 2014 is de telling van de woningvoorraad gekoppeld aan BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen. Daarbij zijn de categorieën "bijzondere woongebouwen" en "recreatiewoningen" vervallen. Het aantal panden met een woonfunctie per 1 januari 2Ot4 in BAG bedraagt 22.359. Dit zijn 1703 woningen minder dan volgens de oude systematiek. Omdat de invoering van de BAG voor een grote groep van gemeenten geleid heeft tot forse herverdeeleffecten, heeft het Rijk besloten om de invoering van de BAG voor het gemeentefonds pas in 2015 te laten ingaan en te koppelen aan de herijking van het gemeentefonds. Gelet op de forse daling van het aantal woonruimten zijn de herverdeeleffecten voor de gemeente Weert negatief. In de septembercirculaire 2Ot4 is vermeld dat, indien nodig, aanvullende maatregelen worden genomen voor de nadeelgemeenten. In de decembercirculaire 2014 is een nieuw overzicht met de herverdeeleffecten en suppletie-uitkeringen van het groot onderhoud gemeentefonds opgenomen. De suppletie-uitkering is inclusief de aanvullende bijdrage BAG-gemeenten. De suppletie-uitkering voor Weeft is hierbij voor 2015 verhoogd. Het aantal woningen volgens BAG bedraagt per 1 januari 2Ot4: 22.359. De toename in de jaren2ol4 tot en met 2017 werd geschat op 100 woningen per jaar. Voor 2016 kan uitgegaan worden van 22.559 woningen. Voor de jaren2ott t/m 2019 kunnen hier steeds 100 woningen per jaar bijgeteld worden. Ook voor het opstellen van de meerjarenbegroting tot en met 2019 wordt uitgegaan van aanvaard beleid (inclusief bezuiniqinqsmaatregelen), waarin autonome ontwikkelingen verwerkt zijn via een stelpost op het programma algemene baten en lasten. I Personeelsl orioriteiten en vervanq i nosi nvesteri noen Normaliter worden de prioriteiten en de vervangingsinvesteringen in de voorjaarsnota opgenomen. Bij de behandeling daarvan (voorjaarsbeschouwingen) kan de raad dan haar specifieke mening geven, die als input gebruikt wordt voor de begroting. Zoals hiervoor vermeld, heeft het opstellen van de keuzecatalogus gevolgen voor het traject van de voorjaarsnota 2015. Na besluitvorming door de raad over de te nemen strategische bezuinigingsmaatregelen kunnen de beleidsteksten voor de begroting 2016 pas opgesteld worden. De door de raad te maken keuzes zullen ook gevolgen hebben voor het voorstel met betrekking tot de prioriteiten en vervangingsinvesteringen 20L6-2019. Integrale afweging en besluitvorming over eventuele prioriteiten en vervangingsinvesteringen vindt plaats bij de behandeling van de begroting 2016. De raadzal de conceptbegroting 2016 in de periode september tot en met oktober ontvangen en de beraadslagingen hierover kunnen voeren. 4